e ending de omm w Openbare Jenaplan Basisschool Openbare Jenaplan Basisschool ‘De Ommewending’ Schoolgids 2014-2015 Een woord vooraf Dit is de schoolgids van onze Jenaplan basisschool voor het schooljaar 2014/2015. U vindt hierin informatie over ons onderwijs en over de schoolorganisatie op De Ommewending. De inhoud van deze schoolgids heeft de instemming van de medezeggenschapsraad. De schoolgids wordt jaarlijks of bij inschrijving uitgereikt aan de ouders of verzorgers van leerlingen. Wij raden u aan deze gids goed te bewaren, zodat u hem bij vragen kunt raadplegen. Indien u vragen of opmerkingen heeft t.a.v. deze schoolgids vragen wij u contact op te nemen met de schoolleider. 1 Inhoud pagina Een woord vooraf 1 1. De school 3 2. Waar de school voor staat 4 3. De organisatie van het onderwijs 6 4. De ontwikkeling van het onderwijs in de school 8 5. De zorg voor kinderen 11 6. De teamleden 17 7. De ouders 18 8. Algemene informatie 20 9. Regeling school- en vakantietijden 26 Rekening ouderraad NL21 INGB 0003949773 (vrijwillige ouderbijdrage, excursies, schoolkamp, Sint Nicolaascadeautje groep 1 t/m 5) Gemiddeld aantal kinderen : Aantal teamleden : Bestuur : Identiteit : Schoolomgeving : Uitgave: augustus 2014 2 95 8 Scholengroep OPRON te Stadskanaal Openbare Jenaplan Basisschool Ommelanderwijk / Zuidwending w ending de omm Openbare Jenaplan Basisschool De Ommewending Houtduifstraat 24, 9644 VL Veendam Telefoon: (0598) 615 015 E-mail: [email protected] Website: www.deommewending.nl Twitter:@ommewending Schoolleiding: Catharina Drenth 28 e Samenstelling team en namen en adressen instellingen Openbare Jenaplan Basisschool De School 1 De naam De naam van onze school is door ouders bedacht. De Ommewending is een samenstelling van de woorden Ommelanderwijk en Zuidwending. De schoolbevolking komt zowel uit het dorp Ommelanderwijk als uit het dorp Zuidwending en uit omliggende gemeenten. Het gebouw Het schoolgebouw heeft zeven lokalen waarvan de vier lokalen aan de zuidkant van het gebouw als stamgroeplokaal gebruikt worden. Het lokaal aan de noordkant wordt gebruikt door de peuterspeelzaal en de tussenschoolse opvang. Twee lokalen zijn ingericht als bibliotheek en techniek lokaal. Elke stamgroep heeft een vogelnaam omdat de school in de “vogelbuurt” van het dorp staat. In het midden van de school is een gemeenschappelijke ruimte met diverse werkhoeken, ouderkoffietafel, bibliotheek en podium. Het podium wordt gebruikt tijdens vieringen, weekopeningen en weeksluitingen. Aan de wand in de gemeenschappelijke ruimte hangt de “Feestvogel”, een kunstwerk dat gemaakt is door Marianne van der Veen en een aantal kinderen van onze school. De gemeenschappelijke ruimte grenst tevens aan een kleine patio en de keuken. De patio wordt bewoond door de haan en de kip. De keuken wordt ook door kinderen gebruikt bij kookopdrachten. Verder beschikt het gebouw o.a. over ruimtes voor het team, de schoolleider en de IB’er en een speellokaal voor de kleuters. Bij de hoofdingang hangt een activiteitenprikbord waarvan zowel ouders, (sport) verenigingen, peuterspeelzaal, kindercentrum en school gebruik kunnen maken. In de gang is een doorlopende foto expositie te zien van Eline Frederiks. Aan de voorkant van het gebouw is een kunstwerk aangebracht van Jan Schoffelmeijer. Alle lokalen zijn voorzien van digitale borden en nieuw meubilair (2012). De directe omgeving: Naast de school staat een gymzaal voor kinderen vanaf de middenbouw en ook voor de sportverenigingen. De kleuters hebben een eigen speelplaats voorzien van klim- en klautermateriaal, schommels, zandbak en een schuur voor buitenspelmateriaal. De buitenspeelplaats is volledig omheind door zowel hekken als bosschages en bestaat uit verharde (tegels) en onverharde grond (rubberen tegels en grasveld). De kinderen vanaf de middenbouw beschikken over een grote verharde speelplaats met klim- en klautermateriaal. De ondergrond van het klim– en klautermateriaal is voorzien van rubberen tegels. Ook deze speelplaats is omheind door lage hekken, een fietsenstalling en bosschages. Op het plein staat een kunst– en speelobject in de vorm van een grote en een kleine klomp. Dit kunst- speelobject is gemaakt door Martin den Hollander. Verder staan er banken en een werpclown op het plein. Aangrenzend is een grasveld waar kinderen van de bovenbouw in de pauzes kunnen voetballen. Aan de oostzijde van de school zijn nog twee kleine pleinen voorzien van bloembakken, picknicktafels en een tafeltennistafel. Vlakbij de school ligt het “Lutje Bos”. We maken af en toe gebruik van dit kleine stukje natuur voor een spel of voor natuurlessen. Peuterspeelzaal “de Duiventil” is sinds het voorjaar van 2014 gehuisvest in de school. Peuters en basisschoolkinderen ontmoeten elkaar daardoor regelmatig en zo is het voor de peuters vanzelfsprekend dat ze, als ze 4 jaar zijn, naar het lokaal van “de Mezen” (groep 1-2) doorstromen. 3 Waar de school voor staat 2 Jenaplan in ons land In ons land ontdekte Suus Freudenthal-Lutter (19081986) het Jenaplan van Petersen. Zij was als internationaal secretaris actief in de Werkgemeenschap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs, waarvan Kees Boeke toen voorzitter was. Als moeder was zij teleurgesteld in het onderwijs aan haar kinderen. In het Jena-plan van Petersen ontdekte zij de school waar zij al lang naar op zoek was. In 1968 werd de Stichting Jenaplan opgericht. De eerste Jenaplanschool in ons land dateerde van 1962. Het aantal scholen groeide snel. Openbaar Onderwijs Openbaar basisonderwijs wil zeggen dat onze school toegankelijk is voor alle leerlingen, ongeacht hun godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging. 4 Basisonderwijs Wij zijn een basisschool en moeten volgens de wet voor het basisonderwijs aan de volgende beschrijving voldoen: • De school is bestemd voor kinderen vanaf de leeftijd van vier jaar. • De school is zo georganiseerd, dat de kinderen in beginsel binnen een tijdvak van acht aaneensluitende jaren de school kunnen doorlopen. • De school is zo georganiseerd, dat de kinderen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen. • De school is afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen. • De school gaat er van uit dat de kinderen opgroeien in een multiculturele samenleving. De school heeft een belangrijke functie te vervullen in het bij de kinderen kweken van begrip voor culturele minderheden en hen inzicht te laten krijgen in levensomstandigheden, sociale en culturele achtergronden. • De school draagt bij aan de ontwikkeling van kinderen met aandacht voor levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. • De school geeft onderwijs met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. De naam Jenaplanschool Onze school heeft een meerwaarde: het is een openbare Jenaplan basisschool. In ons land zijn ruim 220 Jenaplanscholen, aangesloten bij de Nederlandse Jenaplanvereniging (NJPV) met ongeveer 45.000 kinderen. De meeste daarvan zijn basisscholen. Er horen ook 11 scholen voor voortgezet onderwijs bij. De schoolleden van de NJPV hebben alle dezelfde basisprincipes Jenaplan aanvaard als kader voor ontwikkeling van hun school en in hun schoolplan opgenomen. De Jenaplanscholen vormen een onderdeel van de samenwerkende bewegingen van de vernieuwingsscholen Montessori, Vrije School, Dalton en Freinet en anderen georganiseerd in de Samenwerkende Organisaties voor Vernieuwingsonderwijs (SOVO). Deze samenwerking tussen de vernieuwingsrichtingen wordt steeds intensiever, onder de noemer: De pedagogische school. De naam Jenaplanschool is, aan het begin van de twintigste eeuw, bedacht door enkele Amerikaanse deelnemers aan een internationaal pedagogisch congres. Daar stelde professor Peter Petersen (1884-1952) uit Jena de aan de universiteit verbonden experimenteer- en oefenschool voor. Deze school van Petersen werd Jenaplanschool genoemd. Wat is Jenaplan Een Jenaplanschool is een gemeenschap die kinderen, leraren en ouders omvat. Groepsleiders zijn er professionele opvoeders (De groepsleiders op onze school zijn in het bezit van het Jenaplandiploma of studeren daarvoor). Ouders hebben een deel van de opvoeding van hun kinderen aan de school overgedragen, maar ze spelen in het onderwijs op allerlei niveaus een belangrijke rol. Kinderen leren veel in een Jenaplanschool. Ze doen dat door deel te nemen aan de zogenaamde basisactiviteiten, spreken, spelen, werken en vieren. De school gaat er vanuit dat kinderen heel verschillend zijn. Dat wordt niet gezien als hinderlijk, integendeel. Kinderen kunnen veel van elkaar leren omdat ze verschillen van elkaar. Om die reden worden ze in stamgroepen geplaatst die bestaan uit kinderen van verschillende leeftijden, zoals dat ook in een gezin het geval is. Elke stamgroep heeft een groepsruimte, een zo huiselijk mogelijke omgeving, die samen met de kinderen ingericht is en beheerd wordt. Zo leren ze verantwoordelijk te zijn voor de ruimte, hun ruimte. Respect voor anderen en eerbied voor het leven zijn belangrijke waarden in een Jenaplanschool. Herhaald onderzoek heeft aangetoond dat meetbare leerprestaties van kinderen op een Jenaplanschool op het gebied van lezen, schrijven en rekenen-wiskunde even goed zijn als in andere scholen het geval is: dat is opmerkelijk omdat in Jenaplanscholen zo veel meer gebeurt. De basisprincipes Waarom basisprincipes? Het Jenaplan is een onderwijsconcept. Dat betekent dat theorie en praktijk erin samenkomen. De theorie is het resultaat van nadenken over vier zaken: - In het onderwijs vorm je jonge mensen tot een persoonlijkheid. Wat is dan je gewenste mensbeeld? - In het onderwijs vorm je jonge mensen om hen een goede plek te laten vinden in de maatschappij. Hoe is dan je beeld van een gewenste samenleving en maatschappij? - In het onderwijs voed je jonge mensen op. Wat zijn dan je opvoedingsdoelen? - In het onderwijs geef je onderwijs. Welke doelen, inhouden, middelen en vormen van organisatie gebruik je daar dan bij? De twintig basisprincipes van het Jenaplan doen over alle vier zaken duidelijke uitspraken. Die principes zijn eigenlijk de normen voor het denken en handelen. Die normen hebben twee functies: - Ze geven een gemeenschappelijke basis van waaruit we willen werken. - Ze geven een richting aan voor het denken en handelen: die kant op en probeer dan zo dicht mogelijk het ideaal te benaderen. De basisprincipes zijn als volgt geordend: - Vijf uitspraken over het gewenste mensbeeld; - Vijf uitspraken met wensen over de samenleving; - Tien uitspraken over opvoeding en onderwijs 1. Elke mens is uniek; zo is er maar één. Daarom heeft ieder kind en elke volwassene een onvervangbare waarde. 