a d v i es • - . . _ . • Terp Bediening van bruggen en sluizen in Nederland II. Onderbouwing van de visie van beheerders juli 1999 project uitgevoerd in opdracht van Ministerie van Veikeei en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat A<lviesdi<-:ir>l Veikwi mi V I H V I M Bediening van bruggen en sluizen in Nederland II. Onderbouwing van de visie van beheerders juli 1999 Pagina Inhoud 1. Achtergrond en aanleiding 1 2. Werkwijze 2 3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10 Resultaten uit workshops en landelijke bijeenkomsten De deelnemers Veranderingen gewenst en nodig Knelpunten Oplossingsrichtingen algemeen Organisatorische oplossingen Technische oplossingen Voorkeuren voor bedieningsregimes Financiële aspecten Personele aspecten Initiatiefnemer 4 4 6 7 9 9 11 12 14 15 16 Bijlagen: 1. Beheerders van bruggen en sluizen in Nederland 2. Gehanteerde vragenlijst bij het gebruik van Option Finder® 3. Data en locaties workshops en landelijke bijeenkomsten 4. Geconsulteerde sleutelpersonen 5. Projectteam ©TA/99027 RWS/AW proj.code HUN 98.006 1. Achtergrond en aanleiding Voor het basistoervaartnet in Nederland bestaat een grote diversiteit in het "product" bediening van bruggen en sluizen. Deze verschillen zijn terug te voeren op de opvattingen en mogelijkheden van de (honderden) beheerders, hun personele, technische en financiële middelen, de historie, het gebruik door recreatie- en beroepsvaart, etcetera. Verschillen -hoe verklaarbaar ook- doen afbreuk aan de kwaliteit. Bedieningstijden verschillen of sluiten niet aan op routes, informatieverstrekking is niet uniform of onvoldoende, wachttijden kunnen aanzienlijk zijn, brug- en sluisgelden (indien geheven) verschillen van plaats tot plaats. Verbeteringen en veranderingen voltrekken zich echter niet vanzelf. In de allereerste plaats is het nodig, dat de betrokkenen (en dat zijn alle beheerders) zich bewust worden van het totale product dat geleverd wordt, hun bijdrage daarin en een perspectief op verbetering. Ontwikkeling van een gemeenschappelijke en realistische visie op de toekomst van de bediening in het basistoervaartnet is daarom vereist. In het kader van de opstelling van een nieuwe Beleidsvisie Recreatietoervaart in Nederland (BRTN) is door de Stichting Recreatietoervaart Nederland (SRN) aan Rijkswaterstaat (RWS) gevraagd om een project "bediening bruggen en sluizen" te realiseren. De resultaten daarvan zijn input voor de nieuwe BRTN. Als fase 1 van het project is een inventarisatie uitgevoerd onder beheerders. Dit gedeelte van het project is uitgevoerd in het voorjaar van 1999. De resultaten zijn neergelegd in twee documenten: - 1. Visie en hoe deze te realiseren (apart uitgegeven) II. Onderbouwing van de visie van beheerders (dit rapport) Circa 75 van de in totaal 200 beheerders die betrokken zijn bij het BRTN-vaarwegennet hebben bijgedragen aan dit deel van het project. Dit is bijna 40%. Uit de opmerkingen in de discussiebijeenkomsten mag worden afgeleid, dat er geen enkele reden is om aan te nemen dat de niet verschenen beheerders er fundamenteel anders over zouden denken. Het beeld is dus representatief. Deel I, "Visie en hoe deze te realiseren", is aangeboden door de uitvoerders van het onderzoek (Terp Advies en Rijnconsult) aan de directe opdrachtgever, de Adviesdienst Verkeer en Vervoer van RWS, die zorgt voor terugkoppeling naar de BRTN-organisatie. Gelet op het belang van de problematiek, de velen die in het land bij het project betrokken geweest zijn en de waargenomen belangstelling, is ervoor gekozen dat deel breed te verspreiden. Het is aan alle beheerders toegezonden. Het voorliggende rapport, de onderbouwing, bevat in meer detail de resultaten van de inventarisatie. Nadere informatie wordt graag verstrekt door RWS/AW, dhr. H.J.P.M. Zoontjens (tel. 010-282 5861) en dhr. P. de Ridder (tel. 010-282 5873). ©TA/99027 -1- RWS/AW proj.code HUN 98.006 2. Werkwijze De twee doelstellingen van het project zijn: inventarisatie van situaties, meningen en gevoelens in "het veld" het creëren van een voedingsbodem voor een gemeenschappelijke visie. Om deze doelen te bereiken is gekozen voor een aanpak bestaande uit: een voorbereidingsbijeenkomst met sleutelpersonen uit het veld (op persoonlijke titel) vijf workshops, verspreid over het land twee plenaire bijeenkomsten, in Rotterdam en Zwolle. voorbereiding 5 workshop 5 met beheerders 1 1 12 april 14 april 19 april 22 april Akersloot Joure Dordrecht Zwolle J 28 april Amersfoort verwerking resultaten 1 l M * 9 juni plenaire biieenkomst Zwolle * 4 juni plenaire bi|eenkomsr Rotterdam 1 eindrapport: - deel II ©TA/99027 -2- RWS/AVV proj.code HUN 98.006 De voorbereidingsbijeenkomst is gebruikt om de vraagstelling om te werken tot bediscussieerbare stellingen die aan de beheerders zijn voorgelegd. Dit laatste heeft plaatsgevonden op de vijf workshops, waarvoor alle bij RWS bekende beheerders van bruggen en sluizen (op het BRTN-net en aangrenzende vaarwegen) zijn uitgenodigd. Voor een lijst van beheerders die - hetzij bij de workshops, hetzij bij de plenaire bijeenkomsten - hebben deelgenomen verwijzen wij naar bijlage 1. De vragen en stellingen waarover de beheerders hun mening gegeven hebben, zijn op de workshops voorgelegd met gebruikmaking van OptionFinder®. Hierbij maken de deelnemers hun mening over stellingen in eerste instantie kenbaar via een stemkastje dat het best vergeleken kan worden met de