Jaaroverzicht 2013

2013
Jaaroverzicht
1
01.
HET JAAR
IN CIJFERS
EXPERTISE
DELEN
DE CAMPUS
VERNIEUWT
PAGINA 06
PAGINA 44
PAGINA 48
01
07
KWALITEITSPROJECTEN
NIEUW IN HET
ZORGAANBOD
KLANTVRIENDELIJKE
DIENSTVERLENING
03
02
09
PAGINA 20
PAGINA 08
08
DUURZAME
TOEKOMST
10
PAGINA 54
PAGINA 50
INVESTEREN
IN INFRASTRUCTUUR
WETENSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN
PAGINA 24
PAGINA 30
04
05
IN DE PRIJZEN
11
PAGINA 56
EEN LEVEN
LANG LEREN
06
PAGINA 40
2
BESTUUR
12
PAGINA 58
3
“Het UZ Gent groeit
en vernieuwt,
ook in moeilijke tijden”
Voorwoord
De afgelopen jaren is de ziekenhuissector hard
getroffen door besparingen in de gezondheidszorg.
De tijden zijn moeilijk, maar toch doet het UZ Gent het
zeer goed: ook in 2013 hebben we flink geïnvesteerd
in groei, vernieuwing en kwaliteit. Grote infrastructuurprojecten vormen de UZ-campus stap voor stap om tot
een moderne, toegankelijke, milieuvriendelijke en
duurzame plek voor alle gebruikers. Nieuwe medische
kennis en apparatuur maken innovatieve behandelingen mogelijk.
Prof. dr. Eric Mortier
Afgevaardigd bestuurder
4
De motor van dit succes is de inzet en gedrevenheid
van de medewerkers op de campus. Via het project
‘duurzame toekomst’ hebben alle personeelsleden de
kans om mee te denken over en te bouwen aan de
toekomst van ons ziekenhuis. Zo willen we onszelf
telkens heruitvinden om onze missie in patiëntenzorg,
onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en dienstverlening te blijven waarmaken.
5
01
Het jaar
in cijfers
Totaal opnames:
109.050
35.675 opnames
51.656 daghospitalisaties
21.719 ambulante spoedopnames
Ligdagen:
286.230
6
Consultaties: 450.115
Medewerkers: 5.967
405 nieuwe medewerkers in 2013
(incl. artsen-specialisten in opleiding)
Partnerziekenhuizen: 18
Operaties:
19.201 patiënten
26.745 sessies
30.356 ingrepen
7
02
Nieuw in het
zorgaanbod
Duizendste levertransplantatie
Op 8 januari 2013 rondde het transplantatieteam van het UZ Gent –
als eerste in Vlaanderen – de kaap van de duizendste levertransplantatie.
Sinds 1991 voert het team ongeveer 50 transplantaties per jaar uit, zowel
bij volwassenen als bij kinderen en adolescenten. Daarmee behoort het
levertransplantatiecentrum tot de top in België.
Transplantaties:
147 86
49
12
10
Technieken verfijnd
Hoge levenskwaliteit
Levertransplantaties zijn curatieve behandelingen voor patiënten met leveraandoeningen in een eindstadium. De oorzaak is vaak een tumor, een aangeboren
afwijking, hepatitis C of alcoholisch leverlijden. De patiënten staan gemiddeld
één jaar op een ‘chronische wachtlijst’ – voor echt dringende ingrepen is er een
urgente wachtlijst.
‘Onze patiënten hebben 20 jaar na hun transplantatie meer dan 72 procent
overlevingskans en leiden weer een actief leven, met hoge levenskwaliteit’,
zegt prof. dr. Hans Van Vlierberghe (dienst Gastro-enterologie.)
‘Zij moeten wel levenslang immunosuppressiva nemen die metabole problemen
kunnen veroorzaken. Die nadelen wegen echter niet op tegen de grote
voordelen van een transplantatie.’
8
In de loop der jaren hebben de specialisten van
het UZ Gent hun expertise verder uitgebreid en
de operatietechnieken continu verfijnd.
Prof. dr. Roberto Troisi (diensthoofd Algemene en
Hepatobiliaire Heelkunde): ‘Aanvankelijk opereerden
we met de klassieke insnede op de buik. Een paar
jaar later startten we met de split-levertechniek,
zodat we met één lever twee patiënten kunnen
helpen. In 2009 kwamen daar de laparoscopische
ingrepen bij. Bij levende donatie – heel vaak tussen
verwanten – nemen we nu geregeld de kleinste
linkerleverkwab weg via een kijkoperatie.’
Levertransplantaties vergen de inbreng van veel
verschillende medische specialisaties. Daarom zijn
ze een toonbeeld van multidisciplinaire samenwerking tussen onder meer gastro-hepatologen,
transplantatiecoördinatoren, chirurgen, radiologen,
intensivisten, psychologen, klinisch biologen,
anatomopathologen, anesthesisten en
patiëntenorganisaties.
2
4
2 pancreastransplantaties
10 harttransplantaties
49 levertransplantaties
(waarvan 4 van levende donoren)
86 niertransplantaties
(waarvan 12 van levende donoren)
“De patiënten leiden
weer een actief leven,
met hoge
levenskwaliteit”
9
Kinder- en jeugdpsychiatrie: ruimer
crisisaanbod en gezinsraadpleging
25+ jaar Kinderlongziekten:
toenemende specialisatie
De afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie van het UZ Gent werkt nauwer
samen met andere partners om patiënten sterkere oplossingen op maat aan
te bieden. Vijf partners leggen hun mogelijkheden samen in een gemeenschappelijke pool. Afhankelijk van wat een patiënt nodig heeft, worden
elementen uit die pool gecombineerd. Een jongere kan bijvoorbeeld in zijn
vertrouwde instelling blijven terwijl toch de expertise van een externe partner
wordt ingeschakeld. Op die manier blijft in complexe situaties ook de zorgcontinuïteit gewaarborgd.
Acute problemen
Daarnaast heeft de afdeling het supervisiewachtsysteem van de dienst Neonatologie en Intensieve
Zorg Pediatrie mee helpen opbouwen. Daar komen
patiënten met acute problemen terecht: peuters die
zich hebben verslikt in een vreemd voorwerp,
kinderen met ernstige astma-aanvallen.
In het UZ Gent is er dag en nacht een kinderpsychiater beschikbaar om
kinderen en jongeren met spoedeisende psychiatrische problemen te helpen.
Medewerkers van het UZ Gent doen ook twee keer per week een externe
crisisinterventie. Aan de samenwerking is geen centraal meldpunt gekoppeld:
de doorverwijzingen gebeuren door de organisaties zelf.
Astma
Per jaar krijgt de afdeling gemiddeld 5000 patiëntjes
met longproblemen over de vloer. ‘De symptomen
van peuterastma en allergisch astma kunnen we
uitstekend onder controle houden met inhalatiesteroïden’, zegt afdelingshoofd prof. dr. Frans De Baets.
‘Bij ernstig allergisch astma kunnen nieuwe medicijnen
zoals omalizumab allergische reacties onderdrukken en
het astma beter onder controle houden.’
Vijf partners:
UZ Gent
Multidisciplinair
gezinsconsult
Dankzij de samenwerking tussen volwassenpsychiatrie en kinderpsychiatrie biedt het
UZ Gent voortaan ook multidisciplinaire
gezinsraadplegingen aan. Daar kunnen
gezinnen terecht die door hun relationele
dynamiek kampen met klachten en problemen.
Het multidisciplinair team taxeert de
problemen – op het niveau van het individu,
de onderlinge relaties en het gezin – en
formuleert een behandelplan. Het team
bestaat onder meer uit een kinder- en
volwassenpsychiater, een kinder- en
volwassenpsycholoog en partnerrelatieen gezinstherapeuten.
10
Al ruim een kwarteeuw beschikt het UZ Gent over
een afdeling voor kinderlongziekten. De afdeling werd
in 1987 opgericht door prof. dr. Frans De Baets en
heeft zich de voorbije 25 jaar alsmaar verder
gespecialiseerd, o.a. in infectieziekten en aangeboren
immuunstoornissen. De vier longartsen van de
afdeling Kinderlongziekten, Infectieziekten en
Immuniteitsstoornissen zijn ook actief in het Centrum
voor Mucoviscidose.
Psychiatrisch Centrum Caritas
Regionaal Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg
Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg Eclips
CGG Zuid-Oost-Vlaanderen
Het consult wordt georganiseerd door het
Centrum voor Relaties en Gezinnen van het
UZ Gent. Dat biedt ambulante hulpverlening,
organiseert een opleiding tot relatie- en
gezinstherapeut en doet aan wetenschappelijk
onderzoek. Het Centrum biedt relatie- en
gezinstherapie voor individuen, koppels en
gezinnen met problemen in hun relaties,
ongeacht de leeftijd.
