Jaargang 28 - nr. 7 - maart 2014 De Stilte Zelf In de warme zon varen grote aken bijna onhoorbaar door ’t stille water. Links de lange spoorbrug met gele en witte treinen bijna onhoorbaar. Rechts de lange snelweg met kleurige auto’s bijna onhoorbaar. Windloze vlaggen; onhoorbare stemmen van fietsers onderweg. Schaap met lammetje starend met wijde ogen open zonder geblaat. Het meest onhoorbaar is Hij die de Stilte Zelf is. Frans Boddeke CSsR Affluenza Het is hilarisch en treurig tegelijkertijd. In Californië is een jongen vrijgesproken van meervoudige doodslag na een aanrijding omdat hij aan de ‘ziekte’ affluenza lijdt. ‘Deze jongen is zo door zijn ouders verwend dat hij niet door heeft wat de consequenties zijn van zijn daden.’ Only in Amerika, zullen we maar zeggen. Zo’n vrijspraak dan. Maar helemaal onzin is die ziekte wellicht toch niet. Misschien zijn we allemaal wat van God los. De term affluenza - in de jaren ’50 al gebruikt - werd populair toen deze naam in 1997 werd gegeven aan het overmatig veel consumeren en het steeds maar méér willen hebben. De ziekte affluenza is officieel niet erkend. Maar we consumeren wel veel meer dan goed voor ons is. En heel veel meer dan we als land en als individuele mens kunnen betalen. Bovendien willen we eerder nòg meer dan minder. Affluenza is geen ziekte; het is een maatschappelijke trend. Zit het niet in onze genen, dan zitten groei en materialisme toch tenminste in onze identiteit. Maar die groei maakt ons meetbaar niet gelukkiger. En is bovendien letterlijk en figuurlijk zin-loos. Een derde televisie in huis voegt aan een leven gewoon niets meer toe. Net zomin als telkens weer een nieuwer model van dezelfde mobiele telefoon. In hun boek Hoeveel is genoeg zetten vader en zoon Skidelsky uiteen dat het in ‘het goede leven’ niet gaat om het hebben van steeds meer spullen, maar om zaken als gezondheid, geborgenheid, vriendschap, liefde en respect. De Skidelsky’s hebben natuurlijk www.deroerom.nl Maart 2014 gelijk. Diep in ons hart weten we dat allemaal. Maar we handelen vaak anders. We bidden, soms zelfs letterlijk, voor het einde van de economische crisis. Terwijl we eigenlijk er juist dankbaar voor zouden moeten zijn. We worden, eigenlijk heel mild, een beetje op het juiste pad gezet. Je kunt maar één heer dienen staat in de Bijbel. God of de Mammon. De echte crisis is niet economisch. Was dat maar zo. De echte crisis is dat we niet meer weten wat goed voor ons is. We komen in Nederland niets tekort. Behalve misschien liefde, zingeving en sociale contacten. Laten we ons daar op richten en niet op 1% koopkrachtverlies. De grote nadruk op consumeren is schadelijk. Schadelijk voor onze gezondheid, ons welbevinden, het milieu en sociale verbanden. Het zadelt ons en onze kinderen bovendien op met schulden die we maar moeilijk kunnen afbetalen. Misschien lijden we als gemeenschap werkelijk aan affluenza en zijn we de afgelopen vijftig jaar echt zo verwend geraakt dat we niet meer zien wat de consequenties zijn van onze manier van leven. Maar veranderen moeten we. En het liefst voordat we net als de jongen uit Californië gierend uit de bocht vliegen. Goddank is het crisis. Bezinning in vastentijd. R.P. Een samenleving die geen vasten en bidden kent ... is duidelijk uit haar evenwicht. (Yehudi Menuhin) De Roerom van maart 2014 is gevuld met veel lezenswaardig, al kan smaak nog ze verschillen. Gérard van Tillo geeft een opvallend eigentijdse invulling aan de ‘lijdende dienaar’ (4), Nel Beex maakt kennis met mensen van stichting MiMakkus (5), Huub Schumacher over de gelovige Tomas (6) en Rob van der Zwan opent een ontroerend verhaal (8). Twee bezinningen aan de hand van Etty Hillesum (10.11) en een toegezonden bijdrage van paus Franciscus (12), aangevuld met een praktijkverhaal (14). Praktijk is er ook in Tilburg (15), een inspirerend kunstenaarsleven in Oss (16), Maria in Vught in de straat (18) en Maria Boodschap bij Jeanne van Leijsen (23). Theo poort brengt een wijsheid in beeld (24) en Toon van Beek roemt de betrokkenheid rond de Goirkese kerk Tilburg (24). En nog zoveel meer in deze Roerom. Hou hem aan de praat! Redactie DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 1 Brieven Redactie Toch unaniem akkoord Nieuws-, service- en communica tieblad voor mensen betrokken bij kerk en samenleving. Redactie: Nel Beex-Roos, Henk Peters, Pieter Reesink, Peer Verhoeven, Ad Wagemakers Medewerkers: Toon van Beek, Josée van Blankenburgh-Wijnen, Joost Koopmans, Jeanne van Leijsen, Franck Ploum, Theo Poort, Cees Remmers, Ruud Roefs, Ben Roest, Jef De Schepper, Huub Schumacher, Margreet Spoelstra, Gérard van Tillo, Marcel Zagers, Rob van der Zwan Vormgeving: Ad van Beurden, Tilburg Uitgever: De Roerom wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van Stichting ‘De Roerom’ die gevestigd is te ’s-Hertogenbosch. KvK ’s-Hertogenbosch S 41083196. Verschijnt: Tienmaal per jaar. Prijs € 25,00; buitenland € 36,50. Redactie en administratie: postadres: Postbus 90105, 5000 LA Tilburg telefoon (013) 545 58 00 bezoekadres: Oude Molenstraat 8, 5342 GC Oss. Banken: ABN-Amro Bank: IBAN: NL28 ABNA 0264 8199 50 ING Bank: IBAN: NL89 INGB 0003 4065 13 Redactie-secretarie: Nel Beex-Roos e-mail: [email protected] Abonnementen-administratie: Ad van Beurden e-mail: [email protected] Internet: www.deroerom.nl Productie: Van Beurden Graphics, Hasseltstraat 96, 5046 LM Tilburg; e-mail: [email protected] ISSN 0921-5468 2 Als parochiaan van een van de kerken in Waalre/Aalst ben ik geschrokken van het bericht dat de gemeenteraad akkoord is gegaan met de verkoop van de oude Willibrorduskerk. Er waren nog wel vragen over de waarde van het gebouw en over het niet toestaan van homohuwelijken door de parochie. Deze brachten echter geen wezenlijke veranderingen teweeg in de afweging van de fracties en de gemeenteraad ging met algemene stemmen akkoord! Is dit de christelijke naastenliefde, die wij zo hoog in het vaandel hebben staan? Je wordt toch als homo of lesbienne geboren? Maar in de Bijbel staat ...! Zijn we intussen 2014 jaar later de Bijbel beter gaan begrijpen of zijn we 2014 jaar stil blijven staan? Met vriendelijke groet. Henny van Beek, Waalre Veel te melden Annie Jongerius-Teunis uit Lies hout reageert met graagte op het klein religieus erfgoed (kre) in De Roerom van januari en februari 2014. Ze heeft veel te melden. Redactie Kapel O.L.Vrouw van Binderen, Lelie onder de doornen Deze kapel bevindt zich in de wijk Helmond-Noord. Eerder stond er in 1237-1246 een abdij, gesticht door Maria van Leuven, weduwe van keizer Otto IV en graaf Willem I van Holland. De abdij heeft tot 1650 bestaan. De huidige kapel lijkt meer een schuur dan een kapel. Het heeft dan ook een bijzondere sfeer en uitstraling. Tijdens de oorlogsjaren ’40’45 groeide de Maria-devotie en nog steeds komen velen er van de stilte en de rust genieten. Mensen uit Helmond en verre omtrek komen er bidden. In 2005 voltrok zich een klein wonder. Van een grafsteen uit 1633, waarvan vele jaren een deel in de kapel aanwezig was, werd het ontbrekende deel teruggevonden. Het was de grafsteen van twee gezusters die de abdij herbouwd hadden na DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 verwoesting tijdens geschillen en oorlog. De twee zussen zijn na jaren gescheiden te zijn geweest weer verenigd in de kapel aanwezig. De kapellekes van Handel Handel telt zeven kapellekes plus een hoofdkapelleke. Ze verbeelden de zeven smarten van Maria. Mijn opoe vertelde me dat haar vader de sokkels van die kapellekes gemetseld heeft. In de middagpauzes van zijn werk in de psychiatrie in Handel besteedde hij daar zijn tijd aan. Lachend vertelde opoe dat haar vader erg vooruitziend is geweest, want elk kapelleke is tussen bomen in geplaatst. Nu kunnen de auto’s er niet tegenaan rijden. De bomen houden ze tegen. Aarle-Rixtel Ook in Aarle-Rixtel staat een heel mooie kapel; een echte, waaraan volop gerestaureerd wordt. Het Lievevrouwebeeldje is een replica. Het echte beeld uit de vijftiende eeuw is ooit gestolen. Er zijn mooie wandschilderingen en een heel oud schilderij te bezichtigen. Vriendelijke groet. Annie Jongerius-Teunis, Revershof 63, 5737 AM Lieshout (0499) 42 28 27 De paus op bezoek ‘Zie ginds komt de stoomboot…!’ Laten we dit mooie deuntje maar reserveren voor de Goedheiligman uit Spanje. De Mijterman in Rome heeft warempel wel andere dingen aan zijn hoofd. Die is allereerst goed bezig om een overzicht te krijgen in de janboel daar en om er eens goed uit te mesten. Maar hij is er nog helemaal niet aan toe om in het vizier te krijgen wat in ons kikkerlandje werkelijk gaande is. Onze bisschoppen kronkelden al wel voorbeeldig om hem heen om voornamelijk hun eigen hachje te redden. Maar hij is wijs en pastoraal genoeg om dit trucje niet in de gaten te hebben. Ik gun hem echt wel een ontspannend incognito-uitstapje naar onze Efteling of naar het Rijksmuseum, maar voor een echt zinvol werkbezoek is het nog veel te vroeg. Want op dit moment hebben we hem hier alleen maar onderlinge ruzie en een lege ArenA te bieden. De incubatietijd voor een vruchtbaar bezoek zullen we zelf moeten besteden om voornamelijk kritisch na te gaan waar we eigenlijk mee bezig zijn. Daarbij moeten we ons nog meer dan nu bewust worden hoezeer onze huidige paragrafen-bisschoppen de goedwillende mensen en lokale geloofsgemeenschappen teisteren met hun waanzinnige regelgeving en geloofsopvattingen die in sommige opzichten niet meer stroken met de huidige opvatting van menswaardigheid. De paus naar Nederland laten komen? Een idee om hier na alle katholieke narigheid eindelijk weer eens iets leuks te beleven door hem als folklorefiguur te laten opdraven? Maar de paus is als slimme jezuïet franciscaans genoeg om daar niet in te trappen. Dus beter maar even dimmen, onze janboel nog beter voor het voetlicht brengen en alvast beginnen om uit te mesten en schoon schip te maken. In deze heeft de een of ander grotere wijsheden in petto. Die hoor ik dan graag. Leon Goertz, Sittard Zeer christelijk Al 83 en toch nog volop in de zielzorg o.a. in twee grote gevangenissen ... Ik ben al jaren lang geïnteresseerd in De Roerom, niet omdat ik ’t met alles eens ben, maar omdat ’t op een zeer christelijke manier nieuwe vormen van christendom bespreekt. Wat in de noordelijke landen ‘geboren’ wordt, komt mettertijd naar ’t zuiden. Ik ben me aan ’t voorbereiden! … Ik ga één week per jaar op vakantie in Nederland. Wat ik er wel in de beleving van het christendom mis is een ‘gezonde, diepe’ spiritualiteit, die ik overigens meermalen ervaar in de artikelen van Peer Verhoeven! Ik wens De Roerom een lang leven toe! H. Lambers, Portugal www.deroerom.nl Stilte vrede rust onderweg Peer Verhoeven ‘Meditatie is wat de wortels voor een boom zijn. Die bevinden zich in de stilte, zijn niet te zien wel fundamenteel. Want zonder wortels valt een boom om. De wortels staan voor meditatie, voor stilte; de boom die groeit voor actie. Beide zijn nodig. Meditatie stopt niet als je van je kussentje opstaat, maar werkt in je dagelijks leven door.’ Augustin I. Okumura, Japans karmeliet. Stilte Daar daarachter heel ver achter de sterren en de maan voorbij aan ruimte en tijd daar in die oneindigheid daar woont stilte met zichzelf. (Jack Stek nieuwjaarswens 2014; uit een gedachtenisviering 2013 overgenomen; auteur onbekend) Niet zonder De Tien Geboden, door Mozes opgetekend voor het uitverkoren volk en voor de wereld ... ‘I have a dream’, door Martin Luther King gedroomd voor weggedrukte kleurling en voor de wereld ... De Bergrede door Jezus van Nazaret gehouden voor mens en wereld ... want zonder idee en ideaal zonder visie en visioen. verschrompelen mensen, vermolmen leven en liefde. Gebed Zo bevangen van wat moet en zal, door gang en sleur van alledag. Zo bezeten van wat hoort en wordt verwacht, het hardst geroepen. - Bij alle zucht naar kunnen en kennen, bij alle lof voor hoge score, topprestatie content zijn met wie je bent, wat je kunt. Vrede hebben met jezelf. Bij alle lust naar hebben en halen, naar hogerop, naar meer en meer eerst luisteren naar hart en adem. Diepe rust beleven. Hoe meer Hoe hoger de drempels, hoe meer mensen struikelen. Hoe strenger de eisen, hoe meer mensen falen. Hoe hoger het tempo, hoe meer mensen afhaken. Licht, vrede, rust Bid voor die huiveren en tobben; er zijn er zoveel die zich zorgen maken in ’t ongewisse verkeren. Pelgrim Bid voor die meelevend bijstaan; er is zoveel behoefte aan een troostend woord, aan hartelijke nabijheid. Ga! Vanaf je geboorte ben je onderweg. Ga! Je stappen worden woorden, je tred is je lied. Gedenk hen met wie we dagelijks brood en beker, zoet en zuur hebben gedeeld en die van ons zijn heengegaan. Vermoeidheid is je gebed en zwijgen je spraak. Je komt wel iemand tegen; je weet niet wie waar, maar heel zeker jezelf daar. Ga! Je bent pelgrim, voor de weg geboren; en iemand komt je tegemoet. Gedenk hen die vergeten sterven, waar dan ook omkomen door geweld, van honger bezwijken, - zichzelf, wie weet waarom, ’t leven benemen. Peer Verhoeven naar Santuari de Lluc Mallorca Er zij licht vrede rust. Zij noemden zich vreemdelingen en passanten op aarde, duidelijk op zoek naar een thuis. (P.V. Hebreeën 11, 8-19) Zo blind vaak voor het wonder van het leven, de medemens in lief en leed. Zo doof ook voor wie we zijn, hoe bedoeld; voor U, stem van ons hart. Blijf ons nabij nu en straks. Jezelf zijn Bij alle haast dagelijks geboden, bij alle spoed die zo nodig moet jezelf blijven, aan jezelf toekomen. Stilte proeven. www.deroerom.nl Op weg naar Santiago de Compostella Niet alle pelgrims naar Jacobus waren arm Duits circa 1360 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 3 Lijdende dienaar Gérard van Tillo Gelovigen nemen aan dat de schriftverhalen iets zeggen over God. Maar er zit ook veel levenswijsheid in besloten. Het lied over de lijdende dienstknecht bij Jesaja is daarvan een voorbeeld. We zijn geneigd om wat in de Bijbel staat een religieuze betekenis te geven. Maar in de verhalen komt ook een diep inzicht naar voren in het leven en samenleven van mensen. Dit blijkt overduidelijk in de wijsheidsliteratuur die in de canon van de Schrift ruim vertegenwoordigd is. Maar ook de andere verhalen laten zien wat er met ons mensen aan de hand en niet verstandig is. De parabels uit de evangeliën blinken hierin uit. Daar is bijvoorbeeld te vinden, dat mensen veel kunnen leren van de natuur; zoals van de zorgeloze bloemen en vogels. Een andere hint is dat mensen meer vreugde beleven aan iets kleins terugvinden dan aan veel bezitten. Op persoonlijk vlak kan een gebroken relatie of