13-14 CODI 9 D 109-Pr Algemeen draaiboek schokkende gebeurtenissen op school Versie 7 mei 2014 1. Inleiding 2. Plan van aanpak 2.1. Voor de schokkende gebeurtenis 2.1.1. Samenstelling van het crisisteam 2.1.2. Stappen in het opstellen van een draaiboek • Stap 1: informatie verzamelen • Stap 2: doelgroepen bepalen • Stap 3: behoeften bepalen • Stap 4: inventariseren van steunfiguren • Stap 5: richtlijnen i.v.m. de opvang van de betrokkenen • Stap 6: nadenken over de communicatie 2.2. Tijdens de schokkende gebeurtenis 2.2.1. Duidelijke en eenvoudige instructies 2.2.2. Het crisisteam in actie • Het bericht komt binnen • Het crisisteam komt samen • Communicatie over de crisis 2.2.3. Opvangen van leerlingen en personeel 2.3. Na de schokkende gebeurtenis 2.3.1. Psychologische ondersteuning 2.3.2. Organiseren van het onderwijs 2.3.3. Evaluatie 3. Geraadpleegde bronnen 1 13-14 CODI 9 D 109-Pr 1 Inleiding Alle scholen worden af en toe geconfronteerd met schokkende gebeurtenissen. Alle schokkende gebeurtenissen raken mensen diep en dienen met zorg te worden aangepakt. Er zijn verschillen in de impact die ze hebben (zowel in de breedte als in de diepte). In dit draaiboek richten we ons zowel op gebeurtenissen met beperkte als met grote impact. Dit draaiboek krijgt een plaats binnen de noodplanning van de school. Het “Canvas voor noodplanning voor scholen en internaten” dat door het departement onderwijs wordt voorgesteld kan hiervoor een hulpmiddel vormen. Hierin is het thema “Zelfdoding, zelfmoordpoging of plots overlijden op school” voorzien, waarvoor een actiekaart wordt gemaakt. Ook de thema’s “ongeval” of “geweld” staan dicht bij “schokkende gebeurtenissen”. We verwijzen in voetnoot hoe de structuur van beide documenten kan afgestemd worden. Heel wat scholen hebben een aanbod ontwikkeld voor het omgaan met verlies in het algemeen. Het spreekt vanzelf dat de beschikbare know-how terzake een plaats krijgt in dit stappenplan. Hieronder vind je de verschillende stappen die zich situeren voor, tijdens of na een schokkende gebeurtenis. Dit alles kan je helpen om een schoolspecifiek draaiboek te maken voor jouw school. 2 Plan van aanpak Elke schokkende gebeurtenis is anders. Je improvisatietalent en gezond verstand zal je dus altijd nodig hebben. Maar als duidelijk is wie welke taken opneemt, verloopt een crisissituatie meer gestructureerd, grijp je efficiënter in en communiceer je beter. 2.1 Voor de schokkende gebeurtenis 1 2.1.1 • Samenstelling van het crisisteam bestaat uit een kern van 3 à 4 personen : directeur, preventieadviseur, interne leerlingenbegeleider, CLB-medewerker, communicatieverantwoordelijke. Ze kan uitgebreid of veranderd worden van samenstelling naargelang het soort crisis; • verzamelt informatie, houdt contact met de hulpdiensten en overheid, geeft leiding en stuurt bij, coördineert de samenwerking met interne en externe diensten (brandweer, politie,…); • heeft een communicatieverantwoordelijke. Die kent de feiten, volgt de actualiteit en coördineert de verspreiding van informatie; • heeft een woordvoerder. Meestal is dat de directeur. Maar dat betekent niet dat hij of zij ook de communicatieverantwoordelijke is. • Bij crisis met grote impact kan ook het schoolbestuur een rol opnemen. • Het crisisteam werkt samen met bevoegde overheden en hulpverleningsdiensten wanneer die betrokken zijn. Het crisisteam dient zeker niet alle taken zelf uit te voeren. - 1 Intern: Delegeren aan de juiste mensen is belangrijk. Zo zullen er in een school leerkrachten aanwezig zijn die goed zijn in het voeren van gesprekken met leerlingen Zie ook “Canvas voor noodplanning, 4. Voorbereiding op noodsituaties.” 