WG 4 Internationaal Economisch Recht en

Supplement Internationaal recht 2014-2015
WG 4 Internationaal Economisch Recht en Duurzame ontwikkeling
Deze week staat het Internationaal Economisch Recht en duurzame ontwikkeling
centraal. Internationaal Economisch Recht kent duidelijke, harde regels terwijl duurzame
ontwikkeling meer een vaag begrip is waar je een brede invulling aan kunt geven.
Opgave 1
Lees de ILA New Delhi Declaration of Principles of International Law relating to
Sustainable Development.
a. Wat houdt het beginsel van duurzame ontwikkeling in en wat is de juridische
status van het beginsel?
De ILA is eigenlijk een non-gouvernementele organisatie die bestaat uit duizenden
geleerden die als taak hebben om het internationaal recht te bestuderen en uit te leggen.
In dit geval gaat het dan om duurzame ontwikkeling. Deze ILA declaration is niet bindend
In de ILA New Delhi Declaration is de uitleg van het begrip duurzame ontwikkeling te
vinden op p. 289 van de EIR onder het woord 'expresses'. Duurzame ontwikkeling duidt
dan met name op een samenhangend geheel van economische, milieu en sociale
doelstellingen. Economische groei moet zo min mogelijk ten koste gaan van de
natuurlijke hulpbronnen van de aarde.
Wat de juridische status van het beginsel betreft: Duurzame ontwikkeling is relatief vaag
maar stelt een kaderbeginsel voor waaraan politiek beleid zou moeten voldoen. Het
beginsel is niet als dusdanig afdwingbaar, het is een kaderbeginsel. Je kunt een staat niet
aanspreken omdat hij dit beginsel niet volledig heeft nageleefd.
b. Welke beginselen van duurzame ontwikkeling worden in de verklaring
onderscheiden?
Beginsel 1: de taak van staten om het duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen te
garanderen.
1.1: je mag doen wat je wilt binnen je grondgebied, maar: je mag geen activiteiten
toelaten die grensoverschrijdende schade toebrengen. Let ook goed op het woord
‘significant’: niet elke schade valt hier dus onder, het moet echt behoorlijke schade zijn.
Beginsel 2: billijkheid en uitroeiing van armoede
Beginsel 3: gemeenschappelijk doel voor de internationale gemeenschap, verschillende
verantwoordelijkheden van staten.
Beginsel 4: voorzorgsbeginsel (een kenmerk van dit beginsel is de onzekerheid van de
wetenschap)
Beginsel 5: je moet het publiek betrekken en derhalve dus het publiek informatie
verstrekken
Beginsel 6: beginsel van goed bestuur
Daar vallen enkele elementen onder: transparante beslissingen, gevecht tegen corruptie,
eerlijke rechtsgang etc.
Beginsel 7: het beginsel van integratie en intergenerationele solidariteit.
Twitter.com/SlimStuderen | Facebook.com/SlimStuderen
1
Supplement Internationaal recht 2014-2015
c. Welke elementen van deze beginselen kunt u terugvinden in de Verklaring van Rio
uit 1992?
Hieronder worden de beginselen uit de Rio verklaring opgesomd waar de elementen uit
de ILA Declaration terug te vinden zijn. Achter de beginselen staat vermeld waar naar
gekeken moet worden.
Beginsel 1: het begrip duurzame ontwikkeling is ouder dan de Rio declaration, het is dan
ook terug te vinden in de Verklaring van Rio 1992.
Beginsel 3: oog hebben voor de noden van toekomstige generaties. Dit valt onder
billijkheid uit beginsel 2 van de ILA Declaration.
Beginsel 5: uitroeien van armoede. Hier vinden we wederom beginsel 2 van de ILA
Declaration terug.
Beginsel 7: staten hebben hetzelfde doel, maar verschillende verplichten, kijk hiervoor
ook naar het Kyoto protocol. Dit valt terug op beginsel 3 van de ILA Declaration.
Beginsel 15: voorzorgsbeginsel is hier te vinden wat terugvalt op beginsel 4 van de ILA
Declaration. (kenmerk daarvan: onzekerheid wetenschap)
Beginsel 17: je kunt het een niet zonder het ander beschouwen. Dit valt direct terug op
beginsel 7 uit de ILA Declaration.
