Het onderhoud van tuinplanten

Bureel: Beekstraat 14 - 9920 Lovendegem
Toonpark: Pyramidestraat 25A – 9920 Lovendegem
Tel/fax: 09/377.85.25
Mail: [email protected] - Web: www.kendevos.be
Onderhoud en verzorging van de planten in uw tuin
Onkruid wieden / voorkomen:
Door wekelijks uw tuin te controleren, is dit een bezigheid die niet veel tijd hoeft te kosten. Ontbreekt u de tijd
hiervoor, dan kan je overwegen de grond met een mulchlaag af te dekken. Deze mulchlaag, die het ontkiemen
van onkruidzaden onderdrukt, kan uit diverse materialen bestaan, zoals houtsnipper, compost, cacaodoppen, etc.
Voor de vertering van de mulchlaag is stikstof nodig. Dit wordt aan de bodem onttrokken en moet dus in sommige
gevallen worden aangevuld. Compost en cacaodoppen zijn licht kalkhoudend van samenstelling en kunnen de
zuurgraad dus beïnvloeden of mogelijk te kalkrijk maken. Andere materialen, zoals tuinturf, dennennaalden en
eikenblad kunnen de grond zuurder maken. Een zeer goede methode om de groei van onkruid te verkomen, is het
bedekken van de bodem met anti-worteldoek.De beplanting wordt in de openingen van het doek geplant.
Bemesting zal in dit geval per plant in diezelfde openingen moeten worden toegediend. Een rondje onkruid wieden
in november scheelt veel werk in het voorjaar, omdat veel onkruiden in de winter gewoon doorgroeien.
Snoeien van bomen en struiken:
Snoei niet op dagen dat het vriest. Bevroren takken zijn bros en daardoor zijn de snoeiwonden vaak rafelig, wat
een makkelijke invalpoort is voor schimmels e.d. Gebruik altijd een goede scherpe snoeischaar of takkenzaag. Als
u ziek hout verwijderd, is het belangrijk om het snoeigereedschap daarna te ontsmetten met een spiritus
gedrenkte lap, voordat u weer in gezond hout aan het werk gaat. Dit om te voorkomen dat u de besmetting via
het snoeigereedschap overbrengt.
Afknippen van vaste planten: Vaak wordt gezegd dat het beter is de vaste planten pas in het voorjaar af te
knippen. Deels omdat de bovengrondse delen de plant tegen vorst beschermen, deels omdat ze in de winter nog
wat kleur en volume aan de tuin geven. Toch zijn er argumenten te noemen om op bepaalde tijdstippen in het
jaar de planten wel tussentijds terug te knippen:

Uitgebloeide bloemen worden afgeknipt omdat de zaadvorming ten koste gaat van de groei van de plant.
Na het afknippen volgt soms een tweede bloei en waar dat niet het geval is, zal de plant gaan groeien en
een mooie grote pol vormen, die de bodem bedekt en onkruid minder kans geeft.

Veel vroege planten worden na de eerste bloei lelijker. Als je deze planten kortwiekt aan het begin van
de zomer, vormen ze een nieuwe pol fris blad, die de rest van het seizoen mooi blijft. Ziektes krijgen
minder kans, omdat het aangetaste blad verwijderd wordt en het nieuwgevormde blad is beter bestand
tegen kou en zal langer groen blijven.

Door het afknippen van de plant, direct na de bloei, wordt de vorm beter behouden, wordt uitzaaien
voorkomen en krijgen de zomerbollen de gelegenheid boven de bladmassa uit te groeien.

De bloeitijd van sommige planten is te verlengen door een aantal van de stengels met minimaal 10 cm in
te korten, vlak voordat de knoppen worden gevormd. De stengels die niet afgeknipt zijn zullen op de
gewone tijd bloeien. De gekortwiekte stengels zullen zijscheuten produceren, waarop een aantal weken
later pas de bloei volgt.

