Nummer 7 - Slachtofferhulp

Jurisprudentiebulletin
2014, aflevering 7
Speciaal nummer
Schadefonds Geweldsmisdrijven
Nummers: 173 – 193
Colofon
Ten geleide
In het Jurisprudentiebulletin van Slachtofferhulp Ne-
Dit bulletin is tot stand kunnen komen,
doordat een aantal medewerkers de redactie beschikkingen van het Schadefonds heeft toegestuurd. Waarvoor hartelijk dank!
Helaas heeft dit bulletin te lang op zich
laten wachten, maar de redactie ontvangt nog altijd graag beschikkingen van
het Sgm. Ze worden zeker opgenomen.
Het
Schadefonds
Geweldsmisdrijven
heeft sinds juni 2012 de Beleidsbundel
herbewerkt. Er zijn een aantal edities
verschenen en inmiddels is de bundel van
18 maart 2014, zoals deze nu is terug te
vinden op de site van het Schadefonds,
weer vrij omvangrijk. Bij de opgenomen
beschikkingen is verwezen naar deze
nieuwe bundel.
Er is voor gekozen om ook in dit bulletin
geparafraseerde samenvattingen van – in
dit geval - de beschikkingen van het Sgm
op te nemen. In verband daarmee is het
mogelijk gemaakt om door te klikken
naar het oorspronkelijke document.
derland (JBS) wordt jurisprudentie verzameld die van
belang kan zijn voor de juridische dienstverlening
aan slachtoffers.
De uitspraken worden geparafraseerd en samengevat
weergegeven. Voor de oorspronkelijke tekst dient de
uitspraak te worden geraadpleegd.
(Oude) nummers van het JBS zijn te vinden via:
www.slachtofferhulp.nl/Algemeen/Slachtofferzorg/Jur
isprudentiebulletin/
U kunt het JBS via e-mail toegestuurd krijgen door
een berichtje te sturen aan [email protected].
De redactie heeft altijd belangstelling voor (niet gepubliceerde) uitspraken die in het JBS zouden kunnen worden opgenomen.
Redactie:
mr. A.H. Sas
Contact:
[email protected]
Zie ook:
www.slachtofferhulp.nl/
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
Beschikkingen van de Commissie van het Schadefonds
Geweldsmisdrijven
173.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 20 november 2009, kenmerk 75433/NR
Bezwaar
(Verlies arbeidsvermogen, info UWV;
par. 2.6.16 Beleidsbundel.)
Bezwaar gegrond.
Bezwaar omdat verhuiskosten en verlies
arbeidscapaciteit niet bij de beslissing
zijn betrokken. In bezwaar zijn nieuwe
stukken overgelegd.
Verlies arbeidsvermogen. Gezien de door
het UWV aangegeven reden voor arbeidsongeschiktheid is aannemelijk dat
verlies arbeidsvermogen (gedeeltelijk)
het gevolg is van het misdrijf. Aanvullende uitkering voor verlies arbeidsvermogen € 8.800,Verhuizing. Aannemelijk dat het slachtoffer uit angst voor de dader is verhuisd.
Voor verhuiskosten geldt een maximumbedrag van € 2.500,-.
De Commissie overweegt dat ingevolge
artikel 7 lid 1 Wsg vóór de wetswijziging
van 1994 een indieningstermijn van 6
maanden gold. Hoewel deze wet niet
meer staat gepubliceerd, staat het geldende beleid wel gepubliceerd op internet. Deze indieningstermijn is geen richtlijn maar een vereiste in de wet zelf.
Het gepleegde misdrijf heeft tot en met
1987 plaatsgevonden. De aanvraag is ingediend op 26 oktober 2010 en derhalve
niet binnen de termijn. Dan volgt toetsing aan het beleid zoals dat op het moment van aanvraag geldt. Volgens de
Commissie is gebleken dat in ieder geval
eind 2009 het slachtoffer door contact
met Slachtofferhulp Nederland op de
hoogte was van het bestaan van het
Schadefonds. De aanvraag had derhalve
uiterlijk eind februari moeten worden ingediend.