2. Elke mens heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen. Deze wordt zoveel mogelijk gekenmerkt door: zelfstandigheid, kritische bewustzijn, creativiteit en gerichtheid op de sociale rechtvaardigheid. Daarbij mogen ras, nationaliteit, geslacht, seksuele gerichtheid, sociaal milieu, religie, levensbeschouwing of handicap geen verschil uitmaken. 3. Elk mens heeft voor het ontwikkelen van een eigen identiteit persoonlijke relaties nodig: met andere mensen; met de zintuiglijke waarneembare werkelijkheid. 4. Elk mens wordt steeds als totale persoon erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 5. Elk mens wordt als cultuurdrager en – vernieuwer erkend en waar mogelijk ook zo benaderd en aangesproken. 6. Mensen moeten werken aan een samenleving die ieders unieke en onvervangbare waarde respecteert. 7. Mensen moeten werken aan een samenleving die ruimte en stimulansen biedt voor ieders identiteitsontwikkeling. 8. Mensen moeten werken aan een samenleving waarin rechtvaardig, vreedzaam, en constructief met verschillen en veranderingen wordt omgegaan. 9. Mensen moeten werken aan een samenleving die respectvol en zorgvuldig aarde en wereldruimte beheert. 10. Mensen moeten werken aan een samenleving die de natuurlijke en culturele hulpbronnen in verantwoordelijkheid voor toekomstige generaties gebruikt. 11. De school is een relatief autonome coöperatieve organisatie van betrokkenen. Ze wordt door de maatschappij beïnvloed en heeft er zelf ook invloed op. 12. In de school hebben de volwassenen de taak de voorgaande uitspraken over mens en samenleving tot (ped)agogisch uitgangspunt voor hun handelen te maken. 13. In de school wordt de leerstof zowel ontleend aan de leef- en belevingswereld van de kinderen als aan de cultuurgoederen die in de maatschappij als belangrijke middelen worden beschouwd voor de hier geschetste ontwikkeling van persoon en samenleving. 14. In de school wordt het onderwijs uitgevoerd in pedagogische situaties en met pedagogische middelen. 15. In de school wordt het onderwijs vorm gegeven door een ritmische afwisseling van basisactiviteiten gesprek, spel, werk en viering. 16. In de school vindt overwegend heterogene groepering van kinderen plaats, naar leeftijd en ontwikkelingsniveau, om het leren van en zorgen voor elkaar te stimuleren. 17. In de school worden zelfstandig spelen en leren afgewisseld en aangevuld door gestuurd en begeleid leren. Dit laatste is expliciet gericht op niveauverhoging. In dit alles speelt het initiatief van de kinderen een belangrijke rol. 18. In de school neemt wereldoriëntatie een centrale plaats in met als basiservaren, ontdekken en onderzoeken. 19. In de school vinden gedrag– en prestatiebeoordeling van een kind zoveel mogelijk plaats vanuit de eigen ontwikkelingsgeschiedenis van dat kind en in samenspraak met hem. 20. In de school worden verandering en verbeteringen gezien als een nooit eindigend proces. Dit proces wordt gestuurd door een consequente wisselwerking tussen doen en denken. Meer informatie vindt u op www.jenaplan.nl. 5 De organisatie van het onderwijs Het pedagogisch klimaat moet een sfeer uitoefenen waarin het kind zich veilig kan voelen. Pas als een kind zich veilig voelt gaat het spelen, onderzoeken, leren. Het moet zich geaccepteerd weten en voelen dat het de moeite waard wordt gevonden. Vanuit die geborgenheid durft een kind relaties aan te gaan waaraan en waarin het op kan groeien. Het onderwijs moet een open karakter dragen. Openheid en flexibiliteit houden rekening met de specifieke ervaringen van het kind in zijn situatie. Wij proberen op onze school de klassesituatie zo aan te passen dat het kind al pratend, vraagstellend, huilend, lachend, enz. aan zijn persoonsvorming mag en kan werken. 3 Basisactiviteiten zijn: gesprek, spel, werk en viering Gesprek: dagelijks vinden meerdere kringen plaats, waaronder de openingskring • observatiekring • leeskring • verslagkring • kringgesprekken. Gesprek heeft tot doel het je goed leren uiten in een groep. Je mening kunnen en durven geven. Er wordt gewerkt aan en gesproken over waarden en normen. Spel: kunstzinnige vorming (waaronder: drama, handvaardigheid, muziek en dans) • bewegingsactiviteiten • Lichamelijke oefening Spel is een middel tot het verwerven van zelfvertrouwen en zelfstandigheid waarin creativiteit en flexibiliteit kunnen worden ontwikkeld. Werk: wereldoriëntatie: thema’s en projecten • taalactiviteit n.a.v. wereldoriëntatie, teksten • cursus: rekenen, schrijven, spelling, topografie, verkeer, engels • blokuur: zelfstandig werken Werken is een doelgerichte activiteit. We proberen van werk een pedagogische situatie te maken. (vorming, levensecht, probleem, groepswerk). Werken in een situatie betekent voor kinderen allereerst kennis en vaardigheden verwerven vanuit die situatie zelf. (Wereldoriëntatie). Werk als doel gerichte activiteit vinden we terug in cursussen (b.v. rekenen, spelling). Veel werk vindt in het blokuur plaats. Het gaat erom de schoolwerkelijkheid zo te organiseren dat de kinderen spontaan en zelfstandig kunnen werken. Viering: weekopeningen - weeksluitingen, maandafsluitingen, feesten. Viering heeft een pedagogische waarde. Het vieren moet ergens over gaan dat leeft voor de deelnemers. Elke viering is een serieuze zaak! De vieringen worden door de kinderen voorbereid onder leiding van een van de groepsleiders. De weekopening en weeksluiting vindt plaats in de verschillende bouwgroepen. De maandafsluiting vindt plaats in de gemeenschappelijke ruimte. Ouders zijn welkom bij vieringen. Het programma van de maandafsluiting hangt op diverse plaatsen in de school. Daarop kunt u lezen of uw kind(eren) op het podium staan. De organisatie van de school • Ritmisch weekplan, weekrooster Hierin wisselen de vier basisactiviteiten elkaar in een vast ritme af tijdens de dag en de week. Door deze indeling van tijd ontstaat er een herkenbare regelmaat en structuur waarin kinderen zich thuis voelen. 6 Groeperingsvormen Er zijn verschillende groeperingvormen in onze school: a. Stamgroepen Kinderen maken gedurende de basisschooltijd deel uit van drie verschillende stamgroepen: onderbouw, middenbouw en bovenbouw. De stamgroepen bestaan in principe uit drie verschillende leeftijdsgroepen. De kinderen beleven het eerste jaar als jongste, het tweede jaar als middelste en het laatste jaar als oudste van de stamgroep. Zo ervaren ze drie heel verschillende, waardevolle, sociale posities. Uitzondering kunnen worden gemaakt als er een zwaarwegende reden is om een kind van stamgroep te laten wisselen. Dit kan op grond van bevindingen van zowel de stamgroepsleider, als het kind en de ouder(s). De stamgroepen zien er dit schooljaar als volgt uit: 1 Mezen (0,1,2) - 15 + nieuwe kinderen 2 Merels (3,4,5) - 28 kinderen 3 Uilen (6,7,8) - 20 kinderen 4 Valken (6,7,8) - 20 kinderen b. Tafelgroepen Binnen de stamgroep zijn verschillende tafelgroepen. In elke tafelgroep zijn kinderen van elke leeftijdsgroep en zowel jongens als meisjes vertegenwoordigd. De tafelgroep is van essentieel belang voor hun ontwikkeling. Binnen sociale, emotionele, cognitieve en morele ontwikkeling is coöperatie heel belangrijk. In samenwerkings- en hulprelaties worden kinderen uitgedaagd het beste van zichzelf te geven en verder te ontwikkelen: leren door samenwerken. Elke kwartaal wisselen kinderen van tafelgroep. c. Niveaugroepen Kinderen werken soms in niveaugroepen d.w.z. dat we in enkele gevallen kinderen die op hetzelfde niveau werken bij elkaar plaatsen. Bijvoorbeeld: kinderen die werken in rekenboek 7 kunnen op een bepaald moment samen instructie krijgen en opgaven maken. d. Interesse of keuzegroepen Kinderen kunnen een thema uitwerken als ze dezelfde interesse voor een onderwerp hebben of voor eenzelfde werkvorm kiezen. 7 De ontwikkeling van onderwijs in de school 4 Terugblik 2013-2014 en plannen 2014-2015 Stamgroepouders Elke stamgroep heeft een stamgroepouder. De stamgroepouder helpt de stamgroepleider bij het organiseren van activiteiten en het informeren van andere ouders. Deze vorm van ouderhulp werkte zo goed dat we het komende schooljaar graag opnieuw een oproep in de nieuwsbrief doen voor een stamgroepouder per stamgroep. Bibliotheek: Lezen is leuk! Als eerste school in Nederland startten we in het voorjaar van 2014 de Bibliotheek op school, samen met het project “Lezen is leuk!” Alle kinderen kunnen nu op school uit duizenden actuele boeken kiezen welke boeken ze willen lezen. De boeken mogen ook mee naar huis. Alle kinderen hebben een speciale “Ommewending bibliotheekpas”. De commissaris van de Koning, Max van den Berg verrichtte de officiële openingshandeling: een speciale boekenkast met actuele boeken werd onthuld. Alle kinderen kregen een boekenbon ter waarde van €10,-- waarmee ze direct een mooi boek konden uitkiezen op school. De bibliotheek heeft een aantal bibliothecarissen (kinderen uit de bovenbouw) die “werken” in de bibliotheek. De bibliothecarissen hebben middels een sollicitatiebrief de aanstelling gekregen. Zij zorgen ervoor dat de boeken worden gescand bij het uitlenen en terugbrengen en dragen zorg voor de boekenkasten. Elke pauze is de bibliotheek open en kunnen de boeken worden geruild. Voor de jongste kinderen is er naast de bibliotheek ook nog Boekenpret. Boekenpret wordt geleid door ouders. Lezen is leuk! We verwachten dat de kinderen door deze stimulans veel meer gaan lezen en dat hun woordenschat enorm zal worden uitgebreid. Aan de inzet van de stamgroepleiders, de bibliothecarissen, lezende ouders zal het niet liggen! Lezen is van essentieel belang als het gaat om rekenen