1 Worstelen met de uitvoering van wet- en regelgeving, een kijkje in de keuken van het CBG 4 juni 2014 Sandra Kruger Max Polano Agenda Blok I. Het College: Wat? Wie? Hoe? Blok II. Worstelingen: een paar voorbeelden 3 BLOK 1 Het College: Wat? Wie? Hoe? 4 1. WAT: HET DOEL Bescherming volksgezondheid: - tegen onveilige geneesmiddelen bevorderen goed en veilig gebruik geneesmiddelen bijdragen aan voldoende bevoorrading en beschikbaarheid geneesmiddelen 5 2. WAT: BEWEEGLIJKHEID en ARMLENGTE Het gaat om evenwicht: • Benefit /Risk • Lidstaten/Gemeenschappelijke markt • Gelijke toegang zorg/Concurrerende industrie Binnen kaders van wet en regelgeving 6 Wie doet het? • Er is een College ter Beoordeling van Geneesmiddelen. • Het College wordt ondersteund door secretariaat: het agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen 7 Hoe doet het CBG het? • Verlenen: Het CBG verleent een handelsvergunning alleen als door aanvrager wordt aangetoond dat de benefit/risk balans positief is: – Werkzaamheid in relatie tot indicatie: Doet het middel wat het moet doen? – Veiligheid in relatie tot indicatie: Zijn risico’s bij normaal gebruik van het geneesmiddel aanvaardbaar? – Kwaliteit van het geneesmiddel constant: Is de productie van het geneesmiddel zo georganiseerd dat een constante kwaliteit gegarandeerd wordt? 8 Centrale procedure Dossier: EMA Beoordelen: CHMP Beslissing: Eur. Commissie NL is vertegenwoordigd in de CHMP NL vertegenwoordiger wordt ondersteund door CBG Standpunten besproken in Collegevergadering 9 Wederzijdse erkenning: DCP - MRP Dossier: CBG Beoordelen / concept beslissing: RMS, CMS, CMDh Beslissing: CBG CBG is vertegenwoordigd, als RMS of CMS Afstemming in CMDh Standpunten besproken in Collegevergadering 10 Nationale procedure Dossier: CBG Beoordelen : CBG 11 Beslissing: CBG Vraag 1: Houdt het CBG bij toelating ook rekening met het belang van patiënten? 12 • Onafhankelijke wetenschappelijke beoordeling. • Patiëntenbelang 13 Vraag 2: Speelt bij de beoordeling van een geneesmiddel de publieke mening een rol? 14 • Bij beoordeling geneesmiddel speelt publieke mening geen rol • Maar leidt wel nog eens tot wetenschappelijk bekijken van het geneesmiddel 15 Blok II. Worstelingen • Inhoudelijk en regulatorisch • volksgezondheidsbelang én economisch belang 16 Worsteling I: Weesgeneesmiddelen 17 Verordening Weesgeneesmiddelen (1) • Zeldzame ziekten: 5 patiënten per 10,000 EU inwoners • Diverse stimulansen om ontwikkeling van geneesmiddelen te bevorderen, o.a. – Advies bij de productontwikkeling; – Lagere tarieven voor de aanvraagprocedure; – 10 jaar marktprotectie • Marktprotectie: “no satisfactory method of diagnosis, prevention or treatment of the condition concerned can be authorised, or, if such a method exists, the medicine must be of significant benefit to those affected by the condition” 18 Verordening Weesgeneesmiddelen (2) • Tijdens de ontwikkeling vraagt de firma een orphan designation aan • Nadat een positieve opinie voor een handelsvergunning is verkregen zal de COMP de orphan status opnieuw beoordelen en bevestigen (of niet) • Meerdere firma’s kunnen dus een orphan designation krijgen: op het moment van verlenen van de handelsvergunning gaat de markt exclusiviteit een rol spelen 19 Na 14 jaar ervaring • Indicaties voor een steeds kleinere patiëntenpopulatie • “zoeken naar” verschillende indicaties voor vergelijkbare producten 20 Orphacol • 50 mg cholzuur, harde capsules • Goedgekeurde indicatie in sept 2013: behandeling van aangeboren defecten in de primaire galzuursynthese als gevolg van 3β-hydroxy-Δ5-C27-steroïdoxidoreductasedeficiëntie of Δ4-3-oxosteroïd-5βreductasedeficiëntie bij zuigelingen, kinderen en adolescenten van 1 maand tot 18 jaar en bij volwassenen • Weesgeneesmiddelenstatus behouden bij handelsvergunning 21 Cholic Acid FGK • 50 mg cholzuur, harde capsules • Goedgekeurde indicatie in april 2014: behandeling van aangeboren defecten in de primaire galzuursynthese als gevolg van deficiëntie van sterol-27hydroxylase (gepresenteerd als cerebrotendineuze xanthomatose, CTX), deficiëntie van 2- (of α-) methylacylCoA-racemase (AMACR), of deficiëntie van cholesterol-7αhydroxylase (CYP7A1) bij zuigelingen vanaf de leeftijd van één maand, bij kinderen en adolescenten tot 18 jaar en bij volwassenen • Weesgeneesmiddelenstatus behouden bij handelsvergunning 22 Wetenschap vs regelgeving • Vpriv (velaglucerase alfa) handelsvergunning in aug 2010 als langdurige enzymvervangingstherapie (EVT) bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1 Weesgeneesmiddel • Aanvraag voor Elelyso (taliglucerase alfa) CHMP: een positieve B/R balans is aangetoond bij patiënten met de ziekte van Gaucher type 1 Geen handelsvergunning vanwege weesgeneesmiddelstatus van Vpriv Argument dat er een alternatief beschikbaar zou zijn bij eventuele leveringsproblemen Vpriv was niet afdoende 23 Een verbetering wordt niet altijd beloond • Phenburane, 483 mg natriumfenylbutyraat per gram granulaat • Behandeling van chronische ureumcyclus stoornissen • Tijdens ontwikkeling: orphan designation vanwege de te verwachten betere aanvaardbaarheid bittere smaak gemaskeerd 24 Een verbetering wordt niet altijd beloond • CHMP: benefit/risk balans is positief • COMP: onvoldoende aangetoond dat betere smaak resulteert in een betere therapietrouw of een betere kwaliteit van leven • Wel een handelsvergunning, maar geen weesgeneesmiddelstatus 25 Vragen aan de zaal • Is de uitvoering van deze wetgeving overeenkomstig de geest van de wet? • Wordt de patiënt hier beter van? 26 Worsteling II: Global marketing authorisation? New active substance? Data- en marktprotectie 27 Aanvraag DCP CBG Art. 10a Well established DMF Psiorasis DAY70 ???? Art. 8(3) Art. 8(3) DMF_MEF MS DMF Psiorasis 28 Artikel 10(1):Data en markt bescherming (8/10 jaar) 8/10 – 0/0 0/0? ‘global marketing authorisation’? art. 6(1) richtlijn 2001/83 - • Dezelfde handelsvergunningshouder • Is DMF een ‘New Active Substance’? 29 Definitie ‘New active substance’ in Notice to Applicants: a chemical substance not previously authorised as a medicinal product in the European Union (Annex I to the Notice to Applicants VOLUME 2A, Procedures for marketing authorisation, CHAPTER 1, MARKETING AUTHORISATIONS, June 2013). 30 • Europese Commissie in januari 2014: Het geneesmiddel dat DMF bevat is verschillend van het geneesmiddel dat DMF_MEF bevat. Niet dezelfde Global marketing authorisation DMF niet eerder als werkzaam bestanddeel in geneesmiddel gebruikt 31 Aanvraag Art. 10a Well established DMF Psiorasis Art. 8(3) Art. 8(3) DMF_MEF MS DMF Psiorasis 32 Voor de lopende aanvraag: Geen generieke aanvraag ((10(1)) Geen Hybride aanvraag (10(3)) Geen Biosimilars (10(4)) 33 Worsteling III: Generieke producten en referentie producten 34 Generieke en referentie producten Referentie product (innovator) Generiek product Middels bioequivalentie: link naar de preklinische en klinische data van het referentieproduct 35 Referentie product • Tot 2005: referentie product moest in het land van aanvraag een handelsvergunning hebben generieke producten van bekende referentie producten • Vanaf 2005: - Historisch referentie product - Europees referentie product 36 Historisch referentie product Referentie product Generiek product Middels bioequivalentie: link naar de preklinische en klinische data van het referentie product De handelsvergunning is ingetrokken 37 Historisch referentie product • Hoe toon je bioequivalentie aan, indien er geen batches van het referentie product meer zijn? Mogelijk een andere sterkte of farmaceutische vorm Anders een hybride procedure (10.3) 38 39 Europees referentie product: meer indicaties Referentie product in UK: 4 indicaties Generiek product Middels bioequivalentie: link naar de preklinische en klinische data van het referentie product met die 4 indicaties Referentie product in NL: 2 indicaties 40 Hoe moeten we dit beoordelen? • Het CBG kent die indicaties niet, dus vragen we aan de firma de volledige onderbouwing • Het CBG kent de indicaties niet, we willen de beoordeling van de UK zien • Het CBG heeft die indicaties in het verleden geweigerd, waarom nu wel goedkeuren? 41 Ontwikkeling in de gestelde vragen • Indicaties A en B zijn niet goedgekeurd in NL, dus moet de firma deze onderbouwen de vraag ligt bij de firma • Indicaties A en B zijn niet goedgekeurd in NL, wil de UK zijn beoordeling aan NL sturen? de landen gaan onderling overleggen, firma wordt hier buiten gelaten Maar de discussie over het referentie product wordt gevoerd in de generieke procedure 42 Europees referentie product: herintroductie oude producten Referentie product in UK Generiek product Middels bioequivalentie: link naar de preklinische en klinische data van het referentie product Referentie product in NL 43 Hoe moeten we dit beoordelen? • Het CBG was jaren geleden van mening dat er voor dit product geen plaats meer was • Vanwege de Europese harmonisatie, is zo’n eenzijdig standpunt niet langer mogelijk • De aanvraag aanvaarden of de discussie op Europees niveau voeren 44 Europese Commissie • Bij generiek dossier kan er alleen een beoordeling plaats vinden op de data die erin zitten: - (Non)Clinical Overview - kwaliteitsdossier - bioequivalentiestudie • Indien een land problemen heeft met het referentie product, dan een discussie voeren met de firma van het referentie product de firma van het referentieproduct heeft alle data art 30 of art 31 procedure starten 45 Na alle worstelingen • Discussie over de onbekende indicaties beperkt zich richting generieke firma tot het (Non)Clinical Overview • Tijdens discussie in College wordt gelijk besproken: moet er een harmonisatieprocedure voor het referentieproduct gestart worden 46 Ervaring met art 30 of 31 procedures • Een handelsvergunning doorhalen van een product dat nationaal is geregistreerd is lastig: er is altijd een groep patiënten ergens in Europa die er baat bij heeft (bv nimesulide) • Wel lukken: indicaties inperken 47 Vragen aan de zaal • Is de uitvoering van deze wetgeving overeenkomstig de geest van de wet? • Wordt de patiënt hier beter van? 48 Worsteling IV: Parallelhandelsvergunning Parallel in te voeren geneesmiddel X - eerder toegelaten in ander lidstaat Gelijk of nagenoeg gelijk? Referentiegeneesmiddel Y - dat is toegelaten in Nederland 49 Frankrijk Nederland Innovator B geneesmid del Referentie geneesmiddel Generiek geneesmiddel Aanvraag parallelhandelsvergunning voor te importeren (generiek) geneesmiddel 50 Frankrijk Nederland B x1 x2 y1 Bioequivalent op basis van invitro. y1 In Nederland niet acceptabel 51 Moet de parallelhandelsvergunning verleend worden? 52 Worsteling V: Geneesmiddelen en medische hulpmiddelen 53 Vergelijkbare producten, ander systeem Alli XLS Medical Werking Bindt vet in de darmen, zodat er minder vet wordt opgenomen Bindt vet in de darmen, zodat er minder vet wordt opgenomen Beoordeeld en goedgekeurd als Geneesmiddel Medisch hulpmiddel Waar te koop? Uitsluitend apotheek, want begeleiding is noodzakelijk Drogisten, teleshop 54 Geneesmiddel en medisch hulpmiddel 55 Vergelijkbare producten, ander systeem Prevalin Prevalin direct Werking Remt het vrijkomen van stoffen die overgevoeligheidsreacties kunnen veroorzaken Een micro-gel barrière op het neusslijmvlies voorkomt dat allergenen een allergische reactie veroorzaken Beoordeeld en goedgekeurd als Geneesmiddel Medisch hulpmiddel Waar te koop? Algemene Verkoop Drogisten, supermarkt 56 Vragen aan de zaal • Is dit een probleem of is het een logisch gevolg van het feit dat er twee verschillende beoordelingssystemen naast elkaar bestaan • Wordt de patiënt hier beter van? 57 CBG & consultatieprocedure voor medische hulpmiddelen • Medisch hulpmiddel: net als geneesmiddel ter behandeling, preventie, diagnostisering van aandoening of gebrek • Echter niet via farmacologische, immunologische of metabole werking (maar via fysische werking) • Medische hulpmiddelen worden beoordeeld door een Notified Body (bv KEMA, TNO, TÜV, BSI) 58 Consultatieprocedure medische hulpmiddelen • Een medisch hulpmiddel met een ondersteunende farmaceutische stof: de Notified Body is verplicht advies te vragen aan een Europees geneesmiddelcollege ten aanzien van de farmaceutische stof • CBG adviseert de Notified Body omtrent nut (“usefulness”), veiligheid (“safety”) en kwaliteit (“quality’) van de toegevoegde farmaceutische stof in relatie tot het hulpmiddel 59 Consultatieprocedure medische hulpmiddelen • De farmaceutische stof mag slechts ondersteunend zijn aan het doel van het hulpmiddel • Maar wie bepaalt dat? De Notified Body of het CBG? de Notified Body 60 Worstelingen met een medische hulpmiddel • Indifferente crème met als toevoeging nicotinamide • De claim “ondersteuning van de beschermende werking van de huid bij de verlichting van symptomen bij dermatitis in het gezicht” • Nicotinamide is ook als een geneesmiddel geregistreerd, in NL als een oplossing voor injectie (indicatie = vitamine tekort) • Nicotinamide is in de UK als een geneesmiddel geregistreerd 61 Worstelingen met een medische hulpmiddel • Discussie binnen het CBG: is de werking van nicotinamide ondersteunend aan de indifferente crème, of is de hoofdwerking afkomstig van nicotinamide? 62 63 64
© Copyright 2024 ExpyDoc