Eindrapport Internationals in de Metropoolregio Amsterdam

Internationals in de
Metropoolregio Amsterdam
Literatuurstudie en analyse van de
statistiek over de (huisvesting van)
internationals in de MRA
Economie met beleid
Internationals in de
Metropoolregio Amsterdam
Literatuurstudie en analyse van de
statistiek over de (huisvesting van)
internationals in de MRA
OPGESTELD IN OPDRACHT VAN:
OPGESTELD DOOR:
Adres:
Valkenburgerstraat 212
1011 ND Amsterdam
Telefoon:
020 – 67 00 562
Fax:
020 – 47 01 180
E-mail:
[email protected]
Website:
www.decisio.nl
TITEL RAPPORT:
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam, Literatuurstudie en analyse van de statistiek over de
(huisvesting van) internationals in de MRA
STATUS RAPPORT:
Eindrapport
DATUM
1 maart 2011
OPDRACHTGEVER:
Stadsregio Amsterdam, Annemieke Molenaar
PROJECTTEAM DECISIO:
Piet Hein de Porto ([email protected]), Kees van Ommeren, Dorien Blikman
INHOUD
Management samenvatting
1
2
3
4
5
6
Inleiding
i
1
1.1
Aanleiding.................................................................................................................................. 1
1.2
Onderzoeksvragen .................................................................................................................... 1
1.3
Onderzoeksafbakening............................................................................................................. 2
1.4
Leeswijzer.................................................................................................................................. 4
Regionale verschillen: omvang en spreiding internationals
5
2.1
Populatie internationals naar nationaliteiten .......................................................................... 5
2.2
Spreiding gehele populatie internationals............................................................................... 7
2.3
Spreiding westerse- en niet-westerse internationals .............................................................. 9
Ontwikkelingen
11
3.1
Ontwikkeling gehele populatie internationals ....................................................................... 11
3.2
Ontwikkeling westerse- en niet-westerse internationals ...................................................... 13
Sociaal-demografische kenmerken internationals
18
4.1
Geslacht .................................................................................................................................. 18
4.2
Leeftijd..................................................................................................................................... 19
Literatuurstudie
20
5.1
Definities ................................................................................................................................. 20
5.2
Belangrijkste conclusies literatuurstudie .............................................................................. 21
5.3
Wat komt niet naar voren uit de literatuurstudie en ontbreekt nog? ..................................23
Conclusies en aanbevelingen vervolgonderzoek
24
6.1
Belangrijkste conclusies internationals in de MRA ............................................................... 24
6.2
Doelgroep, woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar een woning .............................. 25
6.3
Blinde vlekken en vervolgonderzoek ..................................................................................... 29
Bijlage 1
Literatuuronderzoeken
31
Bijlage 2
Geraadpleegde literatuur
47
Bijlage 3
Totaaloverzicht aantal inwoners, internationals en westerse, nietwesterse internationals per MRA-gemeente
48
Bijlage 4
Totaaloverzicht percentage Turken, Marokkanen en Surinamers per
MRA-gemeente
50
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam –Eindrapportage
Bijlage 5 Totaaloverzicht aantal internationals naar (op CBS beschikbare) landen
en werelddelen van herkomst per MRA-gemeente
52
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam –Eindrapportage
Management samenvatting
Doelstelling
Stadsregio Amsterdam wil inzicht in de kenmerken van de in de Metropoolregio Amsterdam woonachtige internationals en hun woonwensen: wat is hun woonsituatie, wat zijn hun woonwensen en
hoe komen ze aan een woning? Het doel van voorliggend onderzoek is om op basis van een literatuurstudie een overzicht te geven van de belangrijkste conclusies over de huisvesting van internationals en op basis van CBS-statistieken de omvang en de spreiding van de doelgroep in kaart te brengen. Daarnaast moet inzichtelijk worden gemaakt welke vervolgstappen nodig zijn voor het kwalitatieve onderdeel (de woonwensen). In dit onderzoek is met behulp van bestaande informatie de eerste (kwantitatieve) stap gezet om de lacune aan informatie op te vullen.
Afbakening nationaliteiten
De doelgroep van het onderzoek bestaat uit ‘internationals’: personen die niet de Nederlandse nationaliteit hebben. Personen die naast de Nederlandse nationaliteit een andere nationaliteit hebben
zijn geen international. Op basis van beschikbare CBS-data kunnen niet alle nationaliteiten in kaart
worden gebracht. In dit onderzoek is gekozen voor de verdeling westerse- en niet-westerse internationals. Omdat een kwart van de internationals bestaat uit Turken, Marokkanen en Surinamers vormen deze nationaliteiten samen een aparte groep.
Belangrijkste conclusies literatuurstudie
Wonen algemeen
Prijs-kwaliteit verhouding wordt door de internationals slecht beoordeeld.
Internationals wonen graag in de buurt van voorzieningen en daardoor bij voorkeur in het centrum van de stad of hier vlakbij. Daarnaast komt uit enkele studies naar voren dat (met name)
expats in ruime(re) woningen willen wonen.
Internationals beoordelen hun huidige woning en woonomgeving goed.
Veel internationals wonen in een huurwoning.
Woonwensen naar nationaliteit en sociaal-demografische kenmerken
Westerse expats wonen graag gemixt. Aziaten hebben een kleiner woonbudget en wonen vaak
geconcentreerd.
Gezinnen wonen suburbaan.
Singles en samenwonenden zonder kinderen wonen centrumstedelijk.
Woonvoorkeuren verschillen per branche waarin de international werkzaam is. Creatieve kenniswerkers zoeken centrumstedelijke woonmilieus, ICT’ers prefereren suburbane woonmilieus.
Het woonbudget is beperkt voor internationals die werkzaam zijn bij een kennis- of onderwijsinstelling en voor internationals die op eigen initiatief komen.
Internationals in top-functies willen ruim wonen.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
i
Zoektocht naar een woning
Internationals die op eigen initiatief naar Nederland komen maken gebruik van sociale netwerken om een woning te vinden.
Verschillen in begeleidingsbehoefte bij het zoeken naar woonruimte: Amerikaanse en Britse expats regelen een woning vanuit hun thuisland. Aziatische expats zoeken liever zelf een woning
vanwege een vaak geringer budget en de behoefte om in de nabijheid van landgenoten te wonen.
Belangrijkste conclusies CBSCBS-statistieken
De zogeheten ‘free-movers’ (EU-ingezetenen) vormen de grootste (41 procent) groep internationals. Een kwart van de populatie internationals is Turks, Marokkaans, of Surinaams, maar de
omvang van deze groep is sinds 1996 gehalveerd.
Het percentage internationals (van alle inwoners in de gemeente) is in Amsterdam en Amstel-
Westerse internationals zijn oververtegenwoordigd in de kleinere gemeenten. Niet-westerse
veen met afstand het grootst: 12 procent.
internationals wonen met name in de steden.
In Amsterdam, Zaanstad, Lelystad en Haarlem wonen relatief veel Turken / Marokkanen / Surinamers en relatief weinig westerse internationals. In Aalsmeer, Haarlemmermeer en Amstelveen
wonen relatief veel westerse internationals en relatief weinig Turken/Marokkanen/Surinamers.
In Amstelveen wonen ook relatief veel overige niet-westerse internationals.
Vanaf 2000 is de omvang van de populatie westerse internationals met 56 procent gegroeid, het
aantal Turken/Marokkanen/Surinamers is met 27 procent gedaald en van de overige nietwesterse internationals waren er in 2010 26 procent meer dan in 2000.
In 92 procent van de MRA-gemeenten is het aantal westerse internationals in de periode 20002010 gegroeid.
In Amsterdam (-32 procent), Haarlem (-20 procent) en Hilversum (-29 procent) wonen steeds
minder inwoners met een Turks, Marokkaans, of Surinaams paspoort en steeds meer internationals met een andere niet-westerse nationaliteit (respectievelijk +32 procent, +28 procent en
+33 procent).
Vervolgonderzoek: 2 opties
Optie 1: Verbijzonderen populatie naar gemeenten: door bij CBS specifiekere data van nationaliteiten per gemeente te kopen kan een specifieker beeld van de populatie van de internationals in de
MRA en van de ontwikkelingen hierin worden geschetst.
Optie 2: Enquête onder internationals via bedrijven: meer zicht op doelgroepen en woonwensen
De meest pragmatische manier om de witte vlekken te vullen is via een enquête, aangevuld met
interviews. Belangrijk is om verschillende doelgroepen te bereiken. Mogelijkheden om alle type internationals te bereiken is via het Expatcenter (één locatie waar kennismigranten zich inschrijven in
de GBA én hun verblijfsdocument ophalen), uitzendbureaus voor Oost-Europeanen, specifieke
‘communities’ (veel landen/nationaliteiten hebben hun eigen ‘community’) en internationale scholen. Naast een enquête onder de doelgroep zou via interviews met werkgevers en relocation managers en gespecialiseerde makelaars voor de nodige kwalitatieve inkleuring kunnen worden gezorgd.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
ii
1 Inleiding
1.1 Aanleiding
Een belangrijke vestigingsplaatsfactor voor bedrijven is de aanwezigheid van geschikt personeel en
daarmee ook de huisvestingsmogelijkheden voor het personeel1. Ook de aanwezigheid van een
internationale beroepsbevolking is belangrijk voor een regio om aantrekkelijk te blijven voor (internationale) bedrijven en organisaties. De woningmarkt in de metropoolregio Amsterdam heeft te maken
met knelpunten. Stadsregio Amsterdam wil vraag en aanbod beter op elkaar afstemmen. Hiervoor is
de Stadsregio bezig met een kwantitatieve en kwalitatieve analyse van de woningvoorraad in de
metropoolregio. Daarnaast is er weinig bekend over de woonwensen van een specifieke groep: de
internationals (alle personen die niet in het bezit van de Nederlandse nationaliteit). De Stadsregio wil
inzicht in de woonwensen van de brede groep internationals, ‘van paprikaplukker tot CEO’. In dit
onderzoek is met behulp van bestaande informatie de eerste (kwantitatieve) stap gezet om die lacune aan informatie op te vullen.
1.2 Onderzoeksvragen
De Stadsregio Amsterdam wil inzicht krijgen in de huisvesting van internationals. Hierbij staan vier
thema’s centraal:
1. Kenmerken doelgroep
Omvang;
-
Spreiding;
-
Sociaal-demografische kenmerken;
-
Economische kenmerken;
2. Woonsituatie
Huishoudensamenstelling;
-
Woningkenmerken;
-
Andere kenmerken die de huidige woonsituatie duidt;
3. Woonwensen
Kwalitatieve- en kwantitatieve vraag;
4. Zoektocht naar woning
Hoe komt de international aan een woning?
Centrale vraag
De kern van voorliggend onderzoek is om in kaart te brengen welk deel van deze vragen met bestaande literatuur en CBS-statistieken te beantwoorden zijn en een advies te geven over het vervolg
om de blinde vlekken in te vullen. Onderstaande vraag/opdracht staat centraal:
1 De Graaff, T., F. van Oort en S. Boschman (2008). Woon-werkdynamiek in Nederlandse gemeenten. Ruimtelijk
Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
1
Geef op basis van een literatuurstudie een overzicht van de belangrijkste conclusies over de huisvesting van internationals en breng de omvang en de spreiding van de in de Metropoolregio Amsterdam woonachtige internationals in kaart en koppel dit aan de gegevens van het ‘kwantitatieve
onderzoek internationals Amsterdam’ zodat ook enkele sociaal-demografische kenmerken van de
doelgroep inzichtelijk worden gemaakt. Geef daarnaast aan welke vervolgstappen nodig zijn voor
het kwalitatieve onderdeel.
Deelvragen
Meer specifiek gaan we in op de volgende vragen:
Geef op basis van een literatuuronderzoek een overzicht van de belangrijkste conclusies over de
huisvesting van internationals (in de MRA).
Wat is de omvang van de groep internationals?
Waar wonen de internationals?
Wat is de ontwikkeling van de afgelopen jaren geweest (2000 – 2010)?
Wat zijn de belangrijkste kenmerken (geslacht, leeftijd) van deze groep?
Welke vervolgstappen zijn nodig om de woonwensen, de huidige woonsituatie en de zoektocht
naar een woning van de internationals in kaart te brengen (kwalitatieve onderdeel)?
Gebruik maken van beschikbare data
Er is al veel onderzoek gedaan naar internationals. Hierdoor is al veel over de doelgroep bekend.
Decisio heeft in 2009 in opdracht van gemeente Amsterdam een onderzoek uitgevoerd naar in Amsterdam woonachtige internationals. Dit betrof een kwantitatieve nulmeting waarbij verschillende
subsegmenten (zoals kennismigranten en free movers2) in kaart zijn gebracht. Dit onderzoek maakt
enkele sociaal-demografische en economische kenmerken van deze subsegmenten inzichtelijk. Voor
zover mogelijk gebruiken we de resultaten van dat onderzoek en alle andere beschikbare onderzoeken om de antwoorden op bovenstaande vragen te verrijken. Op basis van de beschikbare CBSgegevens (zoals geslacht en leeftijdscategorie) brengen we de verschillen tussen de populaties van
de gemeenten in kaart.
1.3 Onderzoeksafbakening
Geografische scope
Binnen het studiegebied vallen 39 gemeenten die deelnemen aan het samenwerkingsverband “Metropoolregio Amsterdam”3 (figuur 1.1). Dit gebied heeft 2,3 miljoen inwoners.
2 Kennismigranten zijn internationals die op basis van een kennismigrantenvisum (te verkrijgen als de international ouder dan 30 jaar arbeid in loondienst verricht voor een bruto-jaarinkomen van tenminste € 50.619, of
minimaal € 37.121 indien de werknemer jonger is dan 30 jaar) in Nederland verblijven. Free movers zijn onderdanen van een EU-, of EER-lidstaat, of Zwitserland.
3 Deelnemers Metropoolregio Amsterdam: http://www.metropoolregioamsterdam.nl/achtergrond.html
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
2
Figuur 1.1 Geografische scope onderzoek
Afbakening nationaliteiten
De doelgroep van het onderzoek bestaat uit ‘internationals’: personen die niet de Nederlandse nationaliteit hebben. Personen die naast de Nederlandse nationaliteit een andere nationaliteit hebben
zijn geen international. Op basis van CBS-data is het mogelijk om de gehele populatie internationals
op gemeenteniveau in kaart te brengen. Het is niet mogelijk om op gemeenteniveau in te zoomen op
nationaliteit (met uitzondering van enkele nationaliteiten). In dit onderzoek is daarom gekozen voor
de verdeling westerse- en niet-westerse internationals. Van oudsher wonen er in Nederland relatief
veel Turken, Marokkanen en Surinamers. Deze nationaliteiten vormen een aparte categorie.
Tabel 1.1 Verdeling landen/continenten naar ‘westers’ en ‘niet-westers’
Westers
NietNiet-Westers¹
Westers
Turkije/Marokko/Suriname
Overig nietniet-westers
Europa (excl. Turkije)
Turkije
Afrika (excl. Marokko)
Noord-Amerika
Marokko
Azië (excl. Indonesië en Japan)
Oceanië
Suriname
Latijns-Amerika (excl. Suriname)
Indonesië
Japan
Bron: CBS
¹ Exclusief ‘staatloos/onbekend’: personen van wie niet de nationaliteit kan worden vastgesteld en/of die door
geen enkele staat als onderdaan worden beschouwd (met name asielzoekers)
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
3
CBS maakt het tegen betaling mogelijk om op gemeenteniveau in te zoomen op nationaliteiten. Omdat deze koppeling niet standaard beschikbaar is, moet CBS deze handmatig aanleveren waardoor
er kosten en tijd aan zijn verbonden. In hoofdstuk 6 gaan we in op de mogelijkheden van deze optie.