2 13-14 CODI 9 D 109-Pr die daar behoefte aan hebben. Anderen kunnen aangesteld worden om de reguliere taken van de leden van het crisisteam over te nemen (bvb aandacht voor de onderwijsorganisatie); - Externen: CAW (automatisch betrokken of ingeschakeld door CLB), andere deskundigen (CGG…) betrekken (via CLB) Bij het inschakelen van externen is het belangrijk het aantal (nieuwe) gezichten voor de rechtstreeks betrokkenen te beperken. Het crisisteam heeft nood aan een locatie van waaruit rustig gewerkt kan worden (eventueel buiten de schoolgebouwen bij een schokkende gebeurtenis met grote impact). Een goede werking vereist logistieke ondersteuning en logboek. Tijdens een crisis zal ook het crisisteam nood hebben aan opvang. Mensen die gedurende uren gewerkt hebben en ondersteuning geboden hebben aan anderen, verdienen zelf ook ondersteuning. CLB-medewerkers, psychosociale preventieadviseurs van IDEWE of medewerkers van externe diensten CAW, CGG of VK, maar ook leerkrachten, kunnen hier een belangrijke rol spelen. 2.1.2 Stappen in het opstellen van een draaiboek Het samenstellen van een schoolspecifiek draaiboek gebeurt door het verantwoordelijk beleidsteam. Dit kan samenvallen met het crisisteam. Dit team kan aangevuld worden met gespecialiseerde externen die een bijdrage kunnen leveren tot het optimaliseren van het draaiboek. Waar mogelijk worden interne werkgroepen (Leven en Dood op school, pastoraal…) ook betrokken. Een draaiboek moet duidelijke omschrijvingen van handelingen bevatten. De gegevens moeten zo compleet mogelijk zijn. Wanneer ingeval van een crisis mensen gewaarschuwd moeten worden, staan ze met naam, functie en telefoonnummers in het draaiboek vermeld. Ook belangrijke websites kunnen in het lijstje opgenomen worden. Stap 1 : informatie verzamelen Het crisisteam maakt een risicoanalyse m.b.t. schokkende gebeurtenissen: maak een lijst van crisissen waarmee de school in het verleden werd geconfronteerd crisissen waar het later misschien mee geconfronteerd zal worden: bepaal welke risico’s hieraan verbonden zijn. Het crisisteam maakt per soort crisis een kort overzicht van hoe er gereageerd moet worden. Zo zal bij bijv. een brand in het gebouw snel geëvacueerd moeten worden. Het is ook nodig om dit vanuit de verschillende niveaus te bekijken : leerlingen, directie, onderwijzend en ondersteunend personeel. Stap 2 : doelgroepen bepalen Bij een schokkende gebeurtenis wordt niet enkel aandacht besteed aan directe slachtoffers. Ook indirecte slachtoffers hebben nood aan bepaalde vormen van ondersteuning. • • • Maak vooraf een lijst van alle mogelijke (doel)groepen getroffenen. Bijv. de directe getroffenen, de familie, de (mede)-leerlingen, het personeel van de school, de ouders van de (mede)-leerlingen. Afhankelijk van de concrete crisis kunnen daar nog verschillende doelgroepen bijkomen (bijv. professionelen, buren van de leerling, grootouders,…). Indien een doelgroep door anderen geholpen wordt (bv. in het ziekenhuis), neem die taak dan niet over. Leg je focus dan op andere getroffenen. 