Brief aan Zorginstituut Nederland namens de Vereniging Vrienden

Vereniging Vrienden van Drugvrije Programma’s
Secretariaat: Sonoystraat 14, 2581 VL, Den Haag
E: [email protected]
T: 070 3554941
M: 06 54927833
Aan: Zorginstituut Nederland
t.a.v. de heer A. Moerkamp, voorzitter van de Raad van Bestuur
Postbus 320
1110 AH Diemen
Den Haag, 28 augustus 2014
Onderwerp: onjuiste informatie in Trouw 23-8-2014
Geachte heer Moerkamp,
De Vereniging Vrienden van Drugvrije Programma’s, bestaande uit ouders, exclienten, (ex-) personeelsleden en andere belangstellenden drugvrije
behandelprogramma’s wil met de3ze brief het volgende onder uw aandacht
brengen.
Op de voorpagina van Trouw van zaterdag 23 augustus stond het bericht, dat veel
verslaafden in Nederland een behandeling vergoed krijgen in nieuwe klinieken
waarvan niet is aangetoond dat het hen van de alcohol of drugs afhelpt. Het artikel
beschrijft klinieken waarbij dagbesteding met yoga, filmkijken en paardrijden door
de zorgverzekeraars wordt vergoed. Dit zijn behandelmethoden waarvan het effect
niet door onderzoek is aangetoond.
In hetzelfde bericht staat: “Zorginstituut Nederland noemt meer voorbeelden van
ondoelmatige zorg. Zo zijn er ‘therapeutische gemeenschappen’ waar het een
voorwaarde is dat de verslaafde lang aanwezig is: wie lang clean blijft zou van zijn
verslaving afkomen. Die aanpak is relatief duur en bovendien kent die intensieve
aanpak veel afhakers, en die vallen zeker terug”.
Wij willen u erop wijzen dat dit niet klopt met de feiten.
Behandeling in een therapeutische gemeenschap voor verslaafden is een wereldwijd
toegepaste methode. De behandeling is evidence-based en kosteneffectief .
Inderdaad voltooit ongeveer een derde het gehele programma. Inmiddels is dit
teruggebracht van een jaar naar ten minste 6 maanden. Niet alle afhakers vallen terug.
Wel blijkt dat de duur van de opname bepalend in voor het succes.
Internationaal onderzoek toonde aan dat de lengte van de opname en een erop
volgende nazorg consistente voorspellers zijn voor het succes van de behandeling in
therapeutische gemeenschappen: hoe langer de opnameduur, hoe meer succes.
In mei van dit jaar kwam het onder leiding van de Gentse hoogleraar
Vanderplasschen verschenen rapport uit over therapeutische gemeenschappen van
-2het European Monitoring Center for Drugs and Drug Abuse.
(http://www.emcdda.europa.eu/attachements.cfm/att_226003_EN_TDXD14015EN
N_final.pdf De conclusie was dat de behandeling van langdurig aan drugs
verslaafden in een therapeutische gemeenschap effectief is als de opnameduur lang
genoeg is, tenminste 6 maanden, en een goede nazorg wordt aangeboden.
In ons land is voor de nieuwe sinds 2008 opgerichte klinieken niet aangetoond dat
de behandeling werkt. In een poging, enkele jaren geleden, van Prof. De Jong van de
Universiteit Nijmegen om een uitgave over de klinische behandeling van verslaafden
toe te voegen aan de reeks ‘State of the art in de verslavingszorg’ bleek dat er van de
verslavingsklinieken in Nederland op geen enkele wijze door onderzoek is
aangetoond dat zij werken, met uitzondering van de therapeutische
gemeenschappen.
Niet alleen bij de nieuwe klinieken maar ook bij de lang bestaande gevestigde
verslavingsklinieken met korte opnamen is in ons land nooit onderzocht of de
behandeling succes heeft op langere termijn. Dat ambulante behandeling met
psychotherapie bij langdurig verslaafden helpt is evenmin aangetoond.
In ons land is alleen bij de therapeutische gemeenschappen door follow-up
onderzoek bewezen dat de behandeling werkt. Door wetenschappelijk onderzoek
bij ex-cliënten van de Emiliehoeve (2 x), Triple-Ex, (2x) en Hoog Hullen is
aangetoond dat 30 tot 40 % van de opgenomen cliënten (inclusief de voortijdig
afhakers) twee jaar na ontslag niet meer verslaafd is aan alcohol of drugs en geen
crimineel gedrag meer vertoont. *)
De behandeling in de therapeutische gemeenschappen is gericht op persoonlijk en
maatschappelijk herstel en een leven onafhankelijk van verslavende middelen. De
met succes behandelde cliënten vallen niet meer terug in hun verslaving en
criminaliteit en het veroorzaken van overlast. Dit levert een besparing op in
medische kosten, ambulante begeleiding en klinische heropnamen, in kosten voor
maatschappelijke begeleiding, uitkeringen, politie, advocaten en detentie.
Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat de besparingen een veelvoud zijn van de
kosten van de behandeling van alle in deze therapeutische gemeenschappen
opgenomen verslaafden. Het National Institute of Drug Abuse (NIDA) in de
Verenigde Staten spreekt van één dollar kosten tegenover vier dollar opbrengsten
bij investering in behandeling van drugsverslaafden, gericht op abstinentie.
De behandeling is kosteneffectief: bij een kosten-baten analyse van de behandeling
in de therapeutische gemeenschappen Emiliehoeve en Triple-Ex in Den Haag bleek
dat de behandeling op de Emiliehoeve per jaar aan geschatte baten (met aftrek van
de totale kosten voor de behandeling) 2.700.000,- euro aan besparingen opleverde.
Bij Triple-Ex was dit 2.600.000,- euro .