1.4 Leeswijzer
Hoofdstuk twee, drie en vier en geven op basis van CBS-statistieken inzicht in respectievelijk de
regionale verschillen (omvang en spreiding), ontwikkelingen en enkele sociaal-demografische kenmerken (leeftijd en geslacht) van de internationals. Hoofdstuk vijf bevat de belangrijkste resultaten
van de literatuurstudie. In hoofdstuk zes geven we antwoord op de onderzoeksvragen en geven we
aan welke blinde vlekken er nog zijn. Ook geven we in dit hoofdstuk concrete suggesties voor vervolgonderzoek om die blinde vlekken in te vullen.
Bijlage 1 bevat per onderzoek uit de literatuurstudie een overzicht van de belangrijkste resultaten. In
bijlage 2 is een overzicht opgenomen van alle gebruikte literatuur in dit onderzoek. Bijlage 3, 4 en 5
bevatten totaaltabellen met absolute aantallen en percentages internationals per MRA-gemeente.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
4
2 Regionale verschillen: omvang en spreiding internationals
In dit hoofdstuk geven we op basis van kaarten inzicht in de omvang en spreiding van de populatie
internationals. Dit doen we voor de totale populatie en voor de subgroepen westerse- en nietwesterse internationals. De eerste paragraaf geeft inzicht in de verschillende nationaliteiten4 van de
internationals die in de MRA wonen. Een totaaloverzicht met absolute aantallen per gemeente staat
in bijlage 3 en 5.
2.1 Populatie internationals naar nationaliteiten
In de MRA wonen circa 170.000 internationals. De verhouding westerse- en niet-westerse internationals is vrijwel gelijk: 48 procent is westers, 46 procent is niet-westers (van 6 procent is de nationaliteit niet bekend). Van oudsher maken Turken, Marokkanen en Surinamers een belangrijk deel uit
van de niet-westerse internationals. Van de westerse internationals zijn de EU-onderdanen een belangrijke groep. Bijlage 5 bevat de verdeling naar onderstaande nationaliteiten per gemeente.
Figuur 2.1 Populatie internationals in de MRA naar land/werelddeel van herkomst, 01 januari 2010
Bron: CBS
4 Op basis van de beschikbare CBS-statistieken kunnen circa 20 nationaliteiten worden opgenomen. Hierdoor
is het niet mogelijk om alle nationaliteiten van de internationals in kaart te brengen.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
5
Een kwart van de populatie internationals in de MRA bestaat uit Turken, Marokkanen en Surinamers.
Hierbij gaat het uitsluitend om de personen die niet in het bezit zijn van de Nederlandse nationaliteit.
Turken, Marokkanen en Surinamers die in het bezit zijn van twee paspoorten zijn niet inbegrepen.
De zogeheten ‘free movers’ (inwoners van de EU) vormen de grootste (41 procent) groep van alle
internationals in de MRA.
Figuur 2.2 EU-ingezetenen (exclusief Nederlanders) naar nationaliteit5 01 januari 2010
Bron: CBS
In de MRA wonen 70.000 internationals die de nationaliteit hebben van een van de 27 lidstaten van
de EU. Het grootste aandeel internationale EU-ingezetenen in de MRA is afkomstig uit het Verenigd
Koninkrijk: een op de vijf is een Brit. Ook wonen er relatief veel Duitsers in de MRA (15 procent van
alle EU-ingezetenen heeft de Duitse nationaliteit). Het aantal Polen bedraagt de helft van de populatie Britten, evenveel als het aantal Italianen.
5 De categorie ‘overig EU’ kan op basis van beschikbare CBS-statistieken niet nader worden geduid.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
6
2.2 Spreiding gehele populatie internationals
Figuur 2.3 Aantal internationals per MRA-gemeente 01 januari 20106
Bron: CBS
Veruit de meeste internationals wonen in Amsterdam
Amsterdam heeft van de 39 gemeenten in de MRA de grootste populatie
populatie internationals: 95.000. Van
alle internationals in de MRA woont 56 procent in Amsterdam. Het verschil met de andere gemeengemee
ten is groot. De gemeente die na Amsterdam de grootste populatie internationals heeft is AmstelAmste
veen (9.653 internationals), op de voet gevolgd door Almere (9.417 internationals). In 17 van de 39
gemeenten wonen meer dan 1.000 internationals.
6 Bijlage 4 geeft een totaaloverzicht van het aantal en percentage internationals per gemeente.
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
7
Figuur 2.4 Percentage internationals van totale bevolking per MRA-gemeente
gemeente 01 januari 20107
Bron: CBS
In de MRA wonen relatief veel internationals
Begin 2010 telde Nederland 16,5 miljoen inwoners. Hiervan is 4 procent international. In de MRA
wonen relatief veel internationals: 7 procent van de bevolking heeft niet de Nederlandse nationalinational
teit. Ook het aantal inwoners in relatie tot het
he aantal internationals in de MRA onderstreept dat
beeld. Van de Nederlandse bevolking woont 14 procent in de MRA; van de populatie internationals
woont 23 procent in de MRA.
Internationals wonen met name in de grotere gemeenten
Amsterdam en Amstelveen hebben
bben met afstand het grootste aandeel internationals: 12 procent van
de bevolking heeft geen Nederlands paspoort. Ook in Diemen wonen relatief veel internationals (8
procent). In de kleinste gemeenten is het aandeel internationals naar verhouding laag. Van de 10
kleinste gemeenten is per gemeente maximaal 3 procent international8. Deze
eze gemeenten zijn daardoor minder interessant voor vervolgonderzoek. Van de 20 grootste gemeenten hebben Castricum
(2 procent) en Edam-Volendam
Volendam (1 procent) een opvallend laag percentage internationals.
internationals
7 Bijlage 3 geeft een totaaloverzicht van percentage internationals per gemeente.
8 Uitgezonderd Laren: op basis van het aantal inwoners is Laren de 30e gemeente, 7 procent is international.
Dit relatief hoge aandeel internationals wordt veroorzaakt door een
een asielzoekerscentrum in de gemeente. Het
enige andere AZC in de MRA bevindt zich in Almere (bron: Centraal Orgaan opvang asielzoekers).
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
8
2.3 Spreiding westersewesterse- en nietniet-westerse internationals
Figuur 2.5 Percentage westerse internationals van totale populatie internationals per MRAgemeente 01 januari 2010
Figuur 2.6 Percentage niet-westerse
westerse internationals van totale populatie internationals per MRAgemeente 01 januari 2010
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
9
In kleinere gemeenten is meer dan de helft van de international westers
De verhouding ‘westerse internationals’ – ‘niet-westerse internationals’ is in de MRA nagenoeg in
balans. Van alle internationals is 48 procent westers en 46 procent niet-westers9. Op gemeenteniveau zijn er wel duidelijke verschillen. In de kleinere gemeenten is het merendeel van de internationals westers, in de grotere gemeenten is dat vaak minder dan de helft. Van de 20 kleinste gemeenten zijn er 17 gemeenten waar meer dan 50 procent van de internationals westers is. Van de 12
grootste gemeenten zijn er 3 gemeenten (Velsen, Amstelveen, Haarlemmermeer) waar het percentage westerse internationals meer dan 50 procent bedraagt.
Niet-westerse internationals wonen met name in de grotere gemeenten
In slechts 2 gemeenten (Zaanstad en Amsterdam) is meer dan de helft van de internationals nietwesters. Er zijn 10 gemeenten waar het aandeel niet-westerse internationals hoger is dan 40 procent (Zaanstad, Amsterdam, Almere, Lelystad, Weesp, Haarlem, Huizen, Diemen, Hilversum en Amstelveen). Opvallend is dat 7 van deze gemeenten tot de 10 grootste gemeenten van de MRA behoort. De niet-westerse internationals wonen dus met name in de steden. Dit blijkt ook uit het feit
dat in slechts 6 gemeenten meer niet-westerse internationals wonen dan westerse, maar van beide
groepen er toch ongeveer evenveel personen (circa 80.000) wonen in de MRA.
Hoog aandeel Turken, Marokkanen en Surinamers in Amsterdam, Zaanstad, Lelystad en Haarlem; in
Amstelveen hoog percentage overige niet-westerse nationaliteiten10
Het aandeel Turken, Marokkanen en Surinamers bedraagt een kwart van alle internationals in de
MRA. Dit komt overeen met de helft van alle niet-westerse internationals. De spreiding van nietwesterse internationals uitgezonderd deze 3 nationaliteiten geeft een wisselend beeld in vergelijking
met de spreiding van de gehele populatie niet-westerse internationals. In Amstelveen wonen relatief
veel niet-westerse internationals met een andere nationaliteit dan Turks, Marokkaans, of Surinaams
(37 procent). Inwoners met een van deze nationaliteiten zijn naar verhouding oververtegenwoordigd
in Amsterdam, Zaanstad, Lelystad en Haarlem (> 28 procent van alle internationals).
9 De som van het aandeel westerse- en niet-westerse internationals is niet 100 procent. Dit komt door de categorie ‘staatloos/onbekend’: personen die door geen enkele staat als onderdaan worden beschouwd of van
wie de nationaliteit niet kan worden vastgesteld.
10 Bijlage 4 geeft een totaaloverzicht van het percentage Turken, Marokkanen, Surinamers en ‘overig nietwesterse internationals’ per gemeente
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
10
3 Ontwikkelingen
Dit hoofdstuk geeft de ontwikkelingen van de omvang en spreiding van de doelgroep weer in zowel
de totale MRA als op gemeenteniveau. Net als in hoofdstuk 2 maken we de gehele populatie en de
subgroepen westerse- en niet-westerse internationals inzichtelijk en vormen de Turken, Marokkanen
en Surinamers een aparte groep.
3.1 Ontwikkeling gehele populatie internationals
Figuur 3.1 Ontwikkeling aantal internationals MRA 1996-2010
180.000
175.000
170.000
165.000
160.000
155.000
150.000
145.000
140.000
135.000
130.000
1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Bron: CBS
Toename populatie internationals vanaf 2000
De ontwikkeling van het aantal internationals in de MRA heeft twee gezichten. In de periode 19962000 is de omvang van deze populatie met circa 17 procent afgenomen. In de 10 jaar daarna is het
totaal aantal internationals met bijna dezelfde cijfers weer toegenomen. Wanneer we in deze groeiperiode tussen 2000-2010 inzoomen op de ontwikkeling op gemeenteniveau dan worden de regionale verschillen duidelijk (figuur 4.2).
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
11
Figuur 3.2 Ontwikkeling internationals MRA 2000-2010
2000
Bron: CBS
In 85 procent van de gemeenten meer internationals in 2010 dan in 2000, laagste groei in Het Gooi
Op gemeenteniveau zijn er duidelijke verschillen in de ontwikkeling van het aantal internationals in
de MRA in de periode 2000-2010.
2010. Van de gemeenten met meerr dan 1.000 internationals (17 geg
meenten) zijn er 4 gemeenten waar de groei groter is dan 60 procent (tot maximaal 67 procent):
procent)
Aalsmeer, Amstelveen, Diemen
men en Haarlemmermeer. Van alle MRA-gemeenten
gemeenten waren er slechts 6
gemeenten waar in 2010 minder internationals
internat
woonden dan in 2000: Muiden, Weesp, Abcoude,
Wijdemeren, Naarden en Blaricum. De laagste groei zit in het zuidwesten van de MRA, in Het Gooi.
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
12
3.2 Ontwikkeling westersewesterse- en nietniet-westerse internationals
Figuur 3.3 Ontwikkeling aantal westerse- en niet-westerse internationals MRA 1996-2010
140.000
120.000
100.000
80.000
Westers
60.000
Niet-westers
40.000
20.000
0
Bron: CBS
Na 2004 sterke groei westerse internationals; aantal niet-westerse internationals neemt jaarlijks af
In 1996 woonden 2,5 keer meer niet-westerse- dan westerse internationals in de MRA. Sinds 2010
zijn er voor het eerst meer westerse internationals. Het aantal westerse internationals is met name
vanaf 2004 sterk gegroeid (36 procent). Dit was het jaar waarin 10 nieuwe lidstaten toetraden tot de
EU en het voor veel Oost-Europeanen makkelijker werd om zich in de MRA (en elders in de EU) te
vestigen. Het aantal niet-westerse internationals neemt sinds 1996 jaarlijks af (met uitzondering van
1998). Sinds 2000 blijft dit aantal echter redelijk stabiel. Per saldo zijn er in de MRA in 2010 bijna
weer net zoveel personen met een buitenlandse nationaliteit als in 1996.
De volgende figuur (3.4) maakt inzichtelijk of álle niet-westerse nationaliteiten in aantal afnemen,
door de Turken, Marokkanen en Surinamers apart op te nemen.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
13
Figuur 3.4 Ontwikkeling aantal westerse-, niet-westerse internationals, Turken / Marokkanen / Surinamers en overige niet-westerse internationals MRA 1996-2010
140.000
120.000
Westers
100.000
Niet-westers
80.000
60.000
40.000
20.000
Turken,
Marokkanen en
Surinamers
Niet-westers excl.
Turken,
Marokkanen en
Surinamers
0
Bron: CBS
Aantal Turken, Marokkanen en Surinamers is sinds 1996 gehalveerd; de overige niet-westerse internationals11 nemen sinds 2000 ieder jaar in omvang toe
De ontwikkeling van het aantal internationals met de Turkse, Marokkaanse en Surinaamse nationaliteit, blijkt volledig anders te zijn dan die van de overige niet-westerse nationaliteiten. De dalende
trend van alle niet-westerse internationals wordt vrijwel volledig beïnvloed door de afname van het
aantal Turken, Marokkanen en Surinamers in de MRA. Het aantal personen afkomstig uit een van
deze landen is in de periode 1996 – 2010 gehalveerd. Sinds 2000 neemt deze groep met gemiddeld 3,5 procent per jaar af.
De omvang van het aantal niet-westerse internationals die niet een Turks, Marokkaans, of Surinaams paspoort hebben is in de periode 1996 – 2000 met 20 procent afgenomen, maar vanaf
2000 weer met dezelfde cijfers toegenomen. Er zijn nu evenveel overige niet-westerse internationals
als in 1996. Sinds 2000 neemt deze groep met gemiddeld 2,5 procent per jaar toe.
11 Overig niet-westers: Afrika (excl. Marokko), Azië (excl. Indonesië en Japan) en Latijns-Amerika (excl. Suriname).
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
14
Figuur 3.5 Ontwikkeling westerse internationals MRA 2000-2010
2000
Bron: CBS
s
groei in Aalsmeer
In 92 procent van de gemeenten toename westerse internationals, sterkste
In vrijwel alle (92 procent) gemeenten is het aantal westerse internationals in de periode 2000-2010
2000
gegroeid. Alleen in Naarden, Abcoude en Laren zijn er nu minder westerse
westerse internationals dan 10 jaar
geleden. In Aalsmeer is het aantal personen met een westerse nationaliteit het snelst gegroeid. Op 1
januari 2010 woonden daar 2,5 keer meer westerse internationals dan in 2000. De vier andere
gemeenten waar deze groep de grootste
grootste groei heeft doorgemaakt zijn Haarlem, Uitgeest, HaarlemHaarle
mermeer en Almere. In onderstaande tabel is ook de ontwikkeling van het totaal aantal inwoners
opgenomen om te zien in welke mate de groei van westerse internationals daardoor wordt verklaard.