3 13-14 CODI 9 D 109-Pr Tijdens een crisis is het uiteraard niet mogelijk om al deze doelgroepen dadelijk te bereiken. De nadruk moet liggen op die groepen die de meeste hulp nodig hebben. Dat betekent niet dat de andere groepen geen recht hebben op ondersteuning, wel dat ze misschien pas later aan de beurt komen. Stap 3 : behoeften bepalen Ook al is dit voor elke crisis verschillend, toch is het belangrijk om na te gaan wat per doelgroep de behoeften zouden kunnen zijn. Algemeen zijn er vijf belangrijke behoeften: • Primaire behoeften : veiligheid, warme en droge omgeving, voedsel & drank • Betrouwbare informatie krijgen • Erkenning krijgen als slachtoffer • Ervaring kunnen delen met naasten • Rituelen : uitvaart voorbereiden en bijwonen, herdenkingsmoment organiseren Een veilige sfeer wordt onder meer gecreëerd door een open communicatie naar personeelsleden, leerlingen en ouders over de reeds ondernomen acties om met de crisis om te gaan. Het expliciet ter beschikking stellen van extra (individuele) steun voor wie daar behoefte aan heeft, kan het gevoel van veiligheid versterken. Slachtoffers moeten het gevoel krijgen dat ze er niet alleen voor staan. Stap 4 Inventariseren van steunfiguren in de school Ga na wie binnen de school(gemeenschap) een ondersteunende rol kan opnemen bij: o opvang van leerlingen in de klas o opvang van leerlingen buiten de klas o organisatie van herdenkingsactiviteiten o organisatie van klasgesprekken o organisatie van opvang van leerlingen o opvang van ouders o contacten met oudercomité Mogelijks kan de scholengemeenschap ook een rol opnemen. Stap 4 : Richtlijnen i.v.m. de opvang van de betrokkenen De richtlijnen i.v.m. de opvang van personeel, leerlingen en ouders tijdens een crisis worden ook opgenomen in het crisisdraaiboek. Algemeen gesteld moet men tijdens een crisis begrip hebben voor alle emoties. Verder zullen deze richtlijnen samenhangen met de visie van de school op zorg, de structuur van de zorgwerkgroep (cel leerlingenbegeleiding), de grootte van de school, de inbedding, het reeds bestaande netwerk. De school kan hiervoor ook steeds een beroep doen op het CLB-team en het CAW en, voor de opvang van het personeel, op de externe preventiedienst (bvb. IDEWE) en eventueel de schoolverzekering. Stap 5 : Nadenken over de communicatie Vooraf wordt vastgelegd wie tijdens de crisis de communicatie naar het personeel, de ouders en de media zal verzorgen. Hierbij is het gebruik en/of aanpassen van de website van belang. Ook nagaan hoe op school (indien nodig) een telefoonpermanentie georganiseerd kan worden. Geef bij persberichten geen informatie over de gebeurtenis, maar over hoe de school ermee omgaat. Een voordeel van zelf contact met de pers zoeken is dat de regie min of meer in handen te houden is. Doe dit echter weloverwogen en enkel indien echt nodig. Selecteer: wie staan we wel te woord en wie niet. Bepaal de kernboodschap en probeer bondig, open en concreet te zijn. Zorg voor openheid en duidelijkheid, voor zover de direct betrokkenen hiervoor toestemming geven. Benoem een vaste persoon die contacten met de pers onderhoudt. 4 13-14 CODI 9 D 109-Pr 2.2 Tijdens de schokkende gebeurtenis 2 In een crisissituatie is het van groot belang dat mensen weten waar de verantwoordelijkheden liggen en wie de beslissingen neemt. Duidelijke instructies bepalen mee het verloop van de crisissituatie. 