Nieuwsbrief juni 2014

ImeldaNieuwsbrief
juni 2014
halfjaarlijks informatieblad van Imelda vzw (jaargang 18)
> Intra-operatieve, driedimensionale beeldvorming
in spinale chirurgie: Imelda investeert in veilige en
efficiënte zorgverlening voor uw patiënten
> Belgische primeur:
laser voor resectie van longmetastasen
> Help rokers om de beslissende stap te zetten:
spreek over rookstopbegeleiding
> Accreditatie in ons ziekenhuis
Colofon
Imelda Nieuwsbrief verschijnt zesmaandelijks
en wordt door Imelda vzw verspreid.
Redactie:
C. Aelvoet, M. Aertgeerts, P. Bossuyt, Cl. Bourgain, M. Christiaens,
F. Charlier, P.J. Cuyle, Ph. Delattin, P. De Mulder, B. De Munnynck, S. De Vuysere,
M. Dewil, M. Gillis, I. D’Hoore, A. Koeck, P. Lybeert, H. Plancke, I. Machiels,
A. Missotten, J. Moerman, J. Roelandts, G. Schols, C. Smets, J.P. Van Boxelaer,
S. Van Eldere, E. Van Essche, M. Van Herck, L. Van Steendam, J. Verbist,
B. Vets, D. Withofs, M. Wittebols, W. Wynendaele
Free-lance journalisten:
W. De Boeck, N.Van Loock
Samenstelling:
Dienst communicatie
Fotografie:
Stefaan Van Gijsegem
Lay-out en druk:
KAN design en Drukkerij Dirk Wuyts NV
Suggesties en bijdragen zijn hartelijk welkom.
U kan ons contacteren op het nummer 015/50.50.08 of
via mail: [email protected]
2
© vzw Imelda
Niets uit deze productie mag worden gereproduceerd
buiten Imelda, zonder voorafgaandelijke toelating
v.u. J.P. Van Boxelaer
Intro
Jean-Pierre Van Boxelaer, hoofdgeneesheer - medisch directeur
de geleverde kwaliteit een meer dan
prominente plaats.
De vakantiemaanden staan voor de
deur! Vakantie is in de eerste plaats
een tijd om te genieten, om volop te
genieten.
Tijd om uit te blazen. Ieder van ons
is toe aan wat rust en ontspanning.
We staan na de “moeder van alle
verkiezingen” voor cruciale uitdagingen in een al maar complexere
gezondheidszorg.
Er is - gelukkig maar! - de vergrijzing en er is - ook gelukkig maar! steeds meer gespecialiseerde en
innoverende diagnostiek en therapie.
Alle zorgverstrekkers van de eerste
tot de derde lijn hebben mekaar
nodig om samen een betaalbare
optimale multidisciplinaire transmurale zorg aan te bieden.
De patiënt eist daarenboven terecht
meer betrokkenheid en beslissingsrecht over zijn eigen zorgproces.
De KCE – richtlijnen zorgen voor de
nodige onrust.
Kwaliteit van zorg gaat echter niet
alleen over aantallen behandelingen!
De multidisciplinaire omkadering, de
opleiding en bijscholing van alle
medewerkers, de patiëntvriendelijke
aanpak, de pathologiezwaarte en –
last but not least! - de zorgresultaten verdienen in de beoordeling van
Tenslotte is er de steeds duidelijker
eis tot maatschappelijke verantwoording over wat we als artsen en
zorgverleners doen en over hoe we
het doen.
In het Imeldaziekenhuis hebben we
besloten onze proces- en uitkomstindicatoren transparant te communiceren en deze ook in hun juiste
context te duiden op onze website
www.imelda.be.
Als vakantieliteratuur bevelen we u
de eerste editie van onze vernieuwde ImeldaNieuwsbrief aan.
We hebben beslist in te stappen in
een ziekenhuisaccreditatietraject
met het Nederlands Instituut voor
Accreditatie in de Zorg (NIAZ). We
streven ernaar dit kwaliteitslabel te
behalen tegen eind 2016. Nathalie
Van Loock werd in dit verband als
stafmedewerker aangetrokken en
brengt ons een stand van zaken rond
Zorginspectie en Ziekenhuisaccreditatie in ons ziekenhuis.
Charles Smets, onze derde neurochirurg bespreekt de peroperatieve,
driedimensionele beeldvorming in
spinale chirurgie: een tool voor veilige en efficiënte patiëntenzorg.
Jürgen Verbist stelt u een Belgische
primeur voor: laserresectie van longmetastasen.
De behandelingsmogelijkheden voor
multiple sclerose zijn de laatste
jaren fors uitgebreid en vragen een
specifieke begeleiding van de patiënt
door een MS-expert. Met Maarten
Dewil hebben we deze in huis!
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Roken kan niet meer! Tabacologe
Wendy De Boeck stelt u een nieuwe
campagne voor: een initiatief om de
begeleiding naar definitieve rookstop
niet alleen bij patiënten, hun familie
en hun bezoekers, maar ook bij alle
zorgverleners opnieuw in de schijnwerpers te plaatsen.
We stellen ook graag ons multidisciplinair diabetesteam voor. Ze zijn
duidelijk apetrots op hun nieuwe
centrale locatie, waar kwalitatief
hoogstaande zorg en patiëntcomfort
hand in hand gaan.
Tenslotte zetten we kort onze
nieuwste stafleden in de kijker, brengen we u onze agenda met onze
traditionele I-Podia en een gepland
symposium, waarop we u nu al hartelijk willen uitnodigen.
Wij houden u natuurlijk heel graag
op de hoogte van wat er in ons ziekenhuis gebeurt. Niet alleen via de
papieren nieuwsbrief maar ook via
digitale berichten. Om de twee
maand versturen wij voortaan
I-mailda, een elektronische nieuwsbrief met korte berichten.
Om onze mailinglijst up-to-date te
houden vragen we u met aandrang
ons uw contactgegevens nu éénmalig door te geven en later te actualiseren indien nodig.
Heel veel leesgenot! ●
3
Expert
MS-expert in het Imeldaziekenhuis
Maarten Dewil, neuroloog - MS-expert
Hoewel multiple sclerose reeds in het midden van de 19de eeuw goed beschreven en gekarakteriseerd
werd, blijft het tot op vandaag een ongeneeslijke en chronische aandoening die vaak jonge mensen treft.