(Opmerking van de redactie. Dit beleid is in de huidige Beleidsbundel niet
meer terug te vinden. Aangenomen moet
worden dat voor alle gevallen de drie
jaartermijn geldt van par. 1.5 en bij
overschrijding par. 1.5.3 Beleidsbundel.)
(Opmerking van de redactie. Het beleid ten aanzien van vermindering van
inkomsten is volledig forfaitair geworden
zie par. 1.6.16. Beleidsbundel. Inmiddels
het maximale bedrag voor verhuizing
volgens het nu geldende beleid € 2.750.
Zie par. 2.6.10.2 Beleidsbundel.)
175.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 26 januari 2012, kenmerk
95919/ZO
Eerste aanleg
(Gestolen geld is misdrijfschade; par.
2.5.2 Beleidsbundel.)
174.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 1 juli 2011, kenmerk
88763/NR
Bezwaar, zie voor vervolg hieronder,
nr. 189.
(Indieningstermijn vóór 1994. Art. 7
lid 1 (oud) Wsg.)
Overval in woning met bedreiging en gijzeling.
Immateriële schade € 600,Medische hulp € 13,- Vervanging sloten €
508,- telefoon- en portokosten € 27,-.
Geen uitkering voor gestolen geld, want
deze schade is geen gevolg van het opgelopen letsel, zogenoemde misdrijfschade.
Seksueel misbruik.
De aanvraag is afgewezen omdat de
aanvraag niet binnen de termijn is ingediend.
www.slachtofferhulp.nl
2
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
176.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 1 februari 2012, kenmerk
95747/JA
Eerste aanleg
(Kosten hulp vrienden en bekenden;
vgl. mantelzorg par. 2.6.7. Beleidsbundel. Verlies zelfwerkzaamheid;
par. 2.6.8 Beleidsbundel. Subsidieregeling Preventieve Maatregelen Woningovervallen.)
Gewelddadige overval in woning. Ernstig
letsel.
Immateriële schade € 1.500,Eigen risico medische kosten € 142,Huishoudelijke/gezinshulp. Niet toegekend. Een vergoeding van uren en reiskosten van vrienden en bekenden voor
hulp in huis en voor verzorgen van paarden. Geen kosten die het slachtoffer zelf
heeft gemaakt.
Verlies arbeidsvermogen € 250,- Reiskosten naar politie, ziekenhuis en Arbo €
87,- (€ 0,24 per kilometer).
Verhuizing/beveiliging. Geen uitkering
voor preventieve beveiligingsmaatregelen
nu het slachtoffer al een vergoeding
heeft gehad van Subsidieregeling Preventieve Maatregelen Woningovervallen.
Telefoonkosten € 30,- (maximale bedrag). Kosten voor het laten maaien van
het gras en het wisselen van winterbanden, beschouwt de Commissie als kosten
wegens verlies van zelfwerkzaamheid. €
140,Schade door diefstal en schade aan woning zijn geen schade als gevolg van het
opgelopen letsel.
(Opmerking van de redactie. De Subsidieregeling Preventieve Maatregelen
Woningovervallen komt kort gezegd neer
op het volgende. Indien er een overval
op woning, bedrijf of filiaal tussen 1 januari 2010 en 31 december 2014 heeft
plaatsgevonden, dan kan het slachtoffer
een subsidie aanvragen van maximaal €
1.000 voor beveiligingsmaatregelen tegen nieuwe woning- of bedrijfsovervallen. Het Schadefonds Geweldsmisdrijven
www.slachtofferhulp.nl
verstrekt deze subsidie. Het Schadefonds
doet dit namens de minister van Veiligheid en Justitie.
https://schadefonds.nl/tijdelijkeregelingen/subsidieregelingovervallen/over-deze-regeling)
177.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 27 maart 2012, kenmerk
97746/FL
Eerste aanleg
(Misdrijf vóór 1 januari 1973; art. 23
lid 2 Wsg.)
