Ondernemers: Geboren of gemaakt? Samenvatting: Onlangs las ik een artikel over ondernemerschap, waarin verteld werd dat ondernemers geboren werden. Ik dacht meteen aan mezelf: ‘’Kan ik dan wel ondernemer worden met mijn studie bedrijfskunde? Heb ik wel de juiste competenties om ondernemer te worden?’’ Ik ben daarom een klein onderzoekje begonnen, waarin ik mezelf de volgende vraag stelde: worden ondernemers geboren of worden ze gemaakt? Ter beantwoording daarvan wil ik eerst bepalen, wat ondernemers kenmerkt. Uit onderzoek is gebleken dat een ondernemer over het algemeen extravert, minder inschikkelijk, zorgvuldig, open en minder neurotisch is. Ook zijn er verschillende type ondernemers, ieder met zijn eigen kenmerken. Als laatste moet een ondernemer beschikken over kennis van verschillende gebieden rond bedrijfsvoering. Ten tweede wil ik kijken of die kenmerken aangeboren kunnen zijn. Volgens de psycholoog Eysenck zijn alle kenmerken aangeboren, ook de persoonlijkheid van ondernemers. Uit studies van professor Koch en J. Dijkhuizen bleek dat een hoop eigenschappen van ondernemers genetisch bepaald zijn. Als laatste wil ik kijken of die kenmerken aangeleerd kunnen worden. Volgens de psychologen Pavlov en Skinner worden kenmerken van ondernemers aangeleerd door het conditioneringsprincipe. De omgeving bepaalt het gedrag. Verder bleek uit studies van professor Lange en professor Miner, dat onderwijs nodig is om ondernemers te ontdekken en te ontwikkelen. Op grond van deze informatie kom ik tot de conclusie dat een ondernemer een combinatie is van aangeboren en aangeleerde eigenschappen. Een ondernemer heeft aangeboren kenmerken, maar het is de omgeving die ervoor zorgt dat ondernemers zich ontplooien en ontwikkelen. Geschreven door: Marc van der Boon, maart 2014 Ondernemers: Geboren of gemaakt? Ondernemer worden, voor veel mensen is het een droom en voor velen blijft het bij die droom. De één zegt: ‘’Dit is niet voor mij weggelegd, ik heb daar de kwaliteiten niet voor!’’ Zijn deze kwaliteiten voor ondernemers dan aangeboren? De ander zegt: ‘’Ik wil wel, maar heb er niet de goede opleiding voor gehad.’’ Blijkbaar kun je ook ondernemer worden, door een studie te volgen. Hoe zit dat nu? Ikzelf ben opgegroeid in een ondernemersfamilie. Mijn opa was ondernemer en mijn vader is nu ondernemer. We hebben een eigen familiebedrijf. Ik ben daarom ook bedrijfskunde gaan studeren aan het CHE in Ede, met de gedachte dat ik mijn vader later kan opvolgen binnen ons familiebedrijf. Onlangs las ik een artikel over ondernemerschap, waarin de auteur een professor interviewde die vertelde dat ondernemers geboren werden. Ik dacht meteen aan mezelf: ‘’Kan ik dan wel ondernemer worden met mijn studie bedrijfskunde? Heb ik wel de juiste competenties om ondernemer te worden?’’ Ik ben daarom een klein onderzoekje begonnen, waarin ik mezelf de volgende vraag stelde: Worden ondernemers geboren of worden ze gemaakt? 1. 2. 3. 4. Ik heb dit essay onderverdeeld in de volgende paragrafen: Wat zijn ondernemers en wat kenmerkt ondernemers? Hierin wil ik ook kijken naar de persoonlijkheid van ondernemers door middel van de Big Five persoonlijkheidstest. Zijn kenmerken van ondernemers aangeboren? In deze paragraaf behandel ik een psycholoog, Eysenck, die vindt dat alle eigenschappen aangeboren zijn. Verder kijk ik ook in deze paragraaf naar meningen van anderen. Kunnen kenmerken van ondernemers worden aangeleerd? Ik belicht een aardsvader in de psychologie, Skinner, die een groot voorstander was van omgevingsbeïnvloedingen. Net als in paragraaf twee kijk ik ook in deze paragraaf naar meningen van anderen. Welke conclusie kan er getrokken worden? In deze paragraaf vat ik alles nog een keer samen en kijk ik of er een conclusie getrokken kan worden. Als eerste wil ik de definitie ondernemer en ondernemerschap beschrijven en vervolgens kijken naar de kenmerken en personaliteit van een ondernemer. 