CAB Rapport - Besluitvorming

Van fragmenten naar een
totaalbeeld
Inventarisatie doelgroepen BMWEgemeenten
Van fragmenten naar een totaalbeeld
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten
Ing. Marcel Moes
Ir. Hans van Rijn
Anna Weijer MSc
27 augustus 2013
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
1
Inhoud
Van fragmenten naar een totaalbeeld
1
Inhoud
2
Inleiding
4
Managementsamenvatting
6
Demografie
Omvang en overlap van de doelgroepen
Participatie en zelfredzaamheid
Organisaties die betrokken zijn bij de verschillende doelgroepen
6
6
8
9
Hoofdstuk 1
10
Aard en omvang van de doelgroepen
10
1.1 Demografische achtergrondgegevens
1.2 Inhoudelijke beschrijving van de doelgroepen
1.3 Overzicht dorpen
1.4 Omvang van de doelgroepen
1.5 AWBZ
1.6 WMO
1.7 Wajong
1.8 WWB
1.9 WSW
1.10 Mensen met schulden
1.11 Jeugdzorg
1.12 Voortijdige schoolverlaters
10
12
14
14
16
19
20
21
23
24
25
28
Hoofdstuk 2
29
Overlap tussen doelgroepen
29
2.1 Inleiding
2.2 Individuele overlap tussen regelingen (excl. AWBZ en JZ)
2.3 Overlap Bureau Jeugdzorg
29
29
40
Hoofdstuk 3
41
Participatie en zelfredzaamheid
41
3.1 Definitie van participatie/zelfredzaamheid
3.2 Participatie en zelfredzaamheid van de doelgroepen
3.3 Maatregelen om de participatie/zelfredzaamheid te vergroten
41
43
46
Hoofdstuk 4
48
Netwerken rond de doelgroepen
48
4.1 Organisaties die betrokken zijn bij de dienstverlening aan de doelgroepen
4.2 Landelijke organisaties
4.3 Noord-Nederlandse organisaties
4.4 Provinciale organisaties
4.5 Bovenlokale organisaties
4.6 Lokale voorzieningen Bedum
4.7 Lokale voorzieningen De Marne
4.8 Lokale voorzieningen Winsum
48
48
48
49
50
51
52
53
2
4.9 Lokale voorzieningen Eemsmond
54
Hoofdstuk 5
56
Conclusies
56
5.1 Algemeen
5.2 Aard en omvang van de doelgroep en hun overlap
5.3 De mate van participatie en zelfredzaamheid van de doelgroepen
5.4 Mogelijkheden om de participatie en zelfredzaamheid te vergroten
5.5 Organisaties die betrokken zijn bij de verschillende doelgroepen
56
56
58
58
59
Bijlage 1
60
Indeling WMO voorzieningen in categorieën
Bijlage 2
Geraadpleegde literatuur
Bijlage 3
Kaartje met dorpsnamen
Bijlage 4
Aanvullend onderzoek AWBZ-populatie (augustus 2013)
60
64
64
65
65
66
66
3
Inleiding
Het vorige kabinet heeft wetsvoorstellen ingediend voor een drietal transities waarbij
gemeenten steeds meer verantwoordelijkheid krijgen: de Wet Werken naar Vermogen
(WWnV), decentralisatie van extramurale begeleiding AWBZ en decentralisatie van de
jeugdzorg. De eerste twee zijn met het vallen van het kabinet controversieel verklaard. Maar
omdat er breed politiek draagvlak is voor de transities wordt verwacht dat deze, wellicht in een
andere vorm, alsnog zullen worden doorgevoerd.
De WWnV houdt in dat de WWB wordt vervangen en er delen van de WSW en Wajong in
worden ondergebracht. De budgetten voor al deze regelingen worden dan gebundeld en
tegelijkertijd komt er een korting op het budget in het kader van de bezuinigingen. Het idee
achter deze wet is dat meer mensen moeten deelnemen aan het arbeidsproces. Dit betekent
dat gemeenten er een grote verantwoordelijkheid voor een brede doelgroep bij krijgen. De
centrale taak van gemeenten is om meer mensen (met een beperking) aan het werk te helpen
en daarbij moet zoveel mogelijk een beroep op het eigen vermogen van mensen gedaan
worden.
Naast de WWnV zou extramurale begeleiding uit de AWBZ worden overgeheveld naar de
WMO. Extramurale begeleiding bestaat uit individuele begeleiding voor mensen die thuis
wonen en begeleiding in groepen in de vorm van dagbesteding. Het idee achter deze transitie
is dat de gemeente deze begeleiding beter op zicht kan nemen omdat zij haar burgers beter
kent en lokaal maatwerk kan leveren. Ook deze transitie gaat gepaard met een korting op het
budget.
Deze ontwikkelingen, de transities en tegelijkertijd bezuinigingen, betekenen een grote
opgave voor gemeenten. Bij de uitvoering krijgen gemeente beleidsvrijheid. Dat wil zeggen
dat ze zelf invulling mogen geven aan de uitvoering. Dit biedt de mogelijkheid om
dienstverlening vanuit verschillende disciplines in onderlinge samenhang aan te bieden. Het
beleid en uitvoeringsstructuur moeten worden heroverwogen. Zo’n heroverweging begint met
het inzicht krijgen in de aard en omvang van de doelgroepen en partijen die daarbij betrokken
zijn.
De gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond (kortweg BMWE) bereiden zich
voor op de transities en hebben het CAB gevraagd om hun doelgroepen in kaart te brengen.
De BMWE-gemeenten gaven aan dat er behoefte is aan meer inzicht in deze groepen en
overlap in de dienstverlening. De informaties is belangrijk bij de verdere invulling van
uitvoeringsplannen, het bepalen van beleid en het onderzoeken van de mogelijkheden om
activiteiten van SoZaWe en de WMO te integreren.
Met dit onderzoek geven wij antwoord op een viertal onderzoeksvragen:
1.
Wat is de omvang en overlap van de doelgroepen in de vier gemeenten, gerelateerd
aan de demografische kengetallen per gemeente?
2.
Wat is de mate van participatie/zelfredzaamheid van de verschillende doelgroepen?
3.
Wat zijn de mogelijkheden om de zelfredzaamheid van de verschillende
doelgroepen te vergroten?
4
4.
Welke organisaties zijn betrokken bij de dienstverlening aan de verschillende
doelgroepen?
Leeswijzer
De Managementsamenvatting geeft in het kort weer wat de bevindingen zijn van het
onderzoek, met de conclusies en aanbevelingen.
In hoofdstuk 1 beginnen we met demografische achtergrondgegevens van de BMWEgemeenten. Vervolgens bieden we inzicht in de aard en omvang van de verschillende
doelgroepen. Op kaarten is op dorpsniveau weergegeven waar de mensen uit de
doelgroepen voornamelijk wonen.
In hoofdstuk 2 geven we aan hoeveel overlap er tussen de doelgroepen bestaat. Wij maken
hierbij een onderscheid tussen de overlap met de Jeugdzorg, de AWBZ en de overige
regelingen.
In hoofdstuk 3 besteden we aandacht aan zelfredzaamheid van de doelgroepen. We geven
hier inzicht in instrumenten die elders worden toegepast om zelfredzaamheid te meten. Over
zelfredzaamheid van de doelgroepen in de BMWE-gemeenten kunnen we alleen iets zeggen
op basis van het type WMO en AWBZ voorzieningen die verstrekt worden.
In hoofdstuk 4 geven we een overzicht van organisaties die betrokken zijn bij de
dienstverlening aan de doelgroepen. Hierbij maken we onderscheid in schalen waarop de
organisaties actief zijn: landelijk, Noord-Nederland, provinciaal, bovenlokaal en lokaal.
Tenslotte formuleren we in hoofdstuk 5 conclusies en aanbevelingen.
5
Managementsamenvatting
In de nabije toekomst gaat er een drietal decentralisaties plaatsvinden, waarbij
verantwoordelijkheden worden overgedragen van de centrale overheid naar de gemeenten.
Daarbij wordt ook budget overgedragen, maar in het kader van de bezuinigingen wordt er
gekort op de omvang van het budget.
De gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond (kortweg BMWE) bereiden zich
voor op deze transities en hebben het CAB gevraagd om hun doelgroepen (omvang en
overlap) in kaart te brengen.
De verschillende doelgroepen waar het in dit kader omgaat zijn mensen die vallen onder
AWBZ,
WMO,
Wajong,
WWB,
WSW
en/of
Jeugdzorg.
Verder
mensen
in
de
schuldhulpverlening en voortijdige schoolverlaters. Voor al deze groepen zijn cijfers
verzameld en is gekeken of vastgesteld kon worden of er overlap tussen de groepen bestond.
Omdat niet voor alle groepen gegevens op individueel niveau beschikbaar waren kon die
overlap (nog) niet sluitend vastgesteld worden.
Demografie
De bevolking in de 4 BMWE-gemeenten neemt tot 2040 met ca. 6 afnemen, terwijl die in de
provincie Groningen nog iets toeneemt. De bevolking in Eemsmond en De Marne neemt
daarbij sterk af (met resp. 18 en 15%), Bedum zal in 2040 op het zelfde peil zijn als nu en de
bevolking van Winsum zal nog zo’n 10% groeien.
De ontgroening in de BMWE-gemeenten is sterker dan in de provincie (de groep jongeren
onder de 15 krimpt tot 2040 met bijna een kwart en ook de groep tussen 15 en 65, de
potentiële beroepsbevolking neemt met bijna een vijfde deel af). De groei van de groep boven
de 65 jaar is in totaal vergelijkbaar met die in de provincie (toename van ruim 60%), maar de
groep tussen 65 en 75 neemt veel minder toe (12 tegenover 33%) en de groep boven 75 juist
veel sterker (135% tegenover 102%).
Conclusie is dat de sterkere krimp in BMWE vooral wordt veroorzaakt door de sterkere
ontgroening.
Omvang en overlap van de doelgroepen
Voor dit onderzoek hebben we in kaart gebracht hoeveel mensen een beroep doen op een
regeling in het sociale domein. Op jaarbasis is in de vier gemeenten gezamenlijk ca. 7.400
keer een voorziening verstrekt vanuit de AWBZ, WMO, Wajong, WWB, WSW,
schuldhulpverlening, jeugdzorg en voortijdig schoolverlaten. Verreweg de grootste groep
mensen (zo’n 3.200) doet een beroep op een WMO-voorziening. De gemeenten Eemsmond
en De Marne zijn in alle doelgroepen relatief het sterkst vertegenwoordigd, terwijl Winsum
juist lager vertegenwoordigd is.
Ruim duizend mensen krijgen extramurale begeleiding vanuit de AWBZ. Deze groep komt
naar verwachting in de komende jaren onder verantwoordelijkheid van de gemeenten te
vallen. Driekwart van deze groep krijgt dit in de vorm van een Persoonsgebonden Budget
(PGB) en de rest in de vorm van Zorg in Natura (ZIN). In de gemeente Eemsmond is deze
groep relatief het hoogst en in Bedum en Winsum het laagst.
6
De mensen in de WMO vormen een grote doelgroep van bijna 3.200 personen.
Voorzieningen die zij aangeboden krijgen hebben vooral tot doel om de mobiliteit te
verbeteren, het huishouden op orde te houden of de woning aan te passen zodat men
zelfstandig kan blijven wonen. In de gemeente Winsum maakt een relatief laag aantal
mensen gebruik van een WMO-voorziening, terwijl het beroep op WMO-voorzieningen vooral
hoog is in Bedum, Ulrum en Kloosterburen. Voor Bedum lijkt dit te maken te hebben met de
woonvoorziening van ’s Heeren Loo.
In de BMWE-gemeenten woont een groep mensen met een Wajong-uitkering die in totaal
ruim 1.100 personen omvat. De groep groeit nog steeds. Vrijwel alle Wajong’ers zijn volledig
arbeidsongeschikt en zit al langer dan 5 jaar in een uitkering. Als gevolg hiervan is de afstand
tot de arbeidsmarkt groot.
De WWB-doelgroep omvat bijna 900 personen. In de gemeente Bedum is deze groep relatief
het kleinst en in de gemeente Eemsmond het grootst. Bijna tweederde van deze doelgroep is
alleenstaand en het grootste deel zit langer dan een jaar in de bijstand.
De WSW-doelgroep omvat ruim 400 personen. Het gros hiervan werkt bij het SW-bedrijf
Ability in Uithuizen. Zo’n 16 procent van de WSW’ers werkt bij een reguliere werkgever via
een detacheringconstructie of Begeleid werken. Concentraties van de WSW-doelgroep zien
we met name rond de uitvoeringslocaties Uithuizen en Wehe den Hoorn. Het ligt niet voor de
hand dat de arbeidsongeschiktheid in deze kernen hoger is dan in de rest van de regio.
Mogelijk heeft dit te maken met verhuizingen van de doelgroep dichter bij hun werk of met het
fenomeen dat aanbod ook vraag creëert.
Ruim 450 mensen heeft een schuldhulpregeling. Deze groep is relatief en in absolute
aantallen het grootst in de gemeente Eemsmond.
Er zijn binnen de BMWE-gemeenten in vergelijking met het provinciaal en landelijk
gemiddelde relatief weinig schoolverlaters. Tussen de BMWE-gemeenten zijn grote
onderlinge verschillen. De gemeente De Marne heeft een relatief groot aantal schoolverlaters
in het voortgezet onderwijs en de gemeente Eemsmond bij het middelbaar beroepsonderwijs.
Wanneer we naar de overlap tussen regelingen kijken, dan valt deze in de praktijk mee en
beperkt het zich tot een aantal combinaties van regelingen. In zijn algemeenheid is de overlap
tussen arbeidsongeschiktheidsregelingen met de WMO behoorlijk groot. In totaal gaat het om
een groep van ruim 550 personen. Ook een regeling als schuldhulpverlening overlapt in
belangrijke mate met andere regelingen, vooral de WWB.
Bij de overlap in regelingen op persoonsniveau springen in Bedum de mensen met een
WMO-voorziening (overlap in 35% van de gevallen tegen 21% in heel BMWE) en Wajong’ers
(overlap in 63% van de gevallen tegen 43% in heel BMWE) er uit. Bij de overlap op
adresniveau vallen in Bedum de adressen waar 1 persoon woont op met een overlap in 28%
van de gevallen, tegen 17% voor heel BMWE. Dit kan worden veroorzaakt door de
woonvoorzieningen van ’s Heeren Loo, als veel cliënten daar een eigen adres hebben. Van
de ruim 400 WSW’ers maakt bijna de helft ook gebruik van een andere regeling.
7
Aanvulling augustus 2013
In de zomer van 2013 deed zich alsnog de mogelijkheid voor om de gegevens van
voorzieningen in het kader van de AWBZ op persoonsniveau te vergelijken met de overige
beschikbare gegevens, waardoor een nog beter beeld ontstaat van de overlap tussen
regelingen. Een kanttekening bij deze vergelijking vormt het feit, dat de peildatum van de
gegevens uit het onderzoek veelal primo 2012 is en die van de AWBZ-gegevens primo 2013.
In bijlage 4 wordt de vergelijking uitgebreid beschreven.
Wanneer we
de AWBZ vergelijken met
de
andere
regelingen,
dan stijgen de
overlappercentages met 10 tot 20 procent, afhankelijk van de beschouwde regeling. De
AWBZ overlapt vooral met de WMO en de Wajong, een beeld dat ook in andere regio’s is te
vinden. Voor de BMWE-gemeenten bedraagt de stijging van de overlap van de WMOpopulatie 16 procentpunten (van 21 naar 37%) en van de Wajong-populatie 19 procentpunten
(van 43 naar 62%). Het algemeen beeld dat we vinden is dat er een behoorlijke overlap is
tussen zorg (AWBZ en WMO) en arbeidsongeschiktheid (Wajong en AO).
De stijging van de overlappercentages is het hoogst in de gemeente Eemsmond, wat
verklaart kan worden uit het feit dat relatief veel mensen uit deze gemeente een AWBZvoorziening hebben. In Bedum daarentegen zijn de overlappercentages relatief laag.
Participatie en zelfredzaamheid
Binnen de BMWE-gemeenten worden verschillende instrumenten gehanteerd om de afstand
van mensen tot de arbeidsmarkt in kaart te brengen (de participatieladder t.b.v. de WWB en
de werkladder t.b.v. de WSW). De kans op economische zelfredzaamheid van mensen wordt
hiermee inzichtelijk gemaakt. Zelfredzaamheid gaat echter verder dan dat. Ook zaken als een
dak boven je hoofd, het voeren van een huishouden, het hebben van een sociaal netwerk,
gezond en mobiel zijn spelen een rol bij de zelfredzaamheid van mensen.
Het ontbreekt nog aan een eenduidige beeld over wat men gemeentebreed onder
zelfredzaamheid en participatie verstaat. Wanneer de gemeenten toe willen naar integrale
dienstverlening is het zaak om een gemeenschappelijke taal te ontwikkelen en wellicht na te
denken over een integraal diagnose-instrument om de mate van zelfredzaamheid en
participatie in kaart te brengen en hiermee vast te stellen welke mate van ondersteuning een
burger van de overheid nodig heeft.
Om de participatie en zelfredzaamheid van hun burgers te vergroten kunnen de gemeenten
verschillende beleidsmaatregelen nemen.
Rond arbeidsparticipatie liggen er drie aangrijpingspunten:

de aanbodzijde van de markt verstevigen door mensen uit de doelgroep actief te houden.
Iedereen die in staat is om een arbeidsprestatie te leveren zou ook (betaald of onbetaald)
werk moeten doen. Niet alleen om zichzelf actief te houden, maar ook om de
arbeidscapaciteiten die mensen nog hebben ook zo volledig mogelijk te benutten.

de vraagzijde van de arbeidsmarkt stimuleren door bijvoorbeeld eisen te stellen bij het
aangaan van contract- of subsidierelaties. Als gemeenten zelf kan een voorbeeld worden
gesteld door mensen uit de verschillende doelgroepen in dienst te nemen.

het matchingsproces tussen vraag en aanbod stroomlijnen door te blijven investeren in
de relatie met werkgevers.
8
De zelfredzaamheid van burgers vergroten vraagt een integrale aanpak waarbij over de
verschillende, vaak verkokerde, beleidsterreinen wordt heengekeken:

Maatregelen nemen waarbij mensen al dan niet in samenhang met hun directe sociale
omgeving zelfstandig kunnen blijven wonen.

