Procedure geneesmiddelen en dieetpreparaten

Procedure geneesmiddelen en dieetpreparaten Bijlage 2 Regeling Zorgverzekering
(artikel 4 van de Zorgovereenkomst farmaceutische zorg verwijst naar deze procedure)
Op bijlage 2 van de Regeling Zorgverzekering staan vergoedingsvoorwaarden vermeld voor
dieetpreparaten en een aantal geneesmiddelen. Deze middelen komen wettelijk enkel voor
vergoeding uit de basisverzekering in aanmerking als voldaan wordt aan deze voorwaarden.
U vindt alle informatie, inclusief de te downloaden artsenverklaringen en apotheekinstructies, op
www.znformulieren.nl.
Er wordt op verschillende manieren gecontroleerd op naleving van de vergoedingsvoorwaarden van
Bijlage-2-middelen. Gecontracteerde apothekers en leveranciers van dieetpreparaten voeren de
beoordeling uit.
Zorgverzekeraars hebben de middelen van Bijlage 2 ingedeeld in vier groepen.
Groep 1: Geen toetsing vooraf door apotheker.
Groep 2: Alleen controle van voorwaarden door apotheker door middel van een
apotheekinstructie.
Groep 3: Controle van de voorwaarden door de arts en door de apotheker. De arts vult de
betreffende artsenverklaring in. De apotheker volgt de apotheekinstructie.
Groep 4: Zorgverzekeraars hebben een eigen beleid met betrekking tot de toetsing.
Beleid van coöperatie VGZ voor Bijlage 2-geneesmiddelen en dieetpreparaten die vallen in groep 4
Voor de middelen die door de Zorgverzekeraars in groep 4 geplaatst zijn, staat hieronder het beleid
van coöperatie VGZ (cVGZ). Voor middelen die VWS in de loop van de tijd toevoegt op Bijlage 2 geldt
bij onbekende groepsindeling of indeling in groep 4 dat voor de vergoeding altijd vooraf
toestemming verkregen moet worden van cVGZ.
De volgende geneesmiddelen kunnen, zonder toetsing vooraf door de apotheker, worden afgeleverd:
• Anticonceptiva
• Cholesterolverlagers (Lipidenverlagende middelen)
• Clopidogrel en prasugrel
• Dolutegravir
• Febuxostat
• Fidaxomicine
• Mercaptopurine suspensie voor oraal gebruik
• Maagzuurremmers: Bepalend voor de vergoeding is de vermelding “chronisch gebruik” of “c.g.”
door de voorschrijver op het recept. Het eerste recept komt voor rekening van de verzekerde.
Indien bij het chronisch gebruik van een maagzuurremmer de sterkte of werkzame stof van de
gebruikte maagzuurremmer wordt gewijzigd hoeft de verzekerde niet nogmaals het 1e recept
zelf te betalen. De verzekerde heeft immers een chronische indicatie voor maagzuurremmers.
23 januari 2015
Bij de volgende middelen is vooraf toestemming van cVGZ nodig:
• Ruxolitinib: Stuur een machtigingsaanvraag naar de afdeling machtigingen van coöperatie VGZ.
• Epoprostenol: Stuur een machtigingsaanvraag naar de afdeling machtigingen van coöperatie
VGZ.
• Treprostinil: Stuur een machtigingsaanvraag naar de leverende apotheek. Deze apotheek stemt
af met Coöperatie VGZ.
• Iloprost: Stuur een machtigingsaanvraag naar de leverende apotheek. Deze apotheek stemt af
met Coöperatie VGZ.
Vanaf 1 januari 2015 vallen Dieetpreparaten in groep 4. Elke zorgverzekeraar dient te werken met
een eigen formulier. Voor de zorgverzekeraars behorende bij de coöperatie VGZ heeft cVGZ de
Verklaring Dieetpreparaten opgesteld. Controle van de voorwaarden vindt plaats door de
voorschrijver en de apotheker. De voorschrijver vult de Verklaring Dieetpreparaten in. De apotheker
beoordeelt deze ingevulde Verklaring Dieetpreparaten.
Een algemeen aanvraagformulier voor een machtiging ten behoeve van de geneesmiddelen en de
Verklaring Dieetpreparaten vindt u op onze website www.cooperatievgz.nl.
23 januari 2015