Profielwerkstuk havo 2014

PROFIELWERKSTUK EN ORIËNTATIE
OP STUDIE EN BEROEP HAVO/VWO
VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2014
Juni 2014
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Examens (CvE). Het CvE is
verantwoordelijk voor de afname van de staatsexamens voortgezet onderwijs en draagt zorg voor de
kwaliteit en het niveau van de examens.
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is belast met de praktische uitvoering en organisatie van de
staatsexamens. Met vragen over deze vakinformatie kunt u contact opnemen met de afdeling
Examendiensten van DUO: (050) 599 89 33 of [email protected].
pagina 2 van 12
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
Inhoud
1 A. Profielwerkstuk
5
1.1 Opzet van het examen
5
1.2 Algemeen
5
1.3 Voorwaarden bij het maken van het profielwerkstuk
5
1.4 Opzet en uitvoering van het onderzoek in verband met het profielwerkstuk 5
1.5 De inzending van het profielwerkstuk en verslag Oriëntatie op en beroep
5
1.6 De presentatie van het profielwerkstuk tijdens het mondeling examen
6
1.7 Omvang van het profielwerkstuk
6
1.8 Beoordeling profielwerkstuk
7
2 B. Oriëntatie op studie en beroep
2.1 Inleiding
2.2 Uitvoering
2.3 Verslag
2.4 Bespreking van het verslag
2.5 Beoordeling
8
8
8
8
8
8
Bijlage 1: Voorblad profielwerkstuk 2014 Staatsexamen havo/vwo
10
Bijlage 2: Voorblad Oriëntatie op studie en beroep 2014
Staatsexamen havo/vwo
11
11
Bijlage 3: Beoordeling profielwerkstuk havo/vwo
12
pagina 3 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
1
A.
Profielwerkstuk
1.1
Opzet van het examen
Het profielwerkstuk wordt getoetst door middel van een college-examen, dat
mondeling wordt afgenomen. Het examen duurt 25 minuten.
1.2
Algemeen
Kandidaten die een volledig diploma havo of vwo willen verkrijgen, moeten een
profielwerkstuk maken en inleveren. Uit het profielwerkstuk dient te blijken dat de
kandidaat de kennis en vaardigheden van de profielvakken in voldoende mate kan
toepassen.
Hiervoor moet zelfstandig een onderzoeksopdracht worden uitgevoerd. Het doorlopen
proces moet worden gedocumenteerd (onderwerpskeuze, vraagstelling, verrichte
werkzaamheden, geraadpleegde hulpbronnen en dergelijke).
Het profielwerkstuk is een werkstuk, een presentatie daaronder begrepen, waarin op
geïntegreerde wijze kennis, inzicht en vaardigheden aan de orde komen die van
betekenis zijn voor het desbetreffende profiel. Het examen vindt plaats in juli (op
scholen voor VSO eind juni/juli).
1.3
Voorwaarden bij het maken van het profielwerkstuk
•
Het profielwerkstuk moet gemaakt worden in de Nederlandse taal. Een
profielwerkstuk over een moderne vreemde taal mag gemaakt worden in de
doeltaal.
•
Het profielwerkstuk moet betrekking hebben op tenminste één vak dat bij de
uitslagbepaling is betrokken. Dit vak dient een studielast te hebben van minimaal
320 uur voor havo en minimaal 400 uur voor vwo.
Bijzonderheden:
•
Bij de staatsexamens moet elke kandidaat een eigen profielwerkstuk maken,
inleveren en presenteren tijdens de periode van het mondelinge examen.
•
Als het profielwerkstuk over een moderne vreemde taal gaat en de kandidaat
heeft gekozen het werkstuk in de doeltaal te maken, dan mag het werkstuk in de
doeltaal gepresenteerd worden.
•
Bij het profielwerkstuk moet u in de bijlage een duidelijk overzicht vermelden van
de bronnen, gelezen artikelen enz.
•
Om technische redenen mag de titel/naam van het werkstuk niet langer zijn dan
60 posities, inclusief de spaties.
1.4
Opzet en uitvoering van het onderzoek in verband met het profielwerkstuk
Voor de opzet en uitvoering van het onderzoek in verband met het profielwerkstuk
wordt verwezen naar “Opzet, uitvoering en presentatie van een onderzoek”. Zie
http://www.duo.nl/particulieren/staatsexamenkandidaat/vakkenpakket-envakinformatie/havo.asp
1.5
De inzending van het profielwerkstuk en verslag Oriëntatie op studie en
beroep
Het profielwerkstuk, inclusief ‘plan van aanpak’ en ‘logboek’ en Oriëntatie op
studie en beroep moeten in tweevoud vóór 1 mei van het jaar waarin dit
examen wordt afgenomen, worden opgestuurd naar: Dienst Uitvoering
pagina 5 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
Onderwijs, Examendiensten, Afdeling staatsexamens vwo/havo/vmbo,
Postbus 30158, 9700 LK Groningen.
De poster dient u zelf mee te brengen naar het examen. Een poster die met
het profielwerkstuk wordt meegestuurd, kan niet worden verwerkt en wordt
vernietigd.
N.B. De stukken dienen op papier te worden aangeleverd. In digitale vorm
ingezonden werkstukken e.d. worden niet geaccepteerd.
Van werkstukken die Examendiensten ontvangt, krijgt de kandidaat binnen drie weken
een ontvangstbevestiging. Als de kandidaat na 3 weken nog geen ontvangstbevestiging
heeft ontvangen, moet hij contact opnemen met Examendiensten.
De werkstukken worden tijdens het mondeling examen door de examinatoren
beoordeeld.
De kandidaat dient zelf voor eigen gebruik een exemplaar van het profielwerkstuk mee
te brengen naar het examen (inclusief logboek, plan van aanpak en evt. vragenlijst).
Als de kandidaat geen profielwerkstuk en/of verslag van Oriëntatie op studie
en beroep instuurt, krijgt hij schriftelijk bericht dat hij voor het
profielwerkstuk niet wordt opgeroepen voor het mondeling examen.
Consequentie hiervan is, dat de kandidaat, indien hij een volledig examen
aflegt, niet kan slagen.
N.B. Het profielwerkstuk kan niet tegelijkertijd gelden als werkstuk voor
maatschappijleer.
De regeling over het inzenden van het profielwerkstuk en Oriëntatie op studie
en beroep geldt alleen voor de reguliere staatsexamenkandidaten. De
werkstukken van VSO-kandidaten moeten op 1 mei gereed zijn, maar hoeven
niet te worden opgestuurd.
1.6
De presentatie van het profielwerkstuk tijdens het mondeling examen
Tijdens het mondeling examen dient de kandidaat het werkstuk te presenteren voor
twee examinatoren van het College voor examens. Van de kandidaat wordt verwacht
dat hij het werkstuk met behulp van een poster presenteert: op een groot vel papier
wordt het onderwerp en/of de centrale vraag vermeld, een deel van de verzamelde
gegevens en de conclusie. Eventueel worden er afbeeldingen of grafieken weergegeven
in het presentatiemateriaal. Gedurende minimaal 5 minuten wordt de poster mondeling
toegelicht. Daarna stellen de examinatoren vragen over het profielwerkstuk en/of de
presentatie aan de kandidaat.
Bij de staatsexamens wordt een presentatie van video-opnames, audio-opnamen en/of
het gebruik van een computer bij de presentatie niet geaccepteerd. Voor deze
posterpresentatie en de discussie hierover wordt 25 minuten ingeroosterd. Een deel
van deze 25 minuten wordt gebruikt voor het bespreken van ‘Oriëntatie op studie en
beroep’ (zie blz. 5 punt B).
1.7
Omvang van het profielwerkstuk
De omvang van het profielwerkstuk moet minimaal 8 en maximaal 10 A4-tjes (vanaf
de inleiding t/m de samenvatting) zijn, exclusief de illustraties en de bijlagen. Het
maximum aantal pagina's is niet bindend maar richtinggevend. Deze A4-tjes dienen
getypt te worden met lettergrootte 12 en standaard regelafstand.
pagina 6 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
1.8
Beoordeling profielwerkstuk
Beoordeling van het profielwerkstuk bij de presentatie tijdens het mondeling examen
gebeurt
door twee examinatoren. Gelet wordt op:
• Het logboek en het plan van aanpak
Blijkt uit het logboek en het plan van aanpak hoe de kandidaat het profielwerkstuk
heeft aangepakt
en uitgevoerd?
• De inhoud van het profielwerkstuk
De inhoud van het profielwerkstuk dient aan minimaal te stellen eisen te voldoen.