De behandelingsmogelijkheden zijn de laatste jaren fors uitgebreid en vragen een specifieke begeleiding
van de patiënt door een MS-expert.
4
Het ontregelde afweermechanisme
bij mensen met MS leidt tot het
optreden van ontstekingshaarden
op verschillende plaatsen in het
centraal zenuwstelsel. Hierbij worden lichaamseigen eiwitten (die deel
uitmaken van de myelineschede) als
lichaamsvreemd herkend en afgebroken door de massaal aangetrokken ontstekingscellen. Er treedt verlies van myeline op (demyelinisatie)
en in mindere mate ook aantasting
van de zenuwuitlopers zelf (axonale
schade).
Vermits deze ontstekingshaarden
zich over het hele centrale zenuwstelsel kunnen voordoen, zijn de klinische symptomen van MS erg
gevarieerd. Klassiek is een neuritis
optica (ontsteking van de oogzenuw), een presenterend symptoom
met klachten van veranderd kleurenzicht en unilaterale visusdaling. Ook
klachten van krachtverlies en
gevoelsstoornissen kunnen optreden
net als dubbel zicht, vermoeidheid,
plasmoeilijkheden en evenwichtsstoornissen.
In de jaren ’90 trad er een ware
revolutie op in de diagnose en
behandeling van MS. Tot dan kon de
diagnose van MS enkel gesteld worden aan de hand van het verhaal van
de patiënt, het klinisch neurologisch
onderzoek, lumbale punctie (ruggenprik) en elektrofysiologisch
onderzoek. De komst van de MRI of
KST van schedel en ruggenmerg
betekende een belangrijke stap
voorwaarts. De ontstekingshaarden
konden nu precies in beeld gebracht
worden als letsels in de witte stof
(en in mindere mate in de grijze
stof). Daarnaast zorgde de toediening van contraststof (Gadolinium)
ervoor dat op een nauwkeurige
manier recente actieve letsels
onderscheiden konden worden van
oudere. Er ging ook steeds meer
aandacht naar het voorkomen van
atrofie van de hersenen tijdens het
verloop van de ziekte en het belang
hiervan bij de behandeling. De jaren
’90 betekenden echter ook de introductie van de behandeling met
interferon.
Voordien kon men enkel met cortisone-preparaten proberen de ontstekingsreactie, uitgelokt door MS,
te onderdrukken tijdens een acute
aanval van MS. Deze behandeling
houdt voor die indicatie nog steeds
stand. De opkomst van de interferones en gatirameeracetaat betekende
dat er nu ook mogelijkheden
beschikbaar kwamen om het verloop
van de ziekte te beïnvloeden.
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Zowel interferon beta-1-a (Avonex
en Rebif) als interferon beta-1-b
(Betaferon en Extavia) hebben een
immuunmodulerend effect, waardoor
het aantal opflakkeringen met 30%
gereduceerd kan worden. Gelijkaardige resultaten worden bekomen
met glatirameeracetaat (Copa xone). Daarnaast hebben al deze
producten ook een gunstig effect op
de lange termijnevolutie van de
ziekte (onder meer door effecten op
hersenatrofie). De laatste jaren wijzen de studies er ook op dat het
vroegtijdig starten van een behandeling (zelfs al na een eerste ontstekingsepisode) een gunstiger effect
heeft op het lange termijnverloop
van de aandoening. Jammer genoeg
zijn al deze producten niet beschikbaar in pilvorm. Ze moeten onderhuids of rechtstreeks in de spier
toegediend worden. Hoewel deze
verschillende producten globaal
genomen een gelijkaardige werkzaamheid hebben, verschillen ze
toch onderling wat betreft nevenwerkingsprofiel en tolerantie. Hierbij
is het vaak ook zo dat patiënt-specifieke factoren een rol spelen. Het
is daarom van groot belang dat de
patiënt in zijn keuze voor een specifiek product begeleid wordt.
Hoewel de eerstelijnsproducten die
hierboven vermeld zijn, allen hun
sporen verdiend hebben, zijn ze bij
sommige patiënten toch ontoereikend. We merken dat er toch nog
nieuwe aanvallen optreden die op
beeldvorming gepaard gaan met het
ontstaan van nieuwe ontstekingshaarden. Recent zijn er nu ook producten op de markt die bij deze
patiënten opnieuw een bescherming
tegen verdere ziekte-evolutie kunnen bieden. We noemen dit de
tweedelijnsbehandeling. Als eerste
speler op de markt betekende natalizumab (Tysabri) een ware doorbraak. Er kan een aanvalsreductie
bekomen
worden
tot
70%.
Natalizumab is een monoclonaal
antilichaam dat ervoor zorgt dat
ontstekingscellen niet meer in het
hersenweefsel kunnen indringen. Het
wordt maandelijks toegediend via
een infuus en wordt algemeen goed
verdragen. Door zijn krachtig modulerend effect op het immuunsysteem
kan er soms een activatie optreden
van het JC-virus met potentieel ernstige gevolgen. Het JC-virus is
namelijk bij ongeveer 50% van de
mensen ‘slapend’ aanwezig in de
hersenen. Wanneer het geactiveerd
raakt, kan het leiden tot een ernstige ontstekingsreactie in het hersenweefsel met potentieel ernstige
neurologische uitvalsverschijnselen:
progressieve multifocale leukoencefalopathie (PML). Omdat PML
klinisch niet steeds makkelijk te
onderscheiden valt van een opflakkering van MS en omdat het soms in
het beginstadium zonder opvallende
tekens kan ontwikkelen, wordt er om
de zes maanden een controle-MRI
van de hersenen uitgevoerd (of eerder in geval van verdenking van
PML). Dankzij een nieuwe detectiemethode van het virus zijn we vandaag in staat om voor het starten
van een behandeling het individuele
risico van de patiënt in te schatten.