5.000 patiënten per jaar
180 patiënten met mucoviscidose
1987: oprichting afdeling Kinderlongziekten
1999: erkenning door RIZIV van Centrum voor Mucoviscidose
als een van de zeven Belgische referentiecentra
2000: behandeling van infectieziekten
2007: behandeling van aangeboren immuunstoornissen
Opleiding van kinderlongartsen
‘De afgelopen jaren hebben we een tiental kinderlongartsen opgeleid die naar grote regionale ziekenhuizen getrokken zijn. Zij dragen er toe bij dat nieuwe
behandelingen snel doordringen bij huis- en kinderartsen. Bovendien zorgen ze voor de patiëntentriage,
zodat vooral patiëntjes met ernstige longproblemen
bij ons terechtkomen. Daardoor kan het UZ Gent
zich nog sterker profileren als derdelijnscentrum.’
11
Preoperatieve anesthesieconsultatie:
veilig naar het operatiekwartier
Belgische primeur:
onderhuidse defibrillator
In een multidisciplinair project van de dienst
Cardiochirurgie en de dienst Cardiologie werd bij
een hartpatiënt een onderhuidse of subcutane
defibrillator (S-ICD) geplaatst – meteen een
Belgische primeur. De patiënt had na een uitgebreid
hartinfarct een verhoogd risico op levensbedreigende
hartritmestoornissen. Een implanteerbare cardioverter-defibrillator (ICD) spoort die stoornissen op en
behandelt ze door een elektrische shock af te geven
en het normale hartritme te herstellen.
Traditioneel wordt bij de implantatie van een ICD een
elektrode tot in het hart geplaatst, via de grote ader
onder het sleutelbeen. De ingreep kan gepaard gaan
met complicaties zoals een klaplong, infecties en
een beschadigde ader of hartwand. Ook op langere
termijn kunnen zich met de elektrode nog problemen
voordoen: ze kan worden verplaatst of beschadigd
en er kunnen laattijdige infecties optreden. Bij de
subcutane ICD wordt de elektrode niet in het hart
aangebracht, maar onderhuids, naast het borstbeen
aan de buitenkant van de ribben. Die elektrode is
steviger en minder onderhevig aan slijtage.
Zo worden complicaties vermeden. De S-ICD wordt
bovendien ingeplant zonder x-stralen, die bij een
klassieke ICD wel nodig zijn.
12
Voor patiënten in het Chirurgisch Dagcentrum organiseert het UZ Gent voortaan
een preoperatieve anesthesieconsultatie (PAC). Die zorgt ervoor dat de patiënt
optimaal op de anesthesie en de ingreep is voorbereid.
De consultatie moet onder meer vermijden dat de anesthesist niet in kaart
gebrachte gezondheidsproblemen vaststelt, zodat de ingreep moet worden
uitgesteld. Door eventuele risico’s vooraf zo volledig mogelijk op te sporen en
ze waar mogelijk te beperken, zorgt de PAC ervoor dat de patiënten zo gezond
mogelijk op de operatietafel belanden. Bovendien kunnen ze tijdens het consult
behoorlijk worden geïnformeerd en gerustgesteld. Dat blijkt nodig: de angst
voor het controleverlies onder narcose en de onzekerheid over hoe ze zich
postoperatief zullen voelen zitten er bij veel patiënten diep in.
“De consultatie
moet onder meer
vermijden dat de
anesthesist niet in
kaart gebrachte
gezondheidsproblemen vaststelt.”
30%
De dienst Cardiologie verwacht
bij ongeveer 30 procent van de
patiënten die een ICD nodig
hebben een onderhuidse
defibrillator te kunnen plaatsen.
13
Klinisch-genetisch
consult voor
jongdementie
Microarrays voor gevoeligere en
ruimere pre-implantatie genetische
diagnostiek (PGD)
Sinds september 2013 gebruikt het Centrum voor Medische Genetica van
het UZ Gent de technologie van de microarrays voor de pre-implantatie
genetische diagnostiek (PGD). De nieuwe technologie is betrouwbaarder
en gevoeliger en kan meer chromosomale afwijkingen opsporen.
Het vermoeden dat jongdementie ‘in de familie
zit’, zorgt bij verwanten vaak voor veel ongerustheid. Ze kunnen zich genetisch laten testen in
het Centrum voor Medische Genetica van het UZ
Gent – weloverwogen, onder deskundige
begeleiding van een klinisch geneticus en met
psychologische ondersteuning.
Met de pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD) kunnen embryo’s die
ontstaan zijn na een IVF-behandeling worden getest op genetische afwijkingen voordat ze in de baarmoeder worden geplaatst. Dat gebeurt heel snel
na de bevruchting, wanneer het embryo nog maar enkele cellen groot is.
PGD is een oplossing wanneer de man of de vrouw drager is van een
gebalanceerde chromosomale herschikking (translocatie). Bij zo’n gebalanceerde translocatie is geen materiaal verloren gegaan of bijgekomen, maar is
wel de structuur van het chromosoom veranderd. Voor de drager zelf levert
dat meestal geen problemen op. Bij de verdeling van de chromosomen in
de eicellen en de zaadcellen kunnen echter wel problemen ontstaan.
De erfelijke informatie kan dan ongebalanceerd verdeeld worden. Dat kan
ertoe leiden dat een zwangerschap uitblijft, dat zich een miskraam voordoet
of – in zeldzame gevallen – dat een kind wordt geboren met ernstige
aangeboren afwijkingen.
Op het klinisch-genetisch consult kunnen
mensen terecht die vermoeden dat ze in hun
familie met een erfelijke vorm van dementie,
de ziekte van Parkinson of een andere neurodegeneratieve aandoening zitten. De genetici
verzamelen klinische informatie over verwanten
van verschillende generaties, stellen een
stamboom op en prikken bloed voor het
erfelijkheidsonderzoek.
In principe gebeurt eerst een diagnostische test
bij een aangetaste verwant. Wordt een oorzakelijk
erfelijk defect gevonden, dan kunnen gezonde
verwanten zich predictief laten testen. Vooraf
worden ze grondig geïnformeerd over de
voor- en nadelen, zodat ze zelf kunnen beslissen
of ze zich al dan niet laten testen. Bij die
beslissing worden ze psychologisch begeleid.
Ook na het bespreken van het testresultaat
wordt voor psychologische opvang gezorgd.
14
“Met de pre-implantatie genetische
diagnostiek kunnen embryo’s die
ontstaan zijn na een IVF-behandeling
worden getest op genetische
afwijkingen voordat ze in de
baarmoeder worden geplaatst.”
Ook andere afwijkingen
“Wordt een oorzakelijk erfelijke defect
gevonden, dan kunnen gezonde
verwanten zich predictief laten testen.”
Tot voor kort werd voor de PGD de zogenoemde FISH-techniek gebruikt.
Daarmee kan slechts een beperkt aantal chromosomen worden geanalyseerd
op herschikkingen. Daar brengt de microarray-technologie nu verandering in.
Met microarrays kunnen kopijvariaties in het DNA worden opgespoord:
zowel het verlies van chromosomale fragmenten (deleties) als de toename
ervan (duplicaties en amplificaties). Prof. dr. Björn Menten (Centrum
Medische Genetica): ‘De microarray-techniek is niet alleen gevoeliger en
betrouwbaarder dan de FISH-techniek, maar kan naast translocaties ook
andere chromosomale afwijkingen opsporen. Een daarvan is trisomie 21,
de afwijking die verantwoordelijk is voor het downsyndroom.’
15
Nieuwe multidisciplinaire
samenwerkingen
“Specialisten van
diverse disciplines
bundelen hun kennis
om patiënten de best
mogelijke behandeling
te geven.”
Specialisten van diverse disciplines bundelen hun kennis en
expertise om patiënten de best mogelijke behandeling te geven.
In 2013 zagen enkele nieuwe multidisciplinaire samenwerkingen het levenslicht.
Aorta Team voor chronische en
acute aortapathologie
Gecombineerde poli voor patiënten
met diabetes en nierlijden
Steenkliniek voor patiënten
met terugkerende nierstenen
Het Multidisciplinair Aorta Team organiseert de samenwerking
tussen alle disciplines die bij de behandeling van aortapathologie
betrokken zijn: cardiologen, vaatchirurgen, hartchirurgen, klinisch
genetici, radiologen.
Patiënten met diabetes ontwikkelen heel vaak ook nierlijden en
omgekeerd. In het UZ Gent kunnen ze voortaan terecht in een
gecombineerde polikliniek. Een diabetoloog en een nefroloog
zien en bespreken de patiënt samen en bezorgen de huisarts
één zorgvuldig afgestemd behandel- en opvolgadvies. Daarmee
kan de huisarts het beleid zelf opvolgen. Voor patiënten met
urgente problemen kan de huisarts voortaan meteen op de
gecombineerde poli terecht.
Patiënten met een niersteen lopen veel kans om later een nieuwe steen te
ontwikkelen. Als de oorzaak preventief wordt aangepakt, blijft de patiënt veel
leed bespaard. Daarom hebben de dienst Urologie en de dienst Nefrologie van
het UZ Gent een multidisciplinaire steenkliniek opgericht. Die is bedoeld voor
patiënten met terugkerende nierstenen en voor patiënten die het risico lopen
op recidive – omdat ze al op jonge leeftijd nierstenen krijgen of omdat stenen
bij hen ook in de familie voorkomen. In die gevallen heeft de steenvorming vaak
een behandelbare oorzaak.
