hier opgewekt kennissessie verlaagd tarief 4 maart 2014, utrecht

HIER OPGEWEKT KENNISSESSIE VERLAAGD TARIEF
4 MAART 2014, UTRECHT
Het kabinet wil met de regeling Verlaagd Tarief de collectieve opwek van elektriciteit stimuleren. Achterliggend
idee is dat daarmee niet alleen een bijdrage wordt geleverd aan de doelstelling voor duurzame energie, maar
ook aan een groter draagvlak voor duurzame energie en energiebesparing. Burgers worden immers zelf
producent. Veel initiatieven zijn in het kader van de regeling bezig met het ontwikkelen van productieinstallaties, zogenaamde postcoderoos-projecten. Maar hoe werkt de regeling? Wie heeft er wat aan? En wat
levert het op?
Tijdens de HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief in Utrecht kregen bezoekers antwoord op deze vragen en
kwamen zij in contact met experts en ervaringsdeskundigen. Verschillende initiatieven deelden met anderen
hoe zij de regeling interpreteren en ermee omgaan. Na een plenaire start met deskundigen gingen de bezoekers
in groepjes uiteen om specifieke vraagstukken en casussen te bespreken. Leren van elkaar en antwoord krijgen
op prangende vragen – dat was het doel.
Dit document is een verslag van deze Kennissessie Verlaagd tarief. Het verslag begint met een samenvatting van
de plenaire bespreking, met daarna een documentatie van de tafelsessies in vraag-antwoordvorm. HIER
opgewekt streeft ernaar zoveel mogelijk vragen beantwoord te krijgen. Vragen die nog niet beantwoord zijn,
kunnen alsnog bij HIER opgewekt worden ingediend ([email protected]).
De Kennissessie werd georganiseerd door HIER opgewekt en e-Decentraal.
Het programma werd verzorgd door:








Ruud de Bruijne, e-Decentraal
MIchel Chatelin, Eversheds Advocaten - en Notariskantoor
Wido van Heemstra, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Gert Jan Vegt en Jaap Mos, de Belastingdienst
Bas de Bruin, Energie-U
Noortje van Kleef, GWL Ecostroom
Maud van Oossanen en Karel van Broekhoven, DE Ramplaan
Jan Willem Zwang, GreenSpread
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 1
PLENAIRE START
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
1 januari 2014 trad de regeling Verlaagd Tarief in werking. Veel initiatieven hebben vragen over de
belastingkorting, die ingewikkelder is dan het lijkt. De avond staat dan ook in het teken van vraag en antwoord,
plenair ingeleid door Ruud de Bruijne van e-Decentraal.
>> Een overzicht van relevante formele regelgeving over de Regeling Verlaagd tarief vind je hier.
Waaraan moet een coöperatie voldoen om met de regeling te kunnen werken?
Michel Chatelin (Eversheds): Een coöperatie is een bijzondere vorm van een vereniging. Een coöperatie mag
alleen natuurlijke personen als leden hebben, geen rechtspersonen. Voor een beperkt deel mogen die personen
wel ondernemers zijn, maar niet meer dan 5 procent. De coöperatie moet opgericht zijn voor het in stand
houden van een productie-installatie die energie opwekt uit hernieuwbare energiebronnen. Die installatie moet
juridisch en economisch eigendom zijn van de coöperatie. De leden van de coöperatie moeten in de
postcoderoos rondom de installatie wonen. Eén coöperatie kan meerdere installaties in verschillende
postcoderozen hebben.
Mag de installatie geëxploiteerd worden door een BV?
Michel Chatelin (Eversheds): De tekst van de regeling staat dit niet toe.
Jaap Mos (Belastingdienst): Het is niet toegestaan dat de installatie eigendom is van een BV.
Geldt de regeling alleen voor elektriciteit of ook voor biogasinstallaties?
Jaap Mos (Belastingdienst): De regeling is specifiek van toepassing op elektriciteit want het betreft een korting
op de elektriciteitsbelasting.
Hoe lang is de zekerheidstermijn van de regeling nu?
Jaap Mos (Belastingdienst): Tien jaar vanaf het moment van de belastingbeschikking (aanwijzing).
Met wie moet je afspraken maken om de korting te verrekenen?
Wido van Heemstra (RVO): Je hebt te maken met twee energiebedrijven. Je hebt een energiebedrijf nodig die de
energieproductie van de coöperatie afneemt. Daarvoor werk je met Garanties van Oorsprong, die aanduiden dat
de opgewekte elektriciteit duurzaam van aard is. Daarnaast heb je te maken met de energieleveranciers van de
leden. Daarmee moet je afspraken maken over het verrekenen van de belastingkorting over het aandeel
opgewekte energie van de leden. Het is niet noodzakelijk dat dit hetzelfde energiebedrijf is dat de stroom van de
coöperatie inkoopt, maar dat mag wel. Leveranciers zijn niet verplicht om mee te werken aan de regeling en
kunnen kosten in rekening brengen voor de administratieve last. Dat is afhankelijk van marktwerking. Als
coöperatie heb je waarschijnlijk een betere onderhandelingspositie als je met alle leden bij één leverancier
aansluit. Die krijgt er dan heel veel klanten bij, waardoor meewerken interessanter is.
Heb je altijd een nieuwe aansluiting nodig?
Wido van Heemstra (RVO): Niet per se. Een VvE kan wel op de bestaande aansluiting invoeden, omdat die daar
ook eigenaar van is. Als je als coöperatie een PV-installatie plaatst op een plek die eigendom is van iemand
anders, dan moet je een eigen aansluiting realiseren.
Opmerking: Stedin is voornemens om ervoor te zorgen dat er twee aansluitingen op één WOZ-object mogen
komen.
Is een PV-installatie roerend of onroerend?
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 2
Michel Chatelin (Eversheds): Meestal geldt: als iets er ligt voor de langere termijn, dan is het onroerend. Dan is
het onderdeel van het gebouw en is het in principe ook eigendom van de gebouweigenaar. PV-installaties zijn
vaak neergelegd voor langere termijn en zijn dus al snel onroerend. Met het vestigen van een opstalrecht kun je
in dat geval regelen dat de installatie eigendom is van de coöperatie.
>> Lees voor een toelichting de Visie van Michel Chatelin: ‘Zonnepanelen, van wie zijn we eigenlijk?’
Mag je tegelijkertijd gebruikmaken van een andere (subsidie)regeling?
Wido van Heemstra (RVO): Subsidies en tegemoetkomingen van het rijk mogen niet gecombineerd worden met
de regeling Verlaagd Tarief, tenzij ze niet specifiek voor de installatie zijn maar bijvoorbeeld voor
werkgelegenheid. Lokale, regionale en Europese subsidies mogen altijd gecombineerd worden met de regeling.
De uitsluiting geldt dus alleen voor rijkssubsidie specifiek voor de installatie, zoals de SDE+ en de EIA.
>> Raadpleeg het artikel ’De regeling in het kort’ in het Kennisdossier Verlaagd tarief. Hier vind je tevens
artikelen over bijvoorbeeld organisatorische, financiële en juridische aspecten van de regeling.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 3
DE REGELING VERLAAGD TARIEF TOEGELICHT
Michel Chatelin, partner bij Eversheds Nederland en specialist op het gebied van energierecht
Wido van Heemstra, senior adviseur bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
Gertjan Vegt, vaktechnisch coördinator controle milieubelastingen bij de Belastingdienst
Jaap Mos, Strategisch adviseur milieubelastingen bij de Belastingdienst.
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Met de regeling Verlaagd Tarief in hun achterhoofd zijn veel initiatieven bezig om corporaties te vormen,
productie-installaties te ontwikkelen en postcoderoosprojecten op te starten. Toch zijn er vaak nog veel
onduidelijkheden rond de uitvoering en interpretatie van de wet. Sessiebegeleiders Michel Chatelin
(advocatenkantoor Eversheds), Wido van Heemstra (RVO Nederland) en Gertjan Vegt en Jaap Mos (de
Belastingdienst) gaven de volle zaal antwoord op veel vragen.
Hoe verloopt de informatieverstrekking naar de verschillende energieleveranciers in de praktijk?
De regeling Verlaagd Tarief stelt dat informatieplicht bij de coöperatie ligt: die moet hiervoor een opgave of
verklaring opstellen. Daarnaast moet deze coöperatie met een energieleverancier een contract sluiten om de
afzet van de opgewekte duurzame energie mogelijk te maken. Verder is de coöperatie verplicht om alle
energieleveranciers aan te schrijven waar de leden een contract mee hebben en om afspraken te maken over
deze onderlinge verdeling.
