RAADSVOORSTEL Aan de raad van de gemeente Wormerland Datum aanmaak 25-9-2014 Onderwerp Kaders en verordening Wmo 2015 Programma en portefeuillehouder 4 Sociaal Domein, P.J.M. Fens Raadsvergadering 25 november 2014 Onderwerp Kaders en verordening Wmo 2015 Gevraagde beslissing 1. In te stemmen met de volgende beslispunten in de kadernotitie op hoofdlijnen voor de Wmo 2015 in Wormerland: a. de hoogte van het pgb wordt bepaald aan de hand van en tot het maximum van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Voor inzet van het sociaal netwerk wordt een pgb percentage gehanteerd van 75% van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Het college werkt deze hoofdlijn uit in nadere regels (optie 3 uit kadernotitie). b. De gemeente maakt geen gebruik van de weigeringsgrond op basis van de Wmo wanneer de kosten van de gewenste voorziening hoger zijn de kosten van de voorziening in natura. De gemeente gaat er dan vanuit dat de inwoner zelf de meerkosten betaalt (optie 2 uit kadernotitie). c. Wel een eigen bijdrage heffen voor maatwerkvoorzieningen, uit te werken in nadere regels (optie 2 uit kadernotitie). d. Aan iedereen met een maatwerkvoorziening een eigen bijdrage opleggen, behalve daar waar dit wettelijk niet is toegestaan. Minima betalen enkel de minimale eigen bijdrage ongeacht de hoeveelheid zorg of voorzieningen zij hebben. Als zij dit niet kunnen betalen is compensatie via de bijzondere bijstand mogelijk (optie 1 uit kadernotitie). e. Eigen bijdrage heffen voor alle maatwerkvoorzieningen, waar wettelijk toegestaan. Voor een aantal, nader te benoemen algemene voorzieningen betalen mensen de kostprijs. Het college werkt dit uit in nadere regels (optie 2 uit kadernotitie). f. In de verordening vastleggen dat elke twee jaar het door de gemeente gevoerde Wmo-beleid wordt geëvalueerd (optie 2 uit kadernotitie). g. De raad legt de aanvraagprocedure voor een maatwerkvoorziening vast in de verordening. Het gaat dan om onder andere de melding, het gesprek, het gespreksverslag of ondersteuningsplan (optie 1 uit kadernotitie). h. De jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers wordt door het college vastgesteld in een nadere regeling. Hierbij betrekt het college de resultaten van onderzoeken naar wensen en ideeën van mantelzorgers (optie 2 uit kadernotitie). i. Het college te vragen om de opties 3 en 4 (algemene voorziening en resultaatgericht werken en productfinanciering ) nader te onderzoeken in combinatie met het nog te ontwikkelen plan voor de toelage regeling hbh in de regio. Op basis hiervan werkt het college in overleg met de Adviesraad Sociaal Domein de voorkeursoptie uit in een nadere regeling die in de loop van 2015 geïmplementeerd wordt. Tot 1 juli 2015 behouden alle mensen die nu hulp bij het huishouden categorie 1 hun huidige indicatie (optie 3 en 4 en toelageplan regio). j. Wel tegemoetkoming verlenen bij aannemelijke meerkosten met een voorkeur om dit op te nemen in de collectieve zorgverzekering (GEP pakket) (optie 3 uit kadernotitie). Alternatief is optie 2 waarbij een tegemoetkoming mogelijk is via individuele bijzondere bijstand. k. Naast de wettelijke bepalingen worden geen nadere kwaliteitseisen opgelegd. l. De gemeente wil dat de cliëntondersteuning onderdeel wordt van het te ontwikkelen meetinstrument. Het college werkt dit verder uit. De informatie die hieruit komt zal worden gebruikt voor de afspraken die voor 2016 moeten worden gemaakt met MEE. In het Wmo-beleidsplan wordt aandacht besteed aan de mogelijke verdere ontwikkeling van cliëntondersteuning in de gemeente. m. Werken met een klein sociaal kernteam met generalistische specialisten die vanaf de intake tot de levering van maatwerkvoorzieningen contact houden met de cliënt die werken volgens het principe klein houden wat kan, opschalen indien noodzakelijk. Hiertoe maakt het sociaal kernteam gebruik van expertise in een flexibele schil (optie 2 uit kadernotitie). 