Onderwijs, Jeugd en Sport 12 november 2014

VERSLAG van VFG portefeuillehoudersoverleg Onderwijs, Jeugd en Sport
Datum:
12 november 2014
Aanwezig:
Ook aanwezig:
W. Kooistra – Opsterland (voorzitter), N. Haarsma – Het Bildt, G. Akkerman – SWF,
E. van Esch – Ooststellingwerf, F. Kloosterman – Weststellingwerf, D. Fokkema –
Tytsjerksteradiel, W. van den Berg – Ferwerderadiel, C. de Pee – Franekeradeel,
G. Wiersma – Dantumadiel, P. de Graaf – Dongeradeel, A. Dijkstra – Menameradiel,
T. Koster – Leeuwarden, H. Broekhuizen – Heerenveen, H. Kuiken – Harlingen,
L. van der Deen – Ameland, M. Krans – Smallingerland, J. Boerema – Kollumerland
c.a.
T. Weidgraaf en H. Voskuylen – Leeuwarden, E. Pastoor – Project Verzuim 18+
Afwezig:
Schiermonnikoog, Vlieland, Terschelling, De Friese Meren
Notulist(e):
J. Holwerda – VFG
1. Opening en vaststellen van de agenda
Voorzitter Wietze Kooistra opent de agenda en heet alle aanwezigen van harte welkom.
2. Verslag van de bijeenkomst van 3 april 2014
Na aanleiding van het verslag vraag Caroline de Pee (Franekeradeel) zich af of het onderwerp kwetsbare
jongeren ook al binnen het VFG portefeuillehoudersoverleg Werk en Inkomen aan de orde is geweest. Dit
blijkt niet het geval te zijn en zal worden meegenomen ter voorbereiding op het volgende overleg Werk en
Inkomen.
3. Mededelingen en ingekomen / verzonden stukken
Voorzitter Wietze Kooistra en Thea Koster (Leeuwarden) zitten namens de Friese gemeenten in de
subcommissie Jeugd van de VNG.
4. VNG commissie Onderwijs, Cultuur en Sport
Sjoerd Feitsma, wethouder gemeente Leeuwarden en lid van de VNG commissie Onderwijs, Cultuur en
Sport, is niet aanwezig. Een terugkoppeling is derhalve niet mogelijk.
5. VNG subcommissie Jeugd en Terugkoppeling Bestuurlijk Voorbereidend Overleg Jeugd
Thea Koster, wethouder gemeente Leeuwarden, lid van de VNG subcommissie Jeugd en voorzitter van
het BVO Jeugd geeft een stand van zaken vanuit de subcommissie en een terugkoppeling vanuit de
stuurgroep BVO Jeugd. De regionale inkoop Jeugd GGZ, Jeugd AWBZ en Jeugd & Opvoedhulp zijn rond
voor heel Fryslân. Bovendien is er binnen het beschikbare budget gebleven. Volgende week staat de
provinciale facturering en voorbevoorschotting op de agenda van het BVO. Mocht dit op niks uitlopen dan
zullen gemeenten dit per 1 januari zelf moeten regelen.
6. Integrale Kindcentra in Leeuwarden: Kracht vanuit de basis
Het Leeuwarder model voor Integrale Kindcentra (IKC) is een compleet concept voor speel- leer- en
ontwikkelingsmogelijkheden voor kinderen van nul tot dertien jaar. Hiermee wil de gemeente Leeuwarden
een doorgaande ontwikkelingslijn voor kinderen bevorderen. Basisscholen, kinderopvang,
speelleergroepen en buitenschoolse opvang werken nauw samen onder het motto: één organisatie, één
visie, één bestuur, één locatie. Hierin is gemeente Leeuwarden koploper in heel Nederland. Theo
Weidgraaf en Hanny Voskuylen van de gemeente Leeuwarden zijn aanwezig om een toelichting te geven
op het model.