Als nierproblemen bij diabetici te laat worden opgemerkt, is de
kans op onomkeerbare schade heel groot. Beide aandoeningen
verhogen bovendien het risico op hart- en vaatziekten aanzienlijk.
Anderzijds wordt bij 35 procent van de patiënten die starten
met nierdialyse het nierlijden veroorzaakt door diabetes.
Wie nierinsufficiëntie heeft, kan insulineresistentie ontwikkelen
en bij verergerende nierproblemen diabetes krijgen.
De samenwerking tussen nefroloog en uroloog zorgt ervoor dat recidiverende
patiënten veel beter worden opgevolgd en geholpen. Nadat de uroloog de
nierstenen heeft behandeld, zorgt de nefroloog voor de metabole uitwerking.
Bloed- en urineonderzoek wordt ingezet om de specifieke kenmerken van de
niersteen en de onderliggende oorzaak van de steenvorming op te sporen.
Op basis van de gevonden metabole afwijkingen maakt de nefroloog een
preventief behandelplan, met medicatie en gericht dieetadvies.
Het team volgt patiënten met een lokale uitzetting van de aorta
nauwgezet op. Die chronische patiënten worden besproken op
de maandelijkse teamvergadering. Patiënten met acute pijn
kunnen een levensbedreigende dissectie of ruptuur van de aorta
hebben. Voor die patiënten komen alle leden van het Aorta Team
samen om de patiënt te evalueren, de situatie in te schatten en
de juiste behandeling in te stellen. Afhankelijk van de locatie van
de scheur wordt de patiënt meteen geopereerd of probeert men
een medicamenteuze behandeling.
Het Multidisciplinaire Aorta Team zet ook een aortadatabank op.
Die bevat voor elke patiënt de relevante informatie over pathologieën, behandelingen en resultaten. De databank vergemakkelijkt
de bespreking van de patiënten op de teamvergaderingen,
maar levert ook nuttige informatie op voor het wetenschappelijk
onderzoek.
16
Voor de gecombineerde polikliniek slaan de diensten Nefrologie
en Endocrinologie de handen in elkaar. De gezamenlijke poliklinische consultatie wordt ingepast in de bestaande zorgtrajecten
voor diabetes type 2 en chronische nierinsufficiëntie.
17
Zorgprogramma voor naadloze
transitie na stamceltransplantatie
Wie als kind een stamceltransplantatie heeft ondergaan, heeft een hoog
risico op late schade. Die kan erg variëren: endocrinologische en cardiologische problemen, longschade, hypertensie enz. De meeste patiënten
hebben het ook psychologisch moeilijk.
Blaasconserverende
behandeling van
blaastumoren
Opvolging
Daarom zijn die patiënten gebaat bij een multidisciplinaire langetermijnopvolging.
Die krijgen ze na de stamceltransplantatie op de afdeling Pediatrische HematoOncologie en Stamceltransplantatie van het UZ Gent. Op een multidisciplinair
consult zien ze een pediater hemato-oncoloog en transplantatiespecialist, een
endocrinoloog, een psycholoog en een verpleegkundig consulent. Als de
patiënten volwassen worden, hebben ze naast de medische problematiek ook
specifieke psychosociale behoeften, bijvoorbeeld in verband met partnerkeuze,
infertiliteit en het zoeken naar werk. Ze stappen dan het best over naar de dienst
Hematologie, die gelijkaardige multidisciplinaire consulten organiseert voor
volwassen patiënten post stamceltransplantatie.
Zorgplan is succes
Om die overgang te optimaliseren, hebben beide diensten samen een gestructureerd zorgplan uitgewerkt. De 33 jongvolwassenen die als kind een stamceltransplantatie hadden ondergaan, kregen een schriftelijke uitnodiging voor een
posttransplantatieconsult. 20 van hen werden nog altijd opgevolgd door de
pediatrische afdeling, 13 kregen geen opvolging. Alles samen gingen 32 van de
33 patiënten op de uitnodiging in. Daarvan gingen er 30 akkoord met transitie
naar de volwassen afdeling. Twee derden van hen wilden graag nog een
afsluitend – en geruststellend – consult bij hun pediatrisch transplantatieteam.
De gestructureerde zorgtransitie is dus een succes: 94 procent van de patiënten
stroomde door. Dat is te danken aan de vlotte communicatie en het enthousiasme
van beide diensten.
18
Bij patiënten met blaaskanker wordt standaard de
hele blaas verwijderd – een zware, belastende en
risicovolle ingreep die ook de levenskwaliteit aantast.
De helft van de patiënten komt in aanmerking voor
blaassparende alternatieven. Dat kan als de tumor
slechts op één locatie voorkomt, niet door de
blaaswand heen is gegroeid en nog relatief klein is.
Voor tumoren kleiner dan 5 cm wordt in het UZ Gent
al sinds 1994 brachytherapie toegepast. Na een
korte uitwendige radiotherapie worden een deel van
de blaas en de lymfeklieren weggenomen en krijgt
de patiënt in het tumorbed dunne buisjes ingeplant.
Die worden geladen met radioactieve naalden,
zodat de tumor lokaal een hoge stralingsdosis
toegediend krijgt.
Voor patiënten die niet voor brachytherapie in
aanmerking komen, is radiochemotherapie een
alternatief. Die combinatie is doeltreffender dan
radio- of chemotherapie afzonderlijk. Kort na de
radiochemotherapie volgt een cystoscopie,
met een nieuwe resectie van de tumorbasis.
Bij ongeveer 70 procent van de patiënten is de
tumor daarmee verdwenen, al moeten ze wel
levenslang worden opgevolgd.
19
03
Documentbeheer en
kwaliteitsaudits
Intussen heeft het UZ Gent al een elektronisch documentbeheersysteem opgezet dat alle procedures en
andere documenten beschikbaar en vindbaar maakt.
Het systeem waarborgt ook dat de zorgverleners altijd
over de recentste goedgekeurde versie beschikken.
Ook werd werk gemaakt van interne kwaliteitsaudits.
Een honderdtal medewerkers en artsen kreeg daarvoor
een driedaagse opleiding. Als kwaliteitsauditor toetsen
ze afdelingen aan vooraf afgesproken normen en
leggen ze verbeterpunten en leervoorbeelden vast in
een auditrapport. Die ‘good practices’ nemen ze mee
naar hun eigen afdeling. Op basis van het auditrapport
maakt de afdeling een actieplan op om verbeterpunten
gestructureerd aan te pakken.
Kwaliteitsprojecten
Kwaliteitsstructuur,
op weg naar accreditering
“Ons doel:
de zorg nog beter
organiseren en
de kwaliteit van
de zorg aantoonbaar maken.”
20
Sinds 2012 bereidt het UZ Gent zich voor om een ziekenhuisbrede
accreditering te behalen. Het doel: de zorg nog beter organiseren en de
kwaliteit van die zorg aantoonbaar te maken. De accreditering geeft
patiënten, bezoekers en verwijzers een krachtig signaal dat het UZ Gent
een veilige en goed georganiseerde zorginstelling is.
Nieuwe norm
In 2013 besloot het Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg (NIAZ) –
dat het UZ Gent zal toetsen – te gaan werken met het internationale accreditatieprogramma Qmentum. Dat leverde een nieuwe norm op: NIAZ 3.0 Qmentum.
Het UZ Gent wordt het eerste ziekenhuis in Vlaanderen dat aan die nieuwe norm
wordt getoetst. Dat zal vermoedelijk eind 2015 gebeuren.
‘Al die initiatieven bieden ook voor de nieuwe norm een
solide vertrekbasis’, zegt prof. dr. Kristof Eeckloo, hoofd
van de Strategische Beleidscel in het UZ Gent.
‘De nieuwe norm NIAZ 3.0 Qmentum wijkt inhoudelijk
niet zo erg af, maar stoelt wel op een andere methodiek.
Zo zal ruim een derde van de zorgverleners meewerken
aan een grootschalige zelfevaluatie. Die moet tegelijk
een breed draagvlak opleveren voor de verbeteringen
die eruit voortvloeien.’
Stevige kwaliteitsstructuur
‘Intussen hebben we vooral werk gemaakt van een
stevige kwaliteitsstructuur’, zegt prof. dr. Eeckloo.
‘Naast de interne audits hebben we ook veiligheidsrondes ingevoerd: onaangekondigde bezoeken van een
centrale equipe die aspecten controleert zoals patiëntenidentificatie, risico’s op valincidenten enz. Met het project
Efficiënt Ziekenhuis krijgt elke afdeling instrumenten om
zelf verbeterpunten detecteren: zo kunnen medewerkers suggesties noteren op verbeterborden. Op een
dashboard kan de hoofdverpleegkundige vorderingen
registeren op criteria zoals handhygiëne. Met al die
initiatieven staan we klaar om de nieuwe norm op te
volgen, te toetsen en te implementeren.’
21
Mooie resultaten
In 2013 werden de kwaliteitsindicatoren voor
de diagnose, behandeling en overleving bij
borstkankerpatiënten bekendgemaakt.