afstandsbediening van een tv. Het resultaat wordt onmiddellijk zichtbaar op een scherm, zodat de deelnemers naast hun eigen mening ook het groepsresultaat zien. Daarna kan over het resultaat onmiddellijk discussie plaatsvinden. In een enkel geval heeft dit ook geleid tot het toevoegen van vragen. Het ging in dit project uitdrukkelijk om de mening van beheerders. Bij diverse van de bijeenkomsten is naar voren gebracht, dat ook de mening van de gebruikers van belang is. Dit belang wordt wel degelijk onderkend; in de vervolgfasen zal de visie van de gebruikers dan ook goed doorklinken. Niettemin is in deze fase gekozen voor de beheerders, omdat zij de veranderingen zullen moeten dragen. Wanneer zou blijken, dat nut en noodzaak van verandering van de bedieningssituatie niet leven in de kring van beheerders zijn veranderingen in elk geval moeilijker te realiseren, ook al zouden gebruikers er radicaal anders over denken. De resultaten van de workshops zijn vervolgens gepresenteerd op twee landelijke bijeenkomsten. Hiervoor zijn opnieuw alle beheerders uitgenodigd, zowel formeel op bestuurlijk niveau als individueel bij eerdere deelnemers aan de workshops. Op deze plenaire bijeenkomsten is vervolgens in regionaal samengestelde groepen gediscussieerd over de verdere concretisering van de visie. Aan de workshops hebben in totaal 110 personen van 75 verschillende beheerders deelgenomen. Bij de 2 plenaire bijeenkomsten waren tezamen bijna 60 personen van circa 40 verschillende beheerders aanwezig. Het navolgende hoofdstuk bevat een verslag van de voornaamste resultaten van de workshops. De resultaten van de plenaire bijeenkomsten zijn met name verwerkt in deel I van deze rapportage. Een volledig overzicht van de antwoorden per vraag is verkrijgbaar bij RWS/AW 1 . H.J.P.M. Zoontjens (tel. 010-2825861) of P. de Ridder (tel. 010-2825873) ©TA/99027 -3- RWS/AW proj.code HUN 98.006 3. Resultaten uit workshops en landelijke bijeenkomsten 3.1 De deelnemers Voor de 5 workshops waren 201 organisaties uitgenodigd. Van hen heeft 37% (75 organisaties) deelgenomen. Doordat ruim gebruik gemaakt is van de mogelijkheid met meer personen van één organisatie te komen, bedroeg het totaal aantal deelnemers 114. Het grootst in aantal waren de gemeentelijke vertegenwoordigers: ruim 50. Doordat ook de gemeenten verreweg de grootste groep uitgenodigde beheerders vormden, is het opkomstpercentage van gemeenten onder het gemiddelde (28%). De provincies waren vrijwel voltallig vertegenwoordigd. In illustratie 3.1 is een overzicht gegeven van de deelnemers aan de workshops. Bij vertegenwoordigers van het Rijk gaat het vrijwel uitsluitend om regionale directies van Rijkswaterstaat. Illustratie 3.1 Deelnemers aan de workshops, naar herkomst: aantallen en opkomstpercentage deelnemers workshops naar herkomst Riik Provincie üemeente Waterschappen Overige 80 60 r 100 aantal (deelnemers), resp. % (opkomst) ! • opkomstpercentage ~ vertegenwoordigd aantal | Binnen de groep beheerders die deelgenomen hebben aan de workshops waren "grote" en "kleine" vertegenwoordigd, waarbij "groot" en "klein" zowel gemeten kan worden in aantallen beheerde objecten als in scheepspassages per jaar. In de illustraties 3.2 en 3.3 (volgende pagina) zijn overzichten opgenomen. Geconstateerd mag worden, dat onder de beheerders die in het project hebben deelgenomen alle typen beheerders vertegenwoordigd waren. Het aantal deelnemers aan de twee plenaire bijeenkomsten bedroeg 58, afkomstig van 41 verschillende organisaties. ©TA/99027 4- RWS/AVV proj.code HUN 98.006 Illustratie 3.2 Deelnemers naar grootteklasse, gemeten naar aantallen passages/jaar deelnemers naar aantal passages Minder dan 5.000 5.000 tot 20.000 20.000 tot 50.000 50.000 tot 100.000 Meer dan 100.000 Onbekend 10 15 20 25 30 aantallen Illustratie 3.3 Deelnemers naar grootteklasse, gemeten naar aantallen beheerde objecten (= beweegbare bruggen en sluizen) deelnemers naar aantal nbiecten 10 of meei Onbekend/n.v.t 0 ©TA/99027 10 / 60 RWS/AW proj.code HIIN 98.006 3.2 Veranderingen gewenst en nodig Nut en noodzaak voor veranderingen in de bedieningssituatie leven in brede kring (van beheerders). Ongeveer 60% van de deelnemende beheerders2 is van mening, dat een wezenlijke verbetering van de bediening mogelijk is (zie illustratie 3.4). Daarbij treden slechts kleine verschillen op tussen verbetering voor de beroepsvaart en de recreatievaart. Circa 12% ziet geen mogelijkheden tot verbetering. Illustratie 3.4 Mening van de beheerders over verbeteringsmogelijkheden in het algemeen Wezenlijke verbetering van bediening is mogelijk Nee Neutraal Ja 0 4O 20 60 8O % • Recreatievaart • Beroepsvaartj Ook de noodzaak tot verandering van de bediening wordt aangegeven door circa 55% van de deelnemende beheerders (zie illustratie 3.5, volgende pagina). Bij de discussie over veranderingen is ook een tijdaspect van belang. Zo zijn in Friesland niet lang geleden meerjarenafspraken gemaakt over uniformering van de bediening. Gelet op deze afspraken zou verandering op korte termijn ongewenst zijn (om afspraken niet overhoop te halen), maar op langere termijn wellicht juist wel aan de orde (heroverweging, bijstelling of aanscherping). Bij de discussie over nut en noodzaak tot veranderingen doen zich geen opmerkelijke verschillen voor tussen "grote" en "kleine" beheerders of beheerders uit de kring van Rijk, provincies, gemeenten of waterschappen. 