vriendschap herstellen meer indruk maken dan een blijvende band. We worden er ook aan herinnerd dat geld niets opbrengt als je er niets mee doet en dat je weinig hebt aan talenten die je niet gebruikt. Het is ook onverstandig alles op te potten voor je oude dag, want die zou wel eens nooit kunnen aanbreken. Dienstknecht Een voorbeeld van een oud-testamentische passage die inzicht geeft in de problematiek van schuld en boete zijn de liederen over de knecht in Jesaja (42-53). Het gaat om een dienaar die niet tegenstribbelt, maar gewillig en vol vertrouwen is. Toch wordt hij beledigd, gemarteld en gedood. Deze knecht wordt een profeet genoemd die hoog in aanzien staat bij God. Aangenomen wordt dat de in Jesaja voorspelde messias-koning wordt bedoeld, die door lijden tot heerlijkheid komt. Op grond van deze interpretatie is men deze liederen gaan lezen als voorafbeelding van Christus. De figuur van de lijdende dienstknecht doet denken aan het gebruik in het oude Israël om een bok de woestijn in te sturen nadat hij ritueel met alle ongerechtigheden van het volk was beladen. Hiervan stamt het begrip zondebok, dat in vrijwel alle talen voorkomt. De zondebok is degene op wie anderen hun schuld overdragen. Bij Jesaja wordt de dienaar aangewezen om namens de koning te boeten voor de ontrouw van het godsvolk. De overdracht van schuld komt ook in onze maatschappij veelvuldig voor. Meestal gaat het daarbij om het opofferen van mensen om de leiders buiten schot te houden. Worden aan de top van een organisatie fouten gemaakt, dan worden vaak lager geplaatsten weggestuurd, waardoor de schijn wordt gewekt dat er orde op zaken is gesteld en de leiding vrijuit gaat. 4 Kruisafneming, Kapel O.L.V. van Smarten, Megen, F. Slijpen 1949, www.kerkramen.nl Dit gaat gepaard met het nodige ritueel waarmee de willekeur van de maatregel wordt afgedekt. De zondebok is vaak een medewerker die de leiding van de organisatie toch al kwijt wilde, omdat hij/zij niet goed zou functioneren, te duur is of een bedreiging vormt voor het prestige of de carrière van de leiders. De keuze van de zondebok ligt daarom meestal al vast voordat er fouten gemaakt zijn. Soms wordt iemand met het oog op deze rol in dienst genomen. Voor veel organisaties is schuldoverdracht een belangrijk instrument om personeelsbeleid te voeren. Klokkenluider De rol van zondebok kan overgaan in die van klokkenluider. Dit zijn mensen die misstanden in organisaties naar buiten brengen of onrecht in de maatschappij aanklagen. Zoals het woord al zegt slaan zij alarm om misstanden aan de kaak te stellen. Maar de vrijwillige zondebok zoals die bij Jesaja naar voren komt, is iemand die principieel zwijgt, zodat duidelijk is dat hij de schuld vrijwillig op zich neemt. In meerdere verzen en beelden wordt dat benadrukt, zoals in: Hij werd mishandeld maar verzette zich niet en deed zijn mond niet open (Jesaja 53, 7). DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 Bij onze eigentijdse zondebokken is dat meestal niet het geval. Vaak laat een medewerker die ten onrechte als zondebok is aangewezen een luid protest horen. In feite wisselt hij dan zijn rol van zondebok in voor die van klokkenluider. In onze moderne tijd liggen deze rollen dan ook dicht bij elkaar en hebben ze onderling veel gemeen, bijvoorbeeld dat iemand er niet op vooruitgaat om deze rollen toegewezen te krijgen of op zich te nemen en dat deze mensen er meestal alleen voor staan. Dat ligt uiteraard voor de hand. Wie een zondebok in bescherming neemt, laadt de verdenking op zich zelf ook schuldig te zijn. Wie een klokkenluider helpt wordt ervoor aangezien zijn kritiek te delen en wordt door de bekritiseerde organisatie tot het vijandige kamp gerekend. Interpretatie Vraag is onder welke omstandigheden een lijdende dienaar optreedt die vrijwillig de schuld op zich neemt én wanneer het gaat om toegewezen schuld die leidt tot openlijk protest. Uit de tekst van Jesaja is op te maken, dat het lot van het hele volk op het spel staat. Het is dan beter dat één persoon sterft dan dat het hele volk ten onder gaat. De lijdende dienaar lijkt dit te beseffen en schikt zich zwijgend in zijn lot. Het lijden dat de dienaar wil voorkomen moet wel de moeite waard zijn. Van een grootschalige wraakoefening kan alleen sprake zijn in tijden van wetteloosheid, waar nog geen rechtstaat is gevormd of waar deze niet meer functioneert. Dit laatste komt bijvoorbeeld voor in tijden van bezetting door een vreemde mogendheid, waarin ook Jezus’ proces zich afspeelde. Uit de Tweede Wereldoorlog zijn er voorbeelden bekend van mensen die zich vrijwillig hebben opgeofferd om groter leed te voorkomen. Als schuldoverdracht in dienst staat van privébelangen of organisatiedoelen wordt de schuld meestal niet vrijwillig aanvaard. Dan slaat de zondebok terug en kiest hij voor de rol van klokkenluider. Open Kerk Helvoirt Za 12 april 19.00 u. Palmpasen, vr. 18 april 14.30 u. Goede Vrijdag; za. 19 april 19.00 u. Paaswake-viering in Oude Kerk, hoek Torenstraat/Jonge van Zwijnsbergenstraat, Helvoirt. (0411) 64 18 51; 06-13625956 Barmhartigheid 13 april 13.00-17.00 u. Kloosterhotel Zin: Meezingen met de Mattheüs Passie. (073) 657 70 44 [email protected] www.deroerom.nl Samen op pad Redactie In het kader van maandelijks aandacht voor mensen met een beperking schrijft Nel Beex over de Stichting Mimakkus. Mogen zijn zoals ze zijn Hoe gaan wij om met dementerenden en wat weten we eigenlijk van hen? We willen immers nog zo graag de geliefde zien die we kennen. Hoe anders ligt dat voor clowns van de Stichting MiMakkus. Onbevangen met geen enkel doel treden zij de ernstig dementerenden tegemoet. Op de afgesproken tijd ontmoet ik in Avoord, Zorg en Wonen Etten-Leur de dames Jacqueline Hermus en Tonnie van den Bos. Een lekker kop koffie volgt en ik krijg te horen wat ze van mij verwachten. Ik mag kijken! Zij beiden worden Sientje en Toke. En nogmaals: ik mag (alleen) kijken! Deelgenote worden. Sientje en Toke We gaan naar de derde verdieping. Ik blijf op de gang en zij lopen een kamer binnen om zich om te kleden, maar vooral om zich ‘leeg’ te maken. Leeg van alle daagse beslommeringen. Ze willen in de huid van Sientje en Toke kruipen. Mentaal, maar ook met eenvoudige kledij en eenvoudige attributen, zoals een kleurig koffertje, een mooie grote tas en een grote pop. De rode clownsneus valt weliswaar op, maar de meeste indruk maakt hun manier van voortbewegen; het trage tempo. Daar gaan Sientje en Toke en ik zeg niks, verbaas me en volg. Dan gebeurt er iets heel bijzonders. De gangen zijn in het midden van beneden af aan tot hoog boven open en zo heb je ook zicht op wat er in de gang van een etage lager of hoger gebeurt. Een mevrouw op een verdieping lager ontdekt Toke en spontaan begint ze te zingen O wat ben je mooi, o wat ben je mooi!’ Toke en Sientje zingen mee, bescheiden buigend en met de hand licht wuivend, alles in hetzelfde lage tempo. Ik zie mevrouw zielsgelukkig met haar begeleidster haar weg vervolgen. Loskomen We gaan een woonkamer binnen. Bij twee van de drie dames daar komt een blije blik op het gezicht. Toke zet haar pop in een stoel en het koffertje op tafel. Langzaam maakt ze het open. Twee paar ogen volgen haar bewegingen, heel gespannen; zoals kleine kinderen vol verwachting. Wanneer even later zachtjes de melodie ‘Tulpen uit Amsterdam’ klinkt zingen er twee mee. Dan komt wonder boven wonder ook de derde mevrouw los. Vooral als er uit de tas van Sientje een mooie grote gekleurde sjaal te voorschijn komt. Die moet netjes opgevouwen worden, eerst in de lengte de uiteinden netjes op elkaar. Dat is haar herinnering en je voelt dat ze gewend was om dat heel netjes te doen. Ik kijk alleen maar. Dan klinkt er ineens: ‘Een serieuze mevrouw.’ En ik denk ‘Chapeau Sientje en Toke! Dankzij jullie kan ze nu die opmerking plaatsen.’ Wat het met háár doet dat weet ik niet, maar ík ben geraakt! Bewondering Een tweede woonkamer wordt aangedaan. Daar is een mevrouw echt helemaal weg van de pop. Vooral van de mooie ogen van de pop, die zij blijft strelen en betasten en waarvan ze maar blijft zeggen da ze mooi donker zijn. Dan gaan Sientje, Toke en ik weer op weg. Ze zijn nog steeds Sientje en Toke en wisselen geen enkel woord met mij. We naderen een slaapkamer en Mimakkers Sientje en Toke in Avoord, Zorg en Wonen, Etten-Leur www.deroerom.nl in de gang beginnen zij beiden te neuriën, eenvoudig, mooi, melodieus. De melodie herhalen ze en blijven ze herhalen. Weer in een rustig tempo. In nagenoeg het midden van de kamer staat een bed. De bewoonster is nauwelijks te zien en het lijkt of niets meer tot haar doordringt. Neuriënd worden hand en arm zachtjes beroerd en ingewreven met een etherische olie. Dan ineens een soort diepe zucht. Toch een reactie? Doet de beroering haar goed of vindt ze de geur lekker? Hoe dan ook, dit ontroert me. Ik merk ook, dat ik best wel moe ben en steeds meer bewondering krijg voor deze twee MiMakkers. Opleiding Na afloop bij koffie en thee. ‘Eigenlijk zijn wij als Sientje en Toke in een bevoorrechte positie vergeleken met het verplegend personeel,’ zeggen Jacqueline en Tonnie, in het dagelijks leven werkzaam als activiteitenbegeleider bij zorginstelling Avoord. ‘Bij ons hoeven ze niets, wij hebben geen programma. Voor ons mogen ze er zijn, zoals ze zijn!’ De opleiding tot miMakker/miMakkus - betekent: maatje - volgen is voor beiden een weloverwogen keuze geweest. Naar de leiding van de zorginstelling moesten zij wel heel duidelijk op papier hun keuze en motivatie verantwoorden. Een pittige opleiding van een jaar - ook financieel - met jaarlijks twee terugkomdagen. Zo blijven ze bij en krijgen ze feedback. Heel goed, met name als je alleen opereert. Wat ik ervan vind? Ik vind dat Avoord zuinig moet zijn op deze twee prachtvrouwen, miMakkers. In mijn ogen een zegen voor het huis! Mimakker Toke op bezoek bij een bewoner van verpleeghuis Aeneas, Breda DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 5 Thomas zielig? Huub Schumacher Als Pasen straks goed en wel voorbij is dan komt Thomas weer om de hoek kijken. Die slome ongelovige apostel Thomas; vervelende spelbreker ... traag doetje dat alles alleen maar ophoudt …. Of is dit te gemakkelijk gezegd? Gaat Thomas in de doorsnee-preek terecht door voor een zielepiet? Het is de vraag! De theoloog Kuitert heeft me geleerd dat alles ‘van kijk’ is. Hij bedoelt ermee dat alles wat je om je heen ziet geboren is uit de kijk van mensen. Autobanden, scheikunde, de Eiffeltoren, jouw beroep, je huis, je godsdienst, de vaatdoek op het aanrecht en ga zo maar door, het zijn allemaal dingen die ooit begonnen zijn tussen de oren… ‘Eigenlijk zou ik iets duns, iets scherps moeten hebben waarmee ik ergens doorheen kan steken’ verzuchtte moeder de vrouw in haar plaggenhut. Ze zocht wat materiaal, ging er wat mee prutsen en zie: de stopnaald was geboren. Alles begint tussen de oren, zelfs een kind. Alles is van kijk. Het is maar net hoe in het begin iemands kijkrichting is. Dat bepaalt voor een heel stuk hoe de werkelijkheid er uit ziet. Die Thomas een stakker! Jan van Riet Drie Nagels Ditzelfde geldt ook voor het beeld dat wij doorgaans gene is beginnen te pruttelen. Het had van Thomas hebben. Vroeger hebben enook iets heel anders kunnen zijn als het kele bijbelwetenschappers dit beeld in om de uitleg van deze Thomastekst gaat. hun hoofd gehaald. Dat was hun goed Ik heb nu - en dat is natuurlijk o.a. óók recht, maar het blijft óók maar een maeen gevolg van wat er zich tussen mijn nier natuurlijk. Zij dachten: ‘Tjoe tjoe, oren afspeelt - kennisgenomen van bijdie Thomas is eigenlijk toch maar een belwetenschapper Paul Chapel die er met stakker; de andere leerlingen waren veel heel andere ogen naar kijkt. Dat boeit me verder! Die hadden het helemaal niet noen die kijk wil ik graag vertellen. dig om Jezus letterlijk te kunnen aanraken toen deze hen na z’n verrijzenis verscheen. Zij zagen en geloofden tenminWat ’n stakkers, die anderen! ste! Maar Thomas, die sukkel, had beWordt Thomas in het Evangelie van Jowijzen nodig!’ Nu nog gooien wij elkaar hannes inderdaad tentoongesteld als ‘dit hoofdschudden om Thomas’ vaak voorbeeld van hoe het niet moet? Zou naar het hoofd: ‘wat ben je toch een onThomas misschien stukken beter dan de gelovige Thomas.’ Ik ben vroeger ook zo anderen dóórhebben wat ervoor nodig geïnfecteerd en heb Thomas in menige is om de verrezen Jezus Christus echt te preek in de etalage te kijk gezet als voorontmoeten? Graaft Thomas niet veel diebeeld van hoe het niet moet. Met andere per dan de anderen? Kijk, die anderen woorden: wij moeten het beter doen, wij zijn al dolgelukkig dat ze de Heer hebmoeten geloven zonder bewijzen te wilben gezíén! ‘Hij kwam zomaar door de len, zonder dat we er de vinger op moemuur naar binnen en Hij stond ineens ten hoeven leggen. tussen ons in!’ Hij sprák zelfs! (Joh. 20) Maar Thomas gaat niet direct mee in Maar wacht eens even hun enthousiasme. Hij vraagt zich af of Maar zoals gezegd, is het maar net wat zij zó niet een beetje aan de buitenkant er toevallig tussen de oren van deze of blijven. Jezus alleen maar zíén … is dat 6 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 hem werkelijk ontmoeten? Dát betwijfelt Thomas nu juist. Zelf had hij vóór Goede Vrijdag immers nooit een spectaculaire, toverachtige Jezus gezien! Thomas kende Jezus als iemand in de buurt van gewonde mensen, als degene die zich totaal identificeerde met slachtoffers van hoge heren die hen afdankten, dumpten. Thomas kende Jezus alleen maar als een hartsgenoot van verschoppelingen die de ene psychische verwonding na de andere opliepen omdat ze in de ogen van priesters smerige zondaars waren. Thomas kende Jezus alleen maar als neerknielend bij mensen om hun wonden te helen. Hij ontdekte dat z’n collega-apostelen ineens zo’n ander beeld van Jezus ophingen en daar voelde hij zich niet gemakkelijk bij. Eerst, dan pas ... En ... de laatste keer dat Thomas Jezus gezien had was Jezus vanwege diens mededogen met gewonden, zélf gewond geworden. Thomas zag hem nóg met grove wonden in handen en voeten en een grote gapende vleeswond tot diep in z’n hart … Nee, nu z’n collega’s hem overvallen met wilde enthousiaste verhalen van: ‘Hé Thomas, wij hebben de Heer gezien; prachtig man hoe Hij door de muren binnenkwam … pats!, daar stond hij, midden tussen ons in!’ … Nee, met de beste wil van de wereld kon hij daarin Jezus zoals hij hem ontmoet had beluisteren. Dit zégt hij dan ook: ‘Ik moet eerst zelf mijn eigen handen in zijn wonden kunnen leggen; dan pas zal ik geloven.’ Zo anders dan ik dacht Als ik deze duiding hoor, dan weet ik zo net nog niet of ik Thomas naar mijn toehoorders nog ooit zal uitleggen als die zielige twijfelaar. Ik begin eigenlijk medelijden te krijgen met de zieligheid van die andere leerlingen voor wie de verrezen Jezus een soortement etherische, buitenaardse, imposante, alles kunnende verschijning is. Voor hen is de verrezen Jezus niet meer de óók gekruisigde; en als hij dat niet óók meer is, is het Jezus niet. Eerlijk gezegd wijst Thomas een weg om de gekruisigde en verrezen Jezus wél te ontmoeten. Dáár namelijk waar wij neerknielen naast slachtoffers, liefdevolle handen genezend op de wonden leggen van niet meetellende en geslagen mensen. Daar wordt Jezus als de verrezene zichtbaar, voor onszelf en anderen. Ik vraag me af of hij wel ‘binnen komt’ bij ons als we alleen praten over de Verrezene, zonder hem als kerkgemeenschap handen en voeten te geven in tastbare, realistische solidariteit met de gewonden langs de snelwegen van onze maatschappij … Thomas zielig? Juist het tegendeel! www.deroerom.nl Gedicht gedacht Redactie Uit de teksten en beelden die vanuit het veld De Roerom worden toegestuurd maakt de redactie een keuze voor publicatie onder de titel Gedicht gedacht. Zij is blij met het groeiend aantal toezendingen - ook van beelden - en probeert er een verantwoorde keuze uit te maken. Cantate 147 Ik was zestien, zeventien of misschien toch wat ouder, maar in ieder geval heel wat minder volwassen dan jongeren van deze leeftijd anno 2014. We waren met een groep in Parijs. Toch werd ik om een of andere reden als enige ondergebracht bij een Franse alleenstaande dame. Ieder van ons had een ‘carnet’ waarmee we van het openbaar vervoer gebruik konden maken. Daarom liet ik, op weg naar de plaats van samenkomst, mijn geld ‘thuis’ en ging - heel zelfbewust - op weg. Ik vond het prachtig om zo in m’n eentje in een voor mij heel grote en onbekende stad op pad te gaan. Dat blije trotse gevoel verdween echter als sneeuw voor de zon toen de metro zomaar ineens - god weet waar - stopte om niet meer verder te gaan. Het was ‘Staking!’ Wat nu? De straat-op was in ieder geval mijn eerste optie. Daar zou ik wel iemand tegenkomen. Maar niets en niemand te bekennen! Enkel hoge huizen die naar het leek hermetisch gesloten waren; zowel aan deze zijde rechts als aan gene zijde links van mij. Het was voor mijn gevoel op dat moment een lange doodse straat. Had die een naam? Dat zal wel, maar het was voor mij daar niet waarneembaar. Daar sta je dan in je uppie zonder een cent op zak. Weg het blije trotse gevoel; verlatenheid overheerst. Toch maar ergens aanbellen? Ik aarzel. Opeens gaat er een flink eind verderop links een deur open. Er komt een slagersjongen naar buiten, te herkennen aan zijn kledij. Met een transporteur, zoals wij thuis een tamelijk grote bestelfiets met voorop een flinke grote mand noemden. Fluitend stapt hij op en wat hoor ik? Jesus joy of man’s desiring. Zo zuiver, zo mooi, dat ik vól schiet! Nu weet ik: ‘Mij kan niets gebeuren. Alles komt goed!’ En dit was ook zo! Jesus joy of man’s desiring met de schitterende obligate hobo uit Cantate 147 van Johann S. Bach was mij bekend dankzij het Tivolikoor van pater Smulders uit Eindhoven destijds en heeft een bijzonder plaatsje in mijn hart. Nel Beex Red ook mij... Ik zit in een diepe put, lichtloos, alleen, glibberige wanden, niets te makken, geen brood, geen wijn. Opwaarts kijkend zie ik enkel ruige religiekoppen; met hun kalotje op hun bol kwelen ze: blijf waar je bent, wíj weten wat goed voor jou is. Plots wordt een witte touwladder kordaat naar beneden geworpen; sigaren rokend blazen de koppen tot hun eigen grote verbazing puur witte rook uit, witte rook! Ik zie het vriendelijke hoofd van de dienaar der dienaren, die blijmoedig evangelische mens, met op zijn witte toog de woorden: red ook mij, red ook mij... Wakker schietend houd ik het witte beddenlaken stevig vast. Frans Boddeke Liefde laat ons weten dat er eeuwig leven is. (E. Drewermann) Zo lang ik dit nog kan Zo lang ik dit nog kan: dit huis opnieuw verlaten, de weg weer gaan, de vogels horen en de madeliefjes zien die her en der ontluiken en dit niet enkel weten van horen zeggen. Heel rustig de krant weer wegleggen en hoopvol wegdromen en plannen maken voor morgen en overmorgen, hopend dat misschien toch iets ervan wel kan, al is er Syrië ook en sterven mensen op zoveel plaatsen, zelfs van honger en verdriet. Ik weet het niet, maar waarom voel ik mij soms droef om dingen die het eigenlijk niet waard zijn, als ik hier weer mensen zag die nauwelijks nog zien of horen? Ik zag een bloem in het veld, zo volmaakt, en ik riep uit: ‘Zij en duizenden zoals zij prijken en verwelken door amper iemand bekeken, door geen oog zelfs gezien.’ Maar de bloem antwoordde: ‘Dwaas die je bent! Je denkt toch niet dat ik bloei om gezien te worden!’ (Arthur Schopenhauer; © Foto: Berna Verhoeven 15 februari 2014) www.deroerom.nl We zijn toch voor het licht geboren, hoor je soms, maar nu is toch mijn hart weer erg bezwaard. Hoe kunnen wij elkander dragen, wat is leven waard? Adeleyd, 2014 na een bezoek aan een woon-en zorgentrum DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 7 De aanwezige Rob van der Zwan In het verhaal De aanwezige tekent Siegfried van Praag tegen de achtergrond van het vooroorlogse, joodse Amsterdam het leven uit van de joodse Nathan Barnstein en zijn vriend Simon Falk. Een indringend verhaal, hier kort samengevat, als uitnodiging het zelf ter hand te nemen. Het gezin van Philip Barnstein bestond uit zijn vrouw, Sam de oudste en Nathan de jongste zoon en twee dochters, Diena en Rika, beiden toen huwbaar maar nog zonder man. En ook uit Simon. Simon Falk bleef er altijd bij. zijnen konden gaan. Verschillende professoren drukten de oude Barnstein de hand en praatten even met hem, als waren ze ‘lijst van persoonsnamen afgeleid van vader’ en deden pijn. Philip moest verder leven met het gevoel geen brave jood meer te zijn. En zo kwam de oude Barnstein tot een daad, waarvan niemand iets afwist. Hij bedankte Iedere morgen ging hij naar zijn kleine sjoel in de Sint Anthoniebreestraat. Na het Aanwezig zijn Het gezin woonde in de oude jodenbuurt, op de hoek van de Vissteeg, waar Philip Barnstein een kleine sigarenwinkel dreef. Simon Falk bleef steken in de mulo, verliet de school en kwam terecht in een textielwinkel van de Jodenbreestraat. Maar hij bleef bevriend met Nathan Barnstein, die na een zeer goed eindexamen, met een beurs aan de gemeente-universiteit wisen natuurkunde ging studeren. Nathan ging op kamers wonen. ‘Maar aan Simon hebben we een nieuwe zoon’, zei toen de oude Barnstein. Zo voelde Simon het ook. Het was het enige dat hij voor Nathan doen kon: diens afwezigheid door zijn aanwezigheid goed maken. Voor de hele familie Philip Barnstein was zeer godsdienstig, maar respecteerde toch zijn zoon, die zich van het geloof had losgemaakt. Vanaf zijn barmitswa - volwassenverklaring rond de dertien - had hij hem vrijgelaten. Nathan had de misère van de kleine man in de buurt gezien en was socialist. Ook dit zou wel zo moeten zijn. Nathan kon nog geen ware jood zijn omdat hij het eeuwige niet zag; wel socialist omdat het tijdelijke hem aan het hart ging. Was dit niet het begin van het jood-zijn? En als Philip iedere morgen naar zijn kleine sjoeltje ging, deed hij dit in opdracht van zijn hele familie: voor Sam de ‘vertegenwoordiger’, voor Nathan de geleerde en voor de twee dochters. Hij bad niet vóór zijn kinderen, maar námens vrouw en kinderen het morgen-, middag- en avondgebed. Tapijten van dankbaarheid Nathans ster steeg en hij promoveerde. Een menigte niet-geleerde, zelfs ongeletterde Amsterdamse joden waren erbij. Op de eerste rijen stoelen zaten vader en moeder Barnstein, Rika, Diena, Sam, neefjes, nichtjes, intieme vrienden. Tegen de natuurlijke aristocratie van Philip Barnstein legden zowel zijn flodderige omgeving als de binnenkomende professoren het af. De oude Barnstein zat daar maar, stil en gedragen. In gedachten ontrolde hij onmetelijke tapijten van dankbaarheid, waarover Gods afgezanten tot hem en de 8 De Portugese synagoge Amsterdam van kunstschilder Gerrit Andriaansz. Berckheyde (1638-1698) hem iets schuldig. Belie van Collem, zijn buurman uit sjoel, vroeg hem: ‘Nou Philip, hoe voel je je?’ Hij antwoordde: ‘Dat kan ik alleen met een broge - zegenspreuk - zeggen, Belie: Geloofd zij Hij die ons heeft doen leven en ons in stand hield en ons deze tijd doet beleven.’ Nathans oudere broer Sam voelde zich miskend. Hij voelde de vanzelfsprekende manier, waarop zijn broer zijn uitverkoren-zijn opnam, als een pijnlijke ontsteking in de ziel die nu eens meer dan weer minder prikte. Simon praatte op hem in: ‘Het gaat niet alleen om Nathan. Hij zal de wetenschap verder brengen, zeggen de mensen knapper dan jij en ik. Dat is voor iedereen goed. Daar worden we allemaal beter van.’ ochtendgebed richtte hij zich afzonderlijk tot God om het huwelijk tussen Nathan en het vreemde meisje niet te laten plaatsvinden en hen, ieder op een andere weg, gelukkig te maken! Hij begon voor verenigingen te bedanken. Dit was een algemeen verschijnsel, wanneer in een orthodox gezin een ‘gemengd huwelijk’ was binnengevallen. Barnstein was kerkbestuurder van zijn sjoeltje. Hij bedankte. Bestuurslid van een bond die de sabbathrust wilde bevorderen. Hij bedankte. Voorzitter van een vereniging van vrijwilligers die bij doden baden en hen ‘aflegden’. Hij bedankte. ‘Ik was te trots op Nathan’, zei hij tot zichzelf. ‘Het is goed dat ik voor iedere trede die mijn kind opklimt, een trede naar beneden ga. Zo wil het God.’ Geen brave jood meer ‘Ik ga me verloven’, zei Nathan op een dag. Moeder sperde de ogen van verwachting, maar vader sloot de zijne. ‘Met wie?’ Met Truus de Weerd, dochter van professor De Weerd. Het kwam als een rukwind, als een regen over de twee oudere getto-mensen. In het getto was de naam ‘openbarend’. Wilde een jood met zijn gemeenschap breken, dan kon hij de Grote Verzoendag ontheiligen of zijn zoon Piet noemen. Truus de Weerd ... voor- noch achternaam kwamen voor in de joodse Laat ze trouwen ‘De tijden zijn niet mooi, Philip’, zei Belie van Collem hem toen ze na de ochtenddienst de synagoge verlieten. ‘Het is anders dan vroeger.’ Daarna: ‘Je mag misschien God bidden dat Nathan maar gauw met dat meissie trouwt.’ Philip Barnstein schrok maar knikte instemmend. De tijden waren veranderd en de zielen konden zichzelf niet trouw blijven. Nathan moest gered worden, niet voor hem en zijn moeder, maar omdat hij een groot geleerde wordt en de mensen DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 www.deroerom.nl hem nodig zullen hebben. ‘God geve dat het nog gaat, dat huwelijk, met de Duitsers al in ’t land. Laat ze trouwen, hoe eer hoe beter.’ God vooruit voor ons ‘Kind,’ zei Philip ‘Ik ben gekomen om je om vergiffenis te vragen. Ik heb tegen jou een grote zonde begaan. Ik ben een gelovig man, Truus. God zelf heeft me bewezen dat ik tegen het meisje van m’n zoon een zonde heb begaan. Ik heb God dag aan dag gebeden, dat de verloving zou afgaan. Wil je me vergeven?’ Natuurlijk kon ze dit vergeven. ‘Goddank! Zie je kind, hoe God m’n hoogmoed heeft beschaamd. Ik dacht dat ik Hem gehoorzaam was. Ik leef in een al geleefde wereld. Laat ik ’t beter zeggen: in onze wereld heeft God vooruit voor ons geleefd, dan hoeven we ons niet te vergissen. En als er nu iets buiten valt, weet ik geen raad. Mijn ogen hebben gestokt.’ Dag oom, u ook hier? Nathan had Amsterdam verlaten. Hj droeg geen ster. Zijn vrouw en hij waren ingekwartierd bij een achterneef van haar vader. Tijdens een wandeling kwam ineens een meisje op hem toe. Op haar lichtgebogen neus stond een gouden brilletje. Ze keek naar hem op en in haar blik lag diepe voldoening. Het kind verbrak het slot van de door haar onbegrepen wereld, waarin ze was opgesloten. Ze zei op ingehouden jubeltoon: ‘Dag oom Nathan. Bent u hier ook?’ Nathan Barnstein schrok. Ze stak haar handje uit en hij hield die even in de zijne. Het was Lieneke Sammes, dochtertje van een nicht van vaderskant. Het nichtje verraadt onbedoeld haar oom en beiden worden opgepakt. De aanwezige De Barnsteins overleven de oorlog niet; Simon wel. Na de oorlog ontmoet hij Ruben die de familie ook heeft gekend. ‘Weg!’ Simon keek naar beneden, alsof hij zich schaamde voor zijn voortbestaan. ‘Ze zijn weg! Rika, mijn verloofde, we wilden in ’40 trouwen ... en mijnheer Barnstein en allemaal; Nathan ook. Zijn professoren zijn er nog kapot van. Wat ze van die jongen verwacht hadden ... een Einstein. Je weet toch hoe het gebeurd is? Hij kon het niet van zich verkrijgen om dat kind van zijn nicht, van die Sammes, voorbij te lopen.’ Toen verzuchtte Ruben: ‘Dat kunnen we toch niet doorgronden. De oude Barnstein zou gezegd hebben: ‘De verborgenheden behoren God toe.’ Simon begreep die - Hebreeuwse - woorden niet maar knikte wijs als het beroemde oude cavaleriepaard dat een mars van vroeger hoort. De vraag naar het waarom en naar de draagwijdte van de dood van de begaafde jonge fysicus bleef open. Simon kon voorlopig aanwezig blijven ter vervanging van de afwezigen. Rob van der Zwan voor Jan Besselink Authentieke Johannes Passion Redactie De Johannes Passion zal dit jaar door het Kempisch Kamerkoor en Concerto Barocco o.l.v. Cees Wouters tot klinken gebracht worden op Goede Vrijdag 18 april om 20.15 u. in de Willibrorduskerk van de Parel van de Kempen, de gemeente Eersel. Het Kempisch Kamerkoor weet als geen ander deze passie op voortreffelijke manier te brengen. Het koor, dat in feite ‘de hoofdpersoon van het leed’ is, krijgt met haar dramatische vertolking de luisteraar tot op het puntje van de stoel. Door zich te laten meevoeren in de turbae wordt de woede van de menigte voelbaar zoals ook de ontspanning van de koralen en de meditatieve momenten in de grote koorwerken worden beleefd. Het Kempisch Kamerkoor is in staat om in de massascènes onder de inspirerende leiding van Cees Wouters zeer indrukwekkende momenten te creëren. Het vertolkt op niet mis te verstane wijze Bach’s contrapuntische schrijfwijze: het zaait verwarring en intense wreedheid. De uitvoering heeft een grote dramatische kracht en geeft een pakkend beeld van de laatste uren van Jezus; niet als een eenzaam slachtoffer neergezet maar als een krachtig man die een boodschap heeft voor de mensheid. Passie wordt ervaren, maar overal gloort er hoop, moed en liefde. Deze warmte en ontroering neem je als luisteraar mee. Het koor www.deroerom.nl Dirigent Cees Wouters voert deze Johannes Passie uit samen met Jan Van Elsacker evangelist, Sarah Peire sopraan, Huuh Claessens Christus, Nanco de Vries basaria’s, Jan Kullmann altus, Ralph Rousseau Meulenbroeks gambist. Witte Donderdag 17 april kunnen belangstellenden om 20.30 u. in de kerk van Diessen de openbare generale bijwonen, waarop de koorwerken uit de Passie en enkele sopraanaria’s gezongen worden; daarnaast uitleg over de Passie en over de authentieke instrumenten van het barokorkest. Informatie over deze Openbare Generale middels (0497) 64 28 65. Kaarten verdere info betreffende de uitvoering : www.kempischkamerkoor.nl DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 9 De bodem weggeslagen Peer Verhoeven Kijk eens naar Om duidelijk te maken wat het leven in zich bergt, wees Jezus van Nazaret op het leven om ons heen: Wat te eten en te drinken en waarmee je kleden, moet je grootste zorg niet zijn. Want eten is je leven niet en kleren zijn niet je lijf. Let eens op de vogels: ze zaaien niet, maaien niet en slaan niet op in schuren. Ze leven gegeven en komen niets tekort. Kijk eens naar de bloemen: ze weven niet, spinnen niet maar groeien en bloeien. En met al hun pracht steken ze koningen naar de kroon. Peer Verhoeven naar Matteus 6 (© Foto’s: Ad Wagemakers) 10 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 Als ik zomaar ‘in den Tag hineinlebe’ loopt het op een gegeven ogenblik spaak met me. Dan ontgaat me de zin van het leven. Ik moet contact houden met de ‘onderstroom in mezelf’. Dit is het hoogste en beste wat ik voor mij bereiken kan: rusten in mezelf, rusten in zichzelf. Iets anders is er niet. Als ik het búiten me ga zoeken, mezelf en mijn ziel zogezegd loslaat, dan raak ik verloren, ongelukkig, begrijp de zin van de dingen niet meer. Ja, ‘ruhen in sich’. Maar daaraan moet steeds opnieuw gewerkt worden. (Etty Hillesum - 1914-1943 in Het werk 1941-1943, p 112) Sommige mensen is het lachen vergaan. Ze zijn te vaak bij de neus genomen, te vaak bedrogen uitgekomen. Wat voor leuks en zaligs er ook voorvalt, er kan geen lachje meer af. Er is van binnen iets stuk of geblokkeerd ... Soms brengen krant en tv mensen uit permanente rampgebieden in beeld. Ze hebben afgrijselijk veel te betreuren en te verduren gehad en nog. Ze kijken afwezig, apathisch; alsof ze buitenstaander zijn, nergens meer op rekenen, van niemand nog iets verwachten. De ellende lijkt hen niet meer te raken en ze laten geen traan ... Soms ook verbaas je je over kindsoldaten die met een veel te groot wapen in te kleine handen of over te tengere schouders geen enkel blijk van angst vertonen; met thuis, hun ouders of vriendjes zijn ze blijkbaar niet bezig en, zo te horen, al evenmin met lijfsbehoud of toekomst. Deze emoties en uitingen, die je toch van kinderen verwacht, zijn blijkbaar vervlogen in de hardheid van de strijd, de haat jegens de vijand, de aanbidding van de commandant ... Er zijn mensen die ronduit zeggen niet tegen stilte te kunnen, omdat stilte hen benauwt, ongedurig maakt, op de zenuwen werkt. Misschien dat hierom de versterker zo ver open moet, menige presentator op radio en tv zo ratelend hard en vlug spreekt en er overal aanhoudend met mobieltjes gehaffeld en gewriemeld wordt. Iets in hen moet monddood gemaakt worden, het zwijgen opgelegd ... Waar lach, traan en kindsheid zich niet meer laten zien en stilte gemeden wordt, daar is een ‘onderstroom’ in de mens - zoals Hillesum dit noemt - afgestorven, uitgeroeid. Pathos - beroering, ontroering - is ápathie geworden: gevoelloos, onverschillig, dood. Václav Havel tipte in een brief aan zijn vrouw een nog fundamenteler verlies voor de mens van deze tijd aan: De tragedie van de moderne mens bestaat niet zozeer in het feit dat hij steeds minder weet over de zin van zijn eigen leven, maar dat hem dit steeds minder kan schelen. De ‘onderstroom’ - door Hillesum ook ‘gemeenschappelijk reservoir’ en ‘bron’ genoemd; door anderen aangeboren besef en intuïtie - is stiefmoederlijk behandeld, onderkomen geraakt en zo goed als stilgevallen, dichtgeslibd. Ik denk dat sfeer en mentaliteit in onze samenleving en daardoor geleidelijk ook het innerlijk van de mens erg vervuild zijn geworden door de jacht op hebben en kunnen, de verafgoding van de rede, de diskwalificatie van de intuï tie, door rusteloosheid en spanning, de drang steeds verder hoger en méér te moeten om zich geslaagd te weten - daartoe voortdurend aangemoedigd door wat in woord en beeld wordt voorgespiegeld en door het beleid van overheden die niet beter lijken te weten of te durven. Daarentegen wist Elly Hillesum dat aan ‘rusten in zichzelf’ steeds opnieuw gewerkt moet worden. www.deroerom.nl Wie wekt het binnen? Peer Verhoeven De mens is het kleine centrum, waar binnen- en buitenwereld elkaar ontmoeten. Deze beide werelden voeden elkaar; men mag de ene niet verwaarlozen ten koste van de andere, de ene niet belangrijker vinden dan de andere. Dit zou je als mens verarmen ... Een massa mensen voel ik aan als gehalveerd en min of meer verminkt. De binnenwereld is bij hen braakliggend, onontgonnen terrein en ze nemen niet de moeite om eraan te werken. Het is geen erkend reëel gebied ... En ik voel de neiging in me opkomen om het te gaan ontginnen, orde te scheppen en bewust te maken. (Etty Hillesum) Wat Etty Hillesum meer dan zestig jaar geleden in benarde omstandigheden schreef over het onontgonnen en verwaarloosde binnenste van mensen, doet denken aan wat Václav Havel jaren later - 4 juli 1994 - in Philadelphia (VS) zei: Het gaat om het besef ... dat wij hier niet alleen voor onszelf leven, maar dat wij deel uitmaken van hogere, mysterieuze realiteiten die wij niet straffeloos kunnen veronachtzamen. Hável waarschuwde voor het verlies van dit besef, dat hij het gemeenschappelijke hart van alle religies noemt. Ook komt me een uitspraak van de Amsterdamse historicus James Kennedy voor de geest die instituties zoals de kerk broodnodig acht ‘om mensen de kans te geven te ontstijgen aan de materiële werkelijkheid en een voorbeeld te bieden van een menselijke samenleving die beter en hoopvoller is dan de wereld waarin wij nu leven’. Maar het klikt momenteel niet tussen kerk en westerse mens. Om velerlei redenen, maar uiteindelijk vooral - denk ik - omdat de levensbeschouwelijke leerstelligheid van de kerk niet spoort met de hedendaagse religieuze mens die, zoals voorspeld, eerder mystiek voelt en ervaart dan dogmatisch denkt. Het lijkt niet reëel om nog veel van de kerk te verwachten waar het gaat om ‘de braakliggende binnenwereld van vele mensen te ontginnen’ of om ‘het besef dat we deel uitmaken van een mysterievolle realiteit’ wakker te schudden. Van wie mag dit nog wel verwacht worden? Van de burgerlijke overheid, de politieke partijen? Doekle Terpstra is hierover bepaald niet gerust zoals blijkt in zijn Waar het visioen verdwijnt, verwildert het volk: ‘Dit zie ik om me heen als een bedreiging. Dat juist de mensen die in leidinggevende posities belanden of voorbeeldrollen zijn gaan vervullen, het te druk hebben om nog tijd vrij te maken om zelf in contact te blijven met hun bronnen. Tijd voor stilte; tijd om terug te keren naar je bron.’ (Valkhof Pers Nijmegen 2006). Zijn bezorgdheid deel ik wanneer ik bijvoorbeeld lees en hoor hoe plaatselijke, provinciale en landelijke overheden hun visie op de sluiting/opening van winkels beargumenteren. Zij bewegen zich in een bedenkelijk eng denkcircuit zoals weer eens bleek in het verslag van de recente discussie rond winkeltijden in een voorstadje van ’s-Hertogenbosch. (Brabants Dagblad 31/1/14) Zien de bestuurders van land en volk niet hoe het openbare leven hand over hand geheel gekleurd wordt door het marktdenken en de individualistische sfeer van hebben en halen ieder voor zich en ‘wanneer het mij uitkomt’? Zijn zij zich - en wij ons - de gevolgen hiervan zowel sociaal als cultureel en religieus wel bewust? Of zijn dit geen erkende reële gebieden, om het met woorden van Etty Hillesum te zeggen? Van sommige ontwikkelingen komt de rekening pas - een generatie of meer - later en die is dan nauwelijks nog te vereffenen. www.deroerom.nl Zouden bloemen weten hoe mooi ze zijn en hoeveel ze ons te zeggen hebben? Zouden bomen weten van hun bladertooi en van het nest in hun takken? Zouden vogels hun zingen horen en weten wie ze ermee plezieren? Zou de aarde voelen dat alwat bestaat van en uit haar leeft; dat zij moeder is? Zouden wij mensen niet moeten weten, dat we samen zijn één van harte en in dood en leven worden gekend en op handen gedragen door die Liefde is? Peer Verhoeven DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 11 Migranten en vluchtelingen: op weg naa Paus Franciscus 5 augustus 2013 Dierbare Broeders en Zusters, Als nooit te voren maken onze samenlevingen processen mee van wereldwijde onderlinge afhankelijkheid en wisselwerking die, hoewel ze ook problematische of negatieve elementen bevatten, tot doel hebben de levensvoorwaarden van de mensenfamilie te verbeteren; niet slechts economisch, maar ook politiek en cultureel. Iedere mens hoort immers bij de mensheid en deelt de hoop op een betere toekomst met de gehele familie van de volkeren. Dit heeft mij geïnspireerd tot de keuze van het thema voor de Mondia le Dag van Migranten en Vluchtelingen 2013: Migranten en vluchtelingen: op weg naar een betere wereld. Te midden van de hedendaagse veranderingen in de wereld komt het groeiende fenomeen van de menselijke mobiliteit naar voren als ‘een teken des tijds’ - zo genoemd door Paus Benedictus XVI (Boodschap voor de MDMV, 2006). Terwijl namelijk enerzijds de migraties vaak het falen en de tekortkomingen van staten en van de internationale gemeenschap onthullen, tonen ze ook het streven van de mensheid om te leven in eenheid, gekenmerkt door eerbiediging van verschillen, opnamebereidheid en gastvrijheid die een eerlijke verdeling van de goederen van de aarde mogelijk maakt alsmede de bescherming en voortgang van de waardigheid en centraliteit van iedere mens. Vanuit christelijk perspectief verwijzen zowel de realiteit van migratie als andere menselijke realiteiten naar de spanning tussen de schoonheid van de schepping, gekarakteriseerd door Genade en Verlos- sing en het mysterie van de zonde. Tegenover solidariteit, opnamebereidheid en het gebaar van broederschap en begrip, staan afwijzing, discriminatie, handel in uitbuiting, lijden en dood. Vooral verontrustend zijn situaties, waarin migratie niet alleen gedwongen geschiedt maar zelfs middels verschillende vormen van mensenhandel en slavernij. In onze dagen is slavenhandel een geldzaak! En toch houdt de combinatie van vertrouwen en hoop grote aantallen migranten en vluchtelingen op de been; ondanks de problemen, risico’s en ondervonden moeilijkheden. In hun hart dragen migranten het verlangen naar een betere toekomst voor zichzelf en voor hun families en de mensen van wie ze houden. Wat brengt de schepping van ‘een betere wereld’ met zich mee? Deze uitdrukking slaat niet naïef op abstracte begrippen of onbereikbare idealen, maar richt zich juist op een authentieke en integrale ontwikkeling, op de inspanningen om te voorzien in waardige leefomstandigheden voor allen, opdat rechtvaardig tegemoet wordt gekomen aan de behoeften van individuen en families en opdat de schepping, ons door God gegeven, wordt geëerbiedigd, bewaard en bewerkt. De eerbiedwaardige Paulus VI beschreef het streven van mensen van vandaag zo: ‘het verzekeren van een goede voedselvoorziening, genezing van ziektes en stabiele werkgelegenheid ... om grotere persoonlijke verantwoordelijkheid uit te oefenen; om meer te doen, meer te leren, meer te bezitten, meer te zijn.’ (Populorum Progressio, 26/3/’67, 6). Ons hart verlangt naar een méér; niet eenvoudig een meer weten of meer bezitten (© Foto’s: Ad Wagemakers) 12 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 maar voor alles een meer ‘zíjn’. Ontwikkeling kan niet worden verengd tot enkel economische groei, vaak verworven zonder achting voor mensen die arm en kwetsbaar zijn. Een betere wereld kan alleen worden bereikt indien allereerst aandacht wordt gegeven aan de menselijke persoon; als voortgang van de mens in al haar dimensies integraal is, inclusief haar geestelijke dimensie; als niemand wordt verwaarloosd, ook niet de armen, zieken, gevangenen, de behoeftigen en vreemdelingen (Mt 25,31-46); als wij in staat zijn om een wegwerpcultuur achter ons te laten en een cultuur van ontmoeting en verwelkoming te omarmen. Migranten en vluchtelingen zijn geen pionnen op het schaakbord van de mensheid. Het gaat om kinderen, vrouwen en mannen, die om verschillende redenen hun huis verlaten hebben of hiertoe gedwongen zijn; mensen die hetzelfde gerechtvaardigde verlangen hebben te leren en te bezitten maar bovenal om meer te zíjn. Het aantal mensen dat van het ene werelddeel naar een ander trekt, maar ook het aantal mensen dat verandert van woonplaats binnen eigen land of geografische regio, is indrukwekkend. De hedendaagse migratiestromen omvatten de meest omvangrijke verplaatsing van mensen - zo niet van volkeren - ooit. Onderweg met migranten en vluchtelingen streeft de Kerk ernaar de oorzaken van het ontstaan van migratie te begrijpen. Tegelijkertijd probeert zij de negatieve gevolgen ervan te overwinnen en de positieve effecten op de gemeenschappen van oorsprong, doortocht en bestemming te maximaliseren. Terwijl wij de ontwikkeling naar een betere wereld aanmoedigen, kunnen wij niet zwijgen over de schande van de armoede in zijn verschillende vormen. Geweld, uitbuiting, discriminatie, marginalisering en inperking van fundamentele vrijheden van individuen en groepen, zijn enige van de belangrijkste elementen van armoede die overwonnen moeten worden. Vaak karakteriseren juist deze elementen de migratiebewegingen en verbinden zo migratie met armoede. Op de vlucht voor situaties van extreme armoede in de hoop op een betere toekomst of gewoon om hun leven te redden, kiezen miljoenen mensen ervoor op trektocht te gaan. Terwijl ze hopen op de vervulling van hun verwachtingen, stuiten ze vaak op wantrouwen, geslotenheid, buitensluiting en worden ze getroffen door andere, vaak nog veel ernstigere vormen van rampspoed die hun menselijke waardigheid verwondt. De werkelijkheid van migratie, met de diwww.deroerom.nl ar een betere wereld mensies die ze in ons tijdperk van mondialisering aanneemt, vraagt een nieuwe, rechtvaardige en efficiënte aanpak, die bovenal internationale samenwerking en een geest van diepe solidariteit en mededogen vereist. De samenwerking op verschillende niveaus is belangrijk, met de toepassing van beleid en regels die de menselijke persoon beschermen en promoten. Paus Benedictus XVI heeft hiervoor de hoofdlijnen geschetst toen hij benadrukte: ‘Zulk beleid moet ontwikkeld worden, uitgaand van een nauwe samenwerking tussen de landen van herkomst en de landen van bestemming van de migranten; het moet met passende internationale bepalingen gepaard gaan, die verschillende wetgevende systemen met elkaar in overeenstemming kunnen brengen, met als doel de noden en rechten te waarborgen van individuele migranten en gezinnen en tegelijkertijd die van de samenlevingen die de emigranten opnemen.’ (Caritas in Veritate, 19/6/’09, 62). Gezamenlijk werken voor een betere wereld vereist dat landen elkaar helpen in een geest van bereidwilligheid en vertrouwen, zonder onoverkoombare barrières op te werpen. Een goede samenwerking kan een bron van bemoediging zijn voor regeringsleiders om sociaal-economische onevenwichtigheden en een ongeregelde globalisering tegemoet te treden, die tot de oorzaken van de migratie horen, waarin personen meer slachtoffers zijn dan hoofdrolspelers. Geen enkel land kan alleen de moeilijkheden aan die gepaard gaan met dit zo wijdverspreide verschijnsel, dat het inmiddels ieder werelddeel aangaat in de dubbele beweging van immigratie en emigratie. Ook dient benadrukt te worden dat deze samenwerking al begint met de pogingen van ieder land om thuis betere economische en sociale omstandigheden te creëren, opdat emigratie niet als enige keuze overblijft voor wie zoeken naar vrede, rechtvaardigheid, veiligheid en volledig respect voor hun menselijke waardigheid. Bovendien zal het scheppen van werkgelegenheid in de plaatselijke economieën de scheiding van families voorkomen en voorwaarden garanderen voor de stabiliteit en rust van zowel individuen als groepen. De werkelijkheid van migranten en vluchtelingen in ogenschouw nemend, zou ik tenslotte nog willen wijzen op een derde element voor de opbouw van een betere wereld, namelijk het uitbannen van vooroordelen en vooringenomenheden in het denken over migratie. Niet zelden immers veroorzaakt de komst van migranten, ontheemden, asielzoekers en vluchtelingen achterdocht en vijandigheid bij www.deroerom.nl de plaatselijke bevolking. Gevreesd wordt dat de maatschappij minder veilig wordt, dat men gevaar loopt de eigen identiteit en cultuur te verliezen, dat op de banenmarkt de concurrentie groter wordt of zelfs dat criminele activiteiten gaan toenemen. Op dit gebied hebben de sociale communicatiemiddelen een grote verantwoordelijkheid: hun taak is het namelijk om stereotype beelden te ontmaskeren en correcte informatie te geven, die de fouten van enkelen openlijk aanklaagt, maar ook de eerlijkheid, rechtschapenheid en goedhartigheid van de meerderheid beschrijft. In deze is bij iedereen ten aanzien van migranten en vluchtelingen een verandering van houding nodig: de omslag van een houding van afweer, angst, onverschilligheid en marginalisering - die uiteindelijk typerend is voor een ‘wegwerpcultuur’naar een houding gebaseerd op een ‘cultuur van ontmoeting’. Alleen deze cultuur is in staat een meer rechtvaardige en broederlijke wereld op te bouwen, een betere wereld. Ook de sociale media zijn geroepen binnen te treden in deze ‘bekering van houding’ en die gedragsverandering ten aanzien van migranten en vluchtelingen te bevorderen . . . Beantwoordend aan de opdracht van Christus ‘Gaat en maakt alle volkeren tot mijn leerlingen’ wordt de Kerk geroepen om het Godsvolk te zijn dat alle volkeren omarmt en hun het Evangelie verkondigt, want op het gelaat van iedere mens staat het aangezicht van Christus afgedrukt. Hier vinden wij de diepste wortel van de waardigheid van de menselijke persoon, die altijd dient te worden gerespecteerd en beschermd. Het zijn niet de maatstaven van effectiviteit, productiviteit, sociale klasse en etnisch of religieus behoren-tot die ten grondslag liggen aan de waardigheid van de menselijke persoon, maar het feit geschapen te zijn naar Gods beeld en gelijkenis (Gen. 1,26-27) en, meer nog, kinderen van God te zijn. Iedere mens is kind van God! Hij of zij draagt de afdruk van het gelaat van Christus! Het gaat er dus om dat wij eerst zelf zien en daarna anderen helpen te zien dat de migrant en de vluchteling niet slechts een probleem zijn dat opgelost moet worden, maar een broer en een zus die opgenomen, gerespecteerd en bemind dienen te worden. Een gelegenheid die de Voorzienigheid ons biedt om bij te dragen aan de opbouw van een meer rechtvaardige maatschappij, een meer volmaakte democratie, een meer solidair land, een meer broederlijke wereld en een meer open en aan het Evangelie beantwoordende christelijke gemeenschap. De migraties kunnen mogelijkheden doen ontstaan voor een nieuwe evangelisering en ruimte openen voor de groei van een nieuwe mensheid, zoals al aangekondigd in het Paasmysterie: een mensheid voor wie ieder vreemd land een thuisland en ieder thuisland een vreemd land is. Dierbare migranten en vluchtelingen. Verlies nooit de hoop dat ook op jullie een veiliger toekomst wacht, dat jullie op jullie wegen een toegestoken hand kunnen ontmoeten, dat het jullie gegeven is broederlijke solidariteit te ervaren en de warmte van vriendschap! Aan jullie allen en aan allen die hun leven en inspanningen wijden aan jullie hulp, verzeker ik mijn gebed en geef ik met heel mijn hart de Apostolische Zegen. Ingestuurd door Tochtgenoten van Sint Frans DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 13 Waar naar toe ? Broeder Jan Heuft wp, Algiers Nog niet zo heel lang geleden had ik het voorrecht om enkele dagen mijn wel en wee te delen met een groepje teruggekeerde Senegalese migranten in hun land. Ze vertelden mij hoe hun piroque in de branding voor de kust van hun land, doormidden was gebroken, hoe ze de boot weer aan elkaar gebonden hadden, hoe sommigen het niet overleefd hadden en hoe hun lichamen over boord waren gegooid. Toch wilden ze hun project niet opgeven en hadden hun reis vervolgd. Een gedeelte van hun groep bereikte na dagen van ontberingen en vreselijke angsten de Spaanse kust. Tot hun grote ontgoocheling werden ze bij aankomst onmiddellijk in hechtenis genomen en na enkele weken teruggestuurd naar hun land. Door alles heen Gedurende het spannende verhaal waren de angsten en teleurstellingen nog op hun gezicht te lezen. Ik kreeg gewoon kippenvel van hun verhalen. Deze jongelui hadden hun jeugddroom niet verwezenlijkt. Ondanks alles, terug in hun land, hebben ze de draad met veel moed weer opgenomen en samen een coöperatie gesticht voor de helderheid van de zee en een goede visvangst. Het gaat hun nu zeer goed. Dit, toch emotionele verhaal, doet me denken aan de boottocht van Jezus en de apostelen op het water (Matteus 8,23-27). De boot kwam in de storm terecht, raakte de koers kwijt; de apostelen werden angstig en geloofden bijna niet meer in hun toekomst. Jezus verweet hun ‘mensen van klein geloof’ te zijn. Hij stelde ze gerust en allen kwamen veilig aan. Visie noodzaak Niet alle avonturen lopen zo goed af; er vallen slachtoffers. Toch is het belangrijk om een visie, een doel in het leven te hebben. Een belangrijke Senegalese econoom vertelde ons in zijn begeleidend betoog tijdens ons verblijf, dat geen enkele ontwikkeling van een land mogelijk is zonder een standvastige visie. Zo is het ook in ons maatschappelijk en spirituele leven: geloven in een ‘Hoger Wezen’ geeft ons een duidelijke richting, een zekere standvastigheid; geeft ons léven, doet ons leven. Ter bemoediging Op het feest van Driekoningen, 6 januari, lees ik altijd met plezier het verhaal van de drie wijzen die op weg gingen om Jezus te vinden. (Matteus 2,1-6) Ze volgden daarbij een ster die hen richting wees. Ook zij hadden visie, een doel voor ogen: de Heer vinden en aanbidden. In ons opvangcentrum in Algiers vertel ik dikwijls dit verhaal aan hen die moedeloos bij ons komen aankloppen. Bovendien wijs ik er dan ook op, dat één van de wijzen de zwarte huidskleur had. Samen drukten zij toen al de multiculturele gemeenschap uit! God is er voor alle culturen en rassen. Toch geloven De televisie brengt ons iedere dag beelden van afschuwelijke toestanden. Syrië is daarbij iedere dag misschien wel het meest wrede. Hoe te blijven geloven in Afrikaanse asielzoekers voor de kust van Fort Europa (© Foto: Wikimedia Commons) 14 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 In de branding staan en richting wijzen ... (© Foto: Jac van Leijsen) een betere wereld van vrede en gerechtigheid; ja in de blijde boodschap? Vorige maand kwamen in de woestijn van Niger tweeënnegentig mensen om, van wie tweeënvijftig kinderen en drieëndertig vrouwen. De vierentwintigjarige Aissa heeft het overleefd. Zij vertelde ons het verschrikkelijke verhaal van huilende kinderen die omkwamen door gebrek aan water en eten. Het was niet om aan te zien of aan te horen. Hij ligt er nachten van wakker! Toch blijft hij geloven in een Schepper, in een betere toekomst. Samen hebben we dan ook gebeden in een innige genegenheid voor elkaar. Dikwijls denk ik ook dat de roeping van de missionaris allereerst is die van ‘in de branding’ van het leven te staan, als een ‘vuurtoren” die de richting aangeeft. Een moeilijke taak die persoonlijke inhoud, gebed en meditatie vraagt. Het licht brandend houden De vier bisdommen in Algerije zijn een grondige interdiocesane reflectie begonnen om samen na te denken over de aanwezigheid van de christelijke gemeenschap in Noord-Afrika. De streek heeft in de beginjaren van het christendom een bloeiende Kerk gekend. Kun je vandaag zeggen dat die Kerk niet meer bestaat of moeten we ontdekken dat God ook op andere manieren aanwezig is en kan zijn. Misschien praten we dan meer over het ‘Rijk Gods’ en minder over ‘Kerk-zijn’. Is dat dan zo erg? Moeten we de Geest niet zijn werk laten doen en ons zelf alleen maar zien als ‘lichtbakens’ in de onstuimige zee van onze tijd? Laten we dan wel zorgen dat het licht niet uitgaat! www.deroerom.nl Liefde van alledag Joost Koopmans Tilburg, ooit bekend om zijn vele kerken en kloosters, kent een rijke historie van naastenliefde. Het waren met name de in de 19e eeuw opgerichte congregaties van fraters en zusters die zich hier vanuit de christelijke caritas hebben gewijd aan jeugdonderwijs, zieken- en armenzorg. Een taak die later door de overheid is overgenomen. Sommige mensen konden daardoor wat makkelijker achterover leunen; voor behoeftigen werd toch wel gezorgd. De samenleving werd individualistischer en materialistischer. Toch zijn er altijd mensen gebleven die zich belangeloos voor een ander inzetten. Barmhartigheid, medemenselijkheid en naastenliefde leven en zijn nog altijd levendig te vinden. Alleen worden deze vanouds gehanteerde begrippen niet altijd meer herkend. Naastenliefde versus eigenbelang Dat woorden als naastenliefde en barmhartigheid in onbruik zijn geraakt wil niet zeggen dat er niet meer naar wordt gehandeld. Anderhalf jaar geleden gingen vertegenwoordigers van drie Tilburgse bewegingen, Ronde Tafelhuis, Norbertijnen van de Schans en Wereldpodium bij elkaar zitten om hierover te praten. Het Ronde Tafelhuis is een interreligieus ontmoetingscentrum in Tilburg-Noord; het Wereldpodium betrekt mensen bij allerlei internationale ontwikkelingen en De Schans is een actieve groep norbertijnen, in Tilburg-Noord op meerdere terreinen werkzaam. Uitgangspunt van hun gesprek was tegenwicht bieden aan een samenleving waarin eigenbelang een hoofdrol lijkt te spelen. ‘Lijkt’, want er is nog genoeg naastenliefde van mensen naar elkaar toe. Maar als je het niet meer zo benoemt, bestaat het gevaar dat het verdwijnt. Hoe zou je aan die oude drive van naastenliefde op een eigentijdse manier gestalte kunnen geven? Dat was de vraag die hen bezig hield. Tanja Davans www.deroerom.nl De Nwe Liefde Tilburg Uiteindelijk kreeg het trio versterking van nog tien Tilburgse instellingen: Zusters van Liefde Tilburg, Stadsmuseum Tilburg, Peerke Donders Paviljoen, Stichting Petrus Donders, Stichting Vrienden Petrus Donders, Bureau Intermonde, Nieuw Wij, MST, Zuidelijk Toneel en Bezieling.nl. Geïnspireerd door de Nieuwe Liefde in Amsterdam en als eerbetoon aan het werk van Huub Oosterhuis noemen deze samenwerkende organisaties zich de Nwe Liefde Tilburg. Door middel van moderne uitingen in kunst, toneel, tentoonstelling, workshops, lezingen, film en debat willen ze een bewustwordingsproces op gang brengen over het alledaagse goede dat de krant niet haalt, maar het leven wel de moeite waard maakt. Mensen krijgen nieuwe woorden en verhalen aangereikt over de liefde van alledag en dat werkt stimulerend. Tanja Davans De Nwe Liefde Tilburg is dus geen centrum waar mensen kunnen samenkomen, maar een project waaraan op verschillende locaties vorm gegeven wordt. De Zusters van Liefde hebben het mogelijk gemaakt dat dit project een leider heeft in de persoon van Tanja Davans. Tanja (45) studeerde letteren aan de Universiteit van Tilburg. Zij was onder andere actief bij het Straattheater en bioscoop Cinecitta. Tegenwoordig werkt ze onder andere voor het Wereldpodium en nu dus ook als projectleider van de Nwe Liefde Tilburg. Zij ondersteunt de projecten, heeft het overzicht en is de aanspreekbare persoon. Op mijn vraag of de Nwe Liefde Tilburg een katholieke of christelijke instelling is die ook vieringen verzorgt antwoordt ze: ‘Nee, we hebben geen religieuze boodschap, ook al komen de meeste van de dertien betrokken organisaties uit de religieuze hoek. We leven vandaag de dag in een interculturele maatschappij. Onze gezamenlijke inzet binnen de Nwe Liefde Tilburg is heel breed, over de grenzen van geloven en culturen heen. Vergeleken met vroeger is dit een meerwaarde. We organiseren dus activiteiten voor mensen van alle gezindten. In het nieuws gaat het vooral over oorlog, terreur, geweld, rampen, economische crisis, honger en armoede. Wij zetten hier positieve verhalen tegenover. Er zijn ontelbaar vele particuliere initiatieven die waard zijn gehoord te worden. Wij willen laten zien dat barmhartigheid van alle tijden is en we hopen dat dit mensen inspireert om de kwetsbaren in de samenleving te helpen.’ Boek Een tastbaar resultaat van de Nwe Liefde Tilburg is het boek Eenvoudige woorden, simpele gebaren waarin honderd Tilburgers vertellen over de liefde van alle dagen. Uit een onderzoek anno 2013 - zo staat in de inleiding op dit boek te lezen - blijkt dat de belangrijkste waarden die ouders aan hun kinderen willen meegeven zijn: ‘eerlijk zijn’ en ‘rekening houden met een ander’. Theo van de Kerkhof, een van de redacteurs van het boek, schrijft: ‘Naast egoïsme en zelfzucht, die er ook altijd zijn, is het goed om oog te krijgen voor de liefde van alle dagen, voor onze genegenheid voor en betrokkenheid bij elkaar. Heel gewoon en heel bijzonder. Dit is wat honderd Tilburgers in dit boek in alle toonaarden laten zien: mannen en vrouwen, jong en oud, nieuwkomers en ingezetenen, katholieken, moslims en ongelovigen, rechtse en linkse stemmers, bestuurders en koffieschenkers.’ Halima Özen en Theo van de Kerkhof (red.) Eenvoudige woorden, simpele gebaren 100 Tilburgers over liefde van alle dage, Uitgeverij Wereldpodium 2013 [email protected] € 12,50 + € 3,50 verzendkosten DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 15 Gods warme aanwezigheid Henk Peters Barmhartigheid 13 april 13.00-17.00 u. kloosterhotel Zin: Meezingen met de Mattheüs Passie. (073) 657 70 44 fiegommers@ barmhartigheid.nl Elim 29 mrt. 10.00-16.00 u. Muziekdag: Geraakt door het lijden. (013) 463 85 05 [email protected] Priorij Emmaus 29 mrt. 10.00-16.00 u. Priorij De aria’s van de Mattheuspassion. (0346) 56 21 46 (ma t/m vr 9.00-12.00 u.) [email protected] Salesianum 18 april 19.30 u. Goede Vrijdagviering; 19 april 21.30 u. Paaswake. (073) 549 56 71 [email protected] De Levensboom 27 mrt, 3, 10, 17 apr. 9.3010.30 u. Markt 17 Oosterhout: Vastenmeditatie. 06-44460207 [email protected] Het Hooghuis 11 april 19.30 u. De Ruivert 5 Oss: film Des hommes et des Dieux. [email protected] www.zininfilmoss.nl Abdij van Berne 11 apr 19.30 u.-13 apr 15.00 u. Op adem komen. (0413) 29 92 99 secretariaat@ abdijvanberne.nl Sociëteit Tilburg Woe. 9 apr 20.00-22.00 u. De Tillander Oisterwijk: Wat gebeurt er na de dood? (013) 533 20 15 [email protected] Boskapel 25 mrt. 20.00-22.00 u. Samen creëren; 31 mrt 20.0022.00 u. Vrije wil en passie. (024) 377 69 68 [email protected] La Verna 5 april 10.00-12.30 u. Helend lopen. (020) 346 75 30 [email protected] 16 Bij toeval was ik bij de presentatie door Ad Franken van het boek De warmte van Gods aanwezigheid in iconen. Deze maakte allereerst veel indruk omdat hij zijn verhaal vertelde met ingehouden liefde en bewondering voor de kunstenares en haar liefde voor haar vak. Is er liefde in het spel, dan gebeuren er wonderen. Daarom wilde ik haar kunstuitingen van dichterbij en in alle rust bekijken. De hoofdpersoon is Joke Franken-Withagen, de liefde van zijn leven. Samen hebben ze het boek tot stand gebracht. Ad schreef de begeleidende teksten bij de iconen; over hun herkomst en betekenis. Joke Beiden zijn tweeëntachtig en geboren in Bergen op Zoom aan ‘de verkeerde kant van de meet’. Zij als dochter van een tuinder in een gezin dat van aanpakken wist. Er was ook geen keus. De producten moesten verkocht worden en dus was men ‘s zomers van vier uur ‘s morgens tot de late namiddag met het hele gezin in de weer om te oogsten met alleen een hinderlijke onderbreking door schooltijd. Het kinderwetje van Van Houten werkte nog even niet! Lezen was voor ‘s winters. Vader verbreedde op zon- en feestdagen wel het blikveld door met zijn kinderen op ‘excursie’ te gaan. Leven was méér dan werken. Joke wilde vanaf haar vroegste jeugd schooljuffrouw worden en ging naar de kweekschool van de zusters van het H. Hart in Moerdijk. Die opleiding gaf haar passie voor onderwijs en jeugd vorm en wekte in haar ook het ideaal dit samen met gelijkgezinden vanuit eenzelfde bewogenheid te doen. Want zó kun je er voluit tegenaan. Het was Joke al snel duidelijk dat ze dit ideaal niet wilde realiseren vanuit een kloostergemeenschap, maar ze heeft het ideaal nooit losgelaten. Uitvoerend kunstenaar Ze trouwt met Ad, ook optimistisch katholiek. Niet conservatief en ervan overtuigd dat je moet doen wat je belijdt. Hij wordt in vier Brabantse bedrijven hoofd personeelszaken met oog voor heel de mens. Ze krijgen twee begaafde dochters die ze een onbezorgde jeugd en uitstekende opleiding laten genieten en loslaten wanneer ze op eigen vleugels gaan. Joke laat in die jaren haar mavo-leerlingen ontdekken dat iedere mens zijn talent heeft. Ze is ook nadrukkelijk teamlid en beleeft de gezamenlijkheid waar ze altijd van droomde. Daarnaast is ze uitvoerend kunstenaar die zich specialiseerde in aquarelleren maar ook prachtige bronzen beelden maakte. Ze gaf les in haar atelier en trok volwassen leerlingen uit de omgeving tot aan Brugge (B) toe. Je moet je licht immers niet onder de korenmaat zetten; wat iets anders is dan je op je talenten laten vóórstaan. Middels een boek Samen hebben ze zo een vruchtbaar mooi leven geleefd en toch komt haar creativiteit pas tot volle bloei wanneer Joke met vervroegd pensioen gaat. Daar heeft haar spiritualiteit alles mee te maken. Want - gesteund door Ad - DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 gaat ze zich vanuit de Norbertijner Abdij van Averbode verdiepen in iconen schilderen, wat op de eerste plaats is: vanuit je spiritualiteit het kunstwerk laten ontstaan. Haar spiritualiteit is gaan stromen en prachtige iconen zijn haar uit de handen gekomen, waarin de hemel even de aarde aanraakt. Maar Joke en Ad zijn niet commercieel bezig. Houden het liefste hun collectie bij elkaar en verkopen niet. Daarom was het samenstellen van een boek de enige oplossing. Je maakt ook geen beelden en iconen om ze buiten andermans zicht te houden. Een passie Het Iconenmuseum Kampen schrijft over hun boek in het Christelijk Weekblad met kennis van zaken over haar vijfenzestig iconen. ‘Al bladerend raakt men onder de indruk van bekende en onbekende iconen. Gaat het om iconen uit de oudheid, om herkenbare Bijbelse taferelen, om iconen vanuit de Koptische beleving, de afbeeldingen doen voor elkaar niet onder, hoewel de laatste groep diep raakt vanuit de naïeve verbeelding. De kunstenares werkt met oude materialen, maar houdt zich ook nauwgezet aan de voorschriften. Menig icoon zal een kerkgebouw meerwaarde geven vanuit de heilige uitstraling. Het schilderen of schrijven van een icoon is voor Joke Franken een passie. Zij weet in hun boek deze passie op de kijker over te brengen.’ Goed ontvangen In het boek worden ook vijftien bronzen beelwww.deroerom.nl den getoond. ’Deze kunstvorm vertelt hoe nauwgezet Franken observeert. Gaat het om religieuze beelden of zijn het speelse vormen, ze doen voor elkaar niet onder. Bij de Fietsende kinderen voel je de tegenwind en bij het bellen blazen heeft de kijker de neiging mee te doen.’ Voor het generalaat van de Norbertijnen in Rome heeft Joke een prachtig beeld gemaakt van Sint Norbertus en voor een Nobertijner abdij in Zuid-Duitsland een beeld van Sint Jan de Doper. Maar op verzoek van leerlingen ook een beeldje van twee jongens voor hun vader toen hij Abraham zag. Het zijn even zovele verwijzingen naar de bron van waaruit ze leven. Het boek is enorm goed ontvangen met enkel positieve recensies. Overigens staan ze op afspraak ook hartelijk open voor bezoek. Je bent welkom. Franken-Withagen Het ora et labora wordt in een strakke dagorde gepraktiseerd. Joke werkt van de vroege morgen tot de late avond met vaste pauzes voor koffie en lunch. Ad faciliteert dit als huisman, sterrenkok en bij lief en leed van mensen schrijver van bemoedigende teksten op kaarten met afbeeldingen van de kunstwerken van Joke. Leven is méér dan werken: Joke tennist, Ad tafeltennist en doen dit beiden nog zonder beperking. Ze gaan op vakantie, fietsen door de Maaskant en maken hun dagelijkse wandelingetje. Joke vertelt als Ad even weg is. ‘Door Ad kon ik uitgroeien en tot bloei komen. Ik wil daarom geen Withagen heten maar Franken-Withagen. Zonder hem had ik niet kunnen worden die ik ben.’ Zo straalt de warmte van Gods aanwezigheid niet alleen uit hun iconen. Joke Franken-Withagen, L. van den Berg en A. Franken De warmte van Gods Aanwezigheid in Iconen, Uitgave in eigen beheer 2013 ISBN 978 90 9027 638 0; € 49,95 te bestellen via e-mail [email protected] - www.iconen-jokefrankenwithagen.tk Pietà zwijgend schreeuwt ze rotsen open bidt twijgen aan stronken een kind uit de dood ze waaiert om hem heen in kleuren van water wil zee zijn en overkant hij moet haar weten onweerstaanbaar huiswaarts valt een engel zijn ogen al verder ze volgt zijn lichaam met haar lijf haar handen te klein hij schildert morgenlicht geel en nog niet Margreet Spoelstra Vincent van Gogh 1889 - Pietà (naar Delacroix), Van Gogh Museum Amsterdam www.deroerom.nl DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 17 Elke dag Maria groeten Lily Hollanders en Eric Kolen Begijnhofgesprekken 13 april 10.30-12.30 u. De Herberg Eckartdal: De stilte peilen tot op God zelf. (040) 242 12 63 begijnhofgesprekken@ kpnmail.nl Stoutenburg 23 mrt. 14.00-16.30 u. Sacrale dans. (033) 462 38 46 [email protected] Franciscaanse beweging 30 aug, 27 sept, 18 okt, 29 nov, 20 dec. Blok III Verdiepingscursus franciscaanse spiritualiteit. (073) 613 13 40 info@ franciscaansebeweging.nl De Wonne Enschede Van ma t/m vrij 13.00 u.: Middaggebed. (053) 431 87 87 Kerk en Samenleving 10 apr 20.00 u. Lidwinakerk korenavond m.m.v. Bestse kerkkoren. (0499) 32 91 13 [email protected] Oosters christendom 4 apr. 20.00-22.00 u. Schaijk De woestijn bij de oosterse kerkvaders en bij ons. (0486) 46 12 20 [email protected] Een Mariabeeld in Vught in een nisachtige constructie. Het staat bekend als het Mariabeeld van de achtenveertig woningen aan de Molhuysensingel in Vught. Sinds jaar en dag wordt deze buurt zo genoemd. Het beeld stond oorspronkelijk elders en wel in de brandgang tussen de Molhuysenstraat en de Esschestraat. Maar vanwege bouwplannen kreeg het de huidige plek tussen twee woningen in. Sommige mensen hebben iets met dit beeld. De twee buren van Maria eveneens en ze vertellen er enthousiast over. Een gebedje prevelen Nancy Vos, een goedlachse dertiger, geeft aan best wel trots te zijn dat zij de buurvrouw is van het Mariabeeld. ‘En nee’, vervolgt ze bijna verontschuldigend, ‘ik ga maar één keer per jaar naar de kerk, maar ik weet gewoon dat dit beeld vroeger veel betekende voor mensen!’ Ze vervolgt haar relaas en zegt dat een vrouw, die een paar straten verderop woont met enige regelmaat bij het Mariabeeld een fleurig plantje neerzet. Nancy dan lachend: ‘Ze vroeg mij laatst of ik het plantje af en toe wat water wil geven en sinds kort staan er ook een paar kaarsjes bij!’ Nog opvallender vindt Nancy dat op gezette tijden een auto komt langsgereden en vervolgens bij het Mariabeeld stopt. De bestuurder kijkt dan even naar beeld, prevelt een gebedje en rijdt weer door. Op de vraag waarom mensen dat doen anno-nu vermoedt de buurvrouw dat mensen zoiets kennelijk nodig hebben; een moment van stilstaan in deze jachtige en onzekere tijden. Niet opgeleukt Ben van Run is de andere buur. Hij herinnert zich nog dat het beeld in de brandgang stond. De gemeente vond het destijds kennelijk te duur om het beeld te onderhouden. Reden waarom zijn vader het Mariabeeld voor zegge en schrijve één gulden kocht met de verplichting het te onderhouden. Dat is dan ook de reden waarom Ben er niet aan moet denken dat het beeld weg zou zijn. ‘Geen sprake van, zo lang ik hier woon, blijft het beeld hier staan. Overigens hoeft wat mij betreft het beeld niet zo nodig opgeleukt te worden. Het is zoals het er nu staat een herinnering aan de tijd van toen. Mooi toch!’ Het heilige nabij De kerk is verheven; het alledaagse is nabij. Ik ben het heilige in het alledaagse gaan zien; het heilige in het gewone gebaar. Prof. Andries Baart Verrassend Henk Smeets, voorzitter van het Vughts Museum, die in zijn woonplaats de inventarisatie begeleidde, vindt het verrassend dat twee relatief jonge mensen iets hebben met hun eigen leefomgeving. Hij juicht dit toe en meent zelfs dat er sprake is van een hernieuwde belangstelling voor klein religieus erfgoed. ‘Dat is niet alleen verheugend, maar af en toe ook wel erg nodig. Open Deur Thema maart: De brief. (079) 362 86 28 (8.30-12.30 u.) abonnementen@ boekencentrum.nl Klooster Wittem 5 apr. 13.00-16.00 u. Tentoonstelling Ontmoeting van kruiswegen en bezoek kerkje Wahlwiller. (043) 450 17 41(ma di do) [email protected] Hooge Berkt 11 apr. 10.30 u.-13 apr. 15.00 u. Wandelretraite. (0497) 55 17 20 [email protected] Thomas Oosterhout 6 apr. 15.00 u, Mariakerk opening Tentoonstelling Maria. 06-16935992 (9.3012.30 u.) [email protected] Eric Kolen interviewt de twee buren, Ben van Run (l) en Nancy Vos (r) (© Foto: Henk Smeets) 18 DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 www.deroerom.nl Darwin Veel van het klein religieus erfgoed staat er bij nadere beschouwing niet altijd even florissant bij en is hoognodig aan een grondige opknapbeurt toe. Eigenlijk zou dat op de een of andere manier moeten worden opgepakt.’ Licht verwijt Dan schiet hem een telefoontje tebinnen van een mevrouw, die hem opbelde en enigszins verweet een Mariabeeld in een muurnis op het Marktveld niet te hebben opgenomen op de lijst van klein religieus erfgoed dat geïnventariseerd zou worden en die het museum publiceerde. ‘Dè witte gij goed’, zei ze ‘en ik zie het beeld inderdaad zowat elke dag, maar was vergeten het op te nemen op de lijst!’ Heeft u als lezer van de Roerom ook anekdotische herinneringen aan klein religieus erfgoed? Laat het de redactie weten. Schrijf een briefje of mail naar redactie@ deroerom.nl Mariabeeld aan de Molhuysensingel in Vught (© Foto: Bureau Erasmus) Dat ze allen één zijn Hub Eussen Dat ze allen één zijn ... een boodschap en opdracht van boven die ik op een bijzondere manier bevestigd heb gekregen. Mijn vader is overleden - zelfdoding - in 1959. Van hem erfde ik een rozenkrans die hij heeft meegebracht van bedevaart naar Trier in 1933. In de Dom van Trier werd toen de Rok van Jezus - daar al eeuwen bewaard - getoond aan het volk. Volgens wetenschappers moet hij uit de eerste eeuw na Christus zijn. Maar het Het kleine verhaal over het wel en wee van Jezus, een Palestijnse man, bood gelegenheid om er de beperkingen en verlangens van het menselijk leven in te herkennen. Maar toen het op den duur uitgroeide tot een groot kerk-verhaal, zelfs tot een machtig onfeilbaar instituut, toen raakte de zoektocht naar het oerverhaal geblokkeerd. (Prof. dr. A. Willems o.p. 2007) www.deroerom.nl belangrijkste aan deze rok is, dat die zonder naad uit een stuk geweven is. En dit staat ook in Johannes 19,23-24. De kerkvaders zien Jezus’ kleed uit één stuk geweven als symbool voor de eenheid onder de christenen en brengen het in verband met de dringende vermaning van Jezus in Johannes 17,21. In 2008 ben ik zelf op bedevaart naar Trier geweest. Een wonderbaarlijke ervaring en bevestiging van de opdracht en boodschap, dat wij christenen één moeten zijn; niet zozeer binnen de kerkmuren maar metterdaad buiten de kerkmuren. Ook in de politiek, want daar worden de ethische en morele wetten bepaald. In het open veld moet te zien en horen zijn dat wij christenen Jezus’ leer van ‘naastenliefde-delen-geven-vergeven’ voorleven. Volgens mij heeft paus Franciscus dezelfde boodschap en opdracht ontvangen en brengt hij deze daadwerkelijk in praktijk. Ik begrijp maar niet, dat de vele verschillende christelijke kerken niet tot eenheid kunnen komen. Wij aanbidden toch dezelfde God, hebben dezelfde Bijbel als leerboek, dezelfde Tien Geboden, hetzelfde belangrijkste gebod van Jezus ‘Heb je naaste lief, gelijk jezelf’... In de kerken belijden wij ons christenzijn met woorden; buiten de kerkgebouwen hier gezamenlijk van getuigen door ons christenzijn te laten zien en horen en daadwerkelijk in praktijk te brengen. Een rustige wandeling met de hond. Hoewel winter voelt het als voorjaar. Dan moet ik bijna opzij springen voor een robuuste auto met te hoge snelheid. Door de hoge wielen waant de chauffeur zich boven het aardse verheven en kan hij niet anders dan het kleine over het hoofd zien. Op zo’n moment gaat mijn verbeelding aan het werk. Ik beeld me in, dat ik moedig voor de auto ben gesprongen. De chauffeur kon niet meer tijdig remmen, de auto is krakend tegen een lantaarnpaal tot stilstand gekomen. Boos springt hij uit zijn opgevoerde tank, maar ik weersta zijn woede in alle rust. Het gesprek eindigt als hij mij schamper uitlacht door te zeggen dat dit de typische reactie is van een loser, die het geld niet heeft om zich ook zo’n bolide aan te schaffen. Dan glijden mijn gedachten af naar de befaamde uitspraak van Darwin: survival of the fittest, de sterken zullen overwinnen. Heeft Darwin dan echt gelijk gehad? En is met deze verklaring voor het ontstaan van de verschillende levensvormen op aarde, meteen ook een programma voor de toekomst van het aardse leven geschetst? Mijn gedachten gaan verder, nog altijd wandelend met de hond. Darwin bedoelde met the fittest helemaal niet de sterkste – het is zelfs een erg kromme vertaling ervan! The fittest wil natuurlijk zeggen: degene die het beste aangepast is aan zijn omgeving. Dat klinkt al een heel stuk sympathieker! Aanpassing kan echter snel een negatieve lading krijgen, wanneer je jezelf moet opofferen om je te voegen naar bestaande maatschappelijke verhoudingen. Degene die het best in evenwicht is met zijn omgeving, die de andersheid om zich heen heeft geïntegreerd in zijn eigenheid: dat bedoelde Darwin natuurlijk. Daarmee is survival of the fittest een mooi christelijk credo geworden. Kom, Kenji, doorlopen. We zijn bijna thuis. DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 19 Berichten Redactie Het Mozeshuis sluit Op 2 maart 2014 heeft de Stichting Mozeshuis definitief haar deuren gesloten. Hiermee is een einde gekomen aan 45 jaar activiteiten voor de stad, waartoe ook de exploitatie en programmering van de Mozes & Aäronkerk behoorden. De kerk is in de loop der jaren vanwege haar geëngageerde maatschappelijke- en interreligieuze activiteiten, een begrip geworden in en buiten Amsterdam. De Stichting Mozeshuis is een van de maatschappelijkculturele instellingen in Amsterdam waarvan sinds 2010 de subsidiebijdrage van de gemeente stapsgewijs gehalveerd is. Het op eigen kracht opvangen van deze financiële tegenvaller bleek niet haalbaar, ondanks alle pogingen daartoe. Een reddende hand werd nog uitgestoken door de Minderbroeders Franciscanen, ooit bewoners van het pand en vanaf het eerste uur nauw verbonden met de Stichting. Zij hebben geen plannen om het pand zelf in gebruik te nemen maar zijn per direct op zoek naar een nieuwe koper die het pand weer op eigen wijze invulling kan geven. Het bestuur betreurt het ten zeerste dat Amsterdam een instituut verliest dat gedurende tientallen jaren een plek bood aan velen die zich inzetten voor gemeenschapszin en de verbinding tussen mensen in de stad en daarbuiten. Informatie over lopende activiteiten en verhuur: www.mozeshuis.nl Mozeshuis / Mozes & Aäronkerk, Waterlooplein 205-207, 1011 PG Amsterdam; (020) 622 13 05 (doorkiesnummer 4) www.mozeshuis.nl; [email protected] Goed vrijdag wandeling De Stichting Pelgrimswegen & Voetpaden (SPV) organiseert 18 april, Goede Vrijdag, een 12 km lange wandeling vanuit Maastricht via Gronsveld en het Savelsbos naar het Kruiswegpark bij het Missiehuis in Cadier en Keer, waar om 15.00 uur een meditatieve gang wordt gemaakt langs de 20 staties. De tocht begint om 11.00 uur in de Basiliek Sterre der Zee. Na de Kruiswegbezinning in Cadier en Keer kan men de tocht beëindigen en de bus nemen terug naar Maastricht. Het is ook mogelijk nog 4 km mee te wandelen naar de Mariakapel in het bos bij Bemelen. Van daaruit is het nog een half uurtje lopen naar Amby aan de rand van Maastricht, voor de stadsbus naar station of centrum. Deelname gratis; graag een vrije gave. Vooraf opgeven niet nodig. Kapelruïne St. Walrick Overasselt Zaterdag 5 april 2014 trekken om 07.06 u. de zangers van de Schola Cantorum Karolus Magnus uit Nijmegen als monniken door de bossen naar ruïne en koortsboom bij St. Walrickweg 5 te Overasselt. Volgens een oude legende kreeg Heribartha, dochter van Walrick, roverhoofdman van de Hoemannen (Heumen), in 721 ongeneeslijke koorts. Walrick riep de hulp in van Willibrord, die in de omgeving verbleef. Deze droeg het meisje op haar haarsnoer in de eikenboom naast het huis te hangen en te bidden. Zij genas terstond. Walrick liet zich dopen en zwoer zijn roversbestaan af. Zijn oude makkers vermoordden hem en zijn dochter. Karel de Grote liet in 777 ter plekke een kapel bouwen uit dankbaarheid. Nog steeds hangen mensen lapjes in de boom als bede om hulp en genezing. Contact: Jan Timmermans (024) 36 07 481 of 06-38465903; [email protected] Eigentijdse vastentijd De San Salvator gemeenschap organiseert tijdens de veertigdagentijd een bezinningstraject op Facebook. Onder de noemer 40 dagen van inspiratie en aandacht wordt iedere dag een inspirerend bericht geplaatst: een mooi lied, aansprekende tekst, intrigerend filmpje, prachtige afbeelding. Iedereen met een Facebook account DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 www.facebook.com/sansalvatorinbeweging kan meedoen: het hele traject volgen, halverwege inhaken of af en toe even kijken wat er op de Facebookpagina gebeurt. Het eerste bericht werd Aswoensdag, 5 maart, geplaatst. Uit het persbericht Veertigdagencampagne Op woensdag 5 maart, Aswoensdag is de Veertigdagencampagne op de weblog Theoblogie van Boekencentrum Uitgevers van start gegaan. Voor elke dag in de Veertigdagentijd een bijdrage van een van hun auteurs. Dit kan een beeldmeditatie, een gedicht, een tekst bij een foto, een muziekstuk zijn ... Heel gevarieerd dus. Het thema is dit jaar Dorst, wat ook het thema voor het Paasnummer van Open Deur is. Tijdens de Veertigdagentijd dagelijks een bezoekje brengen aan Theoblogie. Boekencentrum Uitgevers Kruisweg van Albert Servaes Honderd jaar na het begin van de Eerste Wereldoorlog exposeert Kloosterbibliotheek Wittem de Getekende Kruisweg van Luithagen van Albert Servaes uit 1919. Met deze expositie wordt het verband gelegd met de nabijgelegen kruisweg van Aad de Haas, in de nabijgelegen Cunibertuskerk van Wahlwiller. Een kunsthistorisch unicum waarbij twee belangwekkende en omstreden kruiswegen uit de vorige eeuw in de schaduw van de twee wereldoorlogen fysiek in elkaars nabijheid worden gebracht. De kruisweg van Servaes wordt belangeloos in bruikleen afgestaan door de Abdij Koningshoeven (NBr.). Informatie: www.kloosterwittem.nl of vraag folder aan (043) 450 17 41. Vastenaktie 2014 Woensdag 5 maart gaf mgr. J. M. Punt het startsein voor de Vastenaktie. In de kapel van het Haarlemse bisschopshuis zegende hij de Vastenkaars, die Deze de komende veertig dagen door het bisdom reist. Ook in andere bisdommen vertrokken woensdagmiddag Vastenestafettes. De Vastenestafette bestaat uit een keten van geloofsgemeenschappen die ieder op een eigen dag aandacht vragen voor hun Vastenaktieproject. Vastenaktie Nederland is de Rooms-Katholieke hulporganisatie voor Nederland en wordt gedragen door de lokale kerkgemeenschappen hier en in ontwikkelingslanden. Vorig jaar heeft Vastenaktie ruim drie miljoen euro bijeen gebracht. Deze worden verdeeld over ruim 70 projecten in Derde Wereldlanden. Meer informatie op de website van Vastenaktie. www.deroerom.nl Boeken Redactie Modern boeddhisme Tich (eerwaarde) Nhat Hanh is intussen een bekende figuur in de wereld van de spiritualiteit. Na zijn verbanning uit zijn geboorteland Vietnam vestigde deze boeddhistisch monnik zich in Zuid-Frankrijk en stichtte daar een boeddhistische gemeenschap. Verder trekt hij de wereld rond om zijn boodschap uit te dragen. Hij heeft nu in een vlot leesbaar boekje de kern van de leer van de Boeddha over het leven en de maatschappij uiteengezet. Hij neemt daarbij de vrijheid om bepaal- academisch discussies en de vele voetnoten. Veel teksten heeft hij letterlijk overgenomen, soms in een gewijzigde schikking. Het resultaat is een zeer leesbaar en gedreven boek over Jezus, waarin je als het ware de docent hoort spreken. Typisch daarbij is zijn polemische stijl, zijn stelling nemen tegen allerlei misvattingen, waarbij hij met een indrukwekkende kennis van zaken zijn visie scherp formuleert. Deze stijl zal niet iedere lezer bevallen. Toch combineert Küng zijn strak pleidooi voor het eigene van het christelijk geloof met een grote openheid en respect voor andere godsdiensten en levensvisies. Jef De Schepper Hans Küng Jezus. Ten Have 2013 ISBN 978 90 2590 362 6; 288 blz. € 19,95 Vallen en… toch opstaan de stellingen op een persoonlijke wijze te interpreteren. Daarmee weerlegt hij ook bepaalde bezwaren tegen het klassieke boeddhisme, bijvoorbeeld tegen de stelling ‘alles is lijden’. Hij streeft ook naar een visie die voor mensen uit allerlei tradities acceptabel is en zo de grondslag kan vormen voor een wereldethiek. Omdat hij de klassieke opbouw van de leer volgt, zitten er naar het einde toe wel veel herhalingen in en moet je als lezer de kernpunten van deze leer er zelf toch nog uitrapen. Uiteindelijk is het een doorlopend pleidooi voor mindfullness en concentratie. Een inspirerend boek. Jef De Schepper Thich Nhat Hanh Burgerschap. Ethiek voor een verlichte samenleving. Ten Have 2013 ISBN 978 90 2590 353 4; 127 blz. € 14,95 Jezus, criterium van christenen De Zwitserse theoloog Hans Küng heeft veel geschreven. Eén van zijn meest bekende boeken is wel Christen zijn uit 1976. De centrale stelling daarin is dat het specifieke van het christelijk geloof de navolging van Jezus is, niet een eigen leer of moraal die elders niet te vinden is. Na vele jaren heeft Küng nu het centrale deel van dat boek - over Jezus - heruitgegeven in vereenvoudigde vorm, met weglaten van www.deroerom.nl Onderweg naar Pasen is een lees- en meditatieboekje dat helpt met aandacht de etappes van de weg naar Pasen te overwegen en te beleven. Het thema is Vallen en toch opstaan. ‘Onderweg naar Pasen’ staat vol met bijzondere afbeeldingen, meditatieteksten, gebeden en teksten die uitnodigen tot verdieping. Daarnaast is een recept van Kruiskensbroodjes opgenomen en ontbreekt de knutselpagina niet. Een boekje voor iedereen, op elke tafel, tijdens de veertigdagentijd en Pasen. Persbericht Onderweg naar Pasen, Berne Media | uitgeverij Abdij van Berne, Heeswijk 2014 ISBN 978 90 8972 074 0; € 4,95 e-mail [email protected]; (0413) 29 34 80 voorspellingen en de vervloeking van de vijgenboom uit de jonge christengemeenten. Peer Verhoeven Frank G. Bosman Jezus, wat zeg jij nu? Negen ongemakkelijke uitspraken van Jezus Berne Media | uitgeverij Abdij van Berne Heeswijk 2014, ISBN 978 90 8972 075 7 Van toen en voor altijd Het boek Altijd Etty over Etty Hillesum als inspiratiebron voor een rijk innerlijk leven grijpt terug op wat deze joodse vrouw in de eerste helft van de jaren ‘40 van de vorige eeuw schreef. De auteurs verklaren dat Etty’s dagboeken en brieven van wezenlijke betekenis zijn geweest voor hun leven en werken. Daarin worden zij bijgevallen door enkele meer en minder bekende Nederlanders die ook kennis genomen hebben van de gedachten van Etty Hillesum en ervan onder de indruk zijn. Het boek telt na een voorwoord en een uiterst beknopte biografie van Etty zes hoofdstukken, waarin teksten van haar worden aangehaald waarop dan verder wordt ingegaan door de auteurs en de andere commentatoren. Het is een boek om in delen te lezen en te overwegen. Wellicht zijn de afzonderlijke hoofdstukken voor menigeen nog te lang en te diepgravend. Haast je langzaam, is in deze een goed advies. Wat je leest heeft tijd nodig om te beklijven. Maar het loont, het loont uiteindelijk rijkelijk. Een schitterend boek voor wie de rust kent en neemt. Daarom zeer aanbevolen. Zie verder deze Roerom p. 12-13 en ook De Roerom januari 2014 p. 20. Peer Verhoeven Jezus, wat zeg jij nu? In de evangelies staan enkele uitspraken die we eigenlijk niet uit de mond van Jezus van Nazaret verwachten. Frank Bosman neemt er negen van bij de hoorns en besteedt er ruime en veelkleurige aandacht aan. Dit in een voor hem kenmerkende vlotte stijl die op de achterflap ‘vrije stijl van vertellen’ heet. Het boek van ongeveer honderd pagina’s, gedrukt in een stevige letter en met voldoende lege ruimte, leest vlot weg en verstrekt tussendoor veel informatie. Wat mij - en ik vermoed mij niet alleen - echter op- en tegenvalt is dat hij zo gemakkelijk spreekt over uitspraken van Jezus, terwijl het aandeel van de latere christengemeenschap daarin - zoals inmiddels algemeen aangenomen - bijzonder groot is. Hierdoor zeg of suggereer je dat Jezus zelf de schuld aan zijn lijden en dood bij de joden heeft neergelegd (Matteus 16) en dat hij ook de vijgeboom - het jodendom dat eerder nog een kans kreeg (Lucas 13) - vervloekt heeft (Marcus 11). In feite stammen de lijdens- Ton Jorna en Julika Marijn Altijd Etty Etty Hillesum, inspiratiebron voor een rijk innerlijk leven, Ten Have 2014 ISBN 978 90 2590 359 6 Gerardus Magazine Klooster Witterm heeft een opmerkelijke stap gezet. Het zet niet een punt achter een jarenlang uitgegeven lijfblad zoals zoveel organisaties, bewegingen en uitgeverijen moeten doen, maar steekt het eerbiedwaardige Sint Gerardusklokje, bijna een eeuw oud, in een geheel nieuwe jas! Met trots mag het Gerardus Magazine ten doop gehouden worden. De lancering van een dergelijk nieuw blad is in deze tijd een nieuwsfeit van de eerste orde! Gerardus Magazine Wittemer Allee 32, 6286 AB Wittem (043) 450 17 41 [email protected] DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 21 Laten wij ons raken? Nel Beex Laten wij ons raken, hartekreet van pastor Wim Jenniskens in Christus Koning, parochieblad voor Veldhoven en Meerhoven. ‘Wat mij raakt in het optreden van de paus is zijn diepe bewogenheid voor de mens in nood. Hij kijkt om zich heen en laat zich raken door de nood waarin mensen verkeren. Hij heeft een diep besef dat dit een wezenlijke taak van de kerk is. En wij? Het gaat om onze grondhouding. Kijken we echt om ons heen? Of lopen we om ellende heen, zoals de priester in de parabel van Jezus die een gewonde en beroofde man liet liggen. Als je je laat raken zoals de barmhartige Samaritaan deed die zich over deze man ontfermde dan kun je niet anders dan in beweging komen … Er zijn er velen, die geen hulp ontvangen. Denk maar aan eenzamen, aan hen die werkloos geworden zijn en daardoor hun huis kwijtraken. Wat een pijn en ellende gaan daarachter schuil … Wie wil met ons meekijken en meedoen?’ Ga niet voorbij aan deze oproep, maar kijk en kom in actie! Solidair Streekparochie ’t Eikske Landgraaf laat zien, dat Ed Miedema met zijn markante uitspraken nog steeds heel veel voor zijn parochianen betekent. ‘Een mens kan niet op zijn eentje bestaan. In isolement gaat hij er onherroepelijk aan, hij is aangewezen op heel veel andere mensen. En hij heeft het nodig om, te midden van die andere mensen, een functie te vervullen en een erkende rol te spelen. We willen er dit mee zeggen: het gaat niet goed met mij als het ook met de anderen niet goed gaat; een mens kan niet privébevrijd en privé-gelukkig zijn. Geluk en heil kunnen pas volledig mijn deel zijn als de andere mensen er ook deel aan hebben. Woorden van Ed Miedema, in functie van de godsdienst, 1975.’ Woorden die ook ons kunnen raken! Voor het laatst de naam Kerkvalk, parochieblad H. Nicolaas, Valkenswaard. En dit raakt mij. De naam, (kerk) valk. Veelkleurig bruin met een machtige spanwijdte sierlijk rondjes makend, schijnbaar moeiteloos. bijna majesteitelijk en toch het hele territorium in de gaten. Niets ontgaat hem/haar. Zeker niet als het vader/ moederinstinct een rol gaat spelen, ook al mag en moet het jong zelfs zijn vleugels uitslaan. Prachtig toch! ‘Bij de oprichting van ons parochieblad begin 2002 hebben we indertijd gekozen voor de naam Kerkvalk. Dat was een typisch Valkenswaardse naam, die werd voorgesteld door ons redactielid Ria van Amelsvoort.’ Maar wie weet met welke mooie naam de parochie Heilige Willibrord, Valkenswaard, Aalst en Waalre komt. Ik laat me graag weer raken. U ook? 22 Ons Elisabethblad, parochie H. Elisabeth, Escharen, Gassel, Grave en Velp heeft bij de lezers heel wat losgemaakt met zijn verhaal over Machuut en de beeldsnijder Petrus Verhoeven. ‘Ons laatste blad kreeg opvallend veel reacties. Een ervan was van onze emerituspastor Jacques Janssen msc. Zich sowieso al jaren intens verdiepend in de Middeleeuwen en met name haar mystici, kerken en kunst, vroeg hij zich op de hem eigen wijze af hoe de devotie voor de H. Machutus indertijd in Esteren terecht was gekomen en heeft kunnen wortelen. Was het wellicht onder invloed van de kartuizers? ... In het in 2012 uitgegeven boek ‘Kartuizers aan de Dommel’ van Jan Sanders lezen we dat de kartuizers rond 1300 kloosters stichtten o.a. in Midden-Limburg en van Roermond uit ook in Olland, later Vught en Den Bosch. Ook in Esteren? Ja. Het boek schetst ook allerlei lijnen met het land van Cuijk, met Grave, maar bovenal met Escharen.’ Boeiend! Zijn jongeren nog te raken? Een mooi voorbeeld vinden we in het parochieblad van de parochie Frater Andreas Tilburg. ‘Op 3 november werden 17 jongeren gevormd door deken Miltenburg in de Lucaskerk. Het gebeurde na een voorbereidingstraject dat al in april van dit jaar begon … De vormelingen hebben veel geleerd en het was mooi om te zien dat er gaandeweg vriendschappen werden gesloten tussen jongeren die elkaar nog niet kenden voordat ze aan dit traject begonnen. De vormselviering was heel feestelijk en sfeervol. Na het vormsel was er een spetterende disco voor 12- en 13-jarigen in de parochie waarin we ook veel vormelingen hebben teruggezien. Het Jongerenkoor St. Lucas was blij verrast dat er een aantal vormelingen bij het koor zijn gekomen en ook het jongerenpastoraat zag veel nieuwe gezichten.’ U leest het goed: zij lieten zich raken. Je laten raken. Laat men dat ook toe in Wijchen en omstreken. Natuurlijk! De Apostelbode van De Twaalf Apostelen, Wijchen etc. ‘In de huidige situatie wordt mij wel eens gevraagd of het niet moeilijk is om pastor te zijn als de belangstelling minder wordt en de tegenstellingen zo groot zijn? Ik til daar niet zo zwaar aan. Ik denk, als u het mij toestaat, aan een vader of moeder van wie de kinderen een heel andere kijk op het leven hebben of andere levenswegen zijn gegaan. Dat doet een vader en moeder altijd pijn. Bij de ene meer dan bij de andere. En toch blijf je vader en moeder … Van de andere kant zit er in ieder mens het goede en wil hij of zij een bevestiging. In dat spanningsveld opereren veel vaders en moeders die zien DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 Uw parochieblad dat hun kind een andere weg neemt waar zij veel vragen bij hebben … In die geest voel ik mij als pastor werken en …’ Vader moeder of pastor, je blijft mens! In de Vlaspit Parochienieuws H. Hart Oss lezen we dat de Franse filosoof Pascal zich liet raken, niet als geleerde, maar als wijze mens. ‘Hij was een rusteloze zoeker, ook naar God. Op een nacht openbaarde God zich aan hem: ‘Je zou me niet zoeken, als je me niet al had gevonden.’ Een inzicht dat een overweldigende ervaring voor hem moet zijn geweest. Ineens besefte hij dat hij niet zomaar God zocht, maar dat hij zich van binnen al volkomen bewust was, dat God altijd al nabij was geweest. Maar niet de God die hij zich had voorgesteld, niet de God van de filosofen en de theologen, maar de God van Abraham, de God van de mensen. Een totaal andere God dan Pascal voor ogen had. Hij was niet enkel een geleerde, hij was ook wijs en dat is wat anders. Hij zocht als geleerde, maar vond als wijze.’ Let wel, wijs zijn is moeilijker dan geleerd zijn. Voor wie komt men op in de parochie Sint Norbertus, Berlicum en Middelrode? Het parochieblad geeft een inkijkje. ‘Hoe komt het toch dat er in ons rijke Nederland op dit moment zoveel mensen in moeilijkheden komen? Dikwijls is het een samenloop van omstandigheden: baan verliezen, schuldsanering, echtscheiding, ziekte, de situatie niet meer aankunnen, geen uitweg zien. En dan is het fijn, dat er een Vincentiusvereniging is, die de mensen die het nodig hebben ruggensteun geeft en met raad en daad bijstaat, zodat ze na enige tijd zelf het heft weer in handen kunnen nemen. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is de Vincentiusvereniging Den Dungen actief in heel de gemeente Sint Michielsgestel… In samenwerking met de Vincentiusvereniging Den Dungen heeft de diaconiewerkgroep van de Norbertusparochie een solidariteitsactie georganiseerd, waarbij levensmiddelen ingezameld werden op twee zaterdagen op het Mercuriusplein, in de kerk en in De Rots. Met succes!’ www.deroerom.nl Maria Boodschap Jeanne van Leijsen het beeld achter een grote struik in de hondenpoep liggen. Maria wordt opgepakt en thuis in bad gedaan. Ze krijgt nog een kleurtje op de kleren, een likje verf door de haren, de lipjes gestift en een roesje op de wangen. Als ze fris en fruitig een week terug is in haar ‘kapel’, worden er bedankbriefjes op de boom geprikt. Wilma besluit een weerbestendig notitieboekje op te hangen. Er komen prachtige schrijfsels in. Boodschappen aan Maria. Verhalen te over … tot er een duistere oproep voor een date wordt geplaatst. Dan haalt Wilma het boekje weg. Onderstaand verhaal hangt al een poos in mijn hoofd. Maar het zou ook over het oranje-edelmetaal en de raadsverkiezingen gaan. Mijn twijfel is nu verdwenen als sneeuw voor de zon. Op de warmste februaridag - 15 graden!- rijden we naar Emmeloord voor de uitvaart van mijn oudste neef, nog geen zestig geworden. Een telg uit het geslacht van eerstgeborenen in het Nieuwe Land. Hij heeft in heel Nederland gewerkt en gewoond en zowat de hele wereld bereisd; had veel te verteren en dat heeft zijn lijf behoorlijk ‘uitgewoond’. Vernoemd naar opa maar toegewijd aan Maria, blijkt vandaag. Een intense viering met bijzondere accenten. Tijdens de besprenkeling van de kist wordt het Ave Maria ingezet om voorspraak en verschillende keren is er het Wees Gegroet als samengebed. Een duidelijke ‘Boodschap’ aan Maria. Inmiddels zijn de Spelen verleden tijd en de raadsleden gekozen. Maar 25 maart is het wel Maria Boodschap. Daarom dit verhaal. En ook omdat De Roerom van februari het heeft over kapellen als toekomstig alternatief voor kerken. Mensen zijn toch op zoek naar ‘helende, heil-ige’ plekken. De redactie vraagt initiatieven, al of niet al ten uitvoer gebracht, aangaande de vormgeving van dit soort plekken te melden. Plaatsen met een verhaal of waar in het verleden een verhaal speelde. Welnu… Eén van mijn favoriete ommetjes is een wandeling naar het Patersbos, het voormalige seminarie IJpelaar. Een paar jaar geleden zijn de laatste hoogbejaarde paters verhuisd naar een Fraterhuis in België. Breda heeft grootse plannen met dit gebied, maar omwonenden en de crisis steken daar nog een stokje voor. Een vastgoedbeheerbedrijf waakt er nu over, maar gelukkig blijft het inmiddels verloederde bos en de vijver toegankelijk voor publiek. Een natuurgids heeft ooit een interessant verhaal gehouden over de bomenverzameling hier. Veel exoten, door de missiepaters van ‘all over the world’ hier geplant en gezaaid. Heel bijzonder is de moerascipres, waarvan de luchtwortels als fantasiedieren en bijbelse beeldengroepen langs de rand van de vijver uit het water opduiken. Die gids toonde toen met een spiegeltje op een stok een inkijkje in de Kabouterboom. Een oude eik met een groot natuurlijk gat op vijf meter hoogte, waar een pater ooit een tuinkabouter inzette. Of de kabouter daar nog woont blijft gissen, maar toen ik dit zei aan een kennis, vertelde zij op haar beurt het volgende. Wonende in Roosendaal houden zij en haar maatje erg van wandelen. En ergens in de ommelanden staat ook zo’n boom. Met een gat op hoogte waarin mijn kennis Wilma op een bepaald moment een mariabeeld plaatst. Tegen de verwachting in blijft het beeld staan. Sterker … er worden allerlei zaken achtergelaten. Een boeketje, een rozenkrans, een kaart, een kaars. Op een kwaad moment is Maria verdwenen en Wilma besluit een oproep van vermissing op te prikken. Als ze nog eens goed rond kijkt, ziet ze www.deroerom.nl Waren er vroeger niet meer van dit soort bewegingen? Waren jaarmarkten met kermis of kerkmis niet gekoppeld aan heiligen, om elkaar te treffen? Molenschot bijvoorbeeld. ‘Naar Sint Anneke voor een Manneke’. De meimaand zit er vol van! Ik denk, dat deze trefplaatsen met kapellen ook zó zijn ontstaan. Ik voel wel voor zo’n nieuwe verhalenplaats in het Patersbos. Er staat een majestueuze beuk vlak bij de ingang van de voormalige begraafplaats van de paters. Hun overschotten zijn weggehaald en het hof wordt overwoekerd door braamstruiken, biesbossen en berken, omrand door verwilderde rododendrons. Een kruis op een sokkel met een Latijnse spreuk is het enige wat rest. Ik neem binnenkort ladder en fiets en ga een beeld plaatsen in het grotvormige oksel van die beukenboom. Ooit heeft een wilde storm dit gat veroorzaakt en elke keer als ik de vijver rond, zie ik dat litteken schitteren in de zon. Als het heeft geregend sijpelt een meter of wat lager uit een kleiner gat water waaiervormig over de bast. Alsof de boom spreekt. Over vroeger en nu. Tegen mens en natuur. Misschien moet Franciscus er wel in. Dat doe ik … met (© Foto’s: Jac van Leijsen) DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 23 ’’ AanhalingSteken ’’ Cees Remmers "Onze samenleving zou er een stuk beter uit zien als mensen hun ogen meer open hielden * ‘Paus Franciscus verandert niet de woorden maar wel de melodie.’ Gelezen in Volzin en hun mond meer dicht." (Cees Buddingh) * ‘Mensen zijn gemaakt om van te houden, spullen om te gebruiken. Er is zoveel chaos in de wereld omdat spullen worden bemind en mensen gebruikt.’ Anton vd Velden * ‘Het jaar dat Nederland kampioen werd?.... Jongen, dat is al zo lang geleden ... Toen heette God nog God en niet Van Gaal.’ Gedacht * ‘Een onderzoek heeft uitgewezen dat de uitslag van onderzoeken vaak niet juist is.’ Iemand * ‘Proberen erachter te komen wat er in de wereld gebeurt door kranten te lezen, is net als proberen te zeggen hoe laat het is door naar de grote wijzer van de klok te wijzen.’ Ben Hecht * ‘De kerk heeft de ziel van de moderne mensen geen voedsel meer te bieden. Maar diezelfde mensen willen nog steeds weten waartoe ze op aarde zijn. Daarom gaan ze naar psychologen, therapeute… Of ze zoeken het in de kunst, ze gaan naar ’t theater, de concertzaal. Dáár worden ze in hun binnenste geraakt. Niet in de kerk.’ Tjeu van den Berk * ‘Alleen waar de theologie van de begrepen begrippen plaats maakt voor een theologie van gegrepen worden door de onbegrijpelijkheid, daar is zij ware theologie. Anders is zij menselijk geklets al mag ze dan nog zo juist redeneren.’ Karl Rahner sj * ‘Wellicht is God wel licht.’ 24 Ingepakt Toon van Beek Als je de foto ziet en je weet niet beter dan zou je blasfemie vermoeden - een preekstoel, ingepakt met doeken van Mickey Mouse en met de tekst ‘wild about you’. Het tegendeel is het geval. Dit is het resultaat van vrijwilligerswerk, een van de menselijke bezigheden die Onze Lieve Heer het liefst ziet. De koning trouwens ook want bij het verlenen van koninklijke onderscheidingen wordt vooral gelet op de inzet als vrijwilliger. Aan de laatste fase is nu begonnen. Om het rijke kunstbezit te beschermen is alles ingepakt; door vrijwilligers. Ze gebruikten hiervoor oude hoeslakens en dekbedovertrekken want dat is het goedkoopst en het werkt het han- digst (stretch). Na een oproep werden de linnenkasten massaal van versleten linnengoed ontdaan. Over betrokkenheid gesproken: de kerk is écht niet uit beeld. En Onze Lieve Heer zag dat het goed was. Tijdens mijn nooit aflatende speurtocht naar de Kerk in de hedendaagse setting kwam ik dit keer uit in de St.Dionysiuskerk aan de Goirke straat in Tilburg. Deze kerk uit 1835-1839 is de eerste die in Nederland is uitgevoerd in de neogotiek, de bouwstijl van het Rijke Roomsche Leven. Het zal geen verwondering wekken dat de ‘Goirkesekerk’ - in de volksmond - een zwaar beschermd rijksmonument is. Al in 2005 werd begonnen met een ingrijpende restauratie. DE ROEROM n JAARGANG 28 n NUMMER 7 n MAART 2014 www.deroerom.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc