Astma Scriptie Astma, december 2010 geschreven voor de studieopdracht Bowen Techniek Auteur:Nicolette Bosveld Prins Clausstraat 3 7204 AV ZUTPHEN Inhoudsopgave Pagina Voorwoord 1.0 Inleiding 2.0 Wat is astma? 2.1 Verschil Astma en COPD 3.0 Demografische gegevens 4.0 De werking van de longen 4.1 Longvolume 5.0 Ziektebeeld 5.1 Oorzaken 5.2 Ziekteverloop 5.3 Relaties met andere aandoeningen 6.0 Diagnose stelling 7.0 Reguliere behandelen 7.1 Behandeling met medicijnen 8.0 Preventie en sterilisatie 9.0 Behandeling volgens de natuurgeneeskunde 10.0 Eigen visie op de manier van behandelen 11.0 Voeding 11.1 E nummers 11.2 Uitleg over vrije radicalen en antioxidanten 11.3 Wat zijn antioxidanten 12.0 De Bowen Techniek 12.1 De Bowen behandeling in mijn praktijk 13.0 Ademhalings oefeningen gebaseerd op Buteyko 14.0 Airnergy 15.0 Aanvullende therapie 15.1 RP Vitamino/Skb test 15.2 Feces onderzoek 15.3 Antioxidanten 15.4 Complex antioxidanten 15.5 Vitamines 15.6 Spoorelementen 15.7 Bacterie culturen 15.8 Meervoudige onverzadigde vetten 15.9 Mineralen 15.10 Energetische middelen 16.0 Bioresonantie 17.0 Conclusie literatuurlijst Bijlagen Casestudies 2 3 3 4 4 5 6 7 7 8 8 9 10 10 11 12 12 13 14 14 15 16 16 17 17 18 18 19 19 19 20 20 20 21 21 21 22 23 25 26-33 34-72 1 Voorwoord Deze scriptie is geschreven door Nicolette Bosveld als afronding van de opleiding Bowen therapeut waarvoor een werkstuk moest worden gemaakt. Deze opdracht neemt een belangrijke plaats in de studie in. Het doel van de scriptie is om zelfstandig het onderwerp te onderzoeken en kennis hierover te vergaren en dit te koppelen en integreren in de praktijk en het vormen van een eigen visie en conclusie. Ik heb gekozen voor het onderwerp ‘Astma’ voor het schrijven van deze scriptie omdat ik in mijn leven ook regelmatig last heb gehad van astmatische verschijnselen/klachten. Als kind kreeg ik pseudokroep nu weet ik dat dit vaak een “trigger” of voorloper is op het verkrijgen van astmatische klachten op latere leeftijd. Pseudo-kroep is een virusinfectie van het slijmvlies van de keel en luchtpijp, waarbij aanvallen kunnen optreden van een heftige blafhoest met piepende inademing, benauwdheid en heesheid. Mijn hele leven heb ik last gehad van ernstige verkoudheden en dit medio 2005 zich plotseling ontpopte tot astmatische klachten en longklachten als pneumonie. Na 2005 zijn deze klachten zeer ernstig toegenomen. Dit kwam doordat ik een pneumothorax (klaplong) kreeg in 2005. Dit was een medische complicaties in het ziekenhuis van een Porthocat operatie voor de ziekte van lyme. Ik heb daarna veel meer en veel ernstigere klachten gekregen van mijn longen. Ik zie zelf een verband hier met de pneumothorax en het ontstaan van de klachten. Dit omdat de klaplong die ik kreeg niet goed is geopereerd in het ziekenhuis en het een week geduurd heeft dat de long pas weer in de goede ontvouwde positie bevond. Hierdoor is er bindweefselvorming op mijn pleura ontstaan waar zich ziekte kiemen en bacteriën kunnen nestelen en dit sneller kan gaan ontsteken hierdoor. De ernstige verkoudheid die ik hierna kreeg ontpopte zich vaak tot longklachten en longontstekingen waardoor ik benauwd werd en slechter ging ademen. Ik kwam vaak in een vicieuze cirkel terecht. Ik heb in 2006 medicatie voorgeschreven gekregen maar daar voelde ik mij niet goed bij. Doordat ik in contact kwam met de Bowen techniek en de natuurgeneeskunde heb ik mijn eigen weg hierin gezocht. Op dit moment ondervind ik nog steeds belemmerende klachten van de ernstige verkoudheid. Ik word kortademigheid en krijg veel taaislijmvorming in mijn bronchiën en heb zware hoestbuien. Er is nu eenmaal iets kapot geweest wat nooit meer ‘nieuw’ kan worden maar door de vele natuurgeneeskundige methoden denk ik dat ik dit zelf vrij goed onder controle kan houden zonder medicatie. Ik kan voor mijzelf goed begrijpen en helder krijgen wat de oorzaak van het ontwikkelen van deze klacht is. Ik zie hier een genetisch component en exogene factoren die hierop invloed hebben gehad. In deze scriptie zal ik eerst uitvoering ingaan over de werking en oorzaken van astma en de reguliere behandelingen hierin. Ook wil ik in deze scriptie een visie geven over de huidige situatie wereldwijd en nationaal met betrekking op het aantal astma patiënten. Tevens wil ik dieper ingaan op de oorzaken en het ontstaan van astma en zal ik een uitleg geven over de complementaire behandelingen en therapieën die er met astma kunnen worden ingezet. Ook wil ik stilstaan bij voeding en allergieën en natuurlijk niet te vergeten de Bowen Techniek. Aan het einde van deze scriptie zal ik een conclusie geven en een relatie leggen over de klacht en eventuele verbanden. Nicolette Bosveld 2 1.0 Inleiding In Nederland is astma één van de meest voorkomende chronische ziekten. Wie aan astma denkt, ziet hoestende mensen met een piepende ademhaling voor zich. Het is niet prettig om iemand (soms een kind) benauwd te zien en niets te kunnen doen om te helpen. Astma is echter meer dan alleen aanvallen van benauwdheid. Het aantal gevallen van astma is de laatste decennia dramatisch gestegen, en sinds de jaren tachtig zelfs verdubbeld. Miljoenen mensen happen letterlijk naar lucht. De kans om astma te ontwikkelen is gedeeltelijk genetisch bepaald. Maar de toename van het aantal gevallen moet voornamelijk gezocht worden in de omgevingsfactoren en voedingsgewoonten. Het aantal gevallen van astma is in de stad, waar de lucht veel meer vervuild is, veel hoger dan op het platteland. En wat nog opvallender is, is dat astma een nieuwe ziekte is. Zo’n honderd jaar geleden was astma een zeldzame aandoening. In veel ontwikkelingslanden komt astma ook nog niet of nauwelijks voor. Het is net als hart-en vaatziekten een aandoening die veel voorkomt in geïndustrialiseerde landen. 2.0 Wat is Astma? Astma is een ontsteking van de luchtwegen. Daardoor zijn ze gevoeliger dan normaal en vertonen ze steeds weer opnieuw de neiging om zich te vernauwen. Deze luchtwegvernauwing kan het gevolg zijn van: • • • het samentrekken van de luchtwegspiertjes; het opzwellen van de wand van de luchtweg; de overmatige vorming van slijm. Tevens is ook luchtweg gevoeligheid en de daarmee samenhangende wisselende optredende luchtwegvernauwing veroorzaken de astmatische klachten: steeds weer terugkerende last van benauwdheid, hoesten, piepen en slijm opgeven. De eigenschap van de luchtwegen om overgevoelig te reageren is vaak aangeboren. In veel gevallen gaat dit gepaard met een aanleg voor allergie. Een aanval van astma kan met ernstige klachten samengaan daarom zijn astmapatiënten dan ook vaker ziek dan anderen. Zij hebben bijvoorbeeld veel last van allergieën, kortademigheid, soms raken zij bij de minste inspanning al benauwd. Ademhalen is sowieso al moeilijk voor een astmapatiënt, het gaat soms gepaard met piepen, brommen of zagende geluiden. Daarnaast zorgt het slijm voor een voortdurende noodzaak om te hoesten, om de luchtwegen vrij te houden. De aanvallen komen in periodes voor. Dit betekent dat dus niet dat de ziekte ‘over’ is. De ontsteking is namelijk variabel en komt steeds weer terug. Astma wordt meestal omschreven als een ademhalingsaandoening. Maar eigenlijk kan het beter benoemd worden als een chronische ontsteking. Astma heeft feitelijk meer gemeen met artritis, dan met emfyseem of tuberculose. Mensen met astma hebben hyperactieve luchtwegen, die excessieve hoeveelheden bronchiaal slijm produceren. Na herhaalde astma-aanvallen raakt de binnenbekleding van de luchtwegen beschadigd. In de littekens kunnen cellen, die ontstekingen veroorzaken of stimuleren, zich vermenigvuldigen. Chronische ontstekingen kenmerken zich door een overschot aan vrije radicalen, die weefsels irriteren en doen ontsteken, en sterke immuunreacties te zien geven. Immuunreacties veroorzaken onvermijdelijk vrije radicalen, omdat die in de beperkte hoeveelheden deel uitmaken van het verdedigingsmechanisme. Antioxidanten helpen deze ontstekingsreacties te verminderen. Ook omgevingsfactoren, zoals rook, stof en allergenen, kunnen het ontstekingsproces in beweging zetten. Het is belangrijk om te achterhalen welke “triggers” de ontstekingen veroorzaken. Hierdoor kan de hevigheid van astma-aanvallen verminderd worden. Astma moet niet verward worden met COPD. 3 2.1 Verschil Astma- COPD COPDis de verzamelnaam voor longemfyseem en chronische bronchitis en moet niet verward worden met elkaar (zie bijlage 1). Vrij vertaald betekent het 'chronische, belemmerende longziektes'. Bij COPD is roken de belangrijkste oorzaak. Chronische bronchitis komt bij kinderen niet voor. Wanneer kinderen bronchitis hebben, komt dat meestal door een virusinfectie. Chronische bronchitis komt in principe alleen voor bij volwassenen. Roken is de belangrijkste oorzaak van COPD en bij de behandeling van de klachten door COPD is eigenlijk de belangrijkste behandeling: stoppen met roken! COPD is een chronische ziekte. De beschadiging van de luchtwegen en eventueel ook longen is niet te genezen. Behandeling is gericht op klachtenvermindering en voorkomen van ergere schade. Zoals gezegd is het stoppen met roken het allerbelangrijkste. 3.0 Demografische gegevens Wereldwijd lijden 300 miljoen mensen aan astma en dit aantal neemt nog toe, vooral bij kinderen. Het is daarmee één van de meest voorkomende chronische aandoeningen. Het percentage van de bevolking met astma wisselt per land. Schattingen in West-Europa variëren tussen de 2 en 12%. Ondanks dat de stijging van het aantal astmapatiënten in de jaren negentig wereldwijd plaats vond, verschillen de cijfers over astma per land. Dit blijkt uit bijlage 2. Het aantal mensen met astma in Nederland is vergelijkbaar met de aantallen in België en Duitsland. In het Verenigd Koninkrijk valt dit aantal, net als in andere Engelstalige gebieden (Nieuw Zeeland, Australië, de VS en Canada) om nog onverklaarde redenen beduidend hoger uit.De sterfte aan astma in Nederland ligt ver onder het gemiddelde van de landen in de EU. Samen met Griekenland behoort Nederland tot de landen met de laagste sterfte aan astma. Ongeveer 3% van alle mannen en 3,5% van alle vrouwen in Nederland heeft astma. Uit het Nationaal Kompas Volksgezondheid blijkt dat in Nederland ongeveer 519.800 mensen astma hebben. Deze groep bestaat uit 236.800 mannen en 283.000 vrouwen. Veel kinderen hebben last van kortademigheid (4-12%) en maken een piepend geluid bij het ademhalen (5-20%). In totaal heeft ongeveer 4 tot 7% van alle kinderen in Nederland astma. Kinderen kunnen over hun astma heen groeien. Dat wil zeggen dat de symptomen van astma verminderen of verdwijnen wanneer de kinderen ouder worden. In de leeftijdscategorie 40 tot 49 jaar neemt het aantal astmapatiënten weer toe. (Zie de bijlage 3 & 4) De afgelopen dertig jaar is het aantal astmapatiënten hard gestegen. (Zie bijlage 5) De oorzaak van de wereldwijde stijging van het aantal astmapatiënten in de jaren negentig is nog steeds onderwerp van discussie. De stijging kan waarschijnlijk deels worden verklaard door een toegenomen bewustzijn van astma bij artsen en patiënten. Een ander deel van de stijging wordt toegeschreven aan veranderingen in leefstijl die gepaard gaan met een toenemende welvaart. Hierbij doelen we op veranderingen in de blootstelling aan voeding, leefomgeving en het doormaken van minder infecties. Het kan zijn dat deze welvaartsfactoren vooral een rol spelen rond de geboorte. Dit zou verklaren waarom de stijging van het aantal mensen met astma vooral bij kinderen optrad. In de periode van 1991 tot 2004 bleef het aantal ziekenhuisopnamen voor astma vrijwel constant. In de periode daarvoor daalde voor zowel mannen als vrouwen het aantal met bijna 40%. Waarschijnlijk komt dit door een toename in het voorschrijven van inhalatiecorticosteroïden (wat destijds als behandeling in de richtlijnen van huisartsen en 4 specialisten terecht kwam). Ook het aantal sterfgevallen met astma als doodsoorzaak bleef in de periode 1997-2004 constant, na een daling in de jaren ervoor. Kinderen in de drie grote steden hebben meer luchtwegklachten (afgezien van piepen op de borst) dan kinderen op het platteland. Naast ongunstigere woningkarakteristieken, meer luchtverontreiniging, een verhoogde kans op allergisch worden en een andere bevolkingsopbouw en -samenstelling in de stad, heeft het verschil mogelijk ook te maken met een verschil in respons tussen de grote steden (met een lage respons) en de rest van Nederland (met een hogere respons). 