en het zich oriënteren in de wereld. Lezen is belangrijk als je wilt leren! Lezen is de sleutel tot begrijpen! Lezen is de sleutel tot leren leven! Ouders en (in) school Zonder ouders, geen kinderen! Ouders zijn de eerste en vaak de beste “leraren” in een kinderleven als het gaat om opvoeden en onderwijs. Het grootste deel van elk etmaal, het grootste deel van de week, de maand, het jaar is een kind thuis, bij de ouders! Ouders zijn een belangrijk voorbeeld voor kinderen! Vooral de tijd tot het vierde levensjaar ziet en leert het kind het meest van de ouders! Wij vinden het daarom ook van groot belang dat ouders meedenken en meedoen in school en thuis. Er is veel dat u kunt doen met uw kind(eren) thuis en in school waardoor uw kind(eren) zich nog beter gaat ontwikkelen! Op school alleen leert het kind niet genoeg. Ook thuis moet leren doorgaan. Als ouders thuis nooit lezen, is het voor school erg moeilijk om een kind ervan te overtuigen dat het moet gaan lezen. De ouders lezen immers ook nooit… Het komende schooljaar gaan we door met het verdiepen van de samenwerking met ouders. We hebben elkaar nodig bij de opvoeding en het onderwijs van uw kind(eren! U zult t.z.t. worden uitgenodigd voor de informatieavonden van de stamgroepen, stamgroepavonden, de zakelijke ouderavond, het lees- en rekencafe, keuzecursussen, ouderraad, medezeggenschapsraad, rapportageavonden, portfoliogesprek, hand – en spandiensten. Op verzoek zal er ook weer een “Parents’ Skills cursus worden gegeven. U leest er t.z.t. over in de nieuwsbrieven. 8 Schoolkamp / schoolreis Het afgelopen schooljaar was het schoolkampthema: “sprookjes”. De kinderen hebben in de voorbereiding van het schoolkamp verschillende sprookjes leren kennen. Ook de eigenschappen van sprookjes zijn uitvoerig aan bod gekomen. Genoten hebben we van de spannende theatervoorstelling op locatie (de Kwartjesberg in Drouwen) door “de twee heren”. I.v.m. de enorme voorbereiding van de feestelijke ouderavond in juni 2014 gaan we in september 2014 een dag op schoolreis i.p.v. op schoolkamp. In september 2015 gaan we weer op schoolkamp. Het schoolkamp zal in de loop van het schooljaar worden georganiseerd door de schoolkampcommissie: stamgroepleiders en ouders. U leest t.z.t. een oproep waarin u zich beschikbaar kunt stellen. De klassenbox Elk jaar proberen de kinderen door ondernemerschap het kleine geldbedrag dat in de klassenkas zit te vergroten om samen iets extra’s te kunnen doen. Zo ging de bovenbouw het afgelopen jaar een extra dagje uit met hun nieuwe stamgroepleiders nadat ze paaseitjes en paasbroden hadden verkocht. Feestelijke ouderavond Eens per drie jaar ( onderbouw, middenbouw, bovenbouw) houden we een grote feestelijke ouderavond in theater van Beresteyn in Veendam. In juni 2014 was het zover. Alle ouders, broers, zussen, opa’s en oma’s kwamen kijken. De ouderraad heeft gezorgd voor sponsoren en de verloting om de kosten te dekken. Het thema was: Griezelen! De kinderen van groep 1 t/m 7 traden voor de pauze op en na de pauze presenteerde “groep 8” hun afscheidsmusical: “De doem van Gunster”. Zelfs Famke, die in november 2013 naar Noorwegen verhuisde, deed mee. Ze oefende met de kinderen van groep 8 via Skype. Voor de kinderen was het weer een geweldige ervaring om op te treden in een echt theater. Keuzecursussen Ook het afgelopen schooljaar konden kinderen weer een aantal weken keuzecursussen volgen. (Oud)Ouders, stamgroepleiders, opa’s en oma’s gaven cursussen in borduren, weven, spinnen, vilten, houtbewerken, textiel verven, muziek, schilderen, techniek, koken, e.d. Het is geweldig dat er ieder jaar weer mensen bereid zijn tot het geven van deze cursussen! We hopen ook het komende schooljaar weer op een groot aanbod van vrijwilligers! Pannenkoekendag In maart deden we weer mee aan de pannenkoekendag. De kinderen bakten op locatie (verzorgingshuis Meander) pannenkoeken voor ouderen. In school werd de gemeenschapsruimte omgetoverd tot restaurant waar ouderen uit de buurt mochten komen eten. Wetenschap en Techniek De zevende en achtstejaars kinderen maakten meerdere keren per jaar gebruik van het technieklokaal in OSG “de Winkler Prins”: “Tech for Fun”. Ze bereiden de technieklessen voor op school en maken de werkstukken in het technieklokaal onder begeleiding van vrijwilligers en de stamgroepleider. Ook het komende schooljaar doen we weer mee! Het lokaal achter in de school, naast de peuterspeelzaal wordt ingericht als techniekruimte. In dit lokaal willen we schilderen, druktechnieken oefenen, tekenen, kleien, e.d. Het materiaal staat altijd klaar voor gebruik. We verwachten dat er daardoor gemakkelijker gebruik van zal worden gemaakt. Schoolbegeleiding: Goede vrije teksten leren schrijven Het afgelopen schooljaar werd het team voor taal en lezen begeleid door Jimke Nicolai van “Bureau Levend Leren”. Het schrijven van vrije teksten stond hoog op de nog “te verbeteren wenslijst”. We zien dat zo langzamerhand zijn vruchten afwerpen. De vrije teksten worden beter, de eisen kunnen omhoog. Waarom moeten kinderen een goede vrije tekst leren schrijven? In een goede vrije tekst wordt taalafspraken en spellingsregels toegepast. Ze worden zinvol. Kinderen leren kritisch naar hun eigen teksten en naar teksten van anderen te kijken. Samen verbeteren ze de stijl, de vervoegingen, de spelling, enz. Zo ontstaan er prachtige vrije teksten, goed van inhoud, vorm, stijl en natuurlijk voorzien van een mooie illustratie. 9 Schoolbegeleiding 2014-2015 Dit schooljaar laten we vooral de nieuwe stamgroepleiders begeleiden door zowel “Bureau Levend leren” als door JAS (Jenaplan Advies en Scholing). Door de wisselingen in het team het afgelopen schooljaar zijn er drie stamgroepleiders “niet Jenaplan gecertificeerd” in onze Jenaplanschool. Zij krijgen daarom begeleiding op locatie en op maat. De wisselingen vonden vooral plaats in de bovenbouw: meester Niels vertrok in november 2013 naar Noorwegen, Meester Roelof werd in november 2013 ernstig ziek., juf Yeliz (middenbouw) ging met zwangerschapsverlof. Nieuwe stamgroepleiders in de bovenbouw van onze school zijn: Niek Poot ( vanaf november 2013), Wouter van Riet (vanaf de voorjaarsvakantie 2014), Roos Bakx (vanaf augustus 2014). Juf Yeliz Sari vertrok per augustus naar de Amerikaschool in Noordbroek. Meester Roelof nam in juli 2014 na ruim 40 dienstjaren, afscheid van onze school en maakte per 1 augustus 2014 gebruik van het flankerend beleid: hij geniet een welverdiend pensioen! Circuit op dinsdagmiddag In de midden en bovenbouw zal er op dinsdagmiddag een circuit worden georganiseerd. Het circuit bestaat uit drie activiteiten van drie kwartier: spel in de gymzaal ( juf Roos), Engels (meester Wouter) of Humanistisch Vormingsonderwijs (vrijwilliger HVO) en Muziek. (juf Anne Lotte) Als de medewerker HVO op de dinsdagmiddag kan komen, verschuift Engels naar een andere uur in het ritmisch weekplan. Ouder tevredenheidenquête en “ het rapport voor de meester en de juf” In het voorjaar van 2014 hebben de kinderen een rapport voor de meester en de juf ingevuld. De stamgroepleiders hebben de uitslagen met de kinderen besproken en zonodig hun verbeterpunten gepresenteerd. De oudertevredenheidsenquete die de MR in overleg met het team in juni 2014 naar alle ouders heeft verzonden is door ongeveer de helft van de ouders ingevuld. Op het moment van het schrijven van de schoolgids kon de uitslag door ziekte nog niet met de medezeggenschapsraad worden besproken. We zullen u daarom zo spoedig mogelijk na die bespreking via de nieuwsbrief informeren. 10 De zorg voor kinderen 5 De aanmelding en inschrijving van nieuwe kinderen op school Afspraak Om uw kind aan te melden voor onze school, belt u even voor een afspraak met de schoolleider. Er vindt dan een kennismakingsgesprek plaats en u kunt de school bekijken. Welke groep? De school bepaalt in welke groep het kind wordt geplaatst. Kunnen alle kinderen geplaatst worden? Bij kinderen die al eerder een andere school bezocht hebben, vragen we de gegevens van de vorige school op om ervoor te zorgen dat de plaatsing van uw kind zo zorgvuldig mogelijk plaatsvindt. Bij toelating van kinderen is het van belang te weten wat de mogelijkheden en de capaciteiten van deze kinderen zijn. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat er een zodanige problematiek bij een kind aanwezig is, dat we eerst moeten kijken of de school in staat is om het kind op een verantwoorde manier te begeleiden. Deze problematiek kan blijken uit onderzoeken of observaties van bepaalde instanties waarmee het kind in aanraking is geweest. Het kind zal dan aangemeld worden bij het Zorgplatform. Vanuit dit platform vindt er dan nader onderzoek plaats om te kijken of dit kind binnen het regulier basisonderwijs geplaatst kan worden. Overstappen naar onze school is alleen mogelijk als u alle basisschoolkinderen uit uw gezin overplaatst. Open Huis In de maanden januari en februari houden alle OPRON-scholen “Open huis”. Voor data ziet u t.z.t. op diverse locaties posters hangen en er staat een advertentie in de plaatselijke kranten. Aanmeldingsprocedure voor vierjarige kinderen: Informatieavond voor ouders van toekomstige kinderen van de Ommewending Aan het begin van ieder schooljaar houden we een informatieavond. Tijdens de avond krijgt u alge-mene informatie over de school maar ook praktische informatie van de groepsleiders en de schoolleider. Tijdens deze avond kunt u ook kennismaken met andere ouders. Intakegesprek De ouders van nieuwe 4-jarige kinderen vragen we om thuis een vragenformulier in te vullen over de ontwikkelingsgeschiedenis van het kind, met het doel om uw kind al vanaf het begin zo goed mogelijk te kunnen begeleiden. Als u dit formulier weer inlevert maken we vervolgens een afspraak voor de definitieve inschrijving op onze school. Gewenningsperiode nieuwe 4-jarige kinderen Uw kind ontvangt ongeveer een maand voordat het 4 jaar wordt een uitnodiging voor drie “wen-momenten”. Als uw kind de uitnodiging heeft gekregen kunt u een afspraak maken met de groepsleider. Op het eerste wen-moment kunt u een afspraak maken met de directeur om uw kind officieel in te schrijven op onze school. Een kleuter van 4 jaar is nog niet leerplichtig en hoeft nog geen hele dagen naar school. Het kan voor het kind prettig zijn om de eerste tijd halve dagen te komen. 