uitlevering-van-holocene-klei-en-veenlagen-van-de-centrale-plas

.>
W E R K D O C U M E N T
UITLEVERING VAN HOLOCENE KLEI- EN VEENLAGEN VAN DE CENTRALE PLAS TE ALMERE
door
H. Kamphuis
1979-240 Ado
R
augustus
XH
oSto.
13031
/JO J/
R I J K S D I E N S T
9332
VOOR
DE
I J S S E L M E E R P O L D E R S
S M E D I N G H U I S
L E L Y S T A D
- 3 -
Bepaling van de uitleveringsfactor van het holocene pakket van de
Centrale Plas te Almere bij ontgraving in de natte
Naar aanleiding van de vragen over de zandwinning in de Centrale Plas
en berging van vrijkomende specie die zijn gesteld in overleg met het
Planbureau Almere, de Nederlandse Spoorwegen en Subafdeling Grondmechanica van de Afdeling Onderzoek H.S.O.W. is onderzoek uitgevoerd naar
de grootte van de uitleveringsfactor. De uitlevering van de grond is
de verhouding tussen het oorspronkelijke volume en het volume van de
vergraven grond (bezonken slib) direct na het opspuiten.
Ten behoeve van de zandwinning in de Centrale Plas te Almere dient een
hoeveelheid grond in depot gebracht te worden, welke na zandwinning geheel of gedeeltelijk teruggezet wordt in de Centrale Plas. Deze grond
bestaat uit klei- en veenlagen welke afkomstig zijn uit het Holoceen.
Voor bepaling van de omvang van het te gebruiken depot en welke hoeveelheid grond teruggebracht kan worden in de Centrale Plas dient men
de hoeveelheid en de uitlevering (volume vergroting) van deze grond te
bepalen. Om een indruk te verkrijgen van de grootte van de uitleveringsfactor, zijn er enkele grondmonsters uit de Centrale Plas beproefd.
Dit uitleveringsonderzoek is niet bedoeld om algemene richtlijnen voor
de uitlevering van holocene gronden op te stellen.
Voor het verkrijgen van de te beproeven monsters zijn een virtal boringen verricht. De situering van de boringen en de bijbehorende boorprofielen zijn op respectievelijk bijlage 1 en 2 weergegeven.
De boringen bestaan uit gestoken en ongeroerde monsters welke met de
Ackermans boorstelling van de Rijksdienst zijn uitgevoerd.
De boring is per laag een monster in suspensie gebracht. De monsters
zijn cilindervormig, de diameter bedraagt gemiddeld 9,7 cm, de hoogte
is 10 cm. Deze worden in suspensie gebracht in cilinders hoog 40 cm
met een diameter van 11 cm.
Tevens is het volumegewicht van de veldvochtige grond bepaald.
De grond zal in de natte ontgraven en in depot gebracht worden. Door
het gebruik van een zuiger en het transport van de specie via pompen
en leidingen wordt de grond in suspensie gebracht. Na passage van de
pomp zullen ook de afmetingen van de veenresten klein zijn.
De verhouding van de samenstelling van de bij het zuigen van de grond
ontstane mengsel zal in de praktijk varieren van: 1 deel grond op circa 6 delen water, tot 1 deel grond op circa 2 a 3 delen water. Bij de
beproeving van de grondmonsters is volstaan met het mengen van 1 deel
grond op 3 d<- 'en water. Deze beperking wordt veroorzaakt door de afmeting van de plazen cilinders waarin de grond in suspensie wordt gebracht.
Om het monster in het laboratorium in suspensie te kunnen brengen en
tevens het versnijden door de zuiger te simuleren wordt een mixer gebruikt. De mixer heeft een vin met een diameter van 9 cm. Hiermee is
het monster geroerd tot de grond volledig in suspensie is gebracht. Na
24 en 48 uur is de hoogte van het bezonekn slib gemeten om op deze wijze het volume van het slib te bepalen. Waarnemingen over een langere
periode zijn niet relevant voor het bepalen van de maximale uitlevering.
De consolidatie van het slib zal dan van invloed zijn op het volume van
het slib.