Tabel 3.1
.1 Ontwikkeling bevolking en populatie westerse internationals van de 5 gemeenten met de
grootste groei westerse internationals in de periode 2000 - 2010
Tot. bevolking
Aalsmeer
Haarlem
Haarlemmermeer
Uitgeest
Almere
Amsterdam
MRA
Nederland
Westerse internationals
2000
2010
Groei
2000
2010
Groei
22.461
148.484
111.155
11.312
142.765
731.288
2.162.200
15.863.950
29.187
149.579
142.788
12.664
188.160
767.457
2.339.667
16.574.989
30%
1%
28%
12%
32%
5%
8%
4%
415
2.126
1.965
68
2.020
28.731
52.577
224.184
956
4.199
3.756
130
3.810
44.766
82.129
342.613
130%
98%
91%
91%
89%
56%
56%
53%
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
15
Duidelijk is dat de bevolkingsontwikkeling slechts voor een beperkt deel de verdubbeling (of meer)
van het aantal westerse internationals in bovenstaande gemeenten verklaart.
Figuur 3.6 Ontwikkeling niet-westerse
westerse internationals uitgezonderd de Turkse, Marokkaanse en SuriSur
naamse nationaliteit MRA 2000-2010
2000
Bovengemiddelde groei ‘overige
ge niet-westerse
niet
internationals’ op MRA-niveau,
niveau, maar tegenstrijdige
ontwikkelingen per gemeente
In de MRA ligt de gemiddelde groei van het aantal niet-westerse
niet westerse internationals zonder de nationalinational
teiten Turks, Marokkaans en Surinaams ver boven het Nederlandse gemiddelde: +26 procent tegen
+9 procent.. Op gemeenteniveau is de
d ontwikkeling van deze groep tegenstrijdig. Bij de
d ene helft van
de MRA-gemeenten nam deze populatie in het afgelopen decennium toe, bij de andere helft was er
een daling. In de gemeenten waar deze groep in aantal afnam was de daling echter minder sterk
dan de stijging in de andere helft van de gemeenten. Van de 17 gemeenten met meer dan 1.000
internationals hadden Huizen (- 33 procent) en Heemskerk (- 10 procent) de
e grootste afname van de
groep ‘overige niet-westerse internationals’.
internationals De gemeente met de hoogste groei van deze groep internationals is Amstelveen. In 2010 was deze populatie internationals 2,5 keer groter (+145 procent) dan in 2000.
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
16
Figuur 3.7 Ontwikkeling populatie internationals met de Turkse, Marokkaanse en Surinaamse nationati
naliteit MRA 2000-2010
In driekwart van de MRA-gemeenten
gemeenten neemt de populatie Turken/Marokkanen/Surinamers af
In slechts 9 gemeenten woonden er in 2010 meer Turken, Marokkanen en Surinamers dan in 2000.
In alle andere gemeenten nam deze populatie internationals
internation
af. Almere (+7 procent),
procent Beverwijk (+22
procent) en Amstelveen (+38 procent)
procent) zijn de enige grote gemeenten waar deze groep internationals
in omvang is gegroeid. Opvallend zijn de verschillen tussen enerzijds de daling van het aantal inwoinw
ners met een Turks,
rks, Marokkaans, of Surinaams paspoort en anderzijds
zijds de groei van de overige nietwesterse internationals. Van de grote steden zijn dit Amsterdam (respectievelijk -32
32 procent en +23
procent), Haarlem (-20 procent en 28 procent) en Hilversum (-29 procent en +33 procent).
procent
Internationals in de Metropoolre
lregio Amsterdam – Eindrapportage
17
4 Sociaal-demografische kenmerken internationals
In dit hoofdstuk zijn de kenmerken ‘geslacht’ en ‘leeftijd’ (in categorieën) van de internationals in
kaart gebracht. Andere sociaal-demografische kenmerken kunnen op gemeenteniveau niet uit de
CBS-statistieken worden gehaald. Op basis van het door Decisio uitgevoerde onderzoek naar internationals in Amsterdam worden kort nog twee aanvullende kenmerken uit dat onderzoek genoemd.
4.1 Geslacht
Figuur 4.1 Westerse en niet-westerse internationals MRA naar man –vrouw 2000 en 2010
Bron: CBS
Evenveel mannen als vrouwen
De verhouding man – vrouw is bij de westerse- en bij de niet-westerse internationals gelijk. Beide
subgroepen hebben evenveel mannen als vrouwen. In 2010 is deze verhouding vrijwel hetzelfde als
in 2000.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
18
4.2 Leeftijd
Figuur 4.2 Leeftijdscategorieën westerse en niet-westerse internationals MRA 01 januari 2010
Bron: CBS
Circa tweederde van de internationals is tussen de 15 en 45 jaar
Ongeveer 40 procent van de westerse- en niet-westerse internationals is tussen de 30 en 45 jaar,
tweederde is tussen de 15 en 45 jaar. Slechts 1 op de 20 personen in de MRA die niet een Nederlands paspoort heeft is ouder dan 65 jaar. De niet-westerse internationals zijn over het algemeen
jonger dan de westerse internationals: 40 procent van de niet-westerse internationals is jonger dan
30, bij de westerse internationals is dit aandeel 33 procent.
Overige sociaalsociaal-demografische kenmerken uit ‘Amsterdamse
‘Amsterdamse onderzoek’12:
In 2009 heeft Decisio een kwantitatief onderzoek uitgevoerd naar internationals in Amsterdam. Aanvullend op
de hierboven genoemde sociaal-demografische kenmerken noemen we twee kenmerken uit dit onderzoek:
Samenlevingsvorm
(Echt)paar met kind
11%
(Echt)paar
zonder kind
30%
Alleenwonend
14%
Drie of meer
alleenstaanden
25%
Overig
20%
Verblijfsduur
Een kwart van de internationals is na één jaar weer vertrokken uit Amsterdam. Na twee jaar is dit 40 procent.
Niet bekend is of zij terug zijn gegaan naar het land van herkomst, of naar een andere gemeente in Nederland.
12 Decisio (2010). Internationals in Amsterdam: kwantitatieve nulmeting in Amsterdam.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
19
5 Literatuurstudie
Dit hoofdstuk bevat de belangrijkste resultaten van een literatuurverkenning. Deze literatuurstudie is
niet uitputtend, maar beslaat enkele relevante Nederlandse en internationale onderzoeken waarin
de nadruk ligt op internationals, of een te onderscheiden subgroep als expats en kennismigranten.
Het hoofdstuk begint met de definities van verschillende subsegmenten zoals die zijn gehanteerd in
het door Decisio uitgevoerde kwantitatieve onderzoek naar internationals in Amsterdam. We ronden
dit hoofdstuk af door aan te geven welk deel van de onderzoeksvragen op basis van bestaande literatuur kan worden beantwoord en welk deel een blinde vlek blijft. Een toelichting op de belangrijkste
resultaten per onderzoek is opgenomen in bijlage 1.
5.1 Definities
De afbakening van de populatie internationals verschilt per onderzoek. In bepaalde onderzoeken zijn
alle personen met een buitenlands paspoort opgenomen, andere onderzoeken richten zich uitsluitend op de expats. De definitie van expat loopt echter uiteen van ‘hoog opgeleid’ tot ‘kenniswerker’
en van ‘international met een minimaal bruto jaarinkomen van circa 48.000 euro’ tot ‘buitenlandse
werknemer’. Hierdoor is het erg moeilijk om conclusies van verschillende onderzoeken met elkaar te
vergelijken en/of toe te passen op de populatie internationals in de MRA. Onderstaand kader bevat
de definities en omvang van de zes subsegmenten die zijn gehanteerd in het kwantitatieve onderzoek naar internationals in Amsterdam (Decisio, 2010).
Afbakening populatie internationals
internationals kwantitatief onderzoek Amsterdam (Decisio, 2010)
De brede onderzoeksgroep is gedefinieerd als de internationals: de in de GBA geregistreerde personen die in
het bezit zijn van alleen een buitenlands paspoort. Op 01 januari 2009 bedroeg het totaal aantal internationals
in Amsterdam 90.777. Deze brede groep internationals is onderverdeeld in nieuwe internationals (de internationals die op peildatum X niet langer dan één jaar in Nederland en Amsterdam wonen; 13.906 personen) en
de oude internationals (de internationals die langer dan één jaar in Amsterdam en Nederland wonen; 76.871
personen). Uitsluitend de nieuwe internationals zijn verder onderverdeeld in zes subsegmenten:
Free movers (54 procent):
procent) nieuwe internationals die op basis van de nationaliteit van een EU-, EERlidstaat, of van Zwitserland in Nederland verblijven.
Kennismigranten / expats (9 procent):
procent): nieuwe internationals die op basis van een kennismigrantenvisum
Arbeidsmigranten (3 procent):
procent): nieuwe internationals, niet behorend tot de kennismigranten, die in Neder-
in Nederland verblijven. In dit onderzoek zijn expats gelijkgesteld aan kennismigranten.
land arbeid in loondienst komen verrichten met een bruto-jaarinkomen van minimaal de bijstandsnorm.
Familiemigranten
Familiemigranten (14 procent):
procent) nieuwe internationals die in Nederland verblijven bij een familie-, of gezinslid.
Studenten (5 procent):
procent): nieuwe internationals die studeren aan een instelling voor hoger onderwijs/universiteit, of een opleiding volgen aan een instelling voor voortgezet, of beroepsonderwijs.
Overig (15 procent):
procent): alle nieuwe internationals die niet in een van bovengenoemde subsegmenten kunnen
worden geplaatst.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
20
5.2 Belangrijkste conclusies literatuurstudie
Bijlage 1 bevat een overzicht van circa 15 verschillende onderzoeken op het gebied van ‘internationals in Nederland’. In deze bijlage geven we per onderzoek een toelichting op de belangrijkste resultaten van die studie. Deze paragraaf geeft een beknopt overzicht van de belangrijkste conclusies uit
de literatuurstudie, ingedeeld naar de thema’s van de onderzoeksvragen. Zoals hierboven toegelicht
is er in de literatuur geen eenduidige afbakening van zowel de brede populatie internationals als de
subsegmenten. Hierdoor is het lastig om algemene conclusies te trekken. De onderstaande conclusies moeten dan ook worden gezien als een rode draad uit de literatuur.
Woonsituatie en woonvoorkeuren brede populatie internationals (gehele populatie)
PrijsPrijs-kwaliteit verhouding wordt slecht beoordeeld. Het woningaanbod sluit niet aan op de vraag
van internationals. Met name de geboden kwaliteit en/of de ruimte in verhouding tot de prijs van
een woning blijkt in veel onderzoeken een knelpunt te zijn voor internationals.
Internationals wonen graag in de buurt
buurt van voorzieningen en daardoor bij voorkeur in het centrum van de stad of hier vlakbij. Het prijsniveau van een vierkamerwoning in het centrumstedelijk
gebied van de MRA is echter boven het budget van veel internationals. Dit zorgt ervoor dat het
vinden van een geschikte woning moeizaam verloopt.
Internationals beoordelen hun huidige woning en woonomgeving goed.
goed Ondanks dat de beschikbaarheid van woningen en de prijzen van woningen als probleem worden ervaren, beoordelen
veel internationals hun huidige woning en woonomgeving als goed. De groenvoorzieningen, het
openbaar vervoer en algemene voorzieningen als winkels en sportfaciliteiten worden gewaardeerd.
Veel internationals wonen gehuurd.
gehuurd Vanwege het tijdelijke karakter van hun verblijf in Nederland
wonen veel internationals gehuurd. De aankoop van woningen is met name voor de groep expats
die vrijgesteld zijn van inkomstenbelasting niet aantrekkelijk omdat zij geen gebruik kunnen maken van de hypotheekrenteaftrek.
Woonsituatie en woonvoorkeuren per subsegment internationals
Subsegment op basis van nationaliteit
Aziaten hebben een kleiner woonbudget en wonen vaak geconcentreerd. Aziatische expats hebben vaak een kleiner woonbudget en zoeken daarom liever zelf een woning. Ze stellen minder eisen aan de woning, maar wonen graag in een gemeenschap of in de buurt van andere landgenoten. Hierdoor zijn er op sommige plaatsen in de MRA concentraties van o.a. Japanners en Chinezen te vinden (bijvoorbeeld in Amstelveen).
Westerse expats wonen graag gemixt. De expats uit Westerse landen ontvangen vaak zowel financiële ondersteuning als ook ondersteuning bij het zoeken naar een woning vanuit hun werkgever. Daarnaast wonen westerse expats liever gemengd in wijken met een mix aan lokale en internationale inwoners.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
21
Subsegment op basis van huishoudensamenstelling
Gezinnen wonen suburbaan. De gezinssituatie heeft invloed op de woonlocatie. Internationals, en
dan voornamelijk expats, met gezinnen wonen vaak in suburbane woonplaatsen in de buurt van
een internationale school. Rust, ruimte en goede winkelvoorzieningen vinden ze belangrijk
Singles en samenwonenden zonder kinderen wonen centrumstedelijk. Singles of samenwonende
internationals kiezen bij voorkeur voor een centrumstedelijke locatie vlakbij uitgaansgelegenheden. Ze zoeken een locatie met veel mogelijkheden om andere te ontmoeten.
Subsegment op basis van branche / functie
Woonvoorkeuren verschillen per branche waarin de international werkzaam is. Creatieve kenniswerkers zoeken centrumstedelijke woonmilieus, en zien hun woon en werkplek graag in elkaar
verweven. Internationals en kenniswerkers die werkzaam zijn in de ICT of meer exacte sectoren
prefereren meestal suburbane woonmilieus.
Woonbudget beperkt voor internationals
internationals werkzaam bij een kenniskennis- of onderwijsinstelling en voor
internationals die op eigen initiatief komen. Er zijn wel woningen beschikbaar, maar deze zijn
vaak te duur voor internationals die geen compensatie krijgen voor hun woonlasten vanuit hun
werkgever. Dit zijn vaak de internationals die bij een universiteit werken of die op eigen gelegenheid naar Nederland komen. Expats krijgen naast hun salaris vaak een vergoeding voor de woonlasten, waardoor hun woonbudget hoger is.
Woonbudget expat gemiddeld
gemiddeld hoger vanwege hoog salaris.
salaris. Wereldwijd verdiende een expat in
2009 gemiddeld 110.000 pond (ca. 130.000 euro), 18 procent meer dan in 2008. De buitenlandse werknemers bij internationale organisaties in Den haag verdienen gemiddeld meer dan
hun Nederlandse collega’s, 78.000 euro bruto per jaar tegenover 63.000 euro bruto per jaar.
Over de algehele groep internationals kunnen geen indicaties gegeven worden.
Internationals in toptop-functies willen ruim wonen.
wonen Internationals werkzaam bij een internationaal
bedrijf met een goede functie en dito salaris willen graag veel ruimte in en om het huis. Zij wonen vaak in het Gooi en Bloemendaal indien ze werkzaam zijn in de Noordvleugel. Wassenaar is
de uitvalsplaats voor deze internationals in de Zuidvleugel van de Randstad.
Zoektocht naar een woning
Voornamelijk internationals die op eigen initiatief naar Nederland komen maken gebruik van
sociale netwerken om een woning te vinden.
vinden Het inzetten van sociale netwerken is vaak een succesvolle manier om een woonruimte te vinden. Internationals die al kennissen hebben in de regio
vinden dan ook sneller een geschikte woning.