11 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Het schoolspecifiek Zorgplan ligt voor alle ouders ter inzage op school. Om de ontwikkeling van de kinderen goed te kunnen volgen gebruiken we op onze school de volgende mappen: Dagplanmap Hierin noteert de leerkracht de lesvoorbereiding voor de volgende dag zodat parttimers en/of invallers weten wat er gedaan moet worden in de groep. De stamgroepmap Van elke stamgroep wordt iedere dag genoteerd wat de kinderen gedaan hebben. In deze map staan ook de bijzonderheden, afspraken, e.d. van de groep. De vorderingenmap In de vorderingenmap wordt de leerlingenadministratie bijgehouden. Hierin wordt ook genoteerd wat de kinderen doen en hoe ze het doen. Om gegevens over vorderingen van kinderen te krijgen worden de kinderen geobserveerd en worden de resultaten van opdrachten genoteerd. Er wordt genoteerd hoe de toetsen (methode afhankelijk en onafhankelijk) worden gemaakt. Na correctie van de toetsen wordt een analyse gemaakt om te kijken wat extra aandacht verdient. Groepsplan/handelingsplan map Uit de analyse van de toetsen blijkt welke kinderen meer of minder leerstof aankunnen en dit wordt weergegeven in een groepsplan. Wanneer het een kind niet lukt met de groep mee te werken wordt (na overleg met de ouders en IB’er) een handelingsplan voor de door te werken leerstof geschreven. Kindbesprekingen/groepsbesprekingen Elke maand is er een zorgvergadering waarin ook individuele kinderen worden besproken. Een paar keer per jaar worden er groepsbesprekingen gehouden. Kindvolgsysteem Ons kindvolgsysteem bestaat uit een dossiermap met gegevens van alle individuele kinderen en is gedigitaliseerd. De observatiegegevens van de peuterspeelzaal maken deel uit van het kindvolgsysteem. In het kindvolgsysteem worden de vorderingen (en wanneer dit nodig is moeilijkheden en oplossingen) vastgelegd. Een dergelijk archief bewijst goede diensten wanneer kinderen worden besproken in het team of wanneer wij de hulp inroepen van instanties buiten de school. U kunt hierbij denken aan een psychologisch of didactisch onderzoek. Dit archief is voor de ouders van het kind ter inzage. De gegevens worden vijf jaar na het verlaten van de school vernietigd. Toetsen Regelmatig worden kinderen getoetst. In de onderbouw is ook vooral het observeren belangrijk. De toetsen die we afnemen zijn zowel methode afhankelijke toetsen als methode onafhankelijke toetsen. Toetsuitslagen zijn privé. Het kan zijn dat kinderen in het achtste leerjaar waarvan we een VMBO uitstroom verwachten worden getoetst op de OSG “Winkler Prins” i.v.m. een mogelijke aanvraag voor leerweg ondersteuning. De landelijke eindtoets van CITO zal het komende schooljaar later dan anders worden afgenomen (april i.p.v. februari). Of wij deze toets nog gaan afnemen staat op dit moment nog ter discussie. Scholen voor vernieuwingsonderwijs ( Jenaplan-, Freinet-, Dalton-, Montessorischolen) onderzoeken op dit moment nog of ze en zo ja welke toets ze komend schooljaar zullen gaan afnemen. Er zijn meerdere mogelijkheden. Ook het plaatsen van kinderen op de school voor voortgezet onderwijs op grond van het leerlingvolgsysteem is een mogelijkheid waarvoor gekozen kan worden. Uiteraard houden we ouders op de hoogte van de ontwikkelingen van de keuze. 12 “Zittenblijven……” “Zittenblijven” kennen wij niet op school. Wanneer wij, in overleg met de ouders, het zinvol achten dat een kind nog een jaar in dezelfde bouw blijft, (b.v. omdat het nog veel moeite heeft met de aangeboden leerstof ) kan het kind een jaar bouwverlenging krijgen. Het kind kan het komende leerjaar verder gaan met de leerstof in eigen tempo en op eigen niveau. Dit kind blijft dan vaak een jaar langer op de basisschool. Wanneer een kind meerbegaafd blijkt te zijn dan kan dat kind in een versneld tempo de leerstof volgen. Het is mogelijk dat dit kind de school een jaar eerder verlaat. Rapportage / Portfolio Wij rapporteren drie keer per jaar: in het najaar, het voorjaar en aan het eind van het schooljaar. Een rapportgesprek met de ouders duurt maximaal 10 minuten. Als er meer tijd nodig mocht zijn, dan kan er een afspraak worden gemaakt buiten de tien-minutengesprekken om. Kinderen werken het hele jaar aan hun eigen portfolio en zullen hun vorderingen samen met de groepsleider bespreken met de ouders. U krijgt t.z.t. een speciale uitnodiging voor de rapportgesprekken en het portfolio gesprek. De opbrengsten / onderwijsresultaten Onze school legt de nadruk op uitdagingen die het eigen leven de moeite waard maken en een appèl doen op inzet, verantwoordelijkheidsgevoel en creativiteit; de mogelijkheid tot exploreren van nog onbekende levensterreinen, o.a. door leren op school waar boeiend onderwijs wordt gegeven. Wij gaan uit van verschillen in kinderen. Wij respecteren en accepteren de verschillen. Voor ons is een kind meer dan alleen een uitslag van een toets over rekenen of taal. Het is een feit dat een goede werkhouding en zelfstandigheid van kinderen nog belangrijker zijn voor een later schoolsucces dan opgedane kennis. Kinderen die onze school na acht jaar verlaten beheersen de basisvaardigheden die ze nodig hebben in hun verdere leven. Door het analyseren van toetsgegevens en het zo nodig aanpassen van het leerstofaanbod, bieden we onderwijs op het niveau dat bij het kind past. We trekken en we duwen niet maar we dagen kinderen uit. Op die manier presteren kinderen op het niveau dat we van ze mogen verwachten. We vergelijken de leeropbrengsten van onze kinderen, op het gebied van taal en rekenen met het gemiddelde niveau van kinderen in Nederland. Dat vergelijken doen we met methode onafhankelijke toetsen van CITO. ICT: Alle kinderen beheersen, wanneer ze na het achtste leerjaar de school verlaten, computervaardigheden die ze nodig hebben om computervaardig het voortgezet onderwijs in te gaan. Ieder kind verlaat met het z.g. “digitale rijbewijs” de school. Ook de sociaal emotionele kant van kinderen wordt gemeten. Dat doen we 8 jaar lang, digitaal, met het kindvolgsysteem “Scol” (sociale competentie observatie lijst). Naast het leren van taal en rekenen vinden wij het van groot belang dat kinderen leren om respectvol om te gaan met anderen en met hun omgeving, met anderen samen te werken, gesprekken te voeren, zelfstandig en zelfverantwoordelijk te plannen en te werken, hun creativiteit te ontwikkelen en zich te oriënteren op de wereld. De grootste opbrengst van het onderwijs moet zijn dat kinderen leren leren en dus leren leven! De keuze voor het niveau waarop de kinderen het voortgezet onderwijs ingaan is afhankelijk van de leerprestaties die het kind in de afgelopen acht jaren heeft laten zien in het kindvolgsysteem. Als second opinion gebruiken wij de eindtoets van CITO. De resultaten van de afgelopen 3 schooljaren ziet u in onderstaande tabel. De Ommewending (15EP) Scores Cito eindtoets score norm verschil 535,8 533,8 2,0 2012 538,7 532,6 6,1 2013 - - - 2011 Het afgelopen jaar zijn de achtstejaars kinderen op grond van het leerlingvolgsysteem geplaatst in het voortgezet onderwijs. I.v.m. de onverwachte wisselingen van stamgroepleiders in de bovenbouwgroepen hebben we de uitslagen van de cito eindtoets hierbij niet mee laten tellen. 13 De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs De voorlichting aan ouders ten behoeve van de schoolkeuze van kinderen De scholen voor voortgezet onderwijs in Veendam en omgeving sturen informatie naar de basisscholen. Deze informatie ligt ter inzage in de bovenbouw. Deze scholen voor voortgezet onderwijs in Veendam organiseren ook informatieavonden voor kinderen en ouders. De kinderen worden in de gelegenheid gesteld een aantal lesuren te volgen zodat zij vast kunnen wennen aan het vervolg onderwijs. De informatiedagen en avonden beginnen meestal in de tweede helft van het schooljaar. Wij informeren u t.z.t. De schoolkeuze wordt bepaald door het advies dat de basisschool geeft. Dit advies is gebaseerd op het kindvolgsysteem. De groepsleider van de bovenbouw meldt, na overleg met het kind en de ouders, het kind aan bij de gekozen school. De speciale zorg voor kinderen met specifieke behoeften Voor kinderen met leer- en ontwikkelingsproblemen hebben wij een uitgebreid zorgplan. De procedure die gevolgd wordt indien er problemen (leerproblemen, lichamelijke problemen en sociaal-emotionele problemen) met een kind zijn is als volgt: Interne hulp: Allereerst worden problemen met kinderen met de ouders en met het team besproken. Als het nodig is begeleidt de interne begeleider de groepsleider met het opzetten van een handelingsplan voor het kind. Zij begeleidt groepjes kinderen en individuele kinderen bij voorkeur binnen de groep. Zij verzorgt de kind- en groepsbesprekingen in het team. Externe hulp: Wanneer wij externe hulp nodig hebben gaat de interne begeleider in overleg met het Zorgplatform in Veendam. Van daaruit gaan de wegen open naar o.a., fysiotherapeut, logopedist, ambulant begeleider, psycholoog, schoolmaatschappelijk werker, schoolarts. Wilt u een gesprek met de intern begeleider van onze school dan kunt u een afspraak maken met Patricia Oosterhof. Schoolondersteuningsplan In verband met passend onderwijs is op school een schoolondersteuningsplan aanwezig. Hierin staat beschreven op welke manier wij de zorg aan kinderen verlenen en waar de grenzen van onze zorg liggen. Dit schoolondersteuningsplan is in het gehele samenwerkingsverband en met alle scholen van OPRON opgesteld. Daarna is het aangepast aan de schoolspecifieke situatie. Het schoolondersteuningsplan ligt ter inzage op school. Plaatsing en verwijzing van kinderen met specifieke behoeften Mocht een kind toch meer zorg nodig hebben dan wij kunnen bieden, dan bestaat de mogelijkheid dat het kind naar de speciale basisschool gaat. Deze speciale basisschool is meer toegerust om kinderen met complexe leer- en gedragsproblemen te begeleiden. Voordat een kind op de speciale school geplaatst kan worden moeten wij aantonen dat wij het kind niet verder kunnen begeleiden. Ouders, school en Zorgplatform bespreken dit samen en beoordelen ook gezamenlijk wat de meerwaarde zal zijn van een verdere begeleiding op de speciale basisschool. Er wordt een onderwijskundig rapport gemaakt dat antwoord moet geven op de volgende vragen: - wat is de aanleiding tot de aanmelding? - welke activiteiten zijn uitgevoerd in het voortraject? - wat zijn de vereiste behandelingscondities? - waarom kan de verwijzende basisschool of een andere basisschool deze hulp niet bieden? Het onderwijskundig rapport bevat niet alleen informatie over leerlingkenmerken maar ook over de gezinssituatie en de school- en groepssituatie. De eindverantwoordelijkheid voor het rapport ligt bij de directeur van de school. Het oordeel wordt vervolgens nog getoetst door een onafhankelijke commissie, de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). De PCL onderzoekt of de school al het mogelijke heeft gedaan om de leerling in het reguliere onderwijs adequaat te begeleiden en beoordeelt of plaatsing op een school voor speciaal basisonderwijs noodzakelijk is. Ouders kunnen tegen de PCL beschikking in beroep gaan. De PCL-Veendam wordt gevormd door de volgende leden: mevr. Drs. H.K. van Goor, psycholoog; dhr. L.F. Faber, onderwijskundig beleidsmedewerker; drs. J.J. Meedema, ervaringsdeskundige. 