1 Waar hier over beheerders of deelnemende beheerders wordt gesproken, is altijd uitgegaan van het aantal personen bij de workshops. Zoals aangegeven is het aantal deelnemers groter dan het aantal organisaties. Alle percentages zijn berekend ten opzichte van het aantal personen. ©TA/99027 •6- RWS/A VV proj.code HUN 98.006 Illustratie 3.5 Mening van de beheerders over de noodzaak tot verandering van de bediening van bruggen en sluizen in het algemeen Verandering in bediening is nodig Nee _ Misschien ______3_1 '"• " Ja 10 3.3 30 20 40 50 60 Knelpunten Twee knelpunten met betrekking tot de bediening springen eruit bij beheerders: prioritering van verkeersstromen en veiligheid. Het eerste betreft de afweging tussen de prioriteiten van verkeer te water en kruisend wegverkeer. Voor 80% van de beheerders vormt dit een knelpunt. Suggesties voor oplossingen die gedaan zijn, betreffen bijvoorbeeld een regionale (provinciale) rangordening van alle wegen en vaarwegen en een daarop gebaseerde prioriteitstelling bij de kruisingen. Op deze wijze kan een min of meer objectief en regionaal dekkend systeem opgezet worden. Maar ook andere oplossingen zijn denkbaar. Voorkomen moet in elk geval worden, dat de afwegingsproblematiek telkens weer op de schouders van individuele brugwachters wordt gelegd. Gezien de aard van de problematiek en het algemene gevoelen, ligt het voor de hand, dat initiatieven worden ondernomen om systemen, richtlijnen of andere hulpmiddelen te ontwikkelen waarop beheerders een beroep kunnen doen. Een overzicht van ervaren knelpunten is weergegeven in illustratie 3.6 (volgende pagina). Opmerkelijk is, dat beheerders van mening zijn, dat voor de recreatievaart wachttijden geen groot knelpunt vormen. ©TA/99027 -7- RWS/AW proj.code HI1N 98.006 Illustratie 3.6 Mening van de beheerders over de rol die bepaalde knelpunten spelen bij de bediening van bruggen en sluizen Mate waarin knelpunten ervaren wordi Prioritering voor beheerder Veiligheid voor recreatieen beroepsvaart Verkeerde openingstijden voor beroepsvaart Veiligheid voor kruisend verkeer Wachttijden voor beroepsvaart Congestiegevoel voor recreatievaart Sociale veiligheid voor beheerder _ _ _ _ ! Onbemand laten voor beheerder Verkeerde openingstijden voor recreatievaart Diversiteit in passagegeld voor recreatievaart Congestiegevoel voor beroepsvaart Wachttijden voor recreatievaart -60 -40 -20 0 20 40 60 80 100 B eens Doneens ©TA/99027 RWS/AW proj.code HIIN 98.006 3.4 Oplossingsrichtingen algemeen Een kwart van de beheerders geeft technische oplossingen en samenwerking een grote kans van slagen bij de oplossing van knelpunten. Meer dan 60% geeft samenwerking daarnaast een redelijke kans van slagen. Voor techniek ligt dit wat lager (40%). Alles bij elkaar genomen, mag geconcludeerd worden, dat samenwerkingsvormen een hoge prioriteit hebben bij het zoeken van oplossingen, en dat daarnaast ook naar technische oplossingen gekeken zal moeten worden. Illustratie 3.7 De mening van beheerders over de kansrijkheid van bepaalde oplossingsrichtingen kansrijkheid van oplossingsrichtingen weinig kans van slagen neutraal redelijke kans van slagen grote kans van slagen onbekend O I • samenwerking O techniek 3.5 Organisatorische oplossingen De belangrijkste organisatorische acties die bijdragen tot oplossing van knelpunten in de bediening zijn periodiek overleg tussen beheerders en aansluiüng van kleinere beheerders bij grote. Van de beheerders vindt 80% dat periodiek overleg een aantrekkelijk middel is en 75% acht dit ook redelijk tot goed realiseerbaar. Daarmee is dit van de samenwerkingsopties verreweg de belangrijkste. Overigens vindt in sommige regio's dit overleg reeds plaats. Een tweede samenwerkingsmaatregel die steun heeft van beheerders en als een realistische optie gezien wordt, is aansluiting van kleinere beheerders bij grotere waarbij de laatste als trekkers optreden in hun regio. Over de aansluiting van'kleine bij grote beheerders zijn geen opmerkelijke verschillen te constateren tussen kleine en grote beheerders als hierover hun mening gevraagd wordt. Regionale samenwerking heeft duidelijk de voorkeur. ©TA/99027 9- RWS/A VV proj.code HUN 98.006 Bredere vormen van samenwerking, een nationaal opererende beleidsorganisatie bijvoorbeeld worden sterk afgewezen. Het meest uitgesproken zijn de beheerders op de punten privatisering en landelijke uitvoeringsorganisatie van de bediening: zowel de aantrekkelijkheid als de realiseerbaarheid ervan worden bijzonder laag ingeschat. Illustratie 3.8 De best realiseerbare samenwerkingsvormen tussen beheerders ___••i periodiek overleg •|§f§§§§|||l kleine bij grote I zeer aantrekkelijk ___üülüpF B enigszins aantrekkelijk één organisatie per gebied 0 50 100 % Tenslotte zijn in illustratie 3.9 alle voorgestelde samenwerkingsvormen tussen beheerders weergegeven, waarbij de aantrekkelijkheid is uitgezet tegen de realiseerbaarheid. De maatregelen zijn daarbij op een 5-puntsschaal uitgezet, oplopend van 1 (zeer onaantrekkelijk, respectievelijk slecht realiseerbaar) tot 5 (zeer aantrekkelijk, respectievelijk goed realiseerbaar). Het is duidelijk, dat de meest aantrekkelijke opties ook door de beheerders als de meest realiseerbare worden aangemerkt. ©TA/99027 •10- RWS/AVV proj.code HIIN 98.006 Illustratie 3.9 Aantrekkelijkheid en realiseerbaarheid van samenwerkingsopties 4.5 F srio<_ek over e g 4.0 aveling bed entdien 3.5 voorbeeldve on 9 wheerders bij grote modelconvenan