Slachtoffer van geweldsmisdrijf (seksueel
misbruik). Periode van misbruik ligt voor
1 januari 1973. Gelet op art. 23 lid 2 Wsg
komt aanvrager niet voor een uitkering in
aanmerking.
178.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 6 juli 2012, kenmerk
96573/AN
Bezwaar
(Aannemelijkheid; par. 1.1.3. Beleidsbundel.)
Bezwaar ongegrond.
Slachtoffer gestoken met een wapen.
Slachtoffer durfde in eerste instantie
geen aangifte te doen. Onvoldoende objectieve aanwijzingen om aannemelijk te
achten dat er sprake is geweest van opzettelijk geweldsmisdrijf. Geen aangifte.
Dat er geen aangifte meer kon worden
gedaan is volgens de politie zeer onwaarschijnlijk. Doordat er geen aangifte is gedaan, heeft er geen strafrechtelijk onderzoek plaatsgevonden dat de opgave zou
bevestigen. Navraag bij wijkagent heeft
niets opgeleverd. Getuigenverklaring van
zoon is onvoldoende onafhankelijk.
3
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
179.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 12 september 2012, kenmerk 97972/MS
Eerste aanleg
(Eigen aandeel, drugsmilieu; par. 1.3
Beleidsbundel.)
181.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 25 oktober 2012, kenmerk 98762/DW
Eerste aanleg
(Afbreken vmbo-opleiding; par. 2.8
Beleidsbundel.)
Slachtoffer is met mes in de rug gestoken na onenigheid over prijsverschil bij
het kopen van drugs. Op grond van verklaringen is het voor de Commissie voldoende
aannemelijk
geworden
dat
slachtoffer zich in het drugsmilieu bevindt en dat de aanleiding van het misdrijf hierin gelegen is. Het letsel en de
hieruit ontstane schade zijn mede het
gevolg van een omstandigheid die aan
het slachtoffer moet worden toegerekend. Een uitkering uit het Schadefonds
is daarom niet mogelijk.
Slachtoffer van een bedreiging met een
vuurwapen en verbale bedreiging.
Immateriële schade € 1.500
Slachtoffer heeft zijn VMBO-opleiding in
het vierde jaar afgebroken. Volgens vast
beleid van de Commissie kan bij een studiestaking een tegemoetkoming worden
toegekend, wanneer een vervolgopleiding
van minimaal MBO-niveau met een studieduur van tenminste twee jaren als gevolg van het bij het geweldsmisdrijf toegebrachte letsel is afgebroken. Hiervan is
bij het staken van een middelbare
schoolopleiding van het slachtoffer geen
sprake. De Commissie ziet VMBO niet als
vervolgopleiding. Geen uitkering voor deze schadepost.
180.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 12 oktober 2012, kenmerk 98269/G
Eerste aanleg, zie voor vervolg hieronder, nr. 185.
(Aannemelijkheid; par. 1.1.3. Beleidsbundel.)
Slachtoffer van mishandeling en chantage/afpersing met geweld. Aangifte gedaan.
Gelet op de relatie tussen slachtoffer en
de overige betrokkenen ene de verklaringen omtrent een hennepkwekerij is de
aanleiding en toedracht onvoldoende
duidelijk geworden, evenmin als de omstandigheden waaronder het geweldsmisdrijf heeft plaatsgevonden. Uit het
onderzoek van de Commissie is gebleken
dat de strafzaak nog niet is afgerond. Het
strafrechtelijk onderzoek heeft daarom
(nog) geen gegevens opgeleverd die tot
een ander oordeel kunnen leiden. Onvoldoende objectieve gegevens dat een
geweldsmisdrijf heeft plaatsgevonden.
www.slachtofferhulp.nl
182.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 19 november 2012, kenmerk 97098/WA
Eerste aanleg, aanvullende aanvraag
(Studievertraging; par. 2.6.9. Beleidsbundel. Derving levensonderhoud; par. 2.6.19 e.v. Beleidsbundel.)