1 Wat zijn ondernemers? De vraag zegt het al, wat houdt ondernemerschap nu eigenlijk in? De Dikke Van Dale beschrijft het woord ondernemer als volgt:’’ Iemand die een bedrijf voor eigen rekening uitoefent.’’ 1 Blijkbaar is een ondernemer iemand die een eigen bedrijf heeft en het bedrijf leidt. In het boek ‘’Het ondernemersgen, heb jij het ook in je?’’ van Josette Dijkhuizen staat dat een goede ondernemer ondernemerschap moet bezitten. Ze beschrijft het als volgt: ’’Het vermogen om je ideeën en ambities om te zetten in een goed functionerende organisatie die waarde creëert voor jezelf, je medewerkers en de samenleving, focussen op vernieuwing en uitbreiding van de activiteiten…’’2 Een aantal punten wil ik hieruit halen. Het eerste is het vermogen om je ideeën en ambities om te zetten in een goed functionerende organisatie. Een ondernemer is volgens Josette Dijkhuizen iemand, die door middel van ideeën en ambities een goed lopende organisatie creëert. Dit betekent niet, dat dit een geheel nieuwe organisatie hoeft te zijn. Het kan ook zijn dat een bestaande organisatie wordt getransformeerd in een beter lopende organisatie. Daarnaast moet een ondernemer blijkbaar een visie hebben, waarmee hij een onderneming opricht of overneemt. Het laatste punt dat ik wil benoemen, is het focussen op vernieuwing en uitbreiding van de activiteiten. Een ondernemer moet, wil hij of zij succesvol zijn, blijkbaar op een bepaalde manier innovatief en creatief zijn. Er zijn verschillende manieren om ondernemers in te delen. Binnen dit onderzoek maak ik gebruik van de indeling van John B. Miner. Miner, een professor aan verschillende universiteiten in de Verenigde Staten, beschrijft in zijn boek ‘’The four routes to entrepreneurial success’’ 3 vier soorten ondernemers, ieder met zijn eigen kenmerken. Ik benoem ze kort: 1.‘’The personal achiever’’. Dit is de klassieke ondernemer, degene die veel energie brengt binnen het bedrijf, die veel uren maakt, graag plannen maakt voor de toekomst en graag doelstellingen opstelt. Kenmerken zijn: goed willen presteren, commitment naar de onderneming toe, overzicht houden en uitdagingen/doelstellingen creëren. 2. ‘’The supersalesperson’’. Dit is de ondernemer die luistert naar de gevoelens van anderen, die een groot belang hecht aan relaties met bijvoorbeeld klanten, die sociale situaties stimuleert en die het verkopen essentieel vindt voor het bedrijf. Kenmerken zijn: empathisch luisteren, anderen willen helpen, sociaal zijn en goed kunnen verkopen. 1 (Dale, 2014) (Dijkuizen, 2011, p. 19-21) 3 (Miner, 1996, p. 1-6, 9, 34, 57, 81) 2 2 3. ‘’The real manager’’. Dit is de ondernemer die graag de leiding heeft en dan ook het beste presteert, die houdt van macht en dit ook graag wil. Kenmerken zijn: verlangen om een leider te zijn, verlangen naar macht, verlangen naar autoriteit en het verlangen om uit de groep te springen. 4. ‘’The expert idea generator’’. Dit is de ondernemer die innovatief en creatief is, die nieuwe producten verzint of nieuwe markten ontdekt. Kenmerken zijn: creatief zijn, innovatief zijn, soms idealistisch, enthousiast en intelligent. Maar hoe ziet nu de personaliteit van een ondernemer eruit? Ik wil de methode van de Big Five persoonlijkheidstest gebruiken, aangezien deze in de wetenschap vaak gebruikt wordt om de persoonlijkheid te beschrijven. De Big Five persoonlijkheidstest kent de volgende vijf dimensies4: 1. Extraversie versus introversie (Engels: extraversion or introversion.) Hiermee wordt de mate waarin mensen behoefte hebben aan sociaal contact met anderen bedoeld. Extraverte mensen zijn sociaal, actief, optimistisch en praatgericht. Introverte mensen zijn het liefst alleen of in een rustige omgeving. 