ofgfx T gebied — •_ 3.0 s gemeensc ï. regelingen £ 2.5 privatis sring uitruil bedienen andere t|aken 2.0 Ibxjelijke uitvoert lkrdslijke beleidsor janisatie 1.5 1.5 3.6 2.0 2.5 3.0 3.5 aantrekkelijkheid 4.0 4.5 Technische oplossingen Verreweg de belangrijkste technische verbetering die op bedieningsgebied wordt ervaren is concentratie van bediening in kleine centrales. Deze optie is zowel aantrekkelijk als realiseerbaar. Alleen de optie om bruggen te verhogen scoort hoger op aantrekkelijkheid, maar de beheerders geven daarbij onmiddellijk te kennen, dat deze optie niet gemakkelijk realiseerbaar zal zijn. Automatisering en vooral zelfbediening scoren laag. Vooral het argument van aansprakelijkheid wordt daarbij genoemd als negatief. Overigens is in de discussie op de plenaire bijeenkomsten naar voren gebracht, dat in bepaalde situaties zelfbediening wel degelijk kan worden overwogen. ©TA/99027 -11- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Illustratie 3.10 Aantrekkelijkheid en realiseerbaarheid van technische oplossingen 4.5 4.0 _ I kleine ce rtrales • 3.5 grot e centrales • 'S 3.0 zelfbedie ling ; • 2.5 • automa isering bedi< aiing 2.0 hogere b uggen 1.5 1.5 2.0 2.5 3.0 3.5 aantrekkelijkheid 4.0 4.5 Belangrijke extra voordelen voor centrale bediening zijn één aanspreekpunt voor gebruikers (in plaats van per object). Secundaire argumenten zijn de mogelijkheid het systeem 24 uur per etmaal operationeel te hebben en verbetering van dienstverlening voor derden (hulpdiensten, maar ook stedelijk openbaar vervoer werd daarbij genoemd), zie illustratie 3.11 (volgende pagina). 3.7 Voorkeuren voor bedieningsregimes Uniformering van bedieningstijden wordt door vrijwel alle beheerders aanbevolen als oplossing voor knelpunten. Slechts 10% vindt het "misschien" een oplossing en slechts één beheerder ziet er niets in. Onderbreking van de bediening gedurende de dagperiode wordt door ruim de helft van de beheerders afgewezen. Uniformiteit van bediening over het gehele etmaal heeft daarentegen geen prioriteit in grote meerderheid menen de beheerders dat het bieden van 24-uursbeschikbaarheid geen bijdrage levert aan verbetering van de bediening (of het oplossen van knelpunten). ©TA/99027 -12- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Illustratie 3.11 Argumenten die pleiten voor meer centrale bediening belang van argumenten voor centrale bedienin . . , . 1 . . . één aanspreekpunt voor gebruiker afstemming vraag/aanb •!•: •'::':• meer taakinhoud personeel i - :•:•••:•:::::::::•:•:• \ isi.islsi •:•:;: J 24 uur in de lucht | •i.;:i [,,, ::«:: •:•:•:• ••:i: HHïi^l :jij:i:5:;:j:j:j betere werkomstandighe WW SS service voor derde y 0 10 20 30 40 50 60 70 I % zeer belangrijkd % belangrijk Illustratie 3.12 Mening van beheerders over opties van het bedieningsregime als oplossing voor knelpunten bedieningsregime als oplossing uniforme bed.tijd per gebied geen onderbreking op de dag landelijk uniforme bed. tijd. geen verschil per dag geen verschil per seizoen geen verschil dag/nacht -80 -60 -40 -20 0 20 40 60 80 100 • ja O nee ©TA/99027 -13- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 3.8 Financiële aspecten Eventuele meerkosten die samenhangen met (verdere) verbetering van de brug- en sluisbediening zouden in de allereerste plaats gefinancierd moeten worden uit nationale middelen. In feite geven de beheerders in hun voorkeur de methode aan: ten laste van het Rijk (meer dan 50% vindt dat de juiste wijze) en geheven bij de gebruikers van de vaarweg via een landelijke heffing. Heffing van een bijdrage op/bij de objecten wordt sterk afgewezen. Beheerders zien hun primaire taak duidelijk als bedienen van objecten en niet als innen van bijdragen. Illustratie 3.13 Mogelijke financieringsbronnen ,_ ' | . ."" !' ' . . [ . . . • • .| . | . .. _1_ÜZ —,— r —,—| _ _ _ _ , __j 1 Ten laste Rijk Ten laste provincies kosten irit-onderhandelea ;i;:; : i : i :':•:•:•:•:•:::•:•:•:::•:•:;:::: Via landelijke heffing gebruikers ^_J_ a^^^^^^^^^^^^^^l . . . . | . . . / . . . ' . . ' . 1 . l l'l • f f dl 1' _ Kosten voor beheerder — _ _j Verfijning gemeentefonds Relateren directe opbrengsten Via toeristenbelasting Gebruikers betalen per passage EF__ • <"• '!!i!= '!= Via recreatieschap Uitruil/vergoeding diensten Relateren indirecte opbrengsten (| 10 20 30 40 • aan te bevelen ©TA/99027 -14- 50 60 70 80 • te overwegen RWS/AW proj.code HIIN 98.006 90 % 3.9 Personele aspecten Veranderingen en verbeteringen in het bedieningssysteem in Nederland kunnen gevolgen hebben voor het personeel dat belast is met de bediening. Aan de beheerders is hun mening gevraagd over een aantal uitgangspunten die een rol zouden moeten spelen bij personele aspecten. De drie belangrijkste die naar voren komen zijn: normering van de bedieningsbekwaamheid de plicht van de overheid te zorgen voor een zinvolle taakinhoud geen achteruitgang in arbeidsvoorwaarden (bij reorganisatie). Neventaken van bedienend personeel (hetzij uit financiële overwegingen, hetzij ten behoeve van een aanvulling op de taakinhoud, hetzij om een andere reden) worden sterk afgewezen. Neventaken die geen relatie hebben met het bedienen zijn zeker niet aan de orde, maar ook zwak-gerelateerde neventaken als toezicht, monitoring en beveiliging worden door de beheerders afgewezen. Detachering daarentegen is een optie die zeker te overwegen is. Dit ligt in lijn met de opties die al bij de organisatorische