Hetzelfde geldt voor de meest
recente nieuwkomer binnen het
behandelingspallet voor MS: fingoli-
mod (Gilenya). Het is het eerste
product dat in pilvorm beschikbaar
is. Net als natalizumab (Tysabri)
biedt het een krachtigere bescherming tegen nieuwe aanvallen dan de
eerstelijnstherapie. Fingolimod zal
ervoor zorgen dat een bepaalde
groep ontstekingscellen (lymfocyten) als het ware gevangen gehouden wordt in de lymfeklieren, waardoor er minder snel een indringen in
de hersenen kan optreden. Omdat
de receptor, waaraan fingolimod zijn
werking dankt, zich ook op de hartcellen bevindt, kan er na de eerste
inname een belangrijke vertraging
van het hartritme voordoen (bradycardie). Er wordt daarom aangeraden om de eerste toediening van het
product in het ziekenhuis te laten
gebeuren na afname van een hartfilmpje (ECG) en onder continue
monitoring van hartritme en bloeddruk. Nadien dienen enkel regelmatige controles van het bloed (lymfocyten en leverfunctie) te gebeuren.
Ongeveer vier maanden na de start
van het product dient er eveneens
een controle door de oogarts te
gebeuren, gezien de licht verhoogde
kans op afwijkingen van de oogzenuw.
Fingolimod (Gilenya) mag dan al het
eerste orale preparaat zijn binnen de
behandeling van MS, het zal zeker
niet het laatste zijn. Momenteel zijn
er nog een aantal molecules onderweg die reeds de lange weg van de
proefbuis tot in de klinische studies
hebben afgelegd en die enkel nog
wachten op de laatste fase van registratie en terugbetaling. Daarnaast
zijn er nog verschillende producten
in onderzoek.
Het is een boeiende en veelbelovende tijd voor de mensen met MS. Niet
alleen verbetert elke dag ons inzicht
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
in het ontstaansmechanisme van de
ziekte (rol van vitamine D, omgevingsfactoren, …), we zijn daarenboven nog niet aan het einde van ons
Latijn wat de behandelingsmogelijkheden betreft. Om de patiënt hierin
zo goed mogelijk te begeleiden
wordt de rol van de MS-expert
steeds belangrijker. Niet elke nieuwe
ontwikkeling betekent voor de individuele patiënt een oplossing, niet
elke nieuwe molecule is geschikt
voor een individuele patiënt. Juist
het begeleiden van de patiënt in zijn
keuze voor een bepaalde behandelingsstrategie alsook het informeren
over nieuwe evoluties binnen het
domein, is de taak van de MSexpert. Het RIZIV heeft ook bepaald
dat de nieuwe tweedelijnspreparaten
enkel door de MS-expert mogen
voorgeschreven worden.
Binnen onze dienst neurologie zal ik
mij als MS-expert specifiek toeleggen op deze intrigerende aandoening. ●
Dienst neurologie:
Dr. Luc Dejaegher
Dr. Maarten Dewil
Dr. Patrick Vermylen
Meer info?
015 50 51 11
[email protected]
5
Nieuw
Intra-operatieve, driedimensionale beeldvorming in
spinale chirurgie: Imelda investeert in veilige en
efficiënte zorgverlening voor uw patiënten
Charles Smets, neurochirurg
6
Het gebruik van osteosynthesemateriaal in de spinale chirurgie is ver
verspreid. Desalniettemin bedraagt
de kans op schroefmalpositie volgens de literatuur 10%, zelfs in
ervaren handen. Neurologische uitval, pijn en suboptimale stabiliteit
nopen bovendien tot revisie. De toenemende complexiteit van geïnstrumenteerde ingrepen, minimaal-invasieve technieken, en instrumentatie
op de craniocervicale overgang en in
uitgesproken degeneratief en/of
osteoporotisch bot beïnvloeden de
kans op schroefmalpositie.
Ervaring, anatomisch inzicht en een
minutieus gebruik van tweedimensionale beeldvorming zijn essentieel.
Om de impact van hogervermelde
factoren tot een minimum te herleiden, heeft onze dienst resoluut
gelobbyd voor intra-operatieve,
driedimensionale
beeldvorming.
Beeldkwaliteit, stralingsbelasting en
gebruiksvriendelijkheid waren onze
leidraad om een rationele keuze te
maken uit het brede gamma aan
beeldvormingsmodaliteiten.
Hoewel een peroperatieve CT een
hogere beeldkwaliteit kan opleveren,
is de stralingsbelasting niet gering,
de centrale diameter van een CT
beperkt en zijn dergelijke toestellen
nog bijzonder gebruiksonvriendelijk.
Daarom hebben we na een grondige
vergelijking bewust gekozen voor
een nieuwe generatie intra-operatieve 3D - C-arm.
Tijdens de ingreep wordt met dit
compacte toestel een strikte face en
profiel genomen. Tussen deze referentieposities berekent het toestel
een ellipsvormige baan. In tegenstelling tot de cirkel waarin de stralingsbron en beeldversterker van een CT
draaien, biedt deze ellipsvormige
baan meer ruimte rond de zogenaamde “region of interest”. Dit verruimt de toepassingsmogelijkheden,
optimaliseert veiligheid en efficiëntie, en minimaliseert de kans op
desterilisatie. Door te opteren voor
de dunste beeldversterker die
momenteel op de markt beschikbaar
is, wordt dit voordeel nog vergroot.
Na een botsingscontrole waarin de
door de computer berekende baan
manueel geverifieerd wordt zonder
straling, voert het toestel, volledig
automatisch, in zestig seconden zijn
run van 135 graden uit rond de
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
patiënt waarbij 110 digitale beelden
bekomen worden.
Tot slot berekent de software op
basis van deze digitale beeldfilm in
enkele seconden een volumetrische
dataset waaruit multiplanaire reconstructies dynamisch kunnen gevisualiseerd worden.
Hoewel onze intra-operatieve 3D C-arm compatibel is met spinale
navigatie, staat deze laatste techniek ons inziens nog niet op punt.
We volgen de evolutie van deze
spitstechnologie op een kritische
wijze op om uw patiënten ook in de
toekomst op de best mogelijke
manier van dienst te zijn. ●
Dienst neurochirurgie:
Dr. Benedikt Hermans
Dr. Charles Smets
Dr. Patrick Van Schaeybroeck
Meer info?
secretariaat neurochirurgie
015 50 61 93
[email protected]
Nieuw
Belgische primeur:
laser voor resectie van longmetastasen
Jürgen Verbist, cardio-vasculair chirurg
Dankzij de steeds betere behandelingsmogelijkheden bij kankerpatiënten, overleven oncologische patiënten gelukkig steeds langer. Daar waar in het verleden een longmetastase vaak als een uitzichtloze situatie werd beschouwd, weten we vandaag dat voor sommige mensen heelkundige resectie hiervan toch
waardevol kan zijn. Misschien niet altijd om volledige genezing te bekomen, maar dan toch op zijn minst
om in combinatie met adjuvante therapie langdurige ziektecontrole te bereiken.
nomen. Dat maakt dat bij grotere,
dieper gelegen of multipele letsels
uiteindelijk toch heel wat gezond
longweefsel sneuvelt.