Begeleidingsbehoefte bij het zoeken van woonruimte verschilt per nationaliteit. Met name Amerikaanse en Britse expats vinden het belangrijk dat onder andere de woning al is geregeld als ze in
Nederland komen, zodat ze direct aan de slag kunnen. Hierbij wordt door het bedrijf vaak een relocation office ingeschakeld die expats ondersteuning biedt bij het zoeken naar een woning en
het regelen van alle formaliteiten. Aziatische expats zoeken liever zelf een woning, omdat ze vaak
een gering budget hebben ten opzichte van Westerse expats en graag in gebieden wonen waar
landgenoten wonen. In hoeverre sociale netwerken hierbij een rol spelen is niet bekend
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
22
5.3 Wat komt niet naar voren uit de literatuurstudie en ontbreekt nog?
Inzicht in de zoektocht en ondersteuningsbehoefte
Uit de literatuur is beperkte informatie naar voren gekomen over hoe internationals een woning zoeken. Het blijkt dat sociale netwerken een rol spelen. Niet duidelijk is voor welke groep internationals
ze van belang zijn, welke sociale netwerken worden aangesproken en hoe groot de rol is van deze
netwerken. Daarnaast is weinig bekend over welke ondersteuning internationals wensen bij het
zoeken naar geschikte woonruimte. De (Engelstalige) informatievoorziening over de woningmarkt
wordt in enkele onderzoeken niet positief beoordeeld. Onduidelijk is aan welke informatie internationals behoefte hebben tijdens het zoeken naar woonruimte en hoe (en in welke mate) deze informatiebehoefte verschilt per type international.
Inzicht in de woonwensen
Op basis van de literatuurstudie kunnen slechts beperkte uitspraken worden gedaan over de woonvoorkeuren van (subgroepen) internationals. Uit de literatuur komt naar voren dat internationals in
de buurt van voorzieningen willen wonen. Daarnaast blijkt uit enkele studies dat (met name) expats
woningen in Nederland te klein vinden en/of dat het aanbod van ruime(re) woningen te beperkt is.
Een nadere duiding van deze woonwensen ontbreekt. Ook is niet duidelijk of er verschillen zijn in
woonwensen tussen de subgroepen internationals.
Inzicht in de woonlasten
De literatuurstudie maakt duidelijk dat internationals de prijs-kwaliteitverhouding van woningen in
de MRA en Nederland als geheel niet goed beoordelen. Er is echter niet bekend wat het woonbudget
is van de verschillende subgroepen internationals en hoe groot de eventuele bijdrage is van de
werkgever. Hierdoor kan geen inschatting gemaakt worden van de draagkracht van (verschillende
subgroepen) internationals en in welk marktsegment van de woningmarkt zij zich bevinden.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
23
6 Conclusies en aanbevelingen vervolgonderzoek
In dit hoofdstuk geven we de belangrijkste conclusies over de internationals in de MRA. Ook geven
we per ‘onderzoekthema’ (doelgroep, woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar een woning) aan
welke gegevens we in beeld hebben en welke informatie nog ontbreekt (blinde vlekken). We sluiten
het hoofdstuk af met aanbevelingen voor vervolgonderzoek die zijn gebaseerd op die blinde vlekken.
6.1 Belangrijkste conclusies
conclusies internationals in de MRA
Omvang en spreiding internationals in de MRA (CBS(CBS-statistieken)
Belangrijkste nationaliteiten
De zogeheten ‘free-movers’ (EU-ingezetenen) vormen de grootste (41 procent) groep internationals. Hiervan zijn de Britten (19 procent) het meest talrijk. Een kwart van de populatie internationals is Turks, Marokkaans, of Surinaams, maar de omvang van deze groep is sinds 1996 ge-
halveerd.
Spreiding
Het percentage internationals (van alle inwoners in de gemeente) is in Amsterdam en Amstelveen met afstand het grootst: 12 procent. In de kleinere gemeenten zijn deze percentages naar
verhouding laag (maximaal 3 procent). Deze gemeenten zijn daardoor minder interessant voor
vervolgonderzoek.
Westerse internationals zijn oververtegenwoordigd in de kleinere gemeenten. Van de 20 kleinste
gemeenten zijn er 17 gemeenten waar meer dan 50 procent van de internationals westers is.
Niet-westerse internationals wonen met name in de steden. In 10 gemeenten is het aandeel
niet-westerse internationals hoger dan 40 procent. Hiervan behoren 7 gemeenten tot de 10
grootste gemeenten van de MRA.
Verschillen in nationaliteiten internationals tussen de steden: in Amsterdam, Zaanstad, Lelystad
en Haarlem wonen relatief veel Turken, Marokkanen en Surinamers en relatief weinig westerse
internationals. In Aalsmeer, Haarlemmermeer en Amstelveen wonen relatief veel westerse internationals en relatief weinig Turken, Marokkanen en Surinamers. In Amstelveen wonen ook relatief veel overige niet-westerse internationals (personen uit Afrika, Azië en Latijns-Amerika, excl.
Marokko, Indonesië, Japan en Suriname).
Ontwikkelingen
Zeer uiteenlopende ontwikkelingen vanaf 2000: westerse internationals +56 procent, Turken/Marokkanen/Surinamers -27 procent, overige niet-westerse internationals +26 procent.
In 92 procent van de MRA-gemeenten is het aantal westerse internationals in de periode 20002010 gegroeid. Sterkste groei in Aalsmeer (+130 procent), Haarlem (+98 procent), Haarlemmermeer (+91 procent), Uitgeest (+ 91 procent) en Almere (+ 89 procent).
In Amsterdam (-32 procent), Haarlem (-20 procent) en Hilversum (-29 procent) wonen steeds
minder inwoners met een Turks, Marokkaans, of Surinaams paspoort en steeds meer internationals met een andere niet-westerse nationaliteit (respectievelijk +32 procent, +28 procent en
+33 procent).
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
24
6.2 Doelgroep, woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar een woning
In hoofdstuk 1 hebben we de 4 thema’s van de huisvesting van internationals die de Stadsregio in
kaart wil brengen opgenomen:
1. Kenmerken doelgroep
doelgroep
Omvang;
-
Spreiding;
-
Sociaal-demografische kenmerken;
-
Economische kenmerken;
2. Woonsituatie
Verblijfsduur
-
Huishoudensamenstelling;
-
Woningkenmerken;
3. Woonwensen
Kwalitatieve- en kwantitatieve vraag;
-
Clustering van doelgroepen met vergelijkbare woonwensen;
4. Zoektocht naar een woning
Hoe komt de international aan een woning?
Het doel van voorliggend onderzoek is om op basis van bestaande literatuur en CBS-statistieken in
kaart te brengen welk deel van bovenstaande thema’s inzichtelijk gemaakt kan worden en een advies te geven over het vervolg om de blinde vlekken in te vullen. Hieronder geven we per thema een
toelichting op de gegevens die we in beeld hebben en voor welke vragen aanvullend onderzoek nodig
is.
6.2.1
6.2.1 Kenmerken doelgroep
doelgroep
Omvang
In de MRA wonen 170.000 internationals, dit is 7 procent van de totale bevolking in de MRA. In vergelijking met Nederland is in de MRA sprake van een oververtegenwoordiging van internationals: 14
procent van de Nederlandse bevolking woont in de MRA, van de populatie internationals woont 23
procent in de MRA. Van de internationals in de MRA is 48 procent westers en 46 procent nietwesters. De niet-westerse internationals bestaan voor de helft uit Turken, Marokkanen en Surinamers. De rest staat geregistreerd als staatloos.
Spreiding
Van de 39 MRA-gemeenten heeft Amsterdam de grootste populatie internationals: 56 procent woont
in de hoofdstad. De vier gemeenten waar na Amsterdam de meeste internationals wonen zijn: Amstelveen (9.653), Almere (9.417), Haarlem (8.759) en Zaanstad (7.526). Hiermee woont driekwart
van alle internationals in de MRA in een van deze 5 gemeenten. Van deze groep is 47 procent westers, 27 procent Turks/Marokkaans/Surinaams en 23 procent ‘overig niet-westers’.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
25
De westerse internationals zijn met name vertegenwoordigd in de kleinere gemeenten. Van de 20
kleinste gemeenten zijn er 17 gemeenten waar meer dan 50 procent van de internationals westers
is; van de 12 grootste gemeenten zijn dat er slechts 3 (Velsen, Amstelveen, Haarlemmermeer). Op
gemeenteniveau zijn de niet-westese internationals vaak ondervertegenwoordigd. Er zijn slechts 6
gemeenten (Zaanstad, Amsterdam, Almere, Lelystad, Weesp en Huizen) waar meer niet-westersedan westerse internationals wonen.
Sociaal-demografische kenmerken
Het aandeel mannen en vrouwen is bij de populatie internationals vrijwel volledig in evenwicht (respectievelijk 49 procent en 51 procent). Dezelfde verhouding geldt bij een nadere afbakening tussen
westerse- en niet-westerse internationals. De internationals zijn relatief jong. Circa tweederde is
tussen de 15 en 45 jaar. Slechts 1 op de 20 personen in de MRA die niet een Nederlands paspoort
heeft is ouder dan 65 jaar.
Economische kenmerken
Er is slechts beperkt onderzoek gedaan naar de economische kenmerken (inkomen) van internationals. Uit de cijfers die er zijn komt naar voren dat expats13 meer verdienen dan het Nederlands
bruto modaal jaarinkomen á 32.500 euro14. Onder andere NICIS15 en O+S16 hebben in hun studies inkomens van expats opgenomen.
Tabel 6.1 Gemiddelde bruto-jaarinkomens expats
NICIS
Perc. van de expats¹
expats¹
50%
30%
20%
Bruto jaarinkomen in €
23.000-47.000
47.000-94.000
>94.000
O+S
Perc. van de expats²
expats²
33%
33%
33%
Bruto jaarinkomen in €
< 40.000
40.000-70.000
> 70.000
Bron: NICIS (2010) en O+S, gemeente Amsterdam (2006), zie ook bijlage 1 ‘Literatuuronderzoeken’
¹ Personen met een min. bruto jaarinkomen van 48.000 euro (of min. 35.000 indien jonger dan 30 jaar) en EUonderdanen met een hoog opleidingsniveau (HBO en/of WO).
² Geen definitie / afbakening van ‘expats’
Uit het onderzoek naar internationale organisaties in Den Haag blijkt dat buitenlandse werknemers
gemiddeld 78.000 euro bruto per jaar verdienen. Net als bij bovenstaande onderzoeken geldt dat
niet duidelijk is welk aandeel van de populatie internationals in de MRA op dezelfde manier kan
13 De afbakening van de onderzoeksgroep ‘expats’ verschilt per studie en is dus niet eenduidig.
14 Centraal Planbureau. Het modale inkomen is een bruto inkomen net onder de maximum premieinkomensgrens van de zorgverzekeringswet. Deze grens wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de gemiddelde contractloonstijging bij particuliere bedrijven. Dit is niet gelijk aan het statistisch modaal (= meest voorkomende) inkomen.
15 NICIS Institute (2010), Over de rode loper: kennismigranten in Rotterdam en Den Haag
16 Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek (2006), Expats’ opinions about Amsterdam
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
26
worden afgebakend. Hierdoor kunnen de genoemde jaarinkomens niet een op een worden overgenomen op de internationals in de MRA.
6.2.2 Woonsituatie
Verblijfsduur
Voor het kwantitatieve onderzoek naar internationals in Amsterdam heeft Decisio ook de verblijfsduur in kaart gebracht. Een op de zeven internationals woont niet langer dan één jaar in Amsterdam
en Nederland. Van de internationals die zich in een bepaald jaar in Amsterdam vestigen is ongeveer
de helft na drie jaar vertrokken uit de hoofdstad. Opvallend is dat de instroom van internationals de
laatste jaren groeit, maar het totale aantal internationals constant blijft. Dit duidt dus op een toename van de uitstroom van internationals, c.q. van het verwerven van het Nederlanderschap van deze
groep.
Huishoudensamenstelling
Decisio heeft de huishoudensamenstelling van de internationals in Amsterdam in kaart gebracht:
Tabel 6.2 Huishoudensamenstelling internationals gemeente Amsterdam
(Echt)paar met kind
(Echt)paar zonder kind
Alleenwonende / alleenstaand
3 of meer alleenstaanden
Overig
Percentage internationals
11%
30%
14%
25%
20%
Bron: Decisio (2010), Internationals in Amsterdam, Kwantitatieve nulmeting in Amsterdam
Woningkenmerken
Er is niet veel bekend over de kenmerken van de woning waarin internationals gevestigd zijn. Wel is
duidelijk dat veel internationals huren. Dit wordt direct veroorzaakt door de beperkte verblijfsperiode
in Nederland, waardoor kopen niet aantrekkelijk is. Daarnaast is de aankoop van woningen voor de
groep expats die vrijgesteld zijn van inkomstenbelasting17 niet aantrekkelijk, omdat zij geen gebruik
kunnen maken van de hypotheekrenteaftrek. Door de hypotheekrenteaftrek zijn de huizenprijzen in
Nederland relatief duur, terwijl deze groep expats niet van het belastingvoordeel kan profiteren. Uit
enkele studies komt naar voren dat internationals de prijs-kwaliteitverhouding slecht beoordelen.. De
kwaliteit van de woning en de woonomgeving wordt echter wel goed beoordeeld.
17 Internationals die niet staan ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA)
(bij een verblijf van langer dan vier maanden is inschrijven verplicht, dit geldt niet voor buitenlandse diplomaten) en niet langer dan 183 dagen in Nederland werken zijn niet belastingsplichtig in Nederland, zij betalen
belasting in het land van herkomst.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
27
6.2.3 Woonwensen
Kwalitatieve- en kwantitatieve vraag en clustering van doelgroepen met vergelijkbare woonwensen
Uit de literatuurstudie blijkt dat internationals graag in de buurt van voorzieningen wonen. Ze wonen
daarom bij voorkeur in het centrum van de stad of vlakbij. Het prijsniveau van een vierkamerwoning
in het centrumstedelijk gebied van de MRA is echter boven het budget van veel internationals. Dit
zorgt ervoor dat het vinden van een geschikte woning moeizaam verloopt. Ten slotte blijkt uit een
aantal studies dat (met name) expats ruimer willen wonen en/of dat het aanbod van ruime(re) woningen te beperkt is.
Uit de literatuurstudie komen verschillende subsegmenten naar voren die specifieke woonwensen
hebben:
Gezinnen willen voornamelijk suburbaan wonen, vaak in de buurt van een internationale school.
Singles en samenwonenden zonder kinderen wonen centrumstedelijk, bij voorkeur vlakbij uitgaansgelegenheden. Ze zoeken een locatie met veel mogelijkheden om anderen te ontmoeten.
Creatieve kenniswerkers zoeken centrumstedelijke woonmilieus, en zien hun woon en werkplek
graag in elkaar verweven.
Internationals en kenniswerkers die werkzaam zijn in de ICT of meer exacte sectoren prefereren
een meer suburbaan woonmilieu.
Internationals in top-functies willen ruim wonen. Internationals werkzaam bij een internationaal
bedrijf met een goede functie en dito salaris willen graag veel ruimte in en om het huis. Zij wonen vaak in het Gooi en Bloemendaal indien ze werkzaam zijn in de Noordvleugel. Wassenaar is
de uitvalsplaats voor deze internationals in de Zuidvleugel van de Randstad.