samenwerking genoemd zijn. Illustratie 3.14 De mening van beheerders over aspecten die verband houden met personeel en arbeid ender«ehri|vlng stellingen arbeid Bedieningsbekwaamheid normen Overheidpiichl zinvolle laak Arbeidsvoorw. niet achteruit Registratie automatiseren Natuurlijk verloop is uitgangspunt Sociale veiligheid Is belangrijke nevenl' Detachering is mogelijkheid Zwak-gelieerde neventdcen mogelijk Uitbesteding is mogelijkheid Overige neventaken mogelijk Neventaak registratie verminderen • zeer mee een B mee eens ©TA/99027 -15- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 3.10 Initiatiefnemer De beheerders zijn zeer uitgesproken als het gaat om de vraag wie het initiatief zou moeten nemen bij de verwezenlijking van verbetering van brug- en sluisbediening: provincies en Rijkswaterstaat. In illustratie 3.15 is dit aangegeven. Hierbij moet bedacht worden, dat het grootste aantal deelnemers aan de bijeenkomsten afkomstig was van gemeenten. Zij hebben dus in belangrijke mate mede hun stempel op deze uitkomst gedrukt. De provinciale beheerders geven de voorkeur wat meer aan provincies als initiatiefnemer, gevolgd door nieuwe regionale organisaties. Beheerders uit de kringen van RWS zien RWS daarentegen wat meer het initiatief nemen (zie ook illustratie 3.16) . De overall conclusie kan echter niet anders zijn, dan dat RWS en de provincies, mogelijk in samenwerking met het IPO, regionaal tot afspraken komen over de trekkersrol. Dit kan van gebied tot gebied verschillen. De nieuwe regionale organisaties, zoals die door de beheerders als derde genoemd worden, na provincies en RWS, hoeven niet in strijd te zijn met het voorgaande. Immers, het zou heel goed kunnen zijn, dat op initiatief van de eerstgenoemden besloten wordt tot het opzetten van een nieuwe regionale organisatie. Illustratie 3.15 Aangewezen initiatiefnemer aangewezen initiatiefnemer Provincies RWS Nieuwe regionale organisaties Geen (= laten zoals het is) Een andere organisatie of organisaties Een nieuwe landelijke organisatie Interprovinciaal overleg BRTN VNG Unie van Waterschappen onbekend 40 50 60 % I Ie keus ©TA/99027 -16- E 2e keus • 3e keus RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Illustratie 3.16 Aangewezen initiatiefnemer naar herkomst deelnemer (in %, Ie keus +2e keus + 3e keus samengenomen) Vertegenwoordigers van *) Alle deelnemers Initiatiefnemer moet zijn: Provincies RWS Nieuwe regionale organisaties Geen (= laten zoals het is) Een nieuwe landelijke organisatie Een andere organisatie of organisaties Interprovinciaal overleg BRTN VNG Unie van Waterschappen 59 50 43 35 31 31 22 13 11 5 Gemeenten 63 43 41 41 24 24 25 12 18 10 Provincies Rijk 77 39 52 23 35 45 19 6 3 0 26 84 47 47 47 26 11 11 0 0 Waterschappen 80 80 20 20 0 40 20 20 0 20 bijvoorbeeld: 63% van de gemeentelijke beheerders noemde de provincie als Ie keus of als 2e keus of als 3e keus; 37% van de gemeentelijke beheerders noemde de provincie dus niet (want er kon slechts een Ie, 2e of 3e keus worden aangegeven) ©TA/99027 -17- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Overig 20 40 20 20 40 20 40 60 40 0 Bijlage 1: Beheerders van bruggen en sluizen in Nederland (aangeschreven organisaties) Beheerders die deelgenomen hebben aan één of meer bijeenkomsten in het kader van dit project zijn gemarkeerd met • • • Centraal Nautisch Beheer Consulentschap NME Friesland Domeinen Gemeente 's-Gravenhage Gemeente 's-Hertogenbosch Gemeente Abcoude Gemeente Alkemade Gemeente Alkmaar Gemeente Almelo Gemeente Almere Gemeente Alphen aan den Rijn Gemeente Amersfoort Gemeente Amsterdam Gemeente Anna Paulowna Gemeente Appingedam Gemeente Assen Gemeente Bedum Gemeente Bellingwedde Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Boarnsterhim Gemeente Bodegraven Gemeente Bolsward Gemeente Brederwiede Gemeente Breukelen Gemeente Brielle Gemeente Coevorden Gemeente De Ronde Venen Gemeente Delft Gemeente Delfzijl Gemeente Den Ham Gemeente Den Helder Gemeente Deventer Gemeente Diemen Gemeente Doetinchem Gemeente Dongeradeel Gemeente Dordrecht Gemeente Dronten Gemeente Edam-Volendam Gemeente Emmen Gemeente Enkhuizen Gemeente Ferwerderadeel Gemeente Gaasterlan-Sleat Gemeente Gendringen Gemeente Goes ©TA/99027 • • • • • • • • • • • • • • • • -bl.1- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 • •7 . . . • 1 •• '. . • ©TA/99027 • • • • ' ' - . " Gemeente Gorinchem ^ Gemeente Gouda «^ Gemeente Groningen */ Gemeente Haarlem */ Gemeente Haarlemmermeer Gemeente Hardenberg Gemeente Harderwijk Gemeente Haren Gemeente Harlingen */ Gemeente Harmelen Gemeente Hasselt Gemeente Heerenveen Gemeente Hellevoetsluis Gemeente Helmond Gemeente Hillegom Gemeente Hilversum Gemeente Hoogeveen Gemeente Hoogezand-Sappemeer Gemeente Hoom «^ Gemeente Huizen Gemeente IJsselham Gemeente IJsselstein */ Gemeente Jacobswoude Gemeente Kampen f/ Gemeente Katwijk Gemeente KoUumerland en Nieuwkruisland Gemeente Leek t/ Gemeente Leeuwarden */ Gemeente Leiden Gemeente Leiderdorp f' Gemeente Lemsterland */ Gemeente Littenseradiel Gemeente Loenen (U) «^ Gemeente Loppersum Gemeente Maarssen Gemeente Maassluis Gemeente Medemblik 1/ Gemeente Menaldumadeel Gemeente Meppel Gemeente Middelburg 1/ Gemeente Middelharnis Gemeente Middenveld Gemeente Moordrecht Gemeente Naarden Gemeente Nieuwegein Gemeente Nieuwerkerk aan den Ussel Gemeente Nieuwkoop Gemeente Nijefurd Gemeente Nijkerk f/ Gemeente Noordoostpolder */ Gemeente Ooststellingwerf