2. Inschikkelijkheid (Engels: agreeableness.) Hiermee wordt de mate van meewerken/toegeven bedoeld. Mensen die hier hoog op scoren, zijn over het algemeen meegaand, tolerant en hulpvaardig. Mensen die hierop laag scoren zijn over het algemeen meer competitief en weinig meewerkend. 3. Zorgvuldigheid (Engels: conscientiousness.) Dit is de mate waarin iemand doelgericht en georganiseerd te werk gaat. Mensen die hierop hoog scoren, werken over het algemeen doelgericht en georganiseerd, terwijl mensen die hierop laag scoren meer ongestructureerd en doelloos werken. 4. Neuroticisme (Engels: neuroticism.) Neurotische mensen (mensen met een hoge score) zijn nerveus, maken zich vaak zorgen en zijn veelal onzeker. Het tegenovergestelde zijn emotioneel stabiele mensen (mensen met een lage score) die over het algemeen ontspannen, tevreden met zichzelf en weinig emotioneel zijn. 5. Openheid voor ervaringen en ideeën. (Engels: openness to experience.) Dit is de laatste dimensie van de test. Het geeft de mate aan waarin mensen openstaan en op zoek gaan naar nieuwe ervaringen. Mensen die hierop hoog scoren zijn over het algemeen fantasievol, creatief en nieuwsgierig. Mensen die hierop laag scoren zijn over het algemeen conventioneel, minder fantasievol en staan dan ook meer met beide benen op de grond. Hoe passen ondernemers binnen dit model? Professor H. Zhao heeft samen met professor S. Seibert onderzoek gedaan naar de personaliteit van ondernemers vergeleken met die van managers. Ze gebruikten hierbij de Big Five persoonlijkheidstest. Door meer dan 23 verschillende studies te analyseren, konden ze een conclusie trekken.5 4 5 (Weijers, 2014) (Zhao H., 2005) 3 De volgende conclusies werden getrokken binnen dit onderzoek: - Zowel ondernemers als managers scoorden ongeveer evenveel op extraversie versus introversie, waarbij zowel ondernemers als managers meer extravert waren. - Ondernemers scoorden lager op inschikkelijkheid dan managers. - Ondernemers scoorden hoger op zorgvuldigheid dan managers. - Ondernemers scoorden lager op neuroticisme dan managers. - Ondernemers scoorden hoger op openheid voor ervaringen en ideeën dan managers.6 Welke voor ons relevante conclusies kunnen uit dit onderzoek getrokken worden? Er kan geconcludeerd worden dat ondernemers meer extravert moeten zijn, minder inschikkelijk moeten zijn (vaker nee zeggen), meer zorgvuldig moeten zijn, minder neurotisch moeten zijn en meer open moeten staan voor nieuwe ervaringen en ideeën dan niet-ondernemers. In de paragraaf ‘’Kenmerken, zijn ze aangeboren?’’ kom ik nog een keer terug op deze uitslag, maar dan toegepast op het driedimensionale factormodel van H. Eysenck. Als laatste wil ik het nog even kort hebben over kennis. Naast al deze persoonlijke en interpersoonlijke vaardigheden die een ondernemer kenmerkt, is kennis ook een kenmerk van ondernemers. Ondernemers moeten kennis hebben van de volgende gebieden: - organisatorisch vermogen; - financiële rekenkunde; - human resource-beleid; - marketingvoering; - recht.7 Wat kenmerkt nu een ondernemer? Een ondernemer heeft veel verschillende kenmerken. Een ondernemer is over het algemeen extravert, minder inschikkelijk, zorgvuldig, open en minder neurotisch. De ene ondernemer is de andere niet. Miner onderscheidt vier type ondernemers, die ieder bepaalde kenmerken bezitten. Verder moet een ondernemer een bepaalde visie hebben, moet de ondernemer creatief en innovatief zijn en kennis hebben van verschillende soorten gebieden, die te maken hebben met bedrijfsvoering. 