De gemeente Leeuwarden heeft momenteel tien brede scholen, waar onderwijs, opvang, sport, cultuur en
zorg worden aangeboden en zoveel mogelijk op elkaar worden afgestemd, zij het vanuit verschillende
organisaties. Nu is het tijd om de volgende stap te zetten. De vorming van IKC’s heeft veel raakvlakken
met de transitie jeugdzorg en passend onderwijs. Daarmee zijn de IKC’s ook op de toekomst gericht. De
verbinding tussen IKC’s, jeugdzorg en passend onderwijs is snel te leggen, doordat alle partijen aanwezig
zijn die zich inzetten voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen.
Het initiatief voor de IKC’s in Leeuwarden ligt vooral bij de betrokkenen zelf. De gemeente faciliteert. Dat is
misschien wel de belangrijkste reden waarom het Leeuwarder model zo succesvol is. De gemeente
Leeuwarden wil verantwoordelijkheden zoveel mogelijk neerleggen bij de partijen die voor de uitvoering
verantwoordelijk zijn. Dat geldt ook voor de planning van (onderwijs)voorzieningen. Het is aan de
schoolbesturen om de IKC’s uit te werken, samen met de partners die zij daarbij willen betrekken. Hierdoor
ontstaat niet alleen een breed draagvlak voor IKC’s, maar ook een visie op maatschappelijk
ondernemerschap. IKC’s hebben namelijk gebouwen of combinaties daarvan nodig om een integraal
programma te kunnen herbergen.
IKC’s kunnen alleen tot stand komen in samenwerking tussen gemeente, scholen en andere betrokken
partijen. In co-creatie dus. Maar ieder heeft een eigen rol. In de gemeente Leeuwarden is er van alle
kanten de bereidheid om in gesprek te gaan en te kijken wat er mogelijk is, vanuit de gezamenlijke
doelstelling om kinderen de beste ontwikkelingskansen te bieden. De gemeente stimuleert de
totstandkoming van IKC’s via structurele en incidentele middelen voor kinderopvang, onderwijs, sport,
cultuur, welzijn en zorg. Naast geoormerkt geld zet de gemeente voor 25 procent van de totale kosten
eigen geld in. Kernbegrippen bij de inzet van middelen zijn: eigen bijdrage organisaties, creatief zoeken
naar oplossingen, bundelen van middelen en gerichte inzet. Op dit moment draaien 2 IKC’s en er zullen er
komend jaar nog 3 volgen. Het doel is om ieder jaar minimaal 3 IKC’s erbij te laten komen zodat er in 2018
23 IKC’s draaien. Voor 17 IKC’s vraagt dit om een fysieke aanpassing.
Naar aanleiding van een vraag van Doeke Fokkema (Tytsjerksteradiel) of een IKC met 2 denominaties ook
mogelijk is, is het antwoord dat dit waarschijnlijk lastig is voor de ontwikkeling van een goede
pedagogische visie, maar dat wanneer beide schoolbesturen hier 100% achter staan, dit uiteraard mogelijk
is omdat zij leidend zijn in het proces. Pytsje de Graaf (Dongeradeel) vraagt zich af of voor het concept ook
een bepaald volume nodig is omdat de situatie op het platteland toch anders is dan in de stad. Dat is op dit
moment nog pionieren, maar er liggen zeker kansen voor krimpgebieden met veel kleine scholen. Het kan
best zijn dat hiervoor wel een ander soort van IKC nodig is. Bijvoorbeeld met een knip op 6 jaar, waarna
het vervolg in een dorp verderop plaatsvindt. Thea Koster (Leeuwarden) sluit het onderwerp af met een
uitnodiging aan al haar collega’s dat ze van harte welkom zijn om in haar gemeente een kijkje te komen
nemen hoe e.e.a. werkt.
De gebruikte presentatie is als bijlage bij dit verslag gevoegd.