>> Lees voor meer informatie over de ledenverklaring het artikel ‘De regeling: juridische aspecten’ in het HIER
opgewekt Kennisdossier Verlaagd tarief. Hier vind je ook juridische modellen die je kunt gebruiken bij het
realiseren van een zogenaamde ‘postcoderoos-coöperatie’.
Wat is de procedure om gebruik te kunnen maken van de regeling?
De coöperatie dient bij de Belastingdienst een verzoek in voor een aanwijzing, zodat de leden in aanmerking
komen voor het verlaagd tarief. Dat gaat via een elektronisch beschikbaar gesteld formulier.
>> Klik hier voor het formulier 'Aanvraag Aanwijzing voor het verlaagde tarief energiebelasting voor lokaal
duurzaam opgewekte elektriciteit’ van de Belastingdienst’
Moet een coöperatielid in de postcoderoos wonen?
Nee, dat hoeft niet. Wel kan een lid in principe alleen gebruik maken van het verlaagde tarief als hij binnen de
postcoderoos woont. De coöperatie kan deze leden voordelen bieden op het gebied van isolatie of op eigen
initiatief een soort korting bedingen. Hierdoor wordt het dan aantrekkelijk voor leden buiten de roos om deel te
nemen. Verder is het mogelijk voor een coöperatie om verschillende installaties te starten die zich niet per
definitie in dezelfde postcoderoos hoeven te bevinden.
Moet je bij de aanvraag van de beschikking al weten wie precies meedoet?
Nee, dat hoef je pas te overleggen als geproduceerd gaat worden. Dan geef je ook aan de energieleverancier
door wat de verdeelsleutel is en wie voor welk aandeel korting in aanmerking komt.
Hoe zit het met de maximale capaciteit?
De regeling Verlaagd Tarief noemt een maximum van 10.000 kWh. Een individueel lid mag het verlaagde tarief
verder tot maximaal het eigen verbruik toepassen.
Hoe zit het met de maximale periode?
Totdat de regeling wordt aangepast geldt in ieder geval een zekerheid van tien jaar. Als een wijziging optreedt,
gaat de periode van maximaal tien jaar in op het moment van de beschikkingsdatum. Ieder coöperatie die voor
de regeling in aanmerking komt, kan er dus zeker tien jaar gebruik van maken, ongeacht wat de (mogelijke)
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 4
verandering inhoudt. De regeling wordt overigens in ieder geval over vier jaar geëvalueerd (en dus eventueel
aangepast).
>> Lees meer informatie hierover in het artikel De regeling: financiële aspecten in het HIER opgewekt
Kennisdossier Verlaagd Tarief
Als de 10 jaar ingaan na de aanwijzing door de Belastingdienst, ben je nog heel lang bezig om de plannen
uiteindelijk te realiseren en zaken af te spreken met de Belastingdienst. Dat gaat ten koste van de 10 jaar. Is
het mogelijk een conceptbeschikking te krijgen?
De Belastingdienst stelt de ingangsdatum vast o.a. op basis van de ingangsdatum die door de coöperatie is
opgegeven bij de aanvraag van de aanwijzing. Het kan wenselijk zijn de aanwijzing op een andere datum in te
laten gaan dan de datum van de beschikking. Op verzoek van de coöperatie kan de inspecteur de aanwijzing met
terugwerkende kracht verlenen, maar niet verder dan tot 6 maanden. Reeds bestaande installaties kunnen dus
meedoen vanaf 01-01-2014, mits wordt voldaan aan de voorwaarden. Bovenstaande neemt niet weg dat het
verstandig is vóór het invullen van de aanvraag voldoende zicht te hebben op realisatie, financiering en fiscale
aspecten.
Wat gebeurt er als een coöperatielid verhuist?
Het bestuur van de coöperatie moet dit soort zaken goed vastleggen in de statuten en is vrij om een regeling te
maken rond de vervanging en waarde van een bepaald aandeel in de coöperatie. In principe kan de persoon lid
blijven, maar eenmaal woonachtig buiten de postcoderoos kan hij geen gebruik meer maken van de regeling.
Ook kan iemand het lidmaatschap overdragen (bijvoorbeeld verkopen) aan een nieuw lid. Wel geldt hier de
volgende beperking (zie ook vorige vraag): de regeling Verlaagd tarief stelt een maximum van tien jaar, vanaf de
datum van de beschikking. Dit betekent dat de zekerheid bestaat dat de coöperatie de tien jaar vanaf de
beschikkingsdatum gebruik kan maken van de regeling als de regeling verandert of verdwijnt. Een lid dat
bijvoorbeeld na vijf jaar verhuist, kan het lidmaatschap doorgeven aan een nieuw lid, maar deze kan dan nog
maar vijf jaar gebruik maken van het verlaagd tarief. Leidt uittreding niet tot vervanging? Dan kan de coöperatie
zelf (statutair en vooraf) de verdeling regelen over de andere leden.
Wordt het aandeel van een coöperatielid dan niet minder waard?
Ja, het aandeel wordt minder waard naarmate de periode korter wordt waarin je van de regeling gebruik kunt
maken. Op dit moment weet echter niemand wat er gaat veranderen aan de regeling áls er iets verandert. De
invoering van een overgangsregeling vanaf het moment dat de regeling wijzigt is dan een mogelijkheid. Zolang
de regeling niet wijzigt kun je als coöperatie een beschikking aanvragen. Vanaf de ingangsdatum van deze
beschikking heeft de coöperatie dan de garantie dat de regeling voor de leden tien jaar geldig is.
Zijn het aantal leden of de productiecapaciteit aan te passen?
De beschikking geldt voor de productie-installatie. Het aantal leden en de productiecapaciteit zijn dus binnen de
regeling aan te passen als het gaat om dezelfde productie-installatie. Ieder jaar zijn deze gegevens en de
verdeelsleutel ook te veranderen op het contract met de energieleverancier.
Kun je een nieuwe beschikking aanvragen voor een uitbreiding van de installatie?
Dat kan wel, maar het is niet verplicht. Bovendien wordt het belastingtechnisch dan erg complex. Als het gaat
om een uitbreiding van een productie-installatie, is het advies is dan ook om te overleggen met de
Belastingdienst.
Is een ondernemer niet ook een particulier in zijn rol als bewoner en geldt dan nog steeds de maximale 5
procent-regeling?
De leden van de coöperatie mogen alleen natuurlijke rechtspersonen zijn. Als het gaat om een pand, moet dat
minstens voor 70 procent particulier gebruikt worden. Je moet in dat geval een motivatie kunnen geven van het
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 5
particuliere karakter. Bedrijven (rechtspersonen) kunnen in geen geval een coöperatie oprichten om gebruik te
maken van de regeling.
Welke eisen stelt de regeling aan de installatie?
De installatie moet duurzame energie opwekken en de coöperatie moet de juridische en economische eigenaar
zijn. Voor wat betreft de eigendom is van belang te bepalen of de installatie roerend of onroerend goed is. In het
geval van onroerende zaak kan een recht op opstal worden gevestigd. Hiermee splits je het eigendom. Dat is
bijvoorbeeld van belang als de pandeigenaar failliet gaat. De Belastingdienst wil per geval kunnen bekijken of
een installatie roerend of onroerend is. De verwachting is dat hiervoor periodiek controles uitgevoerd gaan
worden.
Krijg je te maken met OZB-belasting als een installatie onroerend goed is?
Daar van kan sprake zijn als een installatie wordt aangemerkt als een apart WOZ-object en een gemeente in dat
geval ook belasting wil heffen.
Hoe zit het met subsidieregelingen en andere investeringsaftrekmogelijkheden?
De coöperatie komt niet in aanmerking voor de regeling Verlaagd Tarief als wordt geprofiteerd van een regeling
van rijkswege die specifiek wordt ingezet voor de productie-installatie of de elektriciteit. Geen probleem vormen
regelingen die bijvoorbeeld gemeentelijk, provinciaal of Europees zijn.
Heeft een lidmaatschap nog financieel voordeel als een particulier al maximaal profiteert door de energie van
zijn eigen zonnepanelen te salderen?
Nee, als je op particuliere basis al maximaal saldeert door al het verbruik zelf op te wekken, kan niet ook nog van
de regeling Verlaagd Tarief gebruik worden gemaakt.
Kun je dit niet regelen zonder energiebedrijf?
