JONGEREN Voorbereiding vóór je bidt P resident Eyring herinnert ons eraan dat gebed ‘wederzijdse communicatie tussen God en zijn kinderen’ is. Als je tijd vrijmaakt om je op je gebed voor te bereiden, maak je die wederzijdse communicatie mogelijk. Je kunt als voorbereiding dagelijks enkele minuten in je dagboek schrijven. Je kunt lijstjes maken met zegeningen waarvoor je je hemelse Vader wilt bedanken, mensen voor wie je wilt bidden, en vragen waar je antwoord op wilt. Nodig dan de Geest uit door een lofzang te zingen of enkele verzen in de Schriften te lezen. Let onder het bidden op wat de Heilige Geest je vertelt dat je moet zeggen, en op je gevoelens en gedachten (zie LV 8:2–3). Overweeg om je ervaringen en ontvangen antwoorden in je dagboek te noteren. Je kunt ook de oefeningen op pp. 101–103 van Predik mijn evangelie: handleiding voor zendingswerk gebruiken om je gebed te evalueren en de ingevingen van de Heilige Geest te leren herkennen. KINDEREN H Lieve hemelse Vader oe weet je wat je in je gebed moet zeggen? Je begint je gebed met ‘Lieve hemelse Vader’ en je sluit het af door ‘In de naam van Jezus Christus. Amen.’ te zeggen. Wat je daartussen zegt, kun je, net als het beleg tussen een broodje, zelf kiezen. Kies de stukjes beleg die je tussen je broodje wilt. Schrijf ernaast waarvoor je wilt bidden. Je kunt ‘dank u’ zeggen voor zegeningen, over je zorgen praten, om zegeningen vragen of vragen stellen. Je kunt dit broodje uitknippen of er zelf een maken. Hang het thuis op om je te herinneren aan de dingen die je in je gebed wilt zeggen. In de naam van Jezus Christus. Amen. 6 Liahona ILLUSTRATIE TAICHI_K/ISTOCK/THINKSTOCK Gebedsbroodje