Nabestaande.
Verlies van arbeidsvermogen € 950,00.
Inkomstenverlies door (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid. Maximaal € 50,00
per week.
Studie. Daadwerkelijke studievertraging
nog niet vast te stellen. Vertraging kan
wellicht nog geheel of gedeeltelijk worden ingelopen. Aanvullende aanvraag
kan later worden ingediend zodra werkelijk geleden schade studievertraging bekend is.
Derving levensonderhoud € 5.775,00.
Door overlijden moeder is haar bijdrage
4
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
in de studiekosten weggevallen. Volgens
vast beleid kent de Commissie een uitkering toe wegens derving levensonderhoud, als een nabestaande ten tijde van
het overlijden voltijd een studie volgde.
Uitkering wordt uiterlijk tot het 21ste levensjaar verstrekt en bedraagt € 165,00
per maand.
183.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 12 december 2012, kenmerk 97170/WA
Eerste aanleg
(Nog te maken verhuiskosten; par.
2.6.10 Beleidsbundel. Toekomstige
schade; par. 2.9 en aanvullende uitkering binnen drie jaar; par. 3.1 Beleidsbundel.)
Zedenmisdrijf met ernstig letsel.
Immateriële schade € 6.000,00.
Eigen risico psychiatrische zorg € 420,00
conform opgegeven schadebedrag. Reiskosten
verschillende
behandelaars,
Wooninvest en Stichting MEE (€ 0,24 per
km). Beschadigde kleding, 70% van opgegeven nieuwwaarde, € 70,00.
Voor nog te maken kosten verhuizing kan
binnen drie jaar na ontstaan van de kosten een aanvullende aanvraag worden
ingediend. Hiervoor geldt een maximumuitkering € 2.750,00.
184.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 17 december 2012, kenmerk 101028/WA
Eerste aanleg
(Ernstig letsel; art. 3 lid 1 onder a
Wsg en par. 1.2 e.v. Beleidsbundel.)
Mishandeling.
De medisch adviseur van de Commissie
heeft de medische informatie bestudeert.
Niet is komen vast te staan dat sprake is
geweest van een neusfractuur, maar wel
van scheefstand. Na repositie geen verdere behandeling. Hersenschudding is
aanvankelijk niet vastgesteld. Niet dui-
www.slachtofferhulp.nl
delijk waarop conclusie van fysiotherapeut is gebaseerd dat sprake is geweest
van hersenkneuzing. De medisch adviseur beschouwt letsel niet als ernstig in
de zin van de wet.
185.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 18 januari 2013, kenmerk
98269/G
Bezwaar, zie voor eerste aanleg
hierboven nr. 180.
(Ernstig letsel; art. 3 lid 1 onder a
Wsg en par. 1.2 e.v. Beleidsbundel.)
Bezwaar ongegrond.
Vastgesteld dat sprake is van een opzettelijk gepleegd geweldsmisdrijf. Echter,
niet gebleken van letsel met langdurig
ernstige medische gevolgen. Kneuzing
rechterschouder en linkerbovenbeen en
knieletsel. Lichamelijk letsel na tien dagen genezen. Voor psychische klachten
niet
behandeld
door
een
(psycho)therapeut of andere gespecialiseerde
behandelaar die omtrent het psychisch
letsel een diagnose kan en mag stellen.
Geen objectieve aanwijzingen om psychische klachten te beoordelen.
186.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 8 februari 2013, kenmerk
99456/SH
Eerste aanleg, voor vervolg zie hieronder, nr. 192.
(Opzettelijk geweldsmisdrijf; art. 3
lid 1 onder a Wsg en par. 1.1 en
1.1.1 Beleidsbundel.)
Slachtoffer is op 31 december geraakt
door een kogel. De politie heeft niet kunnen vaststellen hoe dit is gebeurd. De
politie heeft geen onderzoeksmogelijkheden meer en geen enkele aanwijzing gevonden dat gericht op het slachtoffer is
geschoten.
