Lees hier het hele artikel in Trouw

6
ZATERDAG 9 AUGUSTUS 2014
vandaag
Scheve ogen in Haarlem
Crowdbuilding koppelt
bewoners aan lege kantoren
Onno Havermans
Wonen in een voormalig kantoorgebouw, ja leuk! Maar hoe krijg je
de eigenaar zover? En wie neemt
de verbouwing voor zijn rekening?
Simpel. Vorm een groep gelijkgestemden en doe een voorstel voor
herbestemming. Dat is crowdbuilding.
De nieuwe manier om bewoners
te koppelen aan leegstaande gebouwen is bedacht door het architectenbureau space&matter. Ontwikkelaars Blauwhoed en Open Development zijn mede-eigenaar van
de website crowdbuilding.nl, die
vraag en aanbod bij elkaar brengt
en adviseert.
Eigenaren kunnen hun leegstaande pand aanmelden op de site,
waar woningzoekers het gebouw
kunnen volgen en een groep geïnteresseerden vormen. Die werkwijze lijkt op crowdfunding, waarbij
velen kunnen bijdragen aan de financiering van een project.
“Toen we ons bureau tijdens de
crisis begonnen, zagen we een bulk
aan leegstaande vierkante meters
kantoorruimte”, vertelt Marthijn
Pool van space&matter. “Er is te
veel gebouwd. Tegelijkertijd zoeken veel mensen een woning.”
Uit zichzelf beginnen eigenaren
niet aan het verbouwen van hun
kantoren tot woningen. “Wij denken dat ze die investering wel zullen doen als je kunt laten zien dat
Trouw
er een groep kopers klaarstaat”,
zegt Pool. “Om die groep te vormen, kunnen wij architecten laten
zien wat er mogelijk is in die lege
kantoren.”
Het eerste project dat op die manier wordt gerealiseerd, is de verbouwing van het voormalige stadsdeelkantoor in Amsterdam-Zuid tot
kleine appartementen met enkele
gezamenlijke voorzieningen zoals
een wasruimte en een logeerkamer. “Dit project ontstond voordat
crowdbuilding bestond, maar de
werkwijze is hetzelfde”, vertelt Jesse Bonjer van Open Development.
“Met een belangrijk verschil: de gemeente Amsterdam heeft het gegund aan een groep toekomstige
kopers, die een jaar de tijd krijgen
om het uit te voeren. Lukt het niet,
dan neemt de gemeente het pand
terug.”
Die optie heeft crowdbuilding
niet. Wel vragen de ontwikkelaars
exclusiviteit van de eigenaren die
hun gebouw op de website willen
plaatsen. “Het moet niet zo zijn dat
een pand opeens wordt verkocht
aan de hoogste bieder en de crowd
het nakijken heeft”, legt Jacco Gersen van Blauwhoed uit. De site
draait daarom nog in een proefversie. “De officiële lancering is later
dit jaar.” Tot die tijd zijn de makers
in gesprek met gemeenten en particuliere eigenaren, om een gevarieerd aanbod van gebouwen op de
site te krijgen.
De samenleving raakt verdeeld in een kleine, rijke toplaag en een
brede, arme onderklasse, stelt de Franse econoom Thomas Piketty.
Scheefgroei dreigt ook in Nederland. Hoe is deze zichtbaar in een
stad als Haarlem? Trouw onderzoekt in een serie armoede en
rijkdom in twee wijken op 1500 meter bij elkaar vandaan, Schalkwijk
en de Koninginnebuurt. Aflevering 1: Woongenot.
TEKST Laura van Baars | FOTO’S Bram Petraeus
Wie hier een huis kan betalen, wil niet weg
Het sierlijk omheinde Wilhelminapark is niet zo groot, maar vormt
een romantisch grasveld met eeuwenoude bomen. Iedere middag
worden de buurtkinderen over het
hek getild om in de bomen te klimmen, te voetballen of rond te kruipen, vertelt een buurman. Zijn eigen kinderen zijn groot geworden
in het park. Hij woont al veertig
jaar op deze plek, en wil er blijven
zolang hij kan.
Rondom het park wonen veelal
oudere mensen, maar op de belendende Koninginneweg en Olieslagerslaan staan bakfietsen buiten.
De Koninginnebuurt is duur, maar
sommige jonge gezinnen kunnen
een herenhuis uit de jaren ’10 en
’20 wel betalen.