2. De Verordening Wmo 2015 gemeente Wormerland vast te stellen. Bevoegdheid Gemeenteraad Inleiding en probleemstelling In de notitie “kaders op hoofdlijnen voor de Wmo 2015 in Wormerland” staan beslispunten die in de Verordening verwerkt zijn. Daarnaast staan er enkele beslispunten die niet “vertaald” hoeven te worden naar de verordening. Hiervan is het van belang dat u (op hoofdlijnen) de gewenste richting aangeeft en dat het college deze dan verder kan uitwerken. Bij de uitwerking betrekken wij de Adviesraad Sociaal Domein. Oplossing In de Wmo 2015 (artikel 2.1.3) is bepaald wat er in de verordening vastgelegd moet worden. De VNG ondersteunt gemeenten door een modelverordening te ontwikkelen, waarin binnen een aantal artikelen keuzes gemaakt kunnen worden. De verordening zoals die nu voorligt is gebaseerd op de modelverordening. De keuzes die het college hierin heeft verwerkt staan beschreven in de kadernotitie met een afweging bij elk beslispunt. Over de onderwerpen persoonsgebonden budget en evaluatie van het beleid is dezelfde lijn gevolgd als bij de jeugdhulp. Het gaat om de volgende beslispunten in de verordening Beslispunt 1: de hoogte van het pgb wordt bepaald aan de hand van en tot het maximum van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Voor inzet van het sociaal netwerk wordt een pgb percentage gehanteerd van 75% van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Het college werkt deze hoofdlijn uit in nadere regels. Beslispunt 2: De gemeente maakt geen gebruik van de weigeringsgrond voor een pgb op basis van de Wmo wanneer de kosten van de gewenste voorziening hoger zijn dan de kosten van de voorziening in natura. De gemeente gaat er dan vanuit dat de inwoner zelf de meerkosten betaalt. Beslispunt 3: We kiezen voor het invoeren van eigen bijdragen voor alle maatwerkvoorzieningen, uit te werken in nadere regels. Beslispunt 4: Aan iedereen met een maatwerkvoorziening wordt een eigen bijdrage opgelegd, behalve daar waar dit wettelijk niet is toegestaan. Minima betalen enkel de minimale eigen bijdrage ongeacht de hoeveelheid zorg of voorzieningen zij hebben. Als zij dit niet kunnen betalen is compensatie via de bijzondere bijstand mogelijk. Beslispunt 5: We voeren eigen bijdragen in voor alle maatwerkvoorzieningen, waar wettelijk toegestaan. Voor een aantal, nader te benoemen algemene voorzieningen betalen mensen de kostprijs. Het college werkt dit uit in nadere regels Beslispunt 6: In de verordening leggen we vast dat elke twee jaar het door de gemeente gevoerde Wmo-beleid wordt geëvalueerd. Beslispunt 7: De raad legt de procedure vast in de verordening. Het gaat dan om onder andere de melding, het gesprek, het gespreksverslag of ondersteuningsplan. Beslispunt 8: Voorkeur om de jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers door het college te laten vaststellen in een nadere regeling. Hierbij betrekt het college de resultaten van onderzoeken naar wensen en ideeën van mantelzorgers. Beslispunt 9 Het college vragen om de opties 3 en 4 nader te onderzoeken in combinatie met het nog te ontwikkelen plan voor de toelage regeling hbh in de regio. Op basis hiervan werkt het college in overleg met de Adviesraad Sociaal Domein de voorkeursoptie uit in een nadere regeling die in de loop van 2015 geïmplementeerd wordt. Tot 1 juli 2015 behouden alle mensen met een indicatie hulp bij het huishouden categorie 1 hun huidige indicatie. Beslispunt 10: Wel tegemoetkoming verlenen bij aannemelijke meerkosten met een voorkeur om dit op te nemen in de collectieve zorgverzekering (GEP pakket). Alternatief is om een tegemoetkoming mogelijk te maken via individuele bijzondere bijstand. Het college werkt dit uit. Beslispunt 11: Naast de wettelijke bepalingen worden geen nadere kwaliteitseisen opgelegd. Beslispunt 12: De gemeente wil dat de cliëntondersteuning onderdeel wordt van het te ontwikkelen meetinstrument. Het college werkt dit verder uit. De informatie die hieruit komt zal worden gebruikt voor de afspraken die voor 2016 moeten worden gemaakt met MEE. In het Wmo-beleidsplan wordt aandacht besteed aan de mogelijke verdere ontwikkeling van cliëntondersteuning in de gemeente. Beslispunt 13: We kiezen voor het werken met een klein sociaal kernteam met generalistische specialisten die vanaf de intake tot de levering van maatwerkvoorzieningen contact houden met de cliënt die werken volgens het principe