Verslag 12e molenplatform - 28 januari 2014

PLATFORM VAN MOLENADVISEURS – VERSLAG 12e BIJEENKOMST
Datum:
Locatie:
28 januari 2014
Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed te Amersfoort
Aanwezigen:
Bennie Franken
Gerrit van de Pol
Bart Dooren
Leo Endedijk
Gerard Troost (vz.)
Leni Thiers
Jeroen van Dijke
Johannes Kooistra
Robert Berkovits
Sabine Okkerse
Walter Vaags
Mark Ravesloot
Herman Sangers
Rita de Hertog
Joop Heijdra
Ad Wisse
Wouter Pfeiffer (not.)
Vragen bij aanvang
− Bennie Franken vraagt of het overleg tussen de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en
de monumentenwacht nog een vervolg krijgt, Gerard zal Arno Stens mailen.
− Leo Endedijk deelt informatie over de molenprijs, hiervoor is een spreekuur in het leven
geroepen waar projecten toegelicht kunnen worden.
Daarnaast zijn uit de regeling voor bouwhistorisch onderzoek 10 aanvragen gehonoreerd.
Er kunnen nieuwe aanvragen ingediend worden nadat de eerste regeling geëvalueerd is.
− Vraag Gerard over ‘rode aanslag’ op pleisterwerk (vooralsnog alleen bekend) bij
korenmolens. Wie kent dit? Niemand, men gaat er op letten.
− Riet vastzetten met touw of ijzerdraad?
Voordelen volgens de rietdekker: a) riet op de kap is steviger aan te trekken, b) beter vast
te zetten op onbereikbare plekken (achter bijv. achtkantstijlen en veldkruisen)
Voordelen voor de rietdekker: goedkoper want minder mensen.
Nadelen: a) ijzerdraad brandt bij brand niet door zodat het riet niet loskomt, b) ijzerdraad
snijdt in hout en riet.
Elektriciteitsopwekking met monumentale molens - Mark Ravesloot
Presentatie begint met geschiedenis vanaf ongeveer 1952 o.a. in Wervershoof, Den Oever,
Westbroek etc.
Presentatie wordt rondgezonden door Mark.
Voorbeelden van molens die nu stroom opwekken: bijvoorbeeld de Commandeursmolen te
Mechelen (NL), de molen van Zwiep, de Zandhaas te Santpoort. De eerste op waterkracht voor
eigen gebruik en rest voor terug levering aan het net. Zwiep draait met vrijwilligers en Santpoort
professioneel maar beide molens lever minder stroom dan voorspeld werd. Santpoort: 1/3 van de
verwachting 5000 KW ipv 15.000 KW.
Nieuw project met een monumentale molen in Hellendoorn wordt aldaar breed maatschappelijk
gedragen. Geeft de ‘aaibaarheid’ van dit soort projecten aan.
Toekomstige projectplannen met nieuwbouw molens: De Hemmes in Zaandam, Nieuwe molen in
Wesepe en een ‘nieuwe’ molen op een oude molenschuur in Nauerna.
Het kantoor van DHM vraagt handvatten voor informatie, zij krijgen telefonisch veel vragen van
eigenaren. Kan de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed niet vanuit haar rol als kennisinstituut, de
voor- en nadelen voor het voetlicht brengen?
Enkele werden er ter plekke al geopperd:
Voordelen: duurzame energieopwekking, educatief, argument voor het op peil houden van een
goede biotoop/molenlandschap, aaibaarheid bij publiek, het onderwerp is populair.
Nadelen: aantasting monumentale waarden molen, kosten en baten analyse valt vooralsnog
negatief uit voor de installatie, risico van een windmolen die onbeheerd staat te draaien voor een
hoge opbrengst, investeren in zonnepanelen naast de molen levert mee op dan een generator.
Opmerkingen:
-Bespaar je niet meer met goed onderhoud dan met de installatie van een generator? De aanschaf
bedraagt rond de €25.000,- tot €50.000,-Het predicaat duurzaam is fout, dat is het in veel gevallen niet, daarnaast hebben zonnepanelen
een hoger rendement dan een generator.
-Het opstellen van richtlijnen voor elektriciteitsopwekking met monumentale molens door de
Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed!? Is dat een oplossing? Alternatief: oprichting van een
stichting voor het bestuderen van de molengegevens en het verzamelen van datagegevens.
Stageproject voor een student? Het archief bij DHM hierover is ook nog nooit goed (digitaal)
ontsloten.
- Het argument ‘waarom stroom opwekken’ moet sterker, het heeft nu vaak een politieke of ideële
achtergrond of een
- In het vergunning traject zou de eigenaar zijn idee goed moeten onderbouwen, evt cijfermatig.
Naast een bouwhistorische onderbouwing zijn ook biotoop en exploitatie belangrijk.
In ‘Een toekomst voor molens’ keurt de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed het openlijk af.