4.0 De werking van de longen Om beter te kunnen begrijpen wat er gebeurt bij astma is een uitleg van de longen van belang. De menselijke longen zien eruit als een sponzige op zijn kop hangende boom. De stam is de luchtpijp; een holle buis van ongeveer 12 centimeter lengte en 2,5 centimeter doorsnede. De luchtpijp splitst in twee kleine takken die we de bronchiën noemen. De bronchiën splitsen zich weer in kleinere takjes (zie afbeelding 1 & 2) Afbeelding 1: bronchiën en longen Afbeelding 2. Alveoli uitvergroot met o.a. bronchiën, arteriën, venen en capillaire en alveolair De kleinste takken noemen we de longblaasjes of alveoli. De uiteinden van deze longblaasjes bestaan uit een aantal kleine 'zakjes' met cellen. De longblaasjes zijn de bladeren van de longen. Het zijn uiterst kleine en tere membraampjes waar de gasuitwisseling met het bloed plaatsvindt. De longen bevatten ongeveer 3 miljoen van deze longblaasjes. Deze blaasjes zorgen voor een oppervlakte van ongeveer 235m2. Elk longblaasje is omgeven door kleine adertjes, capillairen genaamd. De longen worden aan alle kanten beschermd door de ribben. Aan de onderkant van onze longen bevindt zich het middenrif. Het middenrif is een platte, uiterst krachtige spier. wanneer je inademt gaat het middenrif (diafragma) naar beneden waardoor de druk in de longen (borstholte) afneemt en het volume toe neemt, hierdoor stroomt de lucht de longen in. Bij het uitademen gaat het middenrif omhoog waardoor het volume van de longen afneemt en de druk in de longen toeneemt, hierdoor stroomt de lucht de longen weer uit. 5 De longblaasjes zijn erg elastisch waardoor zij kunnen uitzetten en samentrekken bij respectievelijk uitademen of inademen. Dit samenspel van middenrif, borstkas en longblaasjes is een menselijke reflex waardoor het ademhalen een automatisme is geworden. Een volwassene ademt ongeveer 12 tot 20 keer per minuut. 4.1 Longvolume Onze longen hebben een inhoud van 5 tot 7 liter. Als we in rust zijn ademen we slechts een klein gedeelte van de totale inhoud in en uit. We noemen dit het ademvolume. Deze hoeveelheid lucht is voldoende als we bijvoorbeeld rustig in een stoel een boek aan het lezen zijn. Iemand die aan het hardlopen is, zal niet voldoende aan deze hoeveelheid lucht hebben. De lucht die we maximaal kunnen opnemen bij een diepe inademing noemen we de vitale capaciteit. De hoeveelheid van deze vitale capaciteit is van persoon tot persoon verschillend. Zaken als gewicht, conditie en roken zijn van invloed op de hoeveelheid lucht die we bij een diepe inademing kunnen opnemen. Iemand die rookt en een slechte lichamelijke conditie heeft kan bij een diepe inademing bijvoorbeeld slechts 2,5 liter lucht ademen, terwijl een goed getrainde atleet 6 liter kan inademen. Hoe sterk je ook uitademt, je kunt nooit de hele longinhoud uitademen. Er blijft altijd nog ongeveer 1,2 liter lucht in de longen achter. Dit noemen we het luchtresidu. Niet alle lucht die we tijdens een diepe ademhaling inademen komt in de longen terecht. Een gedeelte blijft achter in de luchtpijp, keel en neus en wordt weer uitgeademd zonder ooit in de longen te zijn geweest. De genoemde gebieden waar de lucht achterblijft noemen we 'dode ruimten'. De lucht die we inademen bestaat uit een mengsel van ongeveer 78% stikstof (N2), 21% zuurstof (O2), 0,03% kooldioxide (CO2) en een kleine hoeveelheid restgassen. Stikstof is een inactief gas (inert gas) en heeft nagenoeg geen invloed op de ademhaling. Het heeft wel als nadeel dat het vergiftigend kan werken. Zuurstof en kooldioxide worden bij de ademhaling daadwerkelijk gebruikt. De lucht die we inademen bevat 21% zuurstof en 0,03% kooldioxide, maar de lucht die we uitademen bevat 16% zuurstof en 5,6% kooldioxide. Ons lichaam verbruikt dus ongeveer 5% zuurstof van de lucht die we inademen en scheidt 5,5% kooldioxide af. Bij het verbruiken van de zuurstof wordt dus kooldioxide aangemaakt. Zodra het gehalte kooldioxide in de longblaasjes een bepaalde grens bereikt, wordt er een zenuwprikkel aan het ademhalingscentrum in de hersenen gegeven. Hierop krijgen middenrif en spieren in de borstkas het sein om samen te trekken en ademen we in. Door het inademen neemt de hoeveelheid kooldioxide in de longblaasjes weer af. De ademhalingsprikkel verdwijnt en we ademen weer uit. Zodra het koolstofgehalte weer toeneemt, krijgen we weer een inademprikkel. 6 5.0 Ziektebeeld De huidige definities van astma geven aan dat het gekenmerkt is door een chronische ontsteking van de luchtwegen, waarbij tal van cellen een rol spelen, vooral mastocyten, eosinofielen en T-lymfocyten (helpercellen). De internationale standaard Global Strategy for Asthma Management en Prevention (GINA) geeft aan dat de belangrijkste kenmerken zijn: Piepende ademhaling, kortademigheid, drukkend gevoel op de borst, hoesten De klachten doen zich vooral voor ’s nachts en in de vroege ochtend Klachten kunnen sterk wisselen in ernst, waarbij er ook periodes kunnen zijn met nauwelijks of geen klachten De luchtwegen zijn hierbij ook in wisselende mate vernauwd De luchtwegvernauwing kan vaak verminderen, spontaan of na therapie; Het onderliggend lijden is een chronische ontstekingsziekte van de luchtwegen, waarbij veel typen cellen en ontstekingsfactoren een rol spelen; De chronische ontsteking veroorzaakt overgevoeligheid van de luchtwegen. Bij astma wordt een onderscheid gemaakt tussen allergische astma en niet-allergische (intrinsieke) astma. In tegenstelling tot bij Chronic Obstructive Pulmonary Disease (COPD) zoals longemfyseem is de bronchiale obstructie van astma omkeerbaar. 5.1 Oorzaken De risicofactoren voor astma worden opgedeeld in gastheerfactoren (zoals genetische bepaling, erfelijke aanleg en bronchiale hyperreactiviteit) en omgevingsfactoren. Het staat vast dat de aanleg voor prikkelbare luchtwegen erfelijk is. Onderzoek van het Astmafonds geeft aan dat een kind van ouders zonder astma of allergie een kans loopt van 5 à 10 procent om hier last van te krijgen. Wanneer een van beide ouders astmatisch of allergisch is, is de kans circa 50 procent dat hun kind ook aanleg hiervoor heeft. Wanneer beide ouders astma of allergieën hebben, is die kans ongeveer 70 procent. Als een kind met die aanleg regelmatig in contact komt met allergische prikkels (allergenen), dan kan hij of zij (langzaam) een allergie ontwikkelen. Een kind zal dus pas na een aantal jaren allergisch gaan reageren op bijvoorbeeld huisdieren. Kinderen die geen allergische aanleg hebben, kunnen geen allergie ontwikkelen. Omgevingsfactoren lokken de ontwikkeling van astma uit, wat kan leiden tot de typische astma-aanvallen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt in allergische en nietallergische (intrinsiek) astma. Bij allergische astma reageert het lichaam op de blootstelling aan allergenen als pollen, huismijt, huisdieren. Bij niet-allergische astma reageert het lichaam op aspecifieke prikkels, zoals koude lucht, tabaksrook, luchtvervuiling en respiratoire infecties. Actief roken is een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van astma bij adolescenten en volwassenen, zoals blijkt uit een onderzoek van de universiteit in Gent (bijlage 6). Zowel astma als allergische reacties kunnen veroorzaakt worden door histamine. Histamine wordt geproduceerd op het moment dat speciale bindweefselcellen, de zogenaamde mestcellen, worden geactiveerd door circulerende cellen van het immuunsysteem, die zich mobiliseren door de aanwezigheid van infecties, toxinen en andere prikkelende stoffen, zoals tabaksrook, huisdieren, pollen, parfums, schoonmaakmiddelen, schimmels etc. Veel mensen die beroepsmatig in contact komen met prikkelende stoffen kunnen astma ontwikkelen. Maar astma kan ook worden ontwikkeld door voeding. Vaak heeft ruim 70% van de astmapatiënten heeft extra last van de klachten na intensieve lichamelijke inspanning (inspanningsastma). Door intensiever en dieper ademhalen neemt het contact met de prikkels toe, waardoor de symptomen heviger optreden. 7 Infecties aan de luchtwegen, zoals verkoudheid, zorgen voor een toename van de klachten. Waarschijnlijk zorgt de allergische ontsteking voor onvoldoende afweer tegen het virus, waardoor de ontsteking in de luchtwegen toe neemt. 5.2 Ziekteverloop Astma kan zich op elke leeftijd voordoen maar het begint meestal in de jeugd. De klachten veranderen in de loop van de tijd. Iedereen met astma kent goede en slechte periodes. Astma die niet goed onder controle komt, kan op den duur leiden tot 'persisterende' chronische vernauwing van de luchtwegen. We spreken dan van 'astma met persisterende luchtwegobstructie'. Dit is een aandoening die lijkt op COPD. De luchtwegen van patiënten met astma vertonen een chronische ontsteking met een aantal karakteristieke kenmerken. Het slijmvlies is verdikt, er is meer slijmproductie en in het slijmvlies zijn meer witte bloedcellen aanwezig dan normaal. Afbeelding allergenen Mensen met allergisch astma produceren antistoffen (IgE) tegen het allergeen (Zie afbeelding allergenen). Wanneer de patiënt het allergeen inademt, bindt dat aan het allergeenspecifieke IgE op de mestcel in het slijmvlies van de luchtwegen. Deze scheidt hierdoor een aantal stoffen uit die een ontstekingsreactie veroorzaken. Sommige van die stoffen (zoals histamine) zullen onmiddellijk leiden tot vernauwing van de luchtwegen door zwelling van het slijmvlies en spasme van de spiercellen om de luchtwegen. Andere ontstekingsfactoren kunnen aan de chronische ontsteking bijdragen geeft dit proces optisch weer (zie bijlage 7). De aanwezigheid van eosinofiele granulocyten (eosinofielen) in de luchtwegen is kenmerkend voor astma. Eosinofielen kunnen een aantal agressieve stoffen uitscheiden die tot beschadiging van het epitheel en slijmvlieszwelling leiden. Intrinsiek astma ontstaat vooral op latere leeftijd en gaat vaak gepaard met meer of ernstigere klachten. In grote lijnen vinden dezelfde ontstekingsprocessen plaats in de luchtwegen als bij allergisch astma, in het bijzonder de aanwezigheid van T-lymfocyten en eosinofielen. De uitlokkende factor is hierbij niet duidelijk. Mogelijk spelen lokale allergische processen mee die niet in het bloed aan te tonen zijn. 5.3 Relaties met andere aandoeningen Bij allergische astma speelt allergie altijd een rol. Bij veel astmapatiënten is er niet alleen sprake van astmatische klachten, maar ook neus- en/of huidallergie. Verder versterken luchtweginfecties de astmatische klachten, daar deze de ontstekingsreactie in de longen stimuleren. Uit een Amerikaanse studie (Dr. A. R. Folsom van de Universiteit van Minnesota) is gebleken dat iemand met astma een hoger risico van 93% heeft op het krijgen van een beroerte. Ook het ooit hebben gehad van astma vergrootte de kans op een beroerte met 65%. De onderzoekers hebben hiervoor geen verklaring. Eerder onderzoek suggereerde een verband tussen astma en cardiovasculaire aandoeningen. Ook verminderde longfunctie wordt in verband gebracht met toegenomen risico op een cardiovasculaire aandoening. 8 Hoewel de naam zou doen vermoeden, is er geen verband met astma cardialis. Dit is een aandoening, waarbij bij inspanning kortademigheid ontstaat door stuwing van bloed in de kleine bloedsomloop van de longen, veroorzaakt door een verzwakte pompfunctie van de linker hartkamer. 6.0 Diagnosestelling De diagnose van astma is gebaseerd op de klachten van de patiënt, de medische voorgeschiedenis, een lichamelijk onderzoek en onderzoeken die de longfunctie meten. Bij een Piekstroom meting moet zo hard en snel mogelijk in een piekstroommeter worden geblazen. Deze meet de maximale snelheid (de piek) van de luchtstroom die wordt uitgeademd. Bij een FEV1 test (Forced Expiratory Volume in 1 seconde) wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde spirometer die de hoeveelheid lucht meet die de longen in en uit gaat. Iemand met astmaklachten heeft een lagere piekstroom en FEV1 dan gewoonlijk. Een Provocatietest bestaat uit het bepalen van de FEV1 vóór en na het inhaleren van een middel dat het samentrekken van de spieren in de luchtwegen opwekt, of van koude lucht. Een andere type provocatietest die wordt gebruikt bij mensen met inspanningsastma is de inspanningstest. Bij deze test wordt de longfunctie gemeten voor en na inspanning, gewoonlijk op een loopband of een trimfiets. Ook kan een Röntgenfoto van de borstkas worden gemaakt om andere mogelijke oorzaken van de ademhalingsproblemen, zoals COPD of een tumor, uit te sluiten. Met een allergietest kan de gevoeligheid voor een aantal allergenen worden getest door een huid priktest, waarbij kleine monsters van de verdachte allergenen op de huid worden getest, gewoonlijk op de onderarm. Vervolgens wordt er gekeken naar de aanwezigheid van een huidreactie. Bij een histamine- provocatietest wordt tijdens het inademen van histamine de longfunctie gemeten. Ook bloedonderzoek kan worden gebruikt om te zoeken naar specifieke allergieën of om vast te stellen in welke mate de longen zuurstof opnemen en koolzuurgas afgeven. In 2005 in de universiteitskliniek van Erlangen i.s.m. Siemens een nieuwe methode ontwikkeld om vroegtijdig vast te kunnen stellen welk deel van de longen is aangetast door astmatische bronchitis. Hier wordt gebruik gemaakt van magnetische resonantie, waarmee de longinhoud gedurende enkele ademteugen in beeld gebracht wordt. Vervolgens wordt de dichtheid van elke cm3 longweefsel geanalyseerd. De longinhoud is bij zieke en gezonde kinderen vrijwel identiek. Omdat met deze methode gekeken wordt naar de dichtheid van het longweefsel kan men nu vaststellen of de aandoening zich bij een kind op latere leeftijd openbaart. (bron: zibb gezondheidszorg) Momenteel wordt in het AMC Amsterdam, gefinancierd door het astma fonds, onderzoek gedaan naar toepassing van de Elektronische Neus. Deze neus is een handzaam apparaat dat geuren kan herkennen. Mensen met astma en copd scheiden andere stoffen uit als gezonden mensen. Met behulp van deze elektronische neus zou iedere huisarts op eenvoudige wijze de diagnose astma kunnen stellen. Momenteel is er nog verder onderzoek door het Astma fond hiernaar nodig (zie afbeelding elektronische neus) Afbeelding elektronische neus 9 7.0 Reguliere Behandeling Astma is nog niet te genezen. Wel zijn diverse behandelingen mogelijk, die de symptomen voorkomen of bestrijden. Vermijden van prikkels Een essentieel onderdeel van het onder controle brengen van astma is stappen te nemen om blootstelling te voorkomen aan die stoffen die een aanval kunnen oproepen, bijvoorbeeld stoppen met roken, stofmijten vermijden, of huisdieren zoveel mogelijk buiten de deur houden. 7.1 Behandeling met medicijnen Astma medicatie wordt gekozen op grond van de ernst en het patroon van de ziekte. Er zijn twee types astma medicatie: een type zorgt dat de ontsteking onder controle blijft (ontstekingsremmers) en de andere zorgt voor verlichting van de klachten door de luchtwegen te openen (luchtwegverwijders). De behandeling van astma met medicijnen is in drie groepen in te delen: - luchtwegverwijdende medicijnen - ontstekingsremmende medicijnen - overigen (antihistaminica) Luchtwegverwijders (ß2-mimetica) heffen de ongecontroleerde samentrekking (spasme) van de spiertjes om de luchtwegen op. Bekende kortwerkende ß2-mimetica zijn Salbutamol, Ventolin en Terbutaline, die worden geïnhaleerd. Ze werken direct, waardoor de klachten snel verminderen. Als de klachten vaker optreden kunnen ook lang werkende ß2-mimetica worden gebruikt, zoals formoterol of salmeterol. Als bijwerkingen kunnen optreden trillende handen, versnelde hartslag, hartkloppingen, spierkrampen, hoofdpijn of overgevoeligheidsreacties. Omdat chronische ontsteking van de luchtwegen als oorzaak van de klachten wordt gezien, zijn ontstekingsremmers de basis van de behandeling van astma. De belangrijkste zijn corticosteroïden. Vroeger werd gewerkt met prednis(ol)on, maar dit heeft vervelende bijwerkingen. Sinds de jaren ’70 wordt veel behandeld met corticosteroïden die geïnhaleerd kunnen worden, zoals beclomethason, budesonide en fluticason. Deze blijken zeer effectief in het verminderen van de ontsteking en bijbehorende klachten. Als bijwerkingen kunnen optreden schimmelinfecties in de keel en in het strottenhoofd, heesheid, verschrompeling van de slijmvliezen in de keel en luchtwegen. Langdurig gebruik van corticosteroïden vermindert de functie van het bijnierschors, doet de spiermassa afnemen, maakt de huid dun en kwetsbaar, kan leiden tot gewichtstoename (met name buik en gezicht) en kan leiden tot osteoporose. Verschillende onderzoeken (prof. Dekhuizen et al) hebben aangetoond dat de combinatie van een lang werkend ß2-mimeticum met inhalatiesteroïden bijzonder goed werken, daar ze elkaar versterken. Derhalve zijn combinatiepreparaten verkrijgbaar waar beide middelen in zitten. De laatste jaren zijn er ook ontstekingsremmers verschenen, die een specifiek deel van de ontsteking aan pakken. Montelukast (tablet) bijvoorbeeld bindt zich aan de receptor van één van de ontstekingsfactoren. Antihistaminica blokkeren het effect van histamine, dat vrij komt direct na contact met het allergeen. Omdat histaminica vooral slijmvlieszwelling (door verwijding van de bloedvaten) en lekkage van vocht uit de bloedvaten veroorzaakt, hebben antihistaminica vooral effect bij allergische neusklachten. Een nieuwe behandeling die momenteel wordt ontwikkeld is de anti lichte ketentherapie, zoals te lezen is in bijlage 8. Tot slot is vaccinatie tegen griep aan te bevelen, omdat mensen met astma overgevoelig zijn voor luchtweginfecties. 10 8.0 Preventie door sterilisatie omgeving Het vermijden van prikkels door allergenen, waarvan huismijt de meest voorkomende is, kan astma-aanvallen voorkomen. Binnenshuis kunnen diverse maatregelen worden genomen, zoals het kiezen van een interieur dat weinig allergenen vast houdt en makkelijk te reinigen is (harde materialen i.p.v. stoffen gebruiken). Bij reinigen dient zoveel mogelijk gebruik gemaakt te worden van natte doekjes en een stofzuiger met een fijne stof (HEPA)-filter. In bed kan contact met huismijt worden verminderd door gebruikmaking van anti allergene matrashoezen. Ook kan de luchtkwaliteit binnenshuis (of werkplek) sterk worden verbeterd door een luchtfilter met ionisator te gebruiken. Ondanks dat de luchtkwaliteit de afgelopen decennia sterk is verbeterd haalt Nederland de Europese normen voor fijnstof en stikstofdioxiden niet (Zie bijlage 8). De lucht bevat een teveel aan positieve ionen of gebrek aan negatieve ionen, wat het zogenaamde serotonine hyperfunctie syndroom of irritatie syndroom kan veroorzaken. Dit behelst slapeloosheid, irritatie, spanning of stress, migraine, misselijkheid, hartkloppingen, hitteaanvallen, trillen en duizeligheid. Klinische studies hebben aangetoond dat een omgeving van positieve ionen een astmatische aanval uitlokt en verergert doordat het de efficiëntie van de longzuivering vermindert. Een ionisator maakt middels een elektrische hoogspanning negatief geladen ionen aan. Deze hechten zich vooral aan stofdeeltjes, pollen, schimmels, ziektekiemen, bacteriën en schadelijke gassen zoals rook, formaldehyde, zwaveldioxide en koolwaterstofverbindingen. Deze deeltjes slaan vervolgens neer in het filter, zodat zeer effectief de vervuiling in de lucht wordt tegengegaan. Verder reduceren de negatieve ionen de niveaus van vrij histamine en serotonine in het lichaam en stimuleren ze de beweging van trilhaartjes in het lichaam. Voorts meldde Sulman dat negatieve ionen alfa activiteit in hersenen vergroten en synchroniseren, en angst en spanning reduceren welke factoren een rol spelen bij o.a. intrinsieke astma. In bijlage 9 is de concentratie van ionen aangegeven in een aantal natuurlijke situaties. Bijlage 10 geeft het effect aan dat mensen ervaren hebben bij het gebruik van een ionisator. In klinische proefnemingen is gebleken dat negatieve iontherapie erg succesvol is bij de symptomatische behandeling van astma, hooikoorts en bronchitis, zonder ongewenste bijwerkingen. Doordat boven de 1500 meter geen huisstofmijt voorkomt en er nauwelijks pollen in de lucht zitten, worden de hypergevoelige longen van astmapatiënten minder geprikkeld en kunnen ze tot rust komen. In de oorspronkelijk voor TBC opgerichte kliniek in Davos (CH) wordt sinds 1971 ook astma behandeld. De behandeling bestaat uit het afbouwen van medicijngebruik en het opbouwen van de conditie. 