Zelfredzaamheid van mensen ondersteunen door te investeren in bijvoorbeeld
mantelzorgers of door de doelgroepen die nu nog langs de kant van de arbeidsmarkt
staan op taken in te zetten die de zelfredzaamheid van hulpbehoevenden bevorderen.

Bij planning, organisatie of bouw van voorzieningen of activiteiten rekening houden met
de geografische spreiding van doelgroepen. Dit maakt het makkelijker voor mensen om
deel te nemen zonder dat men een beroep op de gemeente of het eigen sociale netwerk
hoeft te doen.
De overlap tussen doelgroepen blijkt mee te vallen en ligt vooral bij specifieke regelingen,
bijvoorbeeld op het grensvlak van arbeidsongeschiktheid en de WMO of op de AWBZ en de
WMO. Hier zou je samenwerking met het UWV en et Zorgloket kunnen zoeken. Het aantal
multiprobleem-situaties valt in de praktijk mee en hier zou een gerichte aanpak (een
multidisciplinaire taskforce) de situatie beheersbaar kunnen maken.
Organisaties die betrokken zijn bij de verschillende doelgroepen
Uit een inventarisatie van partijen die mensen ondersteunen op de domeinen inkomen, Werk,
Welzijn, Zorg en Wonen blijkt dat er een groot aantal organisaties actief is op het sociale
domein. Organisaties, waarmee de gemeenten kunnen samenwerken om de vaak lastige
problemen in het sociale domein te tackelen. Hierbij kan gedacht worden aan signalering en
diagnose,
het
formuleren van
sociaal
beleid
en
het
bieden
van
een
integraal
dienstverleningsaanbod.
Wanneer we kijken naar de vestigingsplaatsen van (potentiële) samenwerkingspartners, dan
zien we concentraties hiervan in de kernen Winsum, Uithuizen en Bedum. In de gemeente De
Marne is sprake van een veel ijlere infrastructuur.
9
Hoofdstuk 1
Aard en omvang van de doelgroepen
1.1 Demografische achtergrondgegevens
Om de omvang van de verschillende doelgroepen in perspectief te plaatsen schetsen we
eerst een aantal demografische kenmerken van de betrokken gemeenten en vergelijken die
met cijfers voor de provincie Groningen en voor Nederland als geheel.
Gemeente
<15
15-25
25-45
45-65
65-75
> 75
Totaal
Bedum
17%
12%
22%
31%
10%
7%
10.508
De Marne
17%
10%
22%
32%
11%
8%
10.428
Eemsmond
17%
11%
22%
31%
11%
8%
16.235
Winsum
19%
11%
22%
32%
10%
7%
13.987
BMWE
18%
11%
22%
31%
10%
7%
51.158
Groningen
16%
15%
25%
27%
9%
7%
580.875
Nederland
17%
12%
26%
28%
9%
7%
16.730.34
8
Tabel 1. Aantal inwoners naar leeftijd, primo 2012 (bron: CBS)
In vergelijking met de provincie Groningen is in de BMWE-gemeenten de groep 15-45 jaar
minder groot en de groep boven 45 groter, vooral in de leeftijd 45-65 jaar. De verschillen
tussen de gemeenten zijn hierbij gering. De relatief hoge vertegenwoordiging in deze
leeftijdscategorie betekent dat het beroep op de WMO de komende jaren waarschijnlijk groter
gaat worden. Het zijn namelijk vooral personen >65 jaar die gebruik maken van voorzieningen
uit deze regeling.
60.000
50.000
40.000
30.000
20.000
10.000
0
2000
2005
<15
2010
15-25
2015
25-45
2020
45-65
2025
65-75
2030
2035
2040
> 75
Grafiek 1, Prognose aantal inwoners BMWE naar leeftijd, 2000-2040 (bron: CBS)
Het aantal inwoners in de 4 gemeenten samen is de laatste 10 jaar afgenomen en de
prognose op basis van CBS-cijfers tot 2040 is, dat deze krimp door zal zetten. Daarbij zien
10
we de groep jongeren (tot 25 jaar) en de middengroep (25-65 jaar) afnemen en de groep
boven de 65 jaar juist toenemen.
Gemeente
<15
15-65
65-75
>75
Totaal
Bedum
93
81
120
280
100
De Marne
58
74
103
195
85
Eemsmond
64
68
99
190
82
Winsum
90
92
129
303
110
BMWE
76
79
112
235
94
Groningen
92
87
133
202
101
Nederland
99
93
139
210
107
Tabel 2, Relatieve ontwikkeling bevolking per leeftijdsgroep 2012-2040 (2012=100, bron:
CBS)
Uit bovenstaande tabel blijkt, dat de bevolking in de 4 BMWE-gemeenten tot 2040 ca. 6% zal
afnemen, terwijl die in de provincie Groningen iets zal toenemen Per gemeente is het beeld
zeer verschillend. De bevolking in Eemsmond en De Marne neemt sterk af (met resp. 18 en
15%), Bedum zal in 2040 op het zelfde peil zijn als nu en de bevolking van Winsum zal nog
zo’n 10% groeien.
Per leeftijdsgroep zien we ook sterke verschillen. De ontgroening in de BMWE-gemeenten is
sterker dan in de provincie (de groep jongeren onder de 15 krimpt tot 2040 met bijna een
kwart en ook de groep tussen 15 en 65, de potentiële beroepsbevolking neemt met bijna een
vijfde deel af). De groei van de groep boven de 65 jaar is in totaal vergelijkbaar met die in de
provincie (toename van ruim 60%), maar de groep tussen 65 en 75 neemt veel minder toe
(12 tegenover 33%) en de groep boven 75 juist veel sterker (135% tegenover 102%).
Conclusie is dat de sterkere krimp in BMWE vooral wordt veroorzaakt door de sterkere
ontgroening.
Gemeente
totaal
1-persoon
Paren zk
Paren mk
1 ouder
Bedum
4.323
29%
33%
32%
5%
De Marne
4.675
33%
33%
27%
6%
Eemsmond
6.944
31%
33%
29%
6%
Winsum
5.861
30%
32%
31%
7%
BMWE
21.803
31%
33%
30%
6%
Groningen
281.291
43%
28%
23%
6%
Nederland
7.473.438
37%
28%
27%
7%
Tabel 3. Aantal huishoudens, primo 2011 (bron: CBS)
Wanneer we kijken naar de verschillende typen huishoudens valt op dat er in de BMWEgemeenten in verhouding meer paren met kinderen wonen dan in de provincie Groningen.
Het aantal 1-persoonshuishoudens is in de BMWE-gemeenten juist aanzienlijk lager dan in
de provincie Groningen.
11
1.2 Inhoudelijke beschrijving van de doelgroepen
Doelgroep
Dienstverlening
AWBZ
Extramurale begeleiding
WMO
Individuele voorziening
Wajong
Toeleiding naar werk
WWB
Toeleiding naar werk
WSW
Aangepast werk
Mensen met schulden
Schuldhulpverlening
Jeugdzorg
Alle zorg voor de jeugd
Voortijdige schoolverlaters
Toeleiding naar werk/school
Tabel 4, doelgroep en dienstverlening
Extramurale begeleiding is een onderdeel van de AWBZ. Dit is bedoeld voor mensen met
een lichamelijke of verstandelijke beperking of psychische problemen. Zij hebben moeite met
bewegen en verplaatsen, psychische klachten of problemen op het sociale vlak. Het doel van
begeleiding is voorkomen dat deze mensen in een instelling worden opgenomen en om
mantelzorgers te ontlasten (‘Verkennend onderzoek extramurale begeleiding’ Bureau HHM
2011). De extramurale begeleiding kan toegekend worden als Persoonsgebonden Budget
(PGB) of als Zorg in Natura (ZIN).
De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) regelt dat mensen met een beperking de
voorzieningen, hulp en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben om hun zelfredzaamheid te
vergroten. Het kan gaan om ouderen, gehandicapten of mensen met psychische problemen.
De WMO zorgt ervoor dat iedereen kan meedoen aan de maatschappij en zo veel mogelijk
zelfstandig kan blijven wonen. Gemeenten voeren de WMO uit.
Onder de Wet Werk en Arbeidsondersteuning Jong Gehandicapten (Wajong) vallen
mensen die op jonge leeftijd (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn geraakt. Door een toename
van het aantal mensen in de Wajong is deze regeling in 2010 herzien. We spreken van ‘oude
Wajong’ als het gaat om de regeling voor 2010. Na de herziening spreken we van ‘nieuwe
Wajong’. In de nieuwe Wajong staat het vinden van werk centraal en ligt niet langer de
nadruk op inkomensondersteuning en de beperkingen van Wajong’ers. Onder die nieuwe
Wajong wordt onderscheid gemaakt in vier categorieën: beschikbaar voor (begeleiding naar)
werk, schoolgaand of studerend, tijdelijk geen arbeidsmogelijkheden en zowel nu als op
termijn geen mogelijkheden tot werk. Deze indeling zou ook gaan gelden onder de WWnV.
Onder de Wet Werk en Bijstand (WWB) vallen mensen van 18 jaar of ouder die geen werk
hebben of te weinig inkomen verdienen om in hun levensonderhoud te voorzien. Zij zijn
verplicht om een baan te zoeken. Met de invoering van de WWnV zou de gehele WWB
opgaan in de WWnV.
De Wet op de Sociale Werkvoorziening (WSW) is een regeling voor mensen met een
arbeidshandicap die niet zelfstandig kunnen werken. Zij werken in een beschutte
werkomgeving bij een SW-bedrijf, of onder begeleiding in een regulier bedrijf (detachering of
begeleid werken). Met de invoering van de WWnV zou de WSW beperkt blijven tot een
12
regeling voor beschut werk. Detachering en begeleid werken vallen vanaf dan niet meer
onder de WSW en wordt ondergebracht bij de WWnV.
Iedereen die met problematische schulden zit kan een beroep doen op Schuldhulpverlening
(SHV) Er zijn in Nederland vijftig Gemeentelijke Kredietbanken (GKB’s), sociale diensten en
particuliere
organisaties
die
hulp
bieden.
In
de
BMWE-gemeenten
zijn
dat
de
Volkskredietbank in Appingedam (voor Eemsmond) en de Groningse Kredietbank in
Groningen voor de andere 3 gemeenten.
Op 1 januari 2005 is de nieuwe Wet op de Jeugdzorg in werking getreden. Daarin is
vastgelegd dat Bureau Jeugdzorg de toegangspoort is voor de gehele jeugdzorg. Bureau
Jeugdzorg biedt ondersteuning op de volgende gebieden:
-
het helpen van kinderen en jongeren tot 18 jaar
bij het opgroeien en ouders bij het
opvoeden;
- doorverwijzen naar andere zorgverleners in het geval er meer zorg nodig is;
- gezinsvoogden helpen bij de opvoeding en\of houden toezicht als het thuis niet goed gaat.
Het begrip voortijdig schoolverlaten (VSV) is gebaseerd op de startkwalificatie. Iedere
jongere van 12-22 jaar die niet ten minste een opleiding op havo-, vwo- of mbo-niveau 2 heeft
afgerond en die langer dan vier weken geen onderwijs volgt, is voortijdig schoolverlater en
heeft dus geen startkwalificatie.
13
1.3 Overzicht dorpen
In dit rapport is een aantal kaarten opgenomen, waarin cijfers per dorp worden weergegeven.
1
Op onderstaand kaartje (cf. CBS wijk- en buurtindeling) is elk dorp met een cijfer
aangegeven (zie ook bijlage 3).
Figuur 1, Overzicht van dorpen in de gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond.
1.4 Omvang van de doelgroepen
Op basis van beschikbare data is de omvang van de verschillende doelgroepen vastgesteld:
Gemeente
AWBZ
WMO
Wajong
WWB
WSW
SHV
VSV
Bedum
165
842
307
114
54
36
14
De Marne
208
830
342
196
75
79
15
Eemsmond
424
785
333
335
226
272
19
Winsum
260
729
161
232
80
70
50
BMWE
1.057
3.186
1.143
882
435
457
68
Tabel 5, Omvang van de verschillende doelgroepen per gemeente
De peildatum is zoveel mogelijk 1-1-2012, maar niet voor alle doelgroepen zijn de gegevens
per die datum beschikbaar. In de volgende paragraaf wordt nader ingegaan op elke
doelgroep afzonderlijk. Daarbij wordt aangegeven wat de bron van de gegevens is, welke
peildatum gehanteerd is en of er ook gegevens op individueel niveau beschikbaar zijn die
geschikt zijn om te kijken naar overlap van regelingen.
1
1
2
3
4
5
6
7
Bedum
Zuidwolde
Onderdendam
Noordwolde
Winsum
Ezinge
Feerwerd
8
9
10
11
12
13
14
Garnwerd
Baflo
Den Andel
Rasquert
Tinallinge
Saaxumhuizen
Adorp
15
16
17
18
19
20
21
Sauwerd
Wetsinge
Uithuizen
Uithuizermeeden
Oosternieland
Roodeschool
Oudeschip
22
23
24
25
26
27
28
Oldenzijl
Kantens
Zandeweer
Rottum
Stitswerd
Usquert
Warffum
29
30
31
32
33
34
35
Ulrum
Zoutkamp
Houwerzijl
Vierhuizen
Wehe-Den Hoorn
Leens
Warfhuizen
36
37
38
39
40
41
42
Mensingeweer
Zuurdijk
Eenrum
Pieterburen
Westernieland
Kloosterburen
Hornhuizen
14
8%
7%
6%
5%
4%
3%
2%
1%
0%
AWBZ
WMO
Bedum
Wajong
De Marne
WWB
Eemsmond
WSW
Winsum
SHV
VSV MBO
BMWE
Grafiek 2, Doelgroepen als % van de bevolking
Wat opvalt is dat Eemsmond en De Marne in bijna alle doelgroepen relatief het sterkst
vertegenwoordigd zijn, met Eemsmond als “koploper” behalve in de WMO en Wajong.
Winsum heeft juist meestal het laagste percentage.
15
1.5 AWBZ
In deze paragraaf wordt ingegaan op de omvang van de groep die gebruik maakt van
extramurale begeleiding onder de AWBZ. Daarbij wordt nog onderscheiden de groep met een
Persoonsgebonden Budget (PGB) en die Zorg in natura (ZIN) ontvangt. Bron van de
gegevens, naar de stand van begin 2012, is het zorgkantoor (Menzis). Binnen PGB en ZIN
wordt nog onderscheid gemaakt tussen Individuele begeleiding, groepsbegeleiding met of
zonder vervoer en tijdelijk verblijf. Het kan zijn dat 1 cliënt meerdere geïndiceerde functies
heeft, hetgeen in onderstaande tabellen is aangegeven met 1x, 2x en 3x.
Gemeente
PGB
totaal
133
1x
2x
3x
68
43
22
De Marne
152
79
49
24
Eemsmond
277
139
87
51
Winsum
183
67
66
50
BMWE
745
353
245
147
Bedum
Tabel 6, Cliënten met een PGB, met aantal verschillende geïndiceerde functies primo 2012,
(bron: Menzis)
In totaal hadden begin 2012 in de 4 BMWE-gemeenten 745 personen in het kader van de
AWBZ een Persoonsgebonden Budget, waarvan meer dan de helft 2 of 3 verschillende
geïndiceerde functies had.
Gemeente
ZIN
totaal
37
1x
2x
31
6
De Marne
67
61
6
Eemsmond
167
139
26
2
Winsum
82
68
13
1
BMWE
353
299
51
3
Bedum
3x
Tabel 7, Cliënten met ZIN, met aantal verschillende geïndiceerde functies (bron: Menzis)
In totaal maakten begin 2012 in de 4 BMWE-gemeenten 353 personen in het kader van de
AWBZ gebruik van Zorg in natura, waarvan ca. 14% 2 of 3 verschillende geïndiceerde
functies had.
Gemeente
ZIN/ PGB
totaal
165
1x
2x
3x
91
50
24
De Marne
208
122
59
27
Eemsmond
424
241
127
56
Winsum
260
126
82
52
BMWE
1057
580
318
159
Bedum
Tabel 8, Unieke cliënten met een PGB en/of ZIN, met aantal verschillende geïndiceerde
functies (bron: Menzis)
16
In totaal maakten begin 2012 in de 4 BMWE-gemeenten 1057 personen gebruik van Zorg in
natura en/of een Persoonsgebonden Budget, waarvan ca. 45% 2 of 3 verschillende
geïndiceerde functies kreeg. Bij iets meer dan 4% van de gevallen is er sprake van overlap
tussen PGB en ZIN.
Door die samenloop is de som van het aantal cliënten uit tabel 6 en 7 lager dan die in tabel 8
(bv.: tabel 6 geeft voor Bedum 133 met PGB, tabel 7 geeft 37 met ZIN, wat optelt tot 170,
maar tabel 8 geeft 165 personen met PGB en ZIN, hetgeen duidt op 5 cliënten met zowel
PGB als ZIN).
De cijfers zijn beschikbaar op het niveau van 4-cijferige postcode. Op basis daarvan is een
vergelijking gemaakt van het aantal mensen met extramurale begeleiding als percentage van
het aantal inwoners, wat het onderstaande kaartje oplevert.
Figuur 2, Cliënten met extramurale begeleiding per dorp als % van de bevolking (bron:
Menzis, CBS)
In de gemeente Eemsmond zien we relatief de meeste mensen met extramurale begeleiding
(de gele en oranje dorpen), in Bedum en Winsum is het percentage het laagst en in De Marne
is het beeld wat versnipperd.
Op basis van cijfers uit “Begeleiding in Beeld” van het CIZ kunnen we ook iets zeggen over
de aantallen op provinciaal en landelijk niveau:
totaal
PGB
ZIN
beide
Groningen
10.840
4.440
5.805
4%
Nederland
210.950
57.290
140.475
5%
Tabel 9, Cliënten per 1 januari 2012 met een PGB en/of ZIN (bron: CIZ)
17
Gemeente
totaal
=<15
15-25
25-45
45-65
>65
Bedum
165
54
32
35
29
15
De Marne
208
60
41
36
45
26
Eemsmond
424
106
73
75
111
59
Winsum
260
94
57
39
47
23
BMWE
1057
314
203
185
232
123
Tabel 10, Cliënten met extramurale begeleiding, naar leeftijd (bron: Menzis)
Van de cliënten met extramurale begeleiding is bijna eenderde 15 jaar of jonger.
Gemeente
BJZ
Lich
Psych
Psych
geriat
Somatisch
Verstan
delijk
Zintuige
-lijk
Bedum
52
22/ 3
36/ 15
3/ 0
9/ 15
42/ 4
1/ 0
De Marne
35
18/ 7
66/ 42
2/ 0
16/ 18
69/ 2
2/ 0
Eemsmond
73
29/ 8
127/ 54
8/ 0
41/ 39
14/ 3
4/ 5
Winsum
68
19/5
75/ 35
4/ 1
12/ 20
77/ 1
5/ 3
BMWE
228
88/ 23
304/ 146
17/ 1
78/ 92
330/ 10
12/ 8
e
e
Tabel 11, Cliënten met extramurale begeleiding, naar 1 /2 grondslag (bron: Menzis);
Het merendeel van de cliënten met extramurale begeleiding heeft als eerste, dominante
grondslag een verstandelijke beperking of een psychiatrische aandoening c.q. psychische
stoornis.
Ruim een kwart van de cliënten heeft ook nog een tweede grondslag. Daarbij gaat het
meestal om een psychiatrische aandoening c.q. psychische stoornis.
De gegevens op individueel niveau zijn geleverd zonder BSN, waardoor ze niet geschikt zijn