klein houden wat kan, opschalen indien noodzakelijk. Hiertoe maakt het sociaal kernteam gebruik van expertise in een flexibele schil. EXTERNE ORIENTATIE Wij hebben gebruik gemaakt van beschikbare informatie van de VNG en andere gemeenten in de regio. Daarnaast is advies gevraagd aan de Adviesraad Sociaal Domein. Dit advies hebben wij nog niet ontvangen. Zodra dat binnen is sturen wij u dat toe. JURIDISCHE CONSEQUENTIES De Wmo 2015 stelt dat gemeenten een verordening vastgesteld moeten hebben. De raad is het bevoegde bestuursorgaan om de Verordening Wmo 2015 vast te stellen. Een gemeente stelt bij verordening regels ten aanzien van de uitvoering van de Wmo in hun eigen gemeente. Deze regels zijn algemeen verbindende voorschriften. Met de voorgestelde verordening wordt aan deze wettelijke plicht voldaan. Tevens geeft de verordening de bevoegdheid aan het college om aanvullende nadere regels op te stellen. De Verordening Wmo 2015 geeft aan op welke gronden een aanvrager in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening. Op grond van deze verordening wordt een beschikking afgegeven waarbij de mogelijkheid tot bezwaar en beroep openstaat. In de kadernotitie voor de drie decentralisaties is een risicoparagraaf voor de drie decentralisaties opgenomen. In aanvulling hierop wordt in het nog op te stellen Wmo beleidsplan (2015) een risicoparagraaf specifiek voor de Wmo opgenomen. In het beleidskader staat de kernboodschap voor de communicatie. Op basis van deze boodschap is medio oktober een communicatieplan opgesteld die ook vanaf medio oktober wordt uitgevoerd. Het uitgangspunt is dat een persoonlijke benadering van de doelgroep voorop staat. Dit communicatieplan sturen wij u in oktober ter informatie toe. COMMUNICATIE In het beleidskader staat de kernboodschap voor de communicatie. Op basis van deze boodschap is medio oktober een communicatieplan opgesteld die ook vanaf medio oktober wordt uitgevoerd. Het uitgangspunt is dat een persoonlijke benadering van de doelgroep voorop staat. Dit communicatieplan sturen wij u in oktober ter informatie toe. Na vaststelling wordt de verordening bekend gemaakt via de gebruikelijke route en gepubliceerd op www.overheid.nl (CDVR). Daar waar het college nadere regels moet vaststellen, zal het college dit tijdig doen en de raad hierover informeren. Meetbare doelstellingen/output In deze fase van kaderstelling is nog geen meetbare doelstelling aan te geven. In het op te stellen beleidsplan voor de Wmo wordt aandacht besteed aan een nulmeting en het ontwikkelen van de gewenste managementrapportages en stuurinformatie voor de raad. Beslag op middelen Het vaststellen van de verordening heeft geen directe financiële consequenties. Wel kadert de verordening af welke burger een maatwerkvoorziening kan krijgen waarvoor de kosten door de gemeente uit de Wmo budgetten zullen moeten worden betaald. De concept begroting 2015 is opgezet volgens het uitgangspunt dat we de nieuwe taken budgetneutraal uitvoeren. Wij hadden u graag een financieel plaatje doen toekomen per beslispunt zodat u ook helder heeft wat de financiële consequenties zijn van de keuzes die u worden voorgelegd. Op dit moment kunnen wij u dat inzicht helaas niet geven. Veel keuzes hangen namelijk samen met de inkomenssituaties van individuele burgers, de kostprijs van de verschillende vormen van ondersteuning, de samenloop die er is met andere voorzieningen en de eigen bijdragen die mensen moeten betalen. Wij hebben daar op dit moment onvoldoende zicht op een reëel financieel plaatje bij de verschillende opties te maken. Op het moment dat we meer zicht hebben op de financiën informeren wij u daarover. Evaluatie De gemeente evalueert tweejaarlijks het beleid. Hierin zal de werking van de verordening in de praktijk getoetst worden op effectiviteit en doeltreffendheid. De verordening kan uiteraard ook tussentijds worden aangepast indien de praktijk hierom vraagt. Alle op deze zaak betrekking hebbende stukken liggen voor u op de gebruikelijke wijze ter inzage. Burgemeester en wethouders van Wormerland, de gemeentesecretaris, de burgemeester, J. Sutmuller Bijlagen: • besluit • overzicht voorgestelde