Bowen en Astma - Praktijk ISA

Astma
Scriptie Astma, december 2010 geschreven voor de studieopdracht Bowen Techniek
Auteur:Nicolette Bosveld
Prins Clausstraat 3
7204 AV ZUTPHEN
Inhoudsopgave
Pagina
Voorwoord
1.0
Inleiding
2.0
Wat is astma?
2.1
Verschil Astma en COPD
3.0
Demografische gegevens
4.0
De werking van de longen
4.1
Longvolume
5.0
Ziektebeeld
5.1
Oorzaken
5.2
Ziekteverloop
5.3
Relaties met andere aandoeningen
6.0 Diagnose stelling
7.0 Reguliere behandelen
7.1 Behandeling met medicijnen
8.0
Preventie en sterilisatie
9.0
Behandeling volgens de natuurgeneeskunde
10.0 Eigen visie op de manier van behandelen
11.0 Voeding
11.1 E nummers
11.2 Uitleg over vrije radicalen en antioxidanten
11.3 Wat zijn antioxidanten
12.0 De Bowen Techniek
12.1 De Bowen behandeling in mijn praktijk
13.0 Ademhalings oefeningen gebaseerd op Buteyko
14.0 Airnergy
15.0 Aanvullende therapie
15.1 RP Vitamino/Skb test
15.2 Feces onderzoek
15.3 Antioxidanten
15.4 Complex antioxidanten
15.5 Vitamines
15.6 Spoorelementen
15.7 Bacterie culturen
15.8 Meervoudige onverzadigde vetten
15.9 Mineralen
15.10 Energetische middelen
16.0 Bioresonantie
17.0 Conclusie
literatuurlijst
Bijlagen
Casestudies
2
3
3
4
4
5
6
7
7
8
8
9
10
10
11
12
12
13
14
14
15
16
16
17
17
18
18
19
19
19
20
20
20
21
21
21
22
23
25
26-33
34-72
1
Voorwoord
Deze scriptie is geschreven door Nicolette Bosveld als afronding van de opleiding Bowen
therapeut waarvoor een werkstuk moest worden gemaakt. Deze opdracht neemt een
belangrijke plaats in de studie in.
Het doel van de scriptie is om zelfstandig het onderwerp te onderzoeken en kennis
hierover te vergaren en dit te koppelen en integreren in de praktijk en het vormen van
een eigen visie en conclusie.
Ik heb gekozen voor het onderwerp ‘Astma’ voor het schrijven van deze scriptie omdat ik
in mijn leven ook regelmatig last heb gehad van astmatische verschijnselen/klachten.
Als kind kreeg ik pseudokroep nu weet ik dat dit vaak een “trigger” of voorloper is op het
verkrijgen van astmatische klachten op latere leeftijd. Pseudo-kroep is een virusinfectie
van het slijmvlies van de keel en luchtpijp, waarbij aanvallen kunnen optreden van een
heftige blafhoest met piepende inademing, benauwdheid en heesheid.
Mijn hele leven heb ik last gehad van ernstige verkoudheden en dit medio 2005 zich
plotseling ontpopte tot astmatische klachten en longklachten als pneumonie. Na 2005
zijn deze klachten zeer ernstig toegenomen. Dit kwam doordat ik een pneumothorax
(klaplong) kreeg in 2005. Dit was een medische complicaties in het ziekenhuis van een
Porthocat operatie voor de ziekte van lyme. Ik heb daarna veel meer en veel ernstigere
klachten gekregen van mijn longen. Ik zie zelf een verband hier met de pneumothorax en
het ontstaan van de klachten. Dit omdat de klaplong die ik kreeg niet goed is geopereerd
in het ziekenhuis en het een week geduurd heeft dat de long pas weer in de goede
ontvouwde positie bevond. Hierdoor is er bindweefselvorming op mijn pleura ontstaan
waar zich ziekte kiemen en bacteriën kunnen nestelen en dit sneller kan gaan ontsteken
hierdoor. De ernstige verkoudheid die ik hierna kreeg ontpopte zich vaak tot
longklachten en longontstekingen waardoor ik benauwd werd en slechter ging ademen.
Ik kwam vaak in een vicieuze cirkel terecht. Ik heb in 2006 medicatie voorgeschreven
gekregen maar daar voelde ik mij niet goed bij. Doordat ik in contact kwam met de
Bowen techniek en de natuurgeneeskunde heb ik mijn eigen weg hierin gezocht. Op dit
moment ondervind ik nog steeds belemmerende klachten van de ernstige verkoudheid.
Ik word kortademigheid en krijg veel taaislijmvorming in mijn bronchiën en heb zware
hoestbuien. Er is nu eenmaal iets kapot geweest wat nooit meer ‘nieuw’ kan worden
maar door de vele natuurgeneeskundige methoden denk ik dat ik dit zelf vrij goed onder
controle kan houden zonder medicatie. Ik kan voor mijzelf goed begrijpen en helder
krijgen wat de oorzaak van het ontwikkelen van deze klacht is. Ik zie hier een genetisch
component en exogene factoren die hierop invloed hebben gehad.
In deze scriptie zal ik eerst uitvoering ingaan over de werking en oorzaken van astma en
de reguliere behandelingen hierin. Ook wil ik in deze scriptie een visie geven over de
huidige situatie wereldwijd en nationaal met betrekking op het aantal astma patiënten.
Tevens wil ik dieper ingaan op de oorzaken en het ontstaan van astma en zal ik een
uitleg geven over de complementaire behandelingen en therapieën die er met astma
kunnen worden ingezet. Ook wil ik stilstaan bij voeding en allergieën en natuurlijk niet te
vergeten de Bowen Techniek. Aan het einde van deze scriptie zal ik een conclusie geven
en een relatie leggen over de klacht en eventuele verbanden.
Nicolette Bosveld
2
1.0 Inleiding
In Nederland is astma één van de meest voorkomende chronische ziekten. Wie aan
astma denkt, ziet hoestende mensen met een piepende ademhaling voor zich. Het is niet
prettig om iemand (soms een kind) benauwd te zien en niets te kunnen doen om te
helpen. Astma is echter meer dan alleen aanvallen van benauwdheid. Het aantal gevallen
van astma is de laatste decennia dramatisch gestegen, en sinds de jaren tachtig zelfs
verdubbeld. Miljoenen mensen happen letterlijk naar lucht. De kans om astma te
ontwikkelen is gedeeltelijk genetisch bepaald. Maar de toename van het aantal gevallen
moet voornamelijk gezocht worden in de omgevingsfactoren en voedingsgewoonten. Het
aantal gevallen van astma is in de stad, waar de lucht veel meer vervuild is, veel hoger
dan op het platteland. En wat nog opvallender is, is dat astma een nieuwe ziekte is. Zo’n
honderd jaar geleden was astma een zeldzame aandoening. In veel ontwikkelingslanden
komt astma ook nog niet of nauwelijks voor. Het is net als hart-en vaatziekten een
aandoening die veel voorkomt in geïndustrialiseerde landen.
2.0 Wat is Astma?
Astma is een ontsteking van de luchtwegen. Daardoor zijn ze gevoeliger dan normaal en
vertonen ze steeds weer opnieuw de neiging om zich te vernauwen. Deze
luchtwegvernauwing kan het gevolg zijn van:
•
•
•
het samentrekken van de luchtwegspiertjes;
het opzwellen van de wand van de luchtweg;
de overmatige vorming van slijm.
Tevens is ook luchtweg gevoeligheid en de daarmee samenhangende wisselende
optredende luchtwegvernauwing veroorzaken de astmatische klachten: steeds weer
terugkerende last van benauwdheid, hoesten, piepen en slijm opgeven. De eigenschap
van de luchtwegen om overgevoelig te reageren is vaak aangeboren. In veel gevallen
gaat dit gepaard met een aanleg voor allergie.
Een aanval van astma kan met ernstige klachten samengaan daarom zijn astmapatiënten
dan ook vaker ziek dan anderen. Zij hebben bijvoorbeeld veel last van allergieën,
kortademigheid, soms raken zij bij de minste inspanning al benauwd. Ademhalen is
sowieso al moeilijk voor een astmapatiënt, het gaat soms gepaard met piepen, brommen
of zagende geluiden. Daarnaast zorgt het slijm voor een voortdurende noodzaak om te
hoesten, om de luchtwegen vrij te houden. De aanvallen komen in periodes voor. Dit
betekent dat dus niet dat de ziekte ‘over’ is. De ontsteking is namelijk variabel en komt
steeds weer terug. Astma wordt meestal omschreven als een ademhalingsaandoening.
Maar eigenlijk kan het beter benoemd worden als een chronische ontsteking. Astma heeft
feitelijk meer gemeen met artritis, dan met emfyseem of tuberculose.
Mensen met astma hebben hyperactieve luchtwegen, die excessieve hoeveelheden
bronchiaal slijm produceren. Na herhaalde astma-aanvallen raakt de binnenbekleding van
de luchtwegen beschadigd. In de littekens kunnen cellen, die ontstekingen veroorzaken
of stimuleren, zich vermenigvuldigen. Chronische ontstekingen kenmerken zich door een
overschot aan vrije radicalen, die weefsels irriteren en doen ontsteken, en sterke
immuunreacties te zien geven. Immuunreacties veroorzaken onvermijdelijk vrije
radicalen, omdat die in de beperkte hoeveelheden deel uitmaken van het
verdedigingsmechanisme. Antioxidanten helpen deze ontstekingsreacties te verminderen.
Ook omgevingsfactoren, zoals rook, stof en allergenen, kunnen het ontstekingsproces in
beweging zetten. Het is belangrijk om te achterhalen welke “triggers” de ontstekingen
veroorzaken. Hierdoor kan de hevigheid van astma-aanvallen verminderd worden. Astma
moet niet verward worden met COPD.
3
2.1 Verschil Astma- COPD
COPDis de verzamelnaam voor longemfyseem en chronische bronchitis en moet niet
verward worden met elkaar (zie bijlage 1). Vrij vertaald betekent het 'chronische,
belemmerende longziektes'. Bij COPD is roken de belangrijkste oorzaak. Chronische
bronchitis komt bij kinderen niet voor. Wanneer kinderen bronchitis hebben, komt dat
meestal door een virusinfectie. Chronische bronchitis komt in principe alleen voor bij
volwassenen.
Roken is de belangrijkste oorzaak van COPD en bij de behandeling van de klachten door
COPD is eigenlijk de belangrijkste behandeling: stoppen met roken!
COPD is een chronische ziekte. De beschadiging van de luchtwegen en eventueel ook
longen is niet te genezen. Behandeling is gericht op klachtenvermindering en voorkomen
van ergere schade. Zoals gezegd is het stoppen met roken het allerbelangrijkste.
3.0 Demografische gegevens
Wereldwijd lijden 300 miljoen mensen aan astma en dit aantal neemt nog toe, vooral bij
kinderen. Het is daarmee één van de meest voorkomende chronische aandoeningen. Het
percentage van de bevolking met astma wisselt per land. Schattingen in West-Europa
variëren tussen de 2 en 12%.
Ondanks dat de stijging van het aantal astmapatiënten in de jaren negentig wereldwijd
plaats vond, verschillen de cijfers over astma per land. Dit blijkt uit bijlage 2. Het aantal
mensen met astma in Nederland is vergelijkbaar met de aantallen in België en Duitsland.
In het Verenigd Koninkrijk valt dit aantal, net als in andere Engelstalige gebieden (Nieuw
Zeeland, Australië, de VS en Canada) om nog onverklaarde redenen beduidend hoger
uit.De sterfte aan astma in Nederland ligt ver onder het gemiddelde van de landen in de
EU. Samen met Griekenland behoort Nederland tot de landen met de laagste sterfte aan
astma. Ongeveer 3% van alle mannen en 3,5% van alle vrouwen in Nederland heeft
astma. Uit het Nationaal Kompas Volksgezondheid blijkt dat in Nederland ongeveer
519.800 mensen astma hebben. Deze groep bestaat uit 236.800 mannen en 283.000
vrouwen. Veel kinderen hebben last van kortademigheid (4-12%) en maken een piepend
geluid bij het ademhalen (5-20%). In totaal heeft ongeveer 4 tot 7% van alle kinderen in
Nederland astma. Kinderen kunnen over hun astma heen groeien. Dat wil zeggen dat de
symptomen van astma verminderen of verdwijnen wanneer de kinderen ouder worden.
