Heb jij je dosis surrealisme al gehad?

Heb jij je dosis surrealisme al gehad?
DOCENTENHANDLEIDING
INFORMATIE
1
Utrecht, 2014
Beste docent,
Wij hopen u en uw groep binnenkort te mogen verwelkomen in het Centraal
Museum, waar u met de groep deelneemt aan het programma Heb jij je dosis
surrealisme al gehad? Dit programma is speciaal gemaakt voor de bovenbouw
van havo/vwo.
Heeft u nog geen bezoek geboekt? Neem dan contact op met onderstaande
gegevens of kijk op onze website onder onderwijs.
Om het bezoek zo waardevol mogelijk te maken en het prettig te laten
verlopen, willen wij u voorafgaand van een aantal zaken op de hoogte
brengen. In de bijlagen vindt u daarom de algemene gegevens van het
Centraal Museum met routebeschrijving, de huisregels en een
docentenhandleiding met beeldpakket dat als voorbereidend lesmateriaal kan
dienen. Daarnaast is er een voorbereidende opdracht en een aantal
werkingsopdrachten bijgevoegd.
Wij wensen u en uw klas alvast heel veel plezier!
Als u nog vragen heeft over deze handleiding, het programma of de kosten
kunt u met ons contact opnemen.
Met vriendelijke groet,
Rogier Brom en Kris van Veen
Publieksinformatie & Reserveringen
dinsdag t/m vrijdag
10.00 - 13.00 uur
030-2362393 / [email protected]
En Team Educatie & Interpretatie
Manon van den Berg, Veronique Konings en Sigrid Noordijk
2
Inhoud:
4.
5.
6.
7-8.
Algemene gegevens en huisregels
Inleiding in de klas en het programma
Achtergrond informatie voor u
Opdrachten ter voorbereiding en verwerking
3
Algemene gegevens
Het museumbezoek:
Als u met uw groep komt, meldt u zich in de hal van het Centraal Museum. In
de hal staan de museumdocenten u op te wachten. Zij heten daar de groep
welkom. De klas wordt in twee groepen opgesplitst.
Het programma start in de hal van het Centraal Museum. Het is handig als de
indeling van tevoren bekend is en de groepen redelijkerwijs verdeeld zijn.
Reizen naar het museum:
Het Centraal Museum is met zowel de fiets als de bus gemakkelijk te
bereiken. Het Centraal Museum ligt in het zuidelijke deel van de Utrechtse
binnenstad. De parkeermogelijkheden zijn beperkt. De dichtstbijzijnde
parkeergarage (Springweg) ligt op 10 minuten lopen van het museum.
Met het openbaar vervoer
U kunt vanaf NS Utrecht Centraal Station buslijn 2 (RinglijnMuseumkwartier) nemen. U stapt uit bij de halte Centraal Museum. U bent dan
bij de ingang van het dick bruna huis en het museum.
Het adres van het Centraal Museum is:
Centraal Museum
Nicolaaskerkhof 10
3512 XG Utrecht
T 030- 236 236 2
Het dick bruna huis is een onderdeel van het Centraal Museum in Utrecht
Huisregels:




In het Centraal Museum mogen geen jassen, tassen, drank- of etenswaren
worden meegenomen.
Niet rennen en schreeuwen.
Niet aan de kunstwerken zitten.
De groep blijft bij elkaar, de leerlingen mogen niet alleen door het
museum dwalen.
Verwachtingen t.a.v. docenten/begeleiders:
De museumdocenten zorgen voor het verhaal en de begeleiding, de begeleider
en docent zorgt voor de orde in de groep.
Voor de rust in de groep is het belangrijk dat er niet te veel ouders bij
het programma aanwezig zijn. Aan de ouders die meegaan vragen wij of ze
tijdens de uitleg niet met elkaar gaan praten en hun mobiele telefoons
uitzetten.
4
Docentenhandleiding
Inleiding in de klas
Voor een geslaagd museumbezoek is het van belang dat de kinderen van
tevoren weten wat ze te wachten staat. Wat is het Centraal Museum, hoe lang
blijven we daar, hoe moet ik me gedragen in het museum? Hoe gaan we daar
naar toe etc.? Maar ook wat gaan we bekijken?