Opgave 2
Lees de Case concerning Pulp Mills on the River Uruguay (Argentina v. Uruguay).
a. Wat waren de feiten en omstandigheden die ten grondslag lagen aan deze
procedure?
De Pulp Mills zaak speelde tussen Argentinië en Uruguay en dat ging over de bouw van
een cellulosefabriek op de oevers van de Uruguay-rivier en dat zou leiden tot
milieuschade in Argentinië. Uruguay betwist uiteraard dat dit het geval is.
b. Hoe omschrijft het Internationaal Gerechtshof het beginsel van duurzame
ontwikkeling?
In rechtsoverweging 76 van deze zaak staat wat het Hof onder duurzame ontwikkeling
verstaat, namelijk de noodzaak om economische ontwikkeling te verzoenen met de
bescherming van het milieu.
c. Wat houdt de verplichting tot het verrichten van een milieueffectrapportage
(Environmental Impact Assessment) in?
Een milieueffectrapportage is bedoeld om grensoverschrijdende milieuschade te
voorkomen, door goed in kaart te brengen welke gevolgen bepaalde activiteiten voor het
milieu hebben zodat aan de hand daarvan kan worden gekeken welke preventieve
maatregelen er nodig zijn. Het komt dus in feite neer op een onderzoek naar de gevolgen
voor het milieu van een eventuele economische activiteit. Kijk goed naar
rechtsoverweging 204; het Hof gaat bevestigen dat die milieueffectrapportage een
verplichting is onder internationaal gewoonterecht.
Twitter.com/SlimStuderen | Facebook.com/SlimStuderen
2
Supplement Internationaal recht 2014-2015
d. Aan welke onderliggende verplichtingen beoogt de milieueffectrapportage
tegemoet te komen?
De milieueffectrapportage wil tegemoet komen aan de due diligence, zijnde de zorgplicht
van staten. Ook wil zij tegemoet komen aan het preventie en voorzorgsbeginsel. We
hebben een preventiebeginsel (prevention) en een voorzorgsbeginsel (precaution). Bij
het preventiebeginsel is de wetenschap zeker dat er schade aan het milieu zal ontstaan,
bij het voorzorgsbeginsel is de wetenschap onzeker. Het preventiebeginsel is een harde
verplichting, mede daarom is de milieueffectrapportage verplicht. Het voorzorgsbeginsel
is geen harde verplichting.
Opgave 3
De Republiek Malmo heeft besloten om naar gas te boren vlak bij de grens met het
Koninkrijk Bergen. Kort na aanvang van het project, doen zich in Bergen de eerste
aardbevingen voor. Alhoewel het gaat om kleine aardbevingen en er nog geen schade is
opgetreden, verzoeken de inwoners van de getroffen streek hun overheid om Malmo tot
de orde te roepen. De overheid van Bergen vraagt Malmo vervolgens het project stop te
zetten, maar Malmo weigert iedere vorm van medewerking. Malmo beroept zich hierbij
op zijn recht om vrijelijk te beschikken over zijn natuurlijke hulpbronnen.
Handelt Malmo hiermee in overeenstemming met het geldende internationaal recht?
Het argument van Malmo is juist, in die zin dat staten die soevereiniteit hebben zolang ze
maar geen activiteiten toelaten die ernstige grensoverschrijdende schade toebrengen. Dit
is het preventiebeginsel. Op grond van het precautionary principle is het zo dat van
Malmo eigenlijk mag worden verwacht dat ze voorzorgsmaatregelen nemen om
eventuele schade te voorkomen die wegens wetenschappelijke onzekerheid nog niet
duidelijk is. De aardbevingen in Bergen leveren namelijk nu nog geen schade op, maar
als de aardbevingen toenemen, kan dit wel het geval zijn. Dit is echter geen harde
rechtsregel. Wat wel een harde rechtsregel is, is de plicht om een milieueffectrapportage
uit te voeren. Uit de Pulp Mills zaak, rechtsoverweging 204 volgt dat de plicht om een
milieueffect rapportage uit te voeren inmiddels een regel onder internationaal
gewoonterecht is, Malmo is dus ook verplicht dit uit te voeren. Dit heeft Malmo echter
niet gedaan. Malmo heeft zijn zorgplicht dus geschonden (due diligence).
Malmo handelt daarom niet in overeenstemming met het geldende internationaal recht.