9.0 Behandeling volgens natuurgeneeskunde Elk organisme heeft een natuurlijke kracht in zich om te herstellen, als er zich stoornissen voordoen. Dit zelfgenezend vermogen wordt ook wel "physis"genoemd. In de natuurgeneeskunde werken we met dit zelfgenezend vermogen. We helpen lichaam en geest door middel van natuurlijke methoden de eigen geneeskracht optimaal te krijgen. De methode welke we daarvoor gebruiken is bij iedereen verschillend. Door middel van het bepalen van iemand zijn vitaliteit, zowel in lichamelijk opzicht als geestelijk, zetten we de therapie in. De vitaliteit is onder andere te bepalen door middel van een uitgebreide anamnese. In de natuurgeneeskunde gaan we ervan uit dat er nooit sprake is van een ziek orgaan., maar dat ziekte een stoornis in het gehele lichaam betekent. We spreken dan over een totale benadering van de patiënt, zowel wat betreft de als in de therapie. In de natuurgeneeskunde staat de eigen verantwoordelijkheid van de mens ten aanzien van zijn ziekte en gezondheid centraal. Dit is een belangrijk uitgangspunt binnen de visie van natuurgeneeskunde. Er zijn veel soorten natuurgeneeswijzen waaronder massages, voedingstherapieën en behandelingen met kruiden, water, licht en kleuren. In dit hoofdstuk wordt gefocust op de methoden die ik gebruik voor het behandelen van astma in mijn praktijk en wil ik een nadere uitleg geven over de; Bowen Techniek, Airnergy therapie en Bioresonantie en voeding & lifestyle coaching, feces diagnostiek en supplementen. 11 10 Eigen visie op de manier van behandeling Astma kan behoorlijke beperkingen opleveren in het functioneren van de mens. Daarnaast kan astma leiden tot andere ziekten, omdat door de ontstekingsreactie het immuunsysteem continu belast wordt en hierdoor wordt uitgeput, zodat andere ziekmakende factoren een kans krijgen. De aanleg voor astma is vaak erfelijk bepaald, de uitlokking van de klachten wordt vooral door omgevingsfactoren en leefstijl beïnvloed. Omdat farmaceutische middelen kans op bijwerkingen hebben, zouden in de behandeling natuurgeneeswijzen geprevaleerd dienen te worden boven behandeling met medicatie. In mijn visie is de volgende integrale aanpak aan te bevelen: Iriscopie diagnose met bepaling van constitutie. Om goed te diagnosticeren start ik met een Irisdiagnose. Iriscopie is een methode om via de ogen informatie te krijgen over de lichamelijke en geestelijke toestand van de mens. Deze informatie kan gebruikt worden bij het opstellen van een gezondheidsadvies of behandelplan, met als doel het behandelen of voorkomen van lichamelijke gezondheidsklachten. Met een irismicroscoop wordt in beide ogen gekeken en worden bepaalde basiskenmerken van iemands geestelijke en lichamelijke conditie (de constitutie) vastgesteld. Daarnaast zijn acute en chronische klachten in de ogen herkenbaar als verkleuringen, lijnen en vlekken. Zelfs wanneer klachten zich nog niet hebben gemanifesteerd, maar wanneer het lichaam al wel in onbalans is, kan dit in de ogen zichtbaar zijn. Mensen met een bepaalde constitutie hebben meer kans op het krijgen van astma dan andere mensen. Tevens kan astma zich ontwikkelen bij geen genetische aanleg maar is het verworven in het leven door slechte voeding en leefstijl of door door andere exogene factoren. Ook stress en angst gevoelens kan astma verergeren als iemand er genetische vaak gevoelig voor is. Een uitgebreid intake gesprek: In dit gesprek wordt uitgebreid ingegaan op de ziektegeschiedenis, voeding, levensstijl en woonomgeving. En wordt bij het opstellen van een behandelplan wordt de klacht integraal aangepakt (Vragenlijst Bowen techniek zie bijlage 14). Sterilisatie van de omgeving voor volwassenen en kinderen die reeds astma hebben en vermijden van te steriele omgeving voor baby’s. Het vermijden van contact met allergenen door het nemen van maatregelen, zoals omschreven onder 4.1 voorkomt klachten. Met name het in zetten van een luchtionisator op plaatsen waar men veel verblijft (huis, werk, auto) kan preventief werken bij astma en bovendien andere klachten voorkomen of verhelpen. Tevens kan het bed en beddengoed dmv een mijtenstofzuiger worden gereinigd. Verder is het belangrijk om kinderen en babys niet in een te schone omgeving te laten opgroeien. Blootstelling aan de bacteriën kan kinderen juist beschermen tegen allergie en astma. De bacteriën sporen het lichaam aan om afweerstoffen te ontwikkelen. Dit blijkt nl. uit een onderzoek van het National jewish Medical and Research Centre in Denver. De onderzoekers stelden vast dat de babys die leefden in een omgeving met meer huisstof, deze minder allergisch waren. Volgens de studie zorgt de huisstofbacterie voor de aanwezige gif endotoxine bij baby’s voor de aanmaak van meer witte bloedlichaampjes, die weer een interferrongamma produceren wat weer beschermend is voor allergieën en astma.(Overigens kinderen en baby’s die pseudokroep hebben gehad hebben een verhoogde kans op het krijgen van astma. Ontgiften van het lichaam. Zodra is vast gesteld welke stoffen het lichaam belasten kan middels bepaalde kuren het lichaam ontgift worden. Een belangrijke belastende factor is amalgaam, dat veel lood en kwik bevat. Chlorofyl bindt zich aan zware metalen en helpt zo het lichaam deze stoffen af te voeren. Het verwijderen van amalgaanvullingen (mits dit goed gebeurt) kan astmatische klachten verminderen. Verder zullen er antioxidanten worden ingezet om vrije radicalen te neutraliseren. Vrije radicalen en oxiderende stoffen zitten ook in de lucht die je inademt, het voedsel dat je eet en het water dat je drinkt en in sigarettenrook. Antioxidanten zijn in staat om vrije radicalen te neutraliseren. Tegenwoordig wordt de term anti-oxidant meestal gebruikt voor 12 Vitamine C, Vitamine E, Bètacaroteen en andere Carotenoïden, evenals Selenium en Mangaan. In werkelijkheid zitten er waarschijnlijk honderden antioxidanten in ons eten. Inzicht krijgen van de cliënt op eigen aandeel van herstel: Voeding met voldoende vitaminen en mineralen is van groot belang om de homeostase en een goed immuunsysteem te bewaren. Weinig gebruik van melk, daar dit de slijmvliezen stimuleert. Ondergewicht voorkomen, want dan zijn er onvoldoende reserves, is er verhoogde vatbaarheid voor infecties (o.a. luchtwegen) en vermoeidheidsklachten. Extreem overgewicht voorkomen, want dit hindert de ademhaling, met name tijdens fysieke inspanning. Niet roken, CO hecht zich aan hemoglobine, waardoor minder zuurstof en CO2 transport kan plaats vinden. Teer verontreinigt en irriteert het slijmvlies, dat daardoor slechter in staat is verontreiniging uit de lucht te filteren. Dit geeft weer extra slijmvorming. De trilhaartjes in de luchtwegen gaan na jaren roken kapot, waardoor het afvoermechanisme niet meer werkt. Tevens is roken de belangrijkste veroorzaker van COPD. Over gezonde levensstijl wordt elders in deze scripte meer uitleg gegeven. Stoppen met roken. Rokers hebben vaak last van astma en is het raadzaam om direct te stoppen met roken als men astma heeft. Tabaksrook bestaat namelijk uit een aantal gassen en een zeer fijn verdeeld mengsel van teer, zowel in vaste als in vloeibare vorm. Sommige gassen in tabaksrook beschadigen de luchtwegen, zoals formaldehyde, blauwzuur, ammoniak en zwaveldioxide. Het koolmonoxide in de rook verdringt de zuurstof uit het bloed. In de teer zijn vele honderden stoffen aangetoond, waaronder dioxine, arsenicum, cadmium, nikkel, benzeen en soms ook DDT. Minstens veertig van deze stoffen zijn kankerverwekkend. Bij het roken slaan ze neer in de luchtwegen en kunnen daar longklachten en zelfs kanker veroorzaken. Voldoende beweging. Beweging verbetert de conditie, met name duursport. Mensen met astma hebben eerder last als hun conditie vermindert. Liever geen kortdurende intensieve inspanningen, omdat dan melkzuur wordt gevormd, dat kan leiden tot vernauwing van de kleinste luchtwegen (inspanningsastma). Daarnaast is beweging de beste manier om sputum uit de luchtwegen te verwijderen. Verder is het van belang buik- en rugspieren te trainen. Deze ondersteunen de ademhaling en verzwakte buikspieren bieden onvoldoende steun aan het middenrif, waardoor het teugvolume van de ademhaling kan afnemen. 11 Voeding Tijdens de voeding en lifestyle coaching wordt bijzonder aandacht geschonken aan volwaardige voeding en voeding die niet belastend is voor astma patiënten. Van belang is dat een aantal voedingsstoffen dienen worden te vermeden als; suiker, tarwe, melkproducten en E nummers. Daarnaast wordt zuurvormende voeding als varkensvlees, gebakken en gefrituurde producten, eieren, honing afgeraden. Melk en melkverwanten producten zijn slijmbevorderend wat bij astma patiënten dus averechts werkt. Het is belangrijk om zo zuiver mogelijk te eten. Veel mensen weten vaak niet meer, door alle reclame en berichten in de pers, wat men moet eten. Daar komt bij, dat wat goed is voor de één, niet altijd goed is voor de ander, dat is individueel of constitutioneel bepaald. Enerzijds gaat het bij gezond eten natuurlijk om de voedingsstoffen, zoals koolhydraten, eiwitten, vetten, mineralen en vitamines. Ook eetgewoontes spelen een rol bij het veranderen van voedingstyle. Maar ook de manier van telen, verbouwen en bewerken van de voeding is belangrijk! Ik probeer mensen met astmatische klachten zo veel mogelijk biologische of biologischedynamische voeding te laten eten. Deze voeding is met zorg en respect voor natuur en dier tot stand gekomen. Dat heeft gevolgen voor de kwaliteit van het voedsel en uiteindelijk voor de kwaliteit van het opmaken van iedere cel in je lichaam. Want Biologische voeding bevat geen schadelijke stoffen, en is zonder kunstmest of genetische 13 manipulatie tot stand gekomen. Planten en dieren rijpen naar hun eigen aard, in hun eigen tempo. De gewassen groeien in een gezonde bodem, waar meer soorten mineralen in voorkomen dan in de bodem die langdurig door kunstmest is bemest. Natuurvoeding wordt ook vaak minder bewerkt. En er worden geen of minder hulpstofen, zoals geur-, kleur- en smaakstoffen en conserveringsmiddelen toegevoegd. Natuurvoeding is volwaardige voeding, voeding vol noodzakelijke vitaminen en mineralen, in zijn pure, natuurlijke vorm en vol levenskracht. In mijn adviezen in mijn praktijk zal ik vaak uitgaan van deze volwaardige voeding deze bevatten veel meer antioxidanten en kan de vorming van vrije radicalen tegengaan. Hoe minder bewerkt, hoe minder belastend en hoe meer voedend voor het lichaam en natuurlijk voor het behandelen van Astmatische klachten. 11.1 E-nummers Wat veel mensen niet weten is dat voeding en volwaardige voeding een grote invloed heeft op het herstel van astmatische klachten. Want MSG veroorzaakt bij een zeer gering aantal mensen astma of verergert de klachten in sterke maten. E nummers zijn vaak chemische middelen die van oorsprong niet in ons voedsel thuishoren. Het zijn vaak de gifstoffen. Het piepen of fluiten van astmapatiënten na het gebruik van MSG is in proeven aangetoond. De klachten treden na 10 uur op en kunnen gepaard gaan met een verlaging van de hartslag (bradycardie). De MSG tolerantie fo – allergie symptomen kunnen aan de aanval voorafgaan. De hoeveeldheid die de astma-aanval veroorzaakt liggen tussen de 0,5 en 2,5 gramg MSG. Een deel van de verschijnselen wordt toegeschreven aan het “Chinees restaurant syndroom”. Het syndroom werd oorspronkelijk beschreven door Dr. Ho. Man Kwok in 1968 toen hij zelf na het nuttigen van chinees voedsel in restaurants dat hij klachten direct ondervond. 