Gedurende het bezinken waren de cilinders afgedekt zodat er geen water
kon verdampen.
2755/19-9-79/hh
- 4 -
De resultaten van de proeven met de berekende uitleveringsgetallen zijn
vermeld in bijlage 3.
Van de bezonken slibmonsters zijn ook poriengehalten berekend. Deze geven aan dat het slib in een uiterst losse stapeling is opgebouwd. Na
verloop van tijd (3 maanden of langer) zal het poriengehalte door consolidatie verder afnemen.
Poriengehalte van kleimonsters: 70 - 85% voor vergraven
80 - 95% na bezinken
Poriengehalte van veenmonsters: 80% voor vergraven
90% na bezinken
Zoals verwacht bezinken de zwaardere delltjes sneller dan de lichtere
deeltjes. Bij zandhoudende kleimonsters zijn de zand- en kleilagen na
bezinken duidelijk te onderscheiden.
Conclusies
Uit de resultaten van de proefnemingen blijkt dat de uitleveringsfactor van de holocene grond geraiddeld 2 a 2,5 bedraagt bij het vergraven
in de natte d.m.v. een zuiger. De samenstelling van het holocene pakket zal in geringe mate de uitleveringsfactor beinvloeden.
Uit de resultaten van de beproeving kan men concluderen dat de maximale
uitleveringsfactor van de West Friese kleiafzettingen ca. 1,8 is en van
de veenlagen ca. 2,5 bedraagt. Grote West Friese kleiafzettingen in het
Holoceen zullen de gemiddelde waarde van de uitleveringsfactor verlagen.
Grote veenlagen zullen de gemiddelde waarde verhogen.
„
Het volumegewicht van de slibmonsters varieertvan 10 - 12,5 kN/m .
Bij het opspuiten van de specie zal onderin het opgespoten pakket een
hogere druk op de korrels worden uitgeoefend zodat de waarden die in
de cilinders zijn bepaald bij een monsterhoogte van 0,15 a 0,20 cm een
bovenwaarde van de te verwachten uitleveringsfactor zullen aangeven.
Gezien de beperkte monsterhoogte bij de beproeving kan als re'ele waarde
in het terrein gerekend worden op een factor in de orde van grootte
1,75 a 1,80.
Bij het eventueel terugspuiten van de specie in de Centrale Plas na de
zandwinning zal de uitlevering in eerste instantie weer hetzelfde zijn,
echter gerekend, ten opzichte van het oorspronkelijk volume in de Centrale Plas. Aan de hand daarvan kan berekend worden welke hoeveelheid
bovengrond geborgen kan worden bij het volspuiten van de Centrale Plas
in een maal. Nadat het slib in de put bezonken en geconsolideerd is kan
er eventueel nog meer slib worden teruggeplaatst.
*er
BIJLAGE 1
SITUATIE SCMAAL
1.10.000
RIJKSDIENST
VOOR
DE IJSSELMEERPOLDERS
hoofdafdeling: STEDEBOUW
afdel.ncj
ONDERZOEK
EN OPENBARE WERKEN
'
WERKNUMMER
gel eke nd
gel.ontr
bet reft:
SITUATIE BOORPUNTEN T.BV. UITLEVERINGS
ONDERZOEK CENTRALE PLAS
TE
schaal(len)
.
H,P.
" 2 ^ ^
bestek
?S-9-'79|
wi|/ datum get
as
blad:
situatie
ALMERE-STAD
1 : 1 0 .000
9767
hoofd s.ow.
form
A1
arch nr
167533
J
BORING
NR. 54
rv,.v -. "3.B2 -
m.v. :0_
N.ft.P.
M l e i,
"Me*
sc H e t p l O u d e n c J
iwalt
k'a«,
luioar
ieC"
sterk
(
U n t r f j n
kU
f
Licht
faou«n
JnurnecS
ftn
l-iumena
KO(/«'
a i
Uu m e u . J )
sfce>-k
en
beneo't"
»tS
T.Q'-io'l^
roucr
^Onolrj
u«en ^ouo/enJ i
* n
3<*o.
a.sz
3.JS-.