Het is voor de Commissie onduidelijk hoe
het slachtoffer de schotverwonding opliep
5
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
en het is daardoor ook onduidelijk of de
schotverwonding een gevolg is van een
opzettelijk gepleegd geweldsmisdrijf. Onvoldoende objectieve aanwijzingen , geen
uitkering.
187.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 15 februari 2013, kenmerk 99772/CK
Eerste aanleg
(Medische
informatie,
BIGregistratie; par. 1.2.3 Beleidsbundel.)
Mishandeling.
(Snij)verwondingen
aan
oor
en
snij/schaafwond in nek. Niet gebleken
van letsel met langdurig ernstige medische gevolgen. Op basis van opgestuurde
fotokopieën kon de Commissie niet beoordelen in welke mate het oor afstaat
en in welke mate de littekens ontsierend
zijn. Geen reactie van slachtoffer op verzoek van de Commissie om foto’s toe te
zenden en aan te geven of hij nog verder
is behandeld hiervoor. Commissie kan dit
letsel daardoor niet beoordelen.
Ten aanzien van de psychische klachten.
Geen diagnose door erkend deskundige
(maatschappelijk werker). De Commissie
is van oordeel dat van een erkend deskundige sprake is in het geval van een
BIG-geregistreerde therapeut. De aard
en de ernst van de klachten kunnen
daarom niet worden beoordeeld.
188.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 27 februari 2013, kenmerk 101175/WA
Eerste aanleg
(Ernstig letsel; art. 3 lid 1 onder a
Wsg en par. 1.2 e.v. Beleidsbundel.)
Huiselijk geweld in de periode van 1 juni
2008 tot en met 27 september 2011.
Bloeduitstortingen en pijnklachten zijn in
het algemeen geen ernstig letsel, omdat
deze onder normale omstandigheden in
www.slachtofferhulp.nl
relatief korte tijd vanzelf genezen. De
psychische klachten kan de Commissie
niet beoordelen omdat het slachtoffer
hiervoor niet onder behandeling is geweest van een (BIG-geregistreerde) psychotherapeut, maar door bedrijfsmaatschappelijk werk en Hera Vrouwenopvang.
Geen sprake van langdurig en structureel
huiselijk geweld. Daarvoor is het aantal
mishandelingen en bedreigingen te weinig en de periode waarbinnen deze
plaatsvonden te kort.
189.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 5 maart 2013, kenmerk
88763/WE
Bezwaar, zie voor eerste aanleg
hierboven nr. 174.
(Maximaal
aantal
sessies
(psycho)therapie; 2.6.2 Beleidsbundel.
Verlies
arbeidsvermogen,
geen
rechtstreeks verband; par. 2.5.1 Beleidsbundel. Kosten schoonheidsspecialisten geen letselschade. Kosten
extra water en gas voor dwangmatig
lang douchen tegemoetkoming naar
redelijkheid.)
Het Hof Den Haag heeft het beroep tegen
de beslissing op bezwaar gegrond verklaard en de Commissie opgedragen een
nieuwe beslissing te nemen. Het Hof
heeft de overschrijding van de indieningstermijn van de aanvraag verschoonbaar
geacht. De Commissie verklaart het bezwaar gegrond. Slachtoffer is in de periode 1 januari 1967 tot en met 1 januari
1988 seksueel misbruikt. De Commissie
kan wettelijk alleen een uitkering doen
voor geweldsmisdrijven geplaagd na 1
januari 1973. De uitkering ziet daarom
op de periode hierna.
Immateriële schade € 6.000,00. De uitkering is in navolging van het advies van
de medisch adviseur de uitkering met
één schaal verhoogd (letselschaal 6, in
plaats van 5)
Medische
hulp
€
250,00.
