risk appetite en risk management door Pieter Bouwknegt MANAGEMENT VAN BALANSRISICO’S Actuarissen worden steeds meer betrokken bij het managen van balansrisico’s. Welke rol kunnen ze daarbij spelen en waar moeten ze op letten? Drs. P.Bouwknegt AAG is hoofd Capital Management Nationale – Nederlanden Leven. Balansrisico’s zijn de risico’s die ontstaan door de interactie van verschillende actief- en passiefposten op de balans van een financiële instelling. Risico ontstaat als de interactie leidt tot effecten die het behalen van de doelstellingen van de instelling in gevaar brengen. Die doelstellingen kunnen betrekking hebben op de winstgevendheid van een private instelling, het voldoen aan de eisen van de wetgever die door de toezichthouder worden gecontroleerd, het bieden van een stabiele inkomensstroom en indexaties bij een pensioenfonds of het bieden van solidaire zekerheid bij een onderlinge verzekeringsmaatschappij. Opvallend Door de financiële crisis zijn balansrisico’s aan het licht gekomen bij verschillende instellingen. Pensioenfondsen moesten indexaties stoppen en zelfs uitkeringen verlagen vanwege renterisico’s, en banken kwamen in problemen door de angst voor liquiditeitsproblemen of zelfs een run op sommige banken. Opvallend is dat levensverzekeraars veel minder dan pensioenfondsen in de problemen zijn gekomen door de sterk gedaalde rente, terwijl levensverzekeraars net als pensioenfondsen verplichtingen zijn aangegaan voor een zeer lange termijn. De twee belangrijkste balansrisico’s zijn het renterisico en het liquiditeitsrisico. Het renterisico treedt op indien renteveranderingen tot verlies of winst (kunnen) leiden. Dit risico is goed te managen door het renteprofiel van de beleggingen aan te laten sluiten op het renteprofiel van de verplichtingen. Embedded derivaten (zoals financiële garanties of polishoudersopties) aan zowel de verplichtingen- als beleggingenkant compliceren daarbij de analyse. Verzekeringen met rentewinstdeling kunnen ertoe leiden dat de duration van de verplichtingen hoog is bij een rente (ver) onder de garantierente, terwijl de duration bij een hoge rente juist veel lager wordt. Bij beleggingen kan dit ook spelen. Hypotheken kennen vaak rechten waarbij de klant kan besluiten om de lening à pari af te lossen indien de leningnemer daaraan behoefte heeft. Naast het renteniveau en de rentevastduur spelen dus ook andere klantoverwegingen zoals prepayment-gedrag een rol in het schatten van het renteprofiel. Discussie Het liquiditeitsrisico is bekend van banken met direct opneembaar spaargeld. Toen de zorgen over de DSBbank en Fortis-bank zich uitbreidden trad een 34 de actuaris juli 2014 aanzienlijke uitstroom van spaargelden op die de toezichthouder uiteindelijk noopte tot ingrijpen. Bij levensverzekeraars is het risico van zulk klantgedrag beperkt, doordat het (fiscaal) onaantrekkelijk of (contractueel) onmogelijk is om levensverzekeringen af te kopen. Het risico ontstaat in dit geval echter door mogelijke wijzigingen in wetgeving of fiscale bepalingen, die het opeens wel aantrekkelijk kunnen maken om af te kopen. Momenteel speelt in Engeland een discussie waarbij de politiek overweegt om het mogelijk te maken om lijfrenten voor pensioenen af te kopen, wat tot aanzienlijke gevolgen voor de levensverzekeraars aldaar zou kunnen leiden. Ook uit de beleggings-portefeuille kunnen liquiditeitsrisico’s optreden als bijvoorbeeld een swappositie ertoe leidt dat grote bedragen aan onderpand dienen te worden gestort. De aankomende regelgeving uit hoofde van de Europese EMIR-richtlijn zou dit risico nog kunnen verhogen door scherpere voorwaarden aan de kwaliteit en omvang van het onderpand dat gestort dient te worden. Traditioneel richtte risicomanagement zich op strikt afgebakende risico’s. Bij banken betrof het vooral kredietrisico’s, en verzekeraars richtten zich primair op verzekeringstechnische risico’s zoals grote schadeclaims. De inrichting van het bedrijf volgde deze focus: de processen voor de goedkeuring van een krediet waren goed ingericht, net zoals de acceptatie en claimafhandeling bij