Antw.: Dat klopt, maar het experiment in de molen van Zwiep begon net toen dit afgerond was; er
waren nog nauwelijks gegevens voorhanden, het is ‘een voorbeeld’ van nevenbestemming of
functieverandering van een monument (toch al moeilijk bij molens) en het paste in het hoofdstukje
‘Innovaties bij molens en molenrestauraties’. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed staat daar
open voor maar bekijkt dat uiteraard kritisch en per geval.
Reconstructie – wanneer wel/niet?
Om de discussie goed te voeren beperken we ons tot reconstructie van het gaande werk. Wanneer
is het gerechtvaardigd om
Belangrijk is natuurlijk (voor de eigenaar/het veld): is reconstructie subsidiabel wanneer wel/niet?
Dan komt de vraag wanneer reconstrueer je wel/niet?
Waar ligt de grens?
In principe geldt nu: 100% reconstructie van vergane/vernietigde/niet meer bestaande onderdelen
(geen monumentale waarden (meer)) = geen subsidie, tenzij de minister anders oordeelt.
Rita: in Vlaanderen staat geschreven:”… indien het onderdeel een onontbeerlijke schakel in het
geheel is, is reconstructie wél subsidiabel…” (bijvoorbeeld een versleten onderdeel van het gaande
werk). Rijst de vraag: geheel vervangen en reconstrueren of met behoud van waardevolle delen.
Leo: Een bouwhistorische verkenning/-onderzoek is het startpunt, door een objectieve
waardestelling kan vanuit de monumentale waarde gestart worden.
Stappenplan voor het proces (Bennie) is belangrijk: onderzoek → waardebepaling → dynamische
waardestelling → waar en hoe wordt het uitgevoerd?
Daarnaast is ook van belang hoe er in de toekomst met de molen wordt gemalen, wanneer dit met
2 stenen is, is een derde koppel eigenlijk niet nodig. Een eigenaar dient goed na te denken over de
toekomst.
Herman: eigenlijk moet je de noodzaak tot reconstructie los zien van geld of subsidieregelingen.
Bekijk het vanuit het object, het onderdeel en de bouwhistorie.
Opmerking:
In sommige gevallen kan reconstructie monumentale waarden op diverse gebieden verhogen (in
nationaal belang, de molenwetenschap, molenbouw en voor de algemene cultuur historie).
Bijvoorbeeld de reconstructie van de contramolen van de Overwaard 4 te Kinderdijk of de molen
van Bleiswijk met het hellend scheprad.
De Brim - Remco Laverman – hoofd taakgroep subsidies Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Problemen bij de aanvragen 2013: de techniek (nieuw ICT systeem), de omslag van papier naar
elektronisch en de aansturing van de organisatie. Gebrekkige communicatie van de afdeling
subsidies naar binnen en naar buiten deden de zaak ook geen goed. Dit laatste is een serieus
aandachts- en verbeterpunt voor dit jaar, beloofde Remco.
Door de vertraging loopt de financiële afhandeling van de oude Brim-ronde nu ook vertraging op.
Nieuwe aanvragen kunnen vanaf afgelopen 1 februari tot 31 maart worden ingediend. In 2017
moeten alle aanvragen digitaal worden ingeleverd dus wen er nu maar vast aan en dien zoveel
mogelijk digitaal in. Let bij inlevering/opsturen op te grote bestanden!! Afgelopen jaar blokkeerde
enkele aanvragen dagen lang het systeem waardoor andere aanvragen de server niet bereikten.
Alle aanvragen moeten apart worden aangeleverd met de begroting, de foto’s etc in één bestand of
op één schijfje.
Bureaus of anderen die door de eigenaar gemachtigd zijn tot indienen, zijn daarmee ook de
officiële ‘gesprekspartner’ voor/van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Alle correspondentie
gaat via de gemachtigde. Misschien onhandig maar wettelijk gezien kan dit niet anders.
Hamvraag: gezien het verleden; hoe vraag je aan?
Alleen tot de bovengrens € 60.000,00 of voor de totale kosten met als bovengrens € 60.000,00?
Het laatste is in principe het meest heldere en geeft de realiteit het beste weer. Geef dan wel aan
wat er voor de € 60.000,00 gaat gebeuren en wat er blijft liggen of gefinancierd wordt uit andere
bronnen/met andere gelden.
Opmerkingen:
Remco: opmerkelijk, er blijft veel geld bij het NRF staan en er zijn veel vragen voor uitstel van
werkzaamheden.
Voor de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is de verwerking van de aanvragen qua tijd en
efficiëntie (digitalisering) een bijna net zo belangrijk aandachtspunt als de inhoud van de aanvraag.
Rondvraag
Leo: volg de site van DHM ivm de molenacademie en molenbehoud 2023
Bart: oorzaak roedebreuk Wadenooien? Joop/Walter: de slechte lassen waren opnieuw slecht
ingelast. Joop: aansprakelijkheid ligt bij de aannemer.
Volgend Platform molenadviseurs: op 12 februari 2015 om 13:00.
Suggesties voor een locatie, anders dan Amersfoort, zijn welkom.
Voorstel onderwerp: rietdekker uitnodigen, roede- en asbreuken bespreken.
Wouter Pfeiffer – 5 februari 2014