De chirurgische aanpak van longmetastasen verschilt ten opzichte van
die van een primair longcarcinoom.
Omdat bij een primair longcarcinoom rekening moet worden gehouden met verspreiding van kwaadaardige cellen via de lymfebanen naar
de opeenvolgende klierstations, is
meestal minstens een lobectomie
noodzakelijk. In geval van een longmetastase, mag men er echter van
uitgaan dat een meer lokale resectie
van het letsel volstaat. Er wordt dus
een maximale hoeveelheid gezond
longweefsel gespaard. Zo kunnen
zelfs patiënten met multipele metastasen, ook indien ze in meerdere
longkwabben of bilateraal gelokaliseerd zijn, toch nog in aanmerking
komen voor operatie zonder al te
grote gevolgen voor de longfunctie.
Sinds enkele maanden beschikt het
Imeldaziekenhuis als eerste ziekenhuis in België over een lasertoestel
van de Duitse firma Biolitec dat specifiek is bedoeld om longmetastasen
te reseceren. Bij de conventionele
chirurgische aanpak, wordt voor elk
te verwijderen letsel een wig van
omringend longweefsel mee wegge-
De laser laat toe echt gefocust rond
elk letsel heen te branden. Zonder
dat er naar de diepte toe veel thermische weefselschade ontstaat,
slaagt de laser er in om het snijvlak
als het ware dicht te smelten.
Hierdoor wordt bloedverlies of
luchtlek vanuit het snijvlak voorkomen.
7
Anderzijds gaat zodanig weinig
gezond weefsel verloren dat aantal
en ligging van de metastasen een
veel minder beperkende factor zijn
geworden. Ook kunnen patiënten op
deze manier zo nodig meermaals
behandeld worden als er na verloop
van tijd nieuwe metastasen opduiken. De ingreep kan via een minithoracotomie of zelfs volledig thoracoscopisch worden uitgevoerd.
Uiteraard gaat uitgebreid multidisciplinair overleg dergelijke chirurgie
vooraf.
Dienst vaatheelkunde:
Tot op heden werden in het Imelda ziekenhuis reeds een tiental patiënten met goed resultaat op deze
manier behandeld. Het merendeel
van deze patiënten kon het ziekenhuis op de derde of vierde post operatieve dag verlaten. De korte
herstelperiode laat trouwens toe
om zo nodig nadien snel te starten
met adjuvante chemo- of radiotherapie. ●
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Dr. Patrick Peeters
Dr. Wouter Van den Eynde
Dr. Jürgen Verbist
Meer info?
secretariaat
cardio-vaculaire chirurgie
015 50 61 79
[email protected]
Diabeteszorg
Het diabetesteam van ons ziekenhuis
stelt zich voor
Toon Maes, endocrinoloog
Sinds eind april werden de diensten van ons diabetesteam samen gebracht op een nieuwe locatie.
Strakke wandkasten, fris wit met toetsen groen en blauw op de muren, veel licht, vlinderstoeltjes in de
wachtkamer. De moderne ruimte ademt een aangename sfeer.
Complete diabeteszorg
8
“We zijn zeer trots op onze nieuwe
werkomgeving”, stelt Els Heyde,
hoofdverpleegkundige diabeteszorg,
“de nadruk ligt in de eerste plaats
op het zo efficiënt mogelijk kunnen
helpen van onze patiënten. Tot voor
kort zaten de verschillende medewerkers van ons diabetesteam op
verschillende locaties in het ziekenhuis, waarbij patiënten vaak van de
ene locatie naar de andere werden
gestuurd. Nu zitten we gecentraliseerd op één route” (route 47,
nvdr).
Het diabetesteam telt 16 medewerkers: 2 administratief medewerkers,
7 verpleegkundig educatoren, 2 diëtist educatoren, 2 studieverpleegkundigen en 3 artsen. Het doel van
het team is patiënten met diabetes
te begeleiden bij hun zelfcontrole,
regeling van de medicatie, motiveren
tot aanpassingen in de levensstijl,
aandacht hebben voor preventie,
opvangen van verwikkelingen en
urgenties en vaak ook bieden van
mentale ondersteuning.
Linda, administratief medewerkster:
“We werken voornamelijk binnen het
kader van de diabetesconventie.
Binnen dit revalidatieconcept financiert de overheid erkende centra in
evenredigheid met het aantal in het
centrum ingeschreven patiënten.
Met die financiering worden niet
alleen onze medewerkers betaald,
maar ook het materiaal voor zelfcontrole voor de diabetespatiënten,
materiaal voor injectie van insuline
enzovoort. In het Imeldaziekenhuis
zijn er momenteel 1.850 patiënten
opgenomen in de diabetesconventie.”
Dokter Chris Vercammen blikt terug:
“Dokter Paul Decraene en mevrouw
Chris Van hoof, die al in de jaren
1970 een diabetesteam avant la
lettre oprichtten in het Imeldaziekenhuis, worden nu aanzien als
echte pioniers op het vlak van diabeteszorg en -educatie. Over de
jaren heen breidde ons team verder
uit, samen met het toenemend aantal diabetespatiënten. De grootte
van ons team heeft als voordeel dat
deze verregaande subspecialisatie
binnen alle klinische, psychologische,
technische en organisatorische
facetten van de diabeteszorg toelaat. Onze ploeg wordt verder
ondersteund door podologen, psychologen en werkt nauw samen met
andere medische disciplines zoals:
oftalmologie, orthopedie, vaatheelkunde, cardiologie, gynaecologieverloskunde enz. Op deze manier
kan het Imeldaziekenhuis een complete diabeteszorg aanbieden.”
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Met een blik op de toekomst
“We willen werken volgens de
recentste richtlijnen en criteria en
steeds met een blik op de toekomst.
Onze ambitie is steeds bij de eerste
centra te zijn voor het implementeren van de nieuwste technologische
ontwikkelingen, zoals: insulinepompen en meer recent glucosesensoren. Bovendien werken we mee aan
verschillende klinische studies met
de nieuwste antidiabetica, zoals de
SGLT-2 inhibitoren.”