-.a
8
| * n
mt.Ttir.'.T.'.-
>^
W n o l ( poo/lotprpLicL
w ^ ,
stef-k oioof-groeio/
X a n a ^ p i « / 3 t o c e « " , a/oa'-groeia/
M.N.A.P
*.»7-*37l
plaats m o n s t e r t.b.v.
u i t l e v e r i n g s - onderzoek
m.mv
BIJLAGE 2
BLAD
1
RIJKSDIENST
hoofdol'-vMing
otdemg
TFDEF• <JW
VOOR
EN
(Pf'.3ARE
DE
IJSSELMEERPOLDERS
WERKEN
WERKNUMMER
I N O E R Z ' EK
bctreft
BORING T.B.V. UITLEVERINGS-ONDERZOEK
CENTRALE
PLAS
TE ALMERE - STAD
gTTek «nc
geKOoir '_
b«st«J<
b>od
dotum
school
?fi,9'.79 f o r m
I a"-Ch nr
9767
BORING
m.v.
NR 6 0
: 3.fi"Z - N A P .
Loci /
k/ei ,
Jtortqrond
ZUJOO'
en
sc-hetptiouo'end
klei,
Iwoor
klei, nu m e u i
k/«i, T u a o ' .
* kl«..'
ge^eeL
sterk
klei, sterk
k/ei,
Oecn
:;:::::::;:*:;:::::.'
lanJ,
K u m i u i
i w o a r
k'ei , met
8
h u m t u j
Ptj'n
teneolsn
ug'Sla^en
u t f
1«naf,a
pool-z.oLproCi*l.
lano^ pteistoceen
- -clooraroeial
M-N.A.P
p l a a t s m o n s t e r t.b.v.
•*< , r ™ u i t l e v e r i n g s . o n d e r z o e k
BIJLAGE 2
BLAD
2
RIJKSDIENST
hoofdalOeJing
STEDEBOUW
ofdelng
ONOERZOEK
VOOR
EN
OPENBARE
DE
IJSSELMEERPOLDERS
WERKEN
WERKNUMMER
betreU
BORING T.B.V. UITLEVERI#GS-ONDERZOEK
CENTRALE
PLAS
TE "«J!LME''R£ - STAD
gexontr
gezien
datum
school
mz:
9767
best**
btod
?ir-Tn7g f o r m
A1
I o r c h nr
167533
BORING
m
m ,v. : O.
NR. 74
v . : 3 9 0 - N . n . P.
k'ei', l u a a r
en
scbetpbouo/enol
k'ei
k/ei
(
nKmaul
k'ei , I w o a r
«n
I
Kum«u5
W
Sterk
k'ei,
bou»n
riumeus
Utnlj
C benaafen
sterk
ban«cJen
ie.ts
«n ptaotsaLi-j*
ran
3gzV/3-
8
«9';
k l e i rionalenal
ri'stuM"
k'ei , I w a o r
ffiQi
3* •
> S ia -Pl
tiumJuO
k'ei
Itouolmnol
" l o n e / , p o a V x o t p r o T<et
J" — x a n o / , p t e i s t o c e a "
t e a ' Stork oloororosiol
10.
M.N.A.P.
<* 3ff -«.<.«•!
p l a a t s m o n s t e r t.b.v.
uitleverings -onderzoek
BIJLAGE 2
BLAD
3
RIJKSDIENST
hoofdofdelmg
STEDEBOUW
ofde»ng
ONOERZOEK
VOOR
EN
OPENBARE
DE
be'.reft
BORING
T.B.V.
CENTRALE
UITLEVERINGS-ONDERZOEK
PLAS TE
IJSSELMEERPOLDERS
WERKEN
ALMERE - STAD
[getekend
gtKonu
gezien
dotum
school
WERKNUMMER
bCStC)
LLD.
2&
26-9-'79
9767
mod
forrri
A1
a r c h nr
167533
BORING
m.v.
r-n.v.:Q_
:
NR. 92
3 93 -
W A P .
k'«.', l u a l i
k'ei,
h u m l u T
luiour
^ouo'ena
k/e>,
e n
I U Q O '
k'ei,
b o u t n i n
kfei
l i c b i e r
^WOQ'
•leer- s t a r k
f
scbetp.
