Cliëntwaarderingsonderzoek Dr. Leo Kannerhuis Uitkomsten 2013 Marc Delsing Praktikon B.V. Postbus 6909 6503 GK Nijmegen www.praktikon.nl [email protected] tel. fax. 024-3615480 024-3611152 © 2014 Praktikon B.V. Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, en evenmin in een retrieval systeem worden opgeslagen zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Praktikon. No part of this book/publication may be reproduced in any form, by print, photo print, microfilm or any other means without written permission from the publisher. 7 Samenvatting Cliëntwaarderingsonderzoek 2013 Net als in voorgaande jaren is in 2013 met behulp van de GGZ Jeugdthermometer een cliëntwaarderingsonderzoek (CWO) uitgevoerd bij zowel cliënten als de ouders van de cliënten die bij het Dr. Leo Kannerhuis in behandeling/begeleiding waren. In 2013 heeft ook bij cliënten en ouders de tweejaarlijkse meting bij woon-werkvoorziening Workhome plaatsgevonden. De uitvoering van het onderzoek is volgens plan verlopen. Deelname en respons Het Dr. Leo Kannerhuis streeft naar een minimale respons van 66%. Een CWO vragenlijst wordt geteld als ‘respons’ wanneer het om een ingevulde vragenlijst gaat. Een ingeleverde lege vragenlijst wordt dan ook niet meegeteld als respons. De totale respons van cliënten bij de clusters Klinisch en Ambulant is in 2013 54%. Daarmee ligt de respons dit jaar precies tussen het niveau van 2011 (52%) en 2012 (56%). Binnen het cluster Klinisch is bij cliënten de respons gedaald ten opzichte van verleden jaar (48% ten opzichte van 68%), hetgeen met name wordt veroorzaakt door een daling van de respons bij Behandelvoorziening Zwolle. Ook bij de afdeling LLA is de respons matig met 40%. Binnen het cluster Ambulant is bij cliënten de respons nagenoeg gelijk aan die van verleden jaar (55% ten opzichte van 54% in 2012). Deze matige respons wordt evenals voorgaande jaren met name veroorzaakt door de poliklinieken waar de respons met maximaal 41% onder de maat blijft. Ook de respons bij de Logeerhuizen blijft achter ten opzichte van de nagestreefde respons (44%). De deeltijdafdelingen scoren daarentegen over het algemeen een optimale respons van 100%. De respons van cliënten bij Workhome is 92%. Dit percentage is nagenoeg gelijk aan dat van de vorige meting in 2009 (91%). De totale respons bij ouders is iets lager dan verleden jaar (44% ten opzichte van 48%). De respons is ongeveer gelijk bij de clusters Klinisch (45%) en Ambulant (44%). Binnen het cluster Klinisch zijn dit jaar alleen bij de afdeling Kinderkliniek vragenlijsten naar ouders verstuurd. De respons daar blijft achter (45%). Binnen het cluster Ambulant scoren Polikliniek Doorwerth en Deeltijdbehandeling Kinderen matig met een respons van respectievelijk 39% en 44%. De respons van de ouders bij Workhome ligt een stuk lager dan bij de cliënten en bedraagt 58%. Dit percentage is ook lager dan bij de vorige meting in 2009 (67%). Waardering behandeling/begeleiding De behandeling binnen de clusters Klinisch en Ambulant wordt in 2013 door cliënten zelf gewaardeerd met het gemiddelde rapportcijfer 7,6. Dit rapportcijfer is nagenoeg gelijk aan het rapportcijfer van de afgelopen drie jaar. De gemiddelde score van cliënten op de afzonderlijke aspecten varieert van goed ('Informatie', 'Inspraak', 'Resultaat') tot zeer goed ('Hulpverlener'). Een lage beoordeling (,43) is er evenals voorgaande jaren binnen het cluster Klinisch voor het onderdeel 'Wonen'. De Logeerhuizen scoren, afgezien van het onderdeel ‘Informatie’, op de afzonderlijke onderdelen wat lager dan de andere afdelingen, maar hoger dan vorig jaar. Het algehele rapportcijfer bij Logeerhuizen (7,9) is hoger dan bij de andere afdelingen. In verband met de relatief lage score voor het Dr. Leo Kannerhuis 2013 8 onderdeel 'Resultaat' (,67) dient opgemerkt te worden dat er bij de Logeerhuizen geen sprake is van behandeling, en dus ook niet van een (behandel)resultaat. De scores van het CWO bij cliënten in de periode 2011-2013 laten zien dat er op de onderdelen 'Informatie’ en, in iets geringere mate, 'Resultaat' sprake is van een stijging ten opzichte van verleden jaar. De scores op de onderdelen 'Inspraak' en 'Hulpverlener' zijn nagenoeg gelijk aan