2.2.1 Duidelijke en eenvoudige instructies • Ingewikkelde en gedetailleerde instructies hebben weinig zin, omdat mensen meestal impulsief handelen en rationele instructies niet altijd doordringen Het is beter één duidelijke instructie te benadrukken • 2.2.2 Het crisisteam in actie Het bericht komt binnen • • De ontvanger van het bericht (onthaal, secretariaat) waarschuwt de directeur of de voorzitter van het crisisteam. De directeur beslist of de andere crisisteamleden moeten worden verwittigd en belegt indien nodig onmiddellijk een vergadering Het crisisteam komt samen • • • • • • • • • • Het bericht wordt gecontroleerd Bijkomende informatie wordt verzameld Externe instanties zoals politie, justitie en hulpverlening worden gecontacteerd Het personeel wordt gebrieft en geïnstrueerd De communicatie naar leerlingen en ouders wordt verzorgd De media wordt te woord gestaan Eerstelijnszorg wordt georganiseerd en er wordt adequaat doorverwezen Er wordt voor structuur en regels gezorgd Er wordt nagedacht over het (gedeeltelijk) voortzetten of aanpassen van de lessen en hoe dit te organiseren Nazorg voor de verschillende doelgroepen wordt georganiseerd Communicatie over de crisis • • Bereid je communicatie goed voor Belangrijk principe : communiceer eerlijk op het gepaste moment Stap 1 : Verzamelen en geven van informatie • • • • Verzamel zo snel en zo veel mogelijk informatie om een zo volledig mogelijk beeld te hebben van de crisis Beslis over wat en hoe er wordt gecommuniceerd De directeur hoeft niet alle communicatie zelf te verzorgen, ook een woordvoerder kan dit opnemen Hou een logboek bij waarin de dagelijkse stand van zaken wordt genoteerd Stap 2 : Briefing van het personeel • • • Informeer en instrueer goed het personeel Briefing van het personeel mag dagelijks gebeuren zodat ze de laatste informatie krijgen en ze eigen vragen kunnen stellen Geef hen instructies over 2 Concrete planning kan opgenomen worden in “Canvas voor noodplanning” onder “5. Actiekaarten” 5 13-14 CODI 9 D 109-Pr o o o het verdere verloop van de communicatie de opvang binnen en buiten de klas de gang van zaken in de komende dagen Stap 3 : Communicatie met leerlingen en ouders • • • • • • • • Geef zo snel mogelijk informatie aan leerlingen en ouders, bij voorkeur voor de eerste berichten in de media verschijnen Breng bij crisissen eerst de families op de hoogte Respecteer het privéleven van de slachtoffers Verspreid geen informatie die de bewuste personen of hun familieleden zou kunnen treffen Betuig sympathie, wens een goed herstel of betuig uw medeleven aan de slachtoffers of hun naasten Informeer ouders en leerlingen van organisatorische wijzigingen Geef leerlingen en ouders vertrouwen in de gevolgde aanpak (bvb werking van crisisteam, ondersteuning waarop een beroep gedaan is) Informeer ouders en leerlingen waar ze voor informatie, ondersteuning, hulp terecht kunnen Stap 4 : Communicatie met de media • • 2.2.3 Voor scholen aangesloten bij het VSKO is de perswoordvoerder van het VSKO is beschikbaar voor contact met de media. Geef aan personeel en leerlingen de boodschap dat alleen de perswoordvoerder in contact treedt met de media. Opvang van leerlingen en personeel tijdens een crisis 5 basisprincipes (ONVEE-principes) worden gehanteerd als leidraad voor de opvang en ondersteuning van leerlingen en personeel : • Onmiddellijkheid Indien mogelijk, onderneemt men best onmiddellijk actie (hulpdiensten bellen, communiceren naar de verschillende doelgroepen,…) Neem onmiddellijk contact op met de getroffenen vanuit een pro-actieve ingesteldheid ipv af te wachten • Nabijheid Indien mogelijk, probeer de plaats van het gebeuren te bezoeken en de ondersteuning reeds ter plaatse te starten. Slachtoffers hebben vaak nood aan het samenzijn met andere getroffenen of collega’s. • Verwachting Verstrek informatie aan de getroffenen wat ze de komende dagen of periode normaliter kunnen verwachten quà lichamelijke en mentale