Uitvoeringsdocument BKO – REBO

Uitvoeringsdocument BKO 20 augustus 2014
Uitvoeringsdocument BKO – REBO
Gebaseerd op de Facultaire regeling basiskwalificatie onderwijs
1. Betrokkenen
Toetsingscommissie:
- dr. Wieger Bakker ([email protected]) USBO
- dr. Gerrit Faber ([email protected]) USE
- mr. Paulien Willemsen (voorzitter) ([email protected]) RGL
- drs. Mirjam Bastings([email protected]) COLUU
- Joël Wieme Studentlid Faculteitsbestuur
- tutor van de betrokken docent
Adres:
Bestuurssecretariaat REBO
t.a.v. mw. M. Walraven
Drift 15
INTERN
2. Het traject
A. Aanvang traject (zichtbaar maken startsituatie)
1. Melden start traject aan Bestuurssecretariaat REBO, [email protected]
2. Eerste BKO-studentevaluatie; formulieren aan te vragen bij Centrum voor Onderwijs en
Leren ([email protected]) onder vermelding van
a. naam docent (e-mail, telefoonnummer)
b. naam vak(ken)
c. gewenste oplage
d. periode van afname
e. uiterste uitleverdatum
f. retouradres voor verwerkte evaluaties.
De verwerking van de evaluaties neemt circa drie weken in beslag.
3. Kopie van het overzichtsrapport van de eerste studentevaluatie sturen aan:
drs. Mirjam Bastings
Centrum voor Onderwijs en Leren (COLUU)
Bestuursgebouw
Heidelberglaan 8
3584 CS Utrecht.
4. Afspraak maken met Mirjam Bastings voor een observatie van het onderwijs
([email protected]). Hierbij aangeven wat naar de mening van de BKO-docent
de aandachtspunten bij deze observatie moeten zijn.
5. Gesprek met Mirjam Bastings over het geobserveerde onderwijs.
6. Verslag van dit gesprek, waarin met name aandacht aan de leerpunten wordt besteed,
naar Mirjam Bastings sturen.
7. Rapportage van de studentevaluatie en de resultaten van het gesprek met Mirjam
Bastings bespreken met de tutor.
B. Het traject (uitvoeren opleidingsplan)
1. Vervolg van het traject is in eigen tempo, toegespitst op eigen leerpunten en onder
begeleiding van de tutor (het opleidingsplan). De duur van het BKO-traject is conform
de regeling in beginsel twee jaar. De docent is zelf verantwoordelijk voor het bewaken
van de termijnen.
2. Onderwijsintervisie:
a. Tutor bezoekt ten minste twee maal het onderwijs; notities hiervan of een
verslag van het gesprek hierover opnemen in het portfolio;
b. Collega bezoekt ten minste twee maal het onderwijs; notities hiervan of een
verslag van het gesprek hierover opnemen in het portfolio;
c. BKO-docent bezoekt ten minste twee maal het onderwijs van een collega;
notities hiervan of een verslag van het gesprek hierover opnemen in het
portfolio (Wat spreekt aan, wat niet, waarom?).
3. Waar nodig het volgen van aanvullende didactische cursussen (info: Mirjam Bastings).
1
Uitvoeringsdocument BKO 20 augustus 2014
4. Verzamelen van het overige materiaal dat nodig is voor de samenstelling van het
eindportfolio en het schrijven van de reflectie (zie hierna onder 3. Inhoud portfolio).
5. Tegen het eind van het traject een dvd maken van het onderwijs. Deze kan door het
CIM worden gemaakt. Boeking gebeurt door invulling van het formulier dat te vinden is
op: http://cms.let.uu.nl/lecturenet/index.php/aanvraagformulier.html.
Let op: minimaal 2 weken van te voren de aanvraag doen. Vermeld in het vak SAPcode het nummer RA.032964.4 en in het vak opmerkingen: DVD-opname BKOtraject, totaal 5 kopieën (aanleveren op USB is ook mogelijk-stick).
6. Eén van de DVD’s sturen aan:
drs. Mirjam Bastings
Centrum voor Onderwijs en Leren, Bestuursgebouw
Heidelberglaan 8
3584 CS Utrecht
Hierbij aangeven welke drie fragmenten illustratief zijn voor de volgende drie vragen:
‘Wat gaat mij in mijn rol als docent goed af, wat kan ik beter anders doen en waar aarzel ik
over of het wel goed is?’
Licht uw keuze toe en geef aan waar de fragmenten op de dvd te vinden zijn.
Maak vervolgens een afspraak met Mirjam Bastings voor een bespreking van de
eigen selectie uit het beeldmateriaal.
7. Wanneer de tutor van mening is dat aan de eisen voor kwalificatie is voldaan (zie art.
3.8 Facultaire Regeling), moet een tweede BKO-studentevaluatie worden afgenomen.
De overzichtsrapportage opnemen in het portfolio.