14 Het secretariaat van de PCL is gevestigd in het gebouw van het Zorgplatform Primair Onderwijs. Prins Bernardlaan 89. Postbus 454, 9640AK Veendam. Telefoon/Fax: (0598) 61 95 61 Het secretariaat is op alle werkdagen bereikbaar. Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 wordt de wet Passend Onderwijs van kracht. Kernpunten uit deze nieuwe wet zijn dat: • Reguliere en speciale scholen op het gebied van ondersteuning aan leerlingen samenwerken; • Scholen zorgplicht hebben (de school waar de leerling schriftelijk is aangemeld dient te zorgen voor een passende plek indien er sprake is van zeer specifieke onderwijsbehoeften van een kind); • Scholen en gemeenten / jeugdhulpverlening werken samen aan de integrale ondersteuning aan leerlingen vanuit onderwijs en zorg; • Er minder regelgeving vanuit Den Haag komt, maar dat er meer in de eigen regio kunnen regelen. Samenwerkingsverband en subregio De school van uw kind maakt deel uit van het schoolbestuur Opron. Alle schoolbesturen van de provincie Groningen plus gemeente Noordenveld zijn verenigd in het Samenwerkingsverband (SWV) 20.01. Dit samenwerkingsverband is opgedeeld in vier subregio’s. De besturen in iedere subregio werken nauw samen met de andere schoolbesturen uit de regio om optimale ondersteuning aan ieder kind te kunnen bieden en expertise met elkaar te delen. Onderwijs, passend bij iedere leerling Alle scholen binnen het SWV 20.01 hebben met elkaar vastgesteld welke ondersteuning er tenminste op alle locaties geleverd wordt, de zogenaamde basisondersteuning. Daarnaast hebben alle scholen vastgesteld welke extra ondersteuning zij kunnen bieden aan leerlingen. De basis- en schoolspecifieke ondersteuning hebben scholen beschreven in hun schoolondersteuningsprofiel. U kunt dit profiel opvragen bij uw huidige school of de school van uw keuze. Is de school handelingsverlegen, met andere woorden kan de school niet voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van uw kind, dan wordt er allereerst binnen het bestuur of in de subregio gezocht naar een externe deskundige die samen met de school andere mogelijkheden voor ondersteuning in kaart brengt. Nader onderzoek kan ook één van de adviezen zijn. In dit traject wordt er te allen tijde nauw samengewerkt met de ouders. Mochten extra interventies onvoldoende resultaat opleveren waardoor de leerling op die school niet langer begeleid kan worden, dan dient de school een andere, beter passende plek te zoeken. Dat kan ook het speciaal onderwijs zijn. Speciaal (basis)onderwijs Voor een plaatsing in het speciaal onderwijs moet de school, samen met u als ouders / verzorgers, een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen bij de Commissie van Advies van het samenwerkingsverband. Meer informatie over het aanvragen van een toelaatbaarheidsverklaring vindt u op de website van het samenwerkingsverband of via de school. Meer informatie voor ouders Voor u als ouders geldt dat de scholen de belangrijkste informatiebron zijn als het gaat om Passend Onderwijs en extra ondersteuning aan uw kind. De school heeft dagelijks contact met de leerling en vervult daarmee in de ogen van het samenwerkingsverband een belangrijke rol in de adequate informatievoorziening aan ouders. Het samenwerkingsverband 20.01 heeft een eigen website: http://www.passendonderwijsgroningen.nl/SWV-PO20-01/ Op deze website vinden ouders / verzorgers een apart tabblad met meer informatie over het ondersteuningsplan en de ondersteuningsprofielen van de verschillende scholen. Op www.passendonderwijs.nl (website van ministerie OCW) en op www.passendonderwijsenouders.nl kunnen ouders / verzorgers meer informatie vinden over de samenwerkingsverbanden en over Passend Onderwijs. 15 Daarnaast is er het Steunpunt Passend Onderwijs, onderdeel van informatiepunt 5010. Hier kunnen ouders / verzorgers terecht met alle vragen over extra ondersteuning binnen het onderwijs. Het Steunpunt Passend Onderwijs is telefonisch bereikbaar via 5010: (0800) 5010 (vaste telefoon, gratis) of (0900) 5010 123 (€0,45 per gesprek + kosten mobiel), of via internet: www.5010.nl Tot slot heeft iedere school een eigen intern begeleider (ib’er). Deze onderwijsmedewerker is in staat verdere vragen van u te beantwoorden over de uitvoer van Passend Onderwijs op de school. U bent van harte welkom contact op te nemen. Centrum voor Jeugd en Gezin in Veendam Iedere gemeente heeft een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Het CJG is een samenwerkingsverband van de gemeente met onder andere het onderwijs (het Zorgplatform), het maatschappelijk werk, de jeugdgezondheidszorg (de GGD), het jongerenwerk en Bureau Jeugdzorg. Het CJG is dé plek waar ouders/opvoeders en jongeren terecht kunnen voor informatie, advies of hulp bij opgroei-, en opvoedvragen. Het CJG biedt advies, hulp en ondersteuning op maat. U kunt ons met uw vraag op de volgende manieren bereiken: Bel: 0800 22 22 211 Mail: [email protected] Kom langs: Jan Salwaplein 3, Veendam Veel informatie over opvoeden en opgroeien vindt u ook op de website van CJG Veendam www.cjgveendam.nl. Op deze site staat ook informatie over openingstijden, activiteiten en de meest gestelde vragen over opvoed-, en opgroeionderwerpen. Uiteraard kunt u ook de leerkrachten en intern begeleiders vragen, zij zijn goed op de hoogte van het CJG. Voor jongeren is er in een aparte deel op de website met informatie over onderwerpen als geldzaken, seksualiteit, alcohol, etc. Zorg voor jeugd Groningen Voor een kind die extra zorg nodig is, werkt een groot aantal instellingen en scholen samen met de vaste partners van het CJG. Dat vergt een goede samenwerking, goede informatie-uitwisseling en afstemming. Om de afstemming te bevorderen hebben de Groninger gemeenten en de provincie samen het signaleringssysteem ‘Zorg voor Jeugd Groningen’ ingevoerd. In dit systeem geven beroepskrachten een signaal af over een kind of jongere met een hulpvraag. Hierbij gaat het niet altijd om zware hulpvragen, maar wel om situaties waarover beroepskrachten graag willen afstemmen. Op het moment dat er meerdere signalen over hetzelfde kind zijn, zorgt de zorgcoördinator voor de afstemming. Op deze manier voorkomen we dat er partijen langs elkaar heen werken en bezig zijn met alleen hun eigen plan. Meer informatie en de folder over Zorg voor Jeugd vindt u op http://groningen.zorgvoorjeugd.nu/ Uiteraard kunt u met al uw vragen ook altijd contact zoeken met de school, met de partners van het CJG, zoals het maatschappelijk werk, de jeugdverpleegkundige of jeugdarts in de school. 16 De teamleden 6 Huisbezoek Eens per drie jaar worden kinderen thuis bezocht door de groepsleider. De groepsleider maakt t.z.t. een afspraak met de ouders. De groepsleider komt dan niet op bezoek om over het kind te praten maar hij/zij komt op “visite”. Protocol vervanging bij ziekte Iedere groepsleider heeft het protocol “vervanging bij ziekte” in de groepsmap. Ouders kunnen dit protocol ter inzage vragen. In het kort komt het er op neer dat wanneer een groepsleider zich heeft ziek gemeld er in eerste instantie altijd naar vervanging zal worden gezocht. Pas in uiterste noodzaak zullen wij ouders vragen de kinderen thuis te laten houden. De begeleiding en inzet van stagiaires Onze school is opleidingsschool voor derdejaars en TOP studenten Jenaplan, van Stenden Hogeschool PABO de Eekhorst in Assen. Tevens bieden wij enkele stage- of onderzoek plaatsen aan de Hanzehogeschool, de RUG, de Winkler Prins, Ubbo Emmius en het Noorderpoort College. Specialisatie van teamleden Jenaplan: Teamleden zijn in het bezit van het landelijk erkende Jenaplandiploma of studeren daarvoor. Bedrijfshulpverleners: Anne Lotte Hermans en Catharina Drenth zijn gediplomeerd bedrijfshulpverlener. Taalgids: Anne Lotte Hermans Cultuurcoördinator: Catharina Drenth ICT: Wouter van Riet Speciale zorg: Patricia Oosterhof Intern Begeleider (IB’er), orthopedagoog Geregistreerd Kids’ Skills Ambassadeur Kinder– en Jeugdtherapeut Catharina Drenth: Video Interactie begeleider (lid van het LBBO) Geregistreerd Kids’ Skills Ambassadeur Management: Catharina Drenth: gediplomeerd schoolleider Primair Onderwijs en ingeschreven in het schoolleidersregister PO. Teamoverleg op margedagen/dagdelen Kinderen in de onderbouw moeten 880 lesuren per jaar volgen. Kinderen in de bovenbouw moeten 1000 lesuren per jaar volgen. De uren die er teveel in het jaarplan staan worden door het team gebruikt om te vergaderen met of zonder schoolbegeleiders. Uiteraard worden ouders vroegtijdig op de hoogte gesteld van deze, voor kinderen, extra vrije tijd. 17 De ouders 7 De Medezeggenschapsraad (M.R.) Op school worden ouders vertegenwoordigd door de medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad is de wettelijke commissie