1 van de oorzaken is een allergie voor ingrediënten. Een ervan is koriander of ketoembar dat in vele producten voorkomt als; saté, soep, maaltijden, kruidenmixen, vlees en braadkruiden en soepkruiden, bami en nasi groenten en kruiden en drinkbouillon. Maar niet te vergeten ook de E951 en aspartaan. Dit is een zoetstof die in vele lightdranken voorkomt en snoep en zoetigheid. Een zeer gering aantal mensen vertoont ook een zeer heftige reactie bij deze toxische stoffen. Er kunnen diverse symptomen voorkomen als versnelde hartslag (tachycardie), paresthesie. De klachten als hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid en astmatische klachten. De symptomen komen bij vrouwen meer voor dan bij mannen. Er worden zelfs kinderen geboren met reeds de sporen van deze chemische middelen in hun bloed! E 951, aspartaam, wordt zelfs door de FDA (de amerikaanse voedingswaren autoriteit) gezien als een middel dat maar liefst 92 bijwerkingen kan veroorzaken! Sommige e nummers tasten uw immuunsysteem aan of zelfs uw zenuwstelsel! Verder worden E nummers in verband gebracht met gewichtstoename, buikpijn, slapeloosheid tot hersentumoren, de ziekte van Parkinson, Alzheimer, Multiple sclerose. 11.2 Uitleg over vrije radicalen en antioxidanten Onze lichaamscellen hebben zuurstof nodig om energie te kunnen produceren. Als bijproducten van de verbrandingsprocessen ontstaan daarbij allerlei zuurstofverbindingen, waarvan sommige zogenaamde vrije radicalen zijn. De vorming van vrije radicalen in het lichaam is een normaal biologisch proces dat het lichaam onder meer gebruikt bij het onschadelijk maken van ongewenste indringers (zoals bacteriën) door het afweersysteem. Maar ook door blootstelling aan schadelijke stoffen waaronder rook, pesticiden, lood, cadmium, E-nummers, UV-licht, sigarettenrook, luchtvervuiling en 14 uitlaatgassen, geneesmiddelen, alcohol, smog, oplosmiddelen worden met het ontstaan van vrije radicalen in verband gebracht. Ook bij bepaalde ziektes, zoals diabetes en met name (chronische) ontstekingsreacties kunnen veel meer vrije radicalen gevormd worden.Naarmate het lichaam meer energie produceert – bijvoorbeeld bij sporten of in geval van stress - neemt ook het aantal vrije radicalen toe. Bij ontstekingen als gevolg van ziekte of astma ontstaan meer vrije radicalen. Vrije radicalen zijn hoogreactieve deeltjes. Zij dringen andere lichaamseigen verbindingen, zoals eiwitten, vetten en het erfelijk materiaal, binnen en nemen van deze intacte moleculen afzonderlijke elektronen af. Deze aangetaste moleculen worden zelf vrije radicalen die weer met andere moleculen reageren. Zo ontstaat als het ware een echte kettingreactie, met cumulatief negatieve invloeden. Sommige cellen in ons immuunsysteem gebruiken deze agressieve vrije radicalen als wapen tegen bacteriën en virussen. Bij ontstekingen en allergieën produceert het immuunsysteem een grotere hoeveelheid vrije radicalen. De werking van vrije radicalen is echter nogal ongericht en ze kunnen dan ook lichaamseigen weefsels beschadigen.Een overdaad aan vrije radicalen betekent een concreet gevaar voor het lichaam. In dat geval spreekt men van oxidatieve stress. Vrije radicalen worden medeverantwoordelijk gehouden voor vele – vooral chronische – ziektebeelden waaronder astma, kanker, storingen aan het immuunsysteen, reumatische aandoeningen. Om vrije radicalen te neutraliseren heeft het lichaam de zogenaamde antioxydanten nodig. (Zie bijlage16 antioxidanten en vrije radicalen) 11.3 Wat zijn antioxidanten? Antioxidanten beschermen het lichaam tegen zogenaamde 'vrije radicalen' en andere schadelijke stoffen die in het lichaam vrijkomen als gevolg van allerlei oxidatiereacties. Zogenaamde oxidatieve deeltjes komen vrij bij het vrijmaken van energie uit voedingsstoffen, maar zijn ook aanwezig in sigarettenrook en vervuilde lucht. Ook bij bepaalde ziekteprocessen, zoals ontstekingsreacties, kunnen veel vrije radicalen worden gevormd. Als ze niet tijdig worden uitgeschakeld, kunnen vrije radicalen schade aanbrengen aan lichaamscellen. Op die manier spelen ze mogelijk een belangrijke rol in het verouderingsproces en bij het ontstaan van diverse welvaarts ziekten. Belangrijke antioxidanten in onze voeding zijn vitamine C en E en zink maar ook een groot aantal anderen vitaminen hebben een antioxidant werking. Onder normale omstandigheden worden lichaamscellen beschermd tegen vrije radicalen door een aantal antioxidant enzymen en door voedingsstoffen met een antioxidante werking ( zie hoofdstuk 15.3) Als de balans tussen de vorming van vrije radicalen en de antioxidant verdediging verstoord is, kunnen vrije radicalen schadelijk worden voor het lichaam. Er is dan sprake van zogenaamde oxidatieve stress. Dit kan leiden tot celbeschadiging en functieverlies en speelt waarschijnlijk een rol bij het ontstaan van verschillende ziekten, zoals kanker en hart- en vaatziekten. Ook aandoeningen van het centrale zenuwstelsel en verouderingsverschijnselen worden wel in verband gebracht met een overmatige aanmaak of onvoldoende afbraak van vrije radicalen. Het feit dat een bepaalde stof een antioxidant werking heeft, zegt echter niet zoveel. Of de stof het schadelijke effect van vrije radicalen teniet kan doen is afhankelijk van het vermogen van de stof om in voldoende mate te worden opgenomen door het lichaam en het op de juiste plaats in het lichaam (de cel) aanwezig zijn. Tijdens de consulten in mijn praktijk is voeding dus een wezenlijk onderdeel van de behandeling en zal hieraan ook de nodige aandacht aan worden besteed. 15 12 De Bowen Techniek® De Bowen Techniek® is een behandelmethode die al vele jaren met succes in Engeland en Australië wordt toegepast en enkele jaren geleden in Nederland is geïntroduceerd. Tom Bowen heeft de techniek opgezet in Australie. De vrouw van Tom Bowen leed zelf ook aan Astma. Tom Bowen ontwikkelde voor haar speciale moves. Zij had hiervan zo veel baat bij dat zij voor astma nooit meer naar het ziekhuis hoefde te gaan. De Bowen Techniek® is een een zachte en doeltreffende manuele behandelmethoden die het zelfgenezend vermogen van ons lichaam stimuleert. Een Bowen behandeling bevordert de genezing van het lichaam, vermindert pijn en zorgt ervoor dat geblokkeerde energie weer gaat stromen. Tijdens de behandeling worden er met de vingers zachte rol- en drukbewegingen gemaakt over spier- en bindweefsel op specifieke plekken op het lichaam. Door deze bewegingen wordt de fascie, een type bindweefsel dat ligt rond spieren, botten en gewrichten, kort in beweging gebracht waardoor de ontstane prikkel door de hersenen wordt geregistreerd. Vervolgens reageren de hersenen met een prikkel die het contact tussen hersenen en dit fascie herstelt. Door deze behandeling wordt de blokkade op deze plek opgeheven en komt het zelfgenezend vermogen van het lichaam weer op gang. Met de Bowen Techniek® zijn met goede resultaten uiteenlopende indicaties behandeld, zoals astma en hooikoorts. Voor het behandelen van astma (vaak speelt hierbij de intrinsieke factoor een grote rol in) gebruik ik een aantal technieken om de Nervus Vagus tot rust te brengen. De Nervus Vagus; is de tiende hersenzenuw, motorisch, sensibel en secretorisch, de zenuw heeft zijn oorsprong in het ganglion jugulare en vermoedelijk ook het ganglion nodosum, en heeft verbinding naar bijna alle organen in de thorax en het abdomen. Deze zenuw is de grootse zenuw van het parasympatisch zenuwstelsel (zie bijlage 12). Bij Bowen wordt er voornamelijk gewerkt voor het in homeostase brengen van het sympatisch en parasympatisch zenuwstelsel. Daarom is de Nervus Vagus een belangrijke zenuw omdat deze zenuw zoveel processen aanstuurt in het lichaam en werkt op het para sympatisch systeem. Door het parasympatisch systeem te activeren kunnen de aanvallen van astma verminderen. 12.1 De Bowen behandeling in mijn praktijk De behandeling wordt gestart met een uitgebreide iriscopiediagnose aangevuld met een uitgebreide anamnese en een specifieke astma vragenlijst die wordt doorgenomen ( zie bijlage 14). Tijdens de consulten wordt met de cliënt de voeding en lifestyle bekeken en doorgenomen. Daarnaast wordt de bloeddruk gemeten en wordt d.m.v. een peekstroom meter het longvolume gemeten. De piekstroom is het hoogste debiet dat men kan uitblazen en wordt gemeten ter hoogte van de mond. Een debiet is de hoeveelheid vloeistof of gas die per tijdseenheid ergens door stroomt. Peak wordt uitgedrukt in aantal liter per seconde of per minuut. Men stelt vast met een piekstoormmeter dat bij mensen met een longprobleem, zoals astma of COPD, de piekstroom gedaald is. Vooral bij astma patiënten is het het middel bij uitstek om de ziekte op te volgen. Astma patiënten hebben immers een sterk gedaalde piekstroom tijdens een astma aanval. Men is zich hier niet altijd van bewust en de peakflowmeter is dan aangewezen om een objectieve vaststelling van de piekstroom toe te laten. Het begin van de Bowen behandeling krijgt mijn cliënt de adembril van de Airnergy therapie op zijn neus en kan hij gedurende de behandeling met deze verrijkte zuurstof gewoon doorademen. De behandeling wordt gestart op de dorsale zijde (of rug). Op de rug worden speciale moves gezet. Deze moves worden volgens een vast protocol uitgevoerd. Dit basisprotocol start bij de “moves” bladzijde 1,2,3. De laatste moves, 16 bladzijde 3 worden uitgevoerd op de frontale zijde van de cliënt. Bij de eerste behandeling wordt vaak niet meer gedaan dan het basisprotocol. De volgende behandelingen wordt er dieper gewerkt en worden de specifieke Astma moves procedures toegepast. De spieren die worden ‘gemanipuleerd’ door de Bowen Astma moves zijn de lattissimus dorsi, erector spinae, rectus abdominis. Daarnaast wordt de Nier procedure en de Coccyx procedure vaak ingezet als ondersteuning van de therapie. Naast de Bowen therapie wordt aanbevolen rekening te houden met de voeding en leefstyle en allergenen moeten worden vermeden. Alle factoren die van invloed kunnen hebben moeten worden vermeden. Deze factoren worden vermeld in hoofdstuk 6. Door een integrale aanpak van de Bowen techniek, voeding en leefstyle coaching verminderen de klachten en hebben mensen vaak geen medicatie meer nodig. Mensen kunnen zich zelf ook behandelen met een korte en snelle ingreep. Dit is de Rescue ingreept. Of iemand nu hyperventilatie heeft of een astma aanval is deze rescue move zeer doeltreffend. Door deze rescue move wordt het middenrif vrijgegeven en wordt er meer ruimte gebracht tussen de te strakken ribspieren. In bijlage 13 staat een beschrijving hoe deze kan worden toegepast en wordt de 10e hersenzenuw afgebeeld. 