Els Heyde treedt dokter Vercammen
bij: “Ook op vlak van communicatie
met onze patiënten proberen we de
beste leerling van de klas te zijn. Zo
verloopt een groot deel van de contacten met onze zwangere patiënten met zwangerschapsdiabetes per
e-mail (na een eenmalig klinisch
contact waarbij ze een grondige uitleg over de aandoening krijgen).
Educator (en vroedvrouw, nvdr) Ann
kan zo wekelijks de behandeling bijsturen. Ook steeds meer type 1 en
type 2 diabetespatiënten mailen ons
hun glycemiedagprofielen door. Op
vraag van de patiënt kan ook een
wekelijkse telefonische opvolging
worden voorzien van de glycemiedagprofielen, waarbij onze educatoren de patiënt in kwestie actief gaan
opbellen. Door kort op de bal te
spelen kunnen we vaak voorkomen
dat bepaalde situaties ontsporen en
een opname vermijden.”
Dokter Vercammen: “Zeer belangrijk
blijft wat dat betreft ook het overleg met onze collega- huisartsen. Zij
kunnen vaak beter inschatten wanneer een ambulante opvolging zal
lukken, of wanneer toch opname
noodzakelijk is. Anderzijds is het één
van onze hoofdtaken om de huisartsen zoveel mogelijk te ondersteunen
in de diabeteszorg voor hun patiënten - zoals onder andere gebeurt
via de diabetes zorgtrajecten.”
Educatie via opname en ambulant
Educator Karen geeft samen met
haar collega informatie aan patiënten in één van de educatielokalen.
“We werken samen met twee pompfirma’s (Medtronic en Roche), zodat
we twee types insulinepompen kunnen aanbieden - die uiteraard beiden volgens hetzelfde basisprincipe
werken - maar toch hun eigen specifieke toepassingen hebben, zodat
de patiënt kan kiezen welke pomp
hem of haar het beste ligt. Het
gebruik van zo’n pomp aanleren
doen we meestal tijdens een korte
opname op één van onze afdelingen,
HAVA 2 of HAVA 3. Daarbij worden
alle technische aspecten overlopen
van de gekozen pomp, noodprocedures bij problemen, en het insulineschema zoveel mogelijk op punt
gesteld. Dergelijke opnames duren
meestal 3 tot 4 dagen.”
Els Heyde: “Bij uitgebreide educaties
kiezen we inderdaad vaak voor een
korte opname, omdat de ervaring
ons leert dat dit het meest efficiënt
is. Tijdens zo’n korte opname wordt
aan patiënten onder andere het
gebruik van ‘slimme glucometer’
aangeleerd. Hierbij breng je het aantal koolhydraten in en de glucometer berekent hoeveel insuline je
moet toedienen. Het tellen van de
koolhydraten wordt aangeleerd door
de diëtist educatoren - Iris en
Marianne.
Toch bestaat het leeuwendeel van
onze job uit ambulante educatie.
Patiënten aan een insulinepomp krij-
gen en nadien jaarlijks op de raadpleging voor een opfrissing van de
noodprocedures. We proberen bijvoorbeeld ook groepssessies aan te
bieden, onder andere met de ‘conversation maps’ waarbij onder leiding van educator Katrien verschillende patiënten (eventueel met hun
partner erbij) met mekaar over hun
diabetes in interactie gaan. Dit
levert vaak uiterst positieve reacties
op.”
fietst. “We proberen steeds het
goede voorbeeld te geven”, roept ze
tegen de wind in., “Elke diabeet aan
het sporten krijgen is ons volgende
doel!”. ●
Kwaliteitsvolle initiatieven en zorgprojecten
Educator Christel onderzoekt een
voetwonde bij een patiënte: “Deze
patiënte zal verder worden opgevolgd in onze diabetes-voetkliniek,
waar ze ook een advies van onze
podologe zal krijgen en een arterieel
nazicht van de onderste ledematen
door de collega’s van vaatheelkunde.”
Het diabetesteam:
Artsen:
Dr. Chris Vercammen
Dr. Bart Vets
Dr. Toon Maes
Het diabetesteam is een goed
geolied team met ambitie. In ons
frequent teamoverleg komen steevast nieuwe ideeën rond kwaliteitsvolle initiatieven en zorgprojecten
naar voren. Zo kunnen onze patiënten onder begeleiding van Els Heyde
mindfulness-sessies volgen. Een
absolute meerwaarde, want bij een
chronische ziekte als diabetes
behoeven onze patiënten flink wat
mentale weerbaarheid.
Verpleegkundig educatoren:
Els Heyde
Christel Nauwelaerts
Griet Wouters
Ann Debie
Mark Michiels
Katrien Ausloos
Karen De Smet
Ondertussen zit de wachtzaal
behoorlijk vol en Mark, de educator
die dagelijks alle opgenomen diabetespatiënten in het Imeldaziekenhuis
opvolgt, komt aanwaaien met een
aantal vragen. Ik trek dus de deur
voorzichtig achter me toe, zwaai
nog eens naar Els, Linda en Greet en keer huiswaarts. Wanneer ik richting Mechelen fiets word ik nog
ingehaald door educator Griet, die
me eerder die dag had toevertrouwd
dat ze samen met een groep diabetespatiënten in juni de Stelvio op
Studieverpleegkundigen:
Helena Gommers
Heidi Nuytiens
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Diëtist educatoren:
Marianne Staquet
Iris Daems
Administratief medewerkers:
Linda Schollen
Greet Van Loock
Meer info?
secretariaat
015 50 57 19
[email protected]
9
Rookstop
Help rokers om de beslissende stap te zetten:
spreek over rookstopbegeleiding
Wendy De Boeck en Aline Delbaere, tabacologen
Spreken over rookstopbegeleiding kan patiënten die roken helpen om sneller de beslissende stap te zetten. Daarom lanceerden de tabacologen van het ziekenhuis begin dit jaar de nieuwe rookstopcampagne
‘Tijd om te stoppen?’. Een initiatief om de rookstopbegeleiding in het ziekenhuis bij patiënten, verpleegkundigen en artsen opnieuw in de schijnwerpers te plaatsen.
10
“Tijd om te stoppen?”