(Psycho)therapie. Commissie kan voor maxi-
6
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
maal 69 sessies een tegemoetkoming
toekennen. Op basis van een door het
slachtoffer gemaakt overzicht gaat de
Commissie er vanuit dat slachtoffer meer
dan 69 sessies heeft gehad met eigen
bijdrages van € 15 tot € 60/70. Commissie kent naar redelijkheid € 3.000 toe.
Huishoudelijke hulp o.a. om dagritme
weer op te pakken € 750.
Verlies van arbeidvermogen. Voor de beoordeling of deze schade voor een tegemoetkoming in aanmerking komt is het
juist van belang dat er een rechtstreeks
verband kan worden gelegd met het seksueel misbruik. Uit het levensverhaal van
het slachtoffer maakt de Commissie op
dat de gevolgen van het seksueel misbruik een belangrijke plaats innemen in
het leven van het slachtoffer. Zoals het
slachtoffer zelf opmerkt, is het niet te
duiden of en wanneer deze gevolgen ook
rechtstreeks invloed hebben gehad op
haar vermogen te werken. Geen uitkering.
Reiskosten voor bezoek diverse behandelaren. Commissie gaat wederom uit van
maximaal aantal sessies (69) en 16 kilometer per bezoek. 1.100 km x € 0,24 =
€ 264,00. Slachtoffer kan voor eventuele
toekomstige reiskosten geen aanvulling
meer vragen nu van maximaal aantal
sessies is uitgegaan.
Studie, geen uitkering. Uit het levensverhaal van het slachtoffer maakt de Commissie niet op dat een voorgezette opleiding is vertraagt door de psychische
klachten. Commissie kan geen uitkering
doen voor de omstandigheid dat het
slachtoffer zonder het seksueel misbruik
op een hoger intellectueel niveau zou
hebben kunnen functioneren.
Telefoon- en portokosten € 30,00.
Overig.
Kosten voor beautyfarms en schooheidsspecialisten. Problemen met de huid door
gedrag dat het slachtoffer heeft ontwikkeld als gevolg van het seksueel misbruik. De verzorging van huidproblemen
kan echter niet gelijk worden gesteld aan
behandeling van letsel. Geen letselschade in de zin van de wet.
www.slachtofferhulp.nl
Voor de kosten die het slachtoffer opgeeft in verband met extra gebruik van
water en gas (extra en lang douchen)
overweegt de Commissie dat deze
dwanghandeling gerelateerd lijkt te zijn
aan de psychische klachten die zij heeft
opgelopen als gevolg van het seksueel
misbruik. De Commissie neemt aan dat
het slachtoffer meer water heeft gebruikt
dan normaal. Naar zijn aard is dit niet
concreet te onderbouwen met bewijsstukken. De Commissie wil in redelijkheid
tegemoetkomen in de opgegeven kosten
en kent € 250,00 toe.
(Opmerking van de redactie. Er is in
de Beleidsbundel geen maximum aantal
sessies (psy-cho)therapie meer genoemd
dat wordt vergoed; par. 2.6.2 Beleidsbundel.)
190.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 22 maart 2013, kenmerk
99644/EB
Eerste aanleg
(Geen medische eindtoestand. Ziekenhuisverblijf; par. 2.6.4 Beleidsbundel. Bijzondere voeding; par.
2.6.15 Beleidsbundel. Verlies arbeidsvermogen, tijdelijke arbeidsovereenkomst niet verlengd; par.
2.6.16 Beleidsbundel. Parkeerkosten;
par. 2.6.11 Beleidsbundel.)
Poging doodslag.
Immateriële schade €4.500,00.
De Commissie houdt zoveel mogelijk rekening met de pijn die het slachtoffer
had of nog krijgt en de levensvreugde die
het slachtoffer miste of nog gaat missen.
Volgens medisch adviseur is het moeilijk
om vooraf te bepalen hoe de medische
eindtoestand wordt. Als eindtoestand is
bereikt en het slachtoffer denkt dat zij
daardoor een hogere uitkering kan krijgen, kan het slachtoffer opnieuw een uitkering aanvragen.