13 Ademhalingsoefeningen gebasseerd op de Buteyko methode Er is in het reguliere medische wereld verbazingwekkend weinig aandacht voor de ademhaling. Veel klachten die hieruit voorkomen worden over het hoofd gezien, zoals chronische neusverkoudheid, slijm, piepende adem, veel hoesten, benauwd, door de mond ademen,veel verkouden, spierpijn, hartkloppingen, vermoeidheid, spierpijn, concentratie problemen, duizelig, hyperventilatie. De basis van de Buteyko Methode is gelegd door een arts uit de Oekraïne, Dr. Konstantin Buteyko. De therapie wordt steeds verder ontwikkeld en verfijnd. Recent medisch onderzoek laat zien dat de methode echt werkt en een stevige wetenschappelijke basis heeft. Artsen in Australië, Canada en Nieuw Zeeland hebben vele astmapatiënten die de Buteyko Methode leerden langere tijd gevolgd. Ze constateerden dat astmasymptomen drastisch afnamen, net zoals het gebruik van astmamedicijnen. Buteyko kwam tot de conclussie dat koolzuurgas een belangrijke rol speelt bij astma. De manier van ademen is dus erg belangrijk voor goed te kunnen ademen. Als iemand verkeerd ademt kan dit hyperventilatie en astma veroorzaken. Een verkeerde ademhaling betekent dat iemand voortdurend te veel ademt. Dit wordt ook wel chronische hyperventilatie genoemd. Wanneer we inademen brengen we lucht die rijk is aan zuurstof (O2) het lichaam in. Wanneer we uitademen laten we lucht die rijk is aan koolzuurgas (CO2) ontsnappen. Iemand die te veel ademt, verliest te veel koolzuurgas. Dit leidt tot een tekort aan koolzuurgas in de longen en het bloed. Koolzuurgas speelt een belangrijke rol bij vele processen in ons lichaam. De Buteyko Methode verbetert de ademhaling waardoor andere klachten als astma en ook helemaal verdwijnen. Mensen met astma hebben met de methode geen medicijnen meer nodig. Hoge bloeddruk verdwijnt. Allergieën nemen af. Men krijgt meer energie. Etc, etc.. 14 Airnergy De geactiveerde zuurstoftherapie van Active Air en Airnergy - tegenwoordig ook wel aangeduid als spirovitalisering - zorgt ervoor dat de ingeademde zuurstof beter door het lichaam kan worden benut. Het toepassen van deze therapie beïnvloedt de gezondheid en de vitaliteit en lijkt ook een positieve invloed op de levensverwachting te hebben. Geactiveerde zuurstoftherapie is een volstrekt natuurlijke therapie. De belangrijkste effecten van geactiveerde zuurstoftherapie zijn: 17 • • • Het verbrandingsproces in de cellen werkt beter, met als gevolg een hogere energieproductie. Hierdoor zal de vitaliteit toenemen. Het immuunsysteem wordt versterkt, waardoor in de cel meer beschermende antioxydanten worden geproduceerd. Deze antioxydanten neutraliseren de agressieve vrije radicalen. Dit heeft vooral een positief effect bij ziekten en aandoeningen, op de huid, de ogen en het verouderingsproces. Het autonome zenuwstelsel - de belangrijkste regelcentrale van alle processen in het lichaam - werkt aantoonbaar beter. Ook wordt er door deze therapie gewerkt op verbetering van het autonome zenuwstelsel w.o. het parasympatisch systeem. Dat betekent dat de stofwisseling wordt geoptimaliseerd, een randvoorwaarde voor een goede gezondheid. De therapie is gebaseerd op het principe van singlet oxygen energy, waarbij de zuurstofmoleculen in het therapietoestel op een natuurlijke wijze worden geactiveerd. De geactiveerde zuurstof wordt via een lichte neusadembril aan de therapiegebruiker toegediend. De resultaten van de therapie zijn aangetoond in vele klinische studies en onderzoeken. In Duitsland wordt het toestel zelfs erkend als medisch product. Geactiveerde zuurstoftherapie kan een positieve invloed hebben bij chronische ziekten en aandoeningen zoals: Astma en copd, allergie en hooikoorts. Antioxidanten zijn erg belangrijk voor het behandelen van astma. Tijdens de behandeling wordt er tevens met kleuren en aroma therapie gewerkt om de therapie te ondersteunen. Met het toestel kan de juiste kleur worden toegevoegd en in een bijgevoegde kolf kan de aroma worden ingezet zodat de lucht wordt voorzien van aroma therapie. De kleur die bij astma wordt ingezet is geel en ik zet vaak de aroma van de firma Chi in de vorm van de etherische olie ‘Davos’. In de bijlage 15 staat een artikel over een Airnergy gebruiker en COPD. 15 Aanvullende therapie Vanuit de darmen is het belangrijk om het immuunsysteem goed te laten functioneren. Als het blijkt dat klachten vanuit de darmen komen en dus het immuunsysteem dat ondermijnd is, is het noodzakelijk te diagnosticeren wat er precies uit balans is. Dit kan worden gedaan door een tweetal onderzoeken. Als er verdenking is op een dysbiose dan kan een basis test, de SKB test worden uitgevoerd of een uitgebreid onderzoek d.m.v. een Fecesonderzoek van RP Vitamino. Hier wordt het bloed of de ontlasting onderzocht in een laboratorium. De onderzoeken die gedaan worden zijn voornamelijk gericht op de darmen. Omdat de darm een belangrijke factor van het immuunsysteem is het belangrijk om duidelijk in beeld te krijgen wat en hoe er precies te werk moet worden gegaan. Want omdat iedereen uniek is wordt hierdoor de klacht van de cliënt en het behandelplan geheel afgestemd op de persoon. 15.1 RP Vitamino - SKB test: De SKB Test van RP vitamino is een diagnostisch middel om verstoringen in de lichaamsfuncties in een vroeg stadium op te sporen. De SKB Test bestaat uit twee verschillende onderzoeken, namelijk de ROTS test en de SKL test. Een combinatie van deze twee onderzoeken geeft een diagnostisch middel, waarmee de oorzaak van uw klachten zichtbaar wordt. Het uitgangspunt is een beoordeling van twee verschillende testen die elkaar aanvullen. De koppeling van deze testen zorgt voor een grotere objectiviteit en inzicht in het verloop van gezondheid en ziekte. 18 15.2 Feces onderzoek: Bacteriën zijn in grote hoeveelheden aanwezig op onze huid en in de slijmvliezen, maar de hoeveelheid bacteriën in onze darmen overtreft alles. Alleen al in de dunne en dikke darm leven naar schatting 100 biljoen bacteriën. Dit is meer dan het totale aantal lichaamscellen van het menselijk lichaam. Samen met microben vormen deze bacteriën de zogenoemde microflora van de darmen of kortweg: de darmflora.De darmflora bevat voornamelijk nuttige bacteriën die het lichaam op vele manieren ondersteunen. 15.3 Antioxidanten supplementen inzetten in de therapie: In hoofdstuk 11.3 heb ik beschreven wat de functie van antioxidanten. Hieronder noem ik de meeste gebruikte antioxidanten en die ik zou adviseren in mijn praktijk. Co-enzym Q10 (ubiquinon) is een vetoplosbare verbinding die de energiestofwisseling (ATP-synthese) in de celmitochondriën stimuleert. Co-enzym Q10 is in hogere concentraties aanwezig in weefsels en organen die veel energie verbruiken zoals hart, hersenen, spieren en lever. Daarnaast is co-enzym Q10 een krachtige vetoplosbare antioxidant die zich gemakkelijk in membranen beweegt en daar de vetachtige subanties beschermt tegen vrije radicalen. Vitamine E is de antioxidant in de vette delen, en zo dus de belangrijkste beschermer in de hersenen, zenuwstelsel, celwanden en huid. De celwand behoort een grote hoeveelheid vitamine E te bevatten om te voorkomen, dat vrije radicalen door de celmembramen naar binnen dringen. Natuurlijke vitamine E helpt deze belangrijke barrière tegen oxydatie in stand te houden. De vetten in de celmembranen zijn juist heel gevoelig voor oxydatie. Als vrije radicalen de cel wel binnendringen, beschadigen ze celstructuren die van vitaal belang zijn. De functie van de cel verzwakt of valt weg. Aantasting van het DNA (het erfelijk materiaal, dat in elke cel opgeslagen zit) heeft verminking van de erfelijke codes tot gevolg. Bij kankercellen is het DNA meestal onherstelbaar vernield door vrije radicalen. Esther C is eigenlijk de derde generatie vitamine C. Vitamine C in de vorm van ascorbinezuur wordt door veel mensen in grotere doses niet goed verdragen. Ongeveer 10 jaar geleden werd calciumascorbaat geïntroduceerd, waarbij het ascorbinezuur is gebonden aan calcium. Deze vorm van vitamine C is pH-neutraal. Ester-C is een unieke gepatenteerde formule die een aantal voordelen van ascorbinezuur en calciumascorbaat combineert Curcuma heeft antioxidatieve en ontstekingsremmende eigenschappen van Curcuma hebben geleid tot onderzoek naar de mogelijkheden die het kan bieden bij de bestrijding van de ziekte van Alzheimer (een aandoening waarbij oxidatieve en inflammatoire processen bij betrokken zijn). Ook zijn er inmiddels verschillende studies gedaan naar het effect van Curcuma en de bescherming tegen kanker. Gebleken is dat Curcuma in elk van de drie stadia, initiatie, promotie, progressie van de carcinogenese (tumorontwikkeling) een beschermende en remmende werking kunnen hebben is een krachtige antioxidant, ondersteunt het immuunsysteem, goed voor hart en bloedvaten. 15.4 Complex antioxidanten: Immuno-Norm versterkt en balanceert het immuunsysteem. Multi-vitamine, Het is belangrijk om een goede weerstand te hebben en het immuunsysteem gezond te houden om aanvallen van astma te voorkomen. Veel groenten en fruit is hierbij belangrijk. Om het aan te vullen is een goede Multi vitaminen aan te bevelen. 19 15.5 Vitamines Vitamine D is een afwijkend vitamine in de zin dat het lichaam het zelf kan aanmaken. Sterker nog, bij voldoende blootstelling aan ultraviolette straling uit zonlicht of andere bronnen is de eigen aanmaak vele malen groter dan wat via de voeding kan worden opgenomen. Pas bij onvoldoende zonblootstelling wordt vitamine D een essentieel nutriënt en wordt belangrijk hoeveel we ervan via de voeding innemen. Vitamine D en haar metabolieten zijn structureel verwant aan de steroïdhormonen. Met name in het laatste decennium stapelen de wetenschappelijke publicaties over dit nutriënt zich op en wordt duidelijk dat vitamine D in veel meer lichaamsprocessen een rol speelt dan alleen de calciumstofwisseling. Voedingsbronnen van Vitamine D Slechts zeer weinig voedingsmiddelen zijn een goede bron van vitamine D. Eigenlijk alleen vette vissoorten en de olie daaruit (met name de visleverolie in de vorm van levertraan) bevatten in vergelijking met ander voedsel relatief veel van het vitamine. De laatste jaren komen ook andere belangrijke functies van vitamine D aan het licht en speelt Vitamine D een rol in het immuunsysteem. 15.6 Spoorelementen Zink is één van de belangrijkste spoorelementen is. Zink komt in iedere lichaamscel voor en maakt waarschijnlijk deel uit van meer enzymsystemen dan welk ander mineraal ook. Verder speelt zink een belangrijke rol bij de regulatie van neuro- en immunotransmitters waardoor zink zowel immunologische als gedragsparameters kan beïnvloeden. zink is noodzakelijk voor alle celgroei- en differentiatieprocessen. Het is echter moeilijk om zelfs uit een gezonde voeding voldoende zink te halen, tenzij heel specifiek gelet wordt op zinkrijke producten. Rokers zijn goede kandidaten voor chronische zinkdeficiëntie, omdat cadmium uit sigarettenrook een antagonist is van zink. Ook bij alcoholisten wordt vaak zinkdeficiëntie geconstateerd. Een relatief kleine hoeveelheid alcohol bevordert reeds de zinkuitscheiding en remt de inbouw van zink in de lichaamsenzymen. Alcoholisten hebben vaak een verminderde voedselinname die tevens bijdraagt aan de zinkdeficiëntie. Onder ouderen komt eveneens veel zinkdeficiëntie voor. Bij hen is vaak zowel de zinkinname als de zinkabsorptie verminderd.Het westerse voedingspatroon wordt gekenmerkt door veel geraffineerde granen, suikers, gemaksvoedsel en vet. Dit patroon bevat te weinig zink en andere waardevolle mineralen. Eiwitrijk voedsel is in het algemeen een rijke natuurlijke bron van zink. Vooral oesters bevatten zeer veel zink, maar kunnen ook hoge gehalten aan zware metalen bevatten. Rood vlees en krab en in iets mindere mate gevogelte en vis zijn eveneens goede bronnen. Yoghurt draagt ook iets bij. Bij plantaardig voedsel gaat het met name om hele granen, peulvruchten, noten (m.n. pecannoten) en zaden (m.n. pompoenpitten). Een strikt vegetarische voeding levert in het algemeen te weinig zink. 15.7 Bacterie culturen Probiotica en immuniteit zijn belangrijke voedingssupplementen. Probiotische organismen worden vooral teruggevonden in gefermenteerd voedsel en in het bijzonder in gefermenteerde melkproducten. De belangrijkste bacteriesoorten met probiotische eigenschappen zijn melkzuurbacteriën (Lactobacillus) en bifidobacteriën (Bifidobacterium). Om effectief te zijn, moeten probiotica regelmatig worden toegediend. Eén van de gunstige gezondheidseffecten van probiotica is toe te schrijven aan het feit dat ze in de darm een barrière vormen tegen pathogene kiemen door onder meer de productie van melkzuur. Sommige probiotica adhereren aan de epitheliale cellen van de darm waardoor ze de binding van pathogenen verhinderen of ze concurreren met pathogenen voor de beschikbare nutriënten. Aan sommige probiotica wordt een immuunstimulerend effect toegeschreven. 