Aziaten hebben veelal een kleiner woonbudget en wonen vaak geconcentreerd. Ze stellen minder eisen aan de woning, maar wonen graag in een gemeenschap of in de buurt van andere
landgenoten.
MOE-landers (Midden- en Oost-Europeanen): 42 procent) woont in een kamer, 38 procent in een
zelfstandige woonruimte, 11 procent in een ho(s)tel/pension, 3 procent in een caravan en 5
procent in een recreatie- of vakantiewoning. De meeste (78 procent) MOE-landers moeten hun
kamer met een of meerdere personen (niet de partner) delen, circa 22 procent hoeft zijn slaapkamer niet te delen, of alleen met zijn partner. Relatief het meest belang wordt gehecht aan het
hebben van privacy (54 procent vindt dit belangrijk), ruim de helft (56 procent) zou hier ook extra
voor willen betalen. De arbeidsmigranten betalen gemiddeld 340 euro per maand aan huur.
Op basis van de literatuurstudie wordt niet inzichtelijk wat de kwantitatieve vraag naar woonruimte
is.
6.2.4 Zoektocht naar een woning
Hoe komt de international aan een woning?
De manier waarop de international een woning vindt is in de literatuur onderbelicht. Een van de
aspecten van de zoektocht naar een woning die wordt toegelicht is de inzet van sociale netwerken.
Vooral internationals die op eigen initiatief naar Nederland komen maken gebruik van sociale net-
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
28
werken om een woning te vinden. De omvang van de groep internationals die dit doet is niet bekend.
In enkele studies wordt duidelijk dat internationals behoefte hebben aan begeleiding bij het zoeken
naar een woning. Dit verschilt echter tussen nationaliteiten. Met name Amerikaanse en Britse expats
vinden het belangrijk dat de woning al is geregeld als ze in Nederland komen. Hiervoor wordt vaak
een relocation office ingeschakeld. Een relocation office ondersteunt personen bij het zoeken naar
een woning en het regelen van alle formaliteiten. Van de MOE-landers is bekend dat circa 29 procent
zijn woning heeft gevonden via zijn werkgever, 21 procent via het uitzendbureau, 18 procent via
vrienden/kennissen, 8 procent via een makelaar, 6 procent is bij de partner en 6 procent is bij familie ingetrokken, 4 procent via de krant/internet, 2 procent heeft zelf rondgevraagd, 2 procent via een
bemiddelaar en de overige 4 procent op een andere manier.
6.3
6.3 Blinde vlekken en vervolgonderzoek
vervolgonderzoek
In bovenstaande paragrafen hebben we op basis van CBS-statistieken en literatuur antwoord gegeven op de vragen binnen de vier thema’s. Samenvattend zijn de blinde vlekken als volgt:
Blinde vlekken
Doelgroep
Beperkte sociaal-demografische kenmerken (alleen geslacht en leeftijd) (m.u.v. MOE-landers);
Beperkte economische kenmerken (beschikbare gegevens uit de literatuur alleen van toepassing op expats/kennismigranten en MOE-landers, maar niet de brede populatie internationals);
Woonsituatie
Verblijfsduur alleen bekend van de Amsterdamse internationals en MOE-landers;
Huishoudensamenstelling alleen bekend van de Amsterdamse internationals en MOE-landers;
Vrijwel geen gegevens bekend over de woningen/woonsituatie van internationals (m.u.v. MOElanders);
Woonwensen
De literatuur maakt de omvang van de vraag naar woningen niet inzichtelijk. Gegevens over de
kwalitatieve vraag blijft beperkt tot voorkeuren voor de woonomgeving, maar maakt niet duidelijk
welke eisen internationals stellen aan de woning;
Er kunnen bepaalde subsegmenten worden onderscheiden die specifieke eisen stellen aan de
woning en woonomgeving. Deze doelgroepen zijn van belang voor vervolgonderzoek.
Zoektocht naar een woning
Er is zeer weinig bekend over de wijze waarop een international een woning vindt.
Vervolgonderzoek: 2 opties
Optie 1:
1 Verbijzonderen populatie naar gemeenten:
gemeenten door bij CBS specifiekere data van nationaliteiten per gemeente te kopen kan een specifieker beeld van de populatie van de internationals in de
MRA en van de ontwikkelingen hierin worden geschetst. Voor het aanleveren van deze ‘gepersonaliseerde’ dataset brengt het CBS kosten in rekening. Een bestand met inwoners per gemeente naar
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
29
nationaliteit voor een willekeurig jaar kost 350 euro. Het maakt niet uit om hoeveel gemeenten, of
hoeveel nationaliteiten het gaat. De kosten gelden per databestand per jaar.
Optie 2:
2 Enquête onder internationals via bedrijven: meer
meer zicht op doelgroepen en woonwensen
De meest pragmatische manier om de blinde vlekken te vullen is via een enquête onder de doelgroep, aangevuld met interviews. Dit is een snelle, eenvoudige en goedkope manier om een grote
groep respondenten te bereiken. Belangrijk daarbij is om de verschillende subsegmenten/doelgroepen te bereiken. Voorbeelden van deze subsegmenten zijn: gezinnen, singles, free movers, kennismigranten, Japanners, etc. Een mogelijkheid om alle type internationals te bereiken is
via het Expatcenter. Het Expatcenter heeft gegevens over bedrijven waar internationale werknemers
in dienst zijn. Bij het Amsterdamse onderzoek naar internationals was het Expatcenter medeopdrachtgever. Vanwege de contacten die het Expatcenter heeft met internationals en bedrijven stellen
we voor om hen nauw te betrekken in dit onderzoek. Het is aan te bevelen om naast deze bedrijven
ook via uitzendbureaus voor Oost-Europeanen deze specifieke doelgroep te bereiken. Eventueel
kunnen specifieke nationaliteiten daarnaast worden benaderd via specifieke ‘communities’ (veel
landen/nationaliteiten hebben hun eigen ‘community’, vooral van toepassing voor expats, en zijn
vaak goed georganiseerd: voorbeeld hiervan zijn de Japanners) en internationale scholen.
Naast deze enquête onder de doelgroep kan via interviews met werkgevers en relocation managers
en gespecialiseerde makelaars voor de nodige kwalitatieve inkleuring worden gezorgd.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
30
Bijlage 1
Literatuuronderzoeken
Geen eenduidige onderzoeksafbakening, -vraag en -groep in literatuur
Onderdeel van het onderzoek naar Internationals in de metropoolregio Amsterdam is een verkennende literatuurstudie. We hebben verschillende relevante onderzoeken naast elkaar gelegd en
hieruit informatie gefilterd die aansluit bij de vragen van de MRA: hoe ziet de doelgroep eruit, wat is
hun woonsituatie, wat zijn hun woonwensen en hoe verloopt de zoektocht naar een woning?
Per onderzoek wordt aangegeven hoe de doelgroep eruit ziet en wat er over ‘wonen’ wordt gezegd,
Hierbij sluiten we zoveel als mogelijk aan bij de onderzoeksvragen van het onderzoek voor de Stadsregio.
De onderzoeken die hieronder zijn uitgewerkt hebben vaak een andere onderzoeksvraag, waardoor
niet elk onderzoek evenveel inzicht oplevert die aansluit bij de vraag van de Stadsregio Amsterdam.
Daarom is per onderzoek het onderzoeksdoel aangegeven, zodat de informatie in de juiste context
wordt geplaatst. Ook de onderzoekspopulaties zijn niet voor elk onderzoek hetzelfde. We beschrijven
per onderzoek welke definitie van de onderzoeksgroep wordt gehanteerd.
Doordat zowel het doel als de onderzoeksgroep per onderzoek verschilt, zijn de uitkomsten van de
onderzoeken niet een op een met elkaar te vergelijken. De algehele conclusies die naar voren komen uit de literatuurstudie zijn dan ook indicatief van aard.
Over de rode loper: kennismigranten in Rotterdam en Den Haag
NICIS Institute: 2010
Onderzoeksgroep
Kennismigranten/expats in Rotterdam en Den Haag. Kennismigranten worden gedefinieerd als personen die naar Nederland komen om arbeid in loondienst te verrichten met een bruto jaarinkomen
van minimaal 48.000 euro, of 35.000 euro als zij jonger zijn dan 30 jaar. Wetenschappelijk onderzoekers en artsen in opleiding zijn vrijgesteld van de inkomenseis. Naast de kennismigranten worden in het onderzoek ook niet Nederlandse EU-burgers meegenomen met een hoog opleidingsniveau
(HBO of WO). Zij hebben geen verblijfsvergunning nodig en zijn ‘free movers’. In het onderzoek wordt
uitgegaan van in totaal 30.000 kennismigranten in Rotterdam en tussen de 35.000 en 40.000 kennismigranten in Den Haag. Er zijn voor het onderzoek ruim 100 kennismigranten uit Den Haag en
Rotterdam geïnterviewd.
Doel onderzoek/publicatie
Gemeenten proberen een aantrekkelijk vestigingsklimaat te creëren voor kennismigranten, zodat zij
als ‘ambassadeurs’ van de stad zullen optreden. Het kwalitatieve onderzoek brengt de ervaring van
kennismigranten in Den Haag en Rotterdam in kaart en beantwoordt de volgende onderzoeksvragen:
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
31
1. Welke grensoverstijgende activiteiten ondernemen kennismigranten en in hoeverre is er bij deze
groep sprake van gevoelsmatige binding met groepen en plaatsen die zich buiten Nederland bevinden?
2. Welke stedelijke activiteiten ondernemen kennismigranten en in hoeverre is er bij deze groep
sprake van gevoelsmatige binding met de stad en haar bewoners?
3. Hoe beoordelen kennismigranten in Rotterdam en Den Haag het stedelijk beleid en wat zou er
volgens hen gedaan moeten worden om de stad aantrekkelijker te maken?
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
Kennismigranten en expats komen in toenemende mate uit Azië. Het aantal kennismigranten uit
Amerika en Japan neemt af. Het aantal immigranten uit Polen is in de periode 2002-2007 verdubbeld in Rotterdam. Uit een landelijke studie onder 746 Midden- en Oost-Europeanen blijkt dat een
vijfde van hen een HBO of WO opleiding heeft afgerond (met name Polen en in mindere mate Bulgaren en Roemenen), daarmee is een deel van deze immigranten potentieel een kenniswerker. Een
ruime meerderheid (tussen de 70 en 80 procent) van de expats blijft korter dan 5 jaar in Rotterdam.
Op de Turkse, Marokkaanse en Spaanse nationaliteit na komen alle niet-Nederlandse nationaliteiten
(absoluut en relatief ) vaker voor in Den Haag dan in Rotterdam. Zo wonen er in Den Haag ongeveer
twee keer zoveel Britten, Fransen en Amerikanen als in Rotterdam.
De helft van de respondenten is naar Rotterdam of Den Haag gekomen vanwege werk. De helft van
hen verdient tussen de 1.500 en 3.000 euro netto per maand. Dit zijn met name vrouwelijke kennismigranten die aan het begin van hun carrière staan. Een derde van de respondenten verdient
tussen de 3.000 en 6.000 euro netto per maand. De overige respondenten verdienen meer dan
6.000 euro netto per maand. Tot deze laatste groep behoren vooral mannelijke kennismigranten.
Landelijk is een kwart van de kennismigranten vrouw. De groep vrouwen tussen de 25 en 35 jaar
zonder kinderen is een opkomende groep binnen de populatie kennismigranten in Nederland.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Driekwart van de respondenten in Rotterdam woont in de stad zelf. De overige respondenten wonen
voornamelijk in de randgemeenten Capelle aan den IJssel, Barendrecht en Lansingerland. Van de
respondenten in Den Haag woont tweederde in de stad zelf, de overigen wonen voornamelijk in
Wassenaar en Leidschendam-Voorburg. Het woningaanbod wordt door zowel de kenniswerkers uit
Rotterdam als uit Den Haag (ruim) voldoende beoordeeld (respectievelijk met een 6,5 en een 7.0).
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
32
Feeling at home? Facilitating expats in the process of settling, working and living in the City Region
Arnhem Nijmegen: A study on the composition, perceptions and needs of expats and their employemployers.
Research voor Beleid: 2008. In opdracht van de stadsregio Arnhem Nijmegen.
Onderzoeksgroep
Expats in de stadsregio Arnhem Nijmegen. Een expat wordt in deze studie gedefinieerd als: Internationale werknemers, 1) die naar Nederland zijn verhuisd om te werken, 2) met een buitenlandse
nationaliteit en die niet in Nederland zijn geboren, 3) die een hoge opleiding hebben genoten, 4) die
werkzaam zijn in een hoge of academische positie en 5) die in Nederland werken op een contractbasis van minimaal 6 maanden. Het totaal aantal expats in de regio Arnhem-Nijmegen is in het onderzoek geschat op 1.650.
Doel onderzoek/publicatie
Het in beeld brengen van percepties en verwachtingen van expats in de stadsregio Arnhem-Nijmegen
en het verkennen van nieuwe manieren om aan hun behoeften tegemoet te komen.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
25 procent van de expats komt uit de buurlanden Duitsland en België en ongeveer 37 procent van
de expats komt elders uit Europa. De derde grootste groep komt uit Midden- en Zuid Azië en Oceanië
(22 procent). De belangrijkste nationaliteiten zijn: Duits, Frans, Brits, Italiaans, Indiaas, Amerikaans,
Chinees en Pakistaan (in volgorde van belangrijkheid).
Expats werkzaam bij private bedrijven zijn gemiddeld ouder dan expats werkzaam bij een universiteit. 38 procent van de expats werkzaam bij private bedrijven is tussen de 40 en 50 jaar oud. Bij
universiteiten is dit maar 14 procent van de expats. Het opleidingsniveau van de expats is hoog, 81
procent heeft een master opleiding voltooid. De helft van de expats werkt op tijdelijke basis.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Een derde van de expats die hebben deelgenomen aan het onderzoek woont in een flat, en ongeveer
20 procent in een eengezinswoning. Ongeveer 69 procent van de respondenten woont in een huurwoning. Meer dan de helft van de expats in de regio Arnhem Nijmegen heeft binnen een half jaar
geschikte woonruimte gevonden. Ruim de helft van de expats is ontevreden over de woningprijzen.
Ook is een deel ontevreden over de diversiteit aan woningen, het aantal beschikbare woningen,
gebrek aan Engelstalige informatie en de kwaliteit van de makelaars. Desondanks is 60 procent wel
tevreden over de kwaliteit van de huidige woning.
Expats bij bedrijven nemen relatief vaak een gezin mee vanuit het thuisland (ongeveer 35 procent)
en wonen meestal in een eengezinswoning (69 procent). Bij een meerderheid van de expats die
werken bij een universiteit is een gezin niet van toepassing of komen ze alleen. Een derde van de
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
33
expats die werkzaam is bij de universiteit woont op een kamer, in een sociale huurwoning of in een
studentenhuis.
Expats’ opinions about Amsterdam
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek: 2006
Onderzoeksgroep
Het onderzoek beperkt zich tot expats in Amsterdam, waarbij de helft van de respondenten Brits of
Amerikaans is. Er is geen nadere definitie gegeven van ‘expats’. 782 expats hebben meegedaan aan
het (enquête)onderzoek.