Ziekenhuisverblijf 6 nachten x € 10,00 =
€ 60,00. Bijzondere voeding (maximaal)
7
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
6 weken x (maximaal) € 15,00 = €
90,00.
Verlies van arbeidsvermogen. Tijdelijke
arbeidsovereenkomst is niet verlengd. De
Commissie vindt dat niet is komen vast
te staan dat de arbeidsovereenkomst zou
worden verleng als het geweldsmisdrijf
niet was gebeurd. Slachtoffer is gevraagd
om verklaring van ex-werkgever, maar
heeft deze niet. Geen uitkering.
Reizen en vervoer € 930. Reiskosten voor
bezoek ziekenhuis 3000 km x € 0,24 = €
720. Parkeerkosten € 210.
Kleding € 231,00. Een uitkering voor kleding en sieraden die tijdens het geweldsmisdrijf beschadigd zijn geraakt of
in het ziekenhuis voor behandeling kapot
geknipt moesten worden. Maximaal 70%
van de opgegeven nieuwwaarde.
191.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 3 mei 2013, kenmerk
101999/NO
Bezwaar
(Aanvullend proces-verbaal, aannemelijkheid; par. 1.1.3 Beleidsbundel.
Bij de eigen woning gepleegd, beveiligingskosten; par. 2.6.10.2 Beleidsbundel.)
Gegrond bezwaar.
In eerste aanleg afgewezen omdat het
letsel geen direct gevolg was van het
geweldsmisdrijf. In de aangifte had het
slachtoffer verklaard dat hij was gevallen, omdat hij na de overval snel naar
huis toe liep.
De recherche heeft een aanvulling op de
aangifte opgesteld die is meegestuurd
met het bezwaarschrift. In dit p-v staat
dat de toedracht in de aangifte niet helemaal juist was beschreven. Het slachtoffer viel, omdat de verdachte hem had
vastgepakt en hem vervolgens had losgelaten. Door deze val is het slachtoffer
met zijn gezicht op de straat terechtgekomen.
Aannemelijk dat het letsel een direct gevolg is van het geweldsmisdrijf.
Immateriële schade € 1.500.
www.slachtofferhulp.nl
Tandheelkundige hulp € 103,00 conform
opgave. Huishoudelijke hulp € 210,00
conform opgave. Deze kosten zullen blijven. Hiervoor kan een aanvullende uitkering worden aangevraagd, binnen drie
jaar na het ontstaan van de kosten.
Commissie overweegt dat zij van oordeel
is dat het normaal is dat mensen van de
leeftijd van het slachtoffer huishoudelijke
hulp nodig hebben en hiervoor kosten
maken. Dit zal de Commissie betrekken
bij de beoordeling van een aanvraag.
Verhuizing/beveiliging € 85,00. Nu het
voorval in de nabijheid van de woning
plaatsvond krijgt het slachtoffer de kosten voor beveiliging van de voordeur
vergoed.
192.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 7 juni 2013, kenmerk
99456/AB
Bezwaar, vervolg van JBS 2014, nr.
186.
(Opzettelijk geweldsmisdrijf, voorwaardelijk opzet; par. 1.1.1 Beleidsbundel. Ziekenhuisverblijf; par. 2.6.4
Beleidsbundel. Parkeerkosten; par.
2.6.11 Beleidsbundel.)
Bezwaar gegrond.
In bezwaar is aangevoerd dat hoewel de
precieze toedracht onduidelijk is, er in
ieder geval sprake is geweest van voorwaardelijk opzet. De dader heeft immers
met een vuurwapen geschoten. Niet van
belang is of er gericht op het slachtoffer
is geschoten. De dader heeft door te
schieten met een vuurwapen willens en
wetens de aanmerkelijke kans geaccepteerd dat hij hierbij iemand zou raken.
De dader moet hebben geweten dat zelfs
(of: juist) door ongericht te schieten de
kans bestaat dat de kogel iemand raakt.