6 7 (Hao Zhao, 2005) (Dijkuizen, 2011, p. 142) 4 Kenmerken, zijn ze aangeboren? In de eerste paragraaf heb ik gekeken naar welke kenmerken ondernemers nu bezitten. Aan de hand van verschillende onderzoeken en theorieën, kan de conclusie getrokken worden dat een ondernemer vooral extravert, open voor ervaringen en zorgvuldig is, terwijl hij daarnaast minder neurotisch en inschikkelijk is (Big Five persoonlijkheidstest). De vraag die nu overblijft is: zijn de kenmerken van ondernemers nu aangeboren of kunnen ze worden aangeleerd? In deze paragraaf wil ik kijken of onder andere de persoonlijkheid van ondernemers is aangeboren. Om dit te doen begin ik bij H. Eysenck, een psycholoog die binnen de persoonlijkheidsleer veel betekend heeft. Eysenck was een beroemde psycholoog en hij had commentaar op de psychoanalyse van Freud, het humanisme van Rogers, het cognitivisme van Kelly & het behaviorisme van Watson, Pavlov en Skinner. Geen van de hierboven genoemde psychologen kon verklaren waarom de persoonlijkheden van tweelingen erg op elkaar leken. Volgens Eysenck had dit te maken met het ontbreken van een paradigma binnen het begrip persoonlijkheid. Hij wilde daarom criteria opstellen waarmee persoonlijkheidstheorieën beoordeeld kunnen worden.8 Om te beschrijven hoe de persoonlijkheid van mensen, ook de ondernemer, eruit zag (en in het hoofd houdend dat hij de persoonlijkheid wilde verklaren aan de hand van algemeen geldende wetten), kwam Eysenck met zijn traittheorie, waarbij persoonlijkheid een consistentie is in denken, voelen en handelen die niet alleen geldt op een bepaald moment, maar in de totale levensfase van een mens. Deze consistentie wordt bepaald door traits of trekken. Een trait bestaat uit een aantal gewoonten. Een aantal van die traits samen vormen een superfactor. Eysenck (h)erkende er drie binnen zijn theorie, die hij voor het eerst presenteerde in zijn boek ‘’ Dimensions of personality’’ uit 1947.9 Deze drie vormden de dimensies voor zijn factoranalyse. De volgende drie superfactoren (h)erkende hij, waarna ik ze wil gaan toepassen op ondernemers: 1. Extraversie versus introversie, oftewel E. Deze dimensie wordt door Eysenck gebruikt om mensen te verdelen naar de mate waarin zij sociaal en actief zijn (extravert) of juist teruggetrokken en stil (introvert). Een hoge score op E betekent dat iemand meer extravert is. 2. Neuroticisme-stabiliteit, oftewel N. Deze dimensie gebruikt Eysenck om onderscheidt te maken in de mate waarin mensen nerveus reageren op stress. Mensen met een hoge score op N zijn eerder vatbaar voor neurotische stoornissen. 3. Psychoticisme-superego, oftewel P. Deze heeft Eysenck later toegevoegd aan het model. Deze dimensie wordt gebruikt om onderscheidt te maken bij mensen naar aanleg voor een psychische stoornis. Iemand die hoog scoort op P, heeft kenmerken gemeen met iemand die een psychotische stoornis heeft. 8 9 (Vliet, 2007, p. 367-401) (Eysenck, 1997) 5 In mijn onderzoek gebruik ik de E en de N en laat ik de P achterwege, aangezien de P meer gericht is op psychotische mensen en niet op gezonde mensen.10 Wat heeft dit model te maken met ondernemers. Punt één en vier uit de Big Five persoonlijkheidstest komen sterk overeen met de twee dimensies van Eysenck. Dit model kunnen we nu invullen aan de hand van de uitslagen van het onderzoek van professor Zhao uit paragraaf één. Volgens de uitslagen moet een ondernemer vooral extravert zijn, wat betekent een hoge score op E. Ook moet een ondernemer minder neurotisch zijn, wat een lagere score op N betekent. Eysenck was hierbij niet de eerste die met trait-onderzoek bezig was. Hij treedt in de voetsporen van Galenus, Theophratus, Jung en Pavlov. Wat Eysenck aan de onderzoeken van hen wilde toevoegen, was het experimentele bewijs voor de biologische ondergronden van de traits, die door de anderen verondersteld werden, maar nooit getoetst. Eysenck toonde voor alle drie de dimensies aan, dat deze biologische ondergronden hadden. Zo noemde Eysenck de dimensie N een ‘pure temperamentsfactor’, waarmee hij bedoelde dat het een aangeboren fysiologische dimensie is. Hiermee kan geconcludeerd worden dat deze persoonlijkheidskenmerken van ondernemers aangeboren zijn.11 De overige drie dimensies van de Big Five test worden door Eysenck gezien als onderdelen van zijn PEN-dimensies. Zo schrijft hij in een artikel dat inschikkelijkheid en zorgvuldigheid onder zijn dimensie P vallen.12 Ook anderen hebben veel geschreven over de aangeboren eigenschappen van ondernemers. Professor James V. Koch beargumenteert in zijn boek ‘’Born, not made: The entrepreneurial personality’’ dat ondernemers geboren en niet gemaakt worden. 