In de leeftijdscategorie 40 tot 49 jaar neemt het aantal astmapatiënten weer toe. (Zie de
bijlage 3 & 4)
De afgelopen dertig jaar is het aantal astmapatiënten hard gestegen. (Zie bijlage 5)
De oorzaak van de wereldwijde stijging van het aantal astmapatiënten in de jaren
negentig is nog steeds onderwerp van discussie. De stijging kan waarschijnlijk deels
worden verklaard door een toegenomen bewustzijn van astma bij artsen en patiënten.
Een ander deel van de stijging wordt toegeschreven aan veranderingen in leefstijl die
gepaard gaan met een toenemende welvaart. Hierbij doelen we op veranderingen in de
blootstelling aan voeding, leefomgeving en het doormaken van minder infecties.
Het kan zijn dat deze welvaartsfactoren vooral een rol spelen rond de geboorte. Dit zou
verklaren waarom de stijging van het aantal mensen met astma vooral bij kinderen
optrad.
In de periode van 1991 tot 2004 bleef het aantal ziekenhuisopnamen voor astma vrijwel
constant. In de periode daarvoor daalde voor zowel mannen als vrouwen het aantal met
bijna 40%. Waarschijnlijk komt dit door een toename in het voorschrijven van
inhalatiecorticosteroïden (wat destijds als behandeling in de richtlijnen van huisartsen en
4
specialisten terecht kwam). Ook het aantal sterfgevallen met astma als doodsoorzaak
bleef in de periode 1997-2004 constant, na een daling in de jaren ervoor.
Kinderen in de drie grote steden hebben meer luchtwegklachten (afgezien van piepen op
de borst) dan kinderen op het platteland. Naast ongunstigere woningkarakteristieken,
meer luchtverontreiniging, een verhoogde kans op allergisch worden en een andere
bevolkingsopbouw en -samenstelling in de stad, heeft het verschil mogelijk ook te maken
met een verschil in respons tussen de grote steden (met een lage respons) en de rest
van Nederland (met een hogere respons).
4.0 De werking van de longen
Om beter te kunnen begrijpen wat er gebeurt bij astma is een uitleg van de longen van
belang.
De menselijke longen zien eruit als een sponzige op zijn kop hangende boom. De stam is
de luchtpijp; een holle buis van ongeveer 12 centimeter lengte en 2,5 centimeter
doorsnede. De luchtpijp splitst in twee kleine takken die we de bronchiën noemen. De
bronchiën splitsen zich weer in kleinere takjes (zie afbeelding 1 & 2)
Afbeelding 1: bronchiën en longen
Afbeelding 2. Alveoli
uitvergroot met o.a. bronchiën, arteriën, venen en capillaire en alveolair
De kleinste takken noemen we de longblaasjes of alveoli. De uiteinden van deze
longblaasjes bestaan uit een aantal kleine 'zakjes' met cellen.
De longblaasjes zijn de bladeren van de longen. Het zijn uiterst kleine en tere
membraampjes waar de gasuitwisseling met het bloed plaatsvindt. De longen bevatten
ongeveer 3 miljoen van deze longblaasjes. Deze blaasjes zorgen voor een oppervlakte
van ongeveer 235m2. Elk longblaasje is omgeven door kleine adertjes, capillairen
genaamd.
De longen worden aan alle kanten beschermd door de ribben. Aan de onderkant van onze
longen bevindt zich het middenrif. Het middenrif is een platte, uiterst krachtige spier.
wanneer je inademt gaat het middenrif (diafragma) naar beneden waardoor de druk in
de longen (borstholte) afneemt en het volume toe neemt, hierdoor stroomt de lucht de
longen in. Bij het uitademen gaat het middenrif omhoog waardoor het volume van de
longen afneemt en de druk in de longen toeneemt, hierdoor stroomt de lucht de longen
weer uit.
5
De longblaasjes zijn erg elastisch waardoor zij kunnen uitzetten en samentrekken bij
respectievelijk uitademen of inademen. Dit samenspel van middenrif, borstkas en
longblaasjes is een menselijke reflex waardoor het ademhalen een automatisme is
geworden. Een volwassene ademt ongeveer 12 tot 20 keer per minuut.
4.1 Longvolume
Onze longen hebben een inhoud van 5 tot 7 liter. Als we in rust zijn ademen we slechts
een klein gedeelte van de totale inhoud in en uit. We noemen dit het ademvolume. Deze
hoeveelheid lucht is voldoende als we bijvoorbeeld rustig in een stoel een boek aan het
lezen zijn. Iemand die aan het hardlopen is, zal niet voldoende aan deze hoeveelheid
lucht hebben.
De lucht die we maximaal kunnen opnemen bij een diepe inademing noemen we de vitale
capaciteit. De hoeveelheid van deze vitale capaciteit is van persoon tot persoon
verschillend. Zaken als gewicht, conditie en roken zijn van invloed op de hoeveelheid
lucht die we bij een diepe inademing kunnen opnemen.
Iemand die rookt en een slechte lichamelijke conditie heeft kan bij een diepe inademing
bijvoorbeeld slechts 2,5 liter lucht ademen, terwijl een goed getrainde atleet 6 liter kan
inademen.
Hoe sterk je ook uitademt, je kunt nooit de hele longinhoud uitademen. Er blijft altijd nog
ongeveer 1,2 liter lucht in de longen achter. Dit noemen we het luchtresidu.
Niet alle lucht die we tijdens een diepe ademhaling inademen komt in de longen terecht.
Een gedeelte blijft achter in de luchtpijp, keel en neus en wordt weer uitgeademd zonder
ooit in de longen te zijn geweest. De genoemde gebieden waar de lucht achterblijft
noemen we 'dode ruimten'. De lucht die we inademen bestaat uit een mengsel van
ongeveer 78% stikstof (N2), 21% zuurstof (O2), 0,03% kooldioxide (CO2) en een kleine
hoeveelheid restgassen. Stikstof is een inactief gas (inert gas) en heeft nagenoeg geen
invloed op de ademhaling. Het heeft wel als nadeel dat het vergiftigend kan werken.
Zuurstof en kooldioxide worden bij de ademhaling daadwerkelijk gebruikt. De lucht die
we inademen bevat 21% zuurstof en 0,03% kooldioxide, maar de lucht die we uitademen
bevat 16% zuurstof en 5,6% kooldioxide. Ons lichaam verbruikt dus ongeveer 5%
zuurstof van de lucht die we inademen en scheidt 5,5% kooldioxide af. Bij het verbruiken
van de zuurstof wordt dus kooldioxide aangemaakt. Zodra het gehalte kooldioxide in de
longblaasjes een bepaalde grens bereikt, wordt er een zenuwprikkel aan het
ademhalingscentrum in de hersenen gegeven. Hierop krijgen middenrif en spieren in de
borstkas het sein om samen te trekken en ademen we in. Door het inademen neemt de
hoeveelheid kooldioxide in de longblaasjes weer af. De ademhalingsprikkel verdwijnt en
we ademen weer uit. Zodra het koolstofgehalte weer toeneemt, krijgen we weer een
inademprikkel.
6
5.0 Ziektebeeld
De huidige definities van astma geven aan dat het gekenmerkt is door een chronische
ontsteking van de luchtwegen, waarbij tal van cellen een rol spelen, vooral mastocyten,
eosinofielen en T-lymfocyten (helpercellen). De internationale standaard Global Strategy
for Asthma Management en Prevention (GINA) geeft aan dat de belangrijkste kenmerken
zijn:
ƒ Piepende ademhaling, kortademigheid, drukkend gevoel op de borst, hoesten
ƒ De klachten doen zich vooral voor ’s nachts en in de vroege ochtend
ƒ Klachten kunnen sterk wisselen in ernst, waarbij er ook periodes kunnen zijn met
nauwelijks of geen klachten
ƒ De luchtwegen zijn hierbij ook in wisselende mate vernauwd
ƒ De luchtwegvernauwing kan vaak verminderen, spontaan of na therapie;
ƒ Het onderliggend lijden is een chronische ontstekingsziekte van de luchtwegen,
waarbij veel typen cellen en ontstekingsfactoren een rol spelen;
ƒ De chronische ontsteking veroorzaakt overgevoeligheid van de luchtwegen.
Bij astma wordt een onderscheid gemaakt tussen allergische astma en niet-allergische
(intrinsieke) astma. In tegenstelling tot bij Chronic Obstructive Pulmonary Disease
(COPD) zoals longemfyseem is de bronchiale obstructie van astma omkeerbaar.
5.1 Oorzaken
De risicofactoren voor astma worden opgedeeld in gastheerfactoren (zoals genetische
bepaling, erfelijke aanleg en bronchiale hyperreactiviteit) en omgevingsfactoren. Het
staat vast dat de aanleg voor prikkelbare luchtwegen erfelijk is. Onderzoek van het
Astmafonds geeft aan dat een kind van ouders zonder astma of allergie een kans loopt
van 5 à 10 procent om hier last van te krijgen. Wanneer een van beide ouders
astmatisch of allergisch is, is de kans circa 50 procent dat hun kind ook aanleg hiervoor
heeft. Wanneer beide ouders astma of allergieën hebben, is die kans ongeveer 70
procent. Als een kind met die aanleg regelmatig in contact komt met allergische prikkels
(allergenen), dan kan hij of zij (langzaam) een allergie ontwikkelen. Een kind zal dus pas
na een aantal jaren allergisch gaan reageren op bijvoorbeeld huisdieren. Kinderen die
geen allergische aanleg hebben, kunnen geen allergie ontwikkelen.
Omgevingsfactoren lokken de ontwikkeling van astma uit, wat kan leiden tot de typische
astma-aanvallen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in allergische en nietallergische (intrinsiek) astma. Bij allergische astma reageert het lichaam op de
blootstelling aan allergenen als pollen, huismijt, huisdieren. Bij niet-allergische astma
reageert het lichaam op aspecifieke prikkels, zoals koude lucht, tabaksrook,
luchtvervuiling en respiratoire infecties. Actief roken is een belangrijke risicofactor voor
het ontwikkelen van astma bij adolescenten en volwassenen, zoals blijkt uit een
onderzoek van de universiteit in Gent (bijlage 6).
Zowel astma als allergische reacties kunnen veroorzaakt worden door histamine.
Histamine wordt geproduceerd op het moment dat speciale bindweefselcellen, de
zogenaamde mestcellen, worden geactiveerd door circulerende cellen van het
immuunsysteem, die zich mobiliseren door de aanwezigheid van infecties, toxinen en
andere prikkelende stoffen, zoals tabaksrook, huisdieren, pollen, parfums,
schoonmaakmiddelen, schimmels etc. Veel mensen die beroepsmatig in contact komen
met prikkelende stoffen kunnen astma ontwikkelen. Maar astma kan ook worden
ontwikkeld door voeding.
Vaak heeft ruim 70% van de astmapatiënten heeft extra last van de klachten na
intensieve lichamelijke inspanning (inspanningsastma). Door intensiever en dieper
ademhalen neemt het contact met de prikkels toe, waardoor de symptomen heviger
optreden.
7
Infecties aan de luchtwegen, zoals verkoudheid, zorgen voor een toename van de
klachten. Waarschijnlijk zorgt de allergische ontsteking voor onvoldoende afweer tegen
het virus, waardoor de ontsteking in de luchtwegen toe neemt.
5.2 Ziekteverloop
Astma kan zich op elke leeftijd voordoen maar het begint meestal in de jeugd. De
klachten veranderen in de loop van de tijd. Iedereen met astma kent goede en slechte
periodes. Astma die niet goed onder controle komt, kan op den duur leiden tot
'persisterende' chronische vernauwing van de luchtwegen. We spreken dan van 'astma
met persisterende luchtwegobstructie'. Dit is een aandoening die lijkt op COPD. De
luchtwegen van patiënten met astma vertonen een chronische ontsteking met een aantal
karakteristieke kenmerken. Het slijmvlies is verdikt, er is meer slijmproductie en in het
slijmvlies zijn meer witte bloedcellen aanwezig
dan normaal.
Afbeelding allergenen
Mensen met allergisch astma produceren antistoffen (IgE) tegen het allergeen (Zie
afbeelding allergenen). Wanneer de patiënt het allergeen inademt, bindt dat aan het
allergeenspecifieke IgE op de mestcel in het slijmvlies van de luchtwegen. Deze scheidt
hierdoor een aantal stoffen uit die een ontstekingsreactie veroorzaken. Sommige van die
stoffen (zoals histamine) zullen onmiddellijk leiden tot vernauwing van de luchtwegen
door zwelling van het slijmvlies en spasme van de spiercellen om de luchtwegen. Andere
ontstekingsfactoren kunnen aan de chronische ontsteking bijdragen geeft dit proces
optisch weer (zie bijlage 7). De aanwezigheid van eosinofiele granulocyten (eosinofielen)
in de luchtwegen is kenmerkend voor astma. Eosinofielen kunnen een aantal agressieve
stoffen uitscheiden die tot beschadiging van het epitheel en slijmvlieszwelling leiden.