Met deze rookstopcampagne willen
de tabacologen zo veel mogelijk
patiënten motiveren om te stoppen
met roken en hen de weg wijzen
naar de rookstopbegeleiding in het
ziekenhuis. Tegelijkertijd worden alle
verpleegkundigen en artsen over de
interne rookstopbegeleiding geïnformeerd, zodat zij met hun patiënten
kunnen spreken over rookstop en
rookstopbegeleiding.
‘‘Als een verpleegkundige of arts
spreekt over stoppen met roken, is
dat vaak een reden voor de patiënt
om er echt werk van te maken”,
zegt Wendy De Boeck, tabacologe.
“Ons doel is om zoveel mogelijk
patiënten te helpen om te stoppen
met roken. Deze campagne is
opnieuw een prikkel voor patiënten
om een rookstopbegeleiding in het
ziekenhuis te starten.”
Eenvoudig verwijzen
Wendy De Boeck, hoofdverpleegkundige dienst longziekten en Aline
Delbaere, referentieverpleegkundige
COPD-patiënten, werken sinds
2009 als erkende tabacologen op
de dienst longziekten.
Zowel gehospitaliseerde als ambulante patiënten, die op consultatie
komen bij de pneumologen, kunnen
beslissen om de individuele rookstopbegeleiding in het ziekenhuis te
volgen. Wanneer de pneumoloog
oordeelt dat een rookstopbegeleiding aangewezen is, verwijst hij naar
de tabacologen.
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
De patiënt neemt zelf contact op.
“Zo eenvoudig werkt het”, zegt Aline
Delbaere. Zij geeft ook rookstopbegeleiding aan patiënten die longrevalidatie volgen. Onder begeleiding
van Filip Ceuleers, kinesist, en Dr. T.
Lauwerier, pneumoloog, volgen deze
patiënten drie keer per week een
totaalprogramma om hun spier- en
longcapaciteit te trainen. Aline geeft
de inhalatie- en zuurstoftherapie en
rookstopbegeleiding. “Deze rookstopsessies zijn leuk en de patiënten stimuleren en steunen elkaar om
vol te houden. Voor ons team en
onze dienst is rookstopbegeleiding
een evidentie. Je kunt geen longziekten genezen als patiënten niet stoppen met roken. Maar rookstop is
voor elke roker de beste keuze:
patiënten met cardiovasculaire ziekten, zwangere vrouwen of patiënten
die een ernstige operatieve ingreep
ondergaan, hebben zoveel goede
redenen om te stoppen! Verpleegkundigen en artsen van alle diensten
kunnen hen daarbij helpen door
eenvoudig te verwijzen naar onze
rookstopbegeleiding.”
roken op moeilijke momenten enz.
Ook een motiverend beloningsplan
wordt opgesteld.
De derde sessie volgt zo kort
mogelijk na de stopdag. Goede en
slechte ervaringen, moeilijkheden,
verleidingen en oplossingen komen
aan bod.
Waarom rookstopbegeleiding in
het ziekenhuis?
Stoppen met roken is niet evident.
Rokers die hulp en begeleiding krijgen, hebben aanzienlijk meer kans
om te slagen. De roker staat er niet
alleen voor. Het ziekenhuis blijkt
bovendien vaak een ideale omgeving
om te stoppen. Bij een opname
wordt de patiënt plots geconfronteerd met zijn zwakke gezondheidstoestand. Op een fysiek zwak
moment is het psychologische besef
dat het nodig is om te stoppen veel
sterker aanwezig. De nood om te
stoppen is dan fysiek én psychisch
voelbaar. Dat opent vaak de ogen
van de roker. Hij beseft dat het vijf
vóór twaalf is en vraagt niet liever
dan geholpen te worden. De patiënt
bevindt zich ook in een andere
omgeving, wat het gemakkelijker
maakt om te stoppen.
Preventief werken
De kerntaak van elk ziekenhuis is
preventief en curatief zorgen voor
een betere gezondheid van de
patiënten. Rookstopbegeleiding is
één van die belangrijke preventietaken. Het is een taak van zorgverleners om patiënten vóór een operatie, tijdens een zwangerschap, naar
aanleiding van een consultatie … te
informeren over de complicaties van
roken en te verwijzen naar de rookstopbegeleiding. “Het is belangrijk
dat artsen en verpleegkundigen telkens de vraag stellen of patiënten
willen stoppen met roken. Stoppen
met roken blijft altijd een beslissing
van de roker zelf, die vooral gemotiveerd moet zijn. Maar door erover
te spreken kan je patiënten dikwijls
net dat zetje geven dat ze nodig
hebben. Artsen en verpleegkundigen
kunnen zo meer dan ze vaak beseffen, patiënten motiveren om een
rookstoppoging te ondernemen”,
zegt Wendy De Boeck. “Rookstopbegeleiding is een extra kwaliteitsservice die we als ziekenhuis aan
alle patiënten die roken aanbieden.
Sinds 2009 maken wij deel uit van
het
Netwerk
van
Rookvrije
Ziekenhuizen. Wij hebben een voorbeeldfunctie op het vlak van preventie en rookstopbegeleiding. Het is
onze taak als zorgverleners om
patiënten te informeren en aan educatie te werken. Dat maakt deel uit
van ons kwaliteitsbeleid.”
Hoe verloopt een rookstopbegeleiding?
Tijdens het eerste kennismakingsgesprek doet de tabacologe een
anamnese en onderzoekt welk type
roker de patiënt is, welk rookgedrag
hij vertoont enz. De tabacoloog evalueert ook of de patiënt voldoende
gemotiveerd is om te stoppen, zodat
de rookstopbegeleiding effectief kan
helpen. Afhankelijk van de behoefte
van de patiënt en in overleg met de
arts worden nicotinesubstituten of
rookstopmedicatie aangeboden.
In de tweede sessie wordt een
rookstopplan opgemaakt met onder
meer de stopdatum, de aanpak van
de rookstop, alternatieven voor
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
De volgende sessies focussen op
verdere individuele begeleiding en
stimulering om vol te houden.
Afhankelijk van de patiënt worden
ook andere voedingsgewoonten of
een andere daginvulling om het
rookgedrag te doorbreken, besproken. Ook het ontdekken van triggers
die aanzetten tot herval en het
voorbereid omgaan met verleidelijke
situaties, komen aan bod.
Na de ziekenhuisopname kan de
patiënt kiezen om in het ziekenhuis
de rookstopbegeleiding verder te
zetten of naar een externe tabacoloog of huisarts te gaan. Elke rookstopbegeleiding verloopt op maat
van de patiënt volgens zijn behoeften.