Gemeente Opsterland Gemeente Oss t/ -bl.2- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Gemeente Ouder-Amstel Gemeente Oudewater Gemeente Pekela Gemeente Purmerend Gemeente Reeuwijk Gemeente Reiderland Gemeente Rijnwoude Gemeente Rijswijk Gemeente Roosendaal Gemeente Rotterdam Gemeente Scheemda Gemeente Schiedam Gemeente Schouwen-Duiveland Gemeente Slochteren Gemeente Smallingerland Gemeente Sneek Gemeente Spijkenisse Gemeente Stadskanaal Gemeente Steenwijk Gemeente Ten Boer Gemeente Ter Aar Gemeente Tilburg Gemeente Tytsjerksteradiel Gemeente Uithoorn Gemeente Urk Gemeente Utrecht Gemeente Veendam Gemeente Vlaardingen Gemeente Vlagtwedde Gemeente Vleuten-De Meern Gemeente Vriezenveen Gemeente Waalwijk Gemeente Waterland Gemeente Weert Gemeente Weesp Gemeente Weststellingwerf Gemeente Wieringermeer Gemeente Winschoten Gemeente Winsum Gemeente Woerden Gemeente Wunseradiel Gemeente Wymbritseradiel Gemeente Zaanstad Gemeente Zevenhuizen-Moerkapelle Gemeente Zuidhorn Gemeente Zutphen Gemeente Zwolle Gewest Kop van Noord-Holland Havenbedrijf Rotterdam Havenschap Groningen Seaports Havenschap Moerdijk Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht ©TA/99027 -bl.3- • • • • • • • • • • • RWS/AW proj.code HIIN 98.006 ' • • • " - • " ' • • - " ' • , • " • • • • ' • • • • • • - " : " - • • • : - . • . • ' 1 - - . ' . • ' • Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Hoogheemraadschap Uitw. SI in Holl N-kwartier Hoogheemraadschap van Rijnland • Hoogheemraadschap van Schieland Hoogheemraadschap West-Brabant 7 Meerschap Paterswolde Ministerie van Defensie (Marine) MNWB • NS/Railned • Plassenschap Loosdrecht e.o. • Provincie Drenthe • Provincie Flevoland • Provincie Friesland • Provincie Gelderland Provincie Groningen • Provincie Noord-Brabant • Provincie Noord-Holland • Provincie Overijssel • Provincie Utrecht • • Provincie Zeeland Provincie Zuid-Holland • Recreatieschap Marrekrite • Recreatieschap Rottemeren RWS Dir Dsselmeergebied • RWS Dir Limburg • RWS Dir Noord-Brabant • • RWS Dir Noord-Holland RWS Dir Noord-Nederland • RWS Dir Oost-Nederland • RWS Dir Utrecht RWS Dir Zeeland • RWS Dir Zuid Holland • Stichting Recreatietoervaart Nederland • Waterschap Boarn en Klif Waterschap De Brielse Dijkring Waterschap De Waterlanden • Waterschap Dollardzijlvest Waterschap Eemszijlvest Waterschap Friesland • Waterschap Groot-Haarlemmermeer Waterschap Hollands Kroon Waterschap Noorderzijlvest Waterschap Rijn en Ussel • Waterschap van de Linge Bron: Rijkswaterstaat (Beheerdersbestand) en Terp Advies - • 1 - ©TA/99027 -bl.4- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Bijlage 2: Gehanteerde vragenlijst bij het gebruik van Option Finder® AT GEMENE VRAGEN m.b.t. de GROEPSSAMENSTELLING Tot welke groep behoort u? O O O O O Rijk Provincie Gemeente Waterschappen Overige Hoeveel objecten beheert u? O It/m3 O 4 t/m 9 O 10 of meer Wat is het aantal passages in uw beheergebied (beroeps en recreatievaart)? O O O O O Minder dan 5.000 5.000 tot 20.000 20.000 tot 50.000 50.000 tot 100.000 Meer dan 100.000 URGENTIEGE VOEL( 1) Gezien vanuit de recreatievaarder kan de bediening van bruggen en sluizen in Nederland wezenlijk worden verbeterd. O O O O O Helemaal mee oneens Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens Gezien vanuit de beroepsvaart kan de bediening van bruggen en sluizen in Nederland wezenlijk worden verbeterd. O O O O O Helemaal mee oneens Mee oneens Neutraal Mee eens Helemaal mee eens In welke mate is de ANWB representatief voor de recreatieve gebruiker? 0 O O O O O 0% 20% 40% 60% 80% 100% ©TA/99027 -b2.1- RWS/AVV proj.code HIIN 98.006 In welke mate is de HISWA representatief voor de recreatieve gebruiker? O 0% O O O O O 20% 40% 60% 80% 100% In welke mate is de KNWV representatief voor de recreatievaart? O O O O O O 0% 20% 40% 60% 80% 100% In welke mate is de Schuttevaer representatief voor de beroepsvaart? O 0% O 20% O O O O 40% 60% 80% 100% In welke mate is de BRTN representatief voor de recreatievaart? O O o o o o 0% 20% 40% 60% 80% 100% In de komende jaren moet de bediening veranderen O Ja o o Nee Misschien URGENTIEGEVOEL(2) - Voor recreatievaarders vormen openingstijden die niet passen, een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor beroepsvaarders vormen openingstijden die niet passen, een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor recreatievaarders vormen te lange wachttijden een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor beroepsvaarders vormen te lange wachttijden een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor recreatievaarders vormt het gevoel van congestie een knelpunt dat extra aandacht vraagt ©TA/99027 -b2.2- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Voor beroepsvaarders vormt het gevoel van congestie een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor recreatie- en beroepsvaarders vormt veiligheid op de vaarweg (bij bruggen en sluizen) een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor kruisend wegverkeer vormt veiligheid bij bruggen en sluizen een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor de beheerder vormt prioritering van kruisende verkeersstromen bij bruggen een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor de beheerder vormt handhaving van sociale veiligheid bij bruggen en sluizen een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor de beheerder vormt het onbemand laten van bruggen en