om te gebruiken in het bepalen van overlap met andere regelingen.
18
1.6 WMO
Op basis van bestanden, die door de gemeenten zijn aangeleverd naar de stand van primo
2012, is in kaart gebracht hoeveel personen er gebruik maken van 1 of meer WMOvoorzieningen. Dat geeft het volgende beeld.
Gemeente
totaal
=< 25
25-45
45-65
>65
842
%
bevolking
8,0%
5%
13%
22%
60%
830
8,0%
2%
3%
20%
75%
Eemsmond
785
4,8%
3%
4%
13%
79%
Winsum
729
5,2%
3%
5%
18%
74%
BMWE
3.186
6,2%
4%
6%
18%
72%
Bedum
De Marne
2
Tabel 12, personen met één of meerdere WMO-voorzieningen primo 2012 (bron: gemeenten)
In deze cijfers valt op, dat in de gemeenten Eemsmond en Winsum relatief veel minder
mensen gebruik maken van de WMO dan in de andere 2 gemeenten.
Figuur 3, Cliënten met 1 of meer WMO-voorzieningen als % van de bevolking (bron:
gemeenten)
Het beroep op WMO-voorzieningen is vooral hoog in Bedum, Ulrum en Kloosterburen. Een
mogelijke verklaring voor de hoge concentratie in Bedum is dat hier veel locaties van ´s
Heeren Loo (ondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking) zijn gevestigd.
2
Het totaal en de indeling naar leeftijdscategorieën is gebaseerd op een eerste set gegevens geleverd
door de gemeente Eemsmond. In de definitieve gegevens die later geleverd werden kon geen
geboortedatum bijgevoegd worden. Naar verwachting zal de leeftijdsverdeling niet erg afwijken en krijgen
we met deze tabel wel een goed beeld.
19
1.7 Wajong
In deze paragraaf wordt een nadere beschrijving gegeven van degenen met een Wajonguitkering.
Gemeente
aantal
% inw
15-64
Volledig
AO
Duur
>= 5 jr.
Uitstroom
2011
Nieuw in
2011
Bedum
307
4,5%
98%
79%
10
9
De Marne
342
5,1%
92%
65%
12
34
Eemsmond
333
3,2%
94%
65%
7
28
Winsum
161
1,8%
95%
70%
3
12
1.143
3,5%
95%
70%
32
83
Groningen
10.813
2,7%
95%
69%
235
778
Nederland
215.289
1,9%
94%
70%
5.031
16.063
BMWE
Tabel 13, Wajong’ers naar kenmerken, ultimo 2011 (bron: UWV)
Vrijwel de gehele Wajong-populatie is volledig arbeidsongeschikt (95 procent) en 70 procent
zit al langer dan 5 jaar in de uitkering. De afstand van deze doelgroep tot de arbeidsmarkt is
zeer
groot
vanwege
de
combinatie
van
gezondheidsklachten
en
de
duurzame
werkloosheidssituatie. De Wajong-populatie is in 2011 in de BMWE-regio gegroeid met ruim
50 personen.
Figuur 4, Wajong’ers, aantal en als % van de bevolking (bron: UWV)
20
1.8 WWB
Het aantal personen met een bijstandsuitkering eind 2011 is als volgt:
Gemeente
aantal
% inw
15-64
Alleen
staand
1ouder
Paar
>= 1 jr.
Bedum
114
1,7%
60%
30%
10%
80%
De Marne
196
2,9%
62%
19%
14%
71%
Eemsmond
335
3,3%
61%
24%
12%
70%
Winsum
232
2,6%
68%
23%
9%
77%
BMWE
877
2,7%
63%
23%
12%
73%
Groningen
20.050
5,1%
68%
21%
11%
75%
Nederland
404.670
3,6%
62%
22%
15%
78%
Tabel 14, Personen met WWB, naar kenmerken, december 2011 (bron: gemeenten (wat
betreft de gemeentelijke cijfers), CBS (wat betreft de provinciale en landelijke cijfers))
Bijna tweederde van de WWB-populatie is alleenstaand. Ruim eenvijfde van de mensen in de
WWB is alleenstaande ouder, 12 procent van het bestand is gehuwd. Bijna driekwart van het
bestand zit langer dan een jaar in de bijstand.
Figuur 5, WWB’ers absoluut en als percentage inwoners per 4-cijferige postcode (PC4, bron:
gemeente, CBS)
Het aantal WWB’ers is verspreid over de BMWE-gemeenten. Relatief gezien is het aandeel
WWB’ers in De Marne en Eemsmond hoger dan in Bedum en Winsum.
21
Uit de vraag die bij de deelnemende gemeenten is uitgezet blijkt dat er binnen de WWB een
grove inschatting wordt gemaakt van de kansen van mensen om terug te keren op de
arbeidsmarkt. Deze inschatting wordt individueel geregistreerd in twee systemen. In het
eerste systeem worden de mensen op het Werkplein bediend die voor 1 september 2011 zijn
ingestroomd. Het tweede systeem betreft de mensen die vanaf 1 september 2011 zijn
ingestroomd.
Van de klanten van voor 1 september 2011 zijn er in 2011 in totaal 154 uitgestroomd naar
werk of om andere redenen. 125 mensen zijn overgeheveld naar ‘zorg’. Van die laatste
groep is vastgesteld dat toeleiding en/of terugkeer naar de arbeidsmarkt niet meer tot de
mogelijkheden behoort. Medio 2012 maakten van deze groep nog 356 mensen gebruik van
de dienstverlening van het Werkplein.
Mensen die na 1 september 2011 zijn ingestroomd zijn opgenomen in het klantvolgsysteem.
In totaal gaat het om 443 mensen, waarvan in 211 gevallen de dienstverlening ook al weer is
beëindigd. In totaal worden er medio 2012 618 huishoudens vanuit het Werkplein bediend.
22
1.9 WSW
Het aantal mensen dat werkzaam is in de Sociale Werkvoorziening is gebaseerd op de
gegevens die door SW-bedrijf Ability zijn opgeleverd, naar de stand van 1 augustus 2012.
Gemeente
aantal
% inw
15-64
Intern
Detachering
Begeleid
werken
Bedum
54
0,8%
84,7%
15,3%
0,0%
De Marne
75
1,1%
82,4%
12,1%
5,5%
Eemsmond
226
2,2%
85,9%
12,9%
1,2%
Winsum
80
0,9%
80,2%
18,6%
1,2%
BMWE
435
1,3%
84,1%
14,1%
1,8%
Groningen
6.624
1,7%
82,8%
13,3%
3,9%
Nederland
102.918
0,9%
70,4%
24,3%
5,4%
Tabel 15, Aantal WSW’ers (bron: Ability, augustus 2012 en POR WSW, juni 2011)
In totaal werken 435 mensen onder de werkingssfeer van de WSW. Meer dan 80 procent van
de WSW-werknemers heeft een intern dienstverband bij Ability. Ruim 14 procent is
gedetacheerd bij een reguliere werkgever en bijna 2 procent van de WSW-werknemers is via
Begeleid werken in dient bij een reguliere werkgever.
Er is ook gekeken naar de verdeling van het aantal WSW’ers over het gebied begrensd door
het cijferdeel van de postcode:
Figuur 6, WSW’ers absoluut en als percentage inwoners per PC4 (bron: Ability, CBS)
In absolute aantallen (de blokjes) zit het merendeel van de WSW’ers rond Uithuizen.
Uitgedrukt als percentage van de bevolking zien we vooral in Eemsmond en De Marne de
meest rode en oranje driehoeken, zoals ook al naar voren kwam in bovenstaande tabel. Een
mogelijke verklaring hiervoor is wellicht dat de WSW-werknemers zich concentreren rond de
uitvoeringslocaties van Ability (Uithuizen en Wehe den Hoorn).
23
1.10 Mensen met schulden
Op basis van gegevens van de GKB en de VKB is te zien hoeveel mensen er gebruik maken
van Schuldhulpverlening
Gemeente
aantal
%
bevolking
Budgetbeheer
Schuldbemiddeling
Schuldregeling
Bedum
36
0,3%
34
8
1
De Marne
79
0,8%
78
6
5
Eemsmond
272
1,7%
194
30
48
Winsum
70
0,5%
69
7
5
BMWE
457
0,9%
375
51
59
Tabel 16, Aantal mensen in schuldhulpverlening (Bron: GKB per augustus 2012 voor Bedum,
De Marne en Winsum. VKB primo 2012 voor Eemsmond).)
NB. De optelling van Budgetbeheer, Schuldbemiddeling en Schuldregeling bij Bedum, De
Marne en Winsum is hoger dan het totaal. Dit komt omdat mensen in meerdere regelingen
kunnen zitten.
Voor Eemsmond is het genoemde “aantal” waarschijnlijk te hoog, omdat daar niet kon worden
gecorrigeerd voor personen, die meerdere producten afnemen van de VKB. Dit kan er mede
de oorzaak van zijn dat het gebruik van de schuldhulpverlening in Eemsmond veel hoger is
dan in de andere gemeenten. Het hoge beroep op schuldhulpverlening kan echter niet alleen
worden verklaard uit mogelijke dubbelingen. Er liggen mogelijk ook andere oorzaken aan ten
grondslag, zoals het relatief hoge percentage mensen in de bijstand en in de sociale
werkvoorziening.
Figuur 7, Mensen die gebruik maken van schuldhulpverlening als % van de bevolking (bron:
GKB en VKB)
24
1.11 Jeugdzorg
De financiering van de jeugdzorg maakt dat de huidige organisatie van de jeugdzorg sterk is
versnipperd. Op dit moment wordt toegewerkt naar een integrale benadering van de
jeugdzorg, waarbij de gemeenten een centrale rol krijgen. Hier werken we de doelgroep uit
langs de lijnen van de huidige financiering en organisatie van de jeugdzorg.
Volgens opgave van Bureau Jeugdzorg Groningen waren er primo 2012 135 jeugdigen met
een openstaande hulpverlening bij BJZ. Dit komt overeen met 1,1 % van de jeugdige
populatie van 0-20 jaar. Deze aantallen zijn een verzameling van Toegang (=vrijwillig),
Ondertoezichtstelling, Voogdij en Jeugdreclassering (=gedwongen)
Gemeente
aantal
Toegang
OTS
Voogdij
Jeugd
reclasser
ing
%
inwoners
0-20 jaar
Bedum
23
18
1
2
1
0,9%
De Marne
27
22
10
1
4
1,2%
Eemsmond
59
29
9
6
8
1,7%
Winsum
26
15
5
2
2
0,8%
BMWE
135
84
25
11
15
1,1%
Tabel 17, Verspreiding van de cliënten van Bureau Jeugdzorg (bron: Bureau Jeugdzorg
Groningen, standcijfers januari 2012)
Figuur 8, Verspreiding van de cliënten van Bureau Jeugdzorg (bron: Bureau Jeugdzorg
Groningen, standcijfers januari 2012)
25
Elker is marktleider voor de uitvoering van de provinciaal gefinancierde jeugdzorg en bedient
85 procent van de jeugdigen in de provincie met een aanbod. Hun doelgroepen zijn als volgt
opgebouwd.
Gemeente
aantal
% inw
=<18 jaar
Bedum
25
De Marne
12 jaar
en ouder
Man
Vrouw
1,0%
Jonger
dan 12
jaar
16
9
17
8
52
2,4%
26
26
31
21
Eemsmond
83
2,2%
57
26
43
40
Winsum
41
1,2%
28
13
24
17
BMWE
201
1,7%
127
74
115
86
Tabel 18, aantal jeugdigen en gezinnen die gebruik maken van de vrijwillige provinciaal
gefinancierde jeugdzorg (bron: Elker, cijfers over 2011)
Bijna tweederde van de doelgroep is 12 jaar of jonger. Het beroep op de provinciale
jeugdzorg is in de gemeenten De Marne en Eemsmond zowel absoluut en relatief gezien
hoger dan in de andere gemeenten.
Gemeente
Ambulante
hulp
28
Daghulp
Pleegzorg
Totaal
4
Residentiële
hulp
3
7
De Marne
59
4
6
10
79
Eemsmond
82
2
18
10
112
Winsum
38
5
9
0
52
BMWE
207
18
37
23
285
Bedum
42
Tabel 19, Het ingezette product (bron: Elker, cijfers over 2011)
NB. Jeugdigen/gezinnen maken soms gebruik van meerdere hulpvarianten. Hierdoor is de
totaal ingezette hulp hoger dan het aantal jeugdigen/gezinnen die gebruik maken van Elker.
Gemeente
Geïndiceerde
Jeugdzorg
34
ZVW
AWBZ
WMO
Totaal
8
0
0
42
De Marne
71
4
0
4
79
Eemsmond
97
2
2
11
112
Winsum
47
2
0
3
52
BMWE
249
16
2
18
285
Bedum
Tabel 20, Totaal ingezette hulp gefinancierd vanuit wet (bron: Elker, cijfers over 2011)
Ongeveer 5% van de kinderen en jeugdigen in Nederland heeft psychische problemen die zo
ernstig zijn dat ze de ontwikkeling verstoren en/of functioneren van kinderen belemmeren op
een manier dat specialistische diagnostiek en behandeling nodig is. In de provincie
Groningen gaat het om ruim 10.000 jeugdigen.
26
Gemeente
aantal
Bedum
227
Eerstelijnspsych. zorg
33
DBC zonder
verblijf
167
DBC met
verblijf
34
De Marne
225
27
169
31
Eemsmond
396
36
298
68
Winsum
362
52
279
42
BMWE
1210
148
913
175
Tabel 21, aantal jeugdigen dat in 2009 gebruik heeft gemaakt van de GGZ (bron:
samenwerkenvoordejeugd.nl)
In de BMWE-gemeenten hebben in 2009 ruim 1200 jeugdigen gebruik gemaakt van een of
meer voorzieningen in het kader van de Jeugd-GGZ. 148 jeugdigen hebben gebruik gemaakt
van de eerstelijns psychologische zorg. Ruim 900 jeugdigen hebben gebruik gemaakt van
een Diagnose Behandeling Combinatie (DBC) zonder verblijf en 175 van een DBC met
verblijf.
In de gemeenten De Marne en Eemsmond zijn in 2009 in totaal 50 onderzoeken naar
kindermishandeling bij 0-17 jarigen opgestart. Bij de gemeenten Bedum en Winsum lag dit
aantal per gemeenten onder de 10 personen.
Gemeente
Onderzoek AMK
Bedum
<10
Jeugdbeschermingsmaatregel
<10
De Marne
23
<10
Eemsmond
27
12
Winsum
<10
<10
50-68
12-39
16.600
50.175
BMWE
3
Nederland
Tabel 22, aantal jeugdigen waarvoor in 2009 een AMK-onderzoek is opgestart of waarvoor
een jeugdbeschermingsmaatregel is opgelegd (bron: samenwerkenvoordejeugd.nl)
In de gemeente Eemsmond zijn in 2009 12 jeugdbeschermingsmaatregelen opgelegd. Zij
komt hiermee als enige gemeente boven het aantal van 10 uit.
3
Uit Brancherapportage Jeugdzorg 2010
27
1.12 Voortijdige schoolverlaters
Het aantal voortijdige schoolverlaters op basis van de cijfers in de VSV-verkenner ligt in de
BMWE-gemeenten relatief een stuk lager dan in de provincie Groningen of Nederland als
geheel. Daarbij zijn er wel grote verschillen tussen de gemeenten onderling, waarbij De
Marne er uitspringt bij de VO-leerlingen en Eemsmond bij de MBO’ers.
Gemeente
Aantal
VO
VSV
VO
Perc. Lln
Aantal
MBO
VSV
MBO
Perc lln
Bedum
696
2
0,3%
302
8
2,6%
De Marne
526
8
1,5%
285
14
4,9%
1.054
4
0,4%
476
29
6,1%
Winsum
906
1
0,1%
414
12
2,9%
BMWE
3.182
15
0,5%
1477
65
4,3%
Groningen
28.968
338
1,2%
14.164
1.010
7,1%
Nederland
915.016
8.941
1,0%
395.609
28.566
7,2%
Eemsmond
Tabel 23, Aantal voortijdige schoolverlaters 2010/2011 (bron: VSV-verkenner)
Naast de gegevens uit de VSV-verkenner hebben we ook data gekregen op individueel
niveau via het RMC en voor Bedum, De Marne en Winsum via de leerplichtambtenaar.
Het gaat daarbij om leerlingen die in de 2
e
helft van 2011 zijn gemeld als voortijdig
schoolverlater.
Gemeente
Aantal
Bedum
14
De Marne
15
Eemsmond
19
Winsum
20
BMWE
68
e
Tabel 24, Aantal voortijdige schoolverlaters 2 helft 2011 (bron: RMC, gemeente).
Deze laatste cijfers zijn gebruikt om te kijken naar overlap in regelingen.
28
Hoofdstuk 2
Overlap tussen doelgroepen
2.1 Inleiding
De overlap tussen de diverse regelingen is bepaald door een bestandsvergelijking op
persoonsniveau van de mensen in de gemeentelijke regelingen (WWB, WMO, WSW, SHV,
VSV)
en
door
samenwerking
met
het
UWV
voor
Wajong-
en
andere
arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (WAO, WIA en WAZ, in de tabel opgenomen onder AO).
Voor de AWBZ was die vergelijking in eerste instantie niet mogelijk en moesten we het doen
4
met ervaringscijfers van elders. In de zomer van 2013 deed zich zoals a eerder aangegeven
de kans voor om ook de AWBZ-gegevens te betrekken in de bepaling van de “overlap”. Dit
komt uitgebreid in bijlage 4 aan de orde.
Voor de Jeugdzorg zijn geen gegevens op individueel niveau beschikbaar en kan de
vergelijking dus niet gemaakt worden. In paragraaf 2.3 wordt wel een beeld gegeven van de
overlap op doelgroepniveau tussen de doelgroep van Jeugdzorg met de doelgroepen in
andere regelingen.
2.2 Individuele overlap tussen regelingen (excl. AWBZ en JZ)
In de onderstaande tabellen is de overlap tussen twee verschillende regelingen
weergegeven. Hoe zijn deze tabellen te lezen? In Bedum bijvoorbeeld zijn 108 personen die
een WWB-uitkering ontvangen. Daarvan zijn er 83 (de groene cel) die alleen een WWBuitkering ontvangen, dat is 77%. Verder is er in 23% van de gevallen overlap met 1 of meer
andere regelingen, nl. 10 hebben ook een voorziening volgens de WMO, 1 een Wajonguitkering, 12 zitten in de Schuldhulpverlening,1 werkt bij het SW-bedrijf. 2 hebben een
arbeidsongeschiktheidsuitkering en 4 hebben kinderopvang.
In totaal doet 23% van de mensen met een bijstandsuitkering dus ook nog een beroep op 1 of
meer andere regelingen. Verderop is een overzicht gegeven van de mensen die van meer
dan twee regelingen gebruik maken.
4
Doordat het basisbestand voor de vergelijking van september 2012 is, kunnen de cijfers per regeling in
deze vergelijking wat afwijken van eerder genoemde cijfers. Het gaat in deze paragraaf vooral om een
indicatie van de mogelijke overlap van regelingen.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
29
Totaal
Overlap%
304
63%
9
54
57%
10
36
72%
11
18%
311
28%
4
100%
WWB
83
10
1
1
12
2
WMO
10
496
179
14
4
76
Wajong
1
179
112
18
2
WSW
1
14
18
23
4
SHV
12
4
2
4
10
2
VSV
AO
2
Kinderopv.
4
76
VSV
AO
35%
SHV
758
WSW
23%
Wajong
108
WMO
4
WWB
Kinderopv.
Bedum
2
9
9
10
225
Tabel 25. Overlap tussen regelingen in Bedum
In Bedum valt op dat vooral de schuldhulpverlening (SHV), de Wajong en de WSW overlap
vertonen met andere regelingen. De kinderopvang (KO) vertoont volledige overlap met de
WWB. Het gaat hierbij echter om een klein aantal.
Schuldhulpverlening overlapt vooral met de WWB, Wajong overlapt met de WMO, en de
WSW overlapt met de Wajong. Ook zien we in absolute zin een behoorlijke overlap tussen
arbeidsongeschiktheid (AO, waaronder de WAO, WIA en WAZ) en de WMO.