Nee, omdat de energiebelasting via de energiebedrijven loopt, is het wettelijk niet mogelijk om energie op te
wekken en te leveren zonder een leverancier.
De regeling is erg ingewikkeld voor een lokaal energie initiatief. Gaat dit wel werken?
e-Decentraal houdt een vinger aan de pols als het gaat om de uitvoerbaarheid van de regeling. HIER opgewekt
raadt aan om vooral lid te worden van deze branchevereniging van lokale duurzame energie initiatieven. Dat kan
via www.e-decentraal.com.
HIER opgewekt richt haar activiteiten op het faciliteren van kennisdeling en het uitwisselen van ervaringen.
Momenteel zijn er nog geen productie-installaties onder deze regeling gerealiseerd. HIER opgewekt houdt een
vinger aan de pols, inventariseert businesscases en stelt ze beschikbaar via de website.
>> Lees bijvoorbeeld meer over hoe Morgen Groene Energie een aantal zonneparken gaat ontwikkelen in de
gemeente Eindhoven in hun blog i.s.m. HIER opgewekt
>> Energie-U en Morgen Groene Energie ontwikkelden een manier om te kunnen werken met de regeling. Lees
meer hierover in het artikel ‘Construct en rekenmodule collectief lokaal zon’
>> Binnenkort plaatsen wij nog meer businesscases van collega-initiatieven in het HIER opgewekt Kennisdossier
Verlaagd tarief. Houd de website in de gaten!
>> Een overzicht van relevante formele regelgeving over de Regeling Verlaagd tarief vind je hier.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 6
ZONNEPARKEN IN UTRECHT
Bas de Bruin (Energie-U)
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Energie-U is bezig met verschillende initiatieven voor lokale energieopwekking in Utrecht. Grootschalig zon is nog
een worsteling. Het beoogde windpark op Lage Weide is in de gemeenteraad weggestemd. Uit de stemwijzer
blijkt echter dat tweederde van de stemmers vóór is.
Bas de Bruin: Ik zie veel enthousiaste mensen aan de slag gaan die nog geen locatie hebben. Geen locatie, geen
project. Zorg dat je een dak of veldopstelling tot je beschikking hebt, dat je in gesprek bent met partijen die
hierop een toezegging kunnen doen. De grootte van je project is afhankelijk van de beschikbare ruimte, het
aantal leden, of de postcoderoos-mogelijkheden. Als je de ambitie hebt om een grootschalig project te
ontwikkelen, maak dan inzichtelijk hoeveel huishoudens er rondom jouw locatie zitten. Dat zijn de mensen die
straks kunnen meedoen.
Waar vind ik het aantal huishoudens per postcode?
Bas de Bruin: Google, daarmee kom je een heel eind. Als je de postcode en stad intoetst, krijg je vaak al een
overzicht met een kaartje. Je kunt ook naar de gemeente gaan.
Deelnemer: Je kunt ook contact opnemen met verspreiders van reclamefolders. En op www.cbsinuwbuurt.nl
kun je ook informatie vinden over een specifiek postcodegebied.
HIER opgewekt: Verschillende partijen zijn nu bezig met het realiseren van een postcoderoos-instrument
waarmee postcoderoos en optimale plaats voor de productie-installatie kunnen worden bepaald. HIER
opgewekt volgt de ontwikkelingen op de voet en zullen vanuit dit artikel binnenkort linken naar een oplossing.
Voor een postcodekaart van Nederland verwijzen we nu nog even een kaart van Geodan. Hiermee krijg je inzicht
in de postcodegebieden en kun je de postcoderoos bepalen. Wellicht ten overvloede: de productie-installatie
bevindt zich in het centrale postcodegebied.
Wat heb je leden te bieden?
Bas de Bruin: Je moet er niet om puur commerciële redenen in stappen, maar omdat je in decentrale opwekking
gelooft. Je moet uiteraard wel breakeven nastreven, maar je zult er weinig op verdienen. Dat zeg ik niet om te
demotiveren – wij doen het ook nog steeds – maar omdat het belangrijk is om deze vraag te stellen. Wees
helder in je boodschap naar leden: we doen het omdat we er erin geloven en niet meer afhankelijk willen zijn
van fossiele brandstoffen of import. Zo voorkom je teleurstelling bij mensen die er zijn ingestapt en er financieel
niet uit halen wat ze dachten.
>> Lees voor meer informatie over het meekrijgen van deelnemers de HIER opgewekt Kennisdossiers
‘Ledenwerving en ledenaanbod’ en ‘Communicatie’
Waarom zijn de tarieven voor een nieuwe aansluiting zo hoog?
Deelnemer: Een nieuwe aansluiting kost volgens Liander eenmalig 30.000 euro plus 6.000 per jaar. Een
magistrale kostenpost, die de businesscase erg bemoeilijkt. Waarom zijn die tarieven/marges zo hoog?
Bas de Bruin: Wij hebben in Utrecht nog hogere tarieven gehoord. De tarieven voor de regionale netbeheerders
worden jaarlijks vastgesteld door TenneT. Enexis – en wellicht ook andere lokale netbeheerders – ervaar ik als
een partij die bereid is om mee te denken. Ga altijd het gesprek aan en bekijk of ze bijvoorbeeld mee willen als
supporter in het project. Dat levert voor hun weer PR op en voor het initiatief lagere aansluitkosten.
HIER opgewekt: Blijf je vragen vooral stellen aan de netwerkbedrijven zelf, maar laat het ons ook weten. Wij
inventariseren en adresseren de vragen ook. Samen sterker werken.
>> Vragen aan het netwerkbedrijf kun je kenbaar maken via het formulier ‘Vragen aan het netwerkbedrijf’
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 7
Heb je bij een groot project ook een grootverbruikaansluiting nodig?
Bas de Bruin: Kleinverbruik geldt tot circa 220 panelen, daarboven heb je een grootverbruikaansluiting nodig.
Een oplossing om dat te omzeilen is meerdere kleine installaties realiseren.
Deelnemer: Wij hebben kleine installatie met 120 panelen. De stroom verkopen we aan de gemeente voor de
commerciële energieprijs. Daarmee hebben we een rendement van 5 procent en een terugverdientijd van tien
jaar. Dat gaat prima. Een grotere installatie is lastiger
Moet er altijd een separaat WOZ-object zijn?
Bas de Bruin: Dat zou ik wel regelen en daarnaast een recht van opstal afsluiten. Hierdoor wordt een zonneenergiepark niet alleen als zelfstandig door de fiscus gewaardeerd, het zorgt er ook voor dat een object in geval
van een faillissement van de grond of dakeigenaar niet door natrekking mee wordt gesleept.
HIER opgewekt: Ook hiervoor raden we aan eerst contact op te nemen met het netwerkbedrijf. De ervaring
heeft geleerd dat antwoorden niet altijd snel komen en eenduidig zijn. Daarom nogmaals: stel de vragen
vroegtijdig aan het netwerkbedrijf en hou HIER opgewekt op de hoogte van de vragen die je stelt.
>> Vragen aan het netwerkbedrijf kun je kenbaar maken via het formulier ‘Vragen aan het netwerkbedrijf’
Wat zijn de verschillen tussen een dakopstelling en veldopstelling?
Bas de Bruin: Bij een veldopstelling heb je een vergunning nodig. Waarschijnlijk is er een bestemmingsplan voor
de locatie. Het kost tijd en geld om die vergunning te krijgen. Bovendien is draagvlak lastiger: de grond was niet
voor duurzame energie bedoeld. Een grootschalige installatie is zichtbaar en dan moet je rekening houden met
de gevoelens van omwonenden. Pfixx Solar heeft een grote PV-installatie gerealiseerd op een voormalige
stortplaats in Azewijn. Een goede keuze, want dat is anders echt verloren grond. Met een dak hebben mensen
minder moeite, het is vaak minder zichtbaar vanaf de grond. Ook uit kostprijsoogpunt heeft een dakopstelling
de voorkeur, bij een veldopstelling moet je in sommige gevallen extra veiligheidsmaatregelen nemen, zoals het
plaatsen van hekwerk en camera’s. Daarbij moet je bij een dakopstelling wel weer rekening houden met de
draagkracht per vierkante meter – je kunt niet onbeperkt het dak vol leggen – en eventueel te plegen
toekomstig dakonderhoud. Dan moeten de panelen tijdelijk worden verwijderd en daarna opnieuw aangesloten.
Met welke kosten krijg ik te maken?
