Impressie Toogdag 30 oktober 2014

 Impressie Toogdag 30 oktober 2014 Op deze derde en laatste Toogdag van 2014 stond in het ochtendprogramma het project thematoezicht JGZ centraal (nb: het eindrapport komt 6 november beschikbaar). Namens de Inspectie voor de Gezondheidszorg waren Frank van Leerdam, Janine Timmer en Rian Vos aanwezig. Systeemtoezicht en governance IGZ Frank: IGZ speelt een rol het verbeteren van de organisatie en de inhoud van de JGZ. Gemeenten hebben met JGZ goud in handen! In 2013 is onderzoek gedaan of alle kinderen in beeld zijn, welke kwetsbaar zijn en of zij de juiste zorg ontvangen. Conclusie is dat het goed gaat, maar dat meer inspanningen op het gebied van beleidsinformatie nodig is en zorgvuldigheid ten aanzien van flexibilisering. Vervolgens gaf Rian een presentatie over systeemtoezicht en governance IGZ. Goed bestuur staat heel erg in de belangstelling. De verantwoordelijkheid voor goede zorg ligt bij de instellingen en deze moeten zich hierover kunnen verantwoorden. Hoe laat je zien dat je kwaliteit levert? Wanneer heb je de juiste risico's in beeld? Oftewel: hoe weet je welke risico's de populatie 0­18 jaar in een specifieke regio loopt? Een aantal JGZ­instellingen heeft meegedaan aan de pilot systeemtoezicht IGZ. Hierbij werd toegewerkt naar een efficiënte vorm van inspecteren door gebruik te maken van de gegevens van de organisatie zelf en na te gaan in welke mate de organisatie in control is. Daarnaast is een zogenaamd toezichtkader ontwikkeld: hoe ziet bestuurlijke verantwoordelijkheid eruit? Wat mogen we van een bestuurder, een RvT, een professional verwachten? Gekeken is of de organisaties klaar zijn voor systeemtoezicht. Duidelijk werd dat bij organisaties kwaliteitssystemen, klantervaringen, risico­indicatoren etc. aanwezig waren, maar dat dit allen losse onderdelen betroffen en er geen sprake was van integratie van het geheel. Belangrijk is om binnen de organisatie iemand verantwoordelijk te maken voor kwaliteit en veiligheid, ook binnen de Raad van Toezicht. Bij het laten zien dat je in control bent, is het cliëntperspectief het uitgangspunt. Doen we de juiste dingen en doen we deze goed? Voldoen we daarmee aan wet­ en regelgeving? Wanneer iets niet toegepast wordt, leg dan uit waarom niet. Best practice kwaliteit van zorg Verian ­ Roswitha Heitbrink Verian definieert kwaliteit als: voldoen aan de verwachting van de cliënt. Sinds 2007 beschikken zij over het HKZ­kwaliteitskeurmerk. Verian beschikt daarna over een risico­registratie dat inzicht geeft in doelgroepkinderen. Alle risico's zijn ingebouwd in KD+. De managementrapportage wordt niet alleen ten behoeve van de gemeente opgesteld, maar wordt vooral ook besproken met de medewerkers om bewustzijn te creëren. Op deze manier worden medewerker ook in hun kracht gezet. Richtlijnen en protocollen zijn handvatten. Medewerkers mogen afwijken hiervan, mits dit geregistreerd en onderbouwd wordt. Er wordt veel tijd aan competentiemanagement, functioneringsgesprekken en intervisie besteed omdat Verian het belangrijk vindt dat de juiste persoon op de juiste plek zit. Cliëntevaluatie, zorgevaluatie en medewerkerstevredenheid zijn andere gegevensbronnen. TIP: beschrijf duidelijk wat je doet, hoe je borgt, hoe je monitort en wat je doet als je een norm niet haalt. Best practice kwaliteit van zorg GGD Zuid Limburg ­ Lidy van der Goot It's good te learn from your mistakes, but it's cheaper to learn from other’s mistakes. GGD Zuid Limburg geeft aan dat de worst practices