Nummer 2

MAGAZINE
Veiligheid
boven
alles
Regelgeving novel foods
Wetenschap of emotie leidend bij ggo-beleid?
Aan tafel met RiskPlaza
MVO - de ketenorganisatie voor oliën en vetten
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
We hebben er zin in!
Het MVO-team bruist van energie om samen met
onze leden MVO een nieuw gezicht te geven. In
de afgelopen twee maanden hebben de werkgroepen ambitieuze plannen ontwikkeld. Deze
betrokkenheid van onze leden hebben we nodig
om onze visie: een duurzame en internationaal
concurrerende keten, waar te maken.
Op verschillende plaatsen binnen de overheid,
politiek en industrie wordt gesproken over voor
de MVO-keten belangrijke onderwerpen. Extra
belangrijk dus om de MVO-keten én MVO opnieuw op de kaart te zetten. Een sector met een
productiewaarde van meer dan 6,4 miljard euro en
een export van 4,6 miljard euro is van belang voor
Nederland. Ik ben dan ook blij dat we vorige week
een brede ambtelijke delegatie van de ministeries
van EZ, VWS en BuZa op werkbezoek mochten
ontvangen. De recente politieke discussies over
het Nederlandse kabinetsbeleid over ggo’s (zie het
artikel hierover op pagina 4 en 5) laat zien dat er
nog veel werk te doen is.
Inhoud
BIOTECHNOLOGIE
MVO over politieke discussie ggo’s
Voedsel- en Diervoederveiligheid
Meepraten over inhoud RiskPlaza
2
6/7
Voeding en gezondheid
Margarineproducten met plantensterolen: novel foods
Consumentenbond: test frituurolie en vloeibaar frituurvet
8/9
12 / 13
Duurzame ontwikkeling
Afval scheiden met de gratis Recyclemanager
14 / 15
ALGEMEEN
Bedrijven besturen MVO: Nofalab 10
MVO en NOFOTA delen expertise11
Nieuwe medewerker MVO 17
Op donderdag 13 maart a.s. organiseren we onze eerste Algemene Ledenvergadering. Ik hoop u daar te
mogen begroeten. Aansluitend is er de M
­ VO-netwerkbijeenkomst waarvoor we naast onze leden ook
onze belangrijkste externe stakeholders hebben uitgenodigd. Het beloofd een inspirerende middag te
worden. En natuurlijk een mooi moment om samen te proosten op onze toekomst.
Frans Claassen, directeur
4/5
Louis Braillelaan 80
2719 EK Zoetermeer
[email protected]
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
MVO Magazine is een digitale uitgave van
MVO - de ketenorganisatie voor oliën en vetten
en is bestemd voor leden en externe relaties.
Het verschijnt 10 keer per jaar.
Voor meer informatie zie: www.mvo.nl
3
BIOTECHNOLOGIE
Wetenschappelijke
beoordeling moet leidend
blijven bij kabinetsbeleid ggo’s
Het kabinet moet zijn oordeel over de EU-markttoelating van genetisch gemodificeerde
­organismen (ggo’s) blijven baseren op de uitkomsten van de wetenschappelijke risicobeoordeling door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA). Dit is de heldere boodschap die
MVO en zes andere organisaties op 11 februari jl. in een gezamenlijke brief aan de betrokken
bewindslieden van EZ, VWS en I&M hebben gestuurd.
Aanleiding voor deze gezamenlijke brief was het
onder druk van een Tweede Kamer-motie ingenomen
standpunt door de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken in de EU-Raad van Ministers tegen het
geven van toestemming voor de teelt van de maissoort 1507, terwijl deze door de EFSA na een uitgebreide wetenschappelijke risicobeoordeling veilig is
bevonden.
MVO maakt zich ernstige zorgen over het feit dat het
Nederlandse kabinet zich bij zijn standpuntbepaling
over de markttoelating van ggo’s blijkbaar niet langer
laat leiden door de uitkomsten van de wetenschappelijke risicobeoordeling van de EFSA. De ‘science
based approach’ is vanaf de commerciële introductie
van ggo’s medio jaren ’90 leidend geweest bij de Nederlandse kabinetsaanpak. Het loslaten van deze positie is volgens MVO zeer schadelijk en ongewenst
voor de agro-handel en verwerkende industrie.