beslispunten, opties en onderwerpen P. C. Tange De raad van de gemeente Wormerland; Gezien het advies van het college van Burgemeester & Wethouders Gelet op de wettelijke verplichtingen genoemd in de Wmo Besluit: 1. In te stemmen met de volgende beslispunten uit de kadernotitie hoofdlijnen voor de Wmo 2015 in Wormerland: a. de hoogte van het pgb wordt bepaald aan de hand van en tot het maximum van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Voor inzet van het sociaal netwerk wordt een pgb percentage gehanteerd van 75% van de kostprijs van de goedkoopst adequate hulp in natura. Het college werkt deze hoofdlijn uit in nadere regels (optie 3 uit kadernotitie). b. De gemeente maakt geen gebruik van de weigeringsgrond op basis van de Wmo wanneer de kosten van de gewenste voorziening hoger zijn de kosten van de voorziening in natura. De gemeente gaat er dan vanuit dat de inwoner zelf de meerkosten betaalt (optie 2 uit kadernotitie). c. Wel een eigen bijdrage heffen voor maatwerkvoorzieningen, uit te werken in nadere regels (optie 2 uit kadernotitie). d. Aan iedereen met een maatwerkvoorziening een eigen bijdrage opleggen, behalve daar waar dit wettelijk niet is toegestaan. Minima betalen enkel de minimale eigen bijdrage ongeacht de hoeveelheid zorg of voorzieningen zij hebben. Als zij dit niet kunnen betalen is compensatie via de bijzondere bijstand mogelijk (optie 1 uit kadernotitie). e. Eigen bijdrage heffen voor alle maatwerkvoorzieningen, waar wettelijk toegestaan. Voor een aantal, nader te benoemen algemene voorzieningen betalen mensen de kostprijs. Het college werkt dit uit in nadere regels (optie 2 uit kadernotitie). f. In de verordening vastleggen dat elke twee jaar het door de gemeente gevoerde Wmo-beleid wordt geëvalueerd (optie 2 uit kadernotitie). g. De raad legt de aanvraagprocedure voor een maatwerkvoorziening vast in de verordening. Het gaat dan om onder andere de melding, het gesprek, het gespreksverslag of ondersteuningsplan (optie 1 uit kadernotitie). h. De jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers wordt door het college vastgesteld in een nadere regeling. Hierbij betrekt het college de resultaten van onderzoeken naar wensen en ideeën van mantelzorgers (optie 2 uit kadernotitie). i. Het college te vragen om de opties 3 en 4 (algemene voorziening en resultaatgericht werken en productfinanciering ) nader te onderzoeken in combinatie met het nog te ontwikkelen plan voor de toelage regeling hbh in de regio. Op basis hiervan werkt het college in overleg met de Adviesraad Sociaal Domein de voorkeursoptie uit in een nadere regeling die in de loop van 2015 geïmplementeerd wordt. Tot 1 juli 2015 behouden alle mensen die nu hulp bij het huishouden categorie 1 hun huidige indicatie (optie 3 en 4 en toelageplan regio). j. Wel tegemoetkoming verlenen bij aannemelijke meerkosten met een voorkeur om dit op te nemen in de collectieve zorgverzekering (GEP pakket) (optie 3 uit kadernotitie). Alternatief is optie 2 waarbij een tegemoetkoming mogelijk is via individuele bijzondere bijstand. k. Naast de wettelijke bepalingen worden geen nadere kwaliteitseisen opgelegd. l. De gemeente wil dat de cliëntondersteuning onderdeel wordt van het te ontwikkelen meetinstrument. Het college werkt dit verder uit. De informatie die hieruit komt zal worden gebruikt voor de afspraken die voor 2016 moeten worden gemaakt met MEE. In het Wmo-beleidsplan wordt aandacht besteed aan de mogelijke verdere ontwikkeling van cliëntondersteuning in de gemeente. m. Werken met een klein sociaal kernteam met generalistische specialisten die vanaf de intake tot de levering van maatwerkvoorzieningen contact houden met de cliënt die werken volgens het principe klein houden wat kan, opschalen indien noodzakelijk. Hiertoe maakt het sociaal kernteam gebruik van expertise in een flexibele schil (optie 2 uit kadernotitie). 2. De “Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Wormerland 2015” vast te stellen. Aldus besloten in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Wormerland, gehouden op 25 november 2014 <BR/DBR> de griffier, de voorzitter, I.P. Vrolijk P.C. Tange
© Copyright 2025 ExpyDoc