Voor bijna alle kwaliteitsindicatoren scoort de
Borstkliniek van het UZ Gent in het bovenste
kwartiel. Dat is des te opmerkelijker omdat
het centrum een derdelijnsfunctie heeft en
dus veel patiënten met een agressievere vorm
en een relatief ongunstige prognose over
de vloer krijgt.
Toch kan de Borstkliniek heel mooie resultaten
voorleggen. In de groep van vrouwen met de
ziekte vóór de menopauze en met weinig
gunstige vooruitzichten bedraagt de 5-jaarsoverleving 89,6 procent. Dat is vergelijkbaar
met de overleving na de menopauze
(87,2 procent) die algemeen een betere
prognose geeft. Zelfs bij patiënten met
uitzaaiingen wordt nog een 5-jaarsoverleving
van 16,7 procent gehaald. Bovendien slaagt
het UZ Gent erin om 70,5 procent van de
patiënten met borstkanker of mammacarcinoma
borstsparend te behandelen. Dat is duidelijk
meer dan de norm van 50-60 procent.
“De goede resultaten
zijn des te opmerkelijker
omdat het UZ Gent
veel patiënten met
een agressievere vorm
van borstkanker en
een relatief ongunstige
prognose behandelt.”
22
Kwaliteitsindicatoren borstkanker:
UZ Gent scoort erg goed
Patiënten met borstkanker zijn in het UZ Gent in goede handen. Dat blijkt uit
de resultaten van het Vlaams Indicatoren Project VIP². Dat bakent kwaliteitsindicatoren af waarmee ziekenhuizen hun zorgkwaliteit kunnen meten en
vergelijken. Het UZ Gent heeft de voorbije jaren intensief aan dat VIP²-project
meegewerkt.
Superieure medische beeldvorming
Als de resultaten van de Borstkliniek afwijken van de norm, bestaat daar
een wetenschappelijk gefundeerde uitleg voor. Prof. dr. Veronique Cocquyt,
coördinator van het Zorgprogramma Oncologie in het UZ Gent: ‘Zo wekken de
cijfers de indruk dat de beeldvorming met mammografie en echografie onder de
norm ligt. Dat komt doordat we patiënten die neo-adjuvant worden behandeld
niet opvolgen met mammografie, maar met MRI, een beeldvormingstechniek die
bij borstgerelateerde problemen superieur is. Die superieure techniek gebruiken
we trouwens ook voor hoogrisicopatiënten.’
Topexpertise voor reconstructieve heelkunde
Het percentage borstsparende heelkunde bij vrouwen met in situ carcinoma ligt
vrij laag. Prof. dr. Cocquyt: ‘We werken nauw samen met de de dienst
Plastische Heelkunde, die wereldfaam verwierf in de ontwikkeling van reconstructieve heelkunde van de borst. Daardoor gaan we sneller dan andere centra
over tot mammectomie met reconstructie. Zo slagen we er ook in om onze
patiënten na de ingreep bestralingen of radiotherapie te besparen.’
Veel doorverwijzingen uit de periferie
Het relatief lage percentage multidisciplinaire oncologische consultaties (MOC’s)
valt te verklaren doordat het UZ Gent vrij veel verwijzingen krijgt uit perifere
ziekenhuizen, waar voor die patiënten al een MOC heeft plaatsgehad.
Project
patiëntenidentificatie:
flinke stappen vooruit
Dat patiënten correct worden geïdentificeerd is
essentieel om de juiste patiënt de juiste diagnose en
de juiste zorg te kunnen geven. ‘Niet toevallig is
patiëntenidentificatie ook een van de kwaliteitsindicatoren die in het Vlaamse Indicatorenproject (VIP²)
door externe auditoren worden gemeten’, zegt Luc
Schouppe (Team Interne Kwaliteit, UZ Gent). ‘De
jongste jaren hebben we in het UZ Gent grote
stappen vooruit gezet. Enkele jaren geleden bleek
uit steekproeven dat slechts 40 tot 50 procent van
de patiënten hun identificatiebandje droegen. Een
controle bij meer dan 10.000 patiënten eind
2013-begin 2014, toonde aan dat 94% van de
patiënten een correcte ID-armband droegen.
Inzetten op sensibilisering
Die forse vooruitgang is het resultaat van een hele
resem initiatieven. Zo kregen afdelingen een printer
om vlot polsbandjes aan te maken. De polsbandjes
zelf werden duurzamer en minder hinderlijk. Onder
meer in onthaalbrochures worden patiënten
gesensibiliseerd. De dienst Patiëntenvervoer en de
Bloedprikploeg – die in de meeste afdelingen
langskomen – controleren elke dag of patiënten hun
identificatiebandje wel om hebben. Is dat niet het
geval, dan verlenen ze de gevraagde dienst niet.
Waar identificatiebandjes aan de pols moeilijk
kunnen – de dienst Neonatologie of het
Brandwondencentrum, bijvoorbeeld – of waar ze
een vorm van stigmatisering inhouden – zoals voor
patiënten in het Revalidatiecentrum – werden
doeltreffende alternatieven ontwikkeld.
23
04
Investeren in
infrastructuur
Operatierobot zorgt voor primeurs
Het UZ Gent zet sinds begin 2013 een operatierobot in voor innovatieve
chirurgische ingrepen, meestal binnen de oncologie. ‘De robot levert je een
driedimensionaal beeld’, zegt prof. dr. Piet Hoebeke, diensthoofd Urologie
en een van de stuwende krachten achter het project. ‘Met de beweeglijke
werkarmen kun je heel precies manoeuvreren. Zo kun je bij een prostaatverwijdering de zenuwen onder het schaambeen beter zien, zodat je ze
kunt sparen en erectie- en incontinentieproblemen optimaal kunt
voorkomen. Het UZ Gent zet de operatierobot in voor innovatie. Hij heeft
zijn plaats verworven in de minimaal invasieve behandeling van de patiënt
en zal steeds vaker worden ingezet.’
Gezond weefsel sparen
Eind 2013 waren al 150 urologische ingrepen uitgevoerd, waardoor het UZ Gent
in één klap een van de toonaangevende centra in België werd. Toch is het UZ
Gent pas laat gestart met robotgeassisteerde kijkoperaties. Prof. dr. Hoebeke:
‘We wilden wachten tot de meerwaarde van de robotchirurgie voor onder meer
prostaat- of nierverwijdering onomstotelijk was aangetoond. We willen de robot
vooral inzetten voor oncologische ingrepen in de urologie, gynaecologie, en
lever- en galblaaschirurgie. Daarnaast leggen we ons ook toe op robotgeassisteerde blaasverwijdering en blaasvervanging en de reconstructie van aangeboren
afwijkingen in het kleine bekken.’
In de opstartfase waren er al meteen twee primeurs voor België. Op de dienst
Algemene en Hepatobiliaire Heelkunde verwijderde prof. dr. Roberto Troisi met
zijn team bij een patiënt vier geïsoleerde tumoruitzaaiingen in het achterste deel
van de lever. Prof. dr. Troisi: ‘Met de robot zijn de achterliggende segmenten van
de lever beter bereikbaar. Bovendien kun je het gezonde leverweefsel maximaal
sparen. De robot is ook een voortreffelijke partner bij reconstructies van galwegen
en bloedvaten: je kunt er heel fijne hechtingen mee aanbrengen.’
Hoefijzernier en niertransplantaties
Ook de dienst Urologie zorgde voor een Belgische primeur door met de
operatierobot een hoefijzernier te behandelen, een aangeboren afwijking waarbij
de ondereinden van de twee nieren met elkaar vergroeid zijn. Prof dr. Nicolaas
Lumen (dienst Urologie): ‘Bij de patiënt moest de afunctionele linkerkant worden
verwijderd. Zonder robot kan dat eigenlijk alleen via een open operatie. Met de
operatierobot ging dat erg vlot. Je krijgt een dieptezicht in de buik, zodat je de
organen beter kunt dissecteren.’
24
Intussen wordt de operatierobot ook ingezet voor
niertransplantaties met levende donatie. Het UZ
Gent is het eerste centrum in België dat een robot
inzet voor dergelijke operaties bij een donor. Tot
nu voerde het multidisciplinaire transplantatieteam
vier zulke ingrepen met succes uit.
25
Stralingsarme borstfoto
Als een van de eerste ziekenhuizen ter wereld gebruikt de afdeling
Mammografie van het UZ Gent een geavanceerd digitaal mammografietoestel. De Siemens Mammomat Inspiration Prime combineert snelle en
scherpe beelden met een lagere stralingsdosis. Het toestel verhoogt het
patiëntencomfort en maakt hoogkwalitatieve beelden met circa 20 procent
minder straling dan de vorige generatie toestellen.
Ultraklein dialysetoestel,
ook voor pasgeboren baby’s
De afdeling Kindernefrologie heeft een ultraklein nierdialysetoestel in gebruik
genomen. Daarmee kunnen ook te vroeg en pasgeboren baby’s met
nierproblemen worden behandeld. Het UZ Gent is het eerste centrum voor
nieraandoeningen in Europa dat het Italiaanse toestel – Carpe Diem genoemd –
in klinisch gebruik neemt.