Doordat er ook mensen zijn die van meer dan 2 regelingen gebruik maken is de som van de
afzonderlijke cellen per rij hoger dan het aantal onder “totaal”.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
30
SHV
VSV
2
4
28
1
WMO
16
684
20
8
11
1
Wajong
2
20
95
15
5
6
WSW
4
8
15
41
3
SHV
28
11
5
3
26
VSV
1
1
6
84
AO
Kinderopv.
Overlap%
WSW
16
Totaal
Wajong
132
Kinderopv.
WMO
WWB
2
182
27%
811
16%
135
30%
10
74
45%
9
73
64%
14
50%
376
26%
2
100%
AO
WWB
De Marne
84
7
10
9
278
2
Tabel 26. Overlap tussen regelingen in De Marne
In De Marne zien we een overlap tussen de schuldhulpverlening (SHV) met de WWB.
Hoewel de aantallen niet erg groot zijn zien we ook een overlap tussen de groep voortijdig
schoolverlaters (VSV) en de Wajong. Ook zien we in absolute zin een behoorlijke overlap
tussen arbeidsongeschiktheid en de WMO.
WMO
21
705
51
17
Wajong
2
51
216
51
WSW
4
17
51
129
Overlap%
4
Totaal
2
2
6
335
9%
73
856
18%
314
31%
226
43%
290
Nb
23
61%
598
19%
12
37
SHV
VSV
2
AO
6
12
73
Kinderopv.
9
37
Kinderopv.
WSW
21
AO
Wajong
306
VSV
WMO
WWB
SHV
WWB
Eemsmond
484
0
Tabel 27. Overlap tussen regelingen
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
31
In Eemsmond zien we vooral overlap tussen de groep voortijdig schoolverlaters (VSV) en de
Wajong.
Ook
hier
zien
we
in
absolute
zin
een
behoorlijke
overlap
tussen
arbeidsongeschiktheid en de WMO.
WWB
WMO
Wajong
WSW
SHV
VSV
AO
Totaal
Overlap%
Kinderopv.
Winsum
WWB
175
11
3
7
23
2
5
221
21
WMO
11
569
36
3
7
1
69
688
17%
Wajong
3
36
104
23
6
2
168
38%
WSW
7
3
23
36
3
2
12
80
55%
SHV
23
7
6
3
25
6
65
62%
VSV
2
1
2
2
17
29%
AO
5
69
390
23%
1
-
12
12
6
299
1
Kinderopv.
Tabel 28. Overlap tussen regelingen
In Winsum overlapt de schuldhulpverlening vooral met de WWB. De WSW overlapt, zoals
mag
worden
verwacht,
met
arbeidsongeschiktheidsregelingen.
Diezelfde
arbeidsongeschiktheidsregelingen overlappen, net als in de andere gemeenten, veel met de
WMO.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
32
Overzicht voor alle gemeenten
Op basis van de beschikbare bestanden (dus exclusief AWBZ en Jeugdzorg) blijkt dat het
merendeel van de mensen onder 1 regeling valt. Ca. 14% heeft 2 regelingen en een heel
kleine minderheid maakt gebruik van 3 of 4 regelingen.
Aantal
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
1
958
1263
1833
1221
Totaal
BMWE
5254
2
282
178
243
188
884
3
20
16
11
11
58
4
1
% >1
24%
1
13%
12%
14%
15%
Tabel 30, Aantal doelgroepen waar men onder valt (WWB, WMO, SHV, WSW, VSV, Wajong,
AO)
Wanneer we kijken naar de relatieve overlap, dan valt op dat vooral de schuldhulpverlening
(SHV) overlap vertoont met andere regelingen. Vooral in de gemeente Bedum is de overlap
met andere regelingen hoog: bijna driekwart van de mensen in de schuldhulpverlening maakt
ook gebruik van andere regelingen.
De overlap in de verschillende regelingen, voor zover te bepalen:
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
BMWE
WWB
23%
27%
9%
21%
18%
WMO
35%
16%
18%
17%
21%
WSW
57%
45%
43%
55%
47%
SHV
72%
65%
5
)
62%
VSV
18%
50%
61%
29%
43%
Wajong
63%
30%
31%
38%
43%
AO
28%
26%
19%
23%
23%
65%
*)
Tabel 31, Samenvatting overlappercentages per gemeente
In de onderstaande tabel staat de overlap tussen verschillende regelingen uitgewerkt. Niet
alleen voor twee regelingen, maar ook voor de minder frequent voorkomende meervoudige
gebruikers. Duidelijk is te zien dat het aantal mensen dat gebruik maakt van 3 of meer
regelingen beperkt is. Wel dient aangetekend te worden dat de AWBZ nog niet in de tabel is
opgenomen. Naar verwachting zal deze vooral met de WMO, de WSW en de WWB overlap
vertonen (zie verderop). Uit de tabel blijkt duidelijk de kwetsbaarheid van mensen met een
beperking of mensen met een laag inkomen. Zij zijn de groepen die vaak gebruik maken van
meerdere regelingen.
5
SHV exclusief gegevens Eemsmond.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
33
Overlappende
regelingen
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
WWB+WMO
6
14
20
8
Totaal
BMWE
48
WWB+Wajong
0
2
2
3
7
WWB+WSW
1
4
3
5
13
WWB+SHV
10
25
0
20
55
WWB+VSV
0
1
2
1
4
WWB+AO
0
0
6
4
10
WWB+KO
4
1
0
0
5
170
13
43
31
257
WMO+WSW
0
3
6
0
9
WMO+SHV
0
4
0
3
7
WMO+AO
66
80
71
68
285
Wajong+WSW
10
9
43
19
81
Wajong+SHV
1
3
0
4
8
Wajong+VSV
2
5
12
1
20
WSW+SHV
3
1
0
2
6
WSW+AO
2
9
35
12
58
AO+SHV
7
4
0
6
17
WWB+SHV+WSW
1
1
WWB+VSV+WSW
1
1
1
3
WMO+Wajong
WWB+WMO+AO
2
WWB+WMO+KO
2
WWB+WMO+SHV
1
1
WWB+WMO+WSW
WMO+SHV+AO
2
2
4
1
1
2
2
WMO+Wajong+SHV
4
WMO+Wajong+VSV
1
4
3
WMO+WSW+AO
6
5
2
WMO+WSW+Wajong
8
1
8
Wajong+SHV+WSW
1
WSW+SHV+AO
1
WWB+WMO+Wajong+
SHV
1
4
13
2
19
1
2
1
2
1
Tabel 32, Indicatie van combinaties van regelingen.
Om de cijfers in bovenstaande tabel te vergelijken met die in de tabellen 25 t/m 28 moeten
vaak meerdere cellen bij elkaar opgeteld worden. Zo zien we in tabel 25 dat er in Bedum 10
mensen zijn die een samenloop hebben tussen WWB en WMO. Die zien we in tabel 32 terug
in
de
cellen
WWB+WMO
(6),
WWB+WMO+AO
(2),
WWB+WMO+SHV
(1)
en
WWB+WMO+Wajong+SHV (1).
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
34
Zoals eerder aangegeven ontbreekt op dit moment (i.c. eind 2012) nog te mogelijkheid om te
checken op AWBZ. Dit heeft er met name mee te maken dat het zorgkantoor terughoudend is
om haar klantgegevens te delen met derden. In een aantal gebieden in Nederland lopen
momenteel projecten om informatiedeling tussen verschillende organisaties in het sociale
domein mogelijk te maken. Het principe in deze projecten is steeds hetzelfde. Deelnemende
organisaties stellen geanonimiseerde klantgegevens beschikbaar op een platform, van
waaruit data-analyses voor beleidsvorming kunnen worden gemaakt. In de onderstaande
tabel zijn de eerste resultaten van analyses van de initiatieven in Zaanstad en Twente
weergegeven.
Regio
Resultaten
Zaanstad
-
Twente
-
24 % van de huishoudens maakt gebruik van een of meer regelingen
59 % van de huishoudens met een voorziening heeft meer dan een
voorziening
33 % van de huishoudens met een voorziening heeft drie of meer
voorzieningen
Een huishouden heeft vijftien voorzieningen
40 % van de AWBZ-populatie heeft ook een WMO-voorziening
10 % van de AWBZ-populatie heeft ook een WSW-voorziening
5 % van de AWBZ-populatie heeft ook een WWB-voorziening
Tabel 33, Resultaten anonieme koppelingen van bestanden in de regio’s Zaanstad en Twente
(Bron: gemeente Zaanstad en gemeente Enschede)
Wanneer we de resultaten van de AWBZ-populatie uit Twente projecteren op de AWBZpopulatie van de BMWE-gemeenten, dan hebben zo’n 400 mensen met een AWBZvoorziening in de BMWE-gemeenten ook een WMO-voorziening. Voor 100 mensen met een
AWBZ-voorziening geldt dat ze ook een WSW-voorziening hebben en voor 50 mensen met
een AWBZ-voorziening geldt dat ze ook een WWB-voorziening hebben.
Overlap op adresniveau
Het is niet alleen interessant om te weten of op individueel niveau van meerdere regelingen
gebruik gemaakt wordt. Juist de overlap op het niveau van gezinnen c.q. huishoudens geeft
inzicht hoeveel organisaties in een gezin komen en waar bijvoorbeeld efficiencywinst te
behalen is. Op basis van de beschikbare gegevens is daarom ook gekeken naar overlap op
adresniveau, omdat zo het dichtst gekomen wordt bij huishouden of gezinsniveau. In de
tabellen 34-38 is het aantal regelingen per adres is opgeteld en dus niet het aantal unieke
regelingen (Bijvoorbeeld: 2 personen met een WWB-uitkering op 1 adres tellen dus beide
mee).
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
35
Bedum
Regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
327
110
15
0
28%
2
228
88
8
4
30%
3
60
27
6
3
38%
4
38
11
2
1
27%
5
14
4
1
3
36%
6+
13
3
1
20
65%
Totaal
680
243
33
31
31%
Tabel 34, Totaal aantal regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
In Bedum zien we een behoorlijk hoog percentage van eenpersoonshuishoudens dat gebruik
maakt van meerdere regelingen, zeker wanneer we dit afzetten tegen de andere gemeenten.
Verder valt het hoge percentage op van grote huishoudens (> 6 personen) waar meerdere
regelingen voorkomen. Wellicht hangt dit samen met de woonvoorzieningen in de gemeente.
De Marne
Regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
451
70
8
0
15%
2
299
118
20
2
32%
3
85
27
12
1
32%
4
55
20
6
0
32%
5
22
7
3
1
33%
6+
6
5
0
4
60%
918
247
49
8
25%
Totaal
Tabel 35, Totaal aantal regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
In De Marne springen de grote meerpersoonshuishoudens (> 6 personen) eruit als het gaat
om het aantal regelingen. Voor de overige huishoudens is het beeld vrij gelijkmatig.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
36
Eemsmond
Regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
669
84
6
0
12%
2
412
140
28
7
30%
3
147
48
11
2
29%
4
101
26
9
6
29%
5
34
12
1
1
29%
6+
21
4
0
4
28%
1.384
314
55
20
22%
Totaal
Tabel 36, Totaal aantal regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
In Eemsmond is er geen afhankelijkheid te zien tussen de omvang van een huishouden en
het aantal regelingen dat per adres wordt gebruikt. Het schommelt over het algemeen tegen
de dertig procent van de huishoudens aan dat gebruik maakt van meer dan één regeling.
Winsum
Regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
464
78
8
0
16%
2
275
94
15
6
29%
3
91
30
8
2
31%
4
73
24
4
3
30%
5
19
6
0
0
24%
6+
8
0
0
4
33%
930
232
35
15
23%
Totaal
Tabel 37, Totaal aantal regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
In Winsum is eenzelfde beeld te zien als in Eemsmond. Ook hier zien we geen
afhankelijkheid tussen de omvang van een huishouden en het aantal regelingen dat per adres
wordt gebruikt.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
37
BMWE samen
Regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
1911
342
37
0
17%
2
1214
440
71
19
30%
3
383
132
37
8
32%
4
267
81
21
10
30%
5
89
29
5
5
30%
6+
48
12
1
32
48%
3912
1036
172
74
25%
Totaal
Tabel 38, Totaal aantal regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
Zoals verwacht is de overlap bij eenpersoonshuishoudens het kleinst en bij grote
meerpersoonshuishoudens het grootst.
Er is ook nog gekeken naar het aantal unieke regelingen dat per adres. Daarbij tellen dus 2
personen op 1 adres die allebei in de WSW vallen maar voor 1 mee). Het aantal adressen
waar gebruik wordt gemaakt van meer dan 1 regeling neemt dan in alle gemeenten af. Dit is
relevant omdat het laat zien hoeveel unieke problemen er op één adres voorkomen.
BMWE-gemeenten samen
Unieke regelingen
1
2
3
4+
Personen per
adres
1
%>1
regeling
1.911
342
37
0
17%
2
1.471
241
27
5
16%
3
410
122
22
6
27%
4
280
82
15
2
26%
5
95
28
4
1
26%
6+
62
25
5
3
35%
4.229
840
110
17
19%
Totaal
Tabel 39 Aantal verschillende regelingen afgezet tegen aantal personen per adres
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
38
Vergelijking van de soorten overlap:
Wanneer we de verschillende manieren om naar de overlap te kijken naast elkaar zetten, dan
zien we dat de overlap per persoon in de BMWE-gemeenten (tabel 40) gemiddeld 15 procent
bedraagt. Bij het optellen van alle regelingen per adres (tabel 41) is het overlappercentage 25
procent. Wanneer we kijken naar het overlappercentage in unieke regelingen per adres (tabel
42), dan is dat 19 procent.
Aantal
regelingen
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
1
958
1263
1833
1221
Totaal
BMWE
5254
2
282
178
243
188
884
3
20
16
11
11
58
4
1
24%
% >1
1
13%
12%
14%
15%
Tabel 40, Op persoonsniveau, met aantal regelingen waar men onder valt (zie ook tabel 30)
Een adres is gedefinieerd op basis van postcode en huisnummer. Daarna zijn alle regelingen
waarvan bekend is dat die op zo’n adres voorkomen opgeteld. Dat geeft voor de gemeenten
afzonderlijk en voor de regio als geheel onderstaande cijfers (zie ook tabellen 34 t/m 38):
Aantal
regelingen
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
1
680
918
1384
930
Totaal
BMWE
3912
2
243
247
314
232
1036
3
33
49
55
35
172
4 of meer
31
8
20
15
74
31%
25%
22%
23%
25%
% >1
Tabel 41, Op adres, met totaal aantal regelingen per adres geteld
Tenslotte is het aantal unieke regelingen per adres bepaald, hetgeen leidt tot onderstaande
cijfers (zie ook tabel 39):
Aantal
regelingen
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
1
742
1003
1489
995
Totaal
BMWE
4229
2
212
187
252
189
840
3
26
30
29
25
110
4 of meer
7
2
5
3
17
25%
18%
16%
18%
19%
% >1
Tabel 42, Op adres, met aantal unieke regelingen per adres geteld
De overlap is het grootst in de gemeente Bedum en het laagst in de gemeente Eemsmond.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
39
2.3 Overlap Bureau Jeugdzorg
In samenwerking met Bureau Jeugdzorg is gekeken naar de mate van overlap van de
jeugdzorg met de overige regelingen. Aangezien we niet beschikken over een uitsplitsing per
gemeente, geven we hieronder de totalen voor de BMWE-gemeenten weer.
Gemeente
WWB
WMO
AWBZ
VSV
Wajong
SHV
WSW
Bedum
1
2
0
0
0
0
0
De Marne
0
0
0
0
0
0
0
Eemsmond
1
0
0
2
0
0
0
Winsum
1
2
0
0
0
0
0
BMWE
3
4
0
2
0
0
0
Tabel 43, overlap regelingen met Bureau Jeugdzorg
In totaal zijn er 135 jeugdigen in de BMWE-gemeenten bekend bij Bureau Jeugdzorg.
Daarvan komen er 9 ook voor in andere regelingen. Deze overlap zien we met de WWB,
WMO en VSV. De overlap van jeugdigen bij Bureau Jeugdzorg met andere regelingen is dus
erg klein.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
40
Hoofdstuk 3
Participatie en zelfredzaamheid
3.1 Definitie van participatie/zelfredzaamheid
Met betrekking tot de mate van participatie en zelfredzaamheid kunnen we vaststellen dat er
(nog) geen eenduidig meetinstrument is dat voor de verschillende regelingen gehanteerd kan
worden. Ook is er (nog) geen eenduidige definitie van wat er onder het begrip
zelfredzaamheid
wordt
verstaan. Wel
zijn
er in
de
WWB en WSW
specifieke
meetinstrumenten die worden gehanteerd om de mate van participatie of de afstand tot de
arbeidsmarkt in kaart te brengen.
Zo wordt binnen de WWB de mate van participatie ingeschat aan de hand van het instrument
Participatieladder. De Participatieladder is een meetinstrument waarmee je kunt vaststellen in
hoeverre iemand, bijvoorbeeld een WWB'er meedoet in de samenleving. De ladder is
onderverdeeld in zes treden: van sociaal geïsoleerd tot werkend zonder ondersteuning. Door
dit twee keer te meten, (bijvoorbeeld voor en na inzet van een voorziening uit het
Participatiebudget) wordt zichtbaar of de mate van participatie is verhoogd. Daarmee worden
de resultaten van het participatiebeleid transparant. De indeling op de Participatieladder wordt
momenteel individueel geregistreerd in een tweetal systemen.
Binnen de WSW wordt vaak de zogenaamde werkladder gehanteerd, waarbij de
verschillende werkvormen binnen de WSW zijn gerangschikt naar afstand tot regulier werk.
De indeling op de WSW-ladder wordt niet individueel geregistreerd.
Voor de WMO-doelgroep wordt geen meetinstrument gehanteerd om de zelfredzaamheid in
kaart te brengen.
Om een goed beeld te krijgen van zelfredzaamheid van de gemeentelijke doelgroepen is
wellicht overzichtelijker om te gaan werken met één universeel meetinstrument dat van
toepassing is op alle doelgroepen. Uit een documentstudie blijkt dat er meerdere
meetinstrumenten bestaan om zelfredzaamheid te meten.
Kwalitatieve inschatting zelfredzaamheid BMC i.o.v. Divosa
In een rapport van BMC in opdracht van Divosa (2010) wordt een inschatting gemaakt van
verdiencapaciteit van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (WWB, Wajong, WSW).
De verdiencapaciteit wordt gedefinieerd als wat mensen zelf (eventueel met begeleiding)
kunnen verdienen, uitgedrukt als percentage van het Wettelijk Minimum Loon (WML). Er
wordt onderscheid gemaakt in vier groepen waarin mensen worden ingedeeld:

Groep 1: heeft een verdiencapaciteit ≥100% WML. Zij zijn zelfredzaam, voor deze
groep hoeven dus geen instrumenten worden ingezet.

Groep 2: heeft tijdelijk een verdiencapaciteit die lager is dan 100% WML. Voor deze
groep moet tijdelijke ondersteuning worden ingezet.

Groep 3: heeft een verdiencapaciteit die permanent tussen 20 en 100% WML ligt.
Deze groep is in staat om te werken naar vermogen. Voor hen kan het instrument
loondispensatie worden ingezet.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
41

Groep 4: heeft een verdiencapaciteit die permanent lager dan 20% is. Deze groep
kan niet werken, maar is aangewezen op dagbesteding.
Er is ook een inschatting gemaakt van de landelijke omvang van deze vier groepen. Deze
inschatting is weergeven in de onderstaande tabel en vertaald naar de gemeenten Bedum,
De Marne, Winsum en Eemsmond.
Verdien
capaciteit (%WML)
Landelijk
(%)
12%
Bedum
De Marne
Eemsmond
Winsum
BMWE
21
38
67
35
160
Tijdelijk < 100%
17%
29
54
95
49
227
20-100%
40%
68
126
224
115
533
=< 20%
32%
55
101
179
92
427
Totaal
100%
171
315
559
288
1.333
>= 100%
Tabel 44, Kwalitatieve inschatting van de doelgroepen WWB, WSW en Wajong nieuwe
instroom in 2011.
N.B. De aantallen van de groepen tellen niet precies op tot het getoonde totaal. Dit komt door
afronding. De landelijke percentages tellen namelijk op tot 101%. De getoonde totalen zijn
dus niet de som van groep 1 t/m 4.
Voor groep 1 en groep 4 hoeven de gemeenten niet in te zetten op toeleiding naar werk.
Deze groepen bestaan in de BMWE gemeenten uit respectievelijk 160 en 427 personen.
Groep 1 is namelijk in staat om zelf werk te zoeken en groep 4 kan niet werken, maar is
aangewezen op dagbesteding. Groep 3 heeft permanente ondersteuning nodig, maar is wel
in staat om te werken naar vermogen en bestaat uit 533 personen. Groep 2 bestaat uit 227
personen. Voor hen moeten de gemeenten tijdelijke ondersteuning bieden voordat zij aan het
werk kunnen komen.
Zelfredzaamheidmatrix (ontwikkeld door GGD Amsterdam)
Een ander instrument waarmee zelfredzaamheid wordt gemeten is de Zelfredzaamheid-Matrx
(ZRM). Dit instrument wordt met name gebruikt door professionals in de Openbare
Gezondheidszorg. Beleidsmakers en onderzoekers kunnen met het instrument de status van
doelgroepen en het effect van zorgaanbod evalueren.
Met dit instrument wordt op de volgende domeinen van het dagelijks leven een score
toegekend (ZRM Handleiding):

Inkomen; heeft een persoon genoeg geld om in basisbehoeften te voorzien?

Dagbesteding; is een persoon in staat en bereid een bepaalde vorm van
dagbesteding te aanvaarden?

Huisvesting; heeft de persoon een veilige, toereikende woning waar hij langere tijd
kan verblijven?

Gezinsrelaties; hoe gaan alle leden van het gezin met elkaar om (signalering van
huiselijk geweld, kindermishandeling en verwaarlozing)?

Geestelijke gezondheid; heeft de persoon last van een geestelijke stoornis?

Fysieke gezondheid; heeft de persoon een lichamelijke aandoening en hoe gaat hij
daarmee om (goed verzorgen, medicatie innemen)?
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
42

Verslaving; is de persoon verslaafd aan drugs of alcohol en wat is de invloed
daarvan op het dagelijks functioneren?

Vaardigheden m.b.t. Algemeen Dagelijks Leven (ADL); in welke mate kan de
persoon zichzelf redden bij het uitvoeren van Activiteiten van het Dagelijks Leven
(zowel eenvoudige vaardigheden als eten en wassen, als complexe vaardigheden
zoals het organiseren van het huishouden of zorgen voor kinderen)?

Sociaal netwerk; is de persoon in staat voldoende en voor hem juiste personen
(geen ‘foute vrienden’) om zich heen te verzamelen die hem kunnen steunen en
begeleiden in zijn groei en ontwikkeling?

Maatschappelijke participatie; in welke mate is de persoon in staat om deel te
nemen aan maatschappelijke activiteiten en organisaties (zowel vaardigheden en
motivatie als aanwezigheid van bevorderende/belemmerende factoren zoals
transport en kinderopvang)?

Justitie; is de persoon op dit moment of in het (recente) verleden in aanraking
gekomen met politie en justitie?
De score op deze domeinen varieert van 1-5:
1.
Acute problematiek
2.
Niet zelfredzaam
3.
Beperkt zelfredzaam
4.
Voldoende zelfredzaam
5.
Volledig zelfredzaam
De betekenis van deze scores voor elk domein worden in een matrix toegelicht. Zo heeft
iemand met acute problematiek op het domein ‘inkomen’ geen inkomsten en hoge/groeiende
schulden. Wanneer een persoon voldoende zelfredzaam is om dit domein komt hij aan de
basisbehoeften tegemoet zonder uitkering en heeft schulden in eigen beheer die verminderen.
Met dit instrument kan op uiteenlopende domeinen de zelfredzaamheid worden beoordeeld
die van toepassing zijn op de gemeentelijke doelgroepen.
We zien hier dat er dus verschillende manieren zijn om
zelfredzaamheid te meten. Nu
gemeenten steeds meer een beroep moeten gaan doen op het eigen vermogen van mensen,
is het belangrijk om zicht te hebben op in hoeverre zijn daar werkelijk toe in staat zijn. Met de
decentralisaties komen er nieuwe doelgroepen voor gemeenten bij. Hierop moeten zij hun
dienstverlening gaan aanpassen. Om een goed beeld te krijgen van de totale doelgroep is het
aan te bevelen om te kiezen voor één instrument voor alle doelgroepen in de verschillende
regelingen.
3.2 Participatie en zelfredzaamheid van de doelgroepen
Om toch een beeld te schetsen van de mate van zelfredzaamheid en participatie van de
verschillende doelgroepen kunnen we bij gebrek aan een meetinstrument ook kijken naar de
voorzieningen die mensen gebruiken en zo een indicatie krijgen van de mate van
zelfredzaamheid.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
43
WMO voorzieningen BMWE gemeenten
Voorziening
6
Bedum
De Marne
Winsum
Eemsmond
Huishoudelijke hulp
262
289
214
552
Totaal
BMWE
1317
Rolstoel
135
94
106
160
495
Scootmobiel
105
90
76
125
396
Taxi
631
564
547
506
2248
Individueel vervoer
152
233
146
148
679
Woning
42
155
123
402
722
Overig
-
-
9
115
124
Totaal
1327
1425
1221
2008
5981
7
Tabel 45, Absoluut aantal verstrekte voorzieningen per categorie (primo 2012)
Voorziening
Bedum
De Marne
Winsum
Eemsmond
Huishoudelijke hulp
20%
20%
18%
27%
Totaal
BMWE
22%
Rolstoel
10%
7%
9%
8%
8%
Scootmobiel
8%
6%
6%
6%
7%
Taxi
48%
40%
45%
25%
38%
Individueel vervoer
11%
16%
12%
7%
11%
Woning
3%
11%
10%
20%
12%
Overig
-
-
1%
Totaal
100%
100%
100%
2%
100%
100%
Tabel 46, relatief aantal versterkte voorzieningen per categorie
De verstrekte WMO voorzieningen in de gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en
Eemsmond zijn onderverdeeld in zes categorieën (zie ook bijlage 1). We zien dat de
voorzieningen betrekking hebben op huisvesting, huishoudelijke hulp en mobiliteit. Veruit het
grootste aandeel van de voorzieningen heeft betrekking op mobiliteit; rolstoel, scootmobiel,
taxi, individuele vervoersvoorziening. Van de collectieve vervoersvoorziening (taxi) wordt het
meest gebruik gemaakt. In totaal bestaat 38% van de WMO-voorzieningen uit een
taxivoorziening. In Bedum is dit aandeel met 48% het hoogst. Rolstoelen en scootmobiels
worden in vergelijking tot de andere voorzieningen die betrekking hebben op mobiliteit veel
minder vaak verstrekt. Op de tweede plaats komt huishoudelijke hulp. In de BMWEgemeenten bestaat 22% van de voorzieningen uit huishoudelijke hulp. In Eemsmond wordt in
verhouding meer huishoudelijke hulp vanuit de WMO gegeven (27%).
6
Sommige registraties zijn samengenomen. Bijvoorbeeld, als er bij een persoon meerdere registraties
m.b.t.
een rolstoel zijn is dit 1 keer als verstrekte voorziening meegenomen.
7
Zie voor de indeling van voorzieningen in categorieën bijlage 1.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
44
Aantal
voorzieningen
Bedum
De Marne
Winsum
Eemsmond
1
62%
53%
58%
54%
Totaal
BMWE
56%
2
25%
25%
25%
24%
25%
3
9%
11%
11%
12%
11%
4
4%
4%
5%
6%
5%
5
1%
2%
1%
2%
2%
6
0,1%
1%
1%
1%
0,5%
0,2%
0,1%
100%
100%
7
Totaal
100%
100%
100%
Tabel 47, Relatief aantal voorzieningen per persoon
Ruim de helft van alle cliënten uit de WMO in de BMWE-gemeenten maakt gebruik van één
voorziening. Een kwart van de cliënten krijgt twee voorzieningen. Het gebruik maken van 5 of
meer voorzieningen komt in alle gemeenten weinig voor. Eemsmond is de enige gemeente
waar het voorkomt dat er gebruik wordt gemaakt van 7 voorzieningen.
AWBZ extramurale begeleiding
De voorzieningen binnen de extramurale begeleiding van de AWBZ vallen uiteen in een
viertal categorieën, die elk nog weer als PGB of als ZIN verstrekt kunnen worden:

Begeleiding in dagdelen met vervoer

Begeleiding in dagdelen zonder vervoer

Begeleiding in uren

Kortdurend verblijf
Voor de diverse gemeenten is de verdeling over deze categorieën als volgt:
Voorziening
Bedum
De Marne
Winsum
26%
Eemsmon
d
26%
Totaal
BMWE
26%
Begeleiding met vervoer
24%
26%
Begeleiding zonder vervoer
10%
10%
12%
11%
11%
Begeleiding in uren
54%
51%
50%
47%
50%
Kortdurend verblijf
13%
13%
12%
17%
13%
100%
100%
100%
100%
100%
Tabel 48, categorieën extramurale begeleiding
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
45
3.3 Maatregelen om de participatie/zelfredzaamheid te vergroten
De beleidsmaatregelen die kunnen worden genomen om de participatie of zelfredzaamheid
van de verschillende doelgroepen te vergroten zijn zeer divers. Wanneer we kijken naar
participatie, dan kunnen we een onderscheid maken tussen arbeidsparticipatie en
maatschappelijke participatie. Arbeidsparticipatie heeft tot doel om mensen naar betaald werk
te begeleiden. Met maatschappelijke participatie staat (onbetaalde) deelname aan
maatschappelijke activiteiten voorop. Wanneer we kijken naar de regelingen op het terrein
van werk en inkomen, dan zal in eerste instantie de inzet erop gericht zijn om mensen in
betaald werk te plaatsen. Alleen als iemand niet in staat is om betaald werk te verrichten zal
worden gekeken naar een zorgaanbod of een aanbod in het kader van maatschappelijke
activering.
Maatregelen die ondermeer kunnen worden genomen om arbeidsactivering te bevorderen
zijn:

Invoeren van Social Return On Investment (SROI) in zowel aanbestedingstrajecten
als bij subsidierelaties. Bij contractrelaties kunnen eisen worden gesteld aan het in
dienst nemen van mensen uit de doelgroepen of het aanbieden van leerwerkplekken. Bij subsidierelaties kunnen eisen worden gesteld rond het beschikbaar
stellen van participatieplekken voor mensen met een grote afstand tot de
arbeidsmarkt.

Het actief benaderen en onderhouden van een netwerk van werkgevers in de regio
draagt bij aan het versterken van de relaties met werkgevers. Zij hebben de banen
waar mogelijk ook de doelgroepen van de gemeenten op kunnen worden geplaatst.

De gemeenten zijn zelf ook werkgever. Ook zij kunnen mensen uit de doelgroep
opnemen en hiermee een voorbeeld voor ondernemers in de regio zijn.

Ook mensen zelf kunnen maximaal worden geactiveerd om op zoek te gaan naar
een betaalde baan. Door activerend armoedebeleid en het vragen van een
tegenprestatie voor een uitkering kunnen mensen worden verleid om op zoek te
gaan naar werk.
Wat betreft zelfredzaamheid kunnen we verschillende maatregelen nemen om er voor te
zorgen dat mensen langer zelfstandig in de maatschappij kunnen functioneren. Maatregelen
om de zelfredzaamheid te vergroten zijn zeer divers en omvatten de domeinen werk en
inkomen (zie hiervoor), wonen, welzijn en zorg. Maatregelen die op de laatgenoemde
domeinen kunnen worden getroffen om mensen (langer) zelfredzaam te laten zijn, zijn
ondermeer:

Bij de bouw, de planning of de organisatie van voorzieningen kan rekening worden
gehouden met de geografische spreiding van de doelgroepen. Hierdoor kunnen
mensen makkelijker bij ee aanbod komen en kunnen vervoerbewegingen worde
geminimaliseerd (en dus ook vervoerskosten worden bespaard).

Door gebruik te maken van technologische mogelijkheden kunnen mensen langer
zelfstandig blijven wonen of in staat worden gesteld om sociale contacten met hun
omgeving te onderhouden.

Door zelfhulpgroepen of zogenaamde ‘Maatjes-projecten’ kunnen mensen met
lotgenoten, familie of vrienden in staat worden gesteld om zichzelf in hun eigen
omgeving te redden. De gemeente kan dit stimuleren.

Door te blijven zorgen voor diversiteit in wonen en groepen die samenleven kan de
kans op zelfredzaamheid in eigen dorp, wijk of buurt worden vergroot. Bij een te
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
46
eenzijdige samenstelling van het woningbestand of de bevolking bestaat in bepaalde
gebieden het gevaar dat mensen zichzelf niet meer aan hun omgeving kunnen
optrekken.