Intrinsiek astma ontstaat vooral op latere leeftijd en gaat vaak gepaard met meer of
ernstigere klachten. In grote lijnen vinden dezelfde ontstekingsprocessen plaats in de
luchtwegen als bij allergisch astma, in het bijzonder de aanwezigheid van T-lymfocyten
en eosinofielen. De uitlokkende factor is hierbij niet duidelijk. Mogelijk spelen lokale
allergische processen mee die niet in het bloed aan te tonen zijn.
5.3
Relaties met andere aandoeningen
Bij allergische astma speelt allergie altijd een rol. Bij veel astmapatiënten is er niet alleen
sprake van astmatische klachten, maar ook neus- en/of huidallergie. Verder versterken
luchtweginfecties de astmatische klachten, daar deze de ontstekingsreactie in de longen
stimuleren. Uit een Amerikaanse studie (Dr. A. R. Folsom van de Universiteit van
Minnesota) is gebleken dat iemand met astma een hoger risico van 93% heeft op het
krijgen van een beroerte. Ook het ooit hebben gehad van astma vergrootte de kans op
een beroerte met 65%. De onderzoekers hebben hiervoor geen verklaring. Eerder
onderzoek suggereerde een verband tussen astma en cardiovasculaire aandoeningen.
Ook verminderde longfunctie wordt in verband gebracht met toegenomen risico op een
cardiovasculaire aandoening.
8
Hoewel de naam zou doen vermoeden, is er geen verband met astma cardialis. Dit is een
aandoening, waarbij bij inspanning kortademigheid ontstaat door stuwing van bloed in de
kleine bloedsomloop van de longen, veroorzaakt door een verzwakte pompfunctie van de
linker hartkamer.
6.0 Diagnosestelling
De diagnose van astma is gebaseerd op de klachten van de patiënt, de medische
voorgeschiedenis, een lichamelijk onderzoek en onderzoeken die de longfunctie meten.
Bij een Piekstroom meting moet zo hard en snel mogelijk in een piekstroommeter worden
geblazen. Deze meet de maximale snelheid (de piek) van de luchtstroom die wordt
uitgeademd. Bij een FEV1 test (Forced Expiratory Volume in 1 seconde) wordt gebruik
gemaakt van een zogenaamde spirometer die de hoeveelheid lucht meet die de longen in
en uit gaat. Iemand met astmaklachten heeft een lagere piekstroom en FEV1 dan
gewoonlijk. Een Provocatietest bestaat uit het bepalen van de FEV1 vóór en na het
inhaleren van een middel dat het samentrekken van de spieren in de luchtwegen opwekt,
of van koude lucht. Een andere type provocatietest die wordt gebruikt bij mensen met
inspanningsastma is de inspanningstest. Bij deze test wordt de longfunctie gemeten voor
en na inspanning, gewoonlijk op een loopband of een trimfiets. Ook kan een Röntgenfoto
van de borstkas worden gemaakt om andere mogelijke oorzaken van de
ademhalingsproblemen, zoals COPD of een tumor, uit te sluiten. Met een allergietest kan
de gevoeligheid voor een aantal allergenen worden getest door een huid priktest,
waarbij kleine monsters van de verdachte allergenen op de huid worden getest,
gewoonlijk op de onderarm. Vervolgens wordt er gekeken naar de aanwezigheid van een
huidreactie. Bij een histamine- provocatietest wordt tijdens het inademen van histamine
de longfunctie gemeten. Ook bloedonderzoek kan worden gebruikt om te zoeken naar
specifieke allergieën of om vast te stellen in welke mate de longen zuurstof opnemen en
koolzuurgas afgeven.
In 2005 in de universiteitskliniek van Erlangen i.s.m. Siemens een nieuwe methode
ontwikkeld om vroegtijdig vast te kunnen stellen welk deel van de longen is aangetast
door astmatische bronchitis. Hier wordt gebruik gemaakt van magnetische resonantie,
waarmee de longinhoud gedurende enkele ademteugen in beeld gebracht wordt.
Vervolgens wordt de dichtheid van elke cm3 longweefsel geanalyseerd. De longinhoud is
bij zieke en gezonde kinderen vrijwel identiek. Omdat met deze methode gekeken wordt
naar de dichtheid van het longweefsel kan men nu vaststellen of de aandoening zich bij
een kind op latere leeftijd openbaart. (bron: zibb gezondheidszorg)
Momenteel wordt in het AMC Amsterdam, gefinancierd door het astma fonds, onderzoek
gedaan naar toepassing van de Elektronische Neus. Deze neus is een handzaam apparaat
dat geuren kan herkennen. Mensen met astma en copd scheiden andere stoffen uit als
gezonden mensen. Met behulp van deze elektronische neus zou iedere huisarts op
eenvoudige wijze de diagnose astma kunnen stellen. Momenteel is er nog verder
onderzoek door het Astma fond hiernaar nodig (zie afbeelding elektronische neus)
Afbeelding elektronische neus
9
7.0 Reguliere Behandeling
Astma is nog niet te genezen. Wel zijn diverse behandelingen mogelijk, die de
symptomen voorkomen of bestrijden.
Vermijden van prikkels
Een essentieel onderdeel van het onder controle brengen van astma is stappen te nemen
om blootstelling te voorkomen aan die stoffen die een aanval kunnen oproepen,
bijvoorbeeld stoppen met roken, stofmijten vermijden, of huisdieren zoveel mogelijk
buiten de deur houden.
7.1
Behandeling met medicijnen
Astma medicatie wordt gekozen op grond van de ernst en het patroon van de ziekte. Er
zijn twee types astma medicatie: een type zorgt dat de ontsteking onder controle blijft
(ontstekingsremmers) en de andere zorgt voor verlichting van de klachten door de
luchtwegen te openen (luchtwegverwijders).
De behandeling van astma met medicijnen is in drie groepen in te delen:
- luchtwegverwijdende medicijnen
- ontstekingsremmende medicijnen
- overigen (antihistaminica)
Luchtwegverwijders (ß2-mimetica) heffen de ongecontroleerde samentrekking (spasme)
van de spiertjes om de luchtwegen op. Bekende kortwerkende ß2-mimetica zijn
Salbutamol, Ventolin en Terbutaline, die worden geïnhaleerd. Ze werken direct, waardoor
de klachten snel verminderen. Als de klachten vaker optreden kunnen ook lang werkende
ß2-mimetica worden gebruikt, zoals formoterol of salmeterol. Als bijwerkingen kunnen
optreden trillende handen, versnelde hartslag, hartkloppingen, spierkrampen, hoofdpijn
of overgevoeligheidsreacties.
Omdat chronische ontsteking van de luchtwegen als oorzaak van de klachten wordt
gezien, zijn ontstekingsremmers de basis van de behandeling van astma. De
belangrijkste zijn corticosteroïden. Vroeger werd gewerkt met prednis(ol)on, maar dit
heeft vervelende bijwerkingen. Sinds de jaren ’70 wordt veel behandeld met
corticosteroïden die geïnhaleerd kunnen worden, zoals beclomethason, budesonide en
fluticason. Deze blijken zeer effectief in het verminderen van de ontsteking en
bijbehorende klachten. Als bijwerkingen kunnen optreden schimmelinfecties in de keel en
in het strottenhoofd, heesheid, verschrompeling van de slijmvliezen in de keel en
luchtwegen. Langdurig gebruik van corticosteroïden vermindert de functie van het
bijnierschors, doet de spiermassa afnemen, maakt de huid dun en kwetsbaar, kan leiden
tot gewichtstoename (met name buik en gezicht) en kan leiden tot osteoporose.
Verschillende onderzoeken (prof. Dekhuizen et al) hebben aangetoond dat de combinatie
van een lang werkend ß2-mimeticum met inhalatiesteroïden bijzonder goed werken, daar
ze elkaar versterken. Derhalve zijn combinatiepreparaten verkrijgbaar waar beide
middelen in zitten. De laatste jaren zijn er ook ontstekingsremmers verschenen, die een
specifiek deel van de ontsteking aan pakken. Montelukast (tablet) bijvoorbeeld bindt zich
aan de receptor van één van de ontstekingsfactoren.
Antihistaminica blokkeren het effect van histamine, dat vrij komt direct na contact met
het allergeen. Omdat histaminica vooral slijmvlieszwelling (door verwijding van de
bloedvaten) en lekkage van vocht uit de bloedvaten veroorzaakt, hebben antihistaminica
vooral effect bij allergische neusklachten.
Een nieuwe behandeling die momenteel wordt ontwikkeld is de anti lichte ketentherapie,
zoals te lezen is in bijlage 8.
Tot slot is vaccinatie tegen griep aan te bevelen, omdat mensen met astma overgevoelig
zijn voor luchtweginfecties.
10
8.0 Preventie door sterilisatie omgeving
Het vermijden van prikkels door allergenen, waarvan huismijt de meest voorkomende is,
kan astma-aanvallen voorkomen. Binnenshuis kunnen diverse maatregelen worden
genomen, zoals het kiezen van een interieur dat weinig allergenen vast houdt en
makkelijk te reinigen is (harde materialen i.p.v. stoffen gebruiken). Bij reinigen dient
zoveel mogelijk gebruik gemaakt te worden van natte doekjes en een stofzuiger met een
fijne stof (HEPA)-filter. In bed kan contact met huismijt worden verminderd door
gebruikmaking van anti allergene matrashoezen. Ook kan de luchtkwaliteit binnenshuis
(of werkplek) sterk worden verbeterd door een luchtfilter met ionisator te gebruiken.
Ondanks dat de luchtkwaliteit de afgelopen decennia sterk is verbeterd haalt Nederland
de Europese normen voor fijnstof en stikstofdioxiden niet (Zie bijlage 8). De lucht bevat
een teveel aan positieve ionen of gebrek aan negatieve ionen, wat het zogenaamde
serotonine hyperfunctie syndroom of irritatie syndroom kan veroorzaken. Dit behelst
slapeloosheid, irritatie, spanning of stress, migraine, misselijkheid, hartkloppingen,
hitteaanvallen, trillen en duizeligheid. Klinische studies hebben aangetoond dat een
omgeving van positieve ionen een astmatische aanval uitlokt en verergert doordat het de
efficiëntie van de longzuivering vermindert. Een ionisator maakt middels een elektrische
hoogspanning negatief geladen ionen aan. Deze hechten zich vooral aan stofdeeltjes,
pollen, schimmels, ziektekiemen, bacteriën en schadelijke gassen zoals rook,
formaldehyde, zwaveldioxide en koolwaterstofverbindingen. Deze deeltjes slaan
vervolgens neer in het filter, zodat zeer effectief de vervuiling in de lucht wordt
tegengegaan. Verder reduceren de negatieve ionen de niveaus van vrij histamine en
serotonine in het lichaam en stimuleren ze de beweging van trilhaartjes in het lichaam.
Voorts meldde Sulman dat negatieve ionen alfa activiteit in hersenen vergroten en
synchroniseren, en angst en spanning reduceren welke factoren een rol spelen bij o.a.
intrinsieke astma. In bijlage 9 is de concentratie van ionen aangegeven in een aantal
natuurlijke situaties. Bijlage 10 geeft het effect aan dat mensen ervaren hebben bij het
gebruik van een ionisator. In klinische proefnemingen is gebleken dat negatieve iontherapie erg succesvol is bij de symptomatische behandeling van astma, hooikoorts en
bronchitis, zonder ongewenste bijwerkingen.
Doordat boven de 1500 meter geen huisstofmijt voorkomt en er nauwelijks pollen in de
lucht zitten, worden de hypergevoelige longen van astmapatiënten minder geprikkeld en
kunnen ze tot rust komen. In de oorspronkelijk voor TBC opgerichte kliniek in Davos
(CH) wordt sinds 1971 ook astma behandeld. De behandeling bestaat uit het afbouwen
van medicijngebruik en het opbouwen van de conditie.
9.0 Behandeling volgens natuurgeneeskunde
Elk organisme heeft een natuurlijke kracht in zich om te herstellen, als er zich
stoornissen voordoen. Dit zelfgenezend vermogen wordt ook wel "physis"genoemd. In de
natuurgeneeskunde werken we met dit zelfgenezend vermogen. We helpen lichaam en
geest door middel van natuurlijke methoden de eigen geneeskracht optimaal te krijgen.