Bas de Bruin: Ontwikkelkosten worden vaak vergeten. Er gaan ontzettend veel manuren in de ontwikkeling van
projecten zitten: werk- en locatiebezoeken, lezen van stukken, bijwonen van vergaderingen enzovoort. Je moet
vragen of leden dit voor niks willen doen of niet. Ook vergunningskosten (leges, OZB) vergeet men vaak mee te
nemen in de begroting. Daarnaast heb je een hoop investerings- en beheerkosten: voor de panelen, fundering
bij sommige type veldopstellingen, omvormers, bekabeling, beveiliging, transport, meters, enzovoort. Ook
verzekeringen zijn belangrijk: kijk goed naar de looptijd en dekking. Vergeet ook niet om een post onvoorziene
kosten op te nemen. Zo gaan omvormers minder lang mee dan de installatie. Je wilt leden niet na tien jaar weer
vragen om bij te betalen voor schade, vervanging of sloop- en verwijderingskosten aan het einde van de looptijd
van het project. Mensen willen liever vooraf weten wat het ze gaat kosten.
>> Lees voor meer informatie het artikel ‘De regeling: financiële aspecten’ in het HIER opgewekt Kennisdossier
Verlaagd tarief.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 8
Waarom haal je thuis terugverdientijden van zeven of acht jaar en met een collectieve installatie niet?
Bas de Bruin: Thuis kun je salderen. Je produceert energie en levert aan jezelf terug. Daardoor neem je minder
kWh af en betaal je over die bespaarde energie geen energieprijs en geen energiebelasting. Daardoor is je
voordeel netto 23 cent. Bij een collectieve installatie kun je niet salderen en krijg je alleen korting op de
energiebelasting.
Ben je als coöperatie ook energieleverancier en moet je dus een leveranciersvergunning aanvragen?
Bas de Bruin: Nee, coöperaties zijn producent, geen leverancier. Je hebt dus geen vergunning nodig.
>> Raadpleeg voor meer informatie over de energiemarkt, leveringsvergunningen en
programmaverantwoordelijkheid het HIER opgewekt Kennisdossier Energie leveren.
Hoe veranderlijk is de energieprijs?
De energieprijs die we zien op de factuur die we thuis ontvangen, is opgebouwd uit componenten van allemaal
verschillende partijen. De leverancier, het netwerk, de belasting, opslag duurzame energie, btw enzovoort. Ook
als je zelf gaat opwekken kun je moeilijk garanderen dat de prijs twintig jaar vastligt. Sommigen zeggen van wel,
want de investerings- en beheerskosten zijn te begroten en daarmee is de kostprijs van de opgewekte
elektriciteit te bepalen. Maar afspraken met de overige partijen – zoals TenneT, lokale netbeheerders, de
overheid, Autoriteit Consument en Markt – heb je niet in de hand. De totale prijs kan daardoor altijd
veranderen.
Deelnemer: Bij Qurrent gaan we wel contracten aan voor twintig jaar. Maar ook wij kopen in en weten niet
precies wat de prijs gaat doen.
Zijn er voorbeelden van postcoderoos-projecten die al ver ontwikkeld zijn?
Bas de Bruin: Die zijn allemaal nog in ontwikkeling. Iedereen die hier zit loopt in feite voorop.
Deelnemer: “Bekijk het model van Morgen Groene Energie. Die hebben er vertrouwen in dat ze een goede case
hebben met de postcoderoos.”
>> Lees meer over hoe Morgen Groene Energie een aantal zonneparken gaat ontwikkelen in de gemeente
Eindhoven in hun blog i.s.m. HIER opgewekt
>> Energie-U en Morgen Groene Energie ontwikkelden een manier om te kunnen werken met de regeling. Lees
meer hierover in het artikel ‘Construct en rekenmodule collectief lokaal zon’
>> Kijk hier voor de presentatie van Bas de Bruin: Zonneparken in Utrecht.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 9
ZONNEPARK OP DE PRAXIS
Noortje van Kleef (GWL Ecostroom)
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
Energie Coöperatie GWL Ecostroom (Amsterdam) maakt het mogelijk voor bewoners van het GWL
(Gemeentelijke Water Leidingen)-terrein om een aandeel te kopen in zonnepanelen op het dak van de
nabijgelegen Praxis. Noortje van Kleef licht enthousiast toe waar ze staan.
Hoe ben je begonnen?
Noortje van Kleef: De aanleiding is natuurlijk global warming en de gasvoorraad die opraakt. Ik ben van huis uit
bouwer dus ik ging eerst op zoek naar een dak. Toen had ik het dak van de Praxis en daar begon het, ik kon een
project starten. Want ik weet uit de bouw: een grondpositie is een machtspositie. Ik wilde een kabel
aanspannen naar bewoners. Daar kreeg ik geen vergunning omdat het te gevaarlijk is. Toen kwam de
postcoderoos al snel in beeld, handig want de Praxis grenst aan 60.000 bewoners. En ik vind virtueel salderen
veel logischer dan achter de meter komen, dat is achterhaald.
Wat is je doel?
Laten zien dat het ondanks alles toch kan en het makkelijker maken voor anderen. Het is momenteel te complex
voor de meeste burgers, want je hebt te maken met kosten, governance, bewoners, overheid,
netwerkbeheerder, energieleveranciers, stakeholders. Daarom wil ik uiteindelijk opschalen.
Om hoeveel panelen gaat het?
Om 350 panelen van 250 wattpiek met een garantie van 25 jaar en ze doen het beheer. We betalen de Praxis
1150 per jaar voor 350 panelen. Momenteel willen zo’n 40 bewoners meedoen. Mijn streefaantal is ongeveer
50. Amsterdam heeft veel groen georiënteerde mensen, dus er moeten genoeg deelnemers voor te vinden zijn.
Hoe koop je panelen in?
Ik heb drie partijen uitgenodigd. Zon en co was de laagste. Ze leveren goede service en zijn bekend bij de
bewoners.
Hoe zit de organisatie in elkaar?
Het GWL-terrein heeft een eigen energiecommissie, een club van slimme bewoners op gebiedsniveau. Ik ben
zelf voorzitter van GWL Ecostroom en projecttrekker. Een ander bestuurslid is ook lid van de energiecommissie
van het GWL-terrein. Ik krijg als vergoeding 20 euro per zonnepaneel, dat is weinig als je kijkt hoeveel uren er in
gaan zitten. Ik ben zzp’er en 5% van de leden van de coöperatie mag ondernemer zijn volgens de regeling
‘Verlaagd Tarief’.
Levert dat geen problemen op voor de Belastingdienst?
Nee, omdat het met de governance van je corporatie te maken heeft. En het gaat sowieso eerst langs een jurist.
Maar het is wel pionieren.
Hoe ga je dit uitbreiden?
Het terrein van de Gashoudersfabriek heeft spontaan gevraagd of ik hen ook kan voorzien. Ik had dus een dak
en het werden er meteen meer.
Wat kost het?
We doen ons best het zo goedkoop mogelijk aan te bieden voor onze deelnemers. Echter de meeste inschrijvers
zijn ‘groen’. Zij kijken dus niet alleen naar het financiële rendement, maar ook naar het maatschappelijke. Het
belangrijkste vind ik: keep it simple. Het kost all in 415 euro per paneel, exclusief de onderhoudskosten en de
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 10
opgewekte stroom levert 6 à 6,8 cent op. Met 7,5 cent belastingkorting plus 1,5 cent btw kom je op 15 cent. Dat
vind ik een redelijk bedrag. Zo heb ik mijn businessplan opgesteld, met een terugverdientijd van ongeveer 12
jaar.
Hoe krijg je dit gefinancierd?
Met behulp van het Amsterdams energie-investeringsfonds. Hoe we als coöperatie geld terug gaan betalen aan
de gemeente is voor mij nog een vraag. Misschien met aandelen. Maar ik heb het wel meegenomen in
businesscase.
Welke energieleverancier hebben jullie?
We zijn in gesprek met Greenchoice, maar ook nog met een aantal andere partijen. Greenchoice heeft wel
beloofd om het administratief vast te leggen, wat voor onze coöperatie belangrijk is. Het is geen harde
voorwaarde maar hoe meer bewoners lid zijn hoe beter je onderhandelingspositie. Ook al moet je niet voor 10
jaar vastleggen.
Wanneer is businesscase sluitend en kan het naar notaris?