Zelfs na complexe aanpassingen hebben de toestellen waarmee volwassenen
en grotere kinderen worden gedialyseerd nog altijd minstens 70 ml bloed nodig.
Bij een baby van 3 kg – die gemiddeld 250 ml bloed heeft – zou een klassiek
dialysetoestel een derde van de totale hoeveelheid gebruiken. Bij een baby mag
zich nooit zo veel bloed buiten het lichaam bevinden. Het nieuwe toestel heeft
slechts 30 ml bloed nodig om optimaal te werken. Dat maakt het uiterst geschikt
voor kleine kinderen, vooral op neonatologie, intensieve zorg en hartchirurgie.
Het UZ Gent mag het toestel de komende twee
jaar uittesten omdat het een uitstekende reputatie
heeft op het gebied van multidisciplinaire samenwerking voor nierziekten bij kinderen en jongeren.
Het toestel is alleen bestemd voor acute
behandelingen van maximum 14 dagen.
Chronische nierinsufficiëntie kan er niet mee
worden behandeld. Elk jaar zullen zes tot acht
baby’s met Carpe Diem worden gedialyseerd.
26
Interventies:
2.500
Multisensoriële
low-vision tuin
Het Centrum voor Visuele Revalidatie & Low Vision
van het UZ Gent heeft een multisensoriële tuin
geopend. Daar kunnen mensen met een visuele
handicap een breed spectrum aan zintuiglijke
ervaringen beleven. Elk van de 30 planten- en
boomsoorten heeft een naambord in braille met
een voelbare afbeelding van het blad of de bloem.
Nieuwe
MUG
De Spoedgevallendienst heeft een
nieuw MUG-voertuig
aangekocht.
Dat vervangt een
MUG-wagen die al 184.000 km op de teller had.
De twee MUG-wagens waarover het UZ Gent
beschikt deden in 2013 ongeveer 2.500 interventies.
27
28
29
05
Wetenschappelijke
ontwikkelingen
Neuromodulatie
Het speerpunt Neurowetenschappen focust op onderzoek naar neuromodulatie aan het Institute for Neuroscience. Dat is een partnerschap
tussen twee toonaangevende neurowetenschappelijke initiatieven in
Vlaanderen: het Multidisciplinary Research Platform (MRP) van de UGent
en het Neuromodulation Research Theme van het UZ Gent.
Vier onderzoeksprojecten worden medio 2015 afgerond.
Ze hebben intussen al diverse publicaties en abstracts opgeleverd.
Hersenaandoeningen
Epilepsie en depressie
Het derde project focust op de spraak- en taalstoornissen bij
patiënten met de ziekte van Parkinson of niet-aangeboren
hersenaandoeningen. Diepe hersenstimulatie blijkt niet alleen
klachten als beven en overbeweeglijkheid te kunnen verhelpen:
ze heeft ook een duidelijk effect op symptomen als traag en
hortend spreken.
Het vierde en laatste project onderzoekt de antidepressieve
effecten van nervusvagusstimulatie (NVS) bij patiënten met
refractaire epilepsie. Bij deze techniek wordt ter hoogte van het
sleutelbeen of in de okselholte een stimulator ingeplant die
verbonden is met de linker nervus vagus. Die loopt door de hals
en is een van de belangrijkste hersenzenuwen. Dat nervusvagusstimulatie het aantal epilepsie-aanvallen kan reduceren, was al
eerder aangetoond. Uit proefdierenonderzoek blijkt dat NVS ook
een gunstig effect heeft op de stemmingsstoornissen waaraan
veel epilepsiepatiënten lijden.
“Het onderzoek naar neuromodulatie leverde
al diverse publicaties en abstracts op. ”
Cochleaire implantaten
Het eerste project onderzoekt het werkingsmechanisme van cochleaire
implantaten (CI) bij corticaal gehoorverlies of corticale doofheid. Door middel
van elektrofysiologische metingen wordt nagegaan hoe een CI het gehoor
verbetert en hoe de hersenen de elektrische signalen van het CI integreren
met de signalen van een gezond binnenoor.
Stemmingsstoornissen
Een tweede project zoekt biomerkers voor neuromodulatie – door middel van
transcraniale magnetische stimulatie (TMS) – bij mensen die aan ernstige
stemmingsstoornissen lijden. Intussen is aangetoond dat transcraniële stimulatie
bij die patiënten tot merkbare verbetering leidt, zonder de bijwerkingen van
antidepressiva of elektroconvulsietherapie.
30
31
Immunologisch
onderzoek
Het UZ Gent, de Universiteit Gent en het VIB
hebben een sterke traditie in immunologisch
onderzoek. De expertise zit verspreid over
verschillende laboratoria en diensten.
Ten dienste van de patiënten worden de krachten
gebundeld, in de vorm van een platform voor
immunotherapie en immunodiagnostiek.
“We hebben een geavanceerde
methode waarmee we tegen
een brede waaier van
patiënteigen kankerantigenen
kunnen vaccineren”
Strenge kwaliteitseisen
Op weg naar een
therapeutisch kankervaccin
Het immuunsysteem prikkelen om tumorcellen op
te ruimen: dat willen onderzoekers van de dienst
Longziekten in het UZ Gent proberen door
patiënten met longkanker een kankervaccin toe te
dienen.
Dat het immuunsysteem kankercellen kan
herkennen en opruimen, was al langer bekend.
De jongste jaren worden goede resultaten geboekt
met immunomodulerende middelen. Die ontremmen
de T-cellen in het afweersysteem, zodat ze de
kankercellen aanvallen. Het nadeel is dat die
T-cellen ook gezonde cellen kunnen aanvallen.
Met kankervaccins wil men zulke auto-immuunreacties vermijden door ze specifieker op de tumor
te richten. De onderzoekers richten zich vooral op
de dendritische cellen (DC), die een cruciale rol
spelen in het immuunsysteem. Bij kankerpatiënten
zijn de lichaamseigen DC’s corrupt en spelen ze een
verraderlijke rol: ze geven de T-cellen instructies om
tegenover de kanker hun tolerantie te handhaven,
zodat ze die niet aanvallen.
32
‘Gelukkig kunnen we in het labo massa’s
dendritische cellen opkweken die niet corrupt
zijn en killer T-cellen kunnen stimuleren’, zegt
prof. dr. Karim Vermaelen (dienst Longziekten).
‘In het UZ Gent hebben we de laatste jaren
verschillende bereidingsmethodes zeer grondig
uitgetest. Om het DC-vaccin te mogen toedienen
moeten zowel het proces als het eindproduct aan
strenge kwaliteitseisen voldoen en moet het vaccin
tegelijk ook therapeutisch doeltreffend blijven.
Daardoor zijn enkele prototypes gesneuveld,
soms in late stadia van ontwikkeling.’
Vandaag staat de methode echter vast en is het
team klaar voor de eindspurt. Prof. dr. Vermaelen:
‘Na finale testen overhandigen we ons dossier aan
de overheid. Gelukkig hebben de extra inspanningen geloond. We hebben een geavanceerde
methode waarmee we tegen een brede waaier van
patiënteigen kankerantigenen kunnen vaccineren.’
Bovendien is in het laboratorium van prof. dr.
Vermaelen al een tweede prototype DC-vaccin in
de maak. ‘Het is heel hard werken, maar tegelijk is
het zeer opwindend om in dit domein actief te zijn:
het tijdschrift Science heeft kankerimmunotherapie
recent uitgeroepen tot dé doorbraak van 2013.’
33
Medische genetica
Zesduizend zebravissen helpen
onderzoek naar erfelijke ziekten
De nieuwe onderzoeksfaciliteit van het Centrum
voor Medische Genetica in het UZ Gent biedt
onderdak aan zesduizend zebravissen. Die worden
samen met muizen gebruikt voor onderzoek naar
genetisch bepaalde ziektes zoals kanker,
cardiovasculaire aandoeningen of blindheid.
Ongeveer 70 procent van de menselijke genen
komen ook bij zebravissen voor. Doordat een
zebravis zijn eitjes uitwendig legt, ze uitwendig
worden bevrucht en de embryo’s zich ook
uitwendig ontwikkelen, kan het ontwikkelingsproces tot larve uitstekend worden gevolgd.
Bovendien ontwikkelen de eitjes zich erg snel:
twee dagen na de bevruchting worden de belangrijkste organen gevormd. Al die factoren maken
van de ‘labmuis met vinnen’ het modelorganisme
van de toekomst.
Zebravissen worden onder meer ingezet in
onderzoek rond blindheid, osteoporose of
het testen van therapieën voor de pediatrische
kanker neuroblastoma.
“Zebravissen worden samen met
muizen gebruikt voor onderzoek
naar kanker, cardiovasculaire
aandoeningen en blindheid.”
34
FORD: snelle en flexibele
genetische informatie
Nieuw kennisnetwerk
voor genoomonderzoek
Met de nieuwe generatie sequeneringstechnologieën (next-generation sequencing, NGS) kunnen
grote delen van het genoom in één keer worden
onderzocht. Ze verdringen de arbeidsintensieve
en trage Sanger-methode en worden alsmaar
belangrijker in de genetische diagnostiek.