ten onrechte een ondergeschoven kindje zijn, omdat je juist daarvan zoveel leert. Het thematisch toezicht is feitelijk een momentopname, terwijl het er om gaat dat er voortdurend inzicht bestaat in de kwaliteit van zorg. Er is een interne audit gedaan waar verbeterpunten uit naar voren zijn voortgekomen. Zo is het VIM geïmplementeerd: Veilig Incidenten Melden, met als doel: leren van fouten, niet medewerkers afrekenen, maar met elkaar verbeterpunten formuleren. Ook bleek dat het trainen van medewerkers bij implementatie van een richtlijn of meldcode niet voldoende is. Het gaat om borging. Hoe werkt het proces en wat kunnen we verbeteren? Wat is kwaliteit van zorg nu en straks? De professional moet maatwerk leveren en aansluiten op de ouder. Het bereik mag misschien 95% zijn, maar wordt dan ook kwaliteit van zorg geboden? Signalen uit de omgeving worden steeds belangrijker. Welke normen hanteren we straks? Hoe weten we of de Eigen Kracht van ouders/jongere voldoende is ingezet? Hoe beoordelen we of de inzet van kortdurende, lichte hulp goed was? Hoe krijgen we inzicht in de kwaliteit van zorg bij samenwerking? Nieuwe normen vragen om nieuwe indicatoren. En vooral: verantwoord loslaten kan mits je in voldoende in control bent. Best practice bereik bijzondere doelgroepen GGD West Brabant ­ Katja van Mook GGD West Brabant heeft, op verzoek van de gemeente Zundert, meegewerkt aan een project “Bereik bijzondere doelgroepen”. West Brabant is een regio met veel campings waar mensen tijdelijk wonen, met name Oost Europeanen. Insteek van het project was verbinding van zorg en handhaving. De focus lag op controle uitkeringsfraude, milieu, handhaving hygiëne en toeleiding gepaste zorg. Belangrijke reden voor samenwerking op dit project was om na te gaan of er inderdaad kinderen buiten beeld waren en of de GGD iets voor deze kinderen en ouders kon betekenen. Vooraf heeft de GGD een analyse gemaakt welke kinderen hierbij betrokken zouden zijn. Dossieronderzoek obv GBA­gegevens liet zien dat het 88 kinderen betrof, 50% Nederlands en 50% Oost Europees. 46 van deze kinderen waren niet in beeld, omdat zij net in Nederland waren. Er had nog geen regulier CM plaats gevonden, omdat zij met 6/7 jaar binnen waren gekomen. De ouders van deze 46 ouders zijn uitgenodigd: 23 kinderen/ouders zijn op gesprek geweest. Naast het bespreken van de medische voorgeschiedenis is opgehaald wat bij de gezinnen leeft. Voor de overige 23 kinderen zijn andere acties uitgezet: ouders bellen, school en leerplichtambtenaar om informatie gevraagd. Een deel van de kinderen was alweer vertrokken uit het gebied. Een deel is vervolgens wel in de reguliere screening terecht gekomen. Wat heeft het opgeleverd? De processen om alle kinderen in beeld te hebben, zijn aangescherpt. Er zijn structurele afspraken met scholen gemaakt hoe kinderen tijdig in beeld te krijgen. “Campingkinderen” worden voortaan door school aan de GGD doorgegeven en in het ZAT besproken. De samenwerking met de LPA is op regionaal en lokaal niveau versterkt. Belangrijk leerpunt was dat voortaan de GGD ouders en kinderen niet meer bij de GGD zal uitnodigen, maar naar ouders toe zal gaan. Het bewustzijn bij de professional om actief uit te kijken naar kwetsbare kinderen is vergroot, men heeft het resultaat gezien. De professionals zijn alerter op kinderen die niet in beeld zijn, omdat zij bijvoorbeeld wonen op een camping of in opvanghuizen. Professionals wordt geleerd af te wijken van het standaardproces en sensitief te zijn voor