Wij doen ons best om zo snel mogelijk het project te realiseren, maar omdat we een van de eerste zijn lopen we
wel tegen onbekende zaken aan. Dat blijft een risico. Onze parameters zijn goedgekeurd door Jan Willem Zwang,
maar helemaal helder wordt je businesscase nooit. De aansluiting is bijvoorbeeld nog steeds onbekend. We zijn
begonnen met een veld met 9 onbekenden. Die vullen we steeds verder in, zodat we de werkelijkheid kunnen
benaderen. Dat mogen onze deelnemers uiteraard van ons verwachten.
Maar je moet wel een contract hebben met een energieleverancier voor 10 jaar.
Nergens staat dat je een contract moet hebben met een leverancier voor 10 jaar. Onze deelnemers vinden
keuzevrijheid heel belangrijk, dus vraag ik me af of zij zich voor 10 jaar zouden willen vastleggen. Bovendien, de
gemeente wil geld investeren maar mijn grote vraag is of we dat kunnen aannemen, omdat nog niet helder is
hoe de geldstromen lopen. Het bestuur is hard aan het nadenken of deelnemers een aandeel of een paneel
kunnen kopen. We proberen natuurlijk de voorfinanciering van het investeringsfonds zo goed mogelijk ten
goede van onze deelnemers te gebruiken. We zijn hoe dan ook heel transparant. Je moet niet iets gaan beloven
wat je niet gaat waarmaken. Kortom, je maakt de hele financiële afweging en de vraag is of je hiervoor je
keuzevrijheid moet weggeven. Als mensen er in meegaan, is dat hun afweging. Deelnemer: “Ik ben er ook mee
bezig. Ik krijg ze over de streep als ze zien dat hun investering uit kan. Ik kan ze niet aanslepen op het ogenblik.”
Hoe ver zijn jullie?
Onze stukken liggen bij notaris voor de coöperatie. Als we een meteraansluiting van Liander kunnen krijgen, wat
1700 per meter kost, dan kunnen we een rekeningnummer openen.. De garantie op het dak is uit onderhandeld,
maar misschien kan er nog iets van af.
Hoe weet je zeker dat mensen ja zeggen?
Onze postcoderoos bevat 60.000 huishoudens. Tot nu toe hebben we alleen acquisitie gedaan op het GWLterrein en we hebben nu al 100 geïnteresseerden en 40 deelnemers. Bovendien, veel Amsterdammers hebben
zelf weinig geschikt dakoppervlak maar zijn wel groen georiënteerd.
Waar loop je tegenaan?
Ik ben aan het onderzoeken hoe ik het geld van de gemeente kan gebruiken om mijn project te versterken. Dat
vind ik moeilijk, omdat we de geldstromen nog niet helemaal in beeld hebben. Eigenlijk heb je een soort
vertakking nodig, dat het geld van de mensen die geleend hebben, teruggaat naar coöperatie.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 11
Heb je tips?
Mijn advies is: pak je telefoonboek, een kaart en bel mensen op. Mensen zeggen wel eens: ik heb geen dak.
Maar als je geen dak kunt vinden ben je of geen goede ondernemer of niet gemotiveerd genoeg. Bewoners zijn
enthousiast te maken voor dit onderwerp. In ons geval lijken er afnemers genoeg. En vooral: optimistisch zijn en
geen onwaarheden vertellen.
>> Kijk hier voor de presentatie van Noortje van Kleef: Zonnepark op de Praxis.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 12
DE RAMPLAAN: DE EERSTE POSTCODEROOS-COÖPERATIE?
Maud van Oossanen en Karel van Broekhoven (DE Ramplaan)
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
DE (Duurzame Energie) Ramplaan is in 2011 opgericht door Matthijs Hisschemöller, met de visie om te komen tot
energie opgewekt in de eigen wijk, het Haarlemse Ramplaankwartier. DE Ramplaan is begonnen als stichting, de
coöperatie moet nog opgericht worden.
Maud van Oossanen: We hebben onderzocht welk scenario het beste zou werken: all electric, of een combinatie
van maatregelen waardoor we 100 procent groen zouden zijn. Met subsidie van de gemeente hebben we
onderzoek gedaan naar de businesscases. Daar kwam uit dat we het beste kunnen gaan voor het all electricscenario. We hebben een bollenkweker in de buurt die zijn dak belangeloos (om niet) beschikbaar wil stellen
voor zonnepanelen. Onze focus is nu om dat van de grond te krijgen, daarna kunnen we aan de slag met andere
initiatieven zoals energiebesparing.
Deelnemer: Dat is een bijzondere move van die bollenkweker. Hij kan de stroom toch ook voor zichzelf
opwekken? Maud van Ossanen: zijn overwegingen zijn puur idealistisch.
Onze website is nu twee jaar in de lucht en we houden regelmatig bewonersbijeenkomsten, waar gemiddeld
honderd mensen op af komen. We hebben nu zo’n 250 leden op totaal 1.100 huishoudens. We boffen met een
hele betrokken buurt. We hebben een bestuur van vijf man en een structuur met verschillende werkgroepen. De
belangrijkste zijn communicatie en businesscase. De eerste houdt zich bezig met leden werven, de tweede met
berekeningen. De gemeente werkt goed met ons mee, en steunt ons met input en kennis.
Twee weken geleden zijn we begonnen met werving voor zondelen op de Zonnecentrale, de hal van de
bollenkweker waar 1.350 panelen op kunnen. Het dak moet wel aangepast worden; nu kunnen er 700 op, bij
aanpassing 1.350. Het liefst blijven we binnen onze eigen wijk, maar lukt dat niet dan hebben we de
postcoderoos nog. We hebben nu al 350 zondelen à 325 euro verkocht op inschrijving, elk goed voor 225 kWh.
We adviseren mensen om 80 procent van hun eigen verbruik in zondelen aan te schaffen. Uiteraard vertellen we
erbij dat PV op hun eigen dak een beter economisch plaatje geeft, daar zijn we eerlijk in. Maar als je daar niet
voldoende PV op kunt of wilt leggen, is de Zonnecentrale een goed alternatief.
Hebben jullie een tweede aansluiting nodig?
Karel van Broekhoven: Bij Liander kost een tweede aansluiting eenmalig 37.000 euro plus 1.200 euro per maand.
Daar kun je geen businesscase mee maken, dat snappen zij ook. Liander is van goede wil om ons iets gunstigers
te bieden, maar dat lukt nog niet. Liander kan blijkbaar niet duiken onder de prijzen die ACM vaststelt. Dus
willen ze een oplossing bieden waardoor we geen tweede aansluiting nodig hebben, maar steeds duikt er een
nieuw probleem op. De aansluiting van de bollenboer is in principe zwaar genoeg voor onze panelen. Het
probleem is de software: die kan niet omgaan met twee aansluitingen op één EAN. Zonder een eigen EAN-code
gekoppeld aan een meter kan Liander de opbrengst niet verwerken. Het is niet toegestaan om twee EAN’s op
één WOZ-object te zetten. Het creëren van een nep-EAN is ook afgeschoten. De laatste oplossing zou een
virtuele EAN zijn. Helaas zijn die drie jaar geleden uitgefaseerd. Ik vind het een taak van de netbeheerders om op
de achtergrond een oplossing te zoeken, zij hebben die kennis in huis. In de tussentijd vind ik dat ze ons een
redelijk tarief moeten bieden. Anders komt geen enkele energiecoöperatie van de grond.
Stedin: Ik probeer intern te achterhalen of het werkelijk noodzakelijk is om een tweede EAN-code te hebben
voor zuivere teruglevering. Ik heb nog geen toezegging kunnen krijgen. Kamp heeft aangegeven dat er een eigen
EAN-code nodig is, maar er is nooit een kamerbesluit over genomen. Meetbedrijven geven aan dat het technisch
mogelijk is om via een brutoproductiemeter de productie zuiver te meten. Ook bij onze afdeling regulering is het
niet helder dat er een tweede aansluiting moet komen. Ik ga dit verder onderzoeken en laat HIER opgewekt
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 13
weten wat daaruit komt. Netwerkbedrijven moeten lobbyen in Den Haag om te zorgen dat duurzame energie
rendabel wordt. Bijvoorbeeld met een speciaal tarief voor een zuivere terugleveraansluiting.
Hoe krijgen we de kwestie van de onduidelijkheden op de agenda?
Stedin: Het moet ingebracht worden door netbeheerders op overleggen. Mogelijk kunnen we het ook via
Netbeheer Nederland spelen.
