Kamerplanten - eccgroen.nl

Opdrachten
Planten uitpakken
Doel
Na deze opdracht kun je kamerplanten uitpakken en ‘winkelklaar’ maken.
Benodigheden
Bij deze opdracht heb je nodig:
• verschillende kamerplanten;
• een set sierpotten;
• naambordjes;
• een stift;
• een mes;
• een snoeischaar;
• een gieter;
• een borstel en een droogdoek;
• het Opzoekboek groen of een kamerplantenboekje.
Oriëntatie
Als de planten binnenkomen, moet er nog veel gebeuren voordat ze winkelklaar zijn.
Figuur 2-1: Goed verpakt en op karren komen de planten naar de winkel.
a
b
Vorm een groepje van twee personen.
Lees de opdracht door en overleg met elkaar hoe jullie de opdracht gaan doen.
Uitvoering
Jullie gaan planten uitpakken en winkelklaar maken. Van de docent de planten krijgen jullie een lijst met namen
en prijzen van de kamerplanten.
1
2
3
Verzamel de benodigde materialen en gereedschappen.
Haal de planten uit de tray’s. Verwijder de hoezen en het andere beschermmateriaal.
Maak de planten schoon. Verwijder de gele, gebroken en beschadigde bladeren.
4
5
6
Maak de potten schoon.
Zet een aantal planten in de sierpotten.
Maak bij elke plant een naambordje met de prijs. Gebruik het Opzoekboek groen om de namen op te zoeken.
Figuur 2-2: Prijskaartjes kunnen er heel verschillend uitzien.
7
8
Maak van de planten een gezellige plantenhoek.
Maak de werkplek netjes schoon. Zet gereedschappen en nog bruikbare materialen netjes terug op hun
plaats.
Figuur 2-3: Een presentatie van kamerplanten
Afsluiting
Samen hebben jullie een presentatie gemaakt.
• a
Waar hebben jullie op gelet bij het neerzetten van de planten?
• b
Jullie hebben samengewerkt. Noem één ding dat goed ging in de samenwerking.
• c
Noem ook één ding dat minder goed ging in de samenwerking.
Bloeiende planten en bladplanten
Kamerplanten verdeel je in groepen. Je kijkt daarbij naar de sierwaarde van de plant. Zo onderscheid je bloeiende
planten, bladplanten en succulenten. Ook als je verzorgingstips over de plant geeft, kijk je naar het uiterlijk van
de plant.
Figuur 2-4: Bloeiende planten hebben bloemen.
Figuur 2-5: Bladplanten hebben mooie bladeren of stengels.
Figuur 2-6: Succulenten hebben dikke en vlezige bladeren.
• d
Bekijk de planten die jullie gebruikt hebben. Zet de namen op de juiste plaats in de tabel.
Bloeiende plant
Bladplant
Succulent
Kamerplanten verpotten
Doel
Na deze opdracht kun je een kamerplant verpotten. Je kunt ook kamerplanten benoemen en in groepen indelen.
Benodigheden
Bij deze opdracht heb je nodig:
• twee verschillende kamerplanten;
• twee (sier)potten;
• potgrond;
• grint of hydrokorrels;
• eventueel kunstmestpillen of osmocote;
• het Opzoekboek groen of een kamerplantenboekje;
• een mes;
• een snoeischaar;
• een gieter;
• een emmer;
• een borstel en droogdoek.
Oriëntatie
Planten verpotten
Planten die in potten staan, hebben weinig ruimte voor hun wortels. Ze groeien soms letterlijk uit hun pot. Als
dat gebeurt, moet je ze verpotten.
Kwekers kweken de planten in de meeste gevallen in plastic potten. Omdat die pot niet zo mooi is, pot de
bloemist de plant vaak over in een sierpot.
Figuur 2-7: Deze plant moet verpot worden.
a
b
Vorm een tweetal.
Jullie krijgen twee planten van de docent. Zoek de naam, de geslachtsnaam en de plantgroep van deze
planten op. Gebruik het Opzoekboek groen of een ander kamerplantenboek.
c Zet de namen en de plantgroepen in de tabellen.
Plant 1
Nederlandse naam
Geslachtsnaam
Plantgroep
Plant 1
Verzorging:
Plant 2
Nederlandse naam
Geslachtsnaam
Plantgroep
Verzorging:
d
e
Zet onder het kopje ‘Verzorging’ hoe je de plant moet verzorgen.
Jullie gaan de planten verpotten. Spreek met elkaar af hoe jullie dat gaan aanpakken.