Om de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden kunt u ze het één en
ander uit deze handleiding vertellen en/of een voorbereidende opdracht
laten doen. Suggesties daarvoor vindt u in deze handleiding. Ook kunt u een
beeldpakket downloaden vanaf onze website. Hierin vind u afbeeldingen die
uw verhaal kunnen ondersteunen in een PowerPointpresentatie.
Kijkt u ook eens op onze website, hier kunt u heel veel informatie over de
meest uiteenlopende kunstwerken vinden!
Het programma
Heb jij je dosis surrealisme al gehad?
Groep: bovenbouw havo/vwo
Examenprogramma: cultuur van het moderne in de 1e helft van de 20e eeuw,
massacultuur in de 2e helft van de 20e eeuw
Werkvorm: interactie, samenwerking, opdracht en spel
Duur programma: 1 uur
Max aan leerlingen: 15 per rondleider
min aantal begeleiders: 1 per 15 leerlingen
Kosten: €75 per 15 leerlingen incl. entree
J. H. Moesman, Grens, 1950
5
Achtergrondinformatie
Ongeveer 90 jaar geleden kwamen een aantal kunstenaars erachter dat er niet
één interpretatie van de werkelijkheid mogelijk is, maar dat je deze op
verschillende manieren kunt ervaren. Deze kunstenaars waren ervan overtuigd
dat het niet ons verstand en de rede zijn die ons leiden in het leven, maar
het onderbewuste, onze dromen, fantasieën en driften. Dit onderbewustzijn
en de fantasie moeten samensmelten met de rede en het verstand om de echte
werkelijkheid bloot te leggen. Deze werkelijkheid wordt daarmee anders,
vreemd, niet meer zoals we deze oorspronkelijk kennen en daarmee
surrealistisch. Vandaar dat deze kunstenaars zichzelf surrealisten noemden.
De surrealisten geloofden dat wanneer het onderbewustzijn en de fantasie
voorop gesteld zouden worden dit een ultieme bevrijding van het verstand
en de rede zou zijn. Oorspronkelijk begon het surrealisme in Parijs, als
een stroming in de literatuur. Al na korte tijd waren er ook beeldend
kunstenaars die op een surrealistische manier begonnen te werken. Hun
kunst zorgde voor veel opgetrokken wenkbrauwen, want was de werkelijkheid
wel zo normaal als iedereen dacht? Wat hield dat eigenlijk in, de
werkelijkheid? De surrealisten hebben het beeld van de werkelijkheid
voorgoed veranderd en dat maakt ze tot een heel belangrijke groep
kunstenaars.
De tentoonstelling leent zich voor een speelse en onderzoekende benadering.
Een dergelijke benadering staat dan ook centraal in dit programma. Samen
met de leerlingen gaat de rondleider in de tentoonstelling op zoek naar hun
ervaring van de werkelijkheid, maar vooral ook hun ervaring van het
surrealisme. En ervaren, dat gebeurt met al je zintuigen; zien, horen,
voelen, ruiken en proeven. Door middel van speelse en onderzoekende
opdrachten leren de leerlingen het surrealisme kennen en begrijpen.
Daarnaast leren ze dat je je eigen regels kunt maken in de kunst én het
gewone dagelijkse leven. Je hoeft niet de grote massa te volgen. Door
kritisch na te denken of door anders te kijken naar de wereld om je heen
kom je bij nieuwe vormen en ideeën uit.
6
Opdracht ter voorbereiding
1. De surrealisten hebben verschillende methodes en spellen ontwikkeld
om het onderbewustzijn zoveel mogelijk aan het werk te zetten en de
vrije loop te laten in hun kunstwerken. Ze hoopten met deze methodes
en spellen de rede en het verstand uit te schakelen. Deze methodes
zullen aan bod komen tijdens de rondleiding, maar het is leuk om als
voorproefje op het bezoek alvast één methode uit te proberen met alle
leerlingen. Deze methode of spel, zoals de surrealisten het noemden
wordt hier uitgelegd.