Maud van Oossanen: Je kunt mailen naar de Tweede Kamer. Ook lokale politiek is nu vatbaar voor feedback van
de kiezer. Wij hebben bezoek gehad van GroenLinks en de ChristenUnie. Die geven hun e-mailadres en kun je
mailen met vragen. Onze vragen zijn nu goed gedefinieerd in een vragenlijst. Deze is toegestuurd aan de
ChristenUnie. Politici ontvangen helemaal niet zoveel rechtstreekse mail van mensen, dus het krijgt wel
aandacht.
HIER opgewekt: Blijf je vragen vooral stellen aan de netwerkbedrijven zelf, maar laat het ons ook weten. Wij
inventariseren en adresseren de vragen ook. Samen sterker werken.
>> Vragen aan het netwerkbedrijf kun je kenbaar maken via het formulier ‘Vragen aan het netwerkbedrijf’.
Als het probleem met de aansluiting wordt opgelost, hoe ziet jullie businesscase er dan uit?
Karel van Broekhoven: We verkopen onze stroom aan een energiebedrijf voor 4 of 5 cent per kWh, die
opbrengst gaat in de coöperatie. Daarmee verwachten we onze kosten voor onderhoud, verzekering en
administratie te kunnen dekken. Leden krijgen de energiebelasting terug van de energieleverancier. Daarmee
komen we uit op een terugverdientijd van zo’n veertien jaar. Dat is niet heel gunstig, maar we merken dat
mensen bereid zijn om met ons in zee te gaan omdat het ze niet zozeer om de opbrengst gaat. Zo lang de prijs
hetzelfde blijft als normaal, gaan mensen helemaal voor groen. Die veertien jaar is wel puur gebaseerd op de
inkomsten van de stroomverkoop en de belastingkorting. Met extra inkomsten voor het aanbrengen van leden
zou je de businesscase nog gunstiger kunnen maken.
Maud van Oossanen: We hebben een brief gestuurd naar zes leveranciers met vragen wat ze willen bieden voor
onze energie en de leden die we aanbrengen. Van Greenchoice is bekend dat ze per klant die je bij ze aanbrengt
50 euro per jaar aan de coöperatie geven. Dan moet je wel met alle leden overstappen. Daar is veel discussie
over, maar het geeft je een betere onderhandelingspositie. Je mag mensen niet per se verplichten, maar je mag
wel zeggen: je kunt alleen lid worden van de coöperatie als je bij deze leverancier gaat.
Karel van Broekhoven: De eerste reactie – van Eneco – is binnen. Zij zien geen haalbare propositie en doen ons
dus geen aanbieding voor onze stroom. Verbazingwekkend, want ze toonden zich eerst zeer geïnteresseerd. De
rest moet nog met een antwoord komen.
Deelnemer: Bij zo’n uitvraag is het heel belangrijk om erachter te komen op welke vraag het energiebedrijf
reageert. Bij het aanpassen van de vraag (variabele) kan het antwoord van het energiebedrijf heel anders
uitpakken. Een gesprek aangaan is aan te raden.
Kun je niet beter zonnepanelen op het gebouw van een kleinverbruiker – zoals een lagere school – leggen om
de businesscase haalbaar te maken?
Karel van Broekhoven: Een school betaalt 12 cent per kWh. Wij kunnen zonnepanelen op het dak van een school
leggen en de school kan vervolgens de opgewekte energie salderen. De 12 cent per kWh die de school daarmee
uitspaart betalen ze aan de coöperatie. Dat is meer dan de 9 cent compensatie (incl. btw) van de
energiebelasting. Het zwakke punt is dat de school wel tien jaar verbonden moet blijven, maar dat is met de
bollenkweker ook het geval. Een ander nadeel is dat je alleen met kleinverbruikers en dus relatief kleine
installaties moet werken, anders heb je niet dat gunstige tarief.
Deelnemer: Als je dat bij een klein bedrijf zou doen dat later failliet gaat, worden de panelen gezien als
onroerend goed en is de kans groot dat de curator ze in beslag neemt. Dan moet je recht van opstal regelen.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 14
Wat is jullie beslissingsstructuur?
Maud van Oossanen: Op het moment zijn we een stichting met een stichtingsbestuur. De coöperatie hebben we
nog niet opgericht. Het stichtingsbestuur neemt op dit moment de beslissingen. We zijn wel al een
coöperatiebestuur aan het werven. Dat hebben we professioneel aangepakt en we hebben zes hele goede
kandidaten. Daarnaast ben je verplicht om als coöperatie eens per jaar een ledenvergadering te organiseren om
besluiten te nemen.
Karel van Broekhoven: Je moet je wel afvragen of je kunt blijven draaien op vrijwilligers. Wij rekenen nu op
gratis arbeid, maar zijn mensen daar over een paar jaar nog toe bereid? Misschien vinden ze het dan niet meer
leuk, het is toch een administratieve last. We twijfelen of het tien jaar is vol te houden met vrijwilligers, maar
rekenen daar vooralsnog wel op.
Hoe pakken jullie de infoavonden aan?
Maud van Oossanen: Leden sturen we drie weken van te voren een mailtje en zo’n tien dagen van te voren gaan
we flyeren in de buurt. Nu doen we tijdelijk aan ‘guerilla gardening’ er staat iedere zaterdag een tent voor de
DekaMarkt, waar mensen terecht kunnen met vragen en om te werven voor onze zondelen. We letten erop dat
bijeenkomsten niet concurreren met bijvoorbeeld voetbal. We hebben nog een klein budget van de gemeente
Haarlem waarvan we flyers drukken, we hangen posters op in lokale MKB-bedrijven en we betrekken lokale
pers. Gemiddeld komen er honderd mensen op onze bijeenkomsten af. De eerste keer moesten we zelfs
mensen wegsturen. We hebben geluk met een wijk met veel sociale cohesie. Ramplaan ligt een beetje apart,
met gemiddeld wat oudere en hoogopgeleide mensen, dus de betrokkenheid was altijd al groot. We treffen het
ook met een paar professionals onder onze leden, zoals een projectmanager, een journalist en een ICT’er die de
website doet. Overigens maken we de belangstellenden altijd duidelijk eerst te onderzoeken of pv op het eigen
dak een optie is. Opwekken via je eigen dak is vaak nog veel gunstiger.
>> Lees voor meer informatie over het meekrijgen van deelnemers de HIER opgewekt Kennisdossiers
‘Ledenwerving en ledenaanbod’ en ‘Communicatie’
Hoe is jullie samenwerking met de gemeente?
De gemeente is altijd betrokken. Er zijn veel initiatieven in Haarlem. De gemeente doet veel aan
powerworkshops en springt waar nodig ook financieel bij. Dat doet de gemeente overigens bij meerdere
initiatieven in de gemeente.
>> Lees voor meer informatie over de samenwerking met de gemeente het HIER opgewekt Kennisdossier ‘Samen
met de lokale overheid’. Bijvoorbeeld het artikel ‘Hoe word je een serieuze partner van de gemeente?’
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 15
DO’S EN DONT’S VOOR EEN BUSINESSCASE IN DUURZAME ENERGIE
Sessieleider: Jan Willem Zwang (Green Spread)
●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●●
De regeling Verlaagd Tarief biedt kansen voor een succesvolle businesscase van corporaties die duurzame
energie willen opwekken en leveren. Toch komt er veel meer bij kijken om een project op de lange termijn te
laten slagen. Jan Willem Zwang (directeur Green Spread) geeft voor een druk bezochte zaal toelichting op de
financiële haken en ogen bij de postcoderoosprojecten.
Veel initiatieven zijn in het kader van de regeling bezig met het ontwikkelen van productie-installaties. Maar hoe
werken de zogenaamde postcoderoosprojecten nu precies. Hoe pak je zoiets aan en wat levert het op? Jan
Willem Zwang gaf veel antwoorden op specifieke vraagstukken.
Wat valt je op aan de regeling?
We merken vooral dat het een lastige regeling is. Een voorbeeld, met garanties van oorsprong hoef je niet over
te stappen. Maar nog niemand wil meewerken omdat men zoekende is. Ik had vandaag Eneco nog aan de lijn.
Veel bewoners zijn klant bij Eneco, maar niet iedereen. De eerste reactie van Eneco was dan ook: ‘Dan switchen
ze maar naar ons’. Dat is lastig. Een ander voorbeeld, je krijgt 10 jaar lang het tarief dat gold op de dag voordat
het tarief verlaagd werd. Zo staat het letterlijk in de motie. Wat staat er in de regeling? Dat je maximaal 10 jaar
de korting krijgt die op dat moment geldt. Dat is een andere uitleg. Bovendien, je bent van de 10 jaar al gauw 5
maanden kwijt om het te regelen.