De methode welke we daarvoor gebruiken is bij iedereen verschillend. Door middel van
het bepalen van iemand zijn vitaliteit, zowel in lichamelijk opzicht als geestelijk, zetten
we de therapie in. De vitaliteit is onder andere te bepalen door middel van een
uitgebreide anamnese. In de natuurgeneeskunde gaan we ervan uit dat er nooit sprake is
van een ziek orgaan., maar dat ziekte een stoornis in het gehele lichaam betekent. We
spreken dan over een totale benadering van de patiënt, zowel wat betreft de als in de
therapie. In de natuurgeneeskunde staat de eigen verantwoordelijkheid van de mens ten
aanzien van zijn ziekte en gezondheid centraal. Dit is een belangrijk uitgangspunt binnen
de visie van natuurgeneeskunde. Er zijn veel soorten natuurgeneeswijzen waaronder
massages, voedingstherapieën en behandelingen met kruiden, water, licht en kleuren. In
dit hoofdstuk wordt gefocust op de methoden die ik gebruik voor het behandelen van
astma in mijn praktijk en wil ik een nadere uitleg geven over de; Bowen Techniek,
Airnergy therapie en Bioresonantie en voeding & lifestyle coaching, feces diagnostiek en
supplementen.
11
10 Eigen visie op de manier van behandeling
Astma kan behoorlijke beperkingen opleveren in het functioneren van de mens.
Daarnaast kan astma leiden tot andere ziekten, omdat door de ontstekingsreactie het
immuunsysteem continu belast wordt en hierdoor wordt uitgeput, zodat andere
ziekmakende factoren een kans krijgen. De aanleg voor astma is vaak erfelijk bepaald,
de uitlokking van de klachten wordt vooral door omgevingsfactoren en leefstijl beïnvloed.
Omdat farmaceutische middelen kans op bijwerkingen hebben, zouden in de behandeling
natuurgeneeswijzen geprevaleerd dienen te worden boven behandeling met medicatie.
In mijn visie is de volgende integrale aanpak aan te bevelen:
Iriscopie diagnose met bepaling van constitutie. Om goed te diagnosticeren start ik met
een Irisdiagnose. Iriscopie is een methode om via de ogen informatie te krijgen over de
lichamelijke en geestelijke toestand van de mens. Deze informatie kan gebruikt worden
bij het opstellen van een gezondheidsadvies of behandelplan, met als doel het
behandelen of voorkomen van lichamelijke gezondheidsklachten. Met een irismicroscoop
wordt in beide ogen gekeken en worden bepaalde basiskenmerken van iemands
geestelijke en lichamelijke conditie (de constitutie) vastgesteld. Daarnaast zijn acute en
chronische klachten in de ogen herkenbaar als verkleuringen, lijnen en vlekken. Zelfs
wanneer klachten zich nog niet hebben gemanifesteerd, maar wanneer het lichaam al wel
in onbalans is, kan dit in de ogen zichtbaar zijn. Mensen met een bepaalde constitutie
hebben meer kans op het krijgen van astma dan andere mensen. Tevens kan astma zich
ontwikkelen bij geen genetische aanleg maar is het verworven in het leven door slechte
voeding en leefstijl of door door andere exogene factoren. Ook stress en angst gevoelens
kan astma verergeren als iemand er genetische vaak gevoelig voor is.
Een uitgebreid intake gesprek: In dit gesprek wordt uitgebreid ingegaan op de
ziektegeschiedenis, voeding, levensstijl en woonomgeving. En wordt bij het opstellen
van een behandelplan wordt de klacht integraal aangepakt (Vragenlijst Bowen techniek
zie bijlage 14).
Sterilisatie van de omgeving voor volwassenen en kinderen die reeds astma hebben en
vermijden van te steriele omgeving voor baby’s. Het vermijden van contact met
allergenen door het nemen van maatregelen, zoals omschreven onder 4.1 voorkomt
klachten. Met name het in zetten van een luchtionisator op plaatsen waar men veel
verblijft (huis, werk, auto) kan preventief werken bij astma en bovendien andere
klachten voorkomen of verhelpen. Tevens kan het bed en beddengoed dmv een
mijtenstofzuiger worden gereinigd. Verder is het belangrijk om kinderen en babys niet in
een te schone omgeving te laten opgroeien. Blootstelling aan de bacteriën kan kinderen
juist beschermen tegen allergie en astma. De bacteriën sporen het lichaam aan om
afweerstoffen te ontwikkelen. Dit blijkt nl. uit een onderzoek van het National jewish
Medical and Research Centre in Denver. De onderzoekers stelden vast dat de babys die
leefden in een omgeving met meer huisstof, deze minder allergisch waren. Volgens de
studie zorgt de huisstofbacterie voor de aanwezige gif endotoxine bij baby’s voor de
aanmaak van meer witte bloedlichaampjes, die weer een interferrongamma produceren
wat weer beschermend is voor allergieën en astma.(Overigens kinderen en baby’s die
pseudokroep hebben gehad hebben een verhoogde kans op het krijgen van astma.
Ontgiften van het lichaam. Zodra is vast gesteld welke stoffen het lichaam belasten kan
middels bepaalde kuren het lichaam ontgift worden. Een belangrijke belastende factor is
amalgaam, dat veel lood en kwik bevat. Chlorofyl bindt zich aan zware metalen en helpt
zo het lichaam deze stoffen af te voeren. Het verwijderen van amalgaanvullingen (mits
dit goed gebeurt) kan astmatische klachten verminderen. Verder zullen er antioxidanten
worden ingezet om vrije radicalen te neutraliseren. Vrije radicalen en oxiderende
stoffen zitten ook in de lucht die je inademt, het voedsel dat je eet en het water dat
je drinkt en in sigarettenrook. Antioxidanten zijn in staat om vrije radicalen te
neutraliseren. Tegenwoordig wordt de term anti-oxidant meestal gebruikt voor
12
Vitamine C, Vitamine E, Bètacaroteen en andere Carotenoïden, evenals Selenium en
Mangaan. In werkelijkheid zitten er waarschijnlijk honderden antioxidanten in ons
eten.
Inzicht krijgen van de cliënt op eigen aandeel van herstel: Voeding met voldoende
vitaminen en mineralen is van groot belang om de homeostase en een goed
immuunsysteem te bewaren. Weinig gebruik van melk, daar dit de slijmvliezen
stimuleert. Ondergewicht voorkomen, want dan zijn er onvoldoende reserves, is er
verhoogde vatbaarheid voor infecties (o.a. luchtwegen) en vermoeidheidsklachten.
Extreem overgewicht voorkomen, want dit hindert de ademhaling, met name tijdens
fysieke inspanning. Niet roken, CO hecht zich aan hemoglobine, waardoor minder
zuurstof en CO2 transport kan plaats vinden. Teer verontreinigt en irriteert het slijmvlies,
dat daardoor slechter in staat is verontreiniging uit de lucht te filteren. Dit geeft weer
extra slijmvorming. De trilhaartjes in de luchtwegen gaan na jaren roken kapot,
waardoor het afvoermechanisme niet meer werkt. Tevens is roken de belangrijkste
veroorzaker van COPD. Over gezonde levensstijl wordt elders in deze scripte meer uitleg
gegeven.
Stoppen met roken. Rokers hebben vaak last van astma en is het raadzaam om direct te
stoppen met roken als men astma heeft. Tabaksrook bestaat namelijk uit een aantal
gassen en een zeer fijn verdeeld mengsel van teer, zowel in vaste als in vloeibare vorm.
Sommige gassen in tabaksrook beschadigen de luchtwegen, zoals formaldehyde,
blauwzuur, ammoniak en zwaveldioxide. Het koolmonoxide in de rook verdringt de
zuurstof uit het bloed. In de teer zijn vele honderden stoffen aangetoond, waaronder
dioxine, arsenicum, cadmium, nikkel, benzeen en soms ook DDT. Minstens veertig van
deze stoffen zijn kankerverwekkend. Bij het roken slaan ze neer in de luchtwegen en
kunnen daar longklachten en zelfs kanker veroorzaken.
Voldoende beweging. Beweging verbetert de conditie, met name duursport. Mensen met
astma hebben eerder last als hun conditie vermindert. Liever geen kortdurende
intensieve inspanningen, omdat dan melkzuur wordt gevormd, dat kan leiden tot
vernauwing van de kleinste luchtwegen (inspanningsastma). Daarnaast is beweging de
beste manier om sputum uit de luchtwegen te verwijderen. Verder is het van belang
buik- en rugspieren te trainen. Deze ondersteunen de ademhaling en verzwakte
buikspieren bieden onvoldoende steun aan het middenrif, waardoor het teugvolume van
de ademhaling kan afnemen.
11 Voeding
Tijdens de voeding en lifestyle coaching wordt bijzonder aandacht geschonken aan
volwaardige voeding en voeding die niet belastend is voor astma patiënten. Van belang is
dat een aantal voedingsstoffen dienen worden te vermeden als; suiker, tarwe,
melkproducten en E nummers. Daarnaast wordt zuurvormende voeding als varkensvlees,
gebakken en gefrituurde producten, eieren, honing afgeraden. Melk en melkverwanten
producten zijn slijmbevorderend wat bij astma patiënten dus averechts werkt. Het is
belangrijk om zo zuiver mogelijk te eten.
Veel mensen weten vaak niet meer, door alle reclame en berichten in de pers, wat men
moet eten. Daar komt bij, dat wat goed is voor de één, niet altijd goed is voor de ander,
dat is individueel of constitutioneel bepaald. Enerzijds gaat het bij gezond eten natuurlijk
om de voedingsstoffen, zoals koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen en vitamines.
Ook eetgewoontes spelen een rol bij het veranderen van voedingstyle.
Maar ook de manier van telen, verbouwen en bewerken van de voeding is belangrijk!
Ik probeer mensen met astmatische klachten zo veel mogelijk biologische of biologischedynamische voeding te laten eten. Deze voeding is met zorg en respect voor natuur en
dier tot stand gekomen. Dat heeft gevolgen voor de kwaliteit van het voedsel en
uiteindelijk voor de kwaliteit van het opmaken van iedere cel in je lichaam. Want
Biologische voeding bevat geen schadelijke stoffen, en is zonder kunstmest of genetische
13
manipulatie tot stand gekomen. Planten en dieren rijpen naar hun eigen aard, in hun
eigen tempo. De gewassen groeien in een gezonde bodem, waar meer soorten mineralen
in voorkomen dan in de bodem die langdurig door kunstmest is bemest. Natuurvoeding
wordt ook vaak minder bewerkt. En er worden geen of minder hulpstofen, zoals geur-,
kleur- en smaakstoffen en conserveringsmiddelen toegevoegd. Natuurvoeding is
volwaardige voeding, voeding vol noodzakelijke vitaminen en mineralen, in zijn pure,
natuurlijke vorm en vol levenskracht.
In mijn adviezen in mijn praktijk zal ik vaak uitgaan van deze volwaardige voeding deze
bevatten veel meer antioxidanten en kan de vorming van vrije radicalen tegengaan.
Hoe minder bewerkt, hoe minder belastend en hoe meer voedend voor het lichaam en
natuurlijk voor het behandelen van Astmatische klachten.
11.1 E-nummers
Wat veel mensen niet weten is dat voeding en volwaardige voeding een grote invloed
heeft op het herstel van astmatische klachten.
Want MSG veroorzaakt bij een zeer gering aantal mensen astma of verergert de klachten
in sterke maten. E nummers zijn vaak chemische middelen die van oorsprong niet in ons
voedsel thuishoren. Het zijn vaak de gifstoffen. Het piepen of fluiten van astmapatiënten
na het gebruik van MSG is in proeven aangetoond. De klachten treden na 10 uur op en
kunnen gepaard gaan met een verlaging van de hartslag (bradycardie). De MSG
tolerantie fo – allergie symptomen kunnen aan de aanval voorafgaan. De hoeveeldheid
die de astma-aanval veroorzaakt liggen tussen de 0,5 en 2,5 gramg MSG.
Een deel van de verschijnselen wordt toegeschreven aan het “Chinees restaurant
syndroom”. Het syndroom werd oorspronkelijk beschreven door Dr. Ho. Man Kwok in
1968 toen hij zelf na het nuttigen van chinees voedsel in restaurants dat hij klachten
direct ondervond. 1 van de oorzaken is een allergie voor ingrediënten. Een ervan is
koriander of ketoembar dat in vele producten voorkomt als; saté, soep, maaltijden,
kruidenmixen, vlees en braadkruiden en soepkruiden, bami en nasi groenten en kruiden
en drinkbouillon. Maar niet te vergeten ook de E951 en aspartaan. Dit is een zoetstof die
in vele lightdranken voorkomt en snoep en zoetigheid.