20 Het is belangrijk om de juiste bacteriestammen te geven. Dit kan worden verklaard door het feces onderzoek van RP vitamino. Als de verkeerde bacteriestam wordt toegediend kan een negatief effect worden bereikt. In mijn praktijk zet ik vaak ProSybioflor en Sybioflor 1 & 2 in. Deze probiotica wordt in fases toegediend volgens een tijdschema. 15.8 Meervoudig onverzadigde vetten Lyprinol is een natuurlijk gestabiliseerd lipidenextract dat bestaat uit een zeldzame combinatie van lipiden groepen en unieke meervoudig onverzadigde Omega-3-vetzuren. Lyprinol is vele malen krachtiger dan andere vetzuursupplementen. Onafhankelijk onderzoek heeft uitgewezen dat Lyprinol 200 tot 350 maal zo krachtig is als andere oliën. Lyprinol wordt gemaakt van de groenlipmossel (Perna canaliculus) deel uit van het dieet van de Maori's, de oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Zeeland. De mossel is een rijke bron van eiwitten, vitamines, mineralen en waardevolle meervoudig onverzadigde vetzuren w.o. sterolesters, triglyceriden, vrije vetzuren, sterolen en polaire lipiden (fosfolipiden). Ter vergelijking met andere bronnen van omega-3-vetzuren: lijnzaadolie en visolie bevatten voornamelijk triglyceriden. Lyprinol bevat veel EPA en DHA, terwijl lijnzaadolie vooral ALA (alfalinoleenzuur) en visolie vooral EPA bevat. Lyprinol is uniek door de aanwezigheid van ETA naast EPA en DHA; juist deze vetzuren blijken de omzetting van arachidonzuur in ontstekingsbevorderende eicosanoïden sterk te remmen. Lyprinol is aantoonbaar werkzaam bij astma. Lyprinol remt de enzymen 5-LOX en COX-2 die betrokken zijn bij astma. Theoretisch zou Lyprinol daarom moeten helpen om astma aanvallen te voorkomen. In de paktijk is dit nu ook bewezen met een klinische, dubbelblinde en placebogecontroleerde studie.Lyprinol is dus een effectief en veilig middel om astma aanvallen te voorkomen of te beperken. 15.8 Minarelen Schussler Celzouten hebben als 'gezondheidsproduct ' tot doel: Het instand houden en/of bevorderen van een goede gezondheid.Dr. W. Schüssler ( 18211898) ontdekte tijdens zijn werk als biochemicus de twaalf celzouten. Als hij het lichaam van iemand die zojuist was gestorven cremeerde en daarna de as analyseerde, bestond de as uit nog maar twaalf ingrediënten, de 12 celzouten. Wanneer de ziektegeschiedenis van de overledene bekend was, onderzocht hij of dit van invloed was op de samenstelling van de celzouten. Zo ontdekte Schüssler een verband tussen de klachten waaraan iemand leed en het feit dat een of meerdere celzouten in de as niet of nauwelijks aanwezig waren. De celzouttherapie van Dr. Schüssler is er op gericht om het door overbelasting optredend tekort aan celzouten aan te vullen. Anders gezegd: indien de 12 celzouten in de juiste verhouding en op de juiste plaats aanwezig zijn in het organisme, is dit optimaal voor de gezondheid. De stofwisseling functioneert niet goed als er een tekort aan celzouten is. En een gebrekkige stofwisseling geeft overbelasting, wat op den duur aanleiding is voor klachten. Als een ziekmakende prikkel – bijvoorbeeld verstoring van de moleculaire beweging door verzuring – een cel treft, dan wordt haar functioneren in eerste instantie versterkt. Zo biedt de cel weerstand aan de prikkel. Maar als zij hierdoor een deel van haar celzouten verliest, dan is zij ‘ziekelijk veranderd’. De cel is dan verzuurd door een tekort aan celzouten en vraagt om een aanvulling uit de reserves van het lichaam. Is dat niet meer mogelijk, dan is aanvulling gewenst. Bij astma kunnen de volgende celzouten worden ingezet: Calcium Phosphoricum (2), Ferrum Phosphoricum (3) Kalium Chloratum (4), Natrium Chloratum (8), Natrium Sulfuricum (10). 15.9 Energetische middelen: De Essentia Energetica van Vita Producten B.V. zijn zodanig energetisch samengesteld dat het daadwerkelijk uitsluitend de energie is die werkt, met dezelfde middelen, de quanten. In de Syntheses is de drager een water alcoholmengsel en in de BRE (Bio resonante Equivalentie) zijn het een aantal kruiden. De basiswerking hiervan is het voorspelbaar laten interfereren van twee of meer basisenergieën op een noodzakelijk 21 niveau, zodanig dat dit niveau exact gelijk is aan de blokkade of vervuiling of ruis tussen processen, of belasting in het bewuste, onderbewuste, DNA enz - Allegra (firma DNH), wordt gebruikt bij o.a. astma. Heeft een gunstig effect op het immuunsyssteem en de histamine-of immunoglobulinerespons te moduleren. Quintintox (firma DNh), heeft een gunstige werking op de functiie van de lever, nieren en lymfen om tot uitscheiding van de geneutraliseerde stoffen. Synthese 71 , (Vita producten) reinigt longblaasjes Synthese 95, (Vita producten)werkt op het Mesenchym (embryonaal weefsel) Synthese 49, (Vita producten)werkt op verbeterde functie van de longen Systeem regulator L (Vita producten) werkt op long, lever en lymfesysteem en reinigt en regenereert. 16 Bioresonantie Na het kiezen van een aantal middelen (w.o. de hierboven beschreven middelen) test ik de middelen uit met bioresonantie. Bij de bioresonantie werk ik met de biotensor. De biotensor is een fijngevoelig bioenergetisch testinstrument waarmee ik het lichaam kan “doormeten” en ik blokkades en stoorvelden in het lichaam kan opsporen. Vanuit de iriscopie kan ik zien dat het lichaam uit balans is, de weerstand slecht is of er een dysbiose in de darm is waaronder obstipatie vaak een uiting is van dysbiose en dit zichtbaar is in het oog. De behandeling bestaat uit het innemen van bioresonantiemiddelen, vitamines en mineralen en kruiden die voor elk individueel persoon uitgetest worden met de biotensor. Het innemen van deze middelen kan samengaan met het opvolgen met een (tijdelijk) dieet dat volgt uit een gezondheidsadvies. 22 17 Conclusie Ademen is van levensbelang voor het leven en is de energie en stofwisseling van het biologisch leven en is ademhaling een deel van de stofwisseling. Elk organisme moet hiermee gevoed worden. Mens en dier zijn aangewezen op de instandhouding van het leven op deze vorm van energie. In de cellen, die worden gevoed door de ademhaling is het van levensbelang dat deze stofwisselingsprocessen goed verlopen. Het is van belang dat er gezonde energie toevoer wordt aangevoerd zodat het lichaam optimaal kan functioneren. Als er op 1 van de vlakken echter een stagnatie ontstaat wordt het hele stofwisselingstraject verstoord. Als dit een lange periode aanhoudt ontstaat er een disbalans in het systeem en kan het lichaam niet meer in homeostase verkeren. Hierdoor ontstaan er klachten of ook wel astmatische klachten. Het behandelen van astma zie ik als een integraal behandeltraject waarbij verschillende factoren van invloed kunnen hebben op het systeem. In mijn visie zie ik de Bowen techniek aangevuld met de door mij beschreven natuurgeneeskundige behandelmethoden benoemd in deze scriptie afgestemd op de individuele persoon. De Bowen techniek heb ik in mijn case studies toegepast bij 6 mensen. Daarbij paste ook aanvullende therapie. De zesde persoon heb ik niet alle behandelingen gegeven doordat zij haar afspraken annuleerde. Van de 6 cliënten hebben daadwerkelijk 5 cliënten baat gehad bij de behandelingen. Echter de cliënt die geen of weinig resultaat boekte zag ik door het niet opvolgen van de aanvullende adviezen. Het betrof hier een klein meisje van waarbij ouders de adviezen die gegeven werden niet wilde of konden opvolgen waardoor het resultaat van de behandeling dan ook moeilijk te meten is. Bij 2 cliënten is astma geheel genezen en is voeding en leefstijl en stress een grote factor geweest bij het ontstaan van astmatische klachten. Bij 1 cliënt wordt er nog sporadisch medicatie gebruikt. En 1 cliënt heeft geen medicatie meer maar heeft af en toe nog lichte klachten. Het opmerkelijke bij 5 van de 6 proefpersonen is dat er sprake is van zeer ernstig overgewicht. Door aanpassing van gezonde leefstijl en voeding en beweging kan er al veel resultaat worden geboekt. Het voeden met volwaardige gezonde voeding zonder additieven en met gezonde lucht bewijst hierbij dat voor een optimale celstofwisseling dit van levensbelang is en dat het veel winst kan hierbij kan worden geboekt. Verder heeft het vermijden van additieven en suiker (e nummers) een grote invloed op het verminderen van klachten. Het E nummer kan als allergeen worden gezien en kan een allergische reactie veroorzaken. Verder zie ik bij de cliënten met ernstig overgewicht een psychische element als achterliggende oorzaak. Dit was bij 6 cliënten die ik gezien heb het geval. Hier speelde vaak in het verleden psychische elementen een grote rol. Zo was er bij 3 mensen sprake van een traumatische ervaring in het verleden in de gezinssituatie. 5 van de 6 mensen zijn of zijn geweest onder behandeling van een GGZ psycholoog of traject. 2 clienten zijn onder behandeling voor een eetstoornis. Bij alle cliënten die ik gezien heb was er sprake van ernstige vermoeidheid die een grote invloed heeft op het leven van de cliënt. Verder heb ik bij 1 cliënt pseudokroep geconstateerd op jonge leeftijd wat een grote trigger kan zijn voor het ontstaan van astmatische klachten op latere leeftijd. Er rookten 2 cliënten ernstig op dit moment en 1 cliënt heeft als kind veel ‘meegerookt’ met de ouders. Opmerkelijk te noemen is ook dat bij 4 van de 6 cliënten sprake dat ik via de iriscopie diagnose een aantal opmerkelijke verschijnselen heb gezien. Er was bij 4 cliënten sprake van een lymfatische constitutie met een diathese urinezuur. Hierbij is het systeem vaak niet makkelijk in staat vanuit het zelfherstellend vermogen te herstellen. Hulp en veel aanpassing bij voeding is hierbij nodig. Als het lichaam nog geen klachten ontwikkelt is er vaak sprake van een dispositie. Bij de lymfatische constitutie (1 van de 3 soorten blauwe ogen) zijn longklachten vaak genetisch bepaald. Vaak hebben kinderen vaak last van KNO klachten en past pseudokroep hier ook bij. Kinderen hebben ook vaak 23 last van eczeem en astmatische klachten en werkt het lymfe systeem minder en het immuunsysteem is wat verzwakt. Er is vanuit genetisch component een verzwakking op de longen en dit kan door het leven versterkt worden. Vaak ontstaat er dan een dispositie en hoeven er nog geen klachten aanwezig te zijn. Maar bij de clienten die ik zag was er sprake van een ernstige vervuiling en was er een urinezuur diathese. 