Opbouw 2014-05-p.9

In gesprek over bidden
TEKST DICK LAGEWAARD
Vraag een ‘Bekende Christen’ naar
zijn gebed. Dat was de formule van
een artikelenserie van het Nederlands
Dagblad, waar het boekje In gesprek
over bidden een bundeling van is. Ik
heb niets met het idee van BN’ers of
BC’ers, maar dit boekje biedt verrassende inzichten, die mijn verlangen
om te bidden versterken.
Brabbelen
Hoe begin je met bidden? Onbewust,
zegt Willem Jan Otten. ‘Praten met
iemand die er niet is, zie je al bij kinderen.’
Heel bewust, zegt kunstenares Jip van
Wijngaarden over haar eerste gebed
in een feestzaal in Parijs. ‘Ik liep naar
voren en een vrouw zei tegen me:
“Bidden is praten met God, je doet je
handen omhoog en alles wat ertussen
ligt, geef je terug aan je Vader.” Toen
liep ze weg. Ik heb wat staan brabbelen en had het gevoel dat ik in brand
stond. Mijn eerste gebed, met vage
woorden, heeft mij radicaal van een
duister dal in het licht gezet. Ik ben
sinds die avond in Parijs door blijven
brabbelen. En ik ben de Bijbel gaan
lezen.’
Dit deed me denken aan een verhaal
van een vrouw uit onze gemeente,
die na haar zestigste de Alpha-cursus
bezocht. Ze geloofde, maar had nog
nooit gebeden. Een oude en wijze
man zei op zijn laatste ziekbed: kom
eens bij me zitten, dan bidden we
samen. Sindsdien kon ze bidden.
Ontspannen.
James Kennedy meldt als bevrijdende
ontdekking: ‘Bid als je kunt, niet als je
zou moeten.’
Ik heb enkele keren het eerste gebed
van iemand gehoord. Het is alsof je
bij een geboorte bent, dezelfde sfeer
van verwondering en intense blijdschap.
Ervaring
Tijs van den Brink, iemand die ik
als laatste in het vakje ‘zweverig’ zou
plaatsen, meldt het zien van een engel
tijdens een gebed voor een operatie.
En Anne van der Bijl geeft aan dat
echt bidden moeilijk is: ‘Ik heb nog
nooit een christen ontmoet die tevreden was met zijn gebedsleven.’
Jan Eckeveld, predikant van de Gereformeerde Gemeenten, verwoordt
verrassend genoeg op de meest krachtige wijze het verband tussen geloof
en ervaring. ‘Als ik bid, ervaar ik
gemeenschap met God. Ik kan mijn
noden, vragen, zorgen en verlangens
bij Hem kwijt. Ik mag bevinden dat
God nabij is. Dat is meer dan een
gevoel. Gevoel is erg op jezelf gericht.
Bevinden is op God gericht.’
Theo Visser, aan de andere kant van
het kerkelijk spectrum, zegt: ‘Als ik
een ontmoeting heb gehad met God,
ziet mijn vrouw het aan mijn gezicht:
ik straal helemaal, ik ben blij dat ik
leef.’
Ook Bisschop Tiny Muskens zegt: ‘U
hoeft mij niet te vragen of God bestaat: ik heb Hem ontmoet.’
Eigen weg
Waar bidden? Sommigen hebben
speciale gebedsplaatsen in huis. Lees
bijvoorbeeld wat Theo Visser daarover vertelt! En Anne van der Bijl zegt
te streven naar het woord moeder
Theresa: ‘Ik bid nooit, ik praat altijd
met Jezus.’
En tot wie bidden we? ‘Mijn gebed
begint bij Jeshua… zo komt ik tot
God de Vader’ (Jip van Wijngaarden).
Willem Ouweneel: ‘Je moet je zorgvuldig richten tot Iemand in je gebed.
Ook al geloof ik dat er daar boven
maar één brievenbus is en dat al je
gebeden goed terechtkomen.’
Opnieuw verrassend voor mij is dat
Jan Eckeveld uit de Gereformeerde
Gemeenten zegt soms ‘de Heere Jezus’
direct aan te spreken en zich soms
ook tot de Heilige Geest te richten.
Dat rooms-katholieken dat laatste
doen, is bekend, maar bisschop Tiny
Muskens neemt meteen een misverstand weg: ‘Bidden tot de Geest is
geen omweg in gebed.’ Muskens bidt
tot God, ook wel tot Jezus en in de
loop der jaren meer tot de Heilige
Geest. ‘Je wordt door Hem vanzelf
bij Christus gebracht – je ervaart een
eenheid met God.’
Dit boekje stimuleert je om je eigen
weg te vinden in je gebeden. Zo geeft
juist de voorganger in de Gereformeerde Gemeenten aan thuis nooit
formuliergebeden te gebruiken: ‘Ik
denk dat een vrij gebed dichter bij
mezelf komt.’ Toch staan er enkele gebeden in dit boekje (van Woudenberg
en Muskens bijvoorbeeld) die je tot
zegen kunnen zijn als je ze met grote
regelmaat gaat bidden. Een boekje om
te hebben dus.
Fijter, R. de (red.) (2013), In gesprek
over bidden. Plateau, Barneveld. 128p.
€ 14,95.
Ds. Dick Lagewaard is predikant
van de NGK Veenendaal.
opbouw 58/05, 8 maart 2014
9