De sessies van rookstopbegeleidingssessies vinden plaats op maandag en donderdag.
Acht sessies over twee jaar worden
terugbetaald door de mutualiteit. ●
Team rookstopbegeleiding:
Artsen:
Dr. Eric Frans
Dr. Andre Heremans
Dr. Tine Lauwerier
Dr. Jan Roelandts
Tabacologen:
Wendy De Boeck
Aline Delbaere
Meer info?
[email protected]
015 50 46 05
[email protected]
015 50 46 07
11
Zorgtraject
Accreditatie in ons ziekenhuis
Nathalie Van Loock, accreditatiecoördintor
Zorgkwaliteit en patiëntveiligheid zijn absolute prioriteiten in het Imeldaziekenhuis. Alle medewerkers
zetten zich elke dag maximaal in voor de patiënt en streven continu naar een goede en veilige zorg voor
de patiënt. Dat wil het Imeldaziekenhuis ook zichtbaar maken en met objectieve criteria aantonen. Niet
alleen voor het grote publiek en de overheid, maar zeker ook voor de medewerkers en patiënten.
Imeldaziekenhuis prioritaire aandacht. In 2013 werd heel wat voorbereidend werk gedaan om in 2014
concreet aan de slag te kunnen
gaan.
2013: correct identificeren van
patiënten
12
Daarom heeft ons ziekenhuis in
2012 beslist in te stappen in een
accreditatietraject met het Nederlands Instituut voor Accreditatie in
de Zorg (NIAZ). Het NIAZ is een
extern, onafhankelijk accreditatieorgaan dat aan de hand van door hen
ontwikkelde kwaliteitsnormen de
patiëntveiligheid en kwaliteit van een
zorginstelling toetst. Het NIAZ
beoordeelt of het ziekenhuis permanent een goed kwaliteitsniveau van
zorg kan leveren. Indien dat zo is,
krijgt het ziekenhuis een accreditatie, dit is een kwaliteitslabel, voor
vier jaar. Het ziekenhuis streeft
ernaar dit kwaliteitslabel te behalen
tegen eind 2016.
In de aanloop naar de accreditatie
dienen we als ziekenhuis heel wat
procedures, systemen en algemene
maatregelen in verband met
patiëntveiligheid en kwaliteit te
implementeren. Het gaat hier niet
zozeer om het introduceren van
nieuwe handelingen en attitudes bij
de medewerkers, maar wel om
bestaande handelingen en attitudes
over heel het ziekenhuis te standaardiseren en te uniformeren door
te expliciteren en te verfijnen.
Alles wat met patiëntveiligheid te
maken heeft, krijgt binnen het
In 2013 werd de campagne “Zeg
hen wie je bent, vraag hen wie ze
zijn” opgestart waarbij alle zorgverleners de patiënten actief bevragen
naar hun naam, voornaam en
geboortedatum. Ze vergelijken deze
informatie met het identificatiearmbandje en de overige gegevens
waarover zij beschikken.
2014: informeren van medewerkers, interne audits, Q-teams en
Safety champions
In het ziekenhuis werden infosessies
georganiseerd om alle medewerkers
op de hoogte te brengen van de
stand van zaken wat betreft accreditatie.
groep van diensten kunnen invullen.
Een self-assessment of zelfevaluatie
is een vragenlijst gebaseerd op de
NIAZ-normenset waarbij aan de
leden van het self-assessment team
wordt gevraagd deze in te vullen.
De zelfevaluatie wordt uitgevoerd
door de leden van het self-assessment team. Deze eerste zelfevaluatie is de nulpuntmeting voor ons
ziekenhuis en zal ons een idee geven
over waar we als ziekenhuis staan
op het vlak van accreditering. De
zelfevaluatie zal onze sterke punten
en werkpunten aan het licht brengen.
Q-teams
Een Q-team, of kwaliteitsteam, is
een kleine groep van gemotiveerde
“specialisten” (verpleegkundigen,
artsen, administratie, poets, apotheek, IT,...) per normenset die aan
de slag gaan met de werkpunten van
de zelfevaluatie en verbetertrajecten
trekken.
Interne audits
Safety champions
In mei 2014 werden 41 interne
auditors binnen het ziekenhuis
opgeleid, aansluitend werden de
eerste acht interne audits uitgevoerd. Vanaf oktober 2014 zal elke
maand een interne audit worden uitgevoerd.
Self-assessment teams en de
zelfevaluaties
Een self-assessment team is een
grote groep van medewerkers die
nauw betrokken zijn bij een bepaalde dienst of groep van diensten en
met kennis van zaken een vragenlijst
(zelfevaluatie) over deze dienst of
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Dit zijn afdelingsverantwoordelijken
kwaliteit en patiëntveiligheid die de
taak hebben om input en feedback
te verschaffen aan de Q-teams en
tevens alle medewerkers op hun
afdeling moeten motiveren en op de
hoogte brengen van de initiatieven
rond kwaliteit, patiëntveiligheid en
accreditatie.
De accreditatie is geen doel op zich,
het is een middel om patiëntveiligheid en kwaliteit naar een hoger
niveau te tillen. ●
Nieuwe stafleden
●
In de kijker
Peter Ruette
is erkend als arts-specialist in de Orthopedische Heelkunde (K.U.L
2012 ).
Hij was drie maanden fellow in Delft bij dr. Vehmeijer en in Oxford bij
Dr. Glyn-Jones, waar hij zich vooral toegelegd heeft op de minimaal
invasieve behandeling van heuppathologie.
Hij was ook fellow in Bouge bij dr. Lejeune, waar hij een bijkomende opleiding genoot voor schouderpathologie.
Sedert 1 augustus 2013 vervoegde hij de associatie Orthopedie en
behartigt hij dus mede de heup- en schouderpathologie in ons ziekenhuis.
●
Peter Ruette
Wouter Van den Eynde
behaalde zijn artsendiploma aan de K.U.L in 2005.
Na zijn opleiding Algemene Chirurgie volgde hij een bijkomende opleiding in de Vasculaire en Endovasculaire Heelkunde.
In 2012 vervolmaakte hij zich verder in de vaatchirurgie in het
Klinikum Süd te Nürnberg, Duitsland bij prof. E. Verhoeven.
Sinds augustus 2013 werkt dr. Van den Eynde als staflid in het
Imeldaziekenhuis.