Daarbij wordt
onder andere gelet op:
- de indeling van het verslag (titelpagina, inleiding, beschrijving van het
onderzoek, de uitkomsten van het onderzoek, de conclusies, de samenvatting
en de bijlagen, o.a. een literatuurlijst);
- de aanwezigheid van een duidelijke centrale vraag;
- de eventuele deelvragen; (sluiten deze aan bij de centrale vraag?);
- de verrichte activiteiten (literatuuronderzoek, geraadpleegde bronnen,
interviews, uitgevoerde proeven, enz.);
- de verwerking en analyse van de gegevens en het trekken van conclusies;
- het antwoord op de centrale vraag.
• Posterpresentatie
Aan de uiterlijke verzorging en de opbouw van de presentatie dient voldoende zorg
te zijn besteed. Daarbij wordt onder andere gelet op:
een logische en heldere ordening van de beeldelementen (tekst, afbeeldingen,
grafieken, e.d.);
een zorgvuldige afwerking van de presentatiemateriaal.
• Het werkstuk, de presentatie en de beantwoording van vragen hierover
Uit het werkstuk, de presentatie en het gesprek hierover dient te blijken:
dat de kandidaat zich in het onderwerp voldoende heeft verdiept door gebruik
te maken van de
kennis, die de kandidaat heeft opgedaan door het in voldoende mate
bestuderen van het havo-/vwo-programma;
dat de inhoud van het werkstuk voldoet aan de criteria die hierover in ‘Opzet,
uitvoering en
presentatie van een onderzoek’ zijn gesteld;
dat de kandidaat vragen n.a.v. het werkstuk en/of de presentatie in voldoende
mate kan
beantwoorden;
dat het taalgebruik en de presentatie begrijpelijk zijn en de spelling en
interpunctie correct.
Beoordeling
De kwaliteit van het profielwerkstuk, de posterpresentatie en de beantwoording van
vragen over het werkstuk worden in samenhang beoordeeld en met het eindoordeel
uitgedrukt in een cijfer lopende van 1 tot en met 10, afgerond op een geheel getal.
Het eindoordeel voor het profielwerkstuk maakt onderdeel uit van het combinatiecijfer.
pagina 7 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
2
B.
Oriëntatie op studie en beroep
2.1
Inleiding
Gelijktijdig met het inleveren van het profielwerkstuk dient de kandidaat in aparte
mapjes in tweevoud een verslag in te leveren over zijn/haar oriëntatie op studie en
beroep. De kandidaat dient na te gaan welke vervolgopleidingen – die met zijn profiel
mogelijk zijn – hij is geïnteresseerd/gaat volgen, welke beroepsmogelijkheden er zijn
na afronding van de vervolgstudie.
2.2
Uitvoering
De kandidaat dient zich te informeren over toekomstperspectieven van beroepen
waarvoor hij in verband met dit profiel belangstelling heeft. In advertenties zou de
kandidaat functie-eisen voor de gewenste beroepen kunnen opzoeken en deze
eventueel in het verslag kunnen vermelden.
De kandidaat dient deel te nemen aan minimaal twee van de hierna genoemde
activiteiten:
a. bezoek aan (een) open dag/avond(en) om te komen tot een keuze voor een
vervolgopleiding;
b. een excursie (bijvoorbeeld een bezoek aan een bedrijf of instelling) die in verband
staat met
de door hem gewenste opleiding en beroep;
c. iemand interviewen die de opleiding volgt of heeft gevolgd waar de belangstelling
naar uit gaat;
d. het afnemen van een enquête over de vervolgopleiding of over de
beroepsmogelijkheden.
Als een kandidaat geen vervolgopleiding gaat volgen na de havo- of vwo-opleiding
dient hij toch een verslag in te leveren over zijn oriëntatie op (leren en) een beroep. De
kandidaat dient aan te geven waarom hij besloten heeft geen vervolgopleiding meer te
gaan volgen en welke toekomstmogelijkheden er zijn zonder vervolgopleiding.
2.3
Verslag
Het verslag over deze activiteiten dient minimaal uit één en maximaal uit drie pagina’s
tekst te bestaan, exclusief illustraties en bijlagen. Dit verslag dient te worden getypt op
papier van A4-formaat met standaard regelafstand en met lettergrootte 12. Het
maximum aantal pagina's is niet bindend maar richtinggevend.
De kandidaat dient voor eigen gebruik een exemplaar van het verslag van
Oriëntatie op studie en beroep mee te brengen naar de het mondeling
examen.
2.4
Bespreking van het verslag
Tijdens de bespreking van het profielwerkstuk (na de presentatie) worden vragen
gesteld over ‘Oriëntatie op studie en beroep’. Vragen hierover dienen naar behoren te
worden beantwoord.