Doel onderzoek/publicatie
In 2002 heeft de gemeente Amsterdam een city marketing campagne opgezet om een positief imago te creëren onder bedrijven, bezoekers en bewoners. Er is weinig bekend over de ervaringen en
meningen van expats, terwijl expats gedeeltelijk de drie doelgroepen van de campagne representeren. Daarom hebben de dienst O+S, het Amsterdam Hospitality Project en de organisatie ACCESS
een enquêteonderzoek opgezet over de volgende punten: verwachtingen, aankomst in en eerste
indruk van Amsterdam, dagelijks leven en leefkwaliteit in Amsterdam en de achtergrond van de respondenten.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
Het opleidingsniveau van de respondenten is voor bijna 70 procent HBO of universitair. Ondanks het
relatief hoge opleidingsniveau verdient ongeveer 30 procent minder dan 40.000 euro bruto per jaar.
Een op de drie verdient daarentegen 70.000 euro bruto per jaar of meer.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
De helft van de respondenten die ook in andere Europese steden hebben gewoond geeft aan dat het
in Amsterdam prettiger wonen is dan in andere Europese steden waar ze hebben gewoond. Ongeveer 85 procent van de respondenten vindt de woonlasten duur of zelfs extreem duur. Het overgrote
deel van de respondenten woont in het centrum van Amsterdam of in de ring om het centrum heen,
met name in Amsterdam Zuidzuidwest.
Spannend wonen? Woonwensen
Woonwensen van expats in de Randstad Holland.
Regioplan: 2005. In opdracht van het ministerie van VROM/DG Ruimte
Onderzoeksgroep
Expats woonachtig in de Randstad, waarbij expats gedefinieerd worden als buitenlanders die zich
voor korte of lange tijd in Nederland vestigen om hier te werken. 37 expats hebben deelgenomen
aan het onderzoek.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
34
Doel onderzoek/publicatie
De ministeries van VROM en EZ constateerden enkele jaren geleden dat de populariteit van de
Randstad als vestigingslocatie afnam ten opzichte van concurrerende regio’s. Daarom is er in 2005
door Regioplan onderzocht hoe woon- en leefmilieu een positieve bijdrage kunnen (blijven) leveren
aan de Randstad als vestigingsplaats voor buitenlandse ondernemingen en werknemers.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
Vanwege het geringe aantal expats dat heeft deelgenomen aan het onderzoek zijn de kenmerken
van de respondenten niet van toepassing op de hele populatie. De respondenten komen voornamelijk uit de Verenigde Staten en Canada (11), Engeland (7) en Overig Europa (7). Bijna allen hebben
ervaring met het wonen in het buitenland opgedaan voordat ze zich in de Randstad vestigden.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Er zijn in het onderzoek enkele verschillen naar voren gekomen tussen groepen expats. Zo kiezen
westerse expats vaak voor ‘gemixt’ wonen, terwijl Aziaten vaak bij elkaar in de buurt wonen waardoor er concentratiegebieden ontstaan (o.a. in Amstelveen). Ook het zoeken naar een woning gaat
verschillend. Amerikanen willen dat alles voor ze geregeld is als ze naar Nederland komen, zodat ze
na aankomst direct aan de slag kunnen. Aziaten gaan vaak zelf aan de slag met het zoeken van een
woning zonder tussenkomst van een bemiddelingsbureau. Met name Chinese expats ervaren problemen met het vinden van betaalbare woningen. Zij hebben vaak een beperkt budget en het Chinese moederbedrijf heeft meestal geen eigen woningen in bezit waar expats gebruik van kunnen maken. Aziatische expats stellen ook minder eisen aan een woning dan westerse expats, mede vanwege het lagere woonbudget.
Expats met gezinnen kiezen relatief vaak voor een suburbaan woonmilieu, in bijvoorbeeld het Gooi of
in Amstelveen. De aanwezigheid van internationale scholen bepaalt in grote mate de keuze voor hun
woonplaats. Daarnaast hechten ze veel waarde aan rust en ruimte in en om het huis en goede winkelvoorzieningen in de buurt. Alleenstaande expats hebben een voorkeur voor wonen in de (centrale
delen van de) stad. Dit geldt met name voor expats in Amsterdam. Vooral horecavoorzieningen gebruiken ze met regelmaat en willen ze dicht in de buurt hebben.
Vaak zijn expats die voor een bedrijf werken via een gespecialiseerd bureau aan hun woning gekomen of krijgen ze een woning die het bedrijf zelf in bezit heeft. De bedrijven met expats in dienst
geven aan dat het tegenwoordig niet zo moeilijk is om woningen voor expats te vinden, maar dat de
woningprijzen wel aan de hoge kant zijn. Ook de expats zelf geven aan dat de betaalbaarheid van
woonruimte een probleem is. Dit geldt met name voor expats bij wie de werkgever geen vergoeding
geeft of niks heeft geregeld ter compensatie voor huisvestingskosten.
Een veilige buurt is een belangrijk criterium voor expats, met name voor expats met de Amerikaanse
nationaliteit. Daarnaast hebben veel expats graag een ruime eetkamer en een gesloten keuken.
Expats vinden de woningen in Nederland te klein. Grote kamers, veel kamers en meer dan één bad-
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
35
kamer is een veelgehoorde wens. Expats die in de Randstad wonen zijn over het algemeen tevreden
over hun woning en woonomgeving. Ze waarderen voornamelijk de groenvoorzieningen, het OV en de
algemene voorzieningen.
Expats in topfuncties vinden moeilijk passende huisvesting. Zij willen het liefst een grote woning op
een groot kavel in een luxe woonomgeving. Het aanbod hiervan is beperkt in de Randstad. Daarnaast is de vraag naar dergelijk grote woningen in absolute aantallen ook gering. Het probleem is in
omvang beperkt, omdat de groep die dit probleem ervaart beperkt is. De woningen die voldoen aan
de eisen zijn met name in het Gooi, Bloemendaal, Wassenaar en in de Brabantse stedenrij te vinden.
De internationale dimensie van Amstelveen
Staf, statistiek & Onderzoek: 2008
Onderzoeksgroep
Het onderzoek richt zich op alle inwoners die geen Nederlandse nationaliteit hebben en in Amstelveen wonen. Daarnaast worden expats als aparte groep beschouwd. Onder expats verstaan ze inwoners tussen de 20 en 60 jaar met een buitenlands paspoort die naar Nederland zijn gekomen om er
te werken bij een (internationaal) bedrijf en van plan zijn Nederland binnen enkele jaren (tot maximaal 10 jaar) weer te verlaten. Amstelveen had ten tijde van dit onderzoek 8.470 inwoners zonder
Nederlandse nationaliteit. Het aantal expats in Amstelveen wordt geschat tussen 1.500 en 2.000.
Doel onderzoek/publicatie
Amstelveen heeft in 2006 in het uitvoeringsprogramma ‘Samenwerken aan kwaliteit voor Amstelveen’ gesteld dat het gemeentebestuur met concrete acties het internationale bedrijfsleven wil faciliteren. Hiervoor was destijds inzicht nodig in de beweegredenen en motivaties van buitenlandse bedrijven en medewerkers. De verschillende deelvragen gingen met name in op hoe buitenlandse inwoners zijn te typeren, waar en hoe ze wonen, waardering van voorzieningen, woonwensen, etc.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
In Amstelveen vormen de Japanners al sinds jaren de grootste groep buitenlandse inwoners. In de
periode 2001-2008 is het aantal Chinese, Indiase en Zuid-Koreaanse buitenlandse inwoners sterk
gestegen. Ook het aantal Polen is in die periode ruim verviervoudigd, van 43 naar 189. De buitenlandse inwoners wonen voornamelijk in de wijken ‘Stadshart’ en ‘Kronenburg/Uilenstede’.
43 procent van de internationals in Amstelveen is gehuwd/samenwonend met kinderen. Onder expats geldt dit voor de helft van de respondenten. Ruim 65 procent van de internationals is tussen de
25 en 45 jaar. Een kleine 20 procent tussen de 45 en 55 jaar.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
36
De respondenten zijn hoog opgeleid, 90 procent heeft een opleiding gevolgd op HBO of universitair
niveau. Van de expats werkt bijna iedereen bij een internationaal bedrijf. Ook bekleden ze relatief
vaker dan gemiddeld een directeur of management positie.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Expats kiezen voor Amstelveen vanwege de rustige en veilige leefomgeving. Voorzieningen als restaurants, cafés en clubs missen ze wel. Andere redenen waarom respondenten voor Amstelveen
kiezen zijn: goede leefomgeving, beschikbaarheid van een passende woning, aanwezigheid van een
internationale school en de aanwezigheid van een internationale gemeenschap. Gemiddeld moesten
de respondenten 4,1 maand wachten op een woning. Bij expats was dit een stuk korter, zij hebben
gemiddeld na 2,1 maand een woning gevonden. In totaal ervoer 58 procent geen problemen met het
vinden van een woning. 42 procent ervoer wel problemen, omdat er te weinig aanbod is waardoor de
prijzen hoog zijn en er lange wachtlijsten ontstaan bij huurwoningen. Vooral voor ruime en vrijstaande woningen lijkt er meer vraag dan aanbod te zijn.
De meeste respondenten wonen in een flat/appartement of eengezinswoning (79 procent), waarbij
expats iets vaker dan gemiddeld in een flat/appartement wonen. 65 procent van alle respondenten
woont in een huurwoning. Onder expats is dit percentage met 80 procent hoog, maar verklaarbaar
door de tijdelijke aard van hun verblijf. Bij een verhuizing willen de respondenten gemiddeld een
woning met vier kamers en een woonoppervlak van 260 vierkante meter. De expats willen ook vier
kamers, maar willen een woonoppervlak van gemiddeld 370 vierkante meter.
Meer dan 80 procent van de respondenten is tevreden over de woonomgeving en dan met name
over de groenvoorzieningen, bereikbaarheid en het openbaar vervoer. Een meerderheid is ook tevreden over veiligheid, het stadscentrum en winkelaanbod en sportmogelijkheden. De in Amstelveen
woonachtige expats werken vooral in Amsterdam, Amstelveen en Schiphol.
Expats krijgen in 89 procent van de gevallen een financiële bijdrage voor huisvesting. Gemiddeld
besteden de buitenlandse huishoudens 1.400 euro per maand aan hun woning en expats ongeveer
1.800 euro.
Internationals in Amsterdam: Kwantitatieve nulmeting in Amsterdam
Decisio BV: 2010. In opdracht van de gemeente Amsterdam
Onderzoeksgroep
Nieuwe internationals in de gemeente Amsterdam. Dit zijn personen die in de GBA geregistreerd
staan en alleen in het bezit zijn van een buitenlands paspoort en niet langer dan een jaar in Nederland en Amsterdam wonen. Er zijn in het onderzoek zes subsegmenten onderscheidden, namelijk:
Free movers, Kennismigranten/expats, arbeidsmigranten, familiemigranten, studenten en overig. De
onderzoeksgroep telt 14.000 nieuwe internationals.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
37
Doel onderzoek/publicatie
De gemeente Amsterdam heeft dit onderzoek laten uitvoeren om meer zicht te krijgen op de ‘internationals’ in de stad. De gemeente kan dan beter inspelen op de behoeften van internationals en
haar kennis vergroten over deze groep inwoners. Daarnaast is het doel om een database te ontwerpen zodat jaarlijks een ‘internationals-monitor’ kan worden uitgegeven.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
De top 3 van herkomstlanden bestaat uit Groot-Brittannië, de VS en Duitsland. Indiase en Amerikaanse familiemigranten zijn een opkomende groep. Indiase internationals zijn ook goed vertegenwoordigd in de subgroep kennismigranten. De meeste free movers komen uit Groot-Brittannië.
De subgroep kennismigranten is de enige groep internationals waarbij het aantal jaarlijks toeneemt.
Het is ook het subsegment waarvan de meesten (88 procent) zonder partner en/of kinderen geregistreerd staan. Bij familiemigranten woont 30 procent samen met een partner en kinderen. De leeftijd van internationals in Amsterdam ligt relatief laag. 80 procent van de free movers, kennismigranten en familiemigranten is onder de 35 jaar.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Kennis- en arbeidsmigranten wonen graag in stadsdeel Zuid terwijl studenten graag in het centrum
van de stad wonen. De overige subsegmenten wonen meer verspreid in de gemeente Amsterdam.
Een kwart van de nieuwe internationals verlaat Amsterdam binnen een jaar en na drie jaar is ongeveer de helft van de internationals weer uit Amsterdam weggetrokken.
Internationals in Amsterdam – Kwalitatieve fase –
Ernst&Young: 2010. In opdracht van de gemeente Amsterdam
Onderzoeksgroep
Het onderzoek is een vervolg op het Decisio onderzoek naar Internationals en hanteert daarom dezelfde definitie, namelijk: personen woonachtig in Amsterdam en (alleen) in het bezit van een nietNederlands paspoort. Deze groep bevat subgroepen als expats, free movers en studenten. 28 internationals hebben deelgenomen aan het onderzoek.
Doel onderzoek/publicatie
De gemeente Amsterdam heeft kwantitatief in 2010 de demografische kenmerken van internationals in beeld gebracht. Met dit onderzoek wil de gemeente een kwalitatieve verdiepingsslag geven in
de kwantitatieve analyse door aan de hand van diepte internviews inzicht te krijgen in de ervaring
van internationals met het wonen, werken en leven in Amsterdam.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
38
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
In verband met het kwalitatieve karakter van het onderzoek (focusgroepdiscussies, waaraan 28
internationals hebben deelgenomen, en enkele interviews met belanghebbenden) gelden de kenmerken van de respondenten niet voor de totale onderzoekspopulatie, en kunnen hieraan geen
conclusies verbonden worden over de totale populatie internationals in de gemeente Amsterdam.
Het grootste deel van de deelnemers aan de focusgroepdiscussies was jonger dan 35 jaar (61%).
Internationals uit Noord-Amerika en West Europa waren sterk vertegenwoordigd in de focusgroepen.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
De beschikbaarheid en betaalbaarheid van woningen is een probleem voor expats bij wie het bedrijf
niet meebetaalt. Uit een vergelijking van huizenprijzen blijkt echter dat een driekamerappartement in
het centrum van Amsterdam goedkoper is dan gemiddeld t.o.v. andere grote Europese steden (1480
dollar vs. 1767 dollar per maand). Wel maken de huisvestingskosten in Nederland een relatief groot
deel uit van de maandelijkse kosten, namelijk 30 procent. Dit percentage ligt in andere landen lager.
De kwaliteit van leven is een reden voor veel internationals om in Amsterdam te blijven. Ze vinden de
werk/privé balans beter in verhouding dan in andere steden waar ze hebben gewoond.
Naast de hoge woningprijzen is de informatievoorziening over het woningaanbod een knelpunt.
Websites zijn vaak alleen in het Nederlands beschikbaar en woningen die aangeboden worden als
‘for expats only’ zijn vaak in het hogere prijssegment waardoor deze voor veel internationals en expats alsnog geen reële optie zijn.
Amsterdam Topstad: INVENTARISATIE DOCUMENT Ontwikkeling Fysiek Expat Loket
Arcusplus: 2007. In opdracht van de gemeente Amsterdam
Onderzoeksgroep
Expatriats in Amsterdam, waarbij expats worden gedefinieerd als diegenen met een buitenlandse
nationaliteit, in dienst van een in Nederland gehuisvest bedrijf, alsmede buitenlandse ondernemers
met een eigen bedrijf in Nederland, buitenlandse studenten en (nagekomen) partners en kinderen
van de genoemde groepen. In het onderzoek wordt het aantal expats in de regio Amsterdam geschat
op tussen de 50.000 en 100.000, met een jaarlijkse instroom van 10.000.