13 Hij heeft zelf onderzoek gedaan onder 234 ondernemers en gebruikte naast dat onderzoek ook andere onderzoeken om een conclusie te vormen. Hij beschrijft in zijn boek eerst de karakteristieke eigenschappen van ondernemers (deze eigenschappen komen globaal overeen met de eigenschappen van de type ondernemers van Miner) en onderbouwt vervolgens, hoe deze eigenschappen aangeboren zijn. In een interview dat later gehouden wordt met hem (dit was ook de aanleiding voor mijn onderzoek), vertelt professor Koch het volgende:’’…. They are energetic, and a higher percentage tends to be loners and work long hours. All of these things appear in other segments of the population, but they appear more commonly among entrepreneurs. Research shows there's heritability in these traits, and some genetic determinants of these personality characteristics…’’14 Kortom, ondernemers worden volgens Koch geboren. Ook in het boek van Josette Dijkhuizen, dat ik in de eerste paragraaf gebruikte, wordt eveneens beargumenteerd dat er zoiets bestaat als het ondernemersgen. Zij 10 (Vliet, 2007, p. 367-401) (Vliet, 2007, p. 398) 12 (Eysenck, Dimensions of Personality: 16, 5 or 3?, 1991) 13 (Fisher, James L., 2008, p. 19-38) 14 (Koch, 2013) 11 6 gebruikt interviews met ondernemers en haar eigen ervaringen om een conclusie te trekken. Josette Dijkhuizen is ervan overtuigd dat ondernemers onder andere een set aangeboren karaktereigenschappen moeten bezitten, de zogenoemde o-genen. Onder o-genen verstaat ze een set vaardigheden, talenten, kwaliteiten en competenties die een ondernemer nodig heeft om succesvol te kunnen zijn. In haar boek onderscheidt ze er twaalf, die ze uit resultaten van onderzoeken en haar eigen ervaring haalt. De volgende twaalf benoemt ze: 1. Communicatief vermogen 7. Marktgerichtheid 2. Creativiteit 8. Organisatievermogen 3. Doorzettingsvermogen 9. Prestatiegericht 4. Durf 10. Strategisch inzicht 5. Flexibiliteit 11. Visie 6. Leidersoriëntatie 12. Zelfreflectie Bezit je die o-genen, dan kun je je kwaliteiten en kennis verder verbeteren om een goede ondernemer te worden. Wel is zij van mening dat niet alleen de genen een rol spelen, maar ook de omgeving.15 Hiermee wil ik dan ook de brug slaan naar de volgende paragraaf ‘’Kunnen kenmerken van ondernemers worden aangeleerd?’’ Kunnen kenmerken van ondernemers worden aangeleerd? Ik heb nu in de eerste twee paragrafen gekeken naar de kenmerken van ondernemers en of bepaalde kenmerken nu aangeboren zijn. In deze paragraaf wil ik het tegenovergestelde aan het licht brengen. Zijn bepaalde kenmerken, die ik aan het eind van de eerste paragraaf benoemde, aangeleerd door de omgeving, school of ervaringen. Binnen de psychologie is een stroming die zich hierop focust, het behaviorisme. Vandaar dat ik begin bij het uitleggen van het behaviorisme en de psychologen I. Pavlov en B.F. Skinner, die hiermee te maken hebben. Het behaviorisme is een stroming binnen de psychologie, die gedrag voorop stelt als algemene bepaling voor de persoonlijkheid. Behavioristen zijn van mening dat de mens bij de geboorte een ‘’tabula rasa’’, een leeg blad, is. Dit houdt in dat er geen aangeboren eigenschappen zijn bij de geboorte. Daarnaast staat binnen het behaviorisme persoonlijkheid gelijk aan gedrag en draaien de theorieën om de stimulus en responses vanuit de omgeving die gedrag beïnvloeden. Het behaviorisme is ook wel de psychologie van leren en afleren.16 17 De volgende twee manieren van leren, binnen het behaviorisme, wil ik benoemen: 1. De klassieke conditionering van I. Pavlov. Pavlov verklaarde gedrag aan de hand van de klassieke conditionering. De klassieke conditionering heeft alles te maken met de stimulus en de response daarop. Pavlov staat bekend om zijn onderzoeken met speekselafscheiding van honden. Honden begonnen te kwijlen (response) wanneer het eten (stimulus) werd voorgehouden, maar op den duur begonnen ze al te kwijlen wanneer hun verzorgers kwamen zonder eten. Blijkbaar associeerden de honden hun verzorgers met eten, waardoor de honden automatisch begonnen te kwijlen. Dit zelfde testte hij met een zoemer. 15 (Dijkuizen, 2011, p. 77-131) (Heuvelman, 2004, p. 130-135) 17 (Vliet, 2007, p. 162-164) 16 7 Hij liet een zoemer (geconditioneerde stimulus) afgaan en tegelijkertijd liet hij eten zien aan de honden. De honden begonnen te kwijlen. Na een aantal keren begonnen de honden ook te kwijlen wanneer er alleen een zoemer afging. De honden waren geconditioneerd. Een stimulus levert een response. Dit alles is ook wel bekend als het Pavlovreflex. Een ongeconditioneerde stimulus kan vervangen worden voor een geconditioneerde stimulus, waarbij de response hetzelfde blijft. Binnen de klassieke conditionering draait alles om een stimulus (kan geconditioneerd worden) die een response opwekt. Volgens Pavlov vormde dit de basis van al het leren.18 Kijken we naar ondernemers, dan zou dit betekenen dat het gedrag van ondernemers bepaald wordt door een bepaalde response. Ondernemers reageren extravert, of juist minder neurotisch, omdat ze dit geleerd hebben op school of door hun omgeving en hun ervaringen. 2. De operante conditionering van B.F. Skinner. Skinner heeft binnen het behaviorisme een andere theorie bedacht, de operante conditionering. Hierbij draaide het niet om de stimulus die een response opwekte, maar om de response die een bepaalde stimulus opwekte. Volgens Skinner wordt gedrag bepaald door consequenties, oftewel de response.19 Ondernemers maken in dit geval keuzes op basis van wat de gevolgen zijn. Bijvoorbeeld: ondernemers maken vaker een bepaalde keuze, omdat die manier veel geld oplevert. De response (het geld) zorgt ervoor dat een ondernemer bepaalde keuzes vaker op een bepaalde manier maakt. Wat heeft dit met ondernemerschap te maken? Volgens het behaviorisme hebben mensen van nature niks aangeboren meegekregen. Ook ondernemers niet. Hieruit kan geconcludeerd worden dat ondernemers gemaakt worden en dat hun gedrag bepaald wordt door stimulus en response. Wat voor type de ondernemer is (kijkend naar de vier die Miner beschrijft), wordt in dit geval bepaald door de ervaringen van vroeger of door de omgeving. De kenmerken die hierbij horen, zijn aangeleerd in hun jeugd (door bijvoorbeeld onderwijs) en tijdens hun carrière. Skinner besteedt in zijn boek ‘’Science and Human Behavior’’ een hoofdstuk aan onderwijs. Omdat de mens volgens hem van nature ‘leeg’ is en gedrag bepaald wordt door bekrachtigers, is er onder andere onderwijs nodig om bepaald gedrag aan te leren. Hij zegt het volgende aan het begin van dit hoofdstuk :’’ Education is the establishing of behavior which will be of advantage to the individual and to others at some future time. The behavior will eventually be reinforced in many of the ways we have already considered…. ‘’ 20 Kortom, Skinner geeft in dit hoofdstuk aan dat er onder andere educatie nodig is om bepaald gedrag te creëren en dit geldt uiteraard ook voor ondernemers. Skinner is niet de enige die vindt dat onderwijs nodig is. Ook John B. Miner, die ik in de eerste paragraaf al benoemde, schrijft in zijn boek ‘’The four routes to entrepreneurial success’’21, dat elk van de vier type ondernemers onderwijs nodig heeft om het beste uit zichzelf te halen. Hij schrijft dat ondernemerschap aangeleerd wordt. 