Door informele zorg te ondersteunen (mantelzorg, etc.) kan de zelfredzaamheid van
mensen worden vergroot en daarmee kunnen ook sociale contacten worden
geborgd.

De WWB-doelgroep kan, in het kader van een tegenprestatie voor de uitkering,
worden ingezet als een informele hulp bij kwetsbare burgers. Het mes snijdt hier aan
meerdere kanten. Enerzijds wordt de doelgroep actief gehouden en anderzijds wordt
een aanbod voor de hulpbehoevende burgers gecreëerd dat anders onder druk van
de bezuinigingen misschien weg zou moeten worden gesaneerd.

Door het aanbieden van alfabetiserings- en automatiseringscursussen kunnen de
basisvoorwaarden voor deelname aan de moderne maatschappij worden verbeterd.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
47
Hoofdstuk 4
Netwerken rond de doelgroepen
4.1 Organisaties die betrokken zijn bij de dienstverlening aan de doelgroepen
Gemeenten kunnen sociale problemen veelal niet alleen oplossen. Vaak is een samenspel
met andere organisaties noodzakelijk om problemen te signaleren, oplossingen te definiëren
en (integrale) dienstverlening te organiseren. In dit hoofdstuk geven we een (niet uitputtend)
overzicht van de organisaties die in het werkgebeid van de BMWE-gemeenten actief zijn op
een vijftal domeinen:
:





Inkomen
Werken
Welzijn (ook recreatie en sport)
Zorg
Wonen
De organisaties kunnen op verschillende schalen actief zijn:





Landelijk
Noord-Nederland
Provinciaal
Bovenlokaal
Lokaal
Er zijn voorzieningen die gevestigd zijn in een bepaalde gemeente, bijvoorbeeld
woonzorgcentra, waar wel mensen gebruik van maken uit andere gemeenten. Deze
voorzieningen zijn wel ondergebracht in de betreffende gemeente. Voor de inventarisatie is
gebruik gemaakt van verschillende bronnen als gemeentegidsen, Sociale Almanak OOGZ,
Provinciaal Werkgelegenheidsregister en diverse internetsites.
4.2 Landelijke organisaties
Welzijn

Landelijke Oudervereniging Balans
Zorg

Inspectie voor de Gezondheidszorg - Zwolle
4.3 Noord-Nederlandse organisaties
Welzijn

Kinderen- en jongerenrechtswinkel – Groningen
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
48
Zorg










Philadelphia Zorg Noord – Sneek
Consultatie Seksueel Misbruik voor mensen met een beperking Noord-Nederland –
Groningen
Indicatieorgaan CIZ Assen
Pasana – Dokkum en Veenwouden (ouderenzorg)
Verslavingszorg Noord-Nederland – Groningen
Zorg Centrale Noord – Meppel
Bureau Halt Noord-Nederland
Thuiszorg Respect – Zuidhorn
Hulpmiddelencentrum Noordoost Nederland – Groningen
ANGO Algemene Nederlandse Gehandicapten Organisatie Noord (advies/hulp bij
vragen over regelingen en voorzieningen die direct te maken hebben met handicap
en ziekte) – Groningen
4.4 Provinciale organisaties
Inkomen


Sociale Verzekeringsbank – Groningen
Het Juridisch Loket – Groningen
Welzijn





Stichting Welzijn en Dienstverlening – Delfzijl
Bureau Sociaal Raadslieden (informatie en advies op sociaal juridisch terrein aan
kwetsbare burgers) – Landelijk, maar met vestigingen in provincie.
MJD Maatschappelijke Dienstverlening – Groningen
Mentorschap Groningen
CMO Centrum voor Maatschappelijk Ontwikkeling - Groningen
Zorg















De Zijlen (ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking)
Nederlandse Vereniging van Blinden en Slechtzienden (NVSB) – Appingedam
NOVO – Groningen
Doktersdienst Groningen
Lentis – Groningen
MEE Groningen
Vraag- en Informatiepunt geestelijke gezondheid (V!P) – Groningen (hoort bij MEE
Groningen)
Accare Kinder- en Jeugdpsychiatrie – Groningen
Bureau Jeugdzorg – Groningen
GGD – Groningen
Zorgbelang Groningen – Groningen
Vertrouwenspersoon Cliënten Jeugdzorg, afd. van Zorgbelang Groningen
TSN Thuiszorg Groningen
Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld - Groningen
Elker (jeugd- en opvoedhulp) – Groningen
Molendrift (hulpverlening voor gedrags-, opvoedings-, leer-, werk- en
omgangsproblemen) – Groningen
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
49
Wonen

Fokus Groningen – Groningen (huisvesting + zorg voor mensen met en lichamelijke
handicap)

Stichting De Hoven – Onderdendam (woonzorgcentra en verpleeghuizen)

Zonnehuisgroep Noord – Zuidhorn (verpleeghuis, maaltijdvoorziening)
4.5 Bovenlokale organisaties
Inkomen



Cliëntenraad WWB Sociale Zaken en Werk De Marne en Winsum Gr. – Winsum
Groningse Kredietbank - Groningen
Volkskredietbank - Appingedam
Werk






Werkplein Noordwest-Groningen – Winsum.
UWV Werkbedrijf – Winsum
Sociale Werkvoorziening Ability – Uithuizen
Steunpunt Vrijwilligerswerk De Marne en Winsum (is ondergebracht bij Werkplein)
ATC Werk op Maat (werkplekken met begeleiding) – Uithuizen
De Factory (arbeidsbemiddeling) - locaties in Winsum en Groningen
Welzijn



Centrum voor Jeugd en Gezin (vestigingen hiervan in de gemeente De Marne,
Bedum, Eemsmond…) - Winsum
Jongerenwerk Barkema & De Haan
Humanitas afd. ’t Hoogeland (Bedum, De Marne, Winsum) – Bedum
Zorg





De Brug Noord-Groningen (recreatie voor mensen met een verstandelijke beperking)
– Bedum
Thuiszorg Fivelland - Appingedam
Servicedienst Fivelingo (kleine klussen in en om het huis voor ouderen en mensen
met een beperking) – Appingedam
Dignis (onderdeel van Lentis) - Delfzijl
Welnis (onderdeel van Lentis) - Delfzijl
Wonen

Woningcorporaties
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
50
4.6 Lokale voorzieningen Bedum
Werk

Vrijwilligers Vacaturebank – Bedum
Welzijn
















Stichting Welzijn Bedum (algemeen maatschappelijk werk, steunpunt mantelzorg,
vrijwilligershulp, steunpunt vrijwilligerswerk)
Werklocatie de Schraag (dagbesteding, onderdeel van De Noorderbrug, is
organisatie in Noord Nederland en Overijssel/Gelderland) – Bedum
Jeugdwerkplatform De Stiep – Bedum
Jongerenwerk Stichting Welzijn Bedum
Dagbesteding Bedum (onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Dagbesteding (onderdeel van Stichting Sprank) – Bedum
Ontmoetingscentrum/catering (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Driepinter (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Transportgroep (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Kinderboerderij ‘Maatjeshonk’ (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) –
Bedum
Kadootje Opmaat (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Copyshop Copy Opmaat (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Boerderij Noordwolde (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Dagbesteding Zuidwolde (onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Kunst uitleen op maat (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) - Bedum
Restaurant en catering (dagbesteding, onderdeel van ’s Heeren Loo) – Bedum
Zorg










ZorgLoket (gezondheidszorg, gehandicapten, ouderen, welzijn/maatschappij
Zorgboerderij de Golden Raand – Noordwolde
Kindertherapie: Hulp bij leer en gedragsproblemen (BSM-therapeut/ visueel
screener) – Bedum
Buurtzorg Bedum e.o.
Opvoedondersteuning Nanny van het Noorden – Bedum
De Zonnebloem afd. Bedum
Huisartsen
Psychologen
Thuiszorg De Hoven (onderdeel van De Hoven) - Onderdendam
Zorgboerderij ‘De Baistenboudel’ – Onderdendam
Wonen








’s Heeren Loo (meerdere locaties aan de Kwartel, Patrijs, Kwikstaart, Fazant, Merel,
Folkerdastraat, Grotestraat, Leeuwerik) – Bedum
Stichting Sprank: De Ransuil, De Reiger en De Steenuil in Bedum
Wonen Langs de Lijn (onderdeel van De Noorderbrug) – Bedum
Wonen Mensemastraat (onderdeel van De Noorderbrug) – Bedum
Stichting SBO – Onderdendam
Stichting seniorenhuisvesting Bederwalda – Bedum
Verzorgingscentrum Alegunda Ilberi – Bedum
Appartementen Mensemastraat (onderdeel van Stichting Sprank) - Bedum
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
51
4.7 Lokale voorzieningen De Marne
Welzijn



Algemeen Maatschappelijk Werk Stichting Welzijn & Dienstverlening (bij het
ZorgLoket)
Mien Toentje (dagbesteding, onderdeel van Philadelphia Zorg Noord) –
Kloosterburen
DoeZoe Insectenwereld (dagbesteding) - Leens
Zorg
















Zorgloket: gehandicaptenvoorziening, maaltijdvoorziening, persoonsgebonden
budget, regiotaxivervoer, mantelzorgondersteuning, seniorenvoorlichting,
welzijnswerk
Zorgboerderij Pieterburen
Stichting Platform Gehandicapten De Marne – Eenrum
MD Zorg en activering – Eenrum
Stichting Keroazie (dagbesteding, begeleiding, verzorging, verblijf)– Pieterburen
Huisartsen
Psychologen
Buurtzorg De Marne – Wehe den Hoorn
Thuiszorg De Zorgpartners – Eenrum
Zonnehuisgroep Noord met Thuiszorg Westerkwartier - Wijkteam De Marne
Praktijk Kind in Beeld (gezinsbegeleiding en opvoedondersteuning) – Wehe den
Hoorn
Psychologen
De Zonnebloem, afd. De Marne
José Oude Lenfering (begeleiding beweging ouderen) – Pieterburen
De Vloedlijn (geestelijke gezondheidszorg) – Wehe den Hoorn
Zorgkwekerij de daglelie – Kloosterburen
Wonen




Huurdersverening De Marne/De Terpen – Baflo
Stichting tot Exploitatie van Woningen voor Ouderen – Eenrum
Woonzorgcentrum ’t Olde Heem (onderdeel van Zonnehuisgroep Noord) –
Kloosterburen
Woonzorgcentrum Asingahof (onderdeel van Zonnehuisgroep Noord) - Ulrum
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
52
4.8 Lokale voorzieningen Winsum
Welzijn






De Blauwe Schuit (centrum voor cultuur, educatie en welzijn) – Winsum
Stichting Jeugdwerk Den Andel – Den Andel
Hulpdienst De Helpende Hand – Winsum
Stichting Welzijn en Dienstverlening locatie Winsum – Winsum
De Ouwe Kraai (kringloopwinkel, voor dagbesteding) – Winsum
Ambulant Winsum (onderdeel van Novo) - Winsum
Zorg











WMO-loket (ondersteuningsvragen WMO) – Winsum
Platform gehandicaptenbeleid Winsum – Winsum
Wiertsema Adviseurs (advisering en ondersteuning voor mensen met een beperking
die een PGB willen aanvragen) – Winsum
Praktijk Kom en vraag (geestelijke gezondheidszorg) – Winsum
DCB Dienstencentrum Baflo – Baflo
Huisartsen
Psychologen
De Zonnebloem afd. Winsum
Gezondheidscentrum Winsum – Winsum
TSN Thuiszorg – Winsum
Zorgboerderij (stichting Hineni) – Adorp
Wonen






Verpleeghuis De Twaalf Hoven (onderdeel van De Hoven) – Winsum
Woonzorgcentrum Viskenij (onderdeel van De Hoven) – Baflo
Woonzorgcentrum Winkheem (onderdeel van De Hoven) – Winsum
OWOG Over Wonen van Ouderen Gesproken (valt onder stichting 55+, gaat over
wonen, zorg en welzijn)
Woongemeenschap Winsum (onderdeel van NOVO) – Winsum
De Noorderbrug Woonondersteuning (onderdeel van De Noorderbrug) - Winsum
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
53
4.9 Lokale voorzieningen Eemsmond
Werken


Vrijwilligers Vacature Bank Eemsmond - Uithuizen
AC Uithuizen (activiteitencentrum van Activering/re-integratie Lentis) - Uithuizen
Inkomen

Cliëntenraad WWB Eemsmond - Uithuizen
Welzijn













Maatschappelijke en Juridische Dienstverlening afd. Eemsmond – gemeentehuis
Uithuizen/ huisartsenpraktijk Warffum
Jongerenwerk Eemsmond – Baflo
Stichting Welzijn Bejaarden Usquert – Usquert
Hosea Counseling (maatschappelijk werk) – Uithuizen
Humanitas afd. Eemsmond
MJD Maatschappelijke Dienstverlening afd. Eemsmond – Uithuizen
De Zonnebloem afd. Eemsmond – Uithuizen
Centrum voor dagbesteding Engersma (onderdeel van NOVO) – Uithuizen
Centrum voor dagbesteding (onderdeel van NOVO) - Uithuizen
Ambulant Uithuizen (onderdeel van NOVO) – Uithuizen
Dienstencentrum Molenerf (onderdeel van NOVO) – Uithuizen
Kwekerij het Noorden (dagbesteding, onderdeel van Novo) – Uithuizen
GoudGoed (maatschappelijke opvang/dienstverlening, onderdeel van WerkPro) Uithuizen
Zorg














Stichting platform gehandicaptenbeleid Eemsmond – Uithuizermeeden
Gezondheidscentrum Warffum – Warffum
Huisartsen
Psychologen
Buurtzorg Eemsmond – Uithuizen/Warffum
Thuiszorg Noord – Uithuizermeeden
Nevenvestiging Molendrift – Uithuizermeeden
Stichting Voorzieningen Ouderen Eemsmond (SVOE, vormt één stichting met
Thuiszorg Noord, Woonzorgcomplex Hunsingoheerd en Zorgcentrum De Mieden) –
Uithuizermeeden
TSN Thuiszorg – Uithuizen
Linis FACT (Functie Assertive Community Treatment, geestelijke gezondheidszorg,
onderdeel van Lentis – Uithuizen
Biologisch-dynamische zorgtuinderij de Eemstuin – Uithuizermeeden
Zorgboerderij Calidad – Uithuizen
Zorg/dorpsboederij Zandeweer – Zandeweer
Zorgboerderij Veldzicht – Oosternieland
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
54
Wonen