Doel onderzoek/publicatie
Amsterdam wil zich terugvechten in de top-5 van Europese vestigingssteden en heeft daarom mede
het programma Topstad ontwikkeld. In de notitie ‘INVENTARISATIE DOCUMENT Ontwikkeling Fysiek
Expat Loket’ wordt de focus van het programma weergegeven.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
De bevolkingsgroepen met de grootste toename in de periode 1992-2004 zijn de westerse allochtonen: personen uit Europa, Noord-Amerika, Australië en Indonesië. Van het totale aantal ingeschreven
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
39
buitenlandse inwoners (86.591) is in 2006 het aandeel Marokkanen en Turken het grootst (respectievelijk 19.447 en 10.569).
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Na de IND procedure staat huisvesting op nummer twee van de problemen waar expats tegenaan
lopen. De prijs wordt extreem hoog gevonden, zeker door expats die een woning in het centrum willen of die geen tegemoetkoming krijgen van hun werkgever. De Randstad staat op nummer drie in
de lijst met duurste Europese regio’s om in te wonen.
Internationale organisaties in Den Haag
Decisio BV: 2008. In opdracht van de gemeente Den Haag
Onderzoeksgroep
Buitenlandse werknemers bij internationale organisaties (IO’s) in Den Haag. De omvang van de onderzoeksgroep is geschat op 8.700 personen.
Doel onderzoek/publicatie
Het in kaart brengen van de economische impact van de internationale organisaties in Den Haag en
regio, door onder andere het bestedingseffect inzichtelijk te maken.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
58 procent van de werkgelegenheid bij de IO’s in Den Haag bestaat uit functies waarvoor een hoog
opleidingsniveau vereist is. Deze functies worden vaker door buitenlandse werknemers dan door
Nederlandse werknemers vervuld. Buitenlandse werknemers verdienen gemiddeld meer dan hun
Nederlandse collega’s, respectievelijk 78.000 en 63.000 euro per jaar. Alleen Nederlanders werkzaam bij kennis- en onderwijsinstellingen verdienen gemiddeld meer dan hun buitenlandse collega’s.
Ervan uitgaande dat de buitenlandse werknemers 80 procent van hun salaris in Nederland besteden
hebben de expats in de regio Den Haag in 2008 550 miljoen euro besteed, het tweede orde effect
hiervan komt uit op ongeveer 230 miljoen euro. Deze bestedingen slaan voor het grootste gedeelte
neer in de regio Den Haag.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Veel respondenten geven aan vrij snel een woning gevonden te hebben. 58 procent van de werknemers van IO’s in de gemeente Den Haag, woont in de gemeente Den Haag. 30 procent woont in de
regio Den Haag en de overige werknemers wonen daarbuiten. Van de werknemers bij IO’s in de regio
Den Haag woont 23 procent in de gemeente Den Haag, 59 procent in de regio en 18 procent erbuiten.
Met name ambassades hechten belang aan beschikbare woonvoorzieningen voor hun personeel en
de kosten voor woonruimte als vestigingsplaatsfactor. Over het algemeen wordt het woningaanbod
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
40
in Den Haag en regio niet goed gewaardeerd vanwege een slechte prijs-kwaliteitverhouding. Expats
hebben een redelijk woonbudget, maar willen voor dat budget graag een ruimere woning dan vaak
voorhanden is in (de regio) Den Haag.
Hoe woont de creatieve kenniswerker (case Amsterdam)
Ernst&Young: 2010. In opdracht van de gemeente Amsterdam
Onderzoeksgroep
Creatieve kenniswerkers werkzaam in Amsterdam. Creatieve kenniswerkers zijn niet nauwkeurig
gedefinieerd en over de omvang van de onderzoeksgroep worden geen uitspraken gedaan.
Doel onderzoek/publicatie
In kaart brengen wat de woonwensen zijn van de creatieve kenniswerker, door aandacht te besteden
aan het creatieve woonmilieu, de woning van de creatieve kenniswerker en het woningmarktbeleid
in de creatieve stad.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
Over de omvang en kenmerken van de onderzoeksgroep worden geen uitspraken gedaan, afgezien
van kenmerken ten aanzien van wonen (zie onder).
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Kenniswerkers die in Amsterdam werken wonen verspreid tot ver buiten Amsterdam, maar met een
duidelijke concentratie binnen de Noordvleugel van de Randstad richting Zandvoort, Almere, Castricum en Blaricum. Ook werken er veel kenniswerkers in Amsterdam, met name in de noord-zuidas die
doorloopt tot Amstelveen.
Binnen de kenniswerkers zijn verschillende groepen te onderscheiden met elk hun eigen woonlocatieprofiel. Kunstenaars en architecten wonen voornamelijk in het stadscentrum, hoogleraren wonen
zowel centrumstedelijk als landelijk terwijl ICTérs vooral suburbaan wonen. De kenniswerkers in
Amsterdam wonen vooral in de meest stedelijke milieus in de buurt van ontmoetingsplekken en
hieraan gerelateerde voorzieningen (horeca). De nabijheid van voorzieningen als restaurants en
uitgaansgelegenheden is voor veel kenniswerkers een belangrijke factor waarom ze op een bepaalde locatie willen wonen. De draagkrachtige groepen wonen graag in de oudere dicht bij de stad gelegen industriewijken of tot luxe appartementen verbouwde fabrieken of loodsen.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
41
Amsterdam: An attractive creative knowledge region? The view of transnational migrants
UvA: Amsterdam Institute for Metropolitan and International Development Studies (AMIDSt): 2009
Onderzoeksgroep
Het onderzoek heeft betrekking op transnationale migranten. Migranten die zich niet definitief vestigen in een land. Transnationale migranten komen regelmatig op eigen initiatief naar Nederland en
zijn niet altijd door hun werkgever uitgezonden. In totaal hebben 27 personen deelgenomen aan het
onderzoek, over de totale onderzoeksgroep worden geen uitspraken gedaan.
Doel onderzoek/publicatie
De publicatie maakt deel uit van een 4 jaar durend onderzoek (2006-2010) waarin de sociaaleconomische en sociaal-culturele condities worden geanalyseerd die bepalen in welke mate een stad en
haar regio een aantrekkelijke vestigingsplaats is voor werknemers, investeerders en bedrijven in de
creatieve en kennisintensieve industrie. De publicatie gaat in op de transnationale migranten.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
Nederland ontvangt relatief veel kennismigranten uit de traditionele landen als de VS, Japan en
andere Europese landen, maar ook uit voormalige Nederlandse koloniën als Suriname en Indonesië.
66,6 procent van de respondenten is tussen de 30 en 40 jaar. 44,4 procent van de kennismigranten
die hebben deelgenomen aan het onderzoek is single.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
De sterkste concentratie internationale migranten in de metropoolregio Amsterdam is te vinden in
de stad Amsterdam en de suburbane steden eromheen. Specifiek wordt de stad Amstelveen genoemd, waar zich de hoogste concentratie kenniswerkers uit ontwikkelde kapitalistische landen
bevindt.
De woningmarkt is vaak problematisch voor de kennismigranten en dan met name voor de kennismigranten die op eigen initiatief naar Amsterdam komen. Het hebben van kennissen in de regio is
vaak van groot belang voor het wel of niet snel vinden van geschikte huisvesting. Het huisvestingsprobleem krijgt al wel beleidsaandacht, maar richt zich vaak alleen op expats en niet op de uit eigen
beweging komende internationale migranten.
Veel respondenten beoordelen het leefklimaat in de MRA goed. Positief aan het wonen in de MRA
wordt gevonden: korte afstanden tussen wonen en werken, leisure en andere voorzieningen, de
kleine stad met internationale uitstraling en de rol van de fiets in de stad. Op 1 januari 2007 had
Amstelveen het grootste aandeel westerse migranten van Nederlandse gemeenten op Wassenaar
na (respectievelijk 18 en 22 procent). In Amsterdam werden de hoogste concentraties gevonden in
de wijken Centrum, Oud-Zuid en Zuideramstel. Een verklaring voor hoge concentraties in twee buurten in Amstelveen is de aanwezigheid van kennisintensieve bedrijven. Ook zijn dit over het algemeen
woongebieden met een hoge status.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
42
Japanners wonen bijna allemaal in de Zuid-Amsterdamse wijk Buitenveldert of in Amstelveen. Japanse families prefereren een rustige, veilige, ruime en groene woonomgeving en wonen graag in de
buurt van Japanse voorzieningen. Door de grote groep Japanners is er een infrastructuur ontstaan
met Japanse voorzieningen. Britten en Amerikanen leven daarentegen gespreid in de regio en meer
gemixt met de lokale bevolking.
Veel migranten die op eigen initiatief komen vinden een woning via hun sociale netwerk. Wanneer ze
een relatie hebben met iemand die al in Nederland woont is het vinden van een woning geen probleem, omdat ze bij hun partner kunnen wonen. Een enkeling maakt gebruik van relocation services.
Quick scan kenniseconomie in NoordNoord-Holland – Input voor de provinciale structuurvisie –
Decisio: 2008. In opdracht van de provincie Noord-Holland
Onderzoeksgroep
Kenniswerkers zijn als onderdeel van een kenniseconomie het menselijk kapitaal dat bestaat uit
hoogopgeleide, talentvolle, creatieve personen. Om hoeveel kenniswerkers het gaat in de provincie
Noord-Holland is niet aangegeven in het onderzoek.
Doel onderzoek/publicatie
In de quick scan is, op basis van desk research en expertinterviews, in kaart gebracht welke ruimtelijke gevolgen de ontwikkeling van de kenniseconomie in de Provincie Noord-Holland heeft. Daarbij
gaat het er uiteindelijk om welke invloed de provincie daarop in haar beleid kan uitoefenen.
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
In de quick scan worden drie typen kenniswerkers onderscheidden; kenniswerkers in de Alfa
(=gericht op symbolische interactie), Bèta (=strak georganiseerd en kennis is discursief) en Gamma
(=complexe organisaties en instituties, ervaringskennis) sectoren. De omvang van deze verschillende groepen kenniswerkers is niet bekend in het onderzoek.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Het aanbod van kenniswerkers is een van de meest bepalende succesfactoren voor kenniseconomische clusters. Uit het onderzoek blijkt echter dat kenniswerkers vaak uit de regio wegtrekken omdat
het woningaanbod niet aansluit op hun woonwensen. De woningmarkt in Amsterdam kent vooral een
aansluitingsprobleem aan de onderkant van de markt. Dit probleem wordt groter doordat er steeds
meer internationale kenniswerkers in de regio Amsterdam willen vestigen. Kenniswerkers zijn op
internationale schaal mobiel en worden aangetrokken door hoogwaardige woningen.
De ruimtelijke behoeften van kenniswerkers verschillen tussen kenniswerkers in de Alfa (=gericht op
symbolische interactie), Bèta (=strak georganiseerd en kennis is discursief) en Gamma (= complexe
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
43
organisaties en instituties, ervaringskennis) sectoren. Alfa’s kiezen voor stedelijk kosmopolitisch
woongebied, maar hebben vaak geen ruim budget. Ze zien het liefst hun woon- en werkomgeving
met elkaar vervlechten. Bèta’s hebben vaak een redelijk ruim woonbudget en zijn meer gericht op
buitenstedelijke gebieden met ruimte en gemak. Ze hechten minder belang aan ontmoetingsplaatsen en cultuur. Gamma’s hebben ook vaak een redelijk woonbudget. De jonge ambitieuze en vaak
tweeverdienende gamma’s wonen het liefst hoogstedelijk. De oudere arrivés met gezinnen wonen
het liefst in een hoogwaardige suburbane omgeving. De internationale kenniswerkers hebben ook
behoefte aan de nabijheid van internationale scholen. Aziatische kenniswerkers (Japanners, Chinezen en Indiërs) hechten vooral waarde aan een ‘eigen’ woongemeenschap.
Arbeidsmigranten uit MiddenMidden- en OostOost-Europa
Europa.
opa. Een profielschets van recente arbeidsmigranten uit
MOE--landen.
de MOE
Risbo Research-Training-Consultancy Erasmus Universiteit Rotterdam: 2009.
Onderzoeksgroep
Dit onderzoek richt zich op de groep recente (in 2004 of later naar Nederland gekomen) arbeidsmigranten uit tien Midden- en Oost-Europese (MOE) landen die tot de Europese Unie behoren (Polen,
Hongarije, Tsjechië, Slowakije, Estland, Letland, Slovenië, Bulgarije en Roemenië). Roemenie en
Bulgarije hebben nog geen volledig vrije toegang gekregen tot de Nederlandse arbeidsmarkt.
Doel onderzoek/publicatie
Doelstelling van deze studie is om inzicht te krijgen in de aard en omvang van arbeidsmigranten uit
de MOE-landen die recentelijk naar Nederland zijn gekomen. Aanleiding is het toetreden van Polen,
Hongarije, Tsjechië, Slowakije, Estland, Letland en Slovenië tot de Europese Unie in 2004. Drie jaar
later volgend Bulgarije en Roemenië. Het onderzoek kent vier centrale vragen:
1. Wat is de omvang van de groep in Nederland aanwezige recente arbeidsmigranten uit de MOElanden?
2. Hoe ziet de groep recente arbeidsmigranten uit de MOE-landen eruit qua leeftijd, geslacht, opleidingsniveau en huishoudensamenstelling?
3. Hoe ziet de situatie van recente arbeidsmigranten uit de MOE-landen in Nederland eruit qua
arbeid, wonen, financiën en sociaal-culturele integratie?
4. Hoe zien de migratiepatronen eruit en wat zijn de verwachtingen en wensen met betrekking tot
een toekomst in Nederland?
Doelgroep (omvang, spreiding, sociaaldemografische kenmerken, economische kenmerken)
De totale omvang van de groep MOE-landers bedroeg op 1 januari naar schatting 165.000 personen. In 2009 bestond de groep MOE-landers die stonden ingeschreven in de GBA uit 65.000 personen. Daarnaast waren er in 2008 circa 87.000 MOE-landers die in Nederland werkten, maar niet
stonden in geschreven in de GBA. De Polen (55 procent) vormen binnen de eerste groep de meerderheid. Andere grote groepen zijn Bulgaren (16 procent) en Roemenen (10 procent).
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
44
Alle kenmerken uit het onderzoek op een rij:
De gemiddelde leeftijd is 30,5 jaar;
Meer dan de helft (57 procent) is man, 43 procent is vrouw;
Ruim een kwart is alleenstaand; 42 procent woont met zijn/haar partner in Nederland, van 19
procent van de respondenten woont de partner in het herkomstland;
Het merendeel (58 procent) heeft geen kinderen. Van de migranten die wel kinderen hebben,
hebben de meeste (30 procent) 1 á 2 kinderen. Vaak (64 procent) wonen deze kinderen in het
herkomstland. Bij ruim een kwart van de migranten met kinderen wonen de kinderen bij de arbeidsmigrant in Nederland;
Meer dan de helft (52 procent) van de respondenten heeft een opleiding afgerond die vergelijkbaar is met havo, vwo, of mbo. Bijna een kwart heeft een opleiding op vmbo niveau en een vijfde
op HBO, of universitair niveau;
MOE-landers verdienen gemiddeld 1.480 euro bruto per maand.