verzekeraars. Contact Verzekeraars en pensioenfondsen kennen vaak een aparte afdeling die zich bezighoudt met beleggingen. Die specialisatie is noodzakelijk omdat de aanschaf en het beheer van beleggingen specifieke kennis en systemen vereist. Het gevaar bestaat dat de afstand tussen de beleggers en de actuarissen echter (te) groot wordt en het overzicht over de gehele balans minder wordt. De belegger zal zich niet alleen moeten richten op het beleggingsmandaat, dat de formele basis vormt voor de keuzes die hij maakt. Hij moet ook contact onderhouden met de actuaris, die overzicht heeft over het precieze karakter van de verplichtingen. Intensief contact tussen beiden kan bij het opstellen van de mandaten belangrijke input geven, maar zal ook in het normale beleggingsproces helpen om tot een verantwoorde besluitvorming te komen. De actuaris van zijn kant zal het gesprek met de beleggers moeten opzoeken, en samen moeten ze zorgen dat ze een enkele taal kennen die het mogelijk maakt om over de gehele balans te spreken. risk appetite en risk management Finesses Inmiddels hebben vrijwel alle verzekeraars aparte verantwoordelijken voor het balansrisico, zoals een hoofd ALM of hoofd marktrisico. Vanuit deze rol wordt de rente- en liquiditeitspositie gemonitord, worden voorstellen gedaan om het risico te mitigeren en worden de beleggingsmandaten beoordeeld. De verantwoordelijkheid voor het balansrisico vereist een gedegen kennis van de balanspositie van zowel de beleggingen als de verplichtingen, maar vooral van de samenhang tussen beide. Omdat de verzekeringsverplichtingen in het algemeen complexer lijken dan de beleggingen vinden actuarissen emplooi in deze rol. Het vereist wel dat die actuarissen de beleggingen tot in de finesses begrijpen, naast hun kennis van de verplichtingen. Tevens is het nodig dat er robuuste en actuele informatie beschikbaar is over de risicopositie. Eveneens dient duidelijk te zijn vastgelegd wie er verantwoordelijk is voor het innemen van posities, alsmede welke de limieten zijn die aan die posities worden gesteld. De directie van de maatschappij, vooral de CFO en CRO, dient intensief betrokken te blijven bij de monitoring en besluitvorming over de posities. Doorontwikkelen Actuarissen worden vaak gedreven door een technische interesse en hebben behoefte aan zekerheid en precisie. In de traditionele actuariële rol worden deze eigenschappen hoog gewaardeerd. In bijvoorbeeld de certificerende rol zijn het juist deze kwaliteiten die noodzakelijk zijn. De keerzijde is dat het moeilijk is om op basis van onvolledige informatie uitspraken te doen, of om tot snelle en grove inschattingen te komen. De combinatie met de technische interesse wil er soms toe leiden dat veel aandacht uitgaat naar het (eindeloos) door-ontwikkelen van modellen, waarbij doel en middel verward kunnen raken. Bij het dagelijkse balansmanagement zullen echter soms snelle beslissingen noodzakelijk zijn die niet kunnen wachten totdat alle analyses tot in de details afgerond zijn. Daarnaast vereist het balansmanagement communicatie met spelers buiten de actuariële kring, zoals senior management of beleggers. Zij spreken de actuariële taal niet, maar hebben wel behoefte aan actuariële informatie. De actuaris zal dan de actuariële analyses om moeten zetten naar algemene begrijpelijke informatie. Dat is een vak apart. Goed uitgerust In de oude opleiding tot actuaris werd weinig aandacht besteed aan beleggingen. Een begrip als duration werd niet behandeld, of het werd alleen van toepassing geacht op vastrentende beleggingen. Sinds enige jaren is dit veranderd. Alle actuariële opleidingen leggen de nadruk op de balansrisico’s in vakken als ALM (asset liability management) of balansbeheer. De aankomende actuarissen leren hoe ze het beleggingsbeleid in kunnen richten in samenhang met de verplichtingen en moeten analyses maken over embedded optionaliteiten in verzekeringsproducten of de duration van de verzekeringsverplichtingen ten gevolge van het langlevenrisico. De actuaris wordt dus goed uitgerust om de balansrisico’s te kunnen beoordelen. Renteveranderingen