Woongemeenschap Spoorstraat (onderdeel van NOVO) – Uithuizen
Woonzorgcomplex Hunsingoheerd (onderdeel van NOVO) - Uithuizen
Zorgcentrum Warfheem (onderdeel van De Hoven) – Warffum
Zorgcentrum De Mieden (onderdeel van SVONN) – Uithuizermeeden
Groepswonen voor ouderen Warffumburen
Vereniging Seniorenwoongroep Usquert – Usquert
Woonzorgcomplex Hunsingoheerd (onderdeel van SVONN) – Uithuizen
Wonen Uithuizen (onderdeel van Lentis) – Uithuizen
Figuur 9, Aantal organisaties per 4-cijferige postcode (bron: bovenstaande overzichten, bewerking
CAB).
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
55
Hoofdstuk 5
Conclusies
5.1 Algemeen
Gemeenten worden als gevolg van decentralisaties vanuit het Rijk steeds meer
verantwoordelijk voor de dienstverlening aan haar burgers in het sociale domein. Bij
decentralisaties wordt er van uit gegaan dat gemeenten in staat zullen zijn om meer
maatwerk te leveren, slagvaardiger te opereren en integraler te werken. Het effect hiervan zal
een efficiëntere en effectievere uitvoering moeten zijn. Om dit te realiseren is het noodzakelijk
dat gemeenten in kaart krijgen wat de aard en omvang van hun doelgroepen is, welke overlap
er tussen regelingen bestaat, wat mensen zelf nog kunnen en waar je als gemeente op moet
ondersteunen en welke samenwerkingspartners er actief zijn in de regio.
5.2 Aard en omvang van de doelgroep en hun overlap
In de BMWE wonen ruim 50.000 mensen. Net als in andere regio’s in Groningen zal ook hier
het aantal mensen de komende jaren gaan krimpen als gevolg van vergrijzing en
ontgroening. De ontgroening ligt in de BMWE-gemeenten hoger dan in de rest van de
provincie en is de belangrijkste verklaring voor de krimp. Als gevolg hiervan vergrijst de
bevolking en zal het beroep op zorgvoorzieningen als de WMO naar verwachting gaan
stijgen.
We hebben in dit onderzoek gekeken naar het aantal mensen dat een beroep doet op een
regeling in het sociale domein. Jaarlijks worden in de vier gemeenten gezamenlijk zo’n 7.400
voorzieningen verstrekt vanuit de AWBZ, WMO, Wajong, WWB, WSW, schuldhulpverlening,
jeugdzorg en voortijdig schoolverlaten. Verreweg de grootste groep mensen (zo’n 3.200) doet
een beroep op een WMO-voorziening. De gemeenten Eemsmond en De Marne zijn in alle
doelgroepen
relatief
het
sterkst
vertegenwoordigd,
terwijl
Winsum
juist
lager
vertegenwoordigd is.
Ruim duizend mensen krijgen extramurale begeleiding vanuit de AWBZ. Deze groep komt
naar verwachting in de komende jaren onder verantwoordelijkheid van de gemeenten te
vallen. 745 mensen uit deze groep krijgen dit in de vorm van een Persoonsgebonden Budget
(PGB) en de rest in de vorm van Zorg in Natura (ZIN). In de gemeente Eemsmond is deze
groep relatief het hoogst en in Bedum en Winsum het laagst.
De mensen in de WMO vormen een grote doelgroep van bijna 3.200 personen.
Voorzieningen die zij aangeboden krijgen hebben vooral tot doel om de mobiliteit te
verbeteren, het huishouden op orde te houden of de woning aan te passen zodat men
zelfstandig kan blijven wonen. In de gemeente Winsum maakt een relatief laag aantal
mensen gebruik van een WMO-voorziening, terwijl het beroep op WMO-voorzieningen vooral
hoog is in Bedum, Ulrum en Kloosterburen. Voor Bedum lijkt dit te maken te hebben met de
woonvoorziening van ’s Heeren Loo.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
56
In de BMWE-gemeenten woont een groep mensen met een Wajong-uitkering die in totaal
ruim 1.100 personen omvat. De groep groeit nog steeds. Vrijwel alle Wajong´ers zijn volledig
arbeidsongeschikt en zit al langer dan 5 jaar in een uitkering. Als gevolg hiervan is de afstand
tot de arbeidsmarkt groot.
De WWB-doelgroep omvat bijna 900 personen. In de gemeente Bedum is deze groep relatief
het kleinst en in de gemeente Eemsmond het grootst. Bijna tweederde van deze doelgroep is
alleenstaand en het grootste deel zit langer dan een jaar in de bijstand.
De WSW-doelgroep omvat ruim 400 personen. Het gros hiervan werkt bij het SW-bedrijf
Ability in Uithuizen. Zo’n 16 procent van de WSW’ers werkt bij een reguliere werkgever via
een detacheringconstructie of Begeleid werken. Concentraties van de WSW_doelgroep zien
we met name rond de uitvoeringslocaties Uithuizen en Wehe den Hoorn. Het ligt niet voor de
hand dat de arbeidsongeschiktheid in deze kernen hoger is dan in de rest van de regio.
Mogelijk heeft dit te maken met verhuizingen van de doelgroep dichter bij hun werk of met het
fenomeen dat aanbod ook vraag creëert.
Ruim 450 mensen heeft een schuldhulpregeling. Deze groep is relatief en in absolute
aantallen het grootst in de gemeente Eemsmond.
Begin dit jaar zaten 135 jeugdigen in de jeugdzorg. Dit is de optelsom van de Toegang (=
vrijwillig), Ondertoezichtstelling, Voogdij en Jeugdreclassering (= gedwongen). Bijna 60
jeugdigen waren afkomstig uit de gemeente Eemsmond, dat daarmee relatief en absoluut het
hoogst scoort. De gemeente De Marne volgt met 27 jeugdigen die gebruik maken van een
jeugdzorgvoorziening.
Er zijn binnen de BMWE-gemeenten in vergelijking met het provinciaal en landelijk
gemiddelde relatief weinig schoolverlaters. Tussen de BMWE-gemeenten zijn grote
onderlinge verschillen. De gemeente De Marne heeft een relatief groot aantal schoolverlaters
in het voortgezet onderwijs en de gemeente Eemsmond bij het middelbaar beroepsonderwijs.
Wanneer we naar de overlap tussen regelingen kijken, dan valt deze in de praktijk mee en
beperkt het zich tot een aantal combinaties van regelingen. In zijn algemeenheid is de overlap
tussen arbeidsongeschiktheidsregelingen met de WMO behoorlijk groot. In totaal gaat het om
een groep van ruim 550 personen. Ook een regeling als schuldhulpverlening overlapt in
belangrijke mate met andere regelingen, vooral de WWB. Wanneer we onderzoek elders
projecteren op de situatie in de BMWE-gemeenten, dan zullen van de ruim 1.000 mensen
met een AWBZ-voorziening in de BMWE-gemeenten ca. 400 mensen ook een WMOvoorziening hebben. Voor 100 mensen met een AWBZ-voorziening geldt dat ze ook een
WSW-voorziening hebben en voor 50 mensen met een AWBZ-voorziening geldt dat ze ook
een WWB-voorziening hebben.
Bij de overlap in regelingen op persoonsniveau springen in Bedum de mensen met een
WMO-voorziening (overlap in 35% van de gevallen tegen 21% in heel BMWE) en Wajong’ers
(overlap in 63% van de gevallen tegen 43% in heel BMWE) er uit. Bij de overlap op
adresniveau vallen in Bedum de adressen waar 1 persoon woont op met een overlap in 28%
van de gevallen, tegen 17% voor heel BMWE. Dit kan worden veroorzaakt door de
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
57
woonvoorzieningen van ’s Heeren Loo, als veel cliënten daar een eigen adres hebben. Van
de ruim 400 WSW’ers maakt bijna de helft ook gebruik van een andere regeling.
In augustus 2013 ontstond de mogelijkheid om ook de AWBZ-voorzieningen mee te nemen
in het bepalen van de overlap tussen regelingen. Hierbij zijn de huidige AWBZ-bestanden
vergeleken met de bestanden van de verschillende andere regelingen uit 2012.
Uit het onderzoek blijkt dat de gemeente Eemsmond relatief het grootste aantal AWBZ-ers in
haar gemeente heeft. De gemeente Bedum heeft relatief het kleinste aandeel AWBZ-ers in de
bevolking.
Wanneer we
de AWBZ vergelijken met
de
andere
regelingen,
dan stijgen de
overlappercentages met 10 tot 20 procent, afhankelijk van de beschouwde regeling. De
AWBZ overlapt vooral met de WMO en de Wajong, een beeld dat ook in andere regio’s is te
vinden. Voor de BMWE-gemeenten bedraagt de stijging van de overlap van de WMOpopulatie 16 procentpunten (van 21 naar 37%) en van de Wajong-populatie 19 procentpunten
(van 43 naar 62%). Het algemeen beeld dat we vinden is dat er een behoorlijke overlap is
tussen zorg (AWBZ en WMO) en arbeidsongeschiktheid (Wajong en AO).
De stijging van de overlappercentages is het hoogst in de gemeente Eemsmond, wat
verklaart kan worden uit het feit dat relatief veel mensen uit deze gemeente een AWBZvoorziening hebben. In Bedum daarentegen zijn de overlappercentages relatief laag.
5.3 De mate van participatie en zelfredzaamheid van de doelgroepen
Binnen de BMWE-gemeenten worden verschillende instrumenten gehanteerd om de afstand
van mensen tot de arbeidsmarkt in kaart te brengen. Zo wordt binnen de WWB de
zogenaamde participatieladder gehanteerd en gebruikt men binnen de WSW de werkladder.
De kans op economische zelfredzaamheid van mensen wordt hiermee inzichtelijk gemaakt.
Zelfredzaamheid gaat echter verder dan dat. Ook zaken als een dak boven je hoofd, het
voeren van een huishouden, het hebben van een sociaal netwerk, gezond en mobiel zijn
spelen een rol bij de zelfredzaamheid van mensen. Binnen de BMWE-gemeenten ontbreekt
het nog aan een eenduidige beeld over wat men gemeentebreed onder zelfredzaamheid en
participatie verstaat. Wanneer de gemeenten toe willen naar integrale dienstverlening is het
zaak om een gemeenschappelijke taal te ontwikkelen en wellicht na te denken over een
integraal diagnose-instrument om de mate van zelfredzaamheid en participatie in kaart te
brengen en hiermee vast te stellen welke mate van ondersteuning een burger van de
overheid nodig heeft.
5.4 Mogelijkheden om de participatie en zelfredzaamheid te vergroten
De BMWE-gemeenten kunnen verschillende beleidsmaatregelen nemen om de participatie
en zelfredzaamheid van hun burgers te vergroten. Rond arbeidsparticipatie liggen er drie
aangrijpingspunten. Allereerst kan de aanbodzijde van de markt worden verstevigd door
mensen uit de doelgroep actief te houden. Iedereen die in staat is om een arbeidsprestatie te
leveren zou ook (betaald of onbetaald) werk moeten doen. Niet alleen om zichzelf actief te
houden, maar ook om de arbeidscapaciteiten die mensen nog hebben ook zo volledig
mogelijk te benutten. Ten tweede kan de vraagzijde van de arbeidsmarkt worden
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
58
gestimuleerd door bijvoorbeeld eisen te stellen bij het aangaan van contract- of
subsidierelaties. Als gemeenten zelf kan een voorbeeld worden gesteld door mensen uit de
verschillende doelgroepen in dienst te nemen. Tot slot kan het matchingsproces tussen vraag
en aanbod worden gestroomlijnd door te blijven investeren in de relatie met werkgevers.
De zelfredzaamheid van burgers vergroten vraagt een integrale aanpak waarbij over de
verschillende, vaak verkokerde, beleidsterreinen wordt heengekeken. Zo kunnen maatregelen
worden genomen waarbij mensen al dan niet in samenhang met hun directe sociale
omgeving zelfstandig kunnen blijven wonen. De gemeente kan de zelfredzaamheid van
mensen ondersteunen door te investeren in bijvoorbeeld mantelzorgers of door de
doelgroepen die nu nog langs de kant van de arbeidsmarkt staan op taken in te zetten die de
zelfredzaamheid van hulpbehoevenden bevorderen. Ook kan de gemeente bij de planning,
organisatie of de bouw van voorzieningen of activiteiten rekening houden met de
geografische spreiding van doelgroepen. Dit maakt het makkelijker voor mensen om deel te
nemen zonder dat men een beroep op de gemeente of het eigen sociale netwerk hoeft te
doen.
Bij de overlap tussen doelgroepen hebben we gezien dat deze in de praktijk meevalt en
veelal
ligt
bij
op
specifieke
regelingen,
bijvoorbeeld
op
het
grensvlak
van
arbeidsongeschiktheid en de WMO of op de AWBZ en de WMO. Hier zou je samenwerking
met het UWV en (nu nog) het Zorgloket kunnen zoeken. Het aantal multiprobleem-situaties
valt in de praktijk mee en hier zou een gerichte aanpak (een multidisciplinaire taskforce) de
situatie beheersbaar kunnen maken.
5.5 Organisaties die betrokken zijn bij de verschillende doelgroepen
Uit een inventarisatie van partijen die mensen ondersteunen op de domeinen inkomen, Werk,
Welzijn, Zorg en Wonen blijkt dat er een groot aantal organisaties actief is op het sociale
domein. Organisaties, waarmee de gemeenten kunnen samenwerken om de vaak lastige
problemen in het sociale domein te tackelen. Hierbij kan gedacht worden aan signalering en
diagnose,
het
formuleren van
sociaal
beleid
en
het
bieden
van
een
integraal
dienstverleningsaanbod.
Wanneer we kijken naar de vestigingsplaatsen van (potentiële) samenwerkingspartners, dan
zien we concentraties hiervan in de kernen Winsum, Uithuizen en Bedum. In de gemeente De
Marne is sprake van een veel ijlere infrastructuur.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
59
Bijlage 1
Indeling WMO voorzieningen in categorieën
In de onderstaande tabellen zijn de verschillende WMO-voorzieningen per gemeente
weergegeven. De voorzieningen zijn onderverdeeld in zes categorieën:

taxi,

individueel vervoer,

rolstoel,

woning,

huishoudelijke hulp en

scootmobiel.
De voorzieningen die onder deze categorieën vallen zijn de voorzieningen zoals deze door de
gemeenten zijn gehanteerd. Deze voorzieningen verschillen per gemeente.
Taxi
Vervoersvoorziening
collectief
Individueel
vervoer
Gehandicapten
parkeerkaart
Rolstoel
Woning
Rolstoel
aanpassingen
(huur)
Vervoersvoorziening
aanpassing auto
(koop)
Vervoersvoorziening
individueel
vervoer
Aangepaste fiets
aanpassingen
(huur)
Aangepaste fiets
aanpassingen
(koop)
Rolstoel
aanpassingen
(koop)
Onderhoudscontract
woonvoorziening
(jaar)
Reparatie
woonvoorziening
Aangepaste fiets
onderhoud
Rolstoel
handbewogen
(koop)
Woonvoorziening om niet
Fiets om niet
Rolstoel om niet
Vervoersv.
aangepaste fiets
(huur)
Vervoersv.
aangepaste fiets
(koop)
Overige
vervoersvoorzien
ing (huur)
Overige
vervoersvoorzien
ing (koop)
Rolstoel
onderhoud en
verzekering
Sportrolstoel
Douche/toiletstoe
l (huur)
Douche/toiletstoe
l (koop)
Rolstoel
electrisch (huur)
Verhuis- en
inrichtingskosten
Rolstoel
electrisch (koop)
Woningaanpassing tot EUR
20.000,Woningaanpassing traplift
Rolstoel
handbewogen
(huur)
Huishoudelijke
hulp
HH1 ZIN
Scootmobiel
HH2 ZIN
Scootmobiel
aanpassingen
(koop)
Persoonsgebond
en budget HH1
Scootmobiel om
niet
Scootmobiel
aanpassingen
(huur)
Scootmobiel
onderhoud en
verzekering
Vervoersvoorziening
scootmobiel
(huur)
Vervoersvoorziening
scootmobiel
(koop)
Tabel 49, indeling voorzieningen gemeente Bedum
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
60
Taxi
Vervoersvoorzie
ning Collectief
Vervoersvoorzie
ning Collectief
met beg.
Pendel
Individueel
vervoer
Financiële
tegemoetkoming
autokosten
Gehandicaptenp
arkeerkaart
bestuurder
Gehandicaptenp
arkeerkaart
passagier
Driewielfiets
Auto
aanpassingen
Depot
Herverstrekking
vervoersvoorzie
nin
Gehandicaptenp
arkeerplaats
Huishoudelijke
hulp
HH Categorie 1
ZIN
Scootmobiel
HH Categorie 1
PGB
Scootmobiel
Huur
traplift
HH Categorie 2
ZIN
Lessen
scootmobiel
Aanpassingen
Rolstoel Huur
Aanpassingen
Rolstoel Koop
Rolstoel
elektrisch Koop
Woonvoorzienin
g < 20420,11
Roerende
goederen Koop
Woonvoorzienin
g > 20420,11
HH Categorie 2
PGB
Scootmobiel
Aanpassing
Scootmobiel
Koop
Rolstoel
herverstrekking
Verhuis- en
inrichtingskosten
Rolstoel
Rolstoel
handbewogen
Huur
Rolstoel
handbewogen
Koop
Rolstoel
elektrisch Huur
Woning
Onroerende
voorzieningen
huur
Roerende
goederen Huur
Scootmobiel
vervanging
Tabel 50, indeling voorzieningen gemeente De Marne
Taxi
Individueel
vervoer
GPK B
Rolstoel
Woning
Rolstoel
handbewogen
huur
Woonvoorzien
ingen groter
dan 20.420,11
Regiotaxi
Alleen vervoer
GPK P
Rolstoel
handbewogen
Koop
Regiotaxi
Rolstoelvervo
er
Vervoersvoorz
. Overige
verplaatsing
huur
Vervoersvoorz
. Overige
verplaatsing
Koop
Vervoersvoorz
. Overige verpl
Verva. huur
Vervoersvoorz
. Overige
verplaatsing
aanp
Auto
aanpassingen
Rolstoel
Elektrisch
huur
Woonvoorzien
ingen kleiner
dan
20.420,11
Onroerende
woonvoorzieni
ngen trapliften
Rolstoel
elektrisch
koop
Onderhoudsco H H Categorie
ntracten
2 Pgb per 1-12010
Kinderrolstoel
handbewogen
huur
Aanpassingen
Rolstoel Huur
Onroerende
voorzieningen
Aanpassingen
Rolstoel koop
Financiële
tegemoetkomi
ng autokosten
Vervoersvoorz
. Overige
verplaatsing
Pgb
Rolstoel
overige
Roerende
goederen
Koop
Verhuis- en
inrichtingskost
en
Regiotaxiverv
oer
Regiotaxi met
begeleiding
Regiotaxi
Kamer Kamer
vervoer
Regiotaxi
moet in
personenauto
Regiotaxi
verplicht
voorin de taxi
Huishoudelijke hulp
H H categorie
1 ZIN
H H categorie
2 ZIN
H H Categorie
1 Pgb per 1-12010
Scootmobiel
Vervoersvoor
ziening
Scootmobiel
huur
Vervoersvoor
ziening
Scoot-mobiel
aanpas-sing
lessen
scootmobiel
Overig
Overname c.q.
aanpassingen
Om Niet
Roerende
goederen
Huur
Rolstoel
herverstrekkin
g
Rolstoel
handbewogen
Pgb
Tabel 51, indeling voorzieningen gemeente Winsum
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
61
Taxi
Regiotaxipas
Individueel
vervoer
Advies
Vervoersvoorz
ieningen
Rolstoel
handbewogen
rolstoel voor
incidenteel
gebruik zin
handbewogen
rolstoel voor
permanent
gebruik zin
Woning
douchestoel/
zitje zin
handbewogen
rolstoel voor
incidenteel
gebruik zin
huur
Onderhoudsko
sten
Rolstoelvoorzi
eningen
handbewogen
rolstoel voor
permanent
gebruik zin
huur
Advies
Rolstoelvoorzi
eningen
Regiotaxipas,
in
handbewogen
rolstoel
vervoeren
Regiotaxipas
gratis
begeleiding
driewielfiets
zin
Regiotaxipas
kamer-kamervervoer
PGB voor
driewielfiets
Regiotaxipas,
meenemen
scoot-mobiel
tegemoetkomi
ng in
vervoerskoste
n
Regiotaxi-pas,
alleen vervoer
Duo fiets
Regiotaxipas
met gratis
begeleiding,
vrijblijvend
Regiotaxipas,
voorin zitten
Regiotaxipas,
in elektrische
rolstoel
vervoeren
Financ.
tegemoetkomi
ng tandem
Zitorthese
autoaanpassin
g
Verzekeringsk
osten
Vervoersvoorz
iening
Schapenvacht
hoes
PGB
handbewogen
rolstoel voor
incidenteel
gebruik
Onderhoudsko
sten
Vervoersvoorz
ieningen
driewielfiets
huur
Driewiel-fiets
met hulpmotor
zin
Huishoudelijke hulp
HH1 zin
Scootmobiel
scootmobiel
zin huur
Overig
Aanpassingen
/accessoires
beugels/handg HH2 zin
repen zin
scoot-mobiel
zin
Diverse
Onkosten
Douche/ fohn
installatie
PGB voor
HH1
PGB voor
scootmobiel
Anders
Onderhoudsko
sten
Woonvoorzien
ingen
Verhoogd
toilet
Advieskosten
Huishoudelijke Hulp
PGB voor
HH2
aanpassen
toe/doorgang
d.m.v.
drempelhulp
toiletstoel zin
Toiletbril met
armleuning
Toiletverhoger
ZIN
douche/toiletst
oel zin
electrische
rolstoel zin
PGB voor
douche/toiletst
oel
Tegemoetkoming voor
verhuis- en
inrichtingskosten
tillift zin
traplift zin
aanpassen
toe/doorgang
d.m.v.
schegplaat
Advies
woonvoorzieningen
realiseren
aanbouw zin
Demontabel
schuurtje
PGB
woonvoorzieni
ng
verwijderen
bad en aanleg
douche zin
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
62
Taxi
Individueel
vervoer
Rolstoel
Woning
traplift PGB
Huishoudelijke hulp
Scootmobiel
Overig
Keuringskosten
Woonvoorziening
Tilband
aanpassen
toe/doorgang
d.m.v.
verbreden
deuren
Huur
woonvoorzieni
ngen
Beweegbaar
frame keuken
Badlift
plaatsing
woonhuislift
Pakpaal
PGB voor
toiletverhoger
Badplank
Accessoires
tillift
Elektrische
deuropener
Divers
bestratingswerk
Tilzak
Zonwering
Blokhut
Deurdranger
Tabel 52, indeling voorzieningen gemeente Eemsmond
NB. In de gemeente Eemsmond is de voorziening ‘verkeerstest’ buiten beschouwing gelaten. Het is
niet altijd duidelijk bij welke vervoersvoorziening dit hoort. Omdat een verkeerstest altijd gekoppeld is
aan een vervoersvoorziening en we daarmee dus wel goed in beeld hebben hoeveel
vervoersvoorzieningen er verstrekt zijn, geeft deze oplossing geen vertekend beeld.
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
63
Bijlage 2
Geraadpleegde literatuur
BMC, september 2010
Eén regeling voor de onderkant van de arbeidsmarkt. Meedoen naar vermogen, belonen van
inzet, uitwerking effecten.
Boelhouwer, J. SCP, november 2011
Leefsituatie, geluk en kwaliteit van leven. In: De sociale staat van Nederland 2011.
CIZ, januari 2011
Wie is de cliënt? Begeleiding Individueel en Begeleiding Groep van AWBZ naar WMO.
GGD Amsterdam
De Zelfredzaamheid-Matrix. Factsheet over het eenvoudig en gestandaardiseerd meten van
zelfredzaamheid.
Lauriks, S., Buster, M.C.A., De Wit, M.A.S., Van de Weerd, S. & Tigchelaar, G.
ZRM handleiding. Handleiding en toelichting bij de Zelfredzaamheid-Matrix.
SCP, mei 2012
De sociale staat van de gemeente. Lokaal gebruik van de SCP-leefsituatie-index
Links
http://www.zelfredzaamheidmatrix.nl/Home.aspx
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
64
Bijlage 3
Kaartje met dorpsnamen
Inventarisatie doelgroepen BMWE-gemeenten - CAB,
Groningen
65
Bijlage 4
Aanvullend onderzoek AWBZ-populatie (augustus 2013)
In de zomer van 2013 deed zich de mogelijkheid voor om de AWBZ-gegevens van het
zorgkantoor i.c. Menzis op persoonsniveau te vergelijken met de overige voorzieningen uit dit
onderzoek waar mensen gebruik van maken.
Door de dienst Onderzoek en Statistiek van de gemeente Groningen is een applicatie
ontwikkeld, die het mogelijk maakt om bestanden op persoonsniveau, met als sleutel het
Burgerservicenummer (BSN), te vergelijken zonder dat de onderzoeker de verkregen
gegevens kan herleiden naar de oorspronkelijke personen. Hiermee kan een overzicht
worden gecreëerd van de overlap tussen de AWBZ en andere regelingen.
De AWBZ-gegevens, die beschikbaar waren naar de stand van 1 januari 2013, betroffen:

Gegevens over extramurale cliënten op het gebied van persoonlijke verzorging,
begeleiding en kortdurend verblijf, zowel op basis van “zorg in natura (ZIN)” als op basis
van “persoonsgebonden budget (PGB)”

Gegevens over cliënten met Zorg Zwaartepakketten 1 t/m 4, ook zowel ZIN als PGB

Gegevens over cliënten met indicatie extramurale Jeugdzorg, ook zowel ZIN als PGB
Gemeente
PV, B, KV
ZZP 1-4
JZ
Totaal
Bedum
213
96
64
297
AWBZ
2012
165
De Marne
241
71
63
296
208
Eemsmond
562
132
119
644
424
Winsum
320
93
92
393
260
BMWE
1.336
392
338
1.630
1.057
Tabel 53, AWBZ-regelingen primo 2013 (Totaal is excl. dubbeltellingen) vergeleken met 2012
Bij de cijfers uit 2012, zoals vermeld in hoofdstuk 1, ging het om voorzieningen op het gebied
van persoonlijke verzorging, begeleiding en kortdurend verblijf. De cijfers uit 2013 laten een
toename zien tussen de AWBZ-cijfers 2013 (PV, B, KV) en AWBZ 2012. Dit kan duiden op
groei van het bestand. Wel dient te worden bedacht dat de wijze van verzameling voor beide
jaren op een andere manier heeft plaatsgevonden, waardoor een één op één vergelijking niet
zonder meer mogelijk is.
Onderstaande grafiek is een “herhaling” van grafiek 2 uit hoofdstuk 1, met het aantal
voorzieningen als percentage van het aantal inwoners, nu met de AWBZ-gegevens uit 2013.
Het patroon van de grafiek is gelijk aan de situatie in 2012. Ook met de nieuwe gegevens
heeft de gemeente Eemsmond het hoogste AWBZ-percentage en de gemeente Bedum het
laagste.
Figuur 10, Aantal voorzieningen als % bevolking
Voor de vergelijking met de overige voorzieningen maken we een onderscheid in
twee
groepen AWBZ-klanten, namelijk:.
1.
de groep AWBZ-klanten die gebruik maakt van een voorziening uit de eerste categorie
8
met persoonlijke verzorging, begeleiding en/of kortdurend verblijf (omdat dit de cijfers
zijn die ook in hoofdstuk 1.5 zijn genoemd)
2.
de totale groep AWBZ-klanten, waarbij het gaat om de sommatie van alle
9
bovengenoemde AWBZ-categorieën .
Als kanttekening moet bij de vergelijking worden gezegd, dat de peildatum van de AWBZgegevens januari 2013 is, terwijl voor de overige cijfers dat meestal 1 januari 2012 is. In de
praktijk is er enig verschil tussen de beide peildata van de niet AWBZ-gegevens. Echter, de
tendens in de overlap is duidelijk zichtbaar. In de praktijk kan de overlap nog iets hoger
liggen.
8
9
Afgekort met AWBZ_PBK
Afgekort met AWBZ_TOT
Zoals te verwachten is neemt het overlappercentage toe door ook de AWBZ mee te nemen.
In onderstaande grafieken is voor een aantal regelingen per gemeente aangegeven wat de
toename is in vergelijking met de cijfers in tabel 31 in paragraaf 2.2.
WWB
WSW
40%
80%
35%
70%
8%
30%
25%
60%
8%
9%
20%
15%
10%
12%
8%
12%
50%
12%
13%
´+ AWBZ
40%
´+ AWBZ
excl. AWBZ
30%
excl. AWBZ
10%
20%
5%
10%
0%
11%
0%
Bedum
De Marne Eemsmond
Winsum
BMWE
Bedum
De Marne Eemsmond
Winsum
BMWE
Figuur 11, vergelijking overlappercentages met en zonder AWBZ.
De grootste toename is er bij de Wajong (gemiddeld 19% over alle gemeenten) en bij de
WMO (gemiddeld 16% over alle gemeenten): In Eemsmond zien we de grootste toename.
In onderstaande tabellen, vergelijkbaar met de tabellen 25 t/m 28 in paragraaf 2.2, is de
overlap tussen de regelingen aangegeven incl. de cijfers voor de AWBZ.
Per gemeente zijn 2 tabellen opgenomen, met het bovengenoemde onderscheid in AWBZgegevens:
AWBZ_PBK: De groep AWBZ-klanten die gebruik maakt van een voorziening uit de eerste
categorie met persoonlijke verzorging, begeleiding en/of kortdurend verblijf
(omdat dit de cijfers zijn die ook in hoofdstuk 1.5 zijn genoemd)
AWBZ_TOT: De totale groep AWBZ-klanten, waarbij het gaat om de sommatie van alle
bovengenoemde AWBZ-categorieën.
De grootste overlap van de AWBZ is met WMO en Wajong, vooral als we alle AWBZregelingen in beschouwing nemen. Ca. tweederde van de mensen in de AWBZ vallen ook
onder 1 of meer van de andere regelingen.
WMO
AWBZ_PBK
Wajong
WSW
SHV
AO
KO
WWB
74
10
9
1
1
12
2
4
WMO
10
408
88
179
14
4
76
AWBZ_PBK
9
88
94
28
6
4
0
Wajong
1
179
28
84
18
2
2
WSW
1
14
6
18
17
4
9
SHV
12
4
4
2
4
6
10
0
2
VSV
AO
2
KO
4
76
22
VSV
WWB
Bedum
22
0
9
9
10
203
0
0
Totaal
108
758
213
304
54
36
11
311
4
Overlap
31%
46%
56%
72%
69%
83%
18%
35%
100%
Tabel 54a, overlap tussen regelingen incl. AWBZ persoonlijke verzorging, begeleiding en
WMO
AWBZ_TOT
Wajong
WSW
SHV
AO
KO
WWB
73
10
10
1
1
12
2
4
WMO
10
336
160
179
14
4
76
AWBZ_TOT
10
160
101
80
17
4
0
BK
Wajong
1
179
80
32
18
2
2
WSW
1
14
17
18
6
4
9
SHV
12
4
4
2
4
6
10
0
2
VSV
AO
2
KO
4
76
31
VSV
WWB
kortdurend verlof
31
0
9
9
10
194
0
0
Totaal
108
758
307
304
54
36
11
311
4
Overlap
32%
56%
67%
89%
89%
83%
18%
38%
100%
Tabel 54b, overlap tussen regelingen incl. alle AWBZ voorzieningen
10
10
De groep mensen die gebruikt maakt van één regeling (groene blokjes) is in de onderste tabel gelijk of
kleiner dan in de bovenste tabel (uitgezonderd de AWBZ_TOT). Dit wordt veroorzaakt door het feit dat de
AWBZ-groep in de onderste tabel groter is en er dus meer overlap met andere regelingen is, waardoor de
groep mensen die maar van één regeling gebruik maakt kleiner wordt
WWB
WMO
AWBZ_PBK
Wajong
WSW
SHV
VSV
AO
KO
De Marne
WWB
117
16
15
2
4
28
1
0
2
WMO
16
582
102
20
8
11
1
84
AWBZ_PBK
15
102
88
28
9
10
1
35
Wajong
2
20
28
67
15
5
6
WSW
4
8
9
15
32
3
10
SHV
28
11
10
5
3
16
9
VSV
1
1
1
6
84
35
AO
KO
2
0
6
10
9
243
0
Totaal
182
811
241
135
74
73
14
376
2
Overlap
36%
28%
63%
50%
57%
78%
57%
35%
100%
Tabel 55a, overlap tussen regelingen incl. AWBZ persoonlijke verzorging, begeleiding en
WWB
WMO
AWBZ_TOT
Wajong
WSW
SHV
VSV
AO
KO
kortdurend verlof
WWB
117
16
15
2
4
28
1
0
2
WMO
16
531
153
20
8
11
1
84
AWBZ_TOT
15
153
103
32
9
11
1
37
BK
Wajong
2
20
32
63
15
5
6
WSW
4
8
9
15
32
3
10
SHV
28
11
11
5
3
15
9
VSV
1
1
1
6
84
37
AO
KO
2
6
10
9
241
0
0
Totaal
182
811
311
135
74
73
14
376
2
Overlap
36%
35%
67%
53%
57%
79%
57%
36%
100%
Tabel 55b, overlap tussen regelingen incl. alle AWBZ voorzieningen
WSW
40
2
4
WMO
21
510
195
51
17
AWBZ_PBK
40
195
208
84
29
Wajong
2
51
84
132
51
WSW
4
17
29
51
100
2
6
KO
Wajong
21
AO
AWBZ_PBK
266
VSV
WMO
WWB
SHV
WWB
Eemsmond
73
4
6
70
12
37
4
SHV
VSV
2
6
12
3
AO
6
73
70
Totaal
335
856
562
314
226
290
23
598
0
Overlap
21%
40%
63%
58%
56%
nb
87%
31%
-
37
414
KO
Tabel 56a, overlap tussen regelingen incl. AWBZ persoonlijke verzorging, begeleiding en
WSW
51
2
4
WMO
21
567
238
51
17
AWBZ_TOT
51
238
246
135
37
BK
Wajong
2
51
135
81
51
WSW
4
17
37
51
92
2
6
KO
Wajong
21
AO
AWBZ_TOT
253
VSV
WMO
WWB
SHV
WWB
kortdurend verlof
73
4
7
77
12
37
4
SHV
VSV
2
AO
6
7
73
12
77
2
37
407
0
KO
Totaal
335
856
695
314
226
290
23
598
Overlap
24%
34%
65%
74%
59%
nb
91%
32%
Tabel 56b, overlap tussen regelingen incl. alle AWBZ voorzieningen
0
WMO
AWBZ_PBK
Wajong
WSW
SHV
VSV
AO
WWB
156
11
19
3
7
23
2
5
WMO
11
456
113
36
3
7
1
69
AWBZ_PBK
19
113
144
42
6
18
1
27
Wajong
3
36
42
68
23
6
2
WSW
7
3
6
23
30
3
2
SHV
23
7
18
6
3
7
VSV
2
1
1
2
2
AO
5
69
27
12
12
6
11
6
272
0
KO
KO
WWB
Winsum
1
Totaal
221
688
320
168
80
65
17
390
1
Overlap
29%
34%
55%
60%
63%
89%
35%
30%
0%
Tabel 57a, overlap tussen regelingen incl. AWBZ persoonlijke verzorging, begeleiding en
WMO
AWBZ_TOT
Wajong
WSW
SHV
VSV
AO
WWB
155
11
20
3
7
23
2
5
WMO
11
401
168
36
3
7
1
69
AWBZ_TOT
20
168
173
61
7
19
2
28
BK
Wajong
3
36
61
43
23
6
2
WSW
7
3
7
23
29
3
2
SHV
23
7
19
6
3
6
VSV
2
1
2
2
2
AO
5
69
28
12
12
6
10
6
271
0
KO
KO
WWB
kortdurend verlof
1
Totaal
221
688
413
168
80
65
17
390
1
Overlap
30%
42%
58%
74%
64%
91%
41%
31%
100%
Tabel 57b, overlap tussen regelingen incl. alle AWBZ voorzieningen
Overlappende regelingen
Bedum
Eemsmond
De Marne
Winsum
BMWE
AWBZ+AO
2
35
8
10
55
AWBZ+WSW
3
15
2
0
20
AWBZ+WSW+AO
0
4
2
1
7
AWBZ+SHV
0
0
2
2
AWBZ+SHV+AO
1
0
1
2
AWBZ+SHV+WSW
0
1
1
2
15
58
22
28
123
AWBZ+Wajong+WSW
3
9
2
4
18
AWBZ+Wajong+SHV
1
0
1
2
AWBZ+VSV
0
2
1
0
3
AWBZ+VSV+Wajong
0
3
0
0
3
AWBZ+WMO
58
145
71
85
359
AWBZ+WMO+AO
17
30
24
14
85
0
1
1
AWBZ+Wajong
AWBZ+WMO+SHV
AWBZ+WMO+SHV+AO
1
1
AWBZ+WMO+Wajong
9
12
3
7
31
AWBZ+WMO+Wajong+WSW
0
1
1
0
2
0
1
1
1
1
12
58
0
1
1
0
1
2
2
4
AWBZ+WMO+Wajong+SHV
AWBZ+WMO+VSV
AWBZ+WWB
6
30
10
1
AWBZ+WWB+AO
AWBZ+WWB+WSW
0
AWBZ+WWB+SHV
0
0
2
AWBZ+WWB+Wajong
1
0
1
2
AWBZ+WWB+VSV
1
0
0
1
7
2
2
12
1
2
0
1
2
AWBZ+WWB+WMO
1
AWBZ+WWB+WMO+AO
1
AWBZ+WWB+WMO+SHV
1
WSW+AO
2
35
9
12
58
SHV+AO
6
0
3
5
14
SHV+WSW
3
0
1
2
6
SHV+WSW+AO
1
0
1
0
2
Wajong+WSW
7
40
6
16
69
Wajong+SHV
0
0
2
3
5
Wajong+SHV+WSW
0
0
1
0
1
VSV+Wajong
2
12
5
1
20
49
54
63
51
217
0
6
3
0
9
WMO+AO
WMO+WSW
Overlappende regelingen
Bedum
Eemsmond
De Marne
Winsum
BMWE
WMO+SHV
0
0
4
3
7
WMO+WSW+AO
6
2
5
0
13
WMO+SHV+AO
1
0
0
0
1
161
34
4
22
221
WMO+Wajong+WSW
8
8
1
2
19
WMO+Wajong+SHV
0
0
4
0
4
WMO+VSV+Wajong
0
0
1
0
1
WWB+AO
0
6
0
4
10
WWB+KO
4
0
1
0
5
WWB+WSW
1
3
4
5
13
WWB+SHV
10
0
25
20
55
WWB+SHV+WSW
0
0
0
1
1
WWB+Wajong
0
2
2
3
7
WWB+VSV
0
2
1
1
4
WWB+VSV+WSW
0
0
0
1
1
WWB+WMO
5
19
13
7
44
WWB+WMO+AO
1
0
0
0
1
WWB+WMO+SHV
0
0
0
1
1
WWB+WMO+WSW
0
1
0
0
1
WWB+WMO+Wajong+SHV
1
0
0
0
1
WMO+Wajong
Tabel 58, Indicatie van combinaties van regelingen incl. AWBZ Persoonlijke verzorging, Begeleiding en
Kortdurend verblijf.
.
In hoofdstuk 2 zijn ook gegevens opgenomen over de overlap op adresniveau. De gegevens
van de AWBZ zijn niet op dat niveau gematched, zodat daarover geen uitspraken kunnen
worden gedaan.
CAB
Martinikerkhof 30, 9712 JH Groningen
T (050) 311 51 13
E [email protected]
I www.cabgroningen.nl
KvK 02060926
BTW NL806242139