Een zeer gering aantal mensen vertoont ook een zeer heftige reactie bij deze toxische
stoffen. Er kunnen diverse symptomen voorkomen als versnelde hartslag (tachycardie),
paresthesie. De klachten als hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid en astmatische
klachten. De symptomen komen bij vrouwen meer voor dan bij mannen. Er worden zelfs
kinderen geboren met reeds de sporen van deze chemische middelen in hun bloed! E
951, aspartaam, wordt zelfs door de FDA (de amerikaanse voedingswaren autoriteit)
gezien als een middel dat maar liefst 92 bijwerkingen kan veroorzaken! Sommige e
nummers tasten uw immuunsysteem aan of zelfs uw zenuwstelsel!
Verder worden E nummers in verband gebracht met gewichtstoename, buikpijn,
slapeloosheid tot hersentumoren, de ziekte van Parkinson, Alzheimer, Multiple sclerose.
11.2 Uitleg over vrije radicalen en antioxidanten
Onze lichaamscellen hebben zuurstof nodig om energie te kunnen produceren. Als
bijproducten van de verbrandingsprocessen ontstaan daarbij allerlei
zuurstofverbindingen, waarvan sommige zogenaamde vrije radicalen zijn. De vorming
van vrije radicalen in het lichaam is een normaal biologisch proces dat het lichaam onder
meer gebruikt bij het onschadelijk maken van ongewenste indringers (zoals bacteriën)
door het afweersysteem. Maar ook door blootstelling aan schadelijke stoffen waaronder
rook, pesticiden, lood, cadmium, E-nummers, UV-licht, sigarettenrook, luchtvervuiling en
14
uitlaatgassen, geneesmiddelen, alcohol, smog, oplosmiddelen worden met het ontstaan
van vrije radicalen in verband gebracht. Ook bij bepaalde ziektes, zoals diabetes en met
name (chronische) ontstekingsreacties kunnen veel meer vrije radicalen gevormd
worden.Naarmate het lichaam meer energie produceert – bijvoorbeeld bij sporten of in
geval van stress - neemt ook het aantal vrije radicalen toe. Bij ontstekingen als gevolg
van ziekte of astma ontstaan meer vrije radicalen. Vrije radicalen zijn hoogreactieve
deeltjes. Zij dringen andere lichaamseigen verbindingen, zoals eiwitten, vetten en het
erfelijk materiaal, binnen en nemen van deze intacte moleculen afzonderlijke elektronen
af. Deze aangetaste moleculen worden zelf vrije radicalen die weer met andere
moleculen reageren. Zo ontstaat als het ware een echte kettingreactie, met cumulatief
negatieve invloeden.
Sommige cellen in ons immuunsysteem gebruiken deze agressieve vrije radicalen als
wapen tegen bacteriën en virussen. Bij ontstekingen en allergieën produceert het
immuunsysteem een grotere hoeveelheid vrije radicalen. De werking van vrije radicalen
is echter nogal ongericht en ze kunnen dan ook lichaamseigen weefsels beschadigen.Een
overdaad aan vrije radicalen betekent een concreet gevaar voor het lichaam. In dat geval
spreekt men van oxidatieve stress.
Vrije radicalen worden medeverantwoordelijk gehouden voor vele – vooral chronische –
ziektebeelden waaronder astma, kanker, storingen aan het immuunsysteen, reumatische
aandoeningen. Om vrije radicalen te neutraliseren heeft het lichaam de zogenaamde
antioxydanten nodig. (Zie bijlage16 antioxidanten en vrije radicalen)
11.3 Wat zijn antioxidanten?
Antioxidanten beschermen het lichaam tegen zogenaamde 'vrije radicalen' en andere
schadelijke stoffen die in het lichaam vrijkomen als gevolg van allerlei oxidatiereacties.
Zogenaamde oxidatieve deeltjes komen vrij bij het vrijmaken van energie uit
voedingsstoffen, maar zijn ook aanwezig in sigarettenrook en vervuilde lucht. Ook bij
bepaalde ziekteprocessen, zoals ontstekingsreacties, kunnen veel vrije radicalen worden
gevormd. Als ze niet tijdig worden uitgeschakeld, kunnen vrije radicalen schade
aanbrengen aan lichaamscellen. Op die manier spelen ze mogelijk een belangrijke rol in
het verouderingsproces en bij het ontstaan van diverse welvaarts ziekten. Belangrijke
antioxidanten in onze voeding zijn vitamine C en E en zink maar ook een groot aantal
anderen vitaminen hebben een antioxidant werking.
Onder normale omstandigheden worden lichaamscellen beschermd tegen vrije radicalen
door een aantal antioxidant enzymen en door voedingsstoffen met een antioxidante
werking ( zie hoofdstuk 15.3) Als de balans tussen de vorming van vrije radicalen en de
antioxidant verdediging verstoord is, kunnen vrije radicalen schadelijk worden voor het
lichaam. Er is dan sprake van zogenaamde oxidatieve stress. Dit kan leiden tot
celbeschadiging en functieverlies en speelt waarschijnlijk een rol bij het ontstaan van
verschillende ziekten, zoals kanker en hart- en vaatziekten.
Ook aandoeningen van het centrale zenuwstelsel en verouderingsverschijnselen worden
wel in verband gebracht met een overmatige aanmaak of onvoldoende afbraak van vrije
radicalen. Het feit dat een bepaalde stof een antioxidant werking heeft, zegt echter niet
zoveel. Of de stof het schadelijke effect van vrije radicalen teniet kan doen is afhankelijk
van het vermogen van de stof om in voldoende mate te worden opgenomen door het
lichaam en het op de juiste plaats in het lichaam (de cel) aanwezig zijn.
Tijdens de consulten in mijn praktijk is voeding dus een wezenlijk onderdeel van de
behandeling en zal hieraan ook de nodige aandacht aan worden besteed.
15
12 De Bowen Techniek®
De Bowen Techniek® is een behandelmethode die al vele jaren met succes in Engeland
en Australië wordt toegepast en enkele jaren geleden in Nederland is geïntroduceerd.
Tom Bowen heeft de techniek opgezet in Australie. De vrouw van Tom Bowen leed zelf
ook aan Astma. Tom Bowen ontwikkelde voor haar speciale moves. Zij had hiervan zo
veel baat bij dat zij voor astma nooit meer naar het ziekhuis hoefde te gaan.
De Bowen Techniek® is een een zachte en doeltreffende manuele behandelmethoden die
het zelfgenezend vermogen van ons lichaam stimuleert. Een Bowen behandeling
bevordert de genezing van het lichaam, vermindert pijn en zorgt ervoor dat geblokkeerde
energie weer gaat stromen.
Tijdens de behandeling worden er met de vingers zachte rol- en drukbewegingen
gemaakt over spier- en bindweefsel op specifieke plekken op het lichaam.
Door deze bewegingen wordt de fascie, een type bindweefsel dat ligt rond spieren, botten
en gewrichten, kort in beweging gebracht waardoor de ontstane prikkel door de hersenen
wordt geregistreerd. Vervolgens reageren de hersenen met een prikkel die het contact
tussen hersenen en dit fascie herstelt. Door deze behandeling wordt de blokkade op deze
plek opgeheven en komt het zelfgenezend vermogen van het lichaam weer op gang. Met
de Bowen Techniek® zijn met goede resultaten uiteenlopende indicaties behandeld, zoals
astma en hooikoorts. Voor het behandelen van astma (vaak speelt hierbij de intrinsieke
factoor een grote rol in) gebruik ik een aantal technieken om de Nervus Vagus tot rust te
brengen. De Nervus Vagus; is de tiende hersenzenuw, motorisch, sensibel en
secretorisch, de zenuw heeft zijn oorsprong in het ganglion jugulare en vermoedelijk ook
het ganglion nodosum, en heeft verbinding naar bijna alle organen in de thorax en het
abdomen. Deze zenuw is de grootse zenuw van het parasympatisch zenuwstelsel (zie
bijlage 12).
Bij Bowen wordt er voornamelijk gewerkt voor het in homeostase brengen van het
sympatisch en parasympatisch zenuwstelsel. Daarom is de Nervus Vagus een belangrijke
zenuw omdat deze zenuw zoveel processen aanstuurt in het lichaam en werkt op het
para sympatisch systeem. Door het parasympatisch systeem te activeren kunnen de
aanvallen van astma verminderen.
12.1 De Bowen behandeling in mijn praktijk
De behandeling wordt gestart met een uitgebreide iriscopiediagnose aangevuld met een
uitgebreide anamnese en een specifieke astma vragenlijst die wordt doorgenomen ( zie
bijlage 14). Tijdens de consulten wordt met de cliënt de voeding en lifestyle bekeken en
doorgenomen. Daarnaast wordt de bloeddruk gemeten en wordt d.m.v. een peekstroom
meter het longvolume gemeten. De piekstroom is het hoogste debiet dat men kan
uitblazen en wordt gemeten ter hoogte van de mond. Een debiet is de hoeveelheid
vloeistof of gas die per tijdseenheid ergens door stroomt. Peak wordt uitgedrukt in
aantal liter per seconde of per minuut. Men stelt vast met een piekstoormmeter dat bij
mensen met een longprobleem, zoals astma of COPD, de piekstroom gedaald is. Vooral
bij astma patiënten is het het middel bij uitstek om de ziekte op te volgen. Astma
patiënten hebben immers een sterk gedaalde piekstroom tijdens een astma aanval. Men
is zich hier niet altijd van bewust en de peakflowmeter is dan aangewezen om een
objectieve vaststelling van de piekstroom toe te laten.
Het begin van de Bowen behandeling krijgt mijn cliënt de adembril van de Airnergy
therapie op zijn neus en kan hij gedurende de behandeling met deze verrijkte zuurstof
gewoon doorademen. De behandeling wordt gestart op de dorsale zijde (of rug). Op de
rug worden speciale moves gezet. Deze moves worden volgens een vast protocol
uitgevoerd. Dit basisprotocol start bij de “moves” bladzijde 1,2,3. De laatste moves,
16
bladzijde 3 worden uitgevoerd op de frontale zijde van de cliënt. Bij de eerste
behandeling wordt vaak niet meer gedaan dan het basisprotocol. De volgende
behandelingen wordt er dieper gewerkt en worden de specifieke Astma moves
procedures toegepast.
De spieren die worden ‘gemanipuleerd’ door de Bowen Astma moves zijn de lattissimus
dorsi, erector spinae, rectus abdominis. Daarnaast wordt de Nier procedure en de Coccyx
procedure vaak ingezet als ondersteuning van de therapie.
Naast de Bowen therapie wordt aanbevolen rekening te houden met de voeding en
leefstyle en allergenen moeten worden vermeden. Alle factoren die van invloed kunnen
hebben moeten worden vermeden. Deze factoren worden vermeld in hoofdstuk 6. Door
een integrale aanpak van de Bowen techniek, voeding en leefstyle coaching verminderen
de klachten en hebben mensen vaak geen medicatie meer nodig.
Mensen kunnen zich zelf ook behandelen met een korte en snelle ingreep. Dit is de
Rescue ingreept. Of iemand nu hyperventilatie heeft of een astma aanval is deze rescue
move zeer doeltreffend. Door deze rescue move wordt het middenrif vrijgegeven en
wordt er meer ruimte gebracht tussen de te strakken ribspieren. In bijlage 13 staat een
beschrijving hoe deze kan worden toegepast en wordt de 10e hersenzenuw afgebeeld.
13 Ademhalingsoefeningen gebasseerd op de Buteyko methode
Er is in het reguliere medische wereld verbazingwekkend weinig aandacht voor de
ademhaling. Veel klachten die hieruit voorkomen worden over het hoofd gezien, zoals
chronische neusverkoudheid, slijm, piepende adem, veel hoesten, benauwd, door de
mond ademen,veel verkouden, spierpijn, hartkloppingen, vermoeidheid, spierpijn,
concentratie problemen, duizelig, hyperventilatie. De basis van de Buteyko Methode is
gelegd door een arts uit de Oekraïne, Dr. Konstantin Buteyko. De therapie wordt steeds
verder ontwikkeld en verfijnd. Recent medisch onderzoek laat zien dat de methode echt
werkt en een stevige wetenschappelijke basis heeft. Artsen in Australië, Canada en
Nieuw Zeeland hebben vele astmapatiënten die de Buteyko Methode leerden langere tijd
gevolgd. Ze constateerden dat astmasymptomen drastisch afnamen, net zoals het
gebruik van astmamedicijnen. Buteyko kwam tot de conclussie dat koolzuurgas een
belangrijke rol speelt bij astma. De manier van ademen is dus erg belangrijk voor goed
te kunnen ademen. Als iemand verkeerd ademt kan dit hyperventilatie en astma
veroorzaken. Een verkeerde ademhaling betekent dat iemand voortdurend te veel ademt.