De toename van de kosten van de klinische verslavingszorg is in de laatste jaren
geheel veroorzaakt door deze nieuwe klinieken. Voor de bestaande
verslavingsinstellingen is het budget in de laatste jaren niet veranderd.
-3Het huidige beleid is erop gericht dat de bedden voor een opname aanzienlijk
worden verminderd en dat de behandeling waar mogelijk ambulant moet plaats
vinden. Op grond daarvan wordt in ons land de klinische drugvrije behandeling, met
name in therapeutische gemeenschappen van verslaafden, waarvan door
wetenschappelijk onderzoek is aangetoond dat ze verslaafden wel met succes
behandelen, opgeheven of zodanig in de opnameduur gekort dat succes niet te
verwachten is. **)
Doordat de opnameduur in therapeutische gemeenschappen lang genoeg is kunnen
de oudere cliënten verantwoordelijk zijn voor de gang van zaken in de avonduren
en het weekend. Zo is er bv op de Emiliehoeve ’s avonds geen personeelslid in huis.
In de weekends is er hooguit een kort bezoek van een medewerker. Hierdoor is een
therapeutische gemeenschap relatief goedkoop in de exploitatie.
De opgenomen cliënten beschouwen de gemeenschap als hun eigen huis. Zij waken
ervoor dat er in hun huis drugs of alcohol worden gebruikt. Dit in tegenstelling tot
verslavingsklinieken volgens het medisch model, waar dit regenmatig voorkomt.
Alleen behandelingen waarvan het effect is aangetoond moeten door de
zorgverzekeringen worden vergoed.
Ambulantisering en inkorting van de opnameduur of sluiting van bewezen
kosteneffectieve therapeutische gemeenschappen en andere afdelingen gericht op
stoppen van de verslaving leidt niet tot bezuinigen maar juist tot meer kosten.
Het verkorten van de opnameduur bij de behandeling van verslaafden met
complexe problematiek en vaak een justitieverleden betekent een voorspelbare
terugval. Een jarenlange ambulante behandeling en korte opnames leidt per saldo
tot meer kosten dan de investering in een voldoende lange behandeling in een
therapeutische gemeenschap.
Het verdwijnen van deze langdurige behandeling door verkorting van de opname of
opheffen van de bedden betekent dat een grote groep verslaafden geen kans meer
heeft op herstel en daardoor een levenslange kostenpost zal betekenen.
Het verdwijnen van deze behandeling betekent voor generaties van
drugsverslaafden het wegvallen van een effectieve behandeling.
Met vriendelijke groet,
namens de Vereniging Vrienden van Drugvrije Programma’s
Dr. M. Kooyman, voorzitter
Drs. L.C.M. van Eendenburg, secretaris
Cc: Mr. A. Rouvoet, bestuursvoorzitter Zorgverzekeraars Nederland
mw. drs. P.I. Polman, Zorginstituut Nederland
mw. E.C.M. Visser, Zorginstituut Nederland
*)
In het onderzoek van de drugvrije therapeutische gemeenschap Emiliehoeve door de Erasmus
Universiteit werd het volgende gevonden:
Van alle opgenomen drug verslaafden twee jaar na het verlaten van het programma was het succes
(geen gebruik van drugs, geen alcohol problemen, geen criminaliteit) als volgt: verblijfsduur tot 1
maand: 0%, 1 maand tot een half jaar: 10%, een half jaar tot een jaar 30%, langer dan een jaar
70%.succes. Werd het gehele programma inclusief het verblijf in het re-entry huis afgemaakt (wat bij
een derde van de opname het geval was), dan was het succes 82% (Kooyman, 1992)
(http://bit.ly/1lNOTYK). Tien jaar later werd dit onderzoek herhaald met een vergelijkbaar succes.
**)
Zo gingen bij Palier Verslavingszorg de volgende klinieken dit jaar dicht:
De drugvrije kliniek voor drugververslaafden met een justitieverleden met 60 bedden in Ossendrecht
(het vroegere S.O.V.). Per 1 januari wordt de therapeutische gemeenschap Triple-Ex (ex-verslaafd,
ex-crimineel en ex-werkloos) met 27 bedden gesloten. Triple-Ex werd 19 jaar geleden opgericht als
onderdeel van een landelijk project van justitie voor nabehandeling van verslaafde ex-gedetineerden.
Het was het enige klinische programma van deze doelgroep in dit project. In de overige regio’s werd
gekozen voor ambulante nazorg. De klinische behandeling van Triple-Ex was de enige waarbij effect
werd aangetoond.
Bij Brijder verslavingszorg wordt het klinische behandelprogramma voor verslaafde kinderen (van
11 tot 20 jaar), Mistral, beperkt tot een detox-afdeling in de nieuw gebouwde, te ruim geplande,
verslavingskliniek. De therapeutische gemeenschap Emiliehoeve wordt eveneens gehuisvest in de
nieuwe verslavingskliniek. De opnameduur wordt gehalveerd. Het eigen pand van de therapeutische
gemeenschap wordt gesloopt wegens bouwkundige gebreken.
Op 23 mei werd door honderden ex-cliënten van de Emiliehoeve bewoners bij het gebouw
gedemonstreerd tegen de sloop en de verhuizing naar de een leegstaande etage van de
verslavingskliniek, waar volgens hen op grote schaal alcohol gedronken wordt en gehandeld in drugs.
Ook de beddencapaciteit van de therapeutische gemeenschappen ‘De Witte Heul’ (ARTA-Lievegoed
Verslavingszorg in Zeist), Hoog Hullen en de Breegweestee in Eelde (Verslavingszorg Noord
Nederland) en de drugvrije afdeling van ‘De Hoop’ in Dordrecht wordt verminderd