waarmee op een school invloed kan worden uitgeoefend op het onderwijs. Soms gaat het over bestuurlijke zaken, personele zaken, het lesgeven, de ouderbijdrage, de schoolomgeving, de ARBO, de aanschaf van nieuw lesmateriaal, de schoolvakanties, het activiteitenplan, enz. De M.R. bestaat uit zes personen, te weten drie ouders en drie teamleden. Elk jaar treedt de helft van het aantal leden af. De ene keer twee ouders en een teamlid, het jaar daarop een ouder en twee teamleden. Elk jaar opnieuw worden de ouders gevraagd hieraan deel te nemen en wordt een verkiezing georganiseerd. In het samenwerkingsverband Veendam Stadskanaal, Menterwolde, vindt er bovendien een gezamenlijk overleg plaats tussen verschillende M.R.’s en het Bevoegd Gezag. Dit overleg-orgaan heet de G.M.R. (gemeenschappelijke medezeggenschapsraad). Meer informatie over de rechten van de medezeggenschapsraad leest u in de speciale folder, onder het informatiebord bij de ingang. Het e-mail adres van de M.R. op onze school is: [email protected]. De Ouderraad (O.R.) De ouderraad is een activiteitencommissie. Zij organiseert in overleg met de teamleden allerlei activiteiten in de school. Feesten als St. Maarten, St. Nicolaas, Kerst, Pasen, de laatste schooldag worden door deze raad georganiseerd maar ook andere activiteiten als ouderavonden, werkavonden, activiteiten waarmee we extra geld kunnen verdienen voor diverse andere activiteiten of aanschaf van extra materiaal. De O.R. bestaat uit maximaal 12 personen. Ook hiervoor worden elk jaar ouders opgeroepen zich beschikbaar te stellen. Het e-mail adres van de O.R. is: [email protected]. Ouderactiviteiten Ouders worden gevraagd te helpen met projecten, computerprogramma’s, documentatiecentrum, schoonmaak van materialen, schoolkamp, schoolvoorstellingen, excursies, sportdagen, begeleiding op de fiets, ouderwerkavonden, lees- en rekencafé, enz. U leest hierover in de nieuwsbrieven. Uiteraard is het personeel van de school verantwoordelijk voor ouders die ondersteunende werkzaamheden verrichten. Financiën Ouderbijdrage Basisonderwijs is gratis in Nederland. Voor allerlei extra’s wordt echter geen geld beschikbaar gesteld door het Ministerie van Onderwijs. Om feesten en af en toe andere leuke activiteiten te kunnen organiseren, organiseert de ouderraad eens per jaar een activiteit die geld oplevert. Daarnaast vragen we ouders een vrijwillige bijdrage. De MR heeft destijds besloten €21,00 per kind per jaar te vragen. Ook de ouderbijdrage voor het schoolkamp, excursie en cadeautje voor 5 december zijn vrijwillig. Mocht het zo zijn dat ouders niet kunnen bijdragen voor het schoolkamp, de excursie of het cadeautje voor 5 december dan zal de school overgaan tot schrappen van deze activiteit. We vinden niet dat kinderen van ouders die niet kunnen bijdragen in de kosten niet mee kunnen gaan of geen cadeautje kunnen krijgen. U kunt u in de eerste nieuwsbrief van het schooljaar aangeven of en zo ja, hoe u de bijdrage wilt betalen. Het beheer van de gelden berust bij de penningmeester van de ouderraad. Wilt u de bijdrage alvast overmaken dan kunt u dat doen op giro: 39.49.773 t.n.v. de ouderraad van de Ommewending. In de brochure: “De ouderbijdrage: verplicht vrijwillig” kunt u meer lezen over dit onderwerp. De brochure is telefonisch te bestellen bij Sdu Servicecentrum: (070) 378 98 30, onder vermelding van AOCenW 1641. www.rijksoverheid.nl 18 Kosten schoolkamp Het schoolkamp 2015 vindt plaats na de zomervakantie (september). De kinderen van de bovenbouw gaan 3 dagen (2 nachten), de middenbouw 2 dagen (één nacht) en de onderbouw gaat een dag op schoolkamp. De kosten voor het schoolkamp 2015 zijn vastgesteld op de volgende bedragen: Onderbouw €21,Middenbouw €41,Bovenbouw €56,Wij vragen u het schoolkampgeld voor 2015 vóór 1 juni 2015 op de rekening van de ouderraad: NL21 INGB 0003949773 over te maken. Er bestaat tevens de mogelijkheid dit gespreid te betalen, in 2 of in 4 termijnen. Wilt u bij de betaling duidelijk vermelden : “schoolkamp 2015” en de naam kind / de kinderen + onderbouw / middenbouw / bovenbouw. NB. Houdt u er rekening mee dat uw kind na de zomervakantie in een andere groep kan zitten en dat u dan een ander bedrag moet betalen? Kosten excursie Voor excursies betalen ouders €2,00 per kind per jaar. Af en toe gaan de kinderen naar een museum, de heemtuin, o.i.d.. U kunt dit bedrag overmaken op de bankrekening van de ouderraad: NL21 INGB 0003949773. Graag onder vermelding van “excursie” en de naam van het kind / de kinderen. Kosten cadeautje 5 december Kinderen in de onder- en middenbouw krijgen een cadeautje van Sinterklaas. Het cadeautje wordt door leerkrachten gekocht. Ouders betalen daarvoor €5,00 per kind. Zorgt u ervoor dat het geld voor 15 november op de rekening NL21 INGB 0003949773 van de ouderraad staat? Graag onder vermelding van “sint cadeau” en de naam van het kind / de kinderen. Kinderen in de bovenbouw trekken lootjes en kopen zelf iets voor het kind met de naam die op het briefje staat. Stimuleringsfonds e.a. Het stimuleringsfonds is voor zelfstandige huishoudens in de gemeente Veendam, met een inkomen dat lager is dan 115% van de bijstandsnorm. Onderwijs activiteiten die vergoed worden zijn: Cursussen in groepsverband, schoolvakanties- en reizen, schoolwerkweken / vakantiereizen. De vergoeding kan worden aangevraagd bij: Sociale Zaken en Werkgelegenheid Veendam. Raadhuisstraat 16, 9648 JV Wildervank Er zijn momenteel meerdere instanties waar u voor financiële ondersteuning terecht kunt. U kunt op school informatie krijgen. Op de plank onder het prikbord bij de hoofdingang liggen folders voor u klaar. Batterijen U kunt uw lege batterijen op school inleveren. Onder het prikbord bij de ingang staat een speciale container. Oud papier U begrijpt dat wij om onze buitenschoolse activiteiten te kunnen bekostigen uit diverse bronnen geld proberen te halen. Eén daarvan is het ophalen van oud papier. Dit doen we samen met andere verenigingen uit Ommelanderwijk en Zuidwending iedere derde zaterdag van de maand. Een coördinator uit de ouderraad zorgt ervoor dat er ook ouders van onze school meehelpen met het verzamelen van dit oud papier. Zij/hij stelt daarvoor een rooster van vrijwilligers op. 19 Algemene informatie 8 Scholengroep OPRON Jenaplanschool de Ommewending maakt deel uit van Scholengroep OPRON. Deze stichting is het bestuur van de 20 openbare basisscholen, een school voor speciaal basisonderwijs en een school voor speciaal onderwijs in de gemeenten Menterwolde, Stadskanaal en Veendam. In totaal vallen dus 22 scholen onder dit bestuur. Elke school heeft een eigen directie. De schooldirectie is verantwoordelijk voor het school beleid en de dagelijkse gang van zaken op de school. De directie onderhoudt de contacten met de medezeggenschapsraad en is aanspreekpunt voor de ouders. Het bestuur van Scholengroep OPRON bestaat uit twee leden, het college van bestuur. De bestuursleden zijn benoemd door de raad van toezicht. Zij zijn verantwoordelijk voor de totale organisatie. De taken van het college van bestuur hebben betrekking op het algemene onderwijskundig beleid, personele zaken en beleid, financiën en onderhoud / huisvesting. Het college van bestuur onderhoudt de contacten met de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De raad van toezicht bestaat uit tenminste vijf personen en maximaal zeven personen. Zij worden benoemd door de gemeenteraden van Menterwolde, Stadskanaal en Veendam, deels op bindende voordracht van de oudergeleding van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De raad houdt toezicht op de gehele gang van zaken binnen de stichting, bewaakt of de stichting voldoet aan zijn opdracht het zorgen voor kwalitatief goed onderwijs. De raad van toezicht moet o.a. de hoofdlijnen van het beleid vastgelegd in het strategisch beleid, de begroting en de jaarrekening goedkeuren. De directies van de scholen, het college van bestuur en de raad van toezicht worden ondersteund door het bestuursbureau. Dat deze 22 scholen onder één bestuur vallen wil niet zeggen dat ze allemaal gelijk zijn. Integendeel, elke school staat in zijn eigen omgeving, heeft zijn eigen kinderen en probeert in zijn onderwijs daar zo goed mogelijk bij aan te sluiten. De scholen kunnen binnen de gezamenlijk vastgestelde kaders hun eigen schoolspecifiek beleid invullen. De openbare scholen die bij Scholengroep OPRON horen, werken zo veel mogelijk samen op gebieden die voor alle scholen van belang zijn. Samen kun je taken effectiever en efficiënter aanpakken, waardoor er voor elke school meer tijd en mogelijkheden zijn om te werken aan de kwaliteit van het onderwijs op de school zelf. Meer informatie over Scholengroep OPRON kunt u vinden op onze website, www.opron.nl Het adres is: Scholengroep OPRON Hoogveen 1, Stadskanaal Postbus 310 9500 AH Stadskanaal Tel. 0599 – 696390 Email: [email protected] Klachtenregeling In het dagelijks werk op school zijn er vele contacten tussen leerlingen, leerkrachten en ouders. Op elke school doen zich daarbij wel eens probleempjes voor. Dat is op onze school niet anders. De meeste van deze zaken worden gelukkig zonder meer opgelost. Soms lukt dat echter niet direct of minder goed. Daarom hebben we als openbare scholen afspraken gemaakt over de stappen die u kunt nemen om uw problemen aan te kaarten. 