“Als het kabinet geen wetenschappelijke maar
emotionele argumenten gaat gebruiken voor het
ggo-beleid dan begeeft men zich op een hellend vlak”,
verduidelijkt MVO-directeur Frans Claassen: “MVO
is zeer verontrust dat het Nederlandse stemgedrag
op dergelijke teeltdossiers ook navolging zal krij-
4
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
gen bij de EU-markttoelating van ggo’s waarvan de
­reikwijdte beperkt blijft tot invoer en verwerking, en
dus geen teelt omvat. De wetenschappelijke risico­
beoordeling en de ambtelijke/politieke procedure bij
dergelijke markttoelatingen verlopen in de EU op dit
moment namelijk al aanmerkelijk trager dan bijvoorbeeld in Noord- en Zuid-Amerika. Door deze asynchrone situatie treden er handelsbelemmeringen op.
Als Nederland zich, ongeacht de uitkomsten van de
risicobeoordeling, schaart bij de lidstaten die vanwege
hun anti biotech-houding standaard tegen de markttoelating van ggo’s stemmen, zal de vertraging verder
oplopen. Bovendien wordt het gezag van de EFSA en
de ­Europese Commissie verder ondermijnd en zullen
internationale handelsconflicten verder toenemen.”
Op 10 april a.s. overleggen de staatssecretarissen
Dijksma (Economische Zaken) en Mansveld (Infrastructuur & Milieu) met de Tweede Kamer over het
kabinetsbeleid ten aanzien van ggo’s. Vooruitlopend
op dit overleg zal MVO de Tweede Kamer en betrokken ministers attenderen op de negatieve consequenties die het belemmeren van de EU-markttoelating
van ggo’s zal hebben, niet alleen voor de MVO-keten,
maar voor de gehele voedselvoorziening en daarmee
voor de Nederlandse economie.
5
Voedsel- en Diervoederveiligheid
MVO praat mee over
inhoud RiskPlaza
Plantaardige oliën en vetten worden in diverse levensmiddelen gebruikt als hulpstof of als
ingrediënt. In margarines en halvarines, maar ook in pindakaas en chocoladepasta zorgt de
juiste combinatie van verschillende oliën en vetten voor een goede structuur, mondgevoel en
smeerbaarheid. In producten zoals ijs, maar ook bonbons zorgen oliën en vetten voor stevigheid en een goed smeltgedrag. Voor diverse andere toepassingen dienen ze als drager van
vetoplosbare vitamines.
Voedselveiligheid
Levensmiddelenbedrijven die oliën en vetten in hun
producten toepassen maken voor het opzetten van de
HACCP-risico-analyse van grondstoffen, veelal gebruik
van RiskPlaza (www.riskplaza.nl). RiskPlaza is een databank voor de levensmiddelenindustrie met informatie
over de voedselveiligheid van ingrediënten. De databank
van RiskPlaza bevat informatie over de ingrediënten zelf,
maar ook over te nemen maatregelen om eventuele
risico’s voor de voedselveiligheid te beheersen.
6
Behalve de oliën- en vettensector, zijn momenteel de
bakkerij-, zoetwaren-, vleeswaren-, snack-, groente/
fruitsector, koffie/theesector en de pluimveeverwerkende industrie vertegenwoordigd in het Deskundigenoverleg. De NVWA heeft tevens zitting in het
Deskundigenoverleg en heeft een belangrijke rol
bij het doorvoeren van wijzigingen in RiskPlaza. De
informatie in de RiskPlaza databank wordt niet alleen
door bedrijven, maar ook door de controleurs van de
NVWA gebruikt en wordt dan ook beschouwd als een
gezamenlijke waarheid.
Harmonisatie risicoanalyses
Voor MVO-bedrijven is het van belang dat de informatie in de RiskPlaza databank gelijkluidend is met de informatie van de risicoanalyses die de sector zelf heeft
opgesteld op Europees niveau. Eind vorig jaar is een
begin gemaakt om via het Deskundigenoverleg de informatie in de RiskPlaza database geharmoniseerd te
krijgen met de informatie in de MVO risico-analyses.
RiskPlaza-audit+ goedgekeurd door NVWA
Aan de RiskPlaza databank is ook een audit+-systeem
gekoppeld. Een RiskPlaza-audit+ is een aanvullende
(vrijwillige) audit bovenop het al aanwezige voedselveiligheidscertificaat (zoals bijvoorbeeld IFS, BRC, ISO
22000 of FSSC 22000) specifiek gericht op het waarborgen van de voedselveiligheid van ingrediënten. De
RiskPlaza-audit+ wordt uitgevoerd door een onafhankelijke certificerende instelling. RiskPlaza-audit+ is een
door de NVWA goedgekeurd ketengarantiesysteem.