Dit wordt ook wel chronische hyperventilatie genoemd. Wanneer we inademen brengen
we lucht die rijk is aan zuurstof (O2) het lichaam in. Wanneer we uitademen laten we
lucht die rijk is aan koolzuurgas (CO2) ontsnappen. Iemand die te veel ademt, verliest te
veel koolzuurgas. Dit leidt tot een tekort aan koolzuurgas in de longen en het bloed.
Koolzuurgas speelt een belangrijke rol bij vele processen in ons lichaam.
De Buteyko Methode verbetert de ademhaling waardoor andere klachten als astma en
ook helemaal verdwijnen. Mensen met astma hebben met de methode geen medicijnen
meer nodig. Hoge bloeddruk verdwijnt. Allergieën nemen af. Men krijgt meer energie.
Etc, etc..
14 Airnergy
De geactiveerde zuurstoftherapie van Active Air en Airnergy - tegenwoordig ook wel
aangeduid als spirovitalisering - zorgt ervoor dat de ingeademde zuurstof beter door het
lichaam kan worden benut. Het toepassen van deze therapie beïnvloedt de gezondheid
en de vitaliteit en lijkt ook een positieve invloed op de levensverwachting te hebben.
Geactiveerde zuurstoftherapie is een volstrekt natuurlijke therapie. De belangrijkste
effecten van geactiveerde zuurstoftherapie zijn:
17
•
•
•
Het verbrandingsproces in de cellen werkt beter, met als gevolg een hogere
energieproductie. Hierdoor zal de vitaliteit toenemen.
Het immuunsysteem wordt versterkt, waardoor in de cel meer beschermende
antioxydanten worden geproduceerd. Deze antioxydanten neutraliseren de
agressieve vrije radicalen. Dit heeft vooral een positief effect bij ziekten en
aandoeningen, op de huid, de ogen en het verouderingsproces.
Het autonome zenuwstelsel - de belangrijkste regelcentrale van alle processen
in het lichaam - werkt aantoonbaar beter. Ook wordt er door deze therapie
gewerkt op verbetering van het autonome zenuwstelsel w.o. het
parasympatisch systeem. Dat betekent dat de stofwisseling wordt
geoptimaliseerd, een randvoorwaarde voor een goede gezondheid.
De therapie is gebaseerd op het principe van singlet oxygen energy, waarbij de
zuurstofmoleculen in het therapietoestel op een natuurlijke wijze worden geactiveerd. De
geactiveerde zuurstof wordt via een lichte neusadembril aan de therapiegebruiker
toegediend. De resultaten van de therapie zijn aangetoond in vele klinische studies en
onderzoeken. In Duitsland wordt het toestel zelfs erkend als medisch product.
Geactiveerde zuurstoftherapie kan een positieve invloed hebben bij chronische ziekten en
aandoeningen zoals: Astma en copd, allergie en hooikoorts. Antioxidanten zijn erg
belangrijk voor het behandelen van astma.
Tijdens de behandeling wordt er tevens met kleuren en aroma therapie gewerkt om de
therapie te ondersteunen. Met het toestel kan de juiste kleur worden toegevoegd en in
een bijgevoegde kolf kan de aroma worden ingezet zodat de lucht wordt voorzien van
aroma therapie. De kleur die bij astma wordt ingezet is geel en ik zet vaak de aroma van
de firma Chi in de vorm van de etherische olie ‘Davos’. In de bijlage 15 staat een artikel
over een Airnergy gebruiker en COPD.
15 Aanvullende therapie
Vanuit de darmen is het belangrijk om het immuunsysteem goed te laten functioneren.
Als het blijkt dat klachten vanuit de darmen komen en dus het immuunsysteem dat
ondermijnd is, is het noodzakelijk te diagnosticeren wat er precies uit balans is. Dit kan
worden gedaan door een tweetal onderzoeken. Als er verdenking is op een dysbiose dan
kan een basis test, de SKB test worden uitgevoerd of een uitgebreid onderzoek d.m.v.
een Fecesonderzoek van RP Vitamino. Hier wordt het bloed of de ontlasting onderzocht
in een laboratorium. De onderzoeken die gedaan worden zijn voornamelijk gericht op de
darmen. Omdat de darm een belangrijke factor van het immuunsysteem is het belangrijk
om duidelijk in beeld te krijgen wat en hoe er precies te werk moet worden gegaan. Want
omdat iedereen uniek is wordt hierdoor de klacht van de cliënt en het behandelplan
geheel afgestemd op de persoon.
15.1 RP Vitamino - SKB test:
De SKB Test van RP vitamino is een diagnostisch middel om verstoringen in de
lichaamsfuncties in een vroeg stadium op te sporen. De SKB Test bestaat uit twee
verschillende onderzoeken, namelijk de ROTS test en de SKL test. Een combinatie van
deze twee onderzoeken geeft een diagnostisch middel, waarmee de oorzaak van uw
klachten zichtbaar wordt. Het uitgangspunt is een beoordeling van twee verschillende
testen die elkaar aanvullen. De koppeling van deze testen zorgt voor een grotere
objectiviteit en inzicht in het verloop van gezondheid en ziekte.
18
15.2 Feces onderzoek:
Bacteriën zijn in grote hoeveelheden aanwezig op onze huid en in de slijmvliezen, maar
de hoeveelheid bacteriën in onze darmen overtreft alles. Alleen al in de dunne en dikke
darm leven naar schatting 100 biljoen bacteriën. Dit is meer dan het totale aantal
lichaamscellen van het menselijk lichaam. Samen met microben vormen deze bacteriën
de zogenoemde microflora van de darmen of kortweg: de darmflora.De darmflora bevat
voornamelijk nuttige bacteriën die het lichaam op vele manieren ondersteunen.
15.3 Antioxidanten supplementen inzetten in de therapie:
In hoofdstuk 11.3 heb ik beschreven wat de functie van antioxidanten. Hieronder noem
ik de meeste gebruikte antioxidanten en die ik zou adviseren in mijn praktijk.
Co-enzym Q10 (ubiquinon) is een vetoplosbare verbinding die de energiestofwisseling
(ATP-synthese) in de celmitochondriën stimuleert. Co-enzym Q10 is in hogere
concentraties aanwezig in weefsels en organen die veel energie verbruiken zoals hart,
hersenen, spieren en lever. Daarnaast is co-enzym Q10 een krachtige vetoplosbare
antioxidant die zich gemakkelijk in membranen beweegt en daar de vetachtige subanties
beschermt tegen vrije radicalen.
Vitamine E is de antioxidant in de vette delen, en zo dus de belangrijkste beschermer in
de hersenen, zenuwstelsel, celwanden en huid. De celwand behoort een grote
hoeveelheid vitamine E te bevatten om te voorkomen, dat vrije radicalen door de
celmembramen naar binnen dringen. Natuurlijke vitamine E helpt deze belangrijke
barrière tegen oxydatie in stand te houden. De vetten in de celmembranen zijn juist heel
gevoelig voor oxydatie. Als vrije radicalen de cel wel binnendringen, beschadigen ze
celstructuren die van vitaal belang zijn. De functie van de cel verzwakt of valt weg.
Aantasting van het DNA (het erfelijk materiaal, dat in elke cel opgeslagen zit) heeft
verminking van de erfelijke codes tot gevolg. Bij kankercellen is het DNA meestal
onherstelbaar vernield door vrije radicalen.
Esther C is eigenlijk de derde generatie vitamine C. Vitamine C in de vorm van
ascorbinezuur wordt door veel mensen in grotere doses niet goed verdragen. Ongeveer
10 jaar geleden werd calciumascorbaat geïntroduceerd, waarbij het ascorbinezuur is
gebonden aan calcium. Deze vorm van vitamine C is pH-neutraal. Ester-C is een unieke
gepatenteerde formule die een aantal voordelen van ascorbinezuur en calciumascorbaat
combineert
Curcuma heeft antioxidatieve en ontstekingsremmende eigenschappen van Curcuma
hebben geleid tot onderzoek naar de mogelijkheden die het kan bieden bij de bestrijding
van de ziekte van Alzheimer (een aandoening waarbij oxidatieve en inflammatoire
processen bij betrokken zijn). Ook zijn er inmiddels verschillende studies gedaan naar
het effect van Curcuma en de bescherming tegen kanker. Gebleken is dat Curcuma in elk
van de drie stadia, initiatie, promotie, progressie van de carcinogenese
(tumorontwikkeling) een beschermende en remmende werking kunnen hebben is een
krachtige antioxidant, ondersteunt het immuunsysteem, goed voor hart en bloedvaten.
15.4 Complex antioxidanten:
Immuno-Norm versterkt en balanceert het immuunsysteem.
Multi-vitamine, Het is belangrijk om een goede weerstand te hebben en het
immuunsysteem gezond te houden om aanvallen van astma te voorkomen. Veel
groenten en fruit is hierbij belangrijk. Om het aan te vullen is een goede Multi vitaminen
aan te bevelen.
19
15.5 Vitamines
Vitamine D is een afwijkend vitamine in de zin dat het lichaam het zelf kan aanmaken.
Sterker nog, bij voldoende blootstelling aan ultraviolette straling uit zonlicht of andere
bronnen is de eigen aanmaak vele malen groter dan wat via de voeding kan worden
opgenomen. Pas bij onvoldoende zonblootstelling wordt vitamine D een essentieel
nutriënt en wordt belangrijk hoeveel we ervan via de voeding innemen. Vitamine D en
haar metabolieten zijn structureel verwant aan de steroïdhormonen. Met name in het
laatste decennium stapelen de wetenschappelijke publicaties over dit nutriënt zich op en
wordt duidelijk dat vitamine D in veel meer lichaamsprocessen een rol speelt dan alleen
de calciumstofwisseling.
Voedingsbronnen van Vitamine D
Slechts zeer weinig voedingsmiddelen zijn een goede bron van vitamine D. Eigenlijk
alleen vette vissoorten en de olie daaruit (met name de visleverolie in de vorm van
levertraan) bevatten in vergelijking met ander voedsel relatief veel van het vitamine. De
laatste jaren komen ook andere belangrijke functies van vitamine D aan het licht en
speelt Vitamine D een rol in het immuunsysteem.
15.6 Spoorelementen
Zink is één van de belangrijkste spoorelementen is. Zink komt in iedere lichaamscel voor
en maakt waarschijnlijk deel uit van meer enzymsystemen dan welk ander mineraal ook.
Verder speelt zink een belangrijke rol bij de regulatie van neuro- en immunotransmitters
waardoor zink zowel immunologische als gedragsparameters kan beïnvloeden. zink is
noodzakelijk voor alle celgroei- en differentiatieprocessen. Het is echter moeilijk om zelfs
uit een gezonde voeding voldoende zink te halen, tenzij heel specifiek gelet wordt op
zinkrijke producten.
Rokers zijn goede kandidaten voor chronische zinkdeficiëntie, omdat cadmium uit
sigarettenrook een antagonist is van zink. Ook bij alcoholisten wordt vaak zinkdeficiëntie
geconstateerd. Een relatief kleine hoeveelheid alcohol bevordert reeds de
zinkuitscheiding en remt de inbouw van zink in de lichaamsenzymen. Alcoholisten hebben
vaak een verminderde voedselinname die tevens bijdraagt aan de zinkdeficiëntie. Onder
ouderen komt eveneens veel zinkdeficiëntie voor. Bij hen is vaak zowel de zinkinname als
de zinkabsorptie verminderd.Het westerse voedingspatroon wordt gekenmerkt door veel
geraffineerde granen, suikers, gemaksvoedsel en vet. Dit patroon bevat te weinig zink en
andere waardevolle mineralen.
Eiwitrijk voedsel is in het algemeen een rijke natuurlijke bron van zink. Vooral oesters
bevatten zeer veel zink, maar kunnen ook hoge gehalten aan zware metalen bevatten.
Rood vlees en krab en in iets mindere mate gevogelte en vis zijn eveneens goede
bronnen. Yoghurt draagt ook iets bij. Bij plantaardig voedsel gaat het met name om hele
granen, peulvruchten, noten (m.n. pecannoten) en zaden (m.n. pompoenpitten). Een
strikt vegetarische voeding levert in het algemeen te weinig zink.