20 Waar kunt u terecht met klachten of opmerkingen? Hieronder wordt stapsgewijs aangegeven hoe u verder kunt wanneer u het gevoel heeft dat uw problemen niet naar behoren worden afgehandeld. In eerste instantie gaat u met uw klacht gewoon naar: 1. De groepsleerkracht van uw kind. De groepsleerkracht kent uw kind normaal gesproken het best en zal ook in veel gevallen voor een oplossing kunnen zorgen. Heeft u het gevoel dat: • u bij de groepsleerkracht geen gehoor krijgt, • deze uw problemen niet kan oplossen, • het een schoolprobleem is, dan gaat u naar: 2. De directie van de school. U bespreekt met de directeur het probleem. Deze zal samen met u proberen uw probleem op te lossen. Mocht u echter met deze oplossing niet tevreden zijn, of heeft u het gevoel dat uw klacht niet goed is afgehandeld, dan kunt u contact opnemen met: 3. Het bestuursbureau. U kunt dit telefonisch doen, maar ook schriftelijk. Een medewerker van het bestuursbureau neemt dan zo mogelijk binnen één schoolweek (telefonisch) contact met u op. Het telefoonnummer van het bestuursbureau is 0599 – 696390. Indien nodig wordt u uitgenodigd voor een gesprek, om samen naar een oplossing te zoeken. Wordt u klacht of probleem niet naar tevredenheid afgehandeld, dan kunt u: 4. Een klacht indienen bij het college van bestuur.. Dat moet dan wel schriftelijk. U kunt uw klacht sturen naar “Scholengroep OPRON”. Postbus 9500 AH Stadskanaal. In de behandeling van de klacht zal het bestuur voor alle zorgvuldigheid altijd alle betrokken partijen horen. Wordt naar uw mening uw klacht dan ook nog niet zorgvuldig afgehandeld, dan kunt u: 5. Een officiële klacht indienen bij de Landelijke klachtencommissie voor het openbaar onderwijs. Het postadres is: Onderwijsgeschillen, Postbus 85191, 3508 AD Utrecht Tel: 030-280 95 90 Als u een officiële klacht indient bij het bevoegd gezag of bij de Landelijke klachtencommissie, is de officiële klachtenregeling van toepassing. Deze regeling ligt op school en bij het , bij de bovenschoolse directie en bij de gemeente ter inzage. Contactpersoon Elke school heeft een contactpersoon, die u kan doorverwijzen naar de vertrouwenspersoon. Voor alle duidelijkheid; de contactpersoon mag zich niet met het probleem bemoeien. Voor onze school is de contactpersoon Patricia Oosterhof. Vertrouwenspersoon Als u een klacht heeft, kunt u ook de vertrouwenspersoon aanspreken. De vertrouwenspersoon gaat na of u samen met de school de klacht heeft proberen op te lossen, gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Verder kan de vertrouwenspersoon u helpen bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon maakt geen deel uit van de school. De vertrouwenspersonen zijn: • Dhr. J. Krul, maatschappelijk werker bij Compaen (tel. 06 15957529 • Mevr. N. van der Veen, maatschappelijk werker bij Compaen (tel. 06 15957310 U kunt ook contact opnemen met Compaen (tel. 0598 698119) en vragen naar één van de vertrouwenspersonen. 21 En tot slot… Ook met een goede klachtenregeling zal het niet mogelijk zijn om alle problemen helemaal bevredigend op te lossen. Het kan zelfs zo zijn dat uw klacht door ons niet op te lossen is. Wij zeggen u echter toe uw klacht uiterst serieus te zullen nemen.Ook met een goede klachtenregeling zal het niet mogelijk zijn om alle problemen helemaal bevredigend op te lossen. Het kan zelfs zo zijn dat uw klacht door ons niet op te lossen is. Wij zeggen u echter toe uw klacht uiterst serieus te zullen nemen. Actief Burgerschap Burgerschapsvorming brengt jonge burgers de basiskennis, vaardigheden en houding bij die nodig zijn om een actieve rol te kunnen spelen in de samenleving voor goed burgerschap. Ze maken kennis met begrippen als democratie, grond- en mensenrechten, duurzame ontwikkeling, conflicthantering, sociale verantwoordelijkheid, gelijkwaardigheid, en het omgaan met maatschappelijke diversiteit. De school is een oefenplaats voor goed burgerschap. Kinderen krijgen te maken met processen, gedragingen en gebeurtenissen die ook voorkomen in de echte samenleving. Op school worden kinderen gestimuleerd voor zijn mening uit te komen en respect te hebben voor mensen dien anders zijn. Schoolongevallen en aansprakelijkheid De Stichting OPRON heeft voor al haar scholen een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Ongevallen Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (kinderen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd (tot een bepaald maximum), voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets enz.) valt niet onder de dekking. Deze schade is voor rekening van de ouders/verzorgers zelf. Aansprakelijkheid De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims van derden ten gevolge van onrechtmatig handelen uithoofde van de school ten opzichte van deze derden. Schade tijdens de stage veroorzaakt aan derden alsmede aan de stagegever is onder deze verzekering gedekt. Wij attenderen u in dit verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school/het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moet worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles wordt er een bal geschopt. Deze komt op een bril van een leerling terecht en de bril is kapot. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt dan ook niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Kinderen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een kind die tijdens de schooluren of tijdens door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering. hebben afgesloten. 22 Verkeerssituatie bij de school In overleg met de verkeerspolitie hebben wij voor de situatie bij onze school de volgende regels opgesteld: Halen of brengen met de auto: volgt u de borden “schoolroute”. Stoppen aan de schoolzijde, uitstappen bij voorkeur aan de trottoirzijde. De fietsers wordt geadviseerd om komende vanaf de J. Vegterweg af te stappen op of direct na de hoek Patrijsstraat- Houtduifstraat om daarna lopend met de fiets aan de hand over de stoep naar school te gaan. Niet fietsen op de stoep! Fietsers komende van Zuidwending wordt geadviseerd na het oversteken van de Zwaluwstraat door te fietsen tot de hoogte van het schoolplein. Afstappen aan de rechterkant van de weg. Daarna goed uitkijken en lopend met de fiets aan de hand de weg oversteken naar het plein. Als iedereen zich hieraan houdt kan er in principe weinig of niets mis gaan. Goed verzekerd Elke automobilist is volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen (WA) verplicht zich te verzekeren tegen schade aan derden. Derden kunnen ook inzittenden zijn van de auto. Het advies van V.V.N. Vervoert u zelf kinderen? Sluit naast uw verplichte W.A.-verzekering een aanvullende verzekering af. Worden uw kinderen vervoerd door anderen? Ga na of er hiervoor verzekeringen afgesloten zijn en controleer in de polisvoorwaarden hoeveel personen daadwerkelijk verzekerd zijn als inzittende. Samen verantwoordelijk In de wet is er niets geregeld over de verantwoordelijkheid van ouders, scholen en gemeenten ten aanzien van het leerlingenvervoer. Maar… verstandige ouders die hun eigen kinderen in de privé sfeer vervoeren, zullen daarbij de veiligheid in acht nemen. Als deze ouders op verzoek van de school rijden – met de kinderen van anderen – mag van hen verwacht worden dat ze een zelfde opstelling kiezen. De school moet stimuleren dat het vervoer op een veilige manier gebeurt. Buitenschoolse activiteiten voor kinderen Ieder jaar organiseert de schoolsportcommissie sportdagen voor de kinderen in de gemeente Veendam. Eens per jaar gaan de kinderen op schoolkamp. In het kader van wereldoriëntatie maken we excursies. Jaarlijks bezoeken de kinderen een Theater voorstelling in theater van Beresteyn in Veedam. Jaarlijks bezoeken een aantal kinderen de bibliotheek in Veendam voor informatie of een gesprek met een kinderboekenschrijver. Kinderen doen mee aan de landelijke Jantje Betonactie en de landelijke kinderpostzegelactie. Kinderen kunnen meedoen aan de actie voor het goede doel. De kinderraad bepaalt het goede doel waar we geld voor inzamelen. Informatieavonden In de maand september houden wij informatieavonden voor ouders. De informatieavonden worden per bouw georganiseerd. In de nieuwsbrief worden de data vermeld. Nieuwsbrief Tenminste eens per maand wordt de nieuwsbrief per e-mail naar ouders verzonden. Ouders die de nieuwsbrief liever op papier willen ontvangen kunnen dat bij de stamgroepleider van hun kind aangeven. Uw kind krijgt de nieuwsbrief dan op papier mee naar huis. De schoolfotograaf De schoolfotograaf komt eens per twee jaar bij ons op school en was er in mei 2014. In de tussenliggende jaren zullen er alleen groepsfoto’s worden gemaakt. 23 Privacy Met betrekking tot privacy (foto’s, video, werk, gegevens van kinderen, groepsleiders en andere personen die bij de school betrokken zijn) zullen wij alle zorgvuldigheid betrachten. Een protocol kunt u op school vragen. Als u bezwaar heeft tegen welke vorm van publicatie dan ook kunt u dit schriftelijk kenbaar maken bij de groepsleiders. Alle bij de school betrokken personen hebben bezwaar tegen elke vorm van publicatie waarin zij niet gekend zijn. Sponsoring De rijksoverheid heeft een algemene verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs. De overheid zorgt ook voor de financiering van het onderwijs. Alle noodzakelijke leermiddelen worden daaruit bekostigd. De aanschaf van bijvoorbeeld onze rekenboeken wordt niet mogelijk gemaakt door de firma X. Dit zou principieel niet juist zijn. Natuurlijk willen wij graag financieel gesteund worden bij bijzondere activiteiten zoals feesten, sporten, projecten, enz. Als u geld wilt doneren (zonder reclame) om vrij te besteden aan bovengenoemde activiteiten zou dat fantastisch zijn. Elk bedrag is welkom. Neemt u in dat geval contact op met de schoolleider? Pleinwacht De school begint om 8.30 uur. Voor kinderen die eerder op school willen zijn is er van 8.15 uur tot 8.30 uur en van 13.00 uur tot 13.15 uur pleinwacht aanwezig. Eerste- en tweedejaars kinderen mogen i.v.m. gevaar niet op het grote plein spelen. Zij mogen vijf minuten voor aanvang van de les binnen komen. Wanneer u toch eerder op school bent verzoeken wij u met uw kind op het plein te wachten tot het tijd is om naar binnen te gaan. Kinderen van de midden- en bovenbouw die liever naar binnen willen als ze op school komen mogen zodra de pleinwacht buiten komt naar hun lokaal gaan behalve wanneer hun groepsleider pleinwacht is want dan mogen zij niet naar binnen. In de pauzes gaan de kinderen naar buiten. Ook dan loopt er een stamgroepleider op het plein. Spel- en gymnastiek De kinderen van de onderbouw gaan iedere dag naar het speellokaal of ze gaan bij goed weer buiten spelen. Naar het speellokaal gaan ze in ondergoed en ze mogen gymschoenen aan zonder veters. De kinderen van de midden- en bovenbouw worden bij de gymles in gympakje of in een sportbroekje met een T-shirt en mogelijk ook gymschoenen verwacht. Gymnastiek wordt deels door de vakleerkracht gegeven. Na de sportieve acties wordt er gedoucht.... dus graag een handdoek meegeven a.u.b.! Vooral de oudere kinderen nemen graag deodorant mee voor na het douchen. Alle deodorant is goed behalve als het in een spuitbus zit. Wanneer uw kind eens niet mag douchen dan graag een briefje van de huisarts waarin dat advies gegeven wordt. Wilt u een briefje meegeven voor de gymleraar als uw kind eens niet mee kan of mag doen met gym? Zie voor gymtijden van midden- en bovenbouw de nieuwsbrief van september. Schoolzwemmen Kinderen in de middenbouw (groep 3,4,5) zwemmen in de oneven weken op de woensdagmorgen van 10.00-11.00 uur. De kinderen worden door de bus gehaald en gebracht. Verkeersexamen In het zevende schooljaar doen de kinderen schriftelijk theoretisch verkeersexamen. Meestal gebeurt dit in de maand april. In het achtste schooljaar doen de kinderen (meestal in oktober) praktisch verkeersexamen. De fiets wordt voor het examen gecontroleerd maar moet natuurlijk altijd in orde zijn. Fietsen die in goede staat zijn worden voorzien van een “Oke” sticker. Alleen wanneer de fiets voorzien is van deze sticker mogen de kinderen deelnemen aan het examen. 