De Commissie is met het slachtoffer van
oordeel dat er sprake is van voorwaardelijk opzet. De dader heeft, door een
vuurwapen voor handen te hebben en de
trekker over te halen, willens en wetens
de aanmerkelijke kans aanvaard dat hij
hierdoor iemand zou raken.
8
Jurisprudentiebulletin
Slachtofferhulp Nederland
2014, aflevering 7, nummers: 173 - 193
Immateriële schade € 2.300,00.
Ziekenhuisverblijf € 200,00. 20 nachten x
€ 10,00. Voor onder andere nachtkleding
en huur tv en telefoon.
Reizen en vervoer. 628 km x € 0,24.
Parkeerkosten € 54,00. Samen € 201,00.
193.
Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven 9 december 2013, kenmerk 102173/JA
Bezwaar
(Shockschadebeleid,
zeer
ernstig
gewond raken; par. 1.2.9 Beleidsbundel. Buitenwettelijk begunstigend beleid (?). Shockschadebeleid
bij huiselijk geweld; par. 1.2.9.4 Beleidsbundel.)
Zoon van het slachtoffer zag hoe zij (de
moeder) werd neergeschoten.
In bezwaar wordt aangevoerd dat afgeweken moet worden van het shockschadebeleid. Van belang hierbij is de jonge
leeftijd van de zoon, de ernst van de gebeurtenis, en de psychische gevolgen van
de gebeurtenis voor hem. Daarnaast is
aangevoerd dat de zoon regelmatig getuige was van huiselijk geweld.
Het shockschadebeleid is buitenwettelijk
begunstigend beleid volgens de Commissie. De Wsg voorziet niet in een mogelijkheid om een shockschadeuitkering te
doen, maar richt zich op het slachtoffer
van het jegens hem of haar gepleegde
geweld, dan wel de nabestaande van het
overleden slachtoffer. De Commissie
heeft een beleidsregel opgesteld die
voorziet in een uitkering in bepaalde
schrijnende gevallen. Dit is buitenwettelijk begunstigend beleid. Hierbij is aansluiting gezocht bij het Taxibus-arrest.
Voor shockschade moet de getuige gezien hoe een naaste door geweld om het
leven is gebracht of zeer ernstig letsel
werd toegebracht. Aan het criterium zeer
ernstig letsel is invulling gegeven door te
bepalen dat het letsel dan in letselcategorie 6 of hoger valt. Zonder nadere
clausulering zou de regeling grote financiële gevolgen kunnen hebben. De Com-
www.slachtofferhulp.nl
missie is van oordeel dat zij in redelijkheid tot het stellen van deze voorwaarde
kon komen.
De omstandigheden geven geen aanleiding om af te wijken van het beleid dat
sprake moet zijn van zeer ernstig letsel
zoals
hiervoor
genoemd.
In
het
shockschadebeleid wordt noch naar leeftijd, noch naar uiterlijke verschijningsvorm van het geweld, onderscheid gemaakt. Niet is aangegeven in het
bezwaar op welke grond dit onderscheid
gerechtvaardigd zou zijn.
De stelselmatige, langdurige, frequente
en het voor kinderen onontkoombare karakter van huiselijk geweld kan voor allerlei problemen in de ontwikkeling van
kinderen zorgen. De grens tussen getuige en slachtofferschap is dan vaak niet
meer scherp te trekken. De Commissie
vond het onredelijk dat in die situatie alleen de moeder met een uitkering uit het
fonds erkenning zou krijgen voor hetgeen
haar is overkomen. Bij kinderen tot 12
jaar die getuige zijn van dergelijk stelselmatig huiselijk geweld veronderstelt
de Commissie ernstig letsel door shock,
ongeacht het letsel van het eigenlijke
slachtoffer (i.c. de moeder). Omdat hier
in deze zaak niet eerder om gevraagd is,
wordt het dossier bij de medewerker die
de aanvraag in eerste aanleg heeft behandeld. Deze zal hierover beslissen. Het
kan zijn hij u benadert met aanvullende
vragen.
9