Als de uitgebloeide bloemen van bepaalde vaste planten bijtijds worden weggeknipt, bloeit de plant het
volgende jaar rijker. Dit is hetzelfde als bij veel bloembollen: de bladeren laten staan, maar zaadvorming
voorkomen, zodat een voedselreserve wordt opgebouwd voor de bloei volgend jaar.
Water geven:
Behandeling jonge aanplanting: water geven in het voorjaar bij de eerste warmte! Bomen voorzien van
gietkuilen zodat het water langzaam over de wortels naar beneden kan bezinken! Water blijven geven tot eind
oktober. Indien men ziet dat de bladeren gaan hangen is men dikwijls al te laat ! Het is het beste om water te
geven aan de voet van de planten , zeker als u 's avonds gaat sproeien. Om meeldauw te voorkomen is het
belangrijk dat de planten droog de nacht in gaan. Biedt de tuin , na een lange droge periode een wat stoffige
aanblik wilt u de bladeren een opfrisser geven, sproei dan 's ochtends vroeg. De planten hebben dan de hele dag
om op te drogen.
Bemesting:

Buxus en Taxus: Probeer uw bemesting over verschillende bemestingsbeurten te verspreiden, begin in
maart vervolgens juni en dan nog eens in september. Strooi 1,5kg/10m² NPK 7-5-7+3MgO. Kalk jaarlijks
de buxus en de taxus met DCM groen kalk 1,5kg/10m².

Zuurminnende planten, Rhododendron en Azalea: Werk jaarlijks tijdens de winter turf in de grond,
u mag gerust een laag van 10 cm turf rondom uw planten strooien. In het voorjaar een zacht werkende
organische meststof strooien. Strooi 1,5kg/10m² NPK 5-6-8+3MgO (maart en juni).

Haagplanten, coniferen, planten met blad als sierwaarde en andere: Voor deze planten geven
we steeds grotere hoeveelheden stikstof eenheden. Vroeg in het voorjaar starten en om de 100 dagen
herhalen tot september. Strooi NPK 9-3-6+3MgO dosis 8à10 kg/are.
Na september niet meer bemesten en na juli zeker geen stikstof meer geven, om te voorkomen dat de planten
laat in het jaar nog nieuwe scheuten maken, die dan niet meer kunnen afrijpen voor de winter. November kalk
geven indien nodig.
Wetenswaardigheden:

Ijzergebrek bij de plant, te herkennen aan het geel worden van het blad, betekent niet altijd dat er
ijzer moet worden toegevoegd. Als de zuurgraad van de grond niet geschikt is voor de plant, kan deze
geen ijzer opnemen. Vaak is het in dit geval voldoende de zuurgraad iets aan te passen. Ijzergebrek
ontstaat bij een te hoog kalkgehalte in de grond.

Kunstmest geeft een snelle energiestoot aan de planten, maar verbetert niets aan de bodem. Teveel
kunstmest geeft een te hoge zoutconcentratie in de grond en kan zelfs slechtere groei tot gevolg hebben
of verbranding.

Verteerde koemest moet eerst door het bodemleven worden omgezet in stoffen die voor de plant
opneembaar zijn. Dat duurt 6-8 weken, dus altijd ruim van te voren geven, zodat voedingsstoffen
vrijkomen op het moment dat de planten ze nodig hebben. Organisch mest, zoals o.a. koemest, werkt
langzamer, maar langduriger.

Kalk en koemest mogen nooit gelijkertijd worden gegeven. Ze doen, simpel gezegd, elkaars werking
teniet. Tussen bekalken en bemesten altijd minimaal twee maanden wachten.

Omdat veel stikstof (N) het blad slap maakt, vormt dit een lekkernij voor slakken en een gemakkelijke
invalspoort voor schimmels. Om dit tegen te gaan, wordt kalium (K) toegevoegd, dat de vorming van
stevig blad bevordert.

Fosfor (P) is nodig voor de wortelontwikkeling.
Tot slot:
Een goede en gezonde bodem is de basis van een mooie tuin.Omdat de samenstelling van tuingrond in de loop
der jaren kan veranderen, bijvoorbeeld door zure regen, is het dus raadzaam om eens in de 4 à 5 jaar een
bodemtestje te doen, voordat u gaat bemesten. Overbemesting is slecht voor de planten en het bodemleven en
dus onnodig belastend voor het milieu.
Wanneer u geen tijd hebt of geen weet hebt van al deze behandelingen kunnen wij deze taak van u overnemen.