In het nieuwbouwgedeelte staan
eengezinswoningen, er zijn ook een
paar flats. Alle bewoners zijn het erover eens: het is hier gewoonweg
heerlijk.
Is er dan niets om over te klagen?
Jawel, de buurtbewoners maken
zich druk over de meeuwenoverlast. Die uit de acht kilometer verderop liggende zee overgewaaide
beesten trekken de vuilniszakken
open. “De overlast heeft te maken
met het goede leefklimaat in de
buurt: veel voedsel op straat, volle
afvalbakken”, vertelt een gemeen-
teambtenaar tijdens een buurtvergadering. De bewoners wachten al
twee jaar op ondergrondse containers.
Vraag je de bewoners naar criminaliteit, dan komt vrijwel meteen
dat verhaal van ‘verleden jaar’, toen
een auto in brand werd gestoken.
Zoiets maak je in deze wijk niet
vaak mee. Natuurlijk wordt er weleens ingebroken, ging er een paar
weken geleden weer een auto in
vlammen op, en fietst er weleens
grofgebekte jeugd door de buurt.
Maar een gevoel van veiligheid
overheerst. Als er iets gebeurt, doen
de bewoners direct aangifte.
Er is wel een fundamenteler probleem met deze wijk, vertelt Anne-
‘Men kent elkaar
niet meer. De
tweeverdieners zijn
de hele dag weg. Als
ze thuis zijn, hebben
ze weinig tijd voor
hun buurtgenoten.’
ke Volbeda van de Koninginneweg.
“Men kent elkaar niet meer”. Zeker
onder de jonge gezinnen zitten
vooral tweeverdieners, “die eigenlijk de hele dag de deur uit zijn of
thuis achter hun bureau blijven zitten.”
En als ze thuis zijn, hebben ze
weinig tijd voor hun buren of
buurtgenoten, vertelt Volbeda. “Ze
moeten al genoeg sociale contacten
gaande houden in hun schaarse
vrije tijd.” Dit leidt ertoe dat het de
wijkraad niet lukt de oudere bestuursleden die na achttien jaar
trouwe dienst opstapten, te vervangen. Geen buurtgenoot werpt zich
op.
“Een straat met oranje vlaggetjes,
dat hoeft natuurlijk niet.” Maar Volbeda zou willen dat de buurtgenoten wat meer bij elkaar betrokken
zijn. Al begrijpt ze het ook wel: “De
huizen zijn zo duur. Je moet nu eenmaal heel hard werken om het te
kunnen betalen. Rijkdom is hier relatief. Veel jonge mensen redden
het maar net. Maar wie eenmaal in
de Koninginnebuurt zit, wil er niet
meer weg.”
En wat denken de Koninginnebuurters van Schalkwijk? Een heel
andere buurt dan deze. Onvergelijkbaar. Ja, het is dichtbij. Maar ze komen er eigenlijk nooit.
Geïnteresseerden kunnen samen een plan maken voor een pand.
Medisch centrum moet valse
declaraties terugbetalen
Alternatieve genezers
Het Medisch Centrum Rhijnauwen
in Bunnik, dat vooral diensten verleent aan alternatieve zorgverleners, moet ruim 1,3 miljoen euro
aan ten onrechte ontvangen declaraties terugbetalen aan zorgverzekeraar Achmea.
Dat heeft de rechtbank Utrecht in
een civiele procedure bepaald. Tegen twee mannen, onder wie de
oprichter van het centrum, loopt
nog een strafrechtelijk onderzoek
naar het vervalsen van declaratieformulieren met een waarde van
ruim 9,5 miljoen euro. Volgens een
woordvoerder van het Openbaar
Ministerie wordt een zitting bij de
strafrechter pas dit najaar verwacht.
Bij het medisch centrum werden
onder meer bloedmonsters onderzocht die werden aangeleverd door
alternatieve zorgverleners zoals natuurartsen. Voor vergoeding van de
tests komen slechts die aanvragen
in aanmerking die van reguliere
artsen afkomstig zijn. Uit de uitspraak van Utrechtse rechtbank
blijkt dat door een bedrijfje dat de
rekeningen verstuurde steeds werd
gedaan alsof het om een declaratie
ging van een huisarts.
Bij de rechter verweerde het medisch centrum zich met de verklaring dat uit onderzoek blijkt dat de
diensten van de alternatieve zorgverleners bijdroegen aan lagere
kosten voor de zorgverzekeraars.