15.7 Bacterie culturen
Probiotica en immuniteit zijn belangrijke voedingssupplementen. Probiotische organismen
worden vooral teruggevonden in gefermenteerd voedsel en in het bijzonder in
gefermenteerde melkproducten. De belangrijkste bacteriesoorten met probiotische
eigenschappen zijn melkzuurbacteriën (Lactobacillus) en bifidobacteriën
(Bifidobacterium). Om effectief te zijn, moeten probiotica regelmatig worden toegediend.
Eén van de gunstige gezondheidseffecten van probiotica is toe te schrijven aan het feit
dat ze in de darm een barrière vormen tegen pathogene kiemen door onder meer de
productie van melkzuur. Sommige probiotica adhereren aan de epitheliale cellen van de
darm waardoor ze de binding van pathogenen verhinderen of ze concurreren met
pathogenen voor de beschikbare nutriënten. Aan sommige probiotica wordt een
immuunstimulerend effect toegeschreven.
20
Het is belangrijk om de juiste bacteriestammen te geven. Dit kan worden verklaard door
het feces onderzoek van RP vitamino. Als de verkeerde bacteriestam wordt toegediend
kan een negatief effect worden bereikt. In mijn praktijk zet ik vaak ProSybioflor en
Sybioflor 1 & 2 in. Deze probiotica wordt in fases toegediend volgens een tijdschema.
15.8 Meervoudig onverzadigde vetten
Lyprinol is een natuurlijk gestabiliseerd lipidenextract dat bestaat uit een zeldzame
combinatie van lipiden groepen en unieke meervoudig onverzadigde Omega-3-vetzuren.
Lyprinol is vele malen krachtiger dan andere vetzuursupplementen. Onafhankelijk
onderzoek heeft uitgewezen dat Lyprinol 200 tot 350 maal zo krachtig is als andere oliën.
Lyprinol wordt gemaakt van de groenlipmossel (Perna canaliculus) deel uit van het dieet
van de Maori's, de oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Zeeland. De mossel is een rijke
bron van eiwitten, vitamines, mineralen en waardevolle meervoudig onverzadigde
vetzuren w.o. sterolesters, triglyceriden, vrije vetzuren, sterolen en polaire lipiden
(fosfolipiden). Ter vergelijking met andere bronnen van omega-3-vetzuren: lijnzaadolie
en visolie bevatten voornamelijk triglyceriden. Lyprinol bevat veel EPA en DHA, terwijl
lijnzaadolie vooral ALA (alfalinoleenzuur) en visolie vooral EPA bevat. Lyprinol is uniek
door de aanwezigheid van ETA naast EPA en DHA; juist deze vetzuren blijken de
omzetting van arachidonzuur in ontstekingsbevorderende eicosanoïden sterk te remmen.
Lyprinol is aantoonbaar werkzaam bij astma. Lyprinol remt de enzymen 5-LOX en COX-2
die betrokken zijn bij astma. Theoretisch zou Lyprinol daarom moeten helpen om astma
aanvallen te voorkomen. In de paktijk is dit nu ook bewezen met een klinische,
dubbelblinde en placebogecontroleerde studie.Lyprinol is dus een effectief en veilig
middel om astma aanvallen te voorkomen
of te beperken.
15.8 Minarelen Schussler Celzouten hebben als 'gezondheidsproduct ' tot doel: Het
instand houden en/of bevorderen van een goede gezondheid.Dr. W. Schüssler ( 18211898) ontdekte tijdens zijn werk als biochemicus de twaalf celzouten. Als hij het lichaam
van iemand die zojuist was gestorven cremeerde en daarna de as analyseerde, bestond
de as uit nog maar twaalf ingrediënten, de 12 celzouten. Wanneer de ziektegeschiedenis
van de overledene bekend was, onderzocht hij of dit van invloed was op de samenstelling
van de celzouten. Zo ontdekte Schüssler een verband tussen de klachten waaraan
iemand leed en het feit dat een of meerdere celzouten in de as niet of nauwelijks
aanwezig waren. De celzouttherapie van Dr. Schüssler is er op gericht om het door
overbelasting optredend tekort aan celzouten aan te vullen. Anders gezegd: indien de 12
celzouten in de juiste verhouding en op de juiste plaats aanwezig zijn in het organisme,
is dit optimaal voor de gezondheid. De stofwisseling functioneert niet goed als er een
tekort aan celzouten is. En een gebrekkige stofwisseling geeft overbelasting, wat op den
duur aanleiding is voor klachten. Als een ziekmakende prikkel – bijvoorbeeld verstoring
van de moleculaire beweging door verzuring – een cel treft, dan wordt haar functioneren
in eerste instantie versterkt. Zo biedt de cel weerstand aan de prikkel. Maar als zij
hierdoor een deel van haar celzouten verliest, dan is zij ‘ziekelijk veranderd’. De cel is
dan verzuurd door een tekort aan celzouten en vraagt om een aanvulling uit de reserves
van het lichaam. Is dat niet meer mogelijk, dan is aanvulling gewenst. Bij astma kunnen
de volgende celzouten worden ingezet: Calcium Phosphoricum (2), Ferrum
Phosphoricum (3) Kalium Chloratum (4), Natrium Chloratum (8), Natrium Sulfuricum
(10).
15.9 Energetische middelen:
De Essentia Energetica van Vita Producten B.V. zijn zodanig energetisch samengesteld
dat het daadwerkelijk uitsluitend de energie is die werkt, met dezelfde middelen, de
quanten. In de Syntheses is de drager een water alcoholmengsel en in de BRE (Bio
resonante Equivalentie) zijn het een aantal kruiden. De basiswerking hiervan is het
voorspelbaar laten interfereren van twee of meer basisenergieën op een noodzakelijk
21
niveau, zodanig dat dit niveau exact gelijk is aan de blokkade of vervuiling of ruis tussen
processen, of belasting in het bewuste, onderbewuste, DNA enz
-
Allegra (firma DNH), wordt gebruikt bij o.a. astma. Heeft een gunstig effect op
het immuunsyssteem en de histamine-of immunoglobulinerespons te moduleren.
Quintintox (firma DNh), heeft een gunstige werking op de functiie van de lever,
nieren en lymfen om tot uitscheiding van de geneutraliseerde stoffen.
Synthese 71 , (Vita producten) reinigt longblaasjes
Synthese 95, (Vita producten)werkt op het Mesenchym (embryonaal weefsel)
Synthese 49, (Vita producten)werkt op verbeterde functie van de longen
Systeem regulator L (Vita producten) werkt op long, lever en lymfesysteem en
reinigt en regenereert.
16 Bioresonantie
Na het kiezen van een aantal middelen (w.o. de hierboven beschreven middelen) test ik
de middelen uit met bioresonantie. Bij de bioresonantie werk ik met de biotensor. De
biotensor is een fijngevoelig bioenergetisch testinstrument waarmee ik het lichaam kan
“doormeten” en ik blokkades en stoorvelden in het lichaam kan opsporen. Vanuit de
iriscopie kan ik zien dat het lichaam uit balans is, de weerstand slecht is of er een
dysbiose in de darm is waaronder obstipatie vaak een uiting is van dysbiose en dit
zichtbaar is in het oog. De behandeling bestaat uit het innemen van
bioresonantiemiddelen, vitamines en mineralen en kruiden die voor elk individueel
persoon uitgetest worden met de biotensor. Het innemen van deze middelen kan
samengaan met het opvolgen met een (tijdelijk) dieet dat volgt uit een
gezondheidsadvies.
22
17 Conclusie
Ademen is van levensbelang voor het leven en is de energie en stofwisseling van het
biologisch leven en is ademhaling een deel van de stofwisseling. Elk organisme moet
hiermee gevoed worden. Mens en dier zijn aangewezen op de instandhouding van het
leven op deze vorm van energie. In de cellen, die worden gevoed door de ademhaling is
het van levensbelang dat deze stofwisselingsprocessen goed verlopen. Het is van belang
dat er gezonde energie toevoer wordt aangevoerd zodat het lichaam optimaal kan
functioneren. Als er op 1 van de vlakken echter een stagnatie ontstaat wordt het hele
stofwisselingstraject verstoord. Als dit een lange periode aanhoudt ontstaat er een
disbalans in het systeem en kan het lichaam niet meer in homeostase verkeren. Hierdoor
ontstaan er klachten of ook wel astmatische klachten. Het behandelen van astma zie ik
als een integraal behandeltraject waarbij verschillende factoren van invloed kunnen
hebben op het systeem.
In mijn visie zie ik de Bowen techniek aangevuld met de door mij beschreven
natuurgeneeskundige behandelmethoden benoemd in deze scriptie afgestemd op de
individuele persoon. De Bowen techniek heb ik in mijn case studies toegepast bij 6
mensen. Daarbij paste ook aanvullende therapie. De zesde persoon heb ik niet alle
behandelingen gegeven doordat zij haar afspraken annuleerde.
Van de 6 cliënten hebben daadwerkelijk 5 cliënten baat gehad bij de behandelingen.
Echter de cliënt die geen of weinig resultaat boekte zag ik door het niet opvolgen van de
aanvullende adviezen. Het betrof hier een klein meisje van waarbij ouders de adviezen
die gegeven werden niet wilde of konden opvolgen waardoor het resultaat van de
behandeling dan ook moeilijk te meten is.
Bij 2 cliënten is astma geheel genezen en is voeding en leefstijl en stress een grote factor
geweest bij het ontstaan van astmatische klachten. Bij 1 cliënt wordt er nog sporadisch
medicatie gebruikt. En 1 cliënt heeft geen medicatie meer maar heeft af en toe nog lichte
klachten.
Het opmerkelijke bij 5 van de 6 proefpersonen is dat er sprake is van zeer ernstig
overgewicht. Door aanpassing van gezonde leefstijl en voeding en beweging kan er al
veel resultaat worden geboekt. Het voeden met volwaardige gezonde voeding zonder
additieven en met gezonde lucht bewijst hierbij dat voor een optimale celstofwisseling dit
van levensbelang is en dat het veel winst kan hierbij kan worden geboekt. Verder heeft
het vermijden van additieven en suiker (e nummers) een grote invloed op het
verminderen van klachten. Het E nummer kan als allergeen worden gezien en kan een
allergische reactie veroorzaken. Verder zie ik bij de cliënten met ernstig overgewicht een
psychische element als achterliggende oorzaak. Dit was bij 6 cliënten die ik gezien heb
het geval. Hier speelde vaak in het verleden psychische elementen een grote rol. Zo was
er bij 3 mensen sprake van een traumatische ervaring in het verleden in de
gezinssituatie. 5 van de 6 mensen zijn of zijn geweest onder behandeling van een GGZ
psycholoog of traject. 2 clienten zijn onder behandeling voor een eetstoornis. Bij alle
cliënten die ik gezien heb was er sprake van ernstige vermoeidheid die een grote invloed
heeft op het leven van de cliënt.
Verder heb ik bij 1 cliënt pseudokroep geconstateerd op jonge leeftijd wat een grote
trigger kan zijn voor het ontstaan van astmatische klachten op latere leeftijd. Er rookten
2 cliënten ernstig op dit moment en 1 cliënt heeft als kind veel ‘meegerookt’ met de
ouders. Opmerkelijk te noemen is ook dat bij 4 van de 6 cliënten sprake dat ik via de
iriscopie diagnose een aantal opmerkelijke verschijnselen heb gezien. Er was bij 4
cliënten sprake van een lymfatische constitutie met een diathese urinezuur. Hierbij is het
systeem vaak niet makkelijk in staat vanuit het zelfherstellend vermogen te herstellen.
Hulp en veel aanpassing bij voeding is hierbij nodig. Als het lichaam nog geen klachten
ontwikkelt is er vaak sprake van een dispositie. Bij de lymfatische constitutie (1 van de 3
soorten blauwe ogen) zijn longklachten vaak genetisch bepaald. Vaak hebben kinderen
vaak last van KNO klachten en past pseudokroep hier ook bij. Kinderen hebben ook vaak
23
last van eczeem en astmatische klachten en werkt het lymfe systeem minder en het
immuunsysteem is wat verzwakt. Er is vanuit genetisch component een verzwakking op
de longen en dit kan door het leven versterkt worden. Vaak ontstaat er dan een
dispositie en hoeven er nog geen klachten aanwezig te zijn. Maar bij de clienten die ik
zag was er sprake van een ernstige vervuiling en was er een urinezuur diathese.
2 cliënten hadden een hematogene constitutie waarbij ik in het oog ‘spanningsringen’
heb vernomen. De longklachten zijn hierbij niet genetisch aangelegd maar is stress en
spanning verkregen door het leven dit kan spanning en verkramping geven op de spieren
en ademhaling en invloed hebben op het para sympatisch systeem.