Wouter Van den Eynde
13
●
Lieven Peperstraete
is doctor in de genees-, heel- en verloskunde ( K.U.L ) sedert 1983
en arts-specialist in de anatomopathologie sedert 1988.
Hij volgde bijkomende opleidingen aan de U.C.L (Certificat de Génie
Génetique, 1997) en aan de Vlerick Management School
(Management en Informatiemangement voor de ziekenhuisgeneesheer 2004).
Hij was voorheen anatomopatholoog in het Regionaal Ziekenhuis
H. Hart te Leuven van 1989 tot juli 2013. Hij was er ook hoofdgeneesheer/medisch directeur van 2003 tot 2010.
Hij vervoegde onze dienst Anatomopathologie in augustus 2013.
Katrien Coppens
promoveerde tot kinderarts aan de K.U.L in juli 2002.
Van 2003 tot en met 2006 heeft zij gewerkt in het Bristol Children’s
Hospital (UK), waar ze, naast algemene pediatrie, vooral instond voor
de opvang van pediatrische urgenties.
Sedert 2007 werkte zij als kinderarts in het Royal Free Hospital in
Londen. Ze heeft een bijkomende opleiding “Allergie” gevolgd aan het
Imperial College, te Londen van 2009-2011.
In het Royal Free Hospital had ze ook de leiding over de dienst
Kinderallergie waar o.a. voedselallergie, rhinitis, zuigelingeneczeem en
astma behandeld werden.
Ze vervoegde ons pediatrisch team in september 2013. Ze is natuurlijk druk doende met de oprichting van een specifieke raadpleging
voor kinderallergie.
Katrien Coppens
▼
▼
▼
●
Lieven Peperstraete
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
▼
▼
▼
●
Toon Maes
behaalde in 2007 het diploma van arts aan de KU Leuven.
Daarna volgde hij een opleiding tot arts-specialist algemene inwendige ziekten te Leuven, en aan het Imperial College te Londen.
In 2013 voltooide hij een subspecialisatie in de diabetologie - endocrinologie.
Sedert september 2013 is hij werkzaam in het Imeldaziekenhuis. Hij is
ook nog consulent in het UZ Leuven.
Naast de algemene endocrinologie (hypofyse, bijnier, schildklier, bijschildklier, ...) heeft hij een bijzondere interesse in de diabetologie,
meer bepaald in nieuwe technologieën en recente medicatie binnen dit
domein. Hij is dan ook mee verantwoordelijk voor verschillende klinische studies. Hij staat mee in voor het coördineren van het multidisciplinaire begeleidingsproject voor obesitas “Grandioos”.
Toon Maes
Roel Verschooten
●
Roel Verschooten
behaalde in 2012 het diploma van oftalmoloog na opleiding aan de
KU Leuven.
Hij heeft zijn algemene opleiding uitgebreid met bijkomende fellowships in ooglid- en cataractchirurgie in Nederland en India. Hij heeft
dan ook een speciale interesse ontwikkeld voor ooglidproblematiek.
Sinds januari 2014 maakt dr. Verschooten deel uit van de dienst oftalmologie in ons ziekenhuis.
Naast deze activiteiten is hij dit jaar samen met zijn collega,
dr. Caluwaerts, in het centrum van Putte een privepraktijk gestart.
14
Evi Caluwaerts
●
Evi Caluwaerts
behaalde in 2012 het diploma van oftalmoloog na opleiding aan de
KU Leuven en het ZNA Middelheim.
Nadien werkte zij als oogarts in een praktijk in Londerzeel en Bornem,
waar zij bijkomende ervaring opdeed in cataractchirurgie en pediatrische oftalmologie.
Dr. Caluwaerts startte begin 2014 een eigen oogartsenpraktijk te
Putte, samen met collega dr. Roel Verschooten. Sinds april 2014
maakt zij ook deel uit van het oogartsenteam in het Imeldaziekenhuis.
Sofie Stuyck
●
Sofie Stuyck
studeerde geneeskunde aan de Universiteit Antwerpen.
Van 2006 tot 2011 werd zij opgeleid tot algemeen chirurg in het UZA
en AZ Turnhout, waar zij gepassioneerd raakte door de urologie.
In 2011 besliste zij zich daarin verder te specialiseren in Leuven, met
bijzondere aandacht voor de oncologie en de kinderurologie. Tijdens de
laatste 2 jaren van haar opleiding te Dendermonde bekwaamde zij zich
in de endoscopie, de robotchirurgie en de functionele urologie.
ImeldaNieuwsbrief juni 2014
Contactgegevens
Wij willen u graag op de hoogte houden van wat er in ons ziekenhuis gebeurt. Niet alleen via
de papieren nieuwsbrief maar ook via digitale berichten. Om de twee maand versturen we
I-mailda, een elektronische nieuwsbrief met korte berichten, nieuws, een overzicht van
activiteiten, …
Om ervoor te zorgen dat onze mailinglijst correct is en niemand de informatie mist, willen wij
u vragen om ons uw contactgegevens door te geven.
Dit kan via onze website www.imelda.be op de pagina professionals of door deze QR-code te
scannen:
U kan uw gegevens ook doorsturen via mail naar [email protected]
Contactgegevens die we graag van u ontvangen:
●
●
●
●
●
Naam en voornaam
RIZIV-nummer
E-mailadres
Praktijkadres
Of u al dan niet deel uitmaakt van een groepspraktijk
Via mail zullen wij u ook op de hoogte houden van symposia en infomomenten die voor huisartsen georganiseerd worden. Uiteraard geven wij uw e-mailadres niet door aan derden.
15
Agenda
Woensdag 24 september 2014:
Halssymposium door NKO en endocrino
Zaterdag 18 oktober 2014: Ipodium 27
Zaterdag 29 november 2014: Orthopediedag
Zaterdag 10 januari 2015; Nieuwjaarsreceptie
Zaterdag 14 maart 2015: Ipodium 28
Zaterdag 6 juni 2015: Ipodium 29
Zaterdag 3 oktober 2015: Ipodium 30
I mel
daN
ie u
ws
br
i ef
j
un
i
Imeldaziekenhuis
Imeldalaan 9
2820 Bonheiden
www.imelda.be
WZC Den Olm
Schoolstraat 55
2820 Bonheiden
www.denolm.be
20
14
-
ja a
rga
ng
18