De rechtbank nam die redenering
niet over omdat in het onderzoek
waarnaar verwezen werd er sprake
was van huisartsen die naast hun
reguliere zorg ook alternatieve geneeskunst aanboden. Van een besparingsargument was volgens de
rechter dan ook geen sprake omdat
het in deze zaak gaat om alternatieve zorgverleners die in het geheel
geen huisarts zijn.
Emar V., de oprichter van het centrum en tevens verdachte in de
strafzaak, overweegt nog of hij in
hoger beroep gaat. Hij beschouwt
zichzelf, als hij niet in het gelijk
wordt gesteld, als een ‘goede donateur van de zorgverzekeraar voor
1,3 miljoen euro’. De aangifte van
Achmea bij justitie noemt hij in
diezelfde redenering een ‘valse aangifte’ gedaan door Achmea. (TROUW)
Om de verpaupering kun je niet heen
De Ringvaart ziet er schitterend uit.
Bestempeld worden tot Vogelaarwijk vonden sommige trotse inwoners van de Boerhaavebuurt in
Schalkwijk niet leuk, maar dankzij
het potje geld werd het buurthuis
mooi opgeknapt. “De Ringvaart is
het kloppende hart van onze wijk”,
zegt wijkraadvoorzitter Hans Hirs.
“Klaverjassen, gymmen, schilderen,
het is er een drukte van belang.”
De Boerhaavebuurt was in 2012
een van de buurten in Nederland
waar de meeste inbraken gepleegd
werden. In Schalkwijk is bovendien
een groep van 25 criminele jongeren actief. Zij steken auto’s in
brand, plegen straatroven, bedreigen mensen en gooien ruiten en
bushokjes in. De politie is het zat:
na allerlei projecten om de jongeren op het rechte pad te krijgen,
wordt nu ‘keihard’ opgetreden.
Schalkwijkers willen niets meer
horen over de slechte reputatie van
hun buurt. Hirs zegt zich er veilig
te voelen, en ‘gemakkelijk ’s avonds
over straat te gaan’. Maar om de
verpaupering kunnen ze ook weer
niet helemaal heen. Het winkelcentrum en de school aan de Floris van
Adrichemlaan staan er al jaren
dichtgetimmerd en armoedig bij. In
de lege school zit een vleermuizen-
kolonie. Het wachten is op toestemming voor de sloop. Hirs: “Dit doet
het aanzien van onze buurt geen
goed.” De Turkse bakker kan het jarenlange gedraal niet begrijpen. “In
de Koninginnebuurt was dit binnen
een paar weken opgelost.”
En dan zijn er nog de hoge galerijflats, typische zestigerjaren-bouw.
Aan sommige balkons hangen naast
tv-schotels en dekbedden nog wat
vergeten oranje WK-vlaggetjes.
Naast de deurbellen prijken louter
‘Problemen met
schulden,
laaggeletterdheid,
werkloosheid of
gebrek aan sociaal
netwerk spelen hier
voor allochtonen én
autochtonen’
buitenlandse namen. “Geen Nederlander accepteert zo’n sociale huurflat. Er wonen veel Somaliërs en alleenstaande moeders”, zegt een
Turkse buurtgenoot. Die Nederlanders wonen in kleine, keurig aangeharkte rijtjeshuizen aan rustiger
straten met speelveldjes. Her en der
is tussen deze huizen ook ruimte
gemaakt voor woonwagenkampen.
“Er wonen hier veel alleenstaande, geïsoleerde mensen”, vertelt gebiedsmanager Albert Mulder van
welzijnsorganisatie Kontext. Hij
doelt niet alleen op de vele, verschillende allochtone groepen in de
wijk. “Problemen met schulden,
laaggeletterdheid, werkloosheid of
gebrek aan sociaal netwerk spelen
hier voor allochtonen en autochtonen in gelijke mate. Het geval wil
dat deze groepen mensen vaak
vrienden of familie hebben met dezelfde problemen. Zij kunnen elkaar er daarom ook niet uit optrekken. Wie hier zijn baan kwijtraakt,
moet volgens de gemeente eerst
een maand solliciteren. Dan pas
volgt een uitkering. Maar dan zijn
veel mensen al in de schulden beland. En kom daar nog maar eens
uit. Dit jaar hebben zich al 59 huishoudens uit Schalkwijk voor de
voedselbank gemeld.”