de omgeving van het kind en passende zorg te bieden. Ook zijn afspraken met de gemeente gemaakt over handhaving en volksgezondheid. Intern is de samenwerking met de OGGZ­teams versterkt. Dit praktijkvoorbeeld heeft beter laten zien hoe wij de aandacht voor kwetsbare kinderen beter op orde kunnen krijgen. Bereik alleen zegt niets over kwaliteit van zorg. De processen zijn beter geborgd en de professionals zijn proactiever op het kwetsbare kind. Discussie/vragen panel ● Waar ligt de verantwoordelijkheid van de gemeente als het gaat om bevindingen van de Inspectie?. → Inspectie houdt geen toezicht op gemeente. Gemeente is wel bestuurder van de GGD. Ze worden dan aangesproken als bestuurder, niet als gemeente. Er worden ­ via het inspectierapport ­ wel aanbevelingen gedaan aan de gemeente en het merendeel van de wethouders neemt dat serieus. ● Decentralisatie: wat is de bemoeienis van Inspectie? Inspectie kijkt naar kwaliteit van zorg en niet zozeer naar financiering van zorg. Er zijn naar aanleiding van de maatschappelijk geluiden wel zorgen. Met name in de ouderenzorg vallen veel ontslagen. ●
●
●
●
●
●
●
●
Transitiearrangementen: zijn deze wel op tijd geregeld? Voor het veld gaan de Inspecties Jeugd en Jeugdzorg als één inspectie functioneren. Incidentmeldingen komen bij één gezamenlijk team binnen.Met name in de eerste maanden van 2015 worden meer calamiteiten verwacht. Aanbevolen wordt goed in je omgeving na te gaan welke risico's gelopen worden en hoe hier op geanticipeerd kan worden. Vooral niet afwachten tot het fout gaat. In hoeverre kun je als Inspectie het veld versterken en problemen uit de praktijk op de politiek bestuurlijke agenda krijgen? De toon van het inspectierapport is positief. Er wordt een appél op de gemeente gedaan. 3 gemeenten in Zeeland willen stuk een deel van het Basispakket isoleren en zelf uit gaan voeren. Dus niet door JGZ­professionals, maar door gemeente­ambtenaren. Het gaat met name om opvoedondersteuning en ziekteverzuim. JGZ verliest dan deze onderdelen en de gemeente krijgt een apart kinddossier. JGZ is verantwoordelijk voor deze kinderen. Hoe is toezicht op zorg die een gemeente levert? → Inspectie maakt zich hier zorgen om. In principe mag een gemeente kiezen bij wie ze de zorg beleggen, mits aan alle wet­ en regelgeving wordt voldaan die hieraan gebonden is. Wanneer JGZ geleverd wordt, dan moeten ze ook BIG­geregistreerde JA in dienst hebben. De gemeente wordt dan een zorgorganisatie en daar wordt wel toezicht op gehouden. Ook zij zijn dan gebonden aan een goede overdracht, continuïteit van zorg, zorgcoördinatie etc. Kan inspectie in adviserende zin aangeven wat wel en niet mogelijk is? Gemeente lijken sommige wet­ en regelgeving niet te kennen. → Dit is geen rol voor IGZ, meer voor VWS en de brancheorganisaties. Bovendien: JGZ is de expert op het gebied wet­ en regelgeving. Het rapport "Leren van calamiteiten" van samenwerkend toezicht Jeugd kan ook helderheid bieden. Hoe gaat Inspectie om met wijkteams en toezicht? Erkend wordt dat dit een lastige discussie is die balans vraagt. Betrek andere partners en blijf in gesprek over zorgen die er zijn. Signaleer risico's en lardeer deze met casuïstiek. Bij een kleine populatie in een bepaald werkgebied is anonimiseren lastig. Hoe kom je dan tot een goede risicoregistratie? → De populatie is anders op platteland. Aangeven wat deze populatie bijzonder maakt, wat de risico's zijn en hoe hier op geanticipeerd wordt. Registratiediscipline is bij diverse organisaties onderdeel