En de implicaties van de postcoderoos worden steeds duidelijker én lastiger. We komen uit tussen 3 en 7
procent rendement per jaar voor de leden. Dit kan hoger zijn, bijvoorbeeld door crowdfunding. Maar er zijn ook
zat locaties onderzocht met een negatief rendement. Veel partijen weten niet hoe het werkt, ook de
netbeheerders niet. Die zijn wel ‘voornemens’ maar dan duurt het even. Voorbeelden van hoe anderen het
doen zijn er nog niet. Zo zit iedereen op elkaar te wachten.
Wat zijn de kosten voor een installatie?
Voor een redelijk veilige inschatting reken je met 1,15 of 1,2 per Wattpiek. Voor een volledige ontzorging reken
je voor sommige onderdelen, zoals een omvormer, met een factor van 1,5. Houd er verder onder meer rekening
mee dat een coöperatie in de eerste jaren vaak meer kosten maakt dan in de latere jaren. Dat geld moet wel
beschikbaar zijn. Een aantrekkelijke externe financiële regeling geeft dan veel voordeel. Reguliere banken zijn
daar niet zo makkelijk in tegenwoordig. Wel kun je met installateurs bijvoorbeeld afspraken maken over
gespreide betalingen.
Wat zijn de kosten voor panelen?
De kosten van panelen waren tot een jaar of drie geleden de grootste kostenpost, maar sinds de grote
prijsdalingen is dat niet meer zo. Tussen de verschillende aanbieders en het soort panelen zit veel verschil. Een
coöperatie moet dus verschillende offertes aanvragen en goed met elkaar vergelijken. Kijk ook goed naar hoe de
berekeningen zijn gemaakt en wat de aannames zijn van de verschillende bedrijven. Ook daar kunnen nogal wat
verschillen zitten.
Kan ik panelen zelf installeren en daarmee een kostenvoordeel halen?
Dat kan wel, maar valt niet aan te raden. De marges zijn tegenwoordig lang niet zo groot en er komen erg veel
risico’s bij kijken als je zelf verantwoordelijk bent voor de installatie. Dat weegt over het algemeen niet op tegen
de ontzorging en de veiligheid.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 16
Haal je met een project eenvoudig een hoog rendement?
Nee, dat hangt af van veel verschillende factoren. Het is bijvoorbeeld erg afhankelijk van de locatie en de
subsidiemogelijkheden, het dak en de postcoderoos. Provincie Gelderland kent bijvoorbeeld veel gunstige
regelingen en in Amsterdam kun je tien jaar lang duurzaam lenen voor minder dan 1 procent. In die gevallen
haal je mogelijk rendementen van rond de 10 procent voor een periode van vijfentwintig jaar. In de praktijk zien
wij echter gemiddeld, dat een coöperatie dichter tegen de 3 procent rendement zit.
Zijn stijgende energieprijzen hierin meegenomen?
Ja, de stijgende prijzen zijn erin meegenomen. Hierbij is uitgegaan van de marktprijzen zoals gepubliceerd op de
handelsmarkten. Voor de komende vijf jaar betekent dit dat er met een daling van de energieprijzen wordt
gerekend. Na deze vijf jaren wordt er rekening gehouden met 2 procent inflatie.
Wat is de verwachting voor de elektriciteitsprijzen en hoe ga je om met schommelingen in die prijs?
De verwachting is dat de prijs voor elektriciteit tot 2019 daalt en de tien jaar daarna gaat stijgen.
Hoe je met schommelingen omgaat hangt af van hoeveel risico je wilt nemen. Je kunt heel variabele contracten
afsluiten. Ons advies is om een contract voor drie jaar af te sluiten. Voor de leden kun je dan afspreken dat de
prijzen voor inkomende en uitgaande energie gelijk blijven. Stijgen de kosten dan? Dan stijgen de opbrengsten
ook en vice versa. Op die manier heb je het risico voor grote prijsschommelingen dan afgedekt.
Hoe haal je mogelijk meer rendement?
Dat hangt af van de risicobereidheid en ervaring. Mensen die al ervaring hebben met installaties kunnen er
bijvoorbeeld voor kiezen om niet vijfentwintig jaar volledige garantie met monitoring te nemen op omvormers,
maar voor tien jaar productgarantie. Dat scheelt al een paar duizend euro. Daarnaast kun je met
subsidieregelingen en een voordelige externe financiering ook je kosten drukken en je rendement verhogen.
Sommige instanties geven bijvoorbeeld een subsidie op crowdfunding: haal je een bepaalt bedrag op, krijg je er
een bedrag bij als subsidie. Kijk daarvoor wat in jouw gemeenten of provincie mogelijk is.
>> Onderhandelen met de energieleverancier die de stroom uit de productie-installatie afneemt is heel
belangrijk. Lees hiervoor het artikel ‘De regeling: productie-aspecten’ in het HIER opgewekt Kennisdossier
Verlaagd tarief
Wat kan een gemeente verder voor je betekenen?
Een gemeente heeft vaak een ‘zonatlas’ (online) beschikbaar gesteld om de nodige berekeningen te doen.
Verder zijn veel gemeentes vaak bereid om daken beschikbaar te stellen.
>> Lees voor meer informatie over de samenwerking met de gemeente het HIER opgewekt Kennisdossier ‘Samen
met de lokale overheid’. Bijvoorbeeld het artikel ‘Hoe word je een serieuze partner van de gemeente?’
Wanneer neem je contact op met een energieleverancier?
Je neemt contact op als je hebt uitgewerkt wanneer je een corporatie gaat oprichten, waar de installatie komt te
staan, hoe groot de capaciteit is en wie de leden zijn. Dan heb je de informatie waarmee je afspraken kunt gaan
maken. Meestal krijg je een ingang via de retail-afdeling. Zakelijk weten veel leveranciers nog niet hoe ze een
dergelijke coöperatie moeten plaatsen.
Blijven de leden bij hun eigen energieleverancier of stappen ze allemaal over naar het bedrijf via wie de
coöperatie de duurzame energie opwekt?
Daar is geen regel voor. Mogelijk levert het (administratieve) kostenvoordelen op als iedereen bij een
leverancier zit, maar het moet ook mogelijk zijn dat iedereen zijn eigen contract houdt. We willen ervoor zorgen
dat leden niet van energiebedrijf hoeven te wisselen. En dat ze toch die 9 cent korting krijgen. Ons doel is niet
om mensen te laten overstappen maar om ze mee te laten doen en ze van de korting te laten genieten. Hoe we
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 17
dat gaan regelen? Daar zijn we druk mee bezig, maar het is een heel gedoe. Energieleveranciers zijn namelijk
niet verplicht om mee te doen.
Hoe zit het met de overname van contracten van individuele leden?
Dat kan het energiebedrijf via wie de coöperatie de duurzame energie gaat opwekken voor je regelen. Zij
brengen dan in kaart wie wanneer kan overstappen.
Is het interessant om de groep van te voren te overtuigen om de switch te maken?
Ja. Regel bijvoorbeeld eerst locaties, 1000 mensen en schrijf 5 energiebedrijven aan, dan kun je daar winst uit
halen.
Maar dan zit je wel aan een energiebedrijf vast en dat wil je niet.
Klopt, maar het kan ook voor 3 of 5 jaar.
Kun je een energiebedrijf dwingen?
Als het contract afloopt, ja.
Welke businesscases maken kans, waar kijk je naar?
Naar de grootte. Bijvoorbeeld een sporthal in Zuidlaren met 5 MW, nadeel is alleen dat er maar 5500 mensen
zitten. Of in Woudenberg, waar het interessant is omdat er 3 gebouwen zijn gebundeld.
Kun je de geldstroom van een lid schetsen?
Een lid verbruikt bijvoorbeeld 3500 kwh. Je moet dan ongeveer 3200 euro investeren. Dat kan 100 procent eigen
vermogen zijn maar je kunt het ook splitsen als de coöperatie geld leent. Het lid krijgt dan ongeveer 180 euro
per jaar terug. Dat betekent meer dan 16 jaar terugverdientijd, terwijl de zekerheid op de regeling korter loopt.
Hoe regel je de verdeling onder de leden?
Zowel het geld als de verdeelsleutel regel je in de jaarlijkse ledenvergadering. Dat leg je goed vast in de statuten.
Als je daarin ook vastlegt dat je met ledenrekeningen werkt, is het aandeel ook eenvoudiger overdraagbaar en
door te verkopen als iemand verhuist of sterft.