18 19 20 21 (Eysenck, Sense and Nonsense in Psychology, 1958, p. 231-264) (Skinner, 1938, p. 19) (Skinner, Science and Human Behavior, 2014, p. 402-412) (Miner, 1996, p. 154-180) 8 Miner is van mening, dat ieder type ondernemer op zijn minst een training moet volgen in datgene waar hij goed in is (zie de verschillende types in paragraaf één) om zo zijn sterke kanten te ontplooien en te verbeteren. Verder beschrijft professor J. Lange in een interview de resultaten van zijn studie naar ondernemers en de daaruit voortvloeiende conclusie, namelijk dat ondernemers gemaakt worden en niet geboren. Daarom vindt hij het ook belangrijk dat er onderwijs gegeven wordt. Hij zegt het volgende over onderwijs voor ondernemers: ‘’I think there are a lot of advantages of entrepreneurship programs. One of them is to develop skills they may already have to be more useful--technical skills or leadership skills.’’ Onderwijs is er volgens hem ervoor om studenten hun eigen kwaliteiten te verbeteren in meer leiderschapskwaliteiten. Studenten hebben dus misschien wel een set aangeboren eigenschappen, maar dat maakt ze nog geen ondernemers. Hiervoor is onderwijs nodig. Daarnaast is Josette Dijkhuizen, die ik al vaker benoemd heb, van mening dat ondernemers naast hun aangeboren pakket aan o-genen, ook worden beïnvloed door hun omgeving, situatie en invloed vanuit vorige generaties. Ook al heb je die o-genen meegekregen, het ligt er wel aan wat je ermee doet. De omgeving kan hier invloed op hebben. Werkt de omgeving motiverend, dan is de kans groter dat je je o-genen gaat ontdekken en ontwikkelen.22 Ook de kennis kunnen we aanleren door een studie of training te volgen, boeken te lezen en bijvoorbeeld presentaties en lezingen bijwonen. Als laatste wil ik nog een stukje gebruiken uit het boek van James V. Koch, die ik in de vorige paragraaf al noemde. Hij is van mening dat een studie zeker niet verkeerd is. Ook al zijn je genen bepaald, een studie kan veel kennis over bedrijven en de economie opleveren. Dit laatste kan weer gunstig zijn voor een ondernemer. 23 Ik heb nu naar beide kanten van de vraag gekeken. In de volgende paragraaf kom ik terug op wat ik in de drie paragrafen heb geschreven en trek ik een conclusie. Ik beantwoord de drie deelvragen en vorm daarmee een antwoord op de laatste vraag: worden ondernemers geboren of gemaakt? 22 23 (Dijkuizen, 2011, p. 137-143) (Lange, 2013) 9 Conclusie Binnen dit onderzoek hebben we veel gezien. In de eerste paragraaf benoemde ik een aantal kenmerken van ondernemers aan de hand van theorieën van anderen. Deze liet ik terugkomen in de twee daaropvolgende paragrafen. Ik keek of die kenmerken zijn aangeboren, of dat deze kenmerken juist aangeleerd kunnen worden. De volgende conclusies wil ik trekken door de deelvragen en daarna de hoofdvraag te beantwoorden. Wat kenmerkt ondernemers? Een ondernemer heeft veel verschillende kenmerken, zowel persoonlijk, interpersoonlijk, als kennis. Een ondernemer is over het algemeen extravert, minder inschikkelijk, zorgvuldig, open en minder neurotisch. De ene ondernemer is de andere niet. Volgens Miner zijn er vier type ondernemers, die ieder bepaalde kenmerken bezitten. Zie hiervoor paragraaf één. Verder moet een ondernemer een bepaalde visie hebben, moet de ondernemer creatief en innovatief zijn en over kennis beschikken van verschillende soorten gebieden, die te maken hebben met bedrijfsvoering. Vervolgens de vraag: zijn kenmerken van ondernemers aangeboren? Eysenck is van mening dat alles aangeboren is. In zijn boek ‘’Dimensions of personality’’ beschrijft hij zijn traittheorie, waarin hij aantoont dat zijn drie superfactoren extraversie, neuroticisme en psychoticisme zijn aangeboren. Toegepast op de persoonlijkheid van ondernemers, zouden we kunnen concluderen dat de persoonlijkheid van ondernemers aangeboren is. Ook professor Koch en Josette Dijkhuizen beargumenteren waarom de andere kenmerken die ik hierboven noem aangeboren zijn. Kortom, het is zeker mogelijk te zeggen dat ondernemers geboren worden. Als laatste de vraag: Kunnen kenmerken van ondernemers worden aangeleerd? Binnen de psychologie is het de behavioristische stroming die zich hiermee bezig houdt. Volgens de theorie van Pavlov en Skinner zouden ondernemers gemaakt worden, want bij de geboorte heeft niemand aangeboren eigenschappen. Skinner vermeld hier expliciet bij, dat onderwijs onder andere nodig is om bepaald gedrag te creëren. Ook professor Lange en Miner beargumenteren waarom onderwijs nodig is en waarom ondernemers gemaakt worden. Als laatste hebben we gezien dat Josette Dijkhuizen beargumenteert, dat naast o-genen er meer nodig is om een succesvolle ondernemer te zijn. Het is daarom ook zeker goed mogelijk te zeggen dat ondernemers gemaakt worden. Ik wil nu mijn hoofdvraag beantwoorden: worden ondernemers geboren of gemaakt? Aangezien er van beide kanten beargumenteerd kan worden dat ondernemers geboren of gemaakt geboren, kan er in eerste opzicht geen directe conclusie getrokken worden. Ik denk, door dit onderzoek, dat ondernemers een combinatie van beide zijn. Er zijn zowel aangeboren als aangeleerde eigenschappen. Je hebt vanuit je geboorte wat mee gekregen (zoals Eysenck benoemt, bepaalde persoonlijkheidstrekken), maar vervolgens beïnvloeden je omgeving, je ouders en je ervaringen je (zoals Skinner benoemt) om je daadwerkelijk te ontplooien en te ontwikkelen als ondernemer. 10 Bronvermelding Dale, D. D. (2014). Betekenis ondernemer. Retrieved maart 21, 2014, from Dikke Van Dale: http://www.vandale.nl/opzoeken?pattern=ondernemer&lang=nn Dijkuizen, J. (2011). Het Ondernemersgen. Amsterdam, Noord-Holland, Nederland: Uitgeverij Business Contact. Eysenck, H. J. (1997). Dimensions of personality. Uitgeverij Transaction Publishers. Eysenck, H. J. (1991). Dimensions of Personality: 16, 5 or 3? Criteria for a taxonomic paradigm. Pergamon Press, jrg. 12 nr. 8 Eysenck, H. J. (1958). Sense and Nonsense in Psychology (Vol. II). Uitgeverij Harmondsworth , Great Britain: Penguin Books. Fisher,James L., J. V. Koch (2008). Born, Not made: The entrepreneurial personality. Westport, United States: Uitgeverij Praeger. Heuvelman, G. D. (2004). Psychologie. Amsterdam, Noord-Holland, Nederland: Uitgeverij Boom. Koch, J. V. (2013, september 19). Entrepreneurs are born. (J. Daley, Interviewer) http://www.entrepreneur.com/article/228273, Geraadpleegd, 24 maart 2014 Lange, J. (2013, september 19). Entrepreneurs are made. (J. Daley, Interviewer) http://www.entrepreneur.com/article/228273, Geraadpleegd, 24 maart 2014 Miner, J. B. (1996). The 4 Routes to Entrepreneurial Success (Vol. I). San Francisco, V.S.: Berret Koehler Publishers. Skinner, B. (2014). Science and Human Behavior. The B.F. Skinner Foundation. Skinner, B. (1938). The Behavior of Organisms. New York, V.S.: D. AppletoCentury Company. Vliet, P. v. (2007). Wat drijft de mens? Amsterdam, Noord-Holland, Nederland: Uitgeverij Boom. Weijers, E. (2014). The Big Five. Geraadpleegd 21 maart 2014, from Carrieretijger: http://www.carrieretijger.nl/functioneren/ontwikkelen/persoonlijkheidsmodel len/the-big-five Zhao H., Seibert, S. E., (2005, april 15). The Big Five Personality Dimensions and Entrepreneurial Status: A Meta-Analytical Review. Geraadpleegd, maart 21, 2014, from Academia: http://www.academia.edu/1387928/The_Big_Five_personality_dimensions_and _entrepreneurial_status_A_meta-analytical_review# 11
© Copyright 2024 ExpyDoc