van teamoverleggen. Staf kijkt dossiers na: staan bijvoorbeeld de verwijzingen op de goede plek? Zijn alle acties genoteerd? Medewerkers kunnen soms, via het gebruik van filters, zelf hun dossiers controleren. Met name de intrinsieke motivatie wordt geprikkeld: hoe heb ik het gedaan, ook ten opzichte van collega's. Is mijn populatie anders of ligt het aan mijn registratie? Hoe krijg je de professional enthousiast om goed te registreren? In Limburg werkt men bijvoorbeeld met de jeugdmonitor: scholen worden geïnformeerd over wat er op hun school speelt en ontvangen daarbij aanbevelingen. De medewerkers ontvangen en verwerken deze informatie en voeren samen met school en de gezondheidsbevorderaar het gesprek. Kloppen de cijfers uit monitor met eigen bevindingen? Het is belangrijk medewerkers nieuwsgierig te maken naar hun eigen cijfers. Inzicht krijgen in de cijfers is belangrijk. Niet op vingers tikken als iets niet goed geregistreerd wordt, maar juist in gesprek gaan. Mindset moet nu gericht zijn op anders te gaan leren werken en bewustwording te creëren. Niet alleen gegevens vergelijken, maar met elkaar in gesprek gaan en elkaar aanspreken. En met de omgeving in contact zijn. Update Toolbox Basispakket 2015 ­ Karin Boode Karin licht kort toe welke nieuwe producten zijn en nog worden opgeleverd te komende periode. ● Het Landelijk Professioneel Kader uitvoering Basispakket 2015 zal 12 november worden besproken in een bijeenkomst met VWS, VNG, IGZ en de brancheverenigingen. De insteek is om het LPK de richtlijn Contactmomenten uit 2003 te laten vervangen. IGZ heeft aangegeven dat dit mogelijk is, mits de beroepsverenigingen en VNG hier ook positief tegenover staan. ●
●
●
●
●
●
●
●
●
De toolbox beleidsadvisering is gevuld. Dit jaar wordt nog een inspiratiedocument “Bouwstenen voor beter Beleidsadvies” uitgebracht. Eind november komt een digitaal tijdschrift beschikbaar: JENS (Jeugdgezondheid EN School). JGZ organisaties krijgen toegang tot een digitaal tijdschriftsysteem, waarin zij hun eigen tijdschrift kunnen samenstellen. Naast een aantal vaste onderdelen, is er keuze uit diverse artikelen en colums. Ook kunnen de organisatie eigen gegevens toevoegen. Lancering vindt plaats op het jaarcongres 25 november a.s.. Een factsheet Toeleiden en een visiedocument hierover zijn in de maak. GGD Den Haag en GGD Flevoland worden dit najaar door het NCJ ondersteund op het gebied van Samenwerken/testen handreiking Beter Samen. Voor volgend jaar zoeken we nog 8 organisaties die door het NCJ op dit vlak ondersteund willen worden. In november verschijnt een onderzoeksrapportage “Eén focus, één taal” over de rol van taal in de samenwerking tussen JGZ en partners. Aan het innovatieatelier nemen 20 kandidaten deel en deze zijn inmiddels 4x bijeengekomen. Er staan nog 5 bijeenkomsten op stapel. De kandidaten krijgen theoretische en praktische bagage mee op het gebied van vernieuwing en verandering en zijn bezig met een innovatieopdracht binnen de eigen organisatie. Deze maand wordt een tussentijdse evaluatie/reflectie door de kandidaten gedaan. Wat betreft de uitkomst van de doorrekening van de veranderingen in het Basispakket (opdracht van ActiZ en GGD NL) geeft Inge Steinbuch aan dat dit een lastige exercitie is gebleken en dat de resultaten minder positief uitvallen dan gehoopt. Het rapport wordt eind november verwacht. De VNG krijgt geen advies over het bieden van maatwerkt. Dit valt onder de Jeugdwet. In het nieuwe Basispakket staan extra begeleidingscontacten, behalve