Specifieke doelgroepen voor de BKO registratie ( definitief, 27 juni 2014) Inleiding (definitie volgens prestatieafspraken) Voor onderwijskwaliteit en studiesucces zijn prestatieafspraken gemaakt. De RUG heeft dit vertaald in de volgende streefwaarde: 80% van de docenten heeft in 2015 een BKO (geregistreerd in People Soft). De referentiegroep die voor deze indicator is: “ hoogleraren, UHD's, UD's en docenten, geregistreerd in PeopleSoft met een aanstelling groter dan 20% en met een dienstverband van minimaal 3 jaar. Gegevens over BKO en SKO zijn onderdeel van de WOPI-kengetallen.” Docenten uit de referentiegroep met meer dan vijf jaar ervaring, behalen het certificaat door in een portfolio te laten zien dat ze voldoen aan de kwaliteitseisen:  Onderwijs ( her-)ontwerpen  Onderwijs verzorgen en studenten begeleiden  Toetsen en beoordelen  Evalueren Het portfolio wordt samengesteld uit het materiaal dat is gebruikt in het eigen onderwijs. Een facultaire BKO-registratiecommissie beoordeelt dit portfolio. Deze aanpak geldt voor het overgrote deel van de genoemde referentiegroep. Deze notitie beschrijft het beleid ten aanzien van enkele specifieke groepen uit deze referentiegroep en is vastgesteld door de RUG BKO-SKO commissie (juni 2014). De BO, OT en THE zijn de onderwijskundige professionaliseringsprogramma’s van de RUG die voor 2010 zijn uitgevoerd. Ze gelden als voorlopers van het RUG BKO programma. Deze voorgangers van de BKO werden bij de RUG verzorgd door het COWOG en later het UOCG. Docenten dienden aan te tonen dat ze voldeden aan dezelfde kwaliteitseisen als hierboven genoemd voor de BKO. Daarom is tijdens de invoering van de BKO aan de RUG besloten de Basisopleiding (BO), het opleidingstraject nieuwe RUG docenten (OT) en het Engelstalige Teaching in Higher Education (THE) als gelijkwaardig aan een BKO certificaat te beschouwen. Kandidaten die dit programma hebben voltooid kunnen het certificaat opsturen naar HR als bewijs voor de BKO. Ze hebben op deze manier aangetoond te voldoen aan de RUG kwaliteitseisen voor de BKO. Voor kandidaten die het certificaat BO, OT en THE kwijt zijn is de kennisgeving van het slagen (brief, mail) een valide alternatief. Indien dit ook niet voorradig is kan de betreffende kandidaat zich vervoegen bij het ESI voor een verklaring die als kennisgeving van slagen kan worden opgevat. Docenten met een Pedagogisch Didactische Aantekening van het HBO en docenten die in het buitenland een portfolio hebben samengesteld (bijvoorbeeld voor het fellowship van de Higher Education Academy). Deze docenten kunnen hun portfolio inleveren bij ESI. Er vindt een analyse plaats op basis van de RUG kwaliteitseisen. Voldoet het portfolio aan de RUG kwaliteitseisen, dan krijgt de betreffende docent een BKO certificaat. Voldoet het niet geheel aan deze eisen, dan worden de lacunes opgevuld of zal de docent via de reguliere BKO registratie het certificaat kunnen behalen. Er is speciale aandacht voor de competentie “toetsen van academisch onderwijs”*. Aan HBO docenten wordt daarnaast gevraagd te reflecteren op de verschillen (en overeenkomsten) van het HBO en het Academisch Onderwijs. Eerstegraads docenten en VELON geregistreerde docenten. De commissie heeft de voorkeur voor een (aangepaste) BKO-registratie procedure voor eerstegraads docenten. Vanwege de didactische kennis en ervaring in het VO hoeft niet een volledig portfolio te worden ingeleverd. In plaats daarvan moet er een reflectie bij zitten die ingaat op de verschillen in aanpak en didactiek van het VO en het universitair onderwijs. Dit wordt aangevuld met een reflectie, voorbeelden/ bewijzen in het portfolio op het gebied van de competentie “toetsen van academisch onderwijs”*. Docenten die bij de Vereniging van Lerarenopleiders Nederland hun portfolio hebben ingeleverd hebben de bedoelde reflectie op de verschillen in aanpak en didactiek van het VO en het universitair onderwijs al gemaakt. Zij kunnen volstaan met een reflectie, voorbeelden/ bewijzen in het portfolio op het gebied van de competentie “toetsen van academisch onderwijs”*. 60-plussers: In 2010, bij de invoering van de BKO-registratie hebben een aantal faculteiten besloten de 60-plus docenten vrij te stellen. De gedachte erachter was dat deze docenten in 2015 gepensioneerd zouden zijn en op dat moment dan ook niet meer meetellen. Bij weer andere faculteiten was het halen van de BKO voor deze groep facultatief. Vrijstellingen. Vrijstellingen tellen niet mee als BKO certificaat. Het is aan het FB te bepalen wie wordt vrijgesteld tot een maximum van 20% van de referentiegroep. * Bijlage: RUG bekwaamheidseisen Toetsen en Beoordelen Toetsen en beoordelen: samenstellen en hanteren van toetsvormen die qua inhoud, vorm en beoordeling consistent zijn met de leerdoelen en gehanteerde werkvormen. Het ontwikkelen en toepassen van toetsen die goed aansluiten bij het beoogde leergedrag van de studenten in de opeenvolgende fasen van het curriculum Het verzorgen van tijdige feedback aan studenten betreffende de vorderingen Het zorgen voor een zo groot mogelijke validiteit, betrouwbaarheid en transparantie van toetsen en beoordelingsprocedures Het toepassen van peer review bij het construeren van een beoordelende toets