2 cliënten hadden een hematogene constitutie waarbij ik in het oog ‘spanningsringen’ heb vernomen. De longklachten zijn hierbij niet genetisch aangelegd maar is stress en spanning verkregen door het leven dit kan spanning en verkramping geven op de spieren en ademhaling en invloed hebben op het para sympatisch systeem. Bij 1 cliënt met de hematogene constitutie is de astma geheel verdwenen. Dit wijst op astma verkregen door spanning. Bij 1 client met de lymfatische constitutie is de astma verdwenen door voeding en lifestyle coaching. Bij alle cliënten heb ik via de irisdiagnose een verzwakking gezien op de longen, lever en nieren. Bij dit onderzoek is hieruit duidelijk naar voren gekomen dat astma door intrinsieke factoren of door genetische factoren bepaald is. Volgens cijfers is er bij 20-30% van de gevallen geen onderliggende allergische reactie en is vaak zwaarlijvigheid een bepalende factor voor het ontstaan van astma. Dit zie ik bij mijn cliënten dan ook het geval. Astma kan vele factoren hebben bij het ontstaan ervan. Door het behandelen via holistische therapie kan je meer inzicht krijgen en methoden inzetten om de klacht te behandelen met een positief resultaat waardoor men niet meer genoodzaakt is reguliere medicatie te nemen. Ik hoop dat deze scriptie u veel inzichten heeft gegeven over het behandelen van deze complexe klacht. Nicolette Bosveld 24 Geraadpleegde literatuur COPD en astma drs. F.M.J. Toben en Dr. F.H. Krouwels Wormer, 2004 COPD en astma: van de kliniek tot de spirometrie Maurits Demedts en Jean-Claude Yernault Leuven – Apeldoorn 2001 COPD Marcel Nijland Utrecht, 2007 Gezond met kruiden ; Astma en bronchitis Jill Wright Oosterhout 2004 (vertaling van Asthma and bronchitis - Oxford 2001) Zorgboek astma E.H. Coene, S. Kok, S. Kollaard Stichting September, 2004 Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde Prof. Dekhuizen en collega’s 2 februari 2006 De Buteyko methoden, D. Kuiper ISBN13 9789076771854 Gezichtsdiagnose - Dr. Schüsslers celzouttherapie, D. van der Snoek & I. van der Snoek - isbn 90-202-4402-7 Voeding als medicijn, Auteur Rob Oppedijk ISBN13 9789021595184 Allergie, over hooikoorts, astma en eczeem en andere aandoeningen. Dr. Gerth van Wijk, Dr. H. de Groot. Eetwaar=eetbaar? Over voedsel en allergie, dr. J. Kamsteeg. ISBN 90230114 7, herziende druk 2003 Anatomie en Fysiologie van de mens, L. Kirchmann Coëlho zakwoordenboek der geneeskunde, Auteurs: Coelho, Jochems, A.A.F., Joosten F.W. AOV Vademaecum 25 Bijlage 1 Belangrijkste verschillen tussen astma en COPD Astma Belangrijkste risicofactor Optreden symptomen Voorkomen Beloop Levensverwachting Longfunctie COPD Erfelijke aanleg (atopie) Roken Periodiek optreden Chronisch aanwezig Alle leeftijden Boven de 40 jaar Chronisch en geleidelijk verergerend Verminderd Verminderd, ook bij optimale behandeling Overwegend gunstig, al dan niet met onderhoudsmedicatie Overwegend normaal Vrijwel normaal bij optimale behandeling Bijlage 2 Trend in de jaarprevalentie van astma naar leeftijd in de periode van 1971 -2004 Bijlage 3 kranten artikel Eén op vijf kinderen is chronisch ziek Maar liefst één op de vijf kinderen van 4 tot 12 jaar heeft volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) te maken met een langdurige ziekte. Gedragsstoornissen en moeheid komen ook vaak voor. Met name astma en chronische bronchitis komen vaak voor bij kinderen, namelijk bij 1 op 10. Ruim 6 procent heeft last van eczeem. Omdat astma en eczeem vaak samengaan, heeft een kwart van de kinderen met eczeem ook te maken met deze luchtwegaandoening. Kanker komt slechts bij 0,1 procent van de kinderen voor.Ook hebben kinderen van 4 tot 12 jaar last van langdurige gedrags- of leerstoornissen. Hieronder valt dyslexie (4 procent), en hyperactief en aandachtsgestoord gedrag (5 procent). Vooral jongens hebben vaker een langdurige gedrags- of leerstoornis.Ruim een kwart van de kinderen was in de afgelopen twee weken moe. 12 procent was ziek en heeft het rustiger aan moeten doen. 20 procent heeft last van hoofdpijn. De helft van de kinderen met klachten heeft last van meer dan één klacht.Door: Redactie Bron: CBS - 01-12-2008 26 Bijlagen 4 Kranten artikel Stilzittende kinderen hebben meer kans op astma LONDEN - Kinderen die meer dan twee uur per dag televisie kijken, lopen twee keer zoveel risico astma te ontwikkelen als kinderen die minder voor de tv hangen. Dat blijkt uit onderzoek van Britse wetenschappers, dat dinsdag gepubliceerd werd in het wetenschappelijke blad Thorax.De onderzoekers wilden zien of een gebrek aan beweging invloed heeft op het ontwikkelen van astma. Ze volgden daarom ruim drieduizend kinderen van hun geboorte totdat ze twaalf waren. Spelcomputers Aan de ouders werd gevraagd hoelang de kinderen televisie keken, om vast te stellen hoelang ze niet bewogen. Naar spelen met spelcomputers werd niet gevraagd, omdat deze nog niet zo wijdverspreid waren als nu. Uit onderzoek blijkt verder dat 6 procent van de onderzochte kinderen op hun twaalfde geen symptomen hadden van astma. Bijlage 5 UniversiteitGent-onderzoek leidt naar nieuwe behandelingsmethoden en betere preventie van astma Actief roken is een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van astma bij adolescenten en volwassenen. Roken versterkt ook andere allergische luchtwegontstekingen. Dat blijkt uit het doctoraatsonderzoek van Katrien Moerloose van de vakgroep Longziekten van de UGent en het UZ Gent. Verschillende epidemiologische studies suggereren dat zowel actief als passief roken bestaand astma kunnen verergeren. Van passief roken wordt daarenboven aangenomen dat het astma kan veroorzaken bij kinderen en volwassenen. In haar doctoraatsonderzoek onderzocht dr. Moerloose wat in weinig medische literatuur beschreven wordt: het verband tussen actief roken en het ontstaan van astma. Via experimenten met muizen toonde ze aan dat sigarettenrook de normale tolerantie van de long voor onschuldige allergenen kan verstoren. Dit kan leiden tot sensibilisatie (het gevoelig worden van de long voor dit -normaal gesproken- onschuldig allergeen). Actief roken is met andere woorden een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van astma.In een andere reeks experimenten toonde dr. Moerloose aan dat roken een vooraf bestaande allergische luchtwegontsteking kan verergeren. Het sensibiliseren met allergeen, gevolgd door een herhaalde blootstelling aan dit allergeen in combinatie met sigarettenrook, leidde tot een verhoogde gevoeligheid en meer uitgesproken ontsteking van de luchtwegen, en tot blijvende structurele veranderingen van de luchtwegen (remodeling). Deze studies maken het mogelijk om de mechanismen die daarvoor verantwoordelijk zijn, verder te ontrafelen. (Bron: Universiteit Gent, 21-12-2007) foto:rokerslong foto:gezonde long 27 Bijlage 6 De ontstekingsreactie bij astma. Bijlage 7 NO2 luchtvervuiling boven Nederland hoogste van de wereld Met de nieuwste satellietinstrumenten is het momenteel mogelijk om naast grondstations ook met satellieten luchtvervuiling te meten. De SCIAMACHY en OMI kaarten waarop goed is te zien dat de NO2 luchtvervuiling boven Nederland en directe omgeving tot de hoogste van de wereld gerekend kan worden hebben de landelijke pers diverse keren gehaald. Bron: KNMI, 13 juni 2006 28 Bijlage 8 Natuurlijke invloeden ionenconcentraties per cm3 Heldere berglucht Gewone lucht Vlak voor een storm Na een storm Typisch kantoorlucht Een gesloten voertuig Bron: Clean Air Optima, Oldenzaal Bijlage 9 Negatieve Ionen 2000 1500 750 2500 150 50 Positieve Ionen 2500 1800 2500 750 200 150 Totaal 4500 3300 3250 3250 350 200 Ervaren effect van ionisatoren Onderstaande tabel bevat de resultaten die geboekt zijn met gebruik van ionisatoren in slaapkamers, afgezet tegen de reden van aankoop. Dit onderzoek werd verricht onder leiding van Dr. Hawkins van de Universiteit van Surrey in Engeland. In deze tabel zijn de gegevens samengebracht van een onderzoek naar de aanschaf redenen van 1000 personen die een ionisator kochten. Bovendien werd onderzocht hoe succesvol de ionisatoren waren in het verlichten van de klachten die de reden voor de aanschaf van de ionisator vormden. Terwijl zij die het apparaat gekocht hadden ter verlichting van reumatische klachten weinig of geen verandering rapporteerden, is ruim 70% van de gebruikers tevreden over hun aankoop en de door de ionisator gebrachte verlichting van hun klachten. De tijdsduur van het onderzoek was 6 maanden. (Bron: ionisator.nl) Bijlage 10 Nervus Vagus of tiende hersenzenuw (n. X) heeft veel vertakkingen, die het gros van de ingewanden bedienen. Dit 'uitzwermen' ligt aan de basis van de naam, die afgeleid is van het Latijn 'vagare', wat 'ronddwalen', 'zwerven' betekent. De nervus vagus is één van de twaalf hersenzenuwen en tevens de grootste 29 parasympatische zenuw van het autonome zenuwstelsel. e vagus regelt o.a. de hartslagfrequentie, de darmperistaltiek, de transpiratie, de spraak en houdt de larynx open voor de ademhaling. Verder vangt ze impulsen op van o.m. het uitwendig oor en een deel van de hersenvliezen. De vagus is dus een gemengde zenuw; zij bevat zowel sensorische als motorische neuronen. Onderstaande figuur geeft de voornaamste aftakkingen van de vagus weer: Afbeelding locatie Nervus vagus en functies. Bijlage 11 Bouwstenen immuunsysteem oorzaak astma-aanvallen Een ‘anti-lichte ketentherapie’ zou een nieuwe strategie kunnen zijn in de behandeling van astma. Vrije lichte ketens blijken namelijk in staat zogenaamde mestcellen in de longen, die een rol spelen bij de afweer, te activeren. Dit leidt tot luchtwegvernauwing, zo hebben dr. Aletta Kraneveld en collega-onderzoekers van de Universiteit Utrecht aangetoond. Zij publiceren hierover in de Proceedings of the National Academy of Sciences of the United States of America. Antilichamen zijn opgebouwd uit twee typen moleculen: zware en lichte ketens. Tijdens het ontstaan van overgevoeligheid worden lichte ketens in een kleine overmaat aangemaakt. Daardoor komen ze in de bloedbaan en in weefsel terecht. De onderzoekers hebben aangetoond dat vrije lichte ketens in staat zijn mestcellen in de longen te activeren en zo luchtwegvernauwing te veroorzaken. Testen De onderzoekers hebben deze hypothese getest in een muismodel waarin ze sensibiliseerden met een specifiek allergeen. Behandeling met een vrije lichte ketenantagonist zorgde er voor dat er geen astmatische symptomen ontwikkelden na allergeenblootstelling in de luchtwegen. Studies in menselijke bloedmonsters laten zien dat de hoeveelheid vrije lichte ketens in astmatische patiënten hoger is dan in gezonde vrijwilligers. Overgevoeligheid huid De Utrechtse onderzoeksgroep van Kraneveld en dr. Frank Redegeld had in 2002 al aangetoond dat vrije lichte ketens in staat zijn allergische overgevoeligheidsreacties in de huid te veroorzaken. De volgende stap was te onderzoeken of vrije lichte ketens een rol spelen bij astma, een ziektebeeld dat gekarakteriseerd wordt door chronische luchtwegontsteking door mestcelactivatie. In de toekomst zouden vrije lichte ketens een therapeutisch aangrijpingspunt kunnen zijn voor het ontwikkelen van nieuwe geneesmiddelen. Bron: Universiteit van Utrecht, Faculteit Farmaceutische Wetenschappen, 12 januari 2005. 30
© Copyright 2025 ExpyDoc