sluizen een knelpunt dat extra aandacht vraagt Voor de recreatievaart vormt de diversiteit in brug- en sluisgeld (waaronder ook begrepen het wel of niet heffen) een knelpunt dat extra aandacht vraagt Hierbij voor alle stellingen de volgende antwoordmogelijkheden: O O O O O Helemaal mee oneens De neig naar oneens De weet het niet De neig naar eens Helemaal eens ZOEKRICHTINGEN Hoe perspectiefvol acht u verbetering c.q. vergroting samenwerking tussen betrokken organisaties voor de oplossing van de knelpunten? O O O O O helemaal geen kans van slagen weinig kans van slagen neutraal redelijke kans van slagen grote kans van slagen Hoe perspectiefvol acht u grotere inzet technische mogelijkheden (afstandsbediening, bediening vanuit centrales, automatisch bediende bruggen) voor de oplossing van de knelpunten O O O O O helemaal geen kans van slagen weinig kans van slagen neutraal redelijke kans van slagen grote kans van slagen ©TA/99027 -b2.3- RWS/AVV proj.code HIIN 98.006 OPLOSSINGSRICHTINGEN Samenwerking Periodiek overleg per gebied/route als manier om de samenwerking te bevorderen Voorbeeldverordeningen als manier om de samenwerking te bevorderen Een modelconvenant (met rechten en plichten) als manier om de samenwerking te bevorderen Onderlinge herverkaveling van bedientaken als manier om de samenwerking te bevorderen Onderlinge uitruil van bedientaken en andere taken als manier om de samenwerking te bevorderen Gemeenschappelijke regeling als manier om de samenwerking te bevorderen Eén specifieke organisatie (per gebied) belast met bediening als manier om de samenwerking te bevorderen Eén landelijke overheidsorganisatie belast met het beleid op het gebied van bediening als manier om de samenwerking te bevorderen Eén landelijke overheidsorganisatie belast met uitvoering van bediening als manier om de samenwerking te bevorderen Privatisering van de bediening als manier om de samenwerking te bevorderen Kleinere beheerders sluiten aan bij de grotere, die per gebied als trekker fungeren als manier om de samenwerking te bevorderen Hierbij voor alle onderwerpen de volgende antwoordmogelijkheden: Hoe aantrekkelijk is deze oplossingsrichting? O O O O O Niet aantrekkelijk Neutraal Zeer aantrekkelijk Hoe realiseerbaar is deze oplossingsrichting? O O O O O Zeer slecht realiseerbaar Neutraal Goed realiseerbaar Aansluiting Hoe aantrekkelijk is het voor grote beheerders om kleinere beheerders "mee in huis te nemen"? Hoe aantrekkelijk is het voor kleine beheerders om aan te sluiten bij grote? ©TA/99027 -b2.4- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Hierbij voor alle onderwerpen de volgende antwoordmogelijkheden: O O O O O Niet aantrekkelijk Neutraal Zeer aantrekkelijk Bediening Voor de gebruiker zou een uniforme bedieningstijd per gebied (corridor, route, vaargebied) een belangrijke stap voorwaarts zijn bij het oplossen van knelpunten in de bediening O O O Ja Nee Misschien Voor de gebruiker zou een landelijk uniforme bedieningstijd een belangrijke stap voorwaarts zijn bij het oplossen van knelpunten in de bediening O O O Ja Nee Misschien De beschikbare infrastructuur, dus ook bediende bruggen en sluizen, zou in principe gedurende het gehele jaar beschikbaar moeten zijn (geen bedieningsverschillen per seizoen). O O O Ja Nee Twijfelachtig De beschikbare infrastructuur, dus ook bediende bruggen en sluizen, zou in principe gedurende de gehele week beschikbaar moeten zijn (geen bedieningsverschillen per dag van de week). O O O Ja Nee Twijfelachtig De beschikbare infrastructuur, dus ook bediende bruggen en sluizen, zou in principe gedurende bet gehele etmaal beschikbaar moeten zijn (geen bedieningsverschillen per deel van het etmaal). O Ja O O Nee Twijfelachtig De beschikbare infrastructuur, dus ook bediende bruggen en sluizen, zou in principe gedurende de gehele dagperiode (bijv. 6.00 tot 22.00 of 8.00 tot 20.00) beschikbaar moeten zijn (dus geen onderbreking in de bediening overdag). O O O Ja Nee Twijfelachtig ©TA/99027 -b2.5- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Indien er sprake zou zijn van landelijke of gebiedsgewijze uniforme bedieningstijden, zouden de gebruikers het meest gebaat zijn bij: O O O O O 6.00 uur tot 22.00 uur gedurende het gehele jaar 6.00 uur tot 22.00 uur gedurende het (nader te bepalen) seizoen 8.00 uur tot 20.00 uur gedurende het (nader te bepalen) seizoen 7 x 24 uur gedurende het (nader te bepalen) seizoen handhaving huidige regelingen (in al hun verscheidenheid) Techniek Bediening van enkele objecten (bijvoorbeeld 2 tot 5 op één route) vanuit één centrale als technische oplossing van de knelpunten Bediening van vele objecten (minstens 6 en niet noodzakelijk op één route) vanuit één centrale als technische oplossing van de knelpunten - • Zelfbediening van beweegbare bruggen door gebruikers als technische oplossing van de knelpunten Volautomatische bediening van beweegbare bruggen (aanbodgestuurd) als technische oplossing van de knelpunten Vermindering aantal noodzakelijke openingen (bij bruggen) door vergroting doorvaarthoogte Hierbij voor alle onderwerpen de volgende antwoordmogelijkheden: Hoe aantrekkelijk is deze oplossingsrichting? O O O O O Niet aantrekkelijk Neutraal Zeer aantrekkelijk Hoe realiseerbaar is deze oplossingsrichting? O O O O O Zeer slecht realiseerbaar Neutraal Goed realiseerbaar Centrale bediening Onderwerpen: De inzet van personeel kan beter afgestemd worden op de vraag naar