C. Afronding traject (procedure voor de BKO-toetsingscommissie)
1. De tutor dient een verzoek tot beoordeling in bij de BKO-toetsingscommissie, indien
naar zijn/haar mening aan de vereisten voor kwalificatie is voldaan, zowel inhoudelijk
als formeel (zie hierna onder 3. Inhoud portfolio).
2. Na compleetbevinding van het portfolio volgt een mondelinge zitting ter afsluiting van
het BKO-traject.
3. Inhoud portfolio
Het portfolio dat wordt overgelegd aan de BKO-toetsingscommissie bevat in elk geval de
volgende onderdelen:
1. Onderwijs-cv met een overzicht van het onderwijs dat door de docent is verzorgd en,
waar toepasselijk, een overzicht van gevolgde didactische cursussen.
2. Reflectie: een beschouwing waarin aangeven wordt welke ontwikkeling is doorgemaakt
ten aanzien van de docentbekwaamheden die conform de Facultaire regeling zijn
vereist om de kwalificatie te behalen (zie art. 3.8).
In het bijzonder moet bij Didactische bekwaamheden (criterium C) worden
aangegeven wat de leerpunten zijn geweest bij
a. het ontwerpen van cursusmateriaal,
b. het geven van onderwijs (waaronder individuele studentenbegeleiding)
c. het maken van toetsen,
(zie de Bijlage: reflectievragen portfolio).
In dit reflectiestuk wordt verwezen naar opgenomen bijlagen.
3. Bijlagen:
Ten minste 2 verslagen van gesprekken met de tutor n.a.v. door hem/haar
bezocht onderwijs (of de notities die de tutor heeft gemaakt).
Ten minste 2 verslagen van gesprekken met een collega n.a.v. door die collega
bezocht onderwijs (of de notities die deze collega heeft gemaakt).
Ten minste 2 verslagen van door de BKO-docent bezocht onderwijs van collega’s,
waarbij aangeven wordt wat aanspreekt in dat onderwijs, wat niet.
Eind-dvd (of USB) met opnamen van delen van gegeven onderwijs.
Een verslag van een student over de begeleiding van een stage en/of scriptie en/of
onderzoek.
Een becommentarieerd werkstuk van een student(e).
Twee BKO-studentevaluaties (de begin-studentevaluatie, en de eindstudentevaluatie van alle studenten met een minimum aantal van 50 (alleen de
overzichtsrapportage), afgenomen vlak voor de indiening van het portfolio bij de
2
Uitvoeringsdocument BKO 20 augustus 2014
Toetsingscommissie).
De totaaloverzichten van de reguliere evaluaties.
Het op schrift gestelde oordeel van de tutor, waarin deze aangeeft welke
ontwikkeling hij/zij heeft gezien bij de docent en waarom deze zijns/haars inziens
voldoet aan de eindtermen van het traject en in welke mate. De tutor gaat in het
bijzonder in op de vakinhoudelijke kwaliteiten van de docent.
4. Verzoek tot beoordeling
-
Het verzoek tot beoordeling wordt ingediend door de tutor en gestuurd naar:
Bestuurssecretariaat REBO
t.a.v. mw. M. Walraven
Drift 15
INTERN
Het portfolio wordt in 5-voud in ordnermappen aangeleverd (inclusief DVD’s of USB-sticks en
bijlagen). Tussen alle onderdelen s.v.p. tabbladen aanbrengen.
5. Zitting en vervolg
-
-
Op intranet staat een overzicht van de data waarop de toetsingscommissie zitting houdt.
Indien het beoordelingsverzoek uiterlijk een maand voor de beoogde zittingsdatum is
ingediend en als het portfolio compleet wordt bevonden (zie onder 3. Inhoud portfolio)
vindt de beoordeling in beginsel plaats op die eerstvolgende zittingsdag. Betrokkenen
ontvangen hiervoor een uitnodiging.
De zitting is openbaar en duurt ongeveer een uur.
Tijdens de zitting vindt behandeling van het portfolio plaats in samenspraak met de
kandidaat en de tutor.
De kandidaat wordt gevraagd zich terug te trekken zodat de commissie kan overleggen.
De beoordeling van de kandidaat geschiedt op basis van de criteria zoals vermeld in de
BKO-regeling.
De kandidaat krijgt de uitslag.
Indien de BKO is behaald, wordt het certificaat gestuurd naar de voorzitter van de
afdeling/departement van de betrokken docent, zodat intern een feestelijke overhandiging
kan worden georganiseerd.