reacties op de crisis maar ook quà ondersteuning • Eenvoud Acute hulp berust op eenvoudige handelingen : het gevoel van veiligheid herstellen, geborgenheid geven, emotionele ondersteuning aanbieden • Eenheid Belangrijk motto: “één team, één visie”. Een goede samenwerking binnen het crisisteam en met de externe partners samen met een goede communicatie helpt de crisis goed aan te pakken. Algemene voorzorgsmaatregelen : Vang eerst leerlingen op die overstuur zijn Ga pas daarna de klas in Bespreek gezamenlijk de gebeurtenis en de gevoelens die daarbij opkomen 6 13-14 CODI 9 D 109-Pr Breng een overlijdensbericht zonder omhaal. Dat kan na een inleidende zin: ‘ik moet iets ergs vertellen’… Vertel kort en kernachtig wat er is gebeurd en met welk gevolg. Ín deze fase is het van belang om nadere toelichting en uitleg achterwege te laten. Daarvoor is later alle gelegenheid. Laat de leerlingen elkaar helpen en troosten. Probeer de opvang binnen de klaslokalen te houden. Bereid deze activiteit indien mogelijk voor met de interne begeleider en/of de CLB-medewerker Zorg dat er een ruimte binnen de school beschikbaar is waar kinderen die erg overstuur zijn, opvang krijgen. Door het crisisteam moet ook aandacht worden besteed aan de emoties van personeelsleden. Indien nodig kan hulp worden ingeroepen van CAW of IDEWE (zie ook ‘psychologische ondersteuning’). 2.3 Na de schokkende gebeurtenis 3 2.3.1 Psychologische ondersteuning Om een schokkende gebeurtenis goed te verwerken zijn een aantal zaken essentieel : • Hoe beter beantwoord werd aan de 5 behoeften per doelgroep hoe kleiner de nood aan psychologische ondersteuning • Informatievergaderingen, opvang van bepaalde (kwetsbare) groepen, opvanggesprekken in groep of individueel zijn van groot belang in het verwerkingsproces • Het verwerkingsproces verschilt van persoon tot persoon en heeft tijd en aandacht nodig • Eigen personeelsleden moeten zo snel mogelijk inzicht krijgen in o het verloop van de crisis o de achtergronden o de mogelijke oorzaken o de aanpak van de crisis • Onderhoud de communicatie met slachtoffers, nabestaanden en gewonden, bijv. door o de organisatie van een herdenkingsplechtigheid o het uitnodigen voor een bijzonder manifestatie o het sturen van het schooltijdschrift Verwerking De school kan maatregelen treffen om betrokkenen de ruimte te geven de gebeurtenissen te verwerken. Enkele principes die hierbij belangrijk zijn : • Ruimte creëren om afscheid te kunnen nemen • Rituelen organiseren • Extra ondersteuning organiseren via bijeenkomsten met of zonder externe begeleider Opvanggesprekken Na een stressvolle, emotionele ervaring is een opvanggesprek van groot belang, zowel voor de leerkrachten, de hulpverleners als de leerlingen. Het doel van een opvanggesprek is 3 Zie ook “Canvas voor noodplanning. 8. Na de noodsituatie.” 7 13-14 CODI 9 D 109-Pr veiligheid creëren en de schokkende gebeurtenis in een eigen tempo en op een eigen manier een plaats te geven. Ook is het van belang dat de betrokkenen ervaren dat ze er niet alleen voor staan of abnormaal zijn in de wijze waarop ze de dingen ervaren en voelen. Een goed opvanggesprek kan het begin zijn van een zingevingsproces dat uiteindelijk kan leiden tot het zien en ervaren van hoop, samenhorigheid en kracht. Deelname aan een opvanggesprek gebeurt op vrijwillige basis. Een opvanggesprek vindt het best plaats in groep maar kan om bepaalde redenen ook individueel gebeuren. Opvanggesprekken in de klas - Dit kan best gebeuren door voor de leerlingen