passages. Tegen minimale personeelskosten kan het bedieningssysteem altijd "in de lucht" gehouden worden Voor gebruikers van de vaarweg ontstaat één aanspreekpunt De beheerders kunnen een hoger serviceniveau leveren voor derden, bijvoorbeeld hulpdiensten De taakinhoud van bedienend personeel wordt zinvoller ©TA/99027 -b2.6- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 De werkomstandigheden van bedienend personeel worden aantrekkelijker door de aanwezigheid van méér personen in een centrale (sociaal element) Vraag In hoeverre vindt u dit een belangrijk argument voor meer centrale bediening? O O O O O Onbelangrijk Enigszins belangrijk Neutraal Belangrijk Zeer belangrijk Bezwaren: Onmogelijkheid om de achterban (= bestuurders) te enthousiasmeren Kostenniveau neemt toe (bij uitbreiding serviceniveau) Toedeling van kosten (investeringen en operationeel) is moeilijk Toedeling directe opbrengsten moeilijk (brug- sluisgeld, havengeld) Toedeling indirecte baten moeilijk, bijv. bestedingen detailhandel, horeca, attractieve woon/vestigingsplaats Afstemproblemen arbeidsvoorwaarden Ingreep in bestaande werkcultuur Toename last voor omwonenden, waaronder verstoring (zondags)rust door uitbreiding vaaruren Toename last voor natuur en milieu door toename verkeersstromen te water Toename hinder voor kruisend weg/spoorverkeer door meer openingen Inpassing reparatie/onderhoudsschema kunstwerken Handhaving sociale veiligheid (bij onbemand zijn van objecten) Juridische aansprakelijkheid beheerder Hierbij voor alle onderwerpen de volgende antwoordmogelijkheden: In welke mate acht u dit bezwaar relevant? O O O O O Niet relevant Weinig relevant Ik weet het niet Relevant Zeer relevant Ondervangen van bezwaren Beheerder object draagt kosten van eventuele verhoging serviceniveau Gebruikers betalen via landelijke regeling Gebruikers betalen per object (passage) Kostenverdeelsleutel uit-onderhandelen Relateren aan directe opbrengsten, bijvoorbeeld per gemeente Relateren aan indirecte opbrengsten, bijvoorbeeld per gemeente (horeca, etc) ©TA/99027 -b2.7- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Toeristenbelasting invoeren of verhogen Verevening via bijv. recreatieschap Uitruil als vergoeding voor andere diensten Verfijning uitkeringen gemeentefonds Ten laste van provincies Ten laste van het Rijk Hierbij steeds de volgende antwoordmogelijkheden: O O O Onacceptabel Te overwegen Aan te bevelen Uitgangspunten arbeidsvoorwaarden: De overheid heeft de plicht te zorgen voor een zinvolle vulling van functies van haar personeel Bij reorganisaties mogen de arbeidsvoorwaarden er niet op achteruitgaan Detachering is zeker te overwegen Bedieningsbekwaamheid zou genormeerd moeten worden Indien bediening op bepaalde uren 'onrendabel' is, kan uitbesteding een goede oplossing zijn Natuurlijk verloop dient uitgangspunt te zijn bij uitvoeringsplannen (bijv. centralisatie) Handhaving sociale veiligheid op en rond de objecten is een belangrijke neventaak van bedienend personeel Een herbezinning (= vermindering van) op de neventaak registratie van scheepvaart is gewenst. Registratie van scheepvaart dient geautomatiseerd te worden Zwak-gelieerde neventaken zijn zeker te overwegen (bijv. video-controle van bedrijventerreinen) Overige neventaken moeten mogelijk zijn (bijv. horeca, detailhandel) Hierbij steeds de volgende antwoordmogelijkheden In welke mate bent u het eens met dit uitgangspunt? O O O O Oneens Neutraal Mee eens Zeer mee eens VERANTWOORDELIJKE PARTLTEN Welke partij zou de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van brug- en sluisbediening op zich moeten nemen? ©TA/99027 -b2.8- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Geef resp. uw eerste, tweede, derde keuze aan: O O O O O O O O O O BRTN RWS VNG Unie van Waterschappen Interprovinciaal overleg Provincies Een andere organisatie of organisaties Nieuwe regionale organisaties Een nieuwe landelijke organisatie Geen (= laten zoals het is) ©TA/99027 -b2.9- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Bijlage 3: Data en locaties workshops en landelijke bijeenkomsten Workshops 12 april 14 april 19 april 22 april 28 april Motel Akersloot te Akersloot Motel Joure te Joure RWS te Dordrecht De Nieuwe Buitensociëteit te Zwolle Terp Advies te Amersfoort Landelijke plenaire bijeenkomsten 4 juni 9 juni ©TA/99027 Congrescentrum Engels te Rotterdam De Nieuwe Buitensociëteit te Zwolle -b3.1- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Bijlage 4: Geconsulteerde sleutelpersonen Dhr. T. Witte Binnenwaterbeheer Amsterdam Dhr. J.F.J. van Amstel Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht Mw. L.M. Bouwmeester Provincie Flevoland Dhr. J.J. Lottgering Provincie Friesland Dhr. J. van Toorenburg RWS, Adviesdienst Verkeer en Vervoer Dhr. G.J.P. Willems RWS, Dienstkring Waterwegen N-Brabant Dhr. N.A.W. van Lamsweerde Stichting Recreatietoervaart Nederland Belangstellende: Dhr. J. Vandecasteele ©TA/99027 Zeekanaal en Watergebonden grondbeheer Vlaanderen -b4.1- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 Bijlage 5: Projectteam Dhr. A. Gaaff Terp Advies Dhr. P.M.J.A. Hanemaaijer Terp Advies Dhr. J.R. van de Kamp Rijnconsult Dhr. P. de Ridder RWS, Adviesdienst Verkeer en Vervoer Dhr. H.J.P.M. Zoontjens RWS, Adviesdienst Verkeer en Vervoer Dhr. C. van Hoof/R. Cromheecke/H.A. Roele Rijnconsult/Option Finder ©TA/99027 -b5.1- RWS/AW proj.code HIIN 98.006 I / V f/
© Copyright 2025 ExpyDoc