mededeling beantwoording vraag benchmark zuiveringsresultaten

Zaaknr. : 14.ZK010097/14.B0326
Kenmerk : 14IT029353
Barcode :
*14IT029353*
Beantwoording vraag benchmark zuiveringsresultaten uit het AB van
15 oktober 2014
Mededeling voor het algemeen bestuur van 12 november 2014
Portefeuillehouder: Th. Schots
Datum:
Naam schrijver:
31 oktober 2014
Henny Bron
Inleiding
In het AB van 15 oktober jongstleden is, naar aanleiding van het zeer goede benchmarkresultaat “vierde
beste overheidswerkgever van Nederland”, een vraag gesteld over hoe zich dit resultaat verhoudt tot andere
de benchmarkresultaten. Andere benchmarks zijn Waterschapspeil, Waterschapspiegel en de
Bedrijfsvergelijking Zuiveringsbeheer. Beide eerstgenoemden komen in november officieel uit en zullen dan
ter informatie aan het AB ter beschikking worden gesteld. De Bedrijfsvergelijking Zuiveringsbeheer is in het
AB van 11 juni 2014 als mededeling geagendeerd geweest.
Vraag
In de Bedrijfsvergelijking Zuiveringsbeheer 2012 scoort het waterschap relatief slecht ten aanzien van
effluentkwaliteit en zuiveringsrendement. Voor bijvoorbeeld stikstof- en fosfaatverwijderingsrendement
behoort het waterschap tot de laatste vier van de ranglijst. Het waterschap voldoet echter wel voor 100%
aan de lozingseisen en behoort tot de top-4 goedkoopste waterschappen. Dit levert zeer goede scores op.
De vraag betreft de relatie tussen (benchmark-)resultaten en vigerend beleid. Deze mededeling legt de
gevraagde relatie en kan beschouwd worden als aanvulling op de mededeling van 11 juni.
Antwoord
De gerealiseerde effluentkwaliteit is het gevolg van het vigerende beleid van het waterschap. In dit beleid is
het hoofddoel van de zuiveringstaak: transport en zuivering van de overeengekomen hoeveelheid afvalwater
en het voldoen aan de eisen uit Waterwet- en Omgevingswetvergunningen. Uitsluitend in situaties waarin de
waterkwaliteit het vereist, wordt verdergaand gezuiverd. Dit doen we op steeds duurzamere wijze en samen
met partners.
Dit beleid heeft een aantal consequenties die samen deze score verklaren:

Circa 85% van het effluent van waterschap Brabantse Delta wordt geloosd op Rijkswateren. Deze
Rijkswateren zijn minder kritisch ten aanzien van stikstof en fosfaatconcentraties dan binnenwater,
omdat het water naar zee stroomt. De betreffende rwzi’s hebben daarom iets minder stringente
effluenteisen voor P en N. Het betreft onder andere de rwzi’s Bath, Nieuwveer, Waalwijk en Dongemond.

Als gevolg van langjarig consistente uitgevoerd beleid van het waterschap om te voldoen aan de
vergunningseisen (en niet meer dan dat) zijn de ontwerpen van de rwzi’s precies op maat. Er is
nauwelijks overtollige zuiveringscapaciteit die kan worden ingezet om verdergaand te zuiveren dan
noodzakelijk is.

Binnen het beheersgebied van het waterschap zijn relatief veel bedrijven aanwezig met een eigen
industriële voorzuivering. Het geloosde bedrijfsafvalwater bevat daardoor nog weinig CZV, namelijk de
slechtst afbreekbare fractie, waardoor het zuiveringsproces op de rwzi minder goed verloopt, met lagere
verwijderingsrendementen voor CZV en stikstof tot gevolg.
 Duurzaamheid vergroten betekent een kleiner netto verbruik van energie en grondstoffen. Dit kan
enerzijds door besparing op verbruik, maar ook door terugwinning en hergebruik. Een belangrijke
bijdrage aan besparen op grondstoffenverbruik wordt bereikt door te draaien aan de chemicaliënknop: er
wordt afgepast ijzer- en/of aluminiumzout gedoseerd voor fosfaatverwijdering, zodanig dat keurig aan de
fosfaateis wordt voldaan. Besparen op energieverbruik wordt onder andere bereikt door te draaien aan
de energieknop op Nieuwveer. Hier kan extra stikstof worden verwijderd door meer effluent te
recirculeren. Maar we kiezen voor voldoende stikstofverwijdering zodat keurig aan de stikstofeis wordt
voldaan en (pomp-)energie wordt bespaard.
Conclusie
Samenvattend kan gesteld worden dat de scores in de benchmark het gevolg zijn van het vigerend beleid.
Kiezen voor hogere scores op effluentkwaliteit en zuiveringsrendement is mogelijk maar zal ten koste gaan
van andere hoge scores. Meer fosfaat verwijderen kost meer chemicaliën, waardoor op duurzaamheid wordt
ingeleverd. Meer stikstof verwijderen betekent een hoger energieverbruik en/of hoge investeringskosten. Dit
gaat ten koste van duurzaamheid en het lage belastingtarief.
-2-