2.5
Beoordeling
A. Normering havo en vwo:
1. Als het verslag “Oriëntatie op studie en beroep” ontbreekt, dan wordt 1,5 punt in
mindering gebracht op de eindbeoordeling van het profielwerkstuk.
pagina 8 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
2. Als een van de genoemde beoordelingcriteria (zie: Beoordeling “Oriëntatie op
studie en beroep”) ontbreekt of niet “naar behoren” is uitgevoerd, dan wordt per
beoordelingscriterium
0,5 punt op de eindbeoordeling van het profielwerkstuk in mindering gebracht.
pagina 9 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
Bijlage 1: Voorblad profielwerkstuk 2014
Staatsexamen havo/vwo (doorhalen wat niet van toepassing is)
(Inzenden vóór 1 mei 2014)
Titel werkstuk:
………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………..
Het profielvak(ken) waarop dit profielwerkstuk betrekking heeft:
1.
………………………………………………………………………………………………………….
2
………………………………………………………………………………………………………….
Gegevens kandidaat:
ED-nummer:…………………………………………………………………………………………
(indien aanwezig) examennummer:……………………………………………..……………
(meisjes)naam en voorletters:………………………………………………………………………
Woonplaats:………………………………………………………………………………………..
pagina 10 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
Bijlage 2: Voorblad Oriëntatie op studie en beroep 2014
Staatsexamen havo/vwo (doorhalen wat niet van toepassing is)
(Inzenden vóór 1 mei 2014)
Titel:………………………………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Gegevens kandidaat:
ED-nummer:……………………………………………………………………………………………………
(indien aanwezig) examennummer:……………………………………………..………………
(meisjes)naam en voorletters:……………………………………………………………………..
Woonplaats:…………………………………………………………………………………………………….
pagina 11 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
Bijlage 3: Beoordeling profielwerkstuk havo/vwo (onder voorbehoud)
Naam kandidaat: _______________________________________________
Datum: _______________________________________________________
Titel profielwerkstuk: ____________________________________________
Profielvak: ____________________________________________________
onvoldoende
onderwerp
te breed en/of
nauwelijks
afgebakend
voldoende
helder, maar niet
duidelijk hoe het is
begrensd 1p
goed
score
helder en goed
afgebakend
2p
onderzoekvraag/
hypothese
slecht geformuleerd,
weinig diepgang
juist geformuleerd
1p
goed geformuleerd en
vakinhoudelijk goed
2p
beantwoording
deelvragen,
taalgebruik
slecht geformuleerd,
inhoudelijke
overlapping
juist geformuleerd,
enige overlap of
onvolledigheid 1p
helder en
complementair
geformuleerd 2p
conclusie
sluit niet aan op
hoofdvraag en
deelvragen
sluit aan op hoofdvraag en deelvragen
1p
goed antwoord op
hoofdvraag en
deelvragen 2p
gebruik
bronnen
eenzijdig, geen
duidelijke verwijzing
meerdere bronnen
1p
volledig en gevarieerd
2p
poster
geen poster of geen
duidelijke structuur
hoofdvraag,
deelvragen en
afbeeldingen aanwezig
1p
duidelijk en goed
verzorgd geheel
2p
opbouw
onsamenhangend
enige structuur
1p
duidelijk en logisch
2p
vragen n.a.v.
Presentatie
vragen worden niet of
nauwelijks
beantwoord;
onvoldoende
beheersing onderwerp
vragen worden
oppervlakkig
beantwoord;
voldoende beheersing
van het onderwerp
1p
vragen worden
adequaat en met
diepgang beantwoord;
een vakinhoudelijke
discussie is mogelijk
2p
Oriëntatie op
Studie en
Beroep*
(OSB)
kandidaat heeft
nagegaan welke
vervolgopleidingen
mogelijk zijn met het
gekozen profiel
- = -1p
kandidaat heeft
nagegaan welke
beroepsmogelijkheden
er zijn na afronding
van de vervolgstudie
- = -1p
de kandidaat heeft
een “open dag”
bezocht /deelgenomen
aan een excursie /
iemand geïnterviewd /
enquête afgenomen = -1p
Totaal:
Totaal : 2 = cijfer
* OSB: Als een van de drie hierboven genoemde beoordelingspunten ontbreekt of 'niet naar
behoren' is uitgevoerd, dan per punt 0,5 punt in mindering brengen op de eindbeoordeling van het
profielwerkstuk.
pagina 12 van 13
Profielwerkstuk en Oriëntatie op studie en beroep havo/vwo | Vakinformatie staatsexamen 2014
pagina 13 van 13