24 Verjaardagen Wanneer een kind jarig is mag het natuurlijk zijn/haar groep trakteren! Wij geven de voorkeur aan andere traktaties dan snoep! Gevonden voorwerpen Het wil nog wel eens gebeuren dat kinderen een kledingstuk of andere zaken kwijtraken. Vraagt u in dat geval even na. Ieder jaar blijven er een aantal waardevolle spullen op school liggen. Fruit eten: in ieder geval op dinsdag en donderdag! Als uw kind iets te eten mee mag nemen voor in de pauze gaat onze voorkeur uit naar fruit. Dinsdag en donderdag zijn de vaste fruitdagen. Zorgt u ervoor dat de naam van uw kind er op staat? Sinaasappels graag gepeld en in een bakje meegeven. Drinken nemen we niet mee naar school. De kinderen hebben een eigen beker op school en mogen als ze dorst hebben water drinken. Steppen en rolschaatsen en vieze schoenen: let op gevaar! Steppen worden onder schooltijd op de kleine buitenpleintjes geplaatst. Ze mogen niet in de gang staan. Rolschaatsen moeten bij de voordeur worden uitgedaan. De meegebrachte schoenen moeten daar worden aangetrokken. De rolschaatsen moeten in een tas aan de kapstok worden gehangen. Vieze schoenen mogen onder de jas worden neergezet. Als de kinderen de schoenen uitdoen is het fijn als ze pantoffels aan kunnen trekken. Buitenschoolse opvang: Kinderopvang BAMBA brengt en haalt uw kinderen naar en van school. U kunt uw kind(deren) desgewenst aanmelden bij: Kinderopvang Bamba Skagerrak 14 9642CZ Veendam telefoon 0598 633040 [email protected] Tussenschoolse opvang wordt verzorgd door vrijwilligers in school. U kunt u kind(eren) aanmelden bij Peter Doddema. 25 Regeling school- en vakantietijden 9 Schooltijden • Vijfde t/m achtste schooljaar maandag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur dinsdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur woensdag 08.30-12.30 uur donderdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur vrijdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur • Eerste t/m vierde schooljaar maandag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur dinsdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur woensdag 08.30-11.45 uur donderdag 08.30-11.45 uur 13.15-15.30 uur vrijdag 08.30-11.45 uur • Pauze: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag 10.15-10.30 uur; woensdag 10.30-10.45 uur Vakantierooster schooljaar 2014-2015 Aanvang schooljaar 18 augustus 2014 Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede Vrijdag / 2de Paasdag Meivakantie Hemelvaart Pinkstervakantie Zomervakantie 11-10-2014 20-12 2014 21-02-2015 03-04-2015 02-05-2015 14-05-2014 25-05-2015 04-07-2015 t/m t/m t/m t/m t/m t/m t/m t/m 19-10-2014 04-01-2015 01-03-2015 06-04-2015 13-05-2015 15-05-2015 16-08-2015 16-08-2015 Extra vrije dagen (marge-uren) worden ingezet voor teamstudie, overleg en evaluatie. Alle kinderen zijn buiten de vakanties vrij op: Vrijdag 19 september 2014 Woensdag 26 november 2014 Maandag 9 februari 2015 Vrijdag 20 maart 2015 Maandag 8 juni 2015 Kinderen in groep 1 t/m 4 zijn buiten de extra dagen nog vrij op vrijdag 20 februari 2015. Benutting van de verplichte onderwijstijd Kinderen in het eerste t/m vierde schooljaar moeten minimaal 880 uur per jaar naar school. Kinderen in het vijfde t/m achtste schooljaar moeten minimaal 1000 uur per jaar naar school. Een schooldag mag niet langer duren dan 5.30 uur. De uren die de groepen meer maken dan de verplichte uren worden gebruikt voor extra teamoverleg. Verlof buiten de schoolvakanties Het is de verantwoordelijkheid van ouders dat kinderen geregeld de school bezoeken. In bijzondere gevallen kan de school aan uw kind(eren) extra verlof verlenen. De leerplichtwet noemt daarvoor een aantal mogelijkheden. Wanneer is extra verlof mogelijk? 1 Bij ziekte van uw kind Als dat voorkomt dient u de school voor 9.00 uur op de hoogte te stellen. Als een kind na 9.00 uur nog niet als ziek gemeld is, zal de school contact met de ouders opnemen. 26 2 Vakantieverlof De leerplichtwet bepaalt over vakantieverlof: Vakantieverlof kan uitsluitend worden verleend als het kind vanwege de specifieke aard van het beroep van één der ouders/ verzorgers slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie kan gaan. (Een werkgeversverklaring moet dan bij de schoolleider worden ingeleverd) Vakantieverlof kan slechts eenmaal per schooljaar worden verleend voor ten hoogste tien schooldagen. Vakantieverlof mag nooit betrekking hebben op de eerste twee lesweken van het schooljaar. Verder is het niet toegestaan kinderen vrij te geven buiten de schoolvakanties. Geen reden voor vakantieverlof is bijvoorbeeld: wintersport, goedkopere vakantiemogelijkheden, door anderen betaalde vakanties, meerdere jaren niet op vakantie zijn geweest, reeds gekochte tickets, ontlopen van verkeersdrukte, een geloofsovertuiging en dergelijke. Mocht uw kind(eren) vanwege een geloofsovertuiging niet deelnemen aan een feest dan zal er vervangend onderwijs worden geboden. Meent u dat uw kind(eren) wel in aanmerking komen voor extra verlof voor een vakantie dan geldt dat u het verlof acht weken van tevoren moet aanvragen bij de schoolleider. 3 Verlof wegens gewichtige omstandigheden Dit verlof kan bijvoorbeeld worden verleend: - Voor het voldoen aan een wettelijke verplichting of het nakomen van een medische afspraak voor zover dit niet buiten de schooltijd kan geschieden; voor de duur van de verplichting. - Voor verhuizing; ten hoogste één dag. - Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad één of ten hoogste twee dagen. - Bij ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad (duur in overleg met de schoolleider). - Bij overlijden van bloed- of aanverwanten; in de eerste graad: ten hoogste vier dagen; in de tweede graad: ten hoogste twee dagen; in de derde of vierde graad: ten hoogste één dag. - Bij het 25 en 40- jarig ambtsjubileum en bij 12, 25, 40, 50 en 60 jarig huwelijksjubileum van ouders of grootouders (één dag). - Bij gezinsuitbreiding. Hoe gaan wij om met ongeoorloofd schoolverzuim? Als blijkt dat ongeoorloofd extra verlof opgenomen is, wordt dit als zodanig genoteerd in onze administratie. De ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. De schoolleider is verplicht dit ongeoorloofd verzuim door te geven aan de leerplichtambtenaar van de gemeente. Wij hopen dat u begrijpt dat extra verlof geven niet zomaar kan. We hebben ons aan de regels te houden en dat willen we ook. Vraagt u ons daarom niet wat we niet toe mogen staan. Schorsing of verwijdering Kinderen kunnen van school worden gestuurd: schorsing (voor een tijdje) of verwijdering (voorgoed). Meestal gebeurt zoiets alleen als een kind zich ernstig misdraagt en er sprake is van wangedrag. De beslissing over verwijdering van een kind wordt genomen door het schoolbestuur. Voordat zo’n besluit kan worden genomen, moeten eerst de groepsleider(s) en de ouder(s) worden gehoord. Als het besluit eenmaal genomen is mag een schoolbestuur het kind niet onmiddellijk van school sturen. Het bestuur moet namelijk eerst proberen om een andere school te vinden voor het kind. Alleen als dat niet lukt – en daar moet het schoolbestuur tenminste acht weken zijn best voor doen - mag de school de leerling de toegang tot de school weigeren. Ouders kunnen de onderwijsinspectie vragen te bemiddelen. Ouders kunnen schriftelijk bezwaar aantekenen en zonodig in beroep gaan bij de rechter. Tot Slot We hebben geprobeerd een zo volledig mogelijk beeld te geven van onze school en onze manier van werken. Of we daarin geslaagd zijn kunnen vooral de ouders ons vertellen. We vinden het dan ook fijn om opmerkingen of suggesties te krijgen over deze gids. Een volgende keer kunnen we daar dan gebruik van maken. 27 De samenstelling van het team In onze school werken: Catharina Drenth Schoolleider o.j.b.s. de Ommewending en ods ’t Zonnedal [email protected] Patricia Oosterhof Intern Begeleider [email protected] Anne Lotte Hermans Stamgroepleider Merels [email protected] Esther de Vries Stamgroepsleider Mezen [email protected] Greetje Witting Stamgroepleider Mezen [email protected] Niek poot Stamgroepleider Uilen [email protected] Roos Bakx Stamgroepleider Uilen [email protected] Wouter van Riet Stamgroepleider Valken [email protected] Conciërge: Peter Doddema [email protected] 28 Vakleerkrachten Gymnastiek: Elmar Bijl (dinsdagmorgen) MRT: Wim Kroon Medezeggenschapsraad [email protected] Ouderraad: [email protected] Namen en adressen instellingen Inspectie van het onderwijs [email protected] www.onderwijsinspectie.nl vragen over onderwijs: 0800 8051 (gratis) Schoolbestuur: OPRON Postbus 310 9500 AH Stadskanaal tel.: (0599) 696 390 [email protected] De Opvoedtelefoon Tel.: 0900 821 22 05 Advies en Meldpunt Kindermishandeling Tel.: (050) 523 92 39 e de omm w ending Openbare Jenaplan Basisschool ‘De Ommewending’ Houtduifstraat 24, 9644 VL Veendam Telefoon: (0598) 615 015 E-mail: [email protected] Website: www.deommewending.nl
© Copyright 2025 ExpyDoc