Dit betekent dat een bedrijf invulling kan geven aan
de wettelijk verplichte inkoopverificatie door af te
nemen van een RiskPlaza-audit+ bedrijf.
MVO in Deskundigenoverleg
De stichting Riskplaza zorgt ervoor dat de databank
de juiste en meest actuele informatie bevat. Dit
gebeurt in samenspraak met deskundigen uit verschillende sectoren van de levensmiddelenindustrie.
MVO is recent toegetreden tot dit zogeheten Deskundigenoverleg. MVO acht het van belang dat ten
aanzien van oliën en vetten de juiste informatie is
opgenomen in RiskPlaza; als lid van het Deskundigenoverleg kan MVO hiervoor zorgdragen.
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
7
VOEDING EN GEZONDHEID
Margarineproducten met plantensterolen:
op veiligheid getest en goedgekeurd
De afgelopen maand verschenen in diverse media uitspraken van Foodwatch over Becel
pro-activ. Foodwatch stelt dat Becel pro-activ een medicijn is en in de apotheek verkocht zou
moeten worden. Dit is onjuist. Margarineproducten met plantensterolen zijn voedingsmiddelen. De cholesterolverlagende claim die het product draagt, is als claim voor voedingsmiddelen
goedgekeurd door de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA).
Op de verpakking van voedingsmiddelen met
­plantensterolen moet vanaf 15 februari worden
vermeld: ‘Dit product is niet bedoeld voor mensen
die hun cholesterol niet onder controle moeten
houden’. Deze zin is verplicht voor zowel producten met weinig plantensterolen die het cholesterol
in stand kunnen houden, als producten met meer
plantensterolen die het cholesterol verlagen. Voorheen stond op de Becel pro-activ verpakking: ‘Dit
product is uitsluitend bedoeld voor mensen die hun
bloedcholesterol willen verlagen’.
Foodwatch stelt dat de aangepaste tekst op de verpakking suggereert dat de Europese Unie (EU) vindt
dat het product nadrukkelijk moet worden afgeraden
voor mensen zonder verhoogd cholesterolgehalte.
Dit is niet het geval. De informatie voor de consument is altijd zo geweest, maar nu enkel anders
verwoord vanwege een gewijzigde EU-Verordening.
Wat zijn Novel foods?
Novel foods zijn ‘nieuwe’ levensmiddelen of ingrediënten die niet voor mei 1997 in de Europese
Unie voor menselijke consumptie zijn gebruikt of
die ­volgens een nieuwe methode geproduceerd
zijn. ­Novel foods kunnen ook functionele voedingsmiddelen zijn, levensmiddelen of ingrediënten met een extra (wetenschappelijk bewezen)
effect ten opzichte van ‘normale voeding’. Een
voorbeeld hiervan zijn halvarines waaraan plantensterolen zijn toegevoegd voor een cholesterolverlagend effect.
Veiligheid
Alle nieuwe voedingsmiddelen of ingrediënten
­worden op veiligheid gecontroleerd. Als een producent of verhandelaar een nieuw voedingsmiddel in Europa op de markt wil brengen dan zal hij
een toelatingsprocedure moeten doorlopen. Deze
toelatingsprocedure is vastgelegd in de Europese
Novel Foods verordening.
De uitgangspunten voor deze nieuwe verordening
zijn dat het nieuwe voedingsmiddel:
• geen gevaar mag opleveren voor de consument;
• de consument niet mag misleiden;
• onbedoeld niet minder voedingsstoffen mag
­leveren dan het originele product.
De veiligheid van het nieuwe voedingsmiddel of
ingrediënt wordt beoordeeld door de Europese
­Commissie en de EU-lidstaten. De Nederlandse
regelgeving over Novel foods is geregeld in het
Warenwetbesluit Nieuwe voedingsmiddelen.
Dit warenwetbesluit is volledig afgeleid van de
­Europese verordening over Novel foods.
Producten met plantensterolen zijn veilig en geschikt voor consumptie. Dit wordt door Foodwatch
ten onrechte in twijfel getrokken. De veiligheid van
producten met plantensterolen is op grond van de
Novel foods verordening beoordeeld en goedgekeurd
door de EU.