1
" o
1 MO
Kumsm
3
r
o p
bun-?eus)
.ster-l< k t e i riouolenol
uer-jloafin
oeen
b o u e n Irtei h o u d t n o l
_ ( u o n 3 . IS". 3 . I I
Zeer
3ia-
O t a n ,
.klei,
8
u a e n ,
-k'ei .
m a t
lluoo'
ster*;
iLooar
Fs'n ' M n d
)
n a w b r e j t e n
« n
elso'aroaial
Ic'ei b o u a f e - n a f
e n
afoarocoeiaf
S.oo.
S.IO
S.IO
^
r
V
> s".'»o_
_-Lo,"ot;
poriioLpVopikL
/
pLaist
oeeen
Xanaf, p t e i s t a c e e n
-<jftr»eeL n o j o t
sterk
afoongroeiaf
, ie tl
leemb.
10.
M-N.A.P
•<.»*.<«.7*HI p l a a t s m o n s t e r t.b.v.
uitleverings. onderzoek
m.m.v,
BIJLAGE 2
BLAD
U
RIJKSDIENST
VOOR
hoofdofdelmg
STEDEBOUW
ofdeang
ONDERZOEK
FN
OPENBARE
DE
IJSSELMEERPOLDERS
WERKEN
WERKNUMMER
betreft
BORING
T.B.V
CENTRALE
UITLEVERINGS-ONDERZOEK
PLAS
TE
ALMERE-STAD
Igetene'xJ
geKontr
gezien
Cgtum
•,< hOOl
-J&26-9-79
9767
besten
blod
f o r m I o r c h nc
A1 I
167533
0)
60
C
• H • • Co
U «J X
0) C CM
h
3
3
vo KN •"*• "3- vo ^ vo r— CM r— O N CD T - CD
w o
^ t r - i ^ •<^ KN v o *- f- O »- •"JT
o o o UNVO r
*N ON CM CJ r - c— «- CM * *
VO CM VO » - CM CO » - ^ J - r - K \ 0 l O O l T i " t
CM C N J C M C M C M « - C M C M C M K S CM C J CM CM
••d" CM CM CM
CM CM CMCM CM CM CM
>
0) r H
r H Ct)
U
3
•H CD T
3 b0 CM 3
-3CM fn
I
C X
3
(0
CM 3
3 Q)
CO - H
.
»
M
T
p . CM
> >
*t3
••
C*N
r*
0) g
p. o
.
3
>
TJ
"3 rH
• \
CD
T3
C
O
fH
3 C
a
•
U
>
< J C \ I CM W
Iv
O K s u N K S u N O N K S T ^ r c M
m
( \ | IT- O H M D f \ ^ . ( J ) r -
CM UN OS UN
CM CM CM CM
CM CM CMT
CM CM CM CM
irs T
"d" UN ^ r v o
«3-r
t o O i n t
CM CM CMCM CM CM CM
CM
CO UN CM t— CO CM r - ' t I A I A O i r w o i r ON OS KN CO CM t ~ T - KN
VO KS t - CO t— o C O ^ - C O C O T - O C M O M 3 t O O M T \ « r « t W
M r
O O O O O
r
W r
O r
O W W O C W I - O O
O r~- CO ON VO CM UN
o ON UNVO O f - T O C\J CM O r - T O
f—
•T
*KN
CM VO
O O
UNCO
r
T-
VO
O
CO
r-
CM I P M J C O i - l - T - C D C 0 U ~ K N O " N C M C O v O ' * > C D O^ r- » r . r - KN CM VO
r K \ O CO CJ O
f - O O C M C D t — r o KN KN VO ON C-- CM t*?