die van verleden jaar. Het deelaspect ‘Hulpverlener’ wordt ieder jaar het beste gewaardeerd. Ook bij het Workhome scoort het onderdeel 'Hulpverlener' het hoogst (,89). Ook de onderdelen 'Resultaat' en 'Wonen' scoren goed (respectievelijk ,85 en ,84). Het laagst scoort het onderdeel 'Informatie' (,76). Wat betreft 'Informatie', 'Inspraak' en 'Hulpverlener' vallen de scores wat lager uit dan in 2011. De onderdelen 'Resultaat' en 'Wonen' scoren ongeveer even hoog als twee jaar geleden. Ook het rapportcijfer is nagenoeg hetzelfde als in 2011 (7,9 ten opzichte van 8,1). Afgezien van het onderdeel 'Hulpverlener' zijn de scores dit jaar over de hele linie wel hoger dan in 2009. De behandeling bij de clusters Klinisch en Ambulant wordt in 2013 door ouders gewaardeerd met het gemiddelde rapportcijfer 7,5. De gemiddelde score van ouders op de afzonderlijke aspecten is op alle onderdelen zeer goed en varieert van ,91 ('Resultaat') tot ,95 ('Informatie/Inspraak' en 'Hulpverlener'). Op de onderdelen 'Informatie/Inspraak’ en 'Resultaat' is er sprake van een behoorlijke stijging ten opzichte van verleden jaar. Op het onderdeel 'Hulpverlener' wordt iets lager gescoord dan verleden jaar (,95 ten opzichte van ,98). De scores van ouders bij Workhome zijn op alle onderdelen zeer goed en variëren van ,95 ('Informatie/Inspraak') tot 1,00 ('Wonen'). Wat betreft 'Informatie/Inspraak', 'Resultaat' en 'Wonen' vallen de scores een stuk hoger uit dan in 2011. Ook van 2009 naar 2011 werd op deze onderdelen al vooruitgang geboekt. Het onderdeel 'Hulpverlener' scoort ongeveer even hoog als twee en vier jaar geleden. Het rapportcijfer is iets gestegen ten opzichte van twee en vier jaar geleden (8,3 ten opzichte van respectievelijk 8,0 en 7,8). Vooruitblik en aanbevelingen Het Dr. Leo Kannerhuis streeft naar een minimale respons van 66%. Bij cliënten bij de deeltijdafdelingen wordt dit percentage ruim gehaald. De deeltijdbehandelingen vragen cliënten bij het laatste behandelcontact om de CWO vragenlijst meteen ter plekke zelfstandig in te vullen. Deze procedure lijkt gezien de continu hoge responscijfers een goede strategie om van deelname verzekerd te zijn. Bij de andere afdelingen wordt sinds 2011 de papieren vragenlijst opgestuurd met de uitnodiging voor het eindgesprek. Ondanks extra aandacht van de afdelingen voor het inleveren van een ingevulde vragenlijst lijkt men nog steeds niet de vruchten te plukken van de vernieuwde afnameprocedure omdat ook hier, evenals verleden jaar, de respons nog onder de maat blijft. Dat geldt zowel voor de cliënt- als ouderlijsten. Ook bij LLA wordt het nagestreefde responspercentage niet gehaald. Dat is ook het geval wat betreft de respons van de ouders bij Workhome. Vanwege de onduidelijkheid rond het aanleveren van kwaliteitsgegevens bij de transitie van de Jeugdzorg per 1 januari 2015 naar de gemeenten is besloten vooralsnog geen andere procedure op te starten. Cliëntwaarderingsonderzoek 9 Over het algemeen zijn cliënten en ouders erg tevreden over de hulpverlening door het Dr. Leo Kannerhuis. Concrete specifieke verbeteracties om het behandelings-, zorgof trainingsaanbod te verbeteren hoeven op basis van dit onderzoek dan ook niet geformuleerd worden. Het blijft echter een uitdaging voor de toekomst het hoge tevredenheidpeil te handhaven. De analyses wijzen wel op een continu lage beoordeling voor het onderdeel 'Wonen' binnen het cluster Klinisch. Bij de afdeling Jongerenkliniek zijn enkele verbeteracties opgenomen in het Jaarplan 2014 ten aanzien van enkele woonaspecten. De inspanningen om de scores van cliënten bij de Logeerhuizen te verbeteren op de onderdelen 'Informatie', 'Inspraak' en 'Resultaat' lijken succesvol. Met name op het onderdeel 'Informatie' wordt winst geboekt ten opzichte van verleden jaar, evenals op de onderdelen 'Inspraak' en 'Resultaat'. Het onderdeel 'Hulpverlener' wordt dit jaar bij de Logeerhuizen lager beoordeeld dan verleden jaar (,77 ten opzichte van ,94 vorig jaar). In augustus 2013 is de afdeling ‘Crisisinterventie en Intensieve Behandeling Autisme’ (CIBA) gestart. De resultaten van het CWO bij de CIBA worden in de CWO rapportage 2014 voor het eerst meegenomen. Dr. Leo Kannerhuis 2013
© Copyright 2024 ExpyDoc