7. Project Verzuim 18+: We missen je
Met het project Verzuim 18+: We missen je wil het ministerie van OCW met Ingrado een beweging op
gang brengen waarmee de inzet van de RMC-medewerkers wordt omgebogen van curatief naar
preventief. Middels het realiseren van een samenwerkingsagenda rondom preventie 18+, kan de formatie
van het RMC op termijn effectiever ingezet worden met als doel de kansen van 18+’ers om de
arbeidsmarkt te betreden met minimaal een startkwalificatie te bevorderen. Elly Pastoor is landelijk
aangesteld als projectleider en geeft een toelichting op het project.
De wettelijke invulling van de RMC functionaris is op dit moment sterk curatief van aard. Wanneer sprake
is van voortijdig schoolverlaten vindt registratie plaats en worden de voortijdig schoolverlaters benaderd
om een opleiding te volgen die leidt tot een startkwalificatie. De RMC-functie speelt in de aanpak van
schooluitval en verzuim onder 18- tot 23-jarigen een cruciale rol. De inzet van de RMC functionaris is
steeds meer gericht op preventie, zoals de aanpak van ongeoorloofd verzuim, ook voor jongeren die niet
meer leerplichtig zijn. Deze ontwikkeling zorgt ervoor dat de RMC functionaris waar nodig, beter moet
worden toegerust om juist die preventieve taak adequaat uit te voeren. De RMC functionaris beweegt zich
op het snijvlak van onderwijs en gemeentelijk domein en is daarmee een verbinder voor de potentiële
doelgroep VSV (en daarmee een maatschappelijke risicogroep) tussen beide domeinen.
Het project Verzuim 18+ We missen je zijn kent een aantal doelstellingen:
1. Deskundigheidsverbetering van de RMC-functie op het terrein van verzuim 18 + op operationeel en
strategisch niveau;
2. De ontwikkeling van MBO instellingsgerichte aanpak moet leiden tot een versterking van de RMC
functie en van versterking van de uitvoering binnen de MBO-instellingen van preventief verzuimbeleid;
3. Ontsluiten van beschikbare (onderzoeks)kennis en verkrijgen van nieuwe kennis middels aanvullend
onderzoek op het terrein van verzuim 18+ en deze kennis ook toepasbaar maken bij beleidsontwikkeling;
4. Ontwikkeling van nieuwe instrumenten, protocollen en werkwijzen die bijdragen aan de vermindering
van verzuim 18+;
5. Landelijke aandacht voor en gemeentelijke bewustwording van de problematiek van verzuim 18+.
Fryslân kent drie RMC regio’s en vier MBO instellingen. Deze vier MBO instellingen gaan een
samenwerkingsagenda opstellen. Landelijk gezien is onze provincie goed vertegenwoordigd in
verschillende ambtelijke werkgroepen. Er zijn echter nog geen Friese aanmeldingen voor een
leergangtraining voor RMC consulenten. Elly Pastoor roept de aanwezigen derhalve op om deze leergang
nogmaals binnen hun eigen organisatie onder de aandacht te brengen.
De gebruikte presentatie is als bijlage bij dit verslag gevoegd.
8. Volgende bijeenkomst
De planning voor 2015 is als bijlage bij de stukken gevoegd. Het eerstvolgende VFG portefeuillehoudersoverleg Onderwijs, Jeugd en Sport vindt plaats op woensdag 15 april van 10.00 – 12.00 uur in het
gemeentehuis van Opsterland.
9. Rondvraag en sluiting
Pytsje de Graaf (Dongeradeel) zit namens de VFG in de Fryske Rie. Afgelopen september heeft er een
interessante bestuurdersdag plaatsgevonden met de Duitse Frieslanden. Het is de bedoeling om richting
2018 intensief met elkaar te gaan samenwerken. Volgend jaar vindt er weer een dergelijke ontmoeting
plaats en Pytsje de Graaf zou dit dan graag wat prominenter op de agenda willen hebben zodat hier
wellicht meer Friese bestuurders op af zullen komen.
De voorzitter dankt alle aanwezigen voor hun komst en sluit de vergadering om 12.00 uur.