Wonen (woonsituatie, woonwensen en zoektocht naar woning)
Het merendeel (42 procent) woont in een kamer, of in een zelfstandige woonruimte (38 procent),
ruim een op de tien (11 procent) woont in een ho(s)tel/pension, de rest in een caravan/woonwagen (3 procent), of in een recreatie- of vakantiewoning (5 procent);
De meeste (78 procent) MOE-landers moeten hun kamer met een of meerdere personen (niet de
Circa 29 procent van de respondenten heeft zijn woning gevonden via zijn werkgever, een op de
partner) delen, circa 22 procent hoeft zijn slaapkamer niet te delen, of alleen met zijn partner.
vijf via het uitzendbureau, andere contacten: bij partner ingetrokken (6 procent), via vrienden/kennissen (18 procent), via makelaar (8 procent).
De helft van arbeidsmigranten woont korter dan zes maanden op zijn huidige adres, een kwart
woonde er ten tijde van het onderzoek tussen de zeven en twaalf maanden en een kwart langer
dan een jaar;
De helft van de arbeidsmigranten is (zeer) tevreden met zijn woning, een kwart (zeer) ontevreden.
Relatief het meest belang wordt gehecht aan het hebben van privacy (54 procent vindt dit belangrijk), ruim de helft (56 procent) zou hier ook extra voor willen betalen.
De arbeidsmigranten betalen gemiddeld 340 euro per maand aan huur.
Overige artikelen met relevante feiten:
Ruim de helft van de Poolse immigranten vertrekt weer uit Nederland. CBS, 2010.
Na toetreding van Polen tot de Europese Unie is het aantal Poolse immigranten sterk gestegen. In
2009 komen er voor het eerst minder Polen naar Nederland ten opzichte van het voorgaande jaar.
Van de Polen die sinds 2000 naar Nederland kwamen is inmiddels 60 procent weer uit Nederland
vertrokken. Van hen ging ruim 90 procent terug naar Polen en de overige Polen verhuisden naar
Duitsland of een ander land. Van grootschalige gezinshereniging is bij de Poolse gemeenschap in
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
45
Nederland op dit moment geen sprake; er komen momenteel vooral mannen vanuit Polen naar Nederland.
Expat Economics. Investment Week, 2009.
Het gemiddelde inkomen van expats wereldwijd was in 2009 105.000 Engelse pond. Ondanks de
crisis is het gemiddelde expat-inkomen met 18 procent gestegen ten opzichte van het gemiddelde
van 2008. Met name in de opkomende economieën als Rusland en Quatar zijn expats meer gaan
verdienen.
Monitor Kennismigrantenregeling 2008. Immigratie en Naturalisatiedienst, 2008.
De leidende nationaliteiten die gebruik hebben gemaakt van de kennismigrantenregeling zijn de
Indiase, Amerikaanse, Chinese en Japanse. Zuid-Afrikanen en Roemenen zijn in opkomst. Ongeveer
de helft van deze migranten zit in de leeftijdscategorie 18 tot 30 jaar. Gevolgd door de categorie 30
tot 45 jaar (35 procent). Driekwart is man, een kwart is vrouw. Met name in de IT en zakelijke
dienstverlening als in de industrie maken bedrijven gebruik van de kennismigrantenregeling.
The Expat Explorer Survey 2010 Part One: Expat Economics & Part Two: Expat Experience. HSBC
Bank International, 2010.
25 landen zijn in de enquête opgenomen. Nederland staat op de 17e plaats bij beoordeling van de
kwaliteit van leven. Nederland staat onderaan bij de beoordeling van hoe makkelijk het is om lokaal
vrienden te maken.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
46
Bijlage 2 Geraadpleegde literatuur
Arcusplus (2007), in opdracht van de gemeente Amsterdam. Amsterdam Topstad: Inventarisatiedocument Ontwikkeling Fysiek Expat Loket.
CBS (2010). “Ruim de helft van de Poolse immigranten vertrekt weer uit Nederland”.
Decisio (2010), in opdracht van de gemeente Amsterdam. Internationals in Amsterdam: Kwantitatieve nulmeting in Amsterdam.
Decisio (2008), in opdracht van de gemeente Den Haag. Internationale organisaties in Den Haag.
Decisio (2008), in opdracht van de provincie Noord-Holland. Quick scan kenniseconomie in NoordHolland – Input voor de provinciale structuurvisie.
Ernst&Young (2010), in opdracht van de gemeente Amsterdam. Internationals in Amsterdam – Kwalitatieve fase.
Ernst&Young (2010), in opdracht van de gemeente Amsterdam. Hoe woont de creatieve kenniswerker (case Amsterdam)?
Gemeente Amstelveen, Statistiek & Onderzoek (2008). De internationale dimensie van Amstelveen.
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek (2006). Expats’ opinions about Amsterdam.
HSBC Bank International (2010). The Expat Explorer Survey 2010 Part One: Expat Economics & Part
Two: Expat Experience.
Immigratie en Naturalisatiedienst (2008). Monitor Kennismigrantenregeling 2008.
NICIS Institute (2010). Over de rode loper: kennismigranten in Rotterdam en Den Haag.
Regioplan (2005), in opdracht van het ministerie van VROM/DG Ruimte. Spannend wonen? Woonwensen van expats in de Randstad Holland.
Research voor Beleid (2008), in opdracht van de stadsregio Arnhem Nijmegen. Feeling at home?
Facilitating expats in the process of setteling, working and living in the City Region Arnhem Nijmegen: A study on the composition, perceptions and needs of expats and their employers.
UvA: Amsterdam Institute for Metropolitan and International Development Studies (AMIDSt) (2009).
Amsterdam: An attractive creative knowledge region? The view of transnational migrants.
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
47
Bijlage 3 Totaaloverzicht aantal inwoners, internationals en westerse, niet-westerse internationals per
MRA-gemeente
Nummer
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
Gemeente
Amsterdam
Amstelveen
Almere
Haarlem
Zaanstad
Haarlemmermeer
Hilversum
Lelystad
Purmerend
Beverwijk
Velsen
Diemen
Heemskerk
Bussum
Uithoorn
Huizen
Aalsmeer
Weesp
Laren
Heemstede
Zandvoort
Bloemendaal
Castricum
Naarden
Ouder-Amstel
Wijdemeren
Inwoners
Internationals
767.457
80.695
188.160
149.579
145.332
142.788
84.573
74.628
79.038
38.883
67.281
24.685
38.848
32.112
28.053
41.934
29.187
17.636
11.323
26.058
16.632
22.023
34.652
17.152
13.099
23.391
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
95.244
9.653
9.417
8.759
7.526
6.231
4.998
3.474
2.469
2.372
2.265
2.025
1.468
1.293
1.263
1.260
1.246
923
784
764
741
642
605
540
536
497
Westerse interinternationals
NietNiet-westerse
internationals
44.766
5.453
3.810
4.199
3.037
3.756
2.501
1.339
1.164
1.181
1.204
1.039
738
727
794
541
956
390
238
479
518
430
317
304
291
316
48.256
3.907
4.651
4.028
3.948
2.051
2.156
1.712
966
931
795
890
550
471
361
572
230
454
114
204
160
139
163
178
197
96
1
Perc. int. van
tot. bevolking
12%
12%
5%
6%
5%
4%
6%
5%
3%
6%
3%
8%
4%
4%
5%
3%
4%
5%
7%
3%
4%
3%
2%
3%
4%
2%
Perc. westerse
int. van tot.
bevolking
6%
7%
2%
3%
2%
3%
3%
2%
1%
3%
2%
4%
2%
2%
3%
1%
3%
2%
2%
2%
3%
2%
1%
2%
2%
1%
Perc. nietnietwesterse int.
van tot. bevolbevolking
6%
5%
2%
3%
3%
1%
3%
2%
1%
2%
1%
4%
1%
1%
1%
1%
1%
3%
1%
1%
1%
1%
0%
1%
2%
0%
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
Edam-Volendam
Waterland
Wormerland
Blaricum
Uitgeest
Abcoude
Landsmeer
Oostzaan
Muiden
Haarlemmerliede en Spaarnwoude
Beemster
Zeevang
Graft-De Rijp
MRA
Nederland
Perc. MRA van NL
28.506
17.057
15.862
8.955
12.664
8.764
10.233
9.149
6.500
401
389
364
246
246
244
203
182
177
181
220
196
156
130
167
138
107
106
151
103
110
61
66
52
38
53
33
1%
2%
2%
3%
2%
3%
2%
2%
3%
1%
1%
1%
2%
1%
2%
1%
1%
2%
1%
1%
1%
1%
1%
1%
0%
1%
1%
5.398
8.584
6.307
6.489
146
122
104
90
71
63
57
49
52
29
21
18
3%
1%
2%
1%
1%
1%
1%
1%
1%
0%
0%
0%
2.339.667
169.909
82.129
78.967
7%
4%
3%
16.574.989
735.197
342.613
307.515
4%
2%
2%
14%
23%
24%
26%
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
2
Bijlage 4
Totaaloverzicht percentage Turken, Marokkanen en Surinamers per MRA-gemeente
Nummer
Gemeente
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
Amsterdam
Amstelveen
Almere
Haarlem
Zaanstad
Haarlemmermeer
Hilversum
Lelystad
Purmerend
Beverwijk
Velsen
Diemen
Heemskerk
Bussum
Uithoorn
Huizen
Aalsmeer
Weesp
Laren
Heemstede
Zandvoort
Bloemendaal
Castricum
Naarden
Ouder-Amstel
Wijdemeren
Edam-Volendam
Waterland
Totaal aantal
internationals
Perc. westerse
internationals
95.244
9.653
9.417
8.759
7.526
6.231
4.998
3.474
2.469
2.372
2.265
2.025
1.468
1.293
1.263
1.260
1.246
923
784
764
741
642
605
540
536
497
401
389
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
47%
56%
40%
48%
40%
60%
50%
39%
47%
50%
53%
51%
50%
56%
63%
43%
77%
42%
30%
63%
70%
67%
52%
56%
54%
64%
45%
57%
Perc. nietnietwesterse interinternationals
Niet westers
waarvan Turks
51%
40%
49%
46%
52%
33%
43%
49%
39%
39%
35%
44%
37%
36%
29%
45%
18%
49%
15%
27%
22%
22%
27%
33%
37%
19%
38%
26%
21%
3%
13%
41%
61%
11%
29%
34%
17%
52%
37%
7%
46%
15%
3%
20%
1%
17%
0%
8%
10%
4%
9%
4%
4%
6%
1%
2%
3
Niet westers
waarvan MaMarokkaans
32%
2%
23%
24%
11%
15%
25%
22%
13%
8%
10%
15%
8%
36%
31%
41%
16%
46%
2%
6%
17%
3%
4%
33%
6%
15%
44%
11%
Niet westers
waarvan SuriSurinaams
3%
2%
10%
1%
2%
3%
1%
6%
6%
0%
1%
5%
1%
1%
2%
2%
3%
2%
0%
0%
1%
1%
2%
1%
4%
0%
0%
0%
Niet westers
waarvan overig
44%
92%
54%
34%
26%
71%
45%
37%
64%
39%
53%
73%
45%
48%
64%
38%
80%
35%
98%
85%
72%
93%
85%
62%
87%
79%
54%
87%
29
30
31
32
33
34
35
364
246
246
244
203
182
177
54%
53%
63%
68%
68%
59%
60%
30%
27%
25%
21%
19%
29%
19%
28%
13%
14%
0%
5%
6%
15%
9%
8%
0%
2%
3%
8%
12%
1%
0%
2%
2%
3%
0%
3%
62%
79%
85%
96%
89%
87%
70%
146
122
104
90
49%
52%
55%
54%
36%
24%
20%
20%
19%
3%
24%
0%
0%
0%
0%
0%
0%
0%
0%
0%
81%
97%
76%
100%
MRA
169.909
48%
46%
23%
26%
3%
48%
Nederland
735.197
47%
42%
30%
22%
2%
47%
36
37
38
39
Wormerland
Blaricum
Uitgeest
Abcoude
Landsmeer
Oostzaan
Muiden
Haarlemmerliede en Spaarnwoude
Beemster
Zeevang
Graft-De Rijp
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
4
Bijlage 5 Totaaloverzicht aantal internationals naar (op CBS beschikbare) landen en werelddelen van
herkomst per MRA-gemeente
Totaal
interinternationals
Aalsmeer
Aalsmeer
Abcoude
Almere
Amstelveen
Amsterdam
Beemster
Beverwijk
Blaricum
Bloemendaal
Bussum
Castricum
Diemen
EdamEdam-Volendam
GraftGraft-De Rijp
Haarlem
Haarl. en Spaarnw.
Haarlemmermeer
Heemskerk
Heemstede
Hilversum
Huizen
Landsmeer
Laren (NH.)
Lelystad
Muiden
1.246
244
9.417
9.653
95.244
122
2.372
246
642
1.293
605
2.025
401
90
8.759
146
6.231
1.468
764
4.998
1.260
203
784
3.474
177
EU
VS
907
144
3.321
3.168
38.273
58
1.128
136
384
656
286
925
168
47
3.828
66
3.322
697
408
2.214
459
131
215
1.223
98
19
19
157
358
3.931
3 18
17
34
46
14
31
10
2
186
4 163
9
44
164
38
4
19
48
5
Marokko
37
1
1.061
91
15.231
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
78
5 4
170
6
135
67 0
968
301
43
13
540
235
1
2
382
4
Suriname
7
1
472
77
1.601
4
1
4
4
46
0
40
59
7
1
21
9
1
0
105
1
Turkije
3
0
604
136
10.207
1
484
8
5
71
15
58
2
0
1.645
10
230
253
17
624
113
2
0
587
5
Amerika
Afrika excl.
excl. VS en
Marokko
Suriname
46
10
713
303
6.649
1
44
9
25
55
8
179
19
0
298
8
292
29
31
162
43
1
12
136
4
5
36
10
356
327
3.327
6
52
6
23
41
25
61
14
5
182
9
211
52
29
149
36
11
15
98
4
Europa
exl. EU en
Turkije
36
9
283
296
2.905
4
59
12
26
43
23
82
7
3
248
9
197
38
31
183
53
7
12
92
6 -
Oceanië
7
4
33
77
937
2
7
4
12
7
17
12
3
2
68
1
21
5
17
50
7
4
5
6
Azië
88
21
1.461
4.527
9.961
17
238
20
55
105
82
400
42
8
764
16
1.011
155
92
550
120
14
72
374
12
Staatloos
60
25
956
293
2.222
30
260
29
73
95
125
96
69
23
532
23
424
180
81
341
147
27
432
423
38
Naarden
Oostzaan
OuderOuder-Amstel
Purmerend
Uitgeest
Uithoorn
Velsen
Waterland
Weesp
Wijdemeren
Wormerland
Zaanstad
Zandvoort
Zeevang
Totaal MRA
540
182
536
2.469
246
1.263
2.265
389
923
497
364
7.526
741
104
169.909
262
98
252
1.054
124
703
1.127
204
339
286
186
2.822
483
54
70.256
39
5
21
40
4 19
39
9
29
14
4
67
26
2 5.661
59
4 11
126
112
77
11 208
14 10
437
27
20.471
Internationals in de Metropoolregio Amsterdam – Eindrapportage
2
7
56
1
7
5
7
1
73
2
2.622
7
3
7
167
9
12
294
2
79
6
31
2.413
16
5
18.131
22
8
36
109
8
46
70
21
39
12
17
248
18
2
9.733
6
20
8
19
77
10
36
81
15
12
11
8
164
23
4
5.573
14
13 29
83
13
37
61
15
30
9
8
148
26
1
5.151
6
5
12
1
11
6
9
5
2
5
22
6
2
1.400
51
21
101
406
26
172
239
37
96
58
36
591
51
8
22.098
58
22
48
339
50
108
266
66
79
85
58
541
63
26
8.813