>> Lees voor meer informatie over de ledenovereenkomst en de ledenverklaring het artikel ‘De regeling:
juridische aspecten’ in het HIER opgewekt Kennisdossier Verlaagd tarief
Wat is de economische doelstelling van Greenspread als het gaat om zonneparken en deze regeling?
Die hebben we niet, je doet het niet voor het geld. We hebben wel een petajoule doelstelling.
Deelnemer: Er zit ook een stukje ondernemersrisico in. Verwacht je steady prijzen voor fossiele brandstoffen of
verwacht je dat die prijzen gaan stijgen? Je krijgt het nauwelijks berekend. Het moet op basis van overwegingen
die je hier eigenlijk niet hoort.
Waar richt je je op?
Vooral op maatschappelijk vastgoed, daar heb je veel meer betrokkenheid. Bijvoorbeeld scholen, dan spreek je
het gevoel aan. Je kunt bijvoorbeeld kinderen laten collecteren.
Deelnemer: Zeker als je gaat crowdfunden moet het ideologische en financiële verhaal hand in hand gaan.
Hoe lang blijft salderen nog bestaan?
Nog zeker 4 jaar. Maar salderen heeft niet 100 procent impact, het effect kan 0 zijn. Het gaat om salderen versus
terugleveren. Een school zei laatste: ‘dan nemen we meteen een slimme meter’. ‘Nou wacht daar maar even
mee’, zei ik. In feite is er al rechtsongelijkheid door die meter.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 18
Hoe betaal je de investering?
De coöperatie kan lenen, bijvoorbeeld bij provinciale, gemeentelijke en lokale investeringsfondsen. Of de
Europese investeringsbank, zodat je makkelijker financiering krijgt van banken. Je moet voldoende rendement
maken om 1,2 keer de rente en aflossing te betalen. Een business case die break-even is, is dus onvoldoende om
geld van de bank te krijgen: je moet echt winst maken. En de verhouding vreemd versus eigen vermogen kun je
zelf beïnvloeden. Maar vergeet niet: de kortingsregeling geldt niet voor bv’s, ook al is het onduidelijk waarom.
Daardoor krijg je dit bij een normale bank niet gefinancierd. Finland beschouwt lokale energiecoöperaties als
semiprofessionals maar Nederland als goedwillende burgers. Banken financieren dit niet, die praten liever met
een bestuurder.
Kun je vreemd vermogen aantrekken bij een 10-jaarscontract?
Ja, in Amsterdam staat het bijvoorbeeld 10 jaar vast voor 0,9 procent.
Kun je zomaar crowdfunden?
Nee, dan heb je een ontheffing nodig van de AFM. Je kunt er wel platforms voor gebruiken, die faciliteren
daarin, maar de vorm an sich heeft ontheffing nodig.
>> Lees voor meer informatie over crowdfunding voor lokale duurzame energie initiatieven het artikel
‘Cooperaties en crowdfunding een gouden combinatie?’ in het HIER opgewekt Kennisdossier Financiering
Zou Triodos niet te bewegen zijn?
Ja, maar nog niet voor coöperaties die hier speciaal voor worden opgericht. Geloof me, dat hebben we echt
geprobeerd. Het is geen wet maar een conservatieve houding van de banken in verband met risicomanagement.
Windvogel is wel gefinancierd maar dat is niet vergelijkbaar met startende coöperaties.
>> Lees voor meer informatie over binnenkomen bij een bank het artikel ‘Kijken door de bril van de financier’ in
het HIER opgewekt Kennisdossier Financiering
Maakt het nog uit waar je zonnepanelen plaatst?
Het maakt uit, 2 grote daken of 100 verspreid. Gemeentelijke gebouwen tot 10.000 kwh kunnen bijvoorbeeld
heel erg rendabel zijn om zelf te investeren, dus niet via de kortingsregeling. Vooral de daken van
grootverbruikers zijn interessant omdat zij niet snel zelf zullen investeren en hun dak eerder beschikbaar zullen
stellen voor anderen. Vraag allereerst aan de dakeigenaar of hij huur in rekening wil brengen. Of ga in gesprek
met de gemeente en vraag of die vastgoed ter beschikking wil stellen.
Dus het kan maar net uit als je profiteert van lage rentekosten van leningen van overheden?
Ja, dus zorg voor schaal. Lokaal binnen de postcoderoos of door elkaar op te zoeken en collectief afspraken te
maken. Organiseer het met een paar bedrijven en ga dan naar een elektriciteitsbedrijf: ‘doe maar goede
aanbieding voor de stroom die we van jou gaan afnemen.
Moet je je verzekeren als je dakhuur toepast?
Ja, daar zijn hele specifieke verzekeringen voor, bijvoorbeeld bij uitval. Dit is zeker aan te raden bij externe
financiering. Je moet je sowieso verzekeren, voor als het zonnepaneel eraf waait bijvoorbeeld. Daardoor is ons
rendement lager: we houden rekening met álle kosten die we moeten maken.
Kun je de verzekeringspremies verlagen als je elkaar opzoekt? Of moet je dan veel volume hebben?
Voor zonneverzekeringen niet, die premie krijg je niet omlaag.
Hoe zit het met beschikkingen?
Voor ieder hart van de postcoderoos is een beschikking nodig. In het hart kunnen dan meerdere objecten staan.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 19
Kun je als bewoners ook van 2 walletjes eten?
Ja, je korting vervalt alleen als je buiten de postcoderoos verhuist. Ook een aandachtspunt: stel je investeert 400
euro en gaat verhuizen. Dan krijg je geen korting meer maar wil je natuurlijk wel een deel van je investering
terug.
Kun je dit niet verkopen aan de nieuwe eigenaar?
Nieuwe bewoners zijn niet verplicht om dit over te kopen. Wij willen hier iets voor regelen omdat het echt een
bezwaar is. Bijvoorbeeld een ledenrekening. Als iemand verhuist kan een ander de ledenrekening overnemen.
Wat zijn eerste stappen als je groot dak hebt?
1. Wat is de kwaliteit van het dak?
2. Hoeveel zonnepanelen kunnen erop?
3. Offertes opvragen
4. Propositie uitrekenen: wat vraag ik mijn leden per paneel?
Heb je andere regeling dan de postcoderoos?
Ja, bijvoorbeeld de SDE+, maar de kans om het rendabel te krijgen is kleiner.
Kun je als VvE een postcoderoosproject starten?
Ja, dat is mogelijk en zo omzeil je een aantal kosten, zoals voor de oprichting en de inschrijving bij de Kamer van
Koophandel. Steeds meer VvE’s hebben meestal al een inschrijving bij de KvK. Voor VvE’s gelden overigens
andere eisen aan de aansluiting.
Zijn kerken een optie?
Zeker, de apostolische kerkgemeenschap heeft 100 kerken met zonnepanelen en met een geavanceerd
monitorsysteem. Kerken zijn aan de ene kant vrijgesteld van energiebelasting, aan de andere kant zijn ze
energetisch gezien niet efficiënt. We zien wel vandalisme als groot risico: er zijn onlangs 40 zonnepanelen van
kerk afgerukt.
Wat zijn de dont’s?
Praat niet met partijen die denken dat ze een rendement gaan maken van 8 procent of hoger. Veel partijen met
een dak vragen wat ze per m2 krijgen. Maar hoe groter je dak, hoe lager het bedrag per m2.
Wat zijn de do’s?
Zorg dat je schaal hebt. Vraag een offerte op voor kleine schaal en grote schaal en vraag vervolgens om beide
voor de prijs van de grote. En probeer goedkoop geld krijgen. En let er bijvoorbeeld op dat er niet ineens
nieuwbouw verrijst die de zon wegneemt. Denk aan verzekeringen tegen vandalisme. Daar zit trouwens een max
op. Hoge gebouwen hebben daarom zeker de voorkeur. Kleine basisscholen hebben vaak een korte
terugverdientijd maar een hoog vandalismerisico. Daar heb je veel gedoe van. Verzekeren helpt dan niet.
En windmolens?
Er worden in principe geen bronnen uitgesloten, maar ik kan me niet voorstellen dat je een windmolen
middenin de postcoderoos kunt plaatsen. Voor wind is het makkelijker om rond te rekenen, wind kost 7 cent,
zon 10 cent, het probleem is eerder een vergunning krijgen. Dat duurt in Nederland gemiddeld 10 jaar.
Verslag HIER opgewekt Kennissessie Verlaagd tarief | 4 maart 2014 | Utrecht | www.hieropgewekt.nl | pagina 20