Bij 1 cliënt met de hematogene constitutie is de astma geheel verdwenen. Dit wijst op
astma verkregen door spanning. Bij 1 client met de lymfatische constitutie is de astma
verdwenen door voeding en lifestyle coaching.
Bij alle cliënten heb ik via de irisdiagnose een verzwakking gezien op de longen, lever en
nieren.
Bij dit onderzoek is hieruit duidelijk naar voren gekomen dat astma door intrinsieke
factoren of door genetische factoren bepaald is. Volgens cijfers is er bij 20-30% van de
gevallen geen onderliggende allergische reactie en is vaak zwaarlijvigheid een bepalende
factor voor het ontstaan van astma. Dit zie ik bij mijn cliënten dan ook het geval. Astma
kan vele factoren hebben bij het ontstaan ervan. Door het behandelen via holistische
therapie kan je meer inzicht krijgen en methoden inzetten om de klacht te behandelen
met een positief resultaat waardoor men niet meer genoodzaakt is reguliere medicatie te
nemen.
Ik hoop dat deze scriptie u veel inzichten heeft gegeven over het behandelen van deze
complexe klacht.
Nicolette Bosveld
24
Geraadpleegde literatuur
COPD en astma
drs. F.M.J. Toben en Dr. F.H. Krouwels
Wormer, 2004
COPD en astma: van de kliniek tot de spirometrie
Maurits Demedts en Jean-Claude Yernault
Leuven – Apeldoorn 2001
COPD
Marcel Nijland
Utrecht, 2007
Gezond met kruiden ; Astma en bronchitis
Jill Wright
Oosterhout 2004 (vertaling van Asthma and bronchitis - Oxford 2001)
Zorgboek astma
E.H. Coene, S. Kok, S. Kollaard
Stichting September, 2004
Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde
Prof. Dekhuizen en collega’s
2 februari 2006
De Buteyko methoden, D. Kuiper ISBN13 9789076771854
Gezichtsdiagnose - Dr. Schüsslers celzouttherapie, D. van der Snoek & I. van der
Snoek - isbn 90-202-4402-7
Voeding als medicijn, Auteur Rob Oppedijk ISBN13 9789021595184
Allergie, over hooikoorts, astma en eczeem en andere aandoeningen. Dr. Gerth
van Wijk, Dr. H. de Groot.
Eetwaar=eetbaar? Over voedsel en allergie, dr. J. Kamsteeg. ISBN 90230114 7,
herziende druk 2003
Anatomie en Fysiologie van de mens, L. Kirchmann
Coëlho zakwoordenboek der geneeskunde, Auteurs: Coelho, Jochems, A.A.F.,
Joosten F.W.
AOV Vademaecum
25
Bijlage 1 Belangrijkste verschillen tussen astma en COPD
Astma
Belangrijkste
risicofactor
Optreden
symptomen
Voorkomen
Beloop
Levensverwachting
Longfunctie
COPD
Erfelijke aanleg (atopie)
Roken
Periodiek optreden
Chronisch aanwezig
Alle leeftijden
Boven de 40 jaar
Chronisch en
geleidelijk
verergerend
Verminderd
Verminderd, ook bij
optimale behandeling
Overwegend gunstig, al dan niet
met onderhoudsmedicatie
Overwegend normaal
Vrijwel normaal bij optimale
behandeling
Bijlage 2 Trend in de jaarprevalentie van astma naar leeftijd in de periode van
1971 -2004
Bijlage 3 kranten artikel
Eén op vijf kinderen is chronisch ziek
Maar liefst één op de vijf kinderen van 4 tot 12 jaar heeft volgens het Centraal Bureau
voor de Statistiek (CBS) te maken met een langdurige ziekte. Gedragsstoornissen en
moeheid komen ook vaak voor.
Met name astma en chronische bronchitis
komen vaak voor bij kinderen, namelijk bij 1 op 10. Ruim 6 procent heeft last van
eczeem. Omdat astma en eczeem vaak samengaan, heeft een kwart van de kinderen
met eczeem ook te maken met deze luchtwegaandoening. Kanker komt slechts bij 0,1
procent van de kinderen voor.Ook hebben kinderen van 4 tot 12 jaar last van langdurige
gedrags- of leerstoornissen. Hieronder valt dyslexie (4 procent), en hyperactief en
aandachtsgestoord gedrag (5 procent). Vooral jongens hebben vaker een langdurige
gedrags- of leerstoornis.Ruim een kwart van de kinderen was in de afgelopen twee
weken moe. 12 procent was ziek en heeft het rustiger aan moeten doen. 20 procent
heeft last van hoofdpijn. De helft van de kinderen met klachten heeft last van meer
dan één klacht.Door: Redactie
Bron: CBS - 01-12-2008
26
Bijlagen 4 Kranten artikel
Stilzittende kinderen hebben meer kans op astma
LONDEN - Kinderen die meer dan twee uur per dag televisie kijken, lopen twee keer
zoveel risico astma te ontwikkelen als kinderen die minder voor de tv hangen.
Dat blijkt uit onderzoek van Britse wetenschappers, dat dinsdag gepubliceerd werd in het
wetenschappelijke blad Thorax.De onderzoekers wilden zien of een gebrek aan beweging
invloed heeft op het ontwikkelen van astma. Ze volgden daarom ruim drieduizend
kinderen van hun geboorte totdat ze twaalf waren.
Spelcomputers
Aan de ouders werd gevraagd hoelang de kinderen televisie keken, om vast te stellen
hoelang ze niet bewogen. Naar spelen met spelcomputers werd niet gevraagd, omdat
deze nog niet zo wijdverspreid waren als nu. Uit onderzoek blijkt verder dat 6 procent
van de onderzochte kinderen op hun twaalfde geen symptomen hadden van astma.
Bijlage 5 UniversiteitGent-onderzoek leidt naar nieuwe
behandelingsmethoden en betere preventie van astma
Actief roken is een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van astma bij
adolescenten en volwassenen. Roken versterkt ook andere allergische
luchtwegontstekingen. Dat blijkt uit het doctoraatsonderzoek van Katrien
Moerloose van de vakgroep Longziekten van de UGent en het UZ Gent.
Verschillende epidemiologische studies suggereren dat zowel actief als passief
roken bestaand astma kunnen verergeren. Van passief roken wordt daarenboven
aangenomen dat het astma kan veroorzaken bij kinderen en volwassenen.
In haar doctoraatsonderzoek onderzocht dr. Moerloose wat in weinig medische
literatuur beschreven wordt: het verband tussen actief roken en het ontstaan van
astma. Via experimenten met muizen toonde ze aan dat sigarettenrook de
normale tolerantie van de long voor onschuldige allergenen kan verstoren. Dit kan
leiden tot sensibilisatie (het gevoelig worden van de long voor dit -normaal
gesproken- onschuldig allergeen). Actief roken is met andere woorden een
belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van astma.In een andere reeks
experimenten toonde dr. Moerloose aan dat roken een vooraf bestaande
allergische luchtwegontsteking kan verergeren. Het sensibiliseren met allergeen,
gevolgd door een herhaalde blootstelling aan dit allergeen in combinatie met
sigarettenrook, leidde tot een verhoogde gevoeligheid en meer uitgesproken
ontsteking van de luchtwegen, en tot blijvende structurele veranderingen van de
luchtwegen (remodeling). Deze studies maken het mogelijk om de mechanismen
die daarvoor verantwoordelijk zijn, verder te ontrafelen.
(Bron: Universiteit Gent, 21-12-2007)
foto:rokerslong
foto:gezonde long
27
Bijlage 6 De ontstekingsreactie bij astma.
Bijlage 7
NO2 luchtvervuiling boven Nederland hoogste van de wereld
Met de nieuwste satellietinstrumenten is het momenteel mogelijk om naast
grondstations ook met satellieten luchtvervuiling te meten. De SCIAMACHY en
OMI kaarten waarop goed is te zien dat de NO2 luchtvervuiling boven Nederland
en directe omgeving tot de hoogste van de wereld gerekend kan worden hebben
de landelijke pers diverse keren gehaald.
Bron: KNMI, 13 juni 2006
28
Bijlage 8
Natuurlijke invloeden ionenconcentraties per cm3
Heldere berglucht
Gewone lucht
Vlak voor een storm
Na een storm
Typisch kantoorlucht
Een gesloten voertuig
Bron: Clean Air Optima, Oldenzaal
Bijlage 9
Negatieve Ionen
2000
1500
750
2500
150
50
Positieve Ionen
2500
1800
2500
750
200
150
Totaal
4500
3300
3250
3250
350
200
Ervaren effect van ionisatoren
Onderstaande tabel bevat de resultaten die geboekt zijn met gebruik van
ionisatoren in slaapkamers, afgezet tegen de reden van aankoop. Dit onderzoek
werd verricht onder leiding van Dr. Hawkins van de Universiteit van Surrey in
Engeland.
In deze tabel zijn de gegevens samengebracht van een onderzoek naar de
aanschaf redenen van 1000 personen die een ionisator kochten. Bovendien werd
onderzocht hoe succesvol de ionisatoren waren in het verlichten van de klachten
die de reden voor de aanschaf van de ionisator vormden. Terwijl zij die het
apparaat gekocht hadden ter verlichting van reumatische klachten weinig of geen
verandering rapporteerden, is ruim 70% van de gebruikers tevreden over hun
aankoop en de door de ionisator gebrachte verlichting van hun klachten. De
tijdsduur van het onderzoek was 6 maanden.
(Bron: ionisator.nl)
Bijlage 10 Nervus Vagus
of tiende hersenzenuw (n. X) heeft veel vertakkingen, die het gros van de
ingewanden bedienen. Dit 'uitzwermen' ligt aan de basis van de naam, die
afgeleid is van het Latijn 'vagare', wat 'ronddwalen', 'zwerven' betekent. De
nervus vagus is één van de twaalf hersenzenuwen en tevens de grootste
29
parasympatische zenuw van het autonome zenuwstelsel. e vagus regelt o.a. de
hartslagfrequentie, de darmperistaltiek, de transpiratie, de spraak en houdt de
larynx open voor de ademhaling. Verder vangt ze impulsen op van o.m. het
uitwendig oor en een deel van de hersenvliezen. De vagus is dus een gemengde
zenuw; zij bevat zowel sensorische als motorische neuronen. Onderstaande
figuur geeft de voornaamste aftakkingen van de vagus weer:
Afbeelding locatie Nervus vagus en functies.
Bijlage 11 Bouwstenen immuunsysteem oorzaak astma-aanvallen
Een ‘anti-lichte ketentherapie’ zou een nieuwe strategie kunnen zijn in de
behandeling van astma. Vrije lichte ketens blijken namelijk in staat zogenaamde
mestcellen in de longen, die een rol spelen bij de afweer, te activeren. Dit leidt
tot luchtwegvernauwing, zo hebben dr. Aletta Kraneveld en collega-onderzoekers
van de Universiteit Utrecht aangetoond. Zij publiceren hierover in de Proceedings
of the National Academy of Sciences of the United States of America.
Antilichamen zijn opgebouwd uit twee typen moleculen: zware en lichte ketens.
Tijdens het ontstaan van overgevoeligheid worden lichte ketens in een kleine
overmaat aangemaakt. Daardoor komen ze in de bloedbaan en in weefsel
terecht. De onderzoekers hebben aangetoond dat vrije lichte ketens in staat zijn
mestcellen in de longen te activeren en zo luchtwegvernauwing te veroorzaken.
Testen
De onderzoekers hebben deze hypothese getest in een muismodel waarin ze
sensibiliseerden met een specifiek allergeen. Behandeling met een vrije lichte
ketenantagonist zorgde er voor dat er geen astmatische symptomen
ontwikkelden na allergeenblootstelling in de luchtwegen. Studies in menselijke
bloedmonsters laten zien dat de hoeveelheid vrije lichte ketens in astmatische
patiënten hoger is dan in gezonde vrijwilligers.
Overgevoeligheid huid
De Utrechtse onderzoeksgroep van Kraneveld en dr. Frank Redegeld had in 2002
al
aangetoond
dat
vrije
lichte
ketens
in
staat
zijn
allergische
overgevoeligheidsreacties in de huid te veroorzaken. De volgende stap was te
onderzoeken of vrije lichte ketens een rol spelen bij astma, een ziektebeeld dat
gekarakteriseerd
wordt
door
chronische
luchtwegontsteking
door
mestcelactivatie. In de toekomst zouden vrije lichte ketens een therapeutisch
aangrijpingspunt kunnen zijn voor het ontwikkelen van nieuwe geneesmiddelen.
Bron: Universiteit van Utrecht, Faculteit Farmaceutische Wetenschappen, 12 januari 2005.
30