Daarom heeft het Centrum voor Medische
Genetica (CMGG) geïnvesteerd in een nieuwe
workflow waarmee genetische informatie snel en
kostenefficiënt kan worden gegenereerd.
Het project werd genoemd naar Henry Ford,
de Amerikaanse autobouwer die de geautomatiseerde massaproductie bedacht.
Zeven Belgische onderzoeksinstellingen, waaronder
de UGent, hebben het Belgian Medical Genomics
Initiative opgericht. Dat kennisnetwerk spitst zich
toe op onderzoek rond genoomanalyse.
Onderzoekers zullen nauwer kunnen samenwerken
en de nodige technologie gemakkelijker kunnen
delen. Ook op medisch gebied bundelen de
partners hun krachten, bijvoorbeeld door genoomdata uit te wisselen en te vergelijken.
Het FORD-project zette in op standaardisatie,
informatisering en automatisering van de
volledige workflow. Dat zorgde voor een
omwenteling in het labo: arbeidsintensieve
stappen in het proces die vroeger manueel
werden gedaan, zijn nu geautomatiseerd.
Zo wordt het proces uniform, eenvoudiger,
efficiënter en robuuster. Tegelijk is het flexibel
genoeg om diagnostiek op maat van de
individuele patiënt te bieden. Dat is belangrijk bij
aandoeningen zoals erfelijke kankersyndromen,
bindweefsel- en hartaandoeningen en erfelijke
blindheid. Door van Sanger-sequenering over te
stappen naar NGS-technologieën konden de
doorlooptijden voor genetische tests fors
worden gereduceerd. Een verwerkingstijd van
6 tot 7 weken, ook voor zeer zeldzame aandoeningen, komt binnen bereik.
Het onderzoek naar het in kaart brengen van het
menselijke genoom is een belangrijke piste om
ziektes op te sporen en nieuwe en accurate
behandelingen te ontwikkelen. Bij elke oplossing in
genoomanalyse ontstaan nieuwe vragen, zodat een
bundeling van alle kennis rond dit onderzoeksdomein zich opdrong.
De oprichting van het Belgian Medical Genomics
Initiative past in het federale onderzoeksprogramma
‘interuniversitaire attractiepolen’ (IUAP).
Dat wil netwerken van onderzoeksgroepen aan
beide kanten van de taalgrens samenbrengen.
De andere oprichters zijn de KU Leuven, de UA,
de UCL, ULB, ULg en VUB.
Voor de FORD-workflow kreeg het Centrum voor
Medische Genetica intussen een schitterend
auditrapport van de accreditatie-instelling Belac
en een ISO15189-accreditatie.
35
Tumoren
kweken
in eieren
“Als het onderzoek
positief uitdraait,
kunnen we de
patiënten efficiënter
behandelen.”
36
Een sarcoma is een zeldzame kwaadaardige tumor
van het bindweefsel (bot, spier, vetweefsel enz.)
met een hoog risico op uitzaaiingen. In 85 procent
van de gevallen is de tumor resistent tegen klassieke
chemotherapie. De patiënten zijn erg moeilijk te
behandelen omdat niet te voorspellen is of de tumor
zal uitzaaien en welke behandeling zal aanslaan.
Vrijwel elk sarcoma is anders, wat een geïndividualiseerde aanpak nodig maakt. Om die mogelijk te
helpen maken, implanteert de dienst Orthopedie
van het UZ Gent stukjes van een uit een patiënt
verwijderde tumor in bevruchte kippeneieren in.
Na een week wordt de tumor uit het ei gehaald en
zien de onderzoekers hoe agressief het gezwel is en
hoe het zich ontwikkelt. Ook wordt een deel van de
tumor opgelost om miljoenen enkelvoudige cellen te
verkrijgen waarop dan op gestandaardiseerde wijze
allerlei tests worden gedaan. Sommige cellen
worden weer in een ei ingeplant, zodat de onderzoekers er chemo- en andere behandelingen op
kunnen uitproberen, om te zien welke kuur aanslaat.
De testmethode met eieren bestond al, maar dat ze
gebruikt wordt om patiënten een gepersonaliseerde
behandeling te geven, is nieuw. Standaard worden
zulke tests gedaan op muizen. Orthopedisch
chrirurg dr. Gwen Sys (dienst Orthopedie):
‘Per patiënt hebben we zowat 50 muizen nodig.
Dat is ethisch onverantwoord en ook erg duur.
De tests met eieren zijn veelbelovend, maar voordat
alle patiënten geïndividualiseerd kunnen worden
behandeld, is nog verder onderzoek nodig.
Als dat onderzoek positief uitdraait, kunnen we
de patiënten efficiënter behandelen en hun levensverwachting verbeteren.’
Zorgrobot Zora
In twee proefprojecten onderzoekt het UZ Gent of
en hoe een robot kinderen kan helpen revalideren
en aanvallen kan detecteren bij epilepsiepatiënten.
ZORA – 57 cm groot, beweeglijk, programmeerbaar
en met een hoge aaibaarheidsfactor – is de allereerste
humanoïde zorgrobot die daarvoor wordt uitgetest.
Hiv ontrafelen voor
functionele genezing
Bij 9 op 10 patiënten die dagelijks hiv-remmers
innemen, kan het hiv-virus volledig worden onderdrukt. Dat betekent helaas niet dat ze ook genezen
zijn. Zodra de medicatie wordt stopgezet, duikt het
virus weer in het bloed op. De afweercellen waarin
het virus aanwezig blijft, vormen het zogenoemde
viraal reservoir. Onderzoekers van het UZ Gent
zoeken naar manieren om hiv-medicatie bij
seropositieven stop te zetten, zonder dat het virus
terugkeert. Daarbij concentreren ze zich op het
viraal reservoir.
Prof. dr. Linos Vandekerckhove, coördinator van
de hiv-polikliniek in het UZ Gent en hoofd van een
van de hiv-onderzoekslabo’s aan de UGent:
‘We willen het hiv-mysterie verder ontrafelen door
de resthoeveelheid van het virus zo gedetailleerd
mogelijk te meten en in kaart te brengen. Daarvoor
ontwikkelen we zeer gevoelige meetmethodes.
Daarnaast hebben we in een laboratoriumsetting
een model geïntroduceerd waarmee we een
hiv-patiënt onder therapie zo goed mogelijk
proberen na te bootsen. Daarmee kunnen
we nieuwe aangrijpingspunten opsporen voor
therapeutische scenario’s die het viraal reservoir
kunnen verkleinen en hiv effectief kunnen genezen.’
Faculteit Geneeskunde en
Gezondheidswetenschappen
in 2013:
68 doctoraten
1039 A1-publicaties
37
38
39
06
Een leven
lang leren
Opleiding
van studenten
Opleiding van studenten behoort tot de kerntaken
van het UZ Gent. Artsen-specialisten in opleiding en
tandartsen krijgen in het ziekenhuis een hoogstaande
en sterk praktijkgerichte opleiding.
Ook de studenten van de faculteit Geneeskunde en
Gezondheidswetenschappen krijgen hun opleiding
geheel of gedeeltelijk op de UZ-campus, in
verschillende basisrichtingen.
• 6.537 studenten in de faculteit Geneeskunde
en Gezondheidswetenschappen
• 10 basisrichtingen: geneeskunde,
tandheelkunde, logopedie en audiologie,
biomedische wetenschappen, lichamelijke
opvoeding, revalidatiewetenschappen en
kinesitherapie, verpleeg- en vroedkunde,
management en beleid, gezondheidsvoorlichting en -bevordering en ergotherapie.
• 30-tal MaNaMa’s.
• 87 artsen en tandartsen behaalden
hun erkenning tot specialist.
40
41
Vorming voor het personeel
Permanente vorming stond ook in 2013 hoog op de UZ-agenda.
• 115.688 uur vorming
• 4.966 medewerkers volgden minstens 1 uur les
• 57 opleidingen op maat
• Nieuw leerplatform voor e-learning Leerlink
• Introductieprogramma voor 36 startende leidinggevenden
• (Aspirant) Management Development Programma voor
45 medewerkers
42
43
07
14 maart:
Expertise
delen
Gezondheidsinformatie
voor het grote publiek
Het UZ Gent stelt zijn medische en wetenschappelijke expertise ten dienste
van de gemeenschap. Dat betekent onder meer dat het ziekenhuis gezondheidsinformatie geeft aan het grote publiek. In 2013 namen honderden patiënten,
familieleden en andere geïnteresseerden deel aan infoavonden over diverse
medische onderwerpen. En op nationale en internationale themadagen kregen
patiënten en bezoekers advies van experten, aan infostands, via infosessies, ...
Ook via de Twitter- en Facebookpagina krijgen geïnteresseerden actueel medisch
nieuws uit het UZ Gent.
wereldnierendag
18 maart:
voedingsadvies
tijdens de week
van de diëtist
19 april:
wereldweek
van de primaire
immuundeficiënties
24 april:
44
24 april:
12 september:
praatcafé over valpreventie
Dag tegen Kanker
voor gehospitaliseerde patiënten (75+)
en hun mantelzorgers,
in het kader van de week
van de valpreventie.
activiteiten voor (ex)kankerpatiënten en de mensen uit hun omgeving,
zoals workshops over gelaatsverzorging en handmassage,
informatiesessies over borstreconstructie, erfelijkheid,
het EUREKA-bewegingsprogramma en cognitieve klachten.