vertrouwde leerkrachten, interne begeleiders of CLB-medewerkers (eventueel met ondersteuning van externen). - Bezorg leerkrachten materialen die ze in de klas kunnen gebruiken om met leerlingen te werken (zie rouwkoffer CLB). Voor opvanggesprekken voor het eigen personeel kan de school beroep doen op een externe begeleider via het CAW-slachtofferhulp of een gespecialiseerde psychosociale preventieadviseur van de externe preventiedienst (IDEWE bvb.) of – in geval van een ongeval – van de schoolverzekering. Op het moment van de crisis kan de CLB-medeweker hier ook een rol opnemen. 2.3.2 Organiseren van het onderwijs Op momenten van crisis moet ruimte zijn voor verwerking. Het behoud van het onderwijsaanbod – eventueel gedeeltelijk - geeft aan kinderen en jongeren ook rust en structuur. - Geef een duidelijke plek aan informatie over en verwerking van het gebeurde, maar maak voor de leerlingen duidelijk welke hiervoor de tijd en ruimte is. Behoud indien mogelijk het gewone onderwijsaanbod (eventueel beperkt), maar blijf waakzaam voor de draagkracht van leerlingen en leerkrachten. - Probeer zoveel mogelijk de voor de leerlingen vertrouwde leerkrachten bij hen aanwezig te laten zijn, eventueel met ondersteuning - Zorg dat leerkrachten op de hoogte zijn van de verscheidenheid van reacties op een schokkende gebeurtenis bij kinderen, jongeren en hun ouders; laat hen indien nodig ondersteunen door de CLB-medewerker 2.3.3 Evaluatie Evaluatie van het draaiboek Een regelmatige evaluatie van het draaiboek en een bijsturing zijn belangrijk. De controle op namen, adressen en algemene telefoonnummers is van essentieel belang. Dat geldt ook voor de gegevens van externe hulpverleners. Evaluatie van een gebeurtenis die heeft plaatsgevonden kan ook leiden tot een aanpassing van het draaiboek. Ook nieuwe opvattingen en ervaringen van andere scholen kunnen worden verwerkt. Het up-to-date houden van het draaiboek kan het beste worden opgedragen aan het crisisteam. Evaluatie van het optreden tijdens en na de crisis Als de crisis achter de rug is en er ook voldoende tijd is genomen voor de verwerking, kan de evaluatie gebeuren. Al zal de school altijd hopen dat zich nooit nog een crisis voordoet, het past om na te gaan wat er beter had gekund om zo tot een betere crisisinterventie te komen. Het is niet altijd mogelijk of opportuun om de doelgroepen opnieuw aan te spreken om hen te vragen of ze tevreden waren over de opvang die ze kregen. Minimaal moet het crisisteam toch kritisch terugblikken op het eigen werk, al dan niet met andere personeelsleden als klankbord. Ook het logboek waarin de leden van het crisisteam hun bevindingen noteerden, is een essentieel onderdeel bij de evaluatie. Geraadpleegde bronnen : 8 13-14 CODI 9 D 109-Pr - Bressers K., Schokkaert J., Mededeling VVKSO: Crisissen op school: een goede voorbereiding voorkomt erger, (M-VVKSO 2009-002) Klasse-uitgave, Crisismanagement, “lesgeven lukte niet meer”, 2013 IDEWE-brochure, Na de schok … aan de slag, tips voor slachtoffers en hun omgeving, 2011 Hulpverlening Gelderland Midden, Draaiboek rouwen en verdriet op of rond de school, 2005 Verwerkt en aangevuld door Björn Wullus (IDEWE) en Joke Vander Vurst en Filip Mels (VCLB Leuven) Andere interessante bronnen: - Als je slachtoffer bent van een schokkende gebeurtenis (brochure CAW Slachtofferhulp) - Crisiscommunicatie (Klasse) - Draaiboek psychosociaal interventieplan - Noodplanning en crisisbeheer in België - Rouwen op school (website Thomas) 9
© Copyright 2024 ExpyDoc