Een vraag zoals opgave 3 kan zomaar in het tentamen zitten. De docent wil iedereen op
het hart drukken de IRAC (Issue, Rule, Analysis, Conclusion) methode te gebruiken bij
elke vraag op het tentamen. Doe dit echter niet te letterlijk; ga niet neerzetten: Issue:,
Rule: etc. Dit willen docenten niet, ze willen het zien in de opbouw van je verhaal.
Opgave 4
a. Wat zijn de belangrijkste doelstellingen van de Wereldhandelsorganisatie, zoals
neergelegd in de preambule van het Oprichtingsverdrag?
Intergenerationele solidariteit. Het doel van de handelsorganisatie is zoveel mogelijk
gericht op het doel om de internationale handel te optimaliseren
b. Welke algemene beginselen van de GATT zijn neergelegd in Artikel I, III en XI van
de GATT?
 MFN clause (most favoured nation clause) Dit gaat om non-discriminatie binnen
de organisatie. (Art. I. 1 GATT)

Beginsel van nationale behandeling (Art. III.4 GATT)

Het verbod op kwantitatieve beperkingen (Art. XI GATT)
Twitter.com/SlimStuderen | Facebook.com/SlimStuderen
3
Supplement Internationaal recht 2014-2015
c. Wat verstaat de GATT onder soortgelijke producten?
De GATT verstaat onder soortgelijke producten producten die in een concurrentie
verhouding met elkaar staan. Kijk hiervoor naar de MFN clause en het beginsel van
nationale behandeling. Deze twee gaan over 'like products', zijnde soortgelijke
producten. Het gaat bij deze producten niet om de productiewijze, mits je dat niet
terugziet in het eindproduct moet je ze gewoon gelijkelijk behandelen. Om dit te
verduidelijken geef ik even een voorbeeld wat Nollkaemper ook geeft in hoofdstuk 11:
koffie die afkomstig is van een plantage waar de producten milieuvriendelijk worden
geproduceerd en koffie die afkomstig is van een plantage waar niet milieuvriendelijk
wordt geproduceerd moeten gelijkelijk worden behandeld als in het eindproduct het
verschil niet te merken is.
d. Welke uitzonderingen op de algemene beginselen van de GATT zijn er neergelegd
in Artikel XX van de GATT? Welke van die uitzonderingen werden ingeroepen in de
US Shrimp en de EC Seals zaken? Leg uit.







Maatregelen ter bescherming van de publieke moraal (a)
Maatregelen ter bescherming van menselijk, dierlijk of plantaardig leven (b)
Maatregelen met betrekking tot de import of export van goud of zilver (c)
Maatregelen die zorgen dat wetten in overeenstemming zijn met de GATT (d)
Maatregelen met betrekking tot producten afkomstig van gevangeniswerk (e)
Maatregelen ter bescherming van nationale schatten die artistieke, archeologische
of historische waarde hebben (f)
Maatregelen ter bescherming van natuurlijke hulpbronnen zijnde beperkingen
betreffende binnenlandse productie dan wel consumptie (g)
De maatregelen van h tot en met j zijn voor de werkgroep niet belangrijk dus hiervoor
verwijzen wij naar de EIR.


In de EC Seals zaak ging het om een geschil tussen Canada en de EU over een
verbod op zeehondenproducten ingesteld door de EU. De EU beriep zich op de
uitzondering in art. XXa van de GATT vanwege de waarde die in Europa wordt
gehecht aan dierenwelzijn . Zij beriep zich dus op de exceptie van de publieke
moraal. Dit werd erkend door het beroepsorgaan.
In de US Shrimp zaak beriep de VS zich juist op een andere uitzondering, te
vinden in art. XXb van de GATT. Zij had namelijk de invoer van garnalen
beperkt die afkomstig waren uit staten die bij de vangst hadden geweigerd om
maatregelen te nemen om zeeschildpadden te beschermen die in sommige
gebieden bij de vangst massaal slachtoffer werden. Hier was het
beroepsorgaan minder welwillend; er werd geoordeeld dat de VS zich schuldig
maakte aan willekeurige en ongerechtvaardigde discriminatie omdat zij
methoden hadden opgelegd voor de bescherming van zeeschildpadden zonder
de omstandigheden die in een andere staat heersen in aanmerking te nemen.
e. Hoe werkt de dubbele test van Artikel XX van de GATT?