8
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
9
Bedrijven besturen MVO
Nofalab is een jong en dynamisch laboratorium, strategisch gelegen in het havengebied van Rotterdam. Nofalab
doet onafhankelijk onderzoek naar de veiligheid en kwaliteit van diervoeders, ingrediënten en voeding, en is gespecialiseerd in de detectie van ongewenste stoffen zoals
mycotoxinen, bestrijdingsmiddelen, zware metalen, PAK’s
en dioxine, maar ook in GMO en microbiologie.
Marcel Bruggeman, deputy director Nofalab: “Wij richten ons in het bijzonder op onderzoek in oliehoudende
­zaden, eetbare oliën, vetten, glycerol en biofuel. Door deze
specialisatie heeft het laboratorium een belangrijke rol
in de ­oliën en vettenketen, die aansluiting bij MVO rechtvaardigt. Om onze werkzaamheden volgens de geldende
richtlijnen te kunnen uitvoeren beschikken we over “state
of the art” analyseapparatuur. Medio februari is het nieuwe laboratorium, direct gelegen naast het hoofdkwartier,
in gebruik genomen. Voor laboratoriumondersteuning en
advies zijn we voor onze klanten altijd bereikbaar, 24 uur
per dag en 7 dagen per week.”
MVO en NOFOTA delen expertise
MVO huisvest niet alleen het NOFOTA secretariaat, maar deelt ook expertise in de persoon
van Ron van Noord. Ron is – samen met Annette
Klomp – bij MVO verantwoordelijk voor het thema
Voedsel- en diervoederveiligheid. Deze functie
combineert hij met zijn werkzaamheden als secretaris van NOFOTA.
Ron, wat is de relatie tussen NOFOTA en MVO?
“NOFOTA houdt sinds 1 januari 2013 kantoor in Zoetermeer, in het pand waar ook MVO gehuisvest is. De
rode draad in beide organisaties is uiteraard ‘oliën &
vetten’. Het verschil is dat NOFOTA het platform is voor
handelscontracten en arbitrage, terwijl MVO meer de
diepte ingaat op het gebied van wet- en regelgeving,
kwaliteit, voeding, duurzaamheid en handelspolitiek. Op
mijn werkterrein: voedsel- en diervoederveiligheid vullen
beide organisaties elkaar aan.”
Wat is Nofota?
“NOFOTA staat voor ‘Netherlands Oils, Fats and
Oilseeds Trade Association’ en is de Nederlandse
handelsorganisatie voor bedrijven die actief zijn in de
handel, productie, verwerking en logistiek van oliën
en vetten, oliezaden en grondnoten. NOFOTA bestaat
al 96 jaar en hoopt haar 100-jarig bestaan te vieren
in 2018. Het bewaken en daar waar nodig aanpassen
van de NOFOTA Trading Rules en Rules for Arbitration
10
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
is de belangrijkste taak van NOFOTA. Beide zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het arbitrage instituut
van NOFOTA zorgt voor een snelle, relatief goedkope
en professionele manier van dispute resolution.”
Hoe gaat de arbitrage in z’n werk?
“Als er onder NOFOTA contract sprake is van een
onoplosbaar dispuut, kan men arbitrage aanvragen bij
NOFOTA. De commissie van benoeming van NOFOTA
wijst dan een drietal (in geval van een hoger beroep,
vijftal) arbiters aan. Verder wijst NOFOTA een jurist aan
(griffier) die samen het tribunaal vormen en eventueel
partijen uitnodigen voor een verhoor. Partijen krijgen
de gelegenheid tijdens het verhoor hun eis en verweer
toe te lichten. Het uiteindelijke vonnis wordt door de
arbiters geschreven en ingediend bij de Rechtbank en
heeft dus een officiële juridische status.”
Wat is de winst van het combineren van deze
twee functies?
“Zoals ik al aangaf vullen beide organisaties elkaar
goed aan. Bovendien delen we hetzelfde netwerk. En dat is zeker niet
onbelangrijk.”
Ron van Noord is bereikbaar via
[email protected] of [email protected]
en 079 363 43 53.
