Geen draagvlak voor nieuwe afvalstoffenbelasting

Persbericht
’s-Hertogenbosch, 10 september 2014
Geen draagvlak voor nieuwe afvalstoffenbelasting
Om grootschalige export van Nederlands afval te voorkomen, is een heffing op het exporteren van
Nederlands restafval van huishoudens en bedrijven noodzakelijk als onderdeel van de afvalstoffenbelasting.
Zonder een exportbelasting ontstaat een ongelijkwaardig speelveld dat de concurrentiepositie en de
werkgelegenheid van het Nederlandse bedrijfsleven schaadt. Verder moet de stortbelasting worden
opgeheven. Het huidige belastingvoorstel kan absoluut niet rekenen op het maatschappelijke draagvlak
waarnaar de staatssecretaris op zoek is. Dit schrijven de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG),
VNO-NCW, TLN, Vereniging Afvalbedrijven, NVRD, BRBS Recycling, NVPG, FHG en VERAS en in een brief
aan staatssecretaris Wiebes van Financiën. De organisaties vragen Wiebes de komende twee jaar onderzoek
te doen naar een alternatieve heffing die daadwerkelijk leidt tot de beoogde vergroening.
Staatssecretaris Wiebes wil vanaf 1 januari 2015 belasting heffen op restafval dat wordt verbrand of gestort. Deze
afvalstoffenbelasting moet leiden tot vergroening en een opbrengst van € 100 miljoen. Volgens het huidige voorstel
vallen restafvalstromen die worden geëxporteerd buiten de grondslag van de belastingheffing. Het bedrijfsleven en
de gemeenten vinden dit onverantwoord. Het resulteert in een ongelijkwaardig speelveld in Europa en Nederland
wat het Nederlandse afval- en recyclingbedrijfsleven op een forse concurrentieachterstand plaatst en de
werkgelegenheid in de sector onder druk zet. Grote hoeveelheden recyclebare en brandbare afvalstromen worden
naar het buiteland geëxporteerd. De beoogde opbrengst van € 100 miljoen wordt niet behaald, omdat voor dit afval
geen belastinggeld wordt geïnd.
De organisaties bepleiten in hun brief ook om de stortbelasting te schrappen. Deze belasting heeft geen enkel
vergroenend effect. In Nederland wordt uitsluitend afval gestort dat niet-recyclebaar en niet-brandbaar is. Storten is
de enige goede en gewenste route voor dit afval. Belasting heffing op het storten van afval werkt contraproductief:
ontdoeners gaan op zoek naar mogelijkheden om de belasting te ontlopen en naar alternatieve routes in het
buitenland. Behalve dat dit de Nederlandse stortsector op achterstand plaatst, kan dit schadelijk zijn voor het milieu.
Omdat de voorgestelde maatregel niet of nauwelijks vergroenend werkt, bepleiten de organisaties om bij de nieuwe
afvalstoffenbelasting een horizonbepaling op te nemen. Deze bepaling houdt in dat de heffing na twee jaar eindigt,
tenzij uit een evaluatie blijkt dat de maatregel het gewenste effect heeft gehad. De komende twee jaar kan
onderzoek worden gedaan naar alternatieven die effectief en vergroenend zijn en op die manier bijdragen aan
verduurzaming van de samenleving en de internationale concurrentiepositie van het Nederlandse bedrijfsleven
versterken.
Noot voor de redactie (niet voor publicatie)
De brief te downloaden vanaf www.verenigingafvalbedrijven.nl
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Vereniging Afvalbedrijven, directeur Dick Hoogendoorn, telefoon (073) 627 94 44 / 06 41 00 73 99