25 april:
gratis hartritmetest
tijdens de week
van het hartritme
10 juni:
16 oktober:
informatiesessies op
de internationale Breast
Reconstruction Awareness
Day of BRA Day
14 november:
infoavond
‘Levertesten, aambeien, brandend maagzuur
en darmkankerscreening’ in samenwerking
met de dienst Gastro-enterologie.
3 september:
infostand en risicobepaling
op diabetes type 2
op werelddiabetesdag
16 december:
infoavond
infoavond
infoavond
‘Opstaan om te plassen: kon ik maar doorslapen’ in samenwerking met de diensten
Urologie, Nefrologie en Kinderneurologie.
‘Neuspoliepen’ in samenwerking
met de dienst Neus-,
Keel- en Oorheelkunde.
‘1 miljoen Vlamingen slaapt slecht. U ook?’
in samenwerking met het Centrum
voor Neurofysiologische Monitoring.
45
UZ Gent in Associatie Cardiologie
met AZ Nikolaas en AZ Sint-Lucas
Eind 2013 werd de Associatie Cardiologie opgericht, een samenwerkingsverband tussen de hartcentra van UZ Gent, AZ Sint-Lucas (Gent) en
AZ Nikolaas (Sint-Niklaas). Prof. dr. Katrien François (diensthoofd Hartchirurgie
in het UZ Gent) is ook diensthoofd van de nieuwe Associatie. ‘De drie centra
bouwen samen aan een cardiologisch zorgprogramma van topkwaliteit.
We hanteren dezelfde hoge standaard van kwaliteitsrichtlijnen, procedures en
draaiboeken voor de diagnose en behandeling van acute hartaandoeningen.
Ook staan we voortdurend met elkaar in verbinding om expertise te delen,
kennis uit te wisselen en advies in te winnen.’
46
Doordat AZ Sint-Lucas en AZ Nikolaas zich als
partner aansluiten bij het UZ Gent, kunnen beide
ziekenhuizen voortaan zelf ook hartkatheterisaties
uitvoeren en stents plaatsen. Patiënten die in
aanmerking komen voor hartchirurgie worden
preferentieel doorverwezen naar het Hartcentrum in
het UZ Gent.
47
08
De campus
vernieuwt
Tram op de campus
In 2015 rijdt tram 4 de UZ-campus binnen.
De voorbereidende werken zijn gestart:
de oude Kinderkliniek K6 werd gesloopt,
er kwam een rechtstreekse weg van de
hoofdinrit aan de C. Heymanslaan naar
het parkeergebouw, de oude inrit aan
de De Pintelaan ging dicht en de campus kreeg
een nieuwe verkeerscirculatie.
48
In 2013 werden cruciale stappen gezet in de
realisatie van het ruimtelijk masterplan van het
UZ Gent. Dat plan schetst de krijtlijnen voor de
invulling van de open ruimte rond de gebouwen.
De focus ligt op betere toegankelijkheid, duidelijk
overzicht en meer groen. We streven naar een
‘healing environment’, een omgeving waar mensen
zich prettig voelen en die het herstel en welbevinden
ten goede komt. Daarnaast kregen enkele
infrastructuurprojecten vorm die het comfort voor
patiënten, bezoekers en medewerkers verhogen.
En verder:
• Opening van een XL-kamer en -badkamer
voor obese patiënten
• Nieuwe oefenruimte voor hartrevalidatie
• Aanleg van een tuin tussen P3 en P4
Renovatie poliklinieken
De poliklinieken, ontworpen door
Henry Van de Velde in de jaren
30 van de vorige eeuw, worden
grondig gerenoveerd. De diensten
Orthopedie & Traumatologie en
Fysische Geneeskunde verhuisden
naar een facilitaire polikliniek in K12.
De andere diensten kregen een
tijdelijk onderkomen in containercomplex ‘De Pintepark’.
Nieuwbouw Pathologische
Anatomie
De dienst Pathologische Anatomie krijgt een
nieuw gebouw van 3.000m², met ruimte voor
labo’s en een grote dissectiezaal.
De nieuwbouw wordt via een voetgangersbrug
verbonden met gebouw P8. Het lage-energiegebouw krijgt een trapezium-vorm, de gevels zijn
maximaal naar de zon gericht, en een groendak.
49
09Klant-
Nieuw tarificatie- en
facturatiepakket
vriendelijke
dienstverlening
Er werd hard gewerkt aan de invoering van Oazis,
een nieuw tarificatie- en facturatiepakket voor
patiëntgebonden zorgverstrekkingen. Voor zowel
de Centrale Inningsdienst als het Onthaal betekent
dit minder manueel werk en meer controlemogelijkheden, o.a. van de verzekerbaarheid van ambulante
en verblijvende patiënten.
De vernieuwde UZ-website
is gebruiksvriendelijker
en oogt mooier.
Neem een kijkje op
www.uzgent.be
Restaurant in
Revalidatiecentrum
De patiënten van het Revalidatiecentrum kregen een
eigen restaurant, met een aanbod dat beter is
afgestemd op hun behoeften. Gehospitaliseerde
patiënten verblijven vaak maandenlang in het
centrum en snakken naar menu’s die gevarieerder
zijn dan de standaard patiëntenmaaltijden. Er wordt
voortaan ter plaatse gekookt en de patiënten kunnen
samen, in een huiselijke sfeer, eten.
Therapeutisch
appartement
Ook nieuw in 2013: revalidatiepatiënten met ernstige
beperkingen kunnen tijdelijk inwonen in een
therapeutisch appartement en er allerlei hulpmiddelen uittesten. Het appartement heeft een aangepaste keuken, een leef- en eetruimte en een
slaap- en badkamer voor twee personen.
De partner van de patiënt kan mee inwonen.
Het revalidatieteam biedt advies en ondersteuning.
Zodra een patiënt zelfstandig in het appartement
kan wonen, wordt de terugkeer naar huis mogelijk.
50
CoZo ontsluit voortaan ook
gegevens uit andere regio’s
Videotolken in
Vlaamse gebarentaal
Dove patiënten die op consultatie komen, kunnen
een tolk Vlaamse gebarentaal reserveren. De tolk is
gratis en de interventie gebeurt via videoconferentie
via een beveiligde internetverbinding. Reserveren
kan via www.intercult.be. Het ziekenhuis heeft ook
vier eigen intercultureel bemiddelaars, voor Vlaamse
gebarentaal, Turks, Russisch en Bulgaars. Zij zorgen
voor taalbijstand en ondersteuning in de communicatie met hulpverleners en kunnen ook helpen als er
onduidelijkheden zijn in de patiëntenzorg als gevolg
van verschillen in socioculturele achtergrond.
Het Collaboratief Zorgplatform (CoZo) blijft groeien.
Het artsenportaal www.cozo.be geeft zorgverleners
toegang tot medische gegevens van hun patiënten,
ook als die op de servers van verschillende instellingen en zorgverleners staan. Patiënten moeten
via een ‘informed consent’ uitdrukkelijk toestemming geven om hun gegevens te delen.
Momenteel zijn al 36 ziekenhuizen en ruim
1.500 huisartsen bij CoZo aangesloten. Elke maand
registreert het platform zo’n 85.000 contacten en
16.000 nieuwe ‘informed consents’ van patiënten.
Sinds eind 2013 ontsluit CoZo ook medische
beelden.
Een belangrijk onderdeel van CoZo is de Regionale
HUB Gent. Die heeft samen met de vier andere
regionale eHealth-hubs afspraken gemaakt om
gegevens te delen via de federale metahub.
Die bevat zelf geen medische gegevens, maar stelt
de regionale hubs wel in staat om te zien of andere
hubs informatie over een patiënt hebben.
Via CoZo krijgen zorgverleners voortaan dus ook
toegang tot gegevens over hun patiënten van alle
Belgische ziekenhuizen die aangesloten zijn bij een
eHealth-hub.
In 2013 heeft CoZo op vraag van de overheid een
pilootproject opgezet om patiënten toegang te geven
tot de gezondheidsgegevens in hun patiëntendossier.
De deelnemende artsen en patiënten en het Vlaams
Patiëntenplatform waren zeer tevreden over wat in
dat proefproject werd gerealiseerd.
51
EPD 2.0 in de steigers
Het bestaande elektronisch patiëntendossier van het
UZ Gent is in gebruik sinds 1997, wat heel lang is
voor een softwarepakket. Gaandeweg werd het
EPD weliswaar bijgestuurd en uitgebreid, maar het
loopt toch tegen zijn technologische grenzen aan.
Bovendien heeft de softwareleverancier intussen de
verdere ontwikkeling van dit pakket stopgezet.
Daarom heeft het UZ Gent de procedure opgestart
voor een nieuw geavanceerd pakket.
“Het nieuwe elektronisch
patiëntendossier wordt
vanaf 2015 geïmplementeerd.”