11
VOEDING EN GEZONDHEID
Frituren kan in vast of in vloeibaar frituurvet of in
oliesoorten als zonnebloemolie of arachideolie (pindaolie).Vloeibaar frituurvet is frituurolie waar een beetje
vet aan is toegevoegd. Frituurolie en ook gewone olie
scoren vergelijkbaar met vloeibaar frituurvet op het
punt van gezondheid. Hoewel gezondheid en stabiliteit elkaar eigenlijk in de weg zitten (meervoudig
onverzadigde vetzuren zijn gezonder voor je hart, maar
ook instabieler tijdens verhitten) bleek uit de test dat
sommige producten goed scoren op gezondheid én op
stabiliteit. Dit komt mede door het gehalte aan enkelvoudig ­onverzadigde vetzuren en door vitamine E, een
antioxidant die van nature in oliën voorkomt. Gewone
zonnebloemolie blijkt dan op het punt van stabiliteit
minder te scoren. Diamant vloeibaar frituurvet met
olijfolie scoort het beste. Zowel op stabiliteit als op
gezondheid scoort het product zeer goed.
Lekker frituren: test frituurolie
en vloeibaar frituurvet
De Consumentenbond vult het artikel aan met allerlei
weetjes en handige tips, zoals over het recyclen van
vet na herhaaldelijk gebruik. Sommige frituurvetten en
-oliën lopen voorop en bevatten informatie over vet­
recycling op het etiket.
Leden van de Consumentenbond kunnen het
volledige artikel lezen
in de februari-editie
van de Consumentengids. ­Geïnteresseerden
­kunnen het volledige
artikel ook opvragen via
[email protected].
Een gefrituurd product is niet persé ongezond, schrijft de Consumentenbond in de februari-­
editie van de Consumentengids. Onder de kop: ‘Lekker frituren, maar in welk vet?’ heeft de
Consumentenbond een test uitgevoerd van verschillende frituurvetten en -oliën. De belangrijkste conclusie is dat frituren in vloeibaar frituurvet of in olie beter is dan frituren in vast vet,
maar dat de olie wel bestand moet zijn tegen hoge temperaturen gedurende enkele bakbeurten. De Consumentenbond onderzocht 21 vetproducten en frituurde tijdens 10 bakrondes 2,5
kilo patat en 80 bitterballen.
12
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
Verantwoord Frituren
De campagne Verantwoord Frituren heeft tot
doel dat zo veel mogelijk cafetariaondernemers frituren in vloeibaar frituurvet of olie. De
campagne is 10 jaar geleden gestart op initiatief van MVO met als resultaat dat inmiddels
85% van de gebruikte frituurvetten uit vloeibaar vet bestaat. De horeca benadert hiermee
de retail en het thuisfrituren waarbij 89% van
de gebruikte vetten vloeibaar zijn.
De uitgangspunten
van de campagne zijn
gebaseerd op de wetenschappelijke consensus zoals die wordt
weergegeven door
onder andere de Gezondheidsraad, de Nederlandse Hartstichting en het Voedingscentrum.
Ondersteuners van de campagne zijn Levo,
Remia, Smilde Foods, Vandemoortele, Deli
XL, Makro en Koninklijk Horeca Nederland.
Ook andere partijen zijn welkom om zich aan
te sluiten en het logo te voeren.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen
met Nicole Vervaet via [email protected].
13
Duurzame ontwikkeling
Ook voor gebruikt frituurvet
Vet, Recycle het!
Afval scheiden met de
gratis Recyclemanager
De Nederlandse oliën- en vettenbedrijven zetten
zich in om gebruikte vetten te recyclen. Om het voor
consumenten nog makkelijker te maken de inzamelpunten voor gebruikt frituurvet te vinden, heeft MVO
meegewerkt aan de Recyclemanager. De Recyclemanager is een gratis app en website waarmee je kunt
opzoeken in welke afvalbak welk afval hoort, waar de
dichtstbijzijnde afvalbak staat en wanneer afval wordt
opgehaald.
Goed bezig
Afval scheiden doen we al goed in Nederland. Maar
het kan nog veel beter. De Recyclemanager helpt
daarbij, en geeft bovendien achtergrondinformatie en
filmpjes van verwerkingsprocessen. Zo zie je direct
wat er van het materiaal na recycling gemaakt wordt.
Dankzij een unieke samenwerking van afvalorganisaties, gemeenten, Milieu Centraal, en het ministerie van
Infrastructuur en Milieu, is alle informatie over afvalscheiding samengebracht in één overzichtelijke app.