Cadavre Exquis
De surrealisten bedachten een spel waarmee ze hun fantasie de vrije
loop konden laten gaan. Dit noemden ze 'Cadavre Exquis'. Bij dit spel
wordt door een paar kunstenaars samen één tekening gemaakt. Een vel
papier wordt in drie of vier delen gevouwen en elke kunstenaar maakt
op één stuk van het papier een gedeelte van de tekening. Vervolgens
vouwt hij bijna volledig dicht, alleen een stukje van de laatste
lijnen moet nog te zien zijn. De volgende kunstenaar ging dan door
met tekenen op deze lijnen. Dit gaat zo door totdat iedereen een
gedeelte heeft getekend en het werk af is. Op deze manier weet je
niet wat degene voor je heeft getekend en zie je dus ook pas wat het
geworden is als iedereen een stukje van de tekening gemaakt heeft.
Vaak werd bij dit spel gewerkt aan een fantasiewezen zoals op het
voorbeeld hieronder, maar als u het vel papier horizontaal vouwt
kunnen de leerlingen bijvoorbeeld ook een fantasielandschap maken met
elkaar.
Deze methode werd door surrealistische dichters en schrijvers ook
gebruikt om een surrealistisch verhaal te creëren. In principe is de
methode hetzelfde. In plaats van de laatste lijnen zichtbaar te laten
voor de volgende kunstenaar, wordt er nu één woord op het volgende
gedeelte van het papier gezet waarop men voort moet borduren.
Om het werk te bespreken kunnen onderstaande vragen gebruikt worden:
Hoe vonden jullie het om deze methode uit te proberen? Waarom denk je
dat de surrealisten dit een goede methode vonden om hun kunstwerk te
maken? (Deze vraag is alleen passend als u het al kort over de
uitgangspunten van het surrealisme heeft gehad) Ga je meer vanuit je
onderbewustzijn werken in plaats vanuit rede en verstand met deze
methode?
Voorbeeld van een getekend 'Cadavre
Exquis'
7
Opdrachten ter verwerking
1. In de tentoonstelling bent u wellicht onderstaande installatie van
Frank Halmans tegengekomen. De achterkanten van deze wekkers leken op
zielig kijkende gezichten. Dit kwam door de mechaniek aan de
achterkant van de klokken. Met de leerlingen kunt u onderstaande
opdracht doen passend bij dit kunstwerk en de geest van het
surrealisme.
Opdracht: Ga in het klaslokaal, in de school of op de route van
school naar huis zelf op zoek naar gezichten! Maak met je smartphone
foto's van alles om je heen waar jij een gezicht in herkent. Kies
vervolgens een moment in de les om deze foto's te bespreken.
Vragen die u hierbij kunt stellen: Was het een moeilijke of
makkelijke opdracht? Ben je door deze opdracht anders naar de wereld
om je heen gaan kijken?
Frank Halmans, Sad Machines, 2007
2. Veel kunstenaars in deze tentoonstelling lieten zich bij het maken
van hun werk inspireren door dromen. In onderstaande opdracht wordt
dit omgedraaid.
Opdracht: De leerlingen kiezen ieder hun favoriete kunstwerk uit de
tentoonstelling. Via de website van het museum
http://centraalmuseum.nl/ontdekken/object/?img_only=1 of via
https://www.google.nl/ zoeken ze een afbeelding van het kunstwerk op.
De leerlingen verzinnen vervolgens een droom die bij dit kunstwerk
past. Deze droom schrijven ze op in de vorm van een verhaal.
Let op: voor deze verwerkingsopdracht moeten de leerlingen wel alvast
een favoriet kunstwerk hebben uitgekozen in de tentoonstelling en
daar de titel en kunstenaar van hebben genoteerd zodat ze deze online
terug kunnen vinden!
3. Dromen vormden de belangrijkste inspiratiebron voor de
surrealistische kunstenaars. Onderstaande opdracht sluit hier goed
bij aan.
Opdracht: De leerlingen schrijven ieder in korte bewoording op een
blaadje wat ze vannacht of recent hebben gedroomd. Hussel alle
opgevouwen blaadjes door elkaar en laat vervolgens elke leerling een
blaadje uit de stapel pakken. Vervolgens maken de leerlingen een
kunstwerk (het is aan u of dit in de vorm van een tekening, collage,
schilderij, foto etc. gebeurd) bij de droom die zij hebben getrokken
uit de stapel.
8