als het voor specifieke doelgroepen is, dan valthet onder de Jeugdwet. Ferdinand deelt mee dat het NCJ per januari 2015 het beheer van Voorzorg gaat overnemen van het NJI. Zij heeft voor de uitrol en implementatie 2 jaar subsidie verkregen. Ondernemen in de zorg ­ Gerwin van de Braak, De Financials Gerwin schetste de ontwikkelingen van de ziekenhuis­ en GGZ­zorg in de afgelopen 10 jaar, inclusief de risico’s en kansen die hiermee gepaard gingen. Marktwerking zal ook voor JGZ steeds meer gaan spelen, waardoor een beroep wordt gedaan op ondernemerschap en creativiteit. Een ondernemer in de zorg kan het meeste rendement behalen als hij deze formule voor ogen houdt: scherpe focus x verhogen volume = meer kwaliteit voor minder kosten. Open space rondom positionering en marketing preventieve zorg Op interactieve wijze zijn de aanwezigen het laatste deel van de dag met elkaar in gesprek gegaan over: ● Ondernemen in de JGZ ○ Een groepje mensen is helemaal ‘los’ gegaan op dit onderwerp en heeft een geheel nieuw JGZ­concept bedacht: IKEA, oftewel Ieder Kind Echt Anders. Doelgroep vormt 80% van de jeugd. Ouders betalen op basis van inkomen; sponsoren met een jeugd­relatie betalen mee (bijv. Jumbo, Ikea, Pampers). Er wordt gewerkt met ZZP’ers die meer geld verdienen, naarmate ze meer klanten binnenhalen. Het idee wordt doorontwikkeld, waarna we in 2015 meer horen over de successen die dit concept oplevert! ;­) ● Anders en beter doen met minder ○ Van belang is in deze ontwikkelingen vooral de kwetsbare kinderen (20%) te steunen. Flexibilisering vormt het uitgangspunt, waarbij risicokinderen zoveel mogelijk extra zorg krijgen. ○
●
●
●
Kosten die je moet maken, onderbouw je met casuïstiek, waarin je ook vermeldt wat er gebeurt (en welke kosten dát met zich meebrengt) als je geen preventie zorg levert. ○ Van belang is enthousiaste, kwalitatief hoogwaardige professionals op deze risicogroepen te zetten. Cultuuromslag (zelfsturing) ○ Hoe motiveer je de JGZ­professionals in de cultuuromslag naar zelfsturing? Daag mensen uit met behulp van de flexibilisering. Creëer ruimte voor een ontwikkeling naar zelfsturing, begin met de enthousiastelingen. Geef kaders, maar sta gemotiveerde afwijken toe. Om tot zelfsturing te komen, zal eerst chaos ontstaan ­dankzij zelfreflectie ontstaat daarna een nieuwe orde. ○ Er wordt spanning verwacht in de relatie tot strategische doelen. ○ Hoe dan ook: deze cultuuromslag leidt tot heel veel kansen! Profilering en positionering ○ Van belang is dat de JGZ zich profileert als dé expert in sociaal medische expertise. Zoek daarin bijvoorbeeld de samenwerking met de huisarts. Een pilot in Gooi­ en Vechtstreek bleek daarin heel succesvol. ○ Investeer in je netwerk en draag ook daar je expertise uit. ○ Beleidsadvisering biedt nieuwe kansen. ○ Participatie in schoolverzuimtrajecten biedt ook de kans om een vanzelfsprekende positie binnen scholen te verkrijgen. ○ Van belang is nieuwe ontwikkelingen/ideeën met een goede businesscase te onderbouwen. Eigen kracht? ○ Over het dilemma tussen eigen kracht en “knellende” regels, zoals een wettelijk kader en richtlijnen. Dit vraagt veel meer souplesse en andere vaardigheden van de JGZ­medewerkers dan voorheen: het oude stramien moet worden losgelaten, de medewerkers gaan in dialoog met hun klanten, laten lijstjes los, gaan uit van kracht/positieve gezondheid (Huber), durven af te wijken van richtlijnen, stellen zich op als coach van de ouder. ○ JGZ is goed in de brede analyse van vooral jonge kinderen.