14
De campagne Vet, Recycle het! heeft
tot doel zoveel mogelijk (frituur)vetten in
te zamelen. Ingeleverd frituurvet wordt
gerecycled en hergebruikt als biobrandstof.
Consumenten kunnen voor het inleveren
terecht bij steeds meer inzamelpunten
Winst voor het milieu
Doel van de app is dat er meer afval wordt ingezameld en dat de kwaliteit van de afvalscheiding verbetert. Nederlanders scheiden de helft van de 533
kilo afval die ze jaarlijks per persoon produceren. De
andere helft belandt bij het restafval en uiteindelijk in
de verbrandingsoven. Door goede afvalscheiding kan
er meer worden gerecycled. Daarmee blijven grondstoffen behouden, komen schadelijke stoffen niet in
het milieu terecht en wordt energie bespaard.
zoals supermarkten, sportverenigingen en
kinderboerderijen. Zo sparen we het milieu
en zorgen we voor minder schade in het
riool.
De campagne wordt ondersteund door
J.Meertens & Zn, Rotie, UCOKampen,
­Vandemoortele en Stichting Rioned. Ook
andere partijen zijn welkom om zich aan te
sluiten en het logo te voeren.
De Recyclemanager is als app gratis ­beschikbaar
voor Android en iOS en te downloaden via de Apple
Appstore en de Google Playstore. Geen smartphone?
Ga dan naar www.recyclemanager.nl voor meer informatie.
Lees meer over de campagne Vet, Recycle
het! op www.vetrecyclehet.nl. Voor meer
informatie kunt u contact opnemen met
Nicole Vervaet via [email protected].
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
15
Werkbezoek bij MVO-bedrijven
Nieuwe medewerker duurzame grondstoffen
Op woensdag 5 maart jl,
organiseerde MVO een
werkbezoek voor een brede
ambtelijke delegatie aan een
aantal bedrijven uit de MVOketen. Beleidsmakers van
de ministeries van Economische Zaken, Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van
Buitenlandse Zaken werden
uitvoerig geïnformeerd over
de oliën- en vettenindustrie.
Een uitgebreid verslag van
dit werkbezoek volgt in het
volgende MVO Magazine.
Graag stel ik mij voor als de nieuwe
­medewerker duurzame grondstoffen bij MVO.
Opgeleid als bioloog en ruraal socioloog in
Wageningen heb ik affiniteit met zowel de
biologische als de maatschappelijk gerelateerde aspecten en uitdagingen van de oliën- en
vettensector.
Graag nodigen wij u uit voor het:
MVO-netwerkevent in Rotterdam
Op 13 maart 2014 kunt u collega’s uit de oliën- en vettensector ontmoeten en in contact komen met relaties bij
overheid, politiek, maatschappelijke organisaties en ketenpartners. De Van Nelle Ontwerpfabriek in Rotterdam vormt
de locatie voor een compact en verrassend programma
met een netwerkborrel en walking dinner. Kijk voor meer
­informatie op www.mvo.nl of neem contact op met
­Jolanda van Roon, via ­[email protected], of 079 363 43 61.
16
Thijs Pasmans
Duurzaamheid, en de ontwikkeling hiervan, zie ik dan
ook als een sterk samenhangend geheel van verschillende disciplines, belangen en culturen waartussen
telkens de juiste balans moet worden gevonden. Ik
ben erg gemotiveerd om, door verschillende thema’s
met elkaar te verbinden, hiermee aan de slag te gaan
bij MVO.
De positie en rol die MVO binnen de sector heeft
spreken mij hierbij erg aan. Als spin in het web tussen
bedrijven, overheid en NGO’s voel ik mij erg op mijn
plek door voortdurend contacten met verschillende
partijen te maken en te onderhouden en voor hen het
overzicht op het gebied van duurzaamheid te houden.
Als medewerker duurzame grondstoffen zal ik mij
allereerst richten op het verder invullen van de stra-
MVO MAGAZINE NR 2 MAART 2014
tegie voor de verduurzaming van de palmolie en soja
handelsketen alsook het signaleren en analyseren
van internationale ontwikkelingen op het terrein van
duurzame grondstoffen. Op deze manier hoop ik een
bijdrage te leveren aan het verduurzamen van de agrien voedselsector in zowel binnen- als buitenland.
Ik hoop snel met u kennis te mogen maken en uw
bedrijf of organisatie beter te leren kennen.
Thijs Pasmans
[email protected]
MVO - de ketenorganisatie voor oliën en vetten