Bijlage: Reflectievragen portfolio
Het belangrijkste deel van het portfolio is een reflectiestuk. Hierin wordt beschreven welke
ontwikkeling u hebt doorgemaakt met betrekking tot de docentbekwaamheden die conform de
Facultaire regeling zijn vereist om de kwalificatie te behalen. Hierbij moet u in het bijzonder
aandacht besteden aan wat uw leerpunten zijn geweest bij

,het ontwerpen van cursusmateriaal,
het geven van onderwijs (waaronder individuele studentbegeleiding), en

het maken van toetsen 
Deze beschrijving reflecteert op uw ontwikkeling als docent. Zij bevat een terugblik op het
gehele leerproces, maar wellicht ook een vooruitblik op uw toekomstige onderwijs. Reflectie
bereikt u door onder meer antwoord te geven op onderstaande vragen. Doe dit niet alleen,
maar betrek in dit proces ook uw collega’s en uw tutor, omdat gebleken is dat onderlinge
uitwisseling aantoonbaar uw reflectie verrijkt (intervisie).
De vragen zijn per rubriek gegroepeerd en dienen slechts ter inspiratie. Niet alle vragen hoeven
dus beantwoord te worden. Ze kunnen misschien niet eens beantwoord worden, omdat uw
werksituatie dit niet toelaat, of wellicht weet u zelf betere vragen. Zie ze vooral als hulpmiddel
om een goede reflectie te schrijven.
Ontwerpen van cursusmateriaal
- Welk studiemateriaal hebt u gekozen bij de doelen van de cursus en waarom?
- Voldoet het studiemateriaal naar de mening van de studenten?
3
Uitvoeringsdocument BKO 20 augustus 2014
- Voldoet het studiemateriaal naar uw mening?
- Welke aanpassingen hebt u doorgevoerd of wilt u doorvoeren?
- Met welk type opdrachten en vragen bij het studiemateriaal stuurt u het leerproces aan en
welk effect beoogt u hiermee bij de studenten te bereiken? Is er een opbouw in deze
activiteiten voor uw studenten tijdens de cursus?
Welke verschillende onderwijswerkvormen hanteert u, waarom juist deze?
- Wat is de beginsituatie van de studenten met betrekking tot het vak in kwestie? Hoe sluit u
hierop aan bij het ontwerpen van onderwijs?
- Voor welke opbouw van uw onderwijs kiest u (qua inhoud en structuur) en waarom?
- Op welke wijze tracht u algemene academische vaardigheden bij studenten te ontwikkelen?
- Op welke wijze tracht u specifiek juridische vaardigheden als wetteksten lezen, het lezen van
jurisprudentie en het oplossen van casus bij de studenten te ontwikkelen?
- Welke aanpassingen brengt u aan in het onderwijsontwerp op grond van welke ervaringen?
- Hoe probeert u voorwaarden te scheppen om studenten aan te zetten tot actief studeren?
- Op welke wijze doet u in toenemende mate een beroep op de zelfstandigheid van de
studenten?
- Hoe probeert u reflectie en kritische standpuntbepaling bij studenten te bevorderen?
Geven van onderwijs
- Hoe probeert u studenten aan te zetten tot studeren en actief deelnemen aan het onderwijs,
inclusief het voorbereid aanwezig zijn?
- Wat is de beginsituatie van de studenten met betrekking tot het vak in kwestie? Hoe sluit u
hierop aan bij het geven van onderwijs?
- Hoe speelt u in op verschillen in voorbereiding van studenten?
- Hoe probeert u te bereiken dat studenten de vak inhoud op voldoende niveau
beheersen? Welke problemen komt u tegen en hoe lost u deze op?
- Gebruikt u ondersteunend materiaal, zoals bordsheets, computer? Waarom wel of waarom
niet?
- Welke aanpassingen hebt u aangebracht in het onderwijs op grond van voorgaande
ervaringen?
- Waarin onderscheidt u zich van anderen? Waar bent u tevreden over, waar goed in?
- Wat zijn verbeterpunten?
Individuele studentenbegeleiding
- Wat zijn uw ervaringen met het oplossen c.q. doorverwijzen van problemen van studenten?
- Wat zijn uw ervaringen als tutor van een eerstejaarsgroep?
- Hoe pakt u scriptiebegeleiding aan? Wat vindt u moeilijk hierbij?
- Wat doet u als u bemerkt dat studenten moeite met schrijven hebben?
- Hoe probeert u reflectie en kritische standpuntbepaling bij studenten te bevorderen?
Maken van toetsen
- Waarom kiest u voor een bepaalde toetsvorm?
- Wat vindt u belangrijk om te toetsen?
- Gebruikt u toetsing (met of zonder cijfer) om het leren van studenten te
stimuleren, hoe doet u dat?
- Is het slagingspercentage van een toets belangrijk? Gaat u eraan sleutelen als het te laag is?
- Wat vindt u van het systeem van werken met deeltoetsen?
- Hoe stelt u beoordelingscriteria vast?
- Wanneer bent u tevreden over de uitslag van de toetsing?
- Hoe is de nabespreking georganiseerd?
- Hoe benadert u studenten die een onvoldoende beoordeling hebben gekregen?
4