Uitvoering
Jullie gaan samen de twee planten verpotten.
1
2
Verzamel de materialen en gereedschappen die jullie nodig hebben.
Zoek een passende sierpot bij elke plant.
Figuur 2-8: De pot moet bij de plant passen.
3
4
5
Leg 1 tot 2 cm grint of hydrokorrels onder in de nieuwe pot.
Doe zo veel grond in de sierpot, dat de bovenkant van de kluit straks gelijk met de rand van de pot komt.
Verwijder de pot van de plant. Leg je linkerhand met gespreide vingers op de pot. Knijp met je rechterhand
zachtjes in de pot. Draai en wiebel de pot van de kluit.
Figuur 2-9: Zo verwijder je de oude pot.
6
7
Klop in een emmer de oude grond voorzichtig uit de kluit.
Is de wortelkluit erg vast en zit hij vol wortels? Verwijder dan de rondgedraaide wortels aan de onderkant
van de kluit.
Figuur 2-10: In elkaar gedraaide wortels moet je uit elkaar halen.
8
9
10
11
12
13
Zet de plant netjes in het midden van de pot.
Vul de randen bij met potgrond tot de gietrand. Zorg ervoor dat je de plant water kunt geven zonder dat het
over de pot loopt. Druk de grond stevig aan. Vul eventueel nog wat grond bij.
Je kunt een kunstmestpil of osmocote toevoegen. Stop de pil 5 cm diep in de pot.
Geef de plant water.
Maak de pot schoon en verwijder beschadigde bladeren met een mes of een snoeischaar.
Maak de werkplek schoon en zet gereedschappen en overgebleven, bruikbare materialen terug op hun
plaats.
Afsluiting
Hebben jullie het goed gedaan?
• a
Controleer met behulp van het kruisjesschema of jullie de planten goed hebben verpot.
Plant 1:
Eisen
Goed
Matig
Slecht
Goed
Matig
Slecht
Past de pot bij de plant?
Is de bovenkant van de oude kluit gelijk met de potrand?
Staat de plant recht en in het midden van de pot?
Heeft de plant een gietrand?
Is de pot schoon en zijn beschadigde bladeren verwijderd?
Plant 2:
Eisen
Past de pot bij de plant?
Is de bovenkant van de oude kluit gelijk met de potrand?
Staat de plant recht en in het midden van de pot?
Heeft de plant een gietrand?
Is de pot schoon en zijn beschadigde bladeren verwijderd?
• b
Waarom is een gietrandje bij een kamerplant belangrijk?
• c
Wat hebben jullie gedaan met de oude, gebruikte potten?
• d
Waarom mag je de oude potten niet opnieuw gebruiken?
• e
Als je de volgende keer weer samen moet werken, wat zou je dan anders doen?
Potgrond
Er zijn verschillende typen potgrond. Elke plantensoort groeit het beste in een grond die bij de plant past. Een
cactus vraagt een zanderige grond. Een varen wil een luchtige en vochtige grond.
Een potgrond moet minimaal aan de volgende eisen voldoen.
• De grond moet ziektevrij zijn.
• Er mag geen onkruid in zitten.
• De zuurgraad moet goed zijn.
• Er moet de juiste voeding in zitten.
• De hoeveelheid vocht en lucht moet goed zijn.
R.H.P.
Op veel zakken potgrond staat het R.H.P.- logo. De letters R.H.P. betekenen ‘Regeling HandelsPotgronden’.
Deze grond voldoet aan de minimumeisen voor potgrond. De fabriek waar de grond wordt gemaakt en verpakt,
wordt gecontroleerd door het Proefstation voor de sierteelt.
Figuur 2-11: Een cactus komt uit de woestijn. Hij groeit dan ook goed in een mengsel met zand.
• f
Bekijk de grond die jullie gebruikt hebben. Waarom is deze grond geschikt voor jullie planten?
• g
Is het R.H.P.-grond?
Kamerplanten verzorgen
Doel
Na deze opdracht kun je kamerplanten verzorgen.
Benodigheden
Bij deze opdracht heb je nodig:
• verschillende kamerplanten;
• een mes;
• een snoeischaar;
• een knipschaar;
• een gieter;
• een plantenspuit;
• een emmer;
• kamerplantenvoedsel;
• een borstel en droogdoek;
• het Opzoekboek groen of een potplantenboekje.
Oriëntatie
Kamerplanten moet je regelmatig schoonmaken en verzorgen.