O CM TK S O CD UN O S v o K S UN UN CD o o r - o v o r ~ - - « j - v o o \
r- i f i c > ' t r a;
t-
O
T
-"5- r - O S KN T "31 vc n - T T c o v o K s t — O N VO CO T - CM t - VO
T *~ v o t ^ VO ""d M J ^ t ' T ' t l f M A C O C h l ' 1 r- C~- O T- T r UN " * VO i - KN
O
N
V
O
O r — K N v o v O C D r - C O C M C O O N V I V O O N T - CO UN T - U N T - CD
UN OS ON K S O
C\J
r— o s o \
r— T CM
KN CM
CM KN
o
COCD OS K S K S ON C > VO O KS UN O CM f O t
i n i t i o o s KSVO
C ~ - U N C S I C M K N C S J O O V O U N C M C M T - O O O O C~- UN CM CSI f - O
CONN
+»
JS
O
r
• H -a
B
3
r-{
O
>
O
ON ON O s O S O s O O N U N T C T N O N U N O N O
KMrMr\KMr\if KNM3CMKNKSVOKNK"
a>
M
•*
*> T)
&
? rH CJ o
a
CD CD O
;•
bC > > he
CO UN O S O
he
CM I
CD K S
O I
crs KS
• I
KN
w
M I
co • ••
>
•rj
•H
•
B
3
+»
o
•3
VO
P
H
CD
rH
0)
VOCDUNVOOOSVOCDO
•
U
C
"
E
3
-P
OS
Os
I
T
•
I
KS • T
fl
*
••
E3
.
+i
>
3
B ct)
xf
CM
OS-—s
B
a
rl
3
tH
a b0^-«
u •3H P H
CJ
a)
fl
•
>
•
a
*'
d u <
01 O Z
bO
K S C\i
1 > s
•H
U
s:
o
co
a
o
K> c - T - r - c - O C M v o u -
UNCO O
K S t O U N » ~ C - N N C - - O C S I 0 Q O N - ^ J - U N V O f - K N ^ f r U~
ON KN VO
O O UN
t— "=} O S C S l O S C D C S J ' d - C D * = 3 • - T C M V O C D U N U N K S C O
CM T | C \ r ON ON ON f - C S ) O C D C D O O N t - - C - - K S C V I O O S C O C O C D C D
gg • I
I NN O
c
r
O
UNCO
co vo UN o r - UN
r - -d- co o c - v o
a
bO
V O V O «d" VO VO VO VO VO VOO s O s O s O S O N o s
C D C D O S C D C D C O C O C O C D KN KN KN KN KN NN
t— r- t— r - r— r- r— v o r-- r - t-~ c— r— t - r — t — t — c - r - t — r - r— r- r— i— t— r— c— t—-
C
-H
n-F"
o
•i «!tt
> > t>d
§
O
r c i O l f \ V O f— C7v O O
* - KS rl A O W r~ vo *- o co o co icj CO ITVCM r - t - - c O r
W O co vc *- O i n f u J - C M
O r- vo t— o co CM
CD r f C M ONCO O O OJ O S ON » - • l A C M O r vj- O
C M T - T - O O O O O
r N r O r
O N M M O O C M f O O
S T
•s/O o\co CM io| O
KN VO
T
CM
CO
\0 w- vo vo r— r -
C M O O J
VC UN CD KS CO r -
3
3
- ^ a> cc) CM U
> -H c X 3
CM 3
CD
co
o
T- O T V O co i r
C
fH
C
ON
>
3
• -P
a m
-o
• T
UNr—N
a
fn a
a
•H a.
rl <
rt
o a os
f-
KS KS
CD I
• CD
KS CM
ho^—
c
h
<
O Z C A
,o
I t—
CD O N CM
<
oaos
^3
I
t—
o o o o o o o o o O O O O O O
O O O O O O O C
O O O O O O
O
KS OS CM UN f— CM K S O S C M U N T K S C M U" K S V O C M U N O O V O C M C D K S V O ON CD T i - r- K S K S KS ^d" t j
» - CM K S
T - r- CSJ "^1
« - r - (M n N <
I I I I I I
I
I
I
I
I
I
I I
I I I I I
I I I I I I I
O O O O O O O O O ^ O O O O O O
O O O O O O
K S V O UN co r—
K S O S C M t— t— KN O S U~
vO 0\CM ^ t O N o o o o o o o c j
VO ON CM i - O ON CV
T - r- CM
» - CM CM K N K N ^
T - CM KN
T- CM K S K S
ON
UN
o
vo
N
CD
ON
N