Het gebruik van marktwaardetechnieken leidt tot een groter inzicht in renterisico’s. Immers, een verandering van de rentecurve leidt bij het gebruik van marktwaarde direct tot een aanpassing van de waarde van alle rentegevoelige instrumenten op de balans. Bij een agressieve rentepositie zullen direct grote veranderingen in het eigen vermogen blijken bij renteveranderingen. Een conservatieve rentepositie waarbij de kasstroomprofielen strikt zijn afgestemd op elkaar leidt ertoe dat het eigen vermogen vrijwel immuun is geworden voor bewegingen op verschillende plaatsen van de rentecurve. Voor het liquiditeitsrisico zijn marktwaardetechnieken echter ontoereikend. De berekening op marktwaarde suggereert dat instrumenten op de balans direct te verkopen zijn, wat in de praktijk niet het geval is. Bovendien vermindert de liquiditeit van instrumenten in tijden van financiële crises, wat de prijsvorming beïnvloedt. Op het hoogtepunt van de financiële crisis in 2009 was het korte tijd zelfs moeilijk om Duitse staatsleningen te verhandelen, en voor langere tijd heeft de handel in complexe gestructureerde beleggingen als op hypotheken gebaseerde effecten (Residential Mortgage Backed Securities, RMBS) vrijwel stilgelegen. Solvency II Voor verzekeraars komt ook in de nieuwe regelgeving Solvency II het liquiditeitsrisico nauwelijks aan de orde. De voorschriften besteden vooral aandacht aan solvabiliteitsrisico’s waaronder het renterisico, verzekeringstechnische risico’s en het aandelen- en kredietrisico. Voor verzekeraars is tijdens de crisis gebleken dat het voornaamste liquiditeitsrisico werd gevormd door de prijsvorming van bepaalde beleggingen, die via de marktwaardering de solvabiliteitspositie aantastten. Het liquiditeitsrisico is beperkt gebleven tot verzekeraars die hun balans misbruikten om grootschalige derivaten posities op te bouwen voor speculatieve doeleinden, zoals het Amerikaans AIG. In de vernieuwde regelgeving voor banken zijn meer bepalingen geïntroduceerd die betrekking hebben op het liquiditeitsrisico. Op basis van eenvoudige vuistregels worden bepaalde beleggingen en verplichtingen ingedeeld in verschillende categorieën liquiditeit. Dit leidt ertoe dat banken meer aandacht besteden aan hun liquiditeit, waardoor bijvoorbeeld de financiering met retail spaargelden aantrekkelijker is geworden ten opzichte van een financiering gebaseerd op korte termijn interbancaire middelen. Opmerkelijke effecten De regelgeving stimuleert dus de aandacht voor de balansrisico’s, maar kan soms ook vervelende effecten hebben. Veranderende voorschriften voor de waardering van verzekeringsverplichtingen zoals de introductie van de UFR hebben het werk moeilijker gemaakt. De UFR is vrijwel niet te hedgen, maar kan wel voor volatiliteit in de officiële, voor de toezichthouder bestemde, solvabiliteitscijfers zorgen. Dit is ook de ervaring met het gebruik van de ECB AAA curve door levensverzekeraars. De technische kenmerken van die curve (in termen van de toegelaten landen, de interpolatie, de extrapolatie en het proces om leningen mee te laten tellen in het universum) hebben voor aanzienlijke bewegingen in de solvabiliteit gezorgd die nauwelijks te managen waren. Bij pensioenfondsen kan het gebruik van de curve gebaseerd op de gemiddelde swaprentes van het laatste kwartaal voor opmerkelijke effecten leiden als de rente plots stijgt of daalt. De mogelijke gevolgen van de EMIR-richtlijn voor het liquiditeitsrisico zijn al eerder genoemd. Conclusie Het management van het balansrisico vereist dus een veelheid van kennis en ervaring, waar actuarissen steeds beter voor uitgerust moeten zijn. De sterke analytische eigenschappen van de actuaris zijn een voordeel voor het inschatten van rente- en liquiditeitsrisico. Het gevaar bestaat dat de actuaris zich verliest in zijn grote liefde voor het maken van modellen en het lang door-analyseren van problemen. Dat staat het geven van heldere adviezen en het doen van duidelijke uitspraken in de weg. @ Reacties op dit artikel graag naar [email protected] de actuaris juli 2014 35
© Copyright 2024 ExpyDoc