52
Prof. dr. Bart Sijnave, chief information officer van
het UZ Gent: ‘In de Gartner-classificatie worden
EPD’s ingedeeld in vijf generaties. Dat gaat van
de eenvoudige collector, die inzage van patiëntengegevens mogelijk maakt, tot de mentor, die de arts
of verpleegkundige ondersteunt bij klinische of
verpleegkundige beslissingen. Ons nieuwe EPD moet
minstens van de vierde generatie zijn – dus minstens
een colleague die de gebruiker kan adviseren.’
Intussen heeft het UZ Gent via een opdrachtencentrale met 20 andere ziekenhuizen die ook een
nieuw elektronisch patiëntendossier willen invoeren
eind 2013 een ‘request for information’ uitgeschreven,
een niet-bindende marktverkenning. In de tweede
jaarhelft van 2014 volgt dan de formele ‘request for
proposal’. Of het UZ Gent die alleen zal uitschrijven
of samen met geïnteresseerde partners is nog niet
vastgelegd. In elk geval wordt het nieuwe elektronisch
patiëntendossier vanaf 2015 geïmplementeerd.
53
10
Opnieuw Top Employer
Duurzame
toekomst
Naar een duurzaam,
zorgzaam ziekenhuis
In het voorjaar van 2013 legde de directie de
fundamenten voor een duurzame toekomst van het
UZ Gent door een blijvende dialoog op te starten
met alle medewerkers. Zo wil ze heel graag de
onderlinge afstand verkleinen. ‘Wat jullie bezighoudt,
moet ook op onze agenda komen’, luidt het
engagement van afgevaardigd bestuurder Eric
Mortier. Iedereen krijgt de kans om mee te bouwen
aan een duurzame werkomgeving.
In het project ‘duurzame toekomst’ zitten enkele
ambities vervat. De creatie van een organisatie die
gebaseerd is op het sterkste van wat we al in huis
hebben. Hoe kunnen we (nog) beter zorg dragen
voor onszelf, elkaar en de kwaliteit van zorg en
dienstverlening? We moeten onszelf telkens
opnieuw uitvinden om onze missie in patiëntenzorg,
onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en dienstverlening te blijven waarmaken. Zorgzaamheid voor
het werk en elkaar is daarbij een belangrijk thema.
Meer dan 200 collega’s dachten op een summit
mee na over hoe we in het UZ een ‘epidemie van
zorgzaamheid’ kunnen creëren. Die epidemie wordt
in 2014 uitgedragen aan de hand van concrete
projecten.
54
Ook dit jaar mag het UZ Gent zich Top Employer noemen, een erkenning van
het onafhankelijke Top Employers Institute voor toonaangevende werkgevers.
Dat instituut roemt het ziekenhuis voor de zeer goede training, ontwikkeling en
carrièremogelijkheden. De Top Employer-certificaten worden elk jaar uitgereikt
na een streng, onafhankelijk onderzoeksproces en beoordelen verschillende
criteria: primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden, training & ontwikkeling,
carrièremogelijkheden en cultuurmanagement.
Ecoteam sensibiliseert
Het Ecoteam is een groep van een twintigtal vrijwilligers die via kleinschalige
verbetervoorstellen de energie-impact van het ziekenhuis helpen verkleinen.
• 111 medewerkers namen deel aan de actie ‘dagen zonder vlees’ en aten 40
dagen lang minder vis en vlees. Zo bespaarden ze 23.694m² op de ecologische
voetafdruk van het ziekenhuis.
• Ecoteamleden van de dienst Tand-, Mond- en Kaakziekten en van de
Nierdialyse overtuigden hun collega’s om voor kraantjeswater te kiezen en
reduceerden drastisch het verbruik van flessenwater op hun dienst.
• Sensibiliseringsacties rond het doven van pc’s en verlichting aan het einde van
de werkdag op de afdeling Kinder- en Jeugdpsychiatrie en in het Centrum voor
Neurofysiologische Monitoring leverden mooie resultaten op. De afdelingen
bespaarden respectievelijk 21% en 8% op de energiefactuur.
55
11


56
In de
prijzen
Prof. dr. Bart Lambrecht en prof. dr. Hamida Hammad, dienst
Longziekten, wonnen de prijs dr. Karel-Lodewijk Verleysen ter
waarde van 60.000 euro ter bekroning van hun artikel
“Interplay of the airway epithelium and dendritic cells in
asthma: opportunities for novel drug development”. Zij
werden officieel tot laureaat geproclameerd tijdens een
buitengewone openbare zitting van de Koninklijke Academie
voor Geneeskunde van België op 7 december 2013.
Prof. dr. Claus Bachert, dienst Neus-, Keel- en Oorheelkunde,
ontving op 19 juni 2013 een van de GSK Vaccines Prijzen
voor wetenschappelijk onderzoek. De prijs wordt uitgereikt
voor bijdragen aan de wetenschappelijke vooruitgang in de
vaccinologie of immunologie. Prof. Bachert werd bekroond
voor zijn analyse van de rol van Staphylococcus aureus en
zijn enterotoxines in luchtwegaandoeningen en meer bepaald
zijn rol in persisterende ontstekingsziekten.

The International Society of Physical and Rehabilitation
Medicine (ISPRM) kende prof. dr. Guy Vanderstraeten, dienst
Locomotorische en Neurologische Revalidatie en decaan van
de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen,
de Herman Flax Lifetime Achievement Award 2013 toe.

Prof. dr. Sylvie Rottey, dienst Medische Oncologie, werd
verkozen tot vertegenwoordiger voor België in ESMO,
European Society for Medical Oncology.

Prof. dr. Mirko Petrovic, dienst Geriatrie, is aangesteld als lid
van de Academic Board of the EUGMS (European Union
Geriatric Medicine Society).

De Lifetime Achievement Award van Cavaria ging naar
prof. dr. Griet De Cuypere (Centrum voor Seksuologie en
Genderproblematiek).

De nieuwe multisensoriële lowvisiontuin won de prijs van de
vakjury in de zorginnovatiewedstrijd Innovation2Care.

Punt werd verkozen tot het beste personeelsblad 2013 door
de Belgische Vereniging voor Interne Communicatie.

Het onderzoek naar nycturie van de dienst Urologie ontving
de award voor innovatief onderzoek van de International
Continence Society.

De Prijs voor Excellentie in Ziekenhuismanagement ging naar
het Gerodent-project, een mobiele tandartspraktijk voor
preventieve en curatieve mondzorg voor kwetsbare ouderen
in woonzorgcentra.

Het departement ICT won met haar Omnitrackertoepassing
voor de servicedesk de prijs voor Best Tool Project tijdens de
uitreiking van de Tooling Project Of The Year Award.
57
12
Bestuur
Raad van Bestuur
Raad van Bestuur
Directiecomité
Voorzitter
Prof. dr. Anne De Paepe, rector Universiteit Gent
Leden
Prof. dr. Eric Mortier, afgevaardigd bestuurder UZ Gent
Prof. dr. Guy Vanderstraeten, decaan van de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Universiteit Gent
Bestuurders aangeduid door de Raad van Bestuur van de Universiteit Gent
Dr. Debby Laukens
Prof. dr. Geert De Soete
Dhr. Alexander Vercamer
Bestuurders aangeduid door de hoofdarts en de artsen-diensthoofden
Prof. dr. Johan Decruyenaere
Prof. dr. Simon Van Belle
Directiecomité
Bestuurders aangeduid door de artsen die geen diensthoofd zijn, met minstens een halftijdse opdracht
Dr. Nadia Den Blauwen
Prof. dr. Guy T’sjoen
Leden door bovenstaande bestuurders en de voorzitter gecoöpteerd op basis van hun bevoegdheid
op het vlak van beheer
Dhr. William Van Malderen
Dhr. Ivo Van Vaerenbergh
Controleorganen
Dhr. Yannick De Clercq, regeringscommissaris
Dhr. Daniël Ketels, inspecteur-generaal van Financiën
Secretaris
Mevr. Sabine De Smyter
Permanent uitgenodigd
Prof. dr. Freddy Mortier, vicerector van de Universiteit Gent
58
Voorzitter
Prof. dr. Eric Mortier, afgevaardigd bestuurder
Leden
Prof. dr. Renaat Peleman, hoofdarts
Prof. dr. Rik Verhaeghe, directeur Verpleging
Prof. dr. Koenraad Vandewoude, directeur Externe Relaties en Dienstverlening
Mevr. Chantal Haeck, directeur Bedrijfsondersteunende Sector
Controleorganen
Dhr. Yannick De Clercq, regeringscommissaris
Dhr. Daniël Ketels, inspecteur-generaal van Financiën
Secretaris
Mevr. Sabine De Smyter
59
Colofon
Verantwoordelijke uitgever / Prof. dr. Eric Mortier, afgevaardigd bestuurder
Redactie en coördinatie / Jansen & Janssen Creative Content en dienst Communicatie & Evenementen UZ Gent
Fotografie / Christophe Vander Eecken / Thomas Verfaille
Vormgeving / De Blauwe Peer
Mei 2014
Universitair Ziekenhuis Gent
De Pintelaan 185 - 9000 GENT
+32 (0)9 332 21 11 - [email protected]
www.uzgent.be
Volg ons op