De dubbele test werkt als volgt: eerst moet gekeken worden of de maatregel volgt
onder een van de in artikel XX neergelegde uitzonderingen. De maatregel moet ook
echt strekken tot de bescherming van leven dan wel de gezondheid van de mens,
plant of dier, het behoud van natuurlijke hulpbronnen die uitputbaar zijn etc. Er moet
tevens voldoende verband bestaan tussen de maatregelen en het gestelde doel.
Twitter.com/SlimStuderen | Facebook.com/SlimStuderen
4
Supplement Internationaal recht 2014-2015
Vervolgens moet gekeken worden of de maatregelen ook noodzakelijk zijn voor de
bescherming van de gezondheid van mens, dier of plant. Maatregelen zijn
noodzakelijk als er geen redelijke alternatieven bestaan die het beoogde doel kunnen
realiseren en die minder ingrijpend zijn. Dan moet er nog gekeken worden of de
maatregelen niet een middel vormen tot willekeurige en ongerechtvaardigde
discriminatie. Dit is er om te voorkomen dat er misbruik wordt gemaakt van de
uitzonderingen.
Opgave 5
Arcadia is lid van de Wereldhandelsorganisatie. Om de ernstig bedreigde witte dolfijn te
beschermen, die onder meer in Arcadia’s wateren leeft, verbiedt Arcadia de invoer van
vis uit landen die onvoldoende maatregelen nemen om te voorkomen dat de witte dolfijn
in visnetten verstrikt raakt. Arcadia stelt geen technische eisen aan de maatregelen die
andere landen nemen, zolang deze landen ervoor zorgen dat de bijvangst van die witte
dolfijn aanzienlijk daalt. Arcadia legt bovendien ook maatregelen op aan Arcadiaanse
vissers.
Atlantis, een ontwikkelingsland dat grotendeels afhankelijk is van de export van vis, wil
de nieuwe regelgeving van Arcadia aanvechten bij het Dispute Settlement Body van de
WTO. Arcadia en Atlantis zijn beide lid van de WTO. Maak in uw antwoord duidelijk om
wat voor soort schending van de GATT het hier zou kunnen gaan en bespreek één
mogelijkheid voor Arcadia onder de GATT om maatregelen te rechtvaardigen. Is in casu
aan alle voorwaarden voldaan?
Ten eerste: heeft Arcadia een beginsel van de GATT geschonden? Ja, er is sprake van
een kwantitatieve beperking die neergelegd is in artikel XI GATT. Dit mag niet, tenzij er
een rechtvaardiging is om hierop een uitzondering te maken. In dat geval moet getoetst
worden aan de uitzonderingen in artikel XX GATT.
De maatregel waar Arcadia zich op beroept is die van sub g; het beschermen van
natuurlijke hulpbronnen (dit kunnen ook levende hulpbronnen zijn, zoals vis). In eerste
instantie zou je aan sub b kunnen denken, maar sub g is hier beter op zijn plaats. Is er
voldoende verband tussen de maatregelen en het doel? Nu, daar lijkt het wel op. Het
gaat om het beschermen van de witte dolfijn, deze maatregel is daartoe een effectief
middel.
Nu komt de crux van het verhaal: is deze maatregel noodzakelijk? Bestaan er redelijke
alternatieven om het beoogde doel te realiseren? Uit de casus blijkt niet dat Arcadia
andere maatregelen onderzocht heeft. Een andere maatregel zou bijvoorbeeld het
plaatsen van etiketten op de producten kunnen zijn. De consument wordt dan bewust
van de situatie en als reactie op het maatschappelijk ongenoegen zullen de vissers uit
zichzelf maatregelen nemen. Deze maatregel is dus niet per definitie noodzakelijk.
Is er dan sprake van willekeurige en ongerechtvaardigde discriminatie? Uit de casus
blijkt dat Arcadia deze maatregel oplegt aan ieder land en niet alleen Atlantis, daarbij
komt dat de maatregel ook opgelegd wordt aan Arcadiaanse vissers. Het is dus niet
alleen bedoeld voor buitenlandse vissers. Er is dan ook geen sprake van willekeurige en
ongerechtvaardigde discriminatie.
Alles bij elkaar genomen is hier niet voldaan aan alle voorwaarden, er zijn minder
ingrijpende maatregelen mogelijk.
Twitter.com/SlimStuderen | Facebook.com/SlimStuderen
5