gemeente Schiedam Gemeenteraad van Schiedam Postbus 1501 3100 EA SCHIEDAM UW KENMERK UW BRIEF VAN ONS KENMERK Burgemeester en wethouders Postbus 1501 3100 EA SCHIEDAM Stadskantoor Stadserf 1 3112 DZ SCHIEDAM T 14010 F 010 4737021 W www.schiedam.nl DATUM 14UIT15529 17 juli 2014 DOORKIESNUMMER E-MAIL 14010 [email protected] ONDERWERP Inkoopdocument Wmo 2015 Geachte dames, heren, Per 1 januari 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor taken die vanuit de AWBZ naar de Wmo worden overgeheveld. Het gaat daarbij naast algemene voorzieningen om de individuele maatwerkvoorzieningen begeleiding, groepsbegeleiding (dagbesteding) inc1usiefvervoer, kortdurend verblijf en 5% niet medische persoonlijke verzorging. De uitvoering van de huidige Wmo-taken is overgedragen aan de gemeenschappelijke regeling ROGplus NWN. Het college van burgemeester en wethouders heeft op 18 maali 2014 besloten om ROGplus NWN opdracht te geven om de inkoop van deze voorzieningen in samenwerking met Bureau Inkoop MVS en Zorgkantoor DSW voor te bereiden en uit te voeren. ROGplus zal vanaf2015 deze maatwerkvoorzieningen indiceren en verstrekken. De huidige Gemeenschappelijke Regeling ROGplus NWN hoeft hiervoor niet gewijzigd te worden. Over deze taakverbreding van ROGplus heeft u op 27 maart 2014 een brief ontvangen (14UIT05780). Met deze brief schetsen wij de stand van zaken en informeren u over de gebruikte uitgangspunten bij het inkoop document. Het proces (tot nu toe en vervolg) Er is een inkoopteam Wmo 2015 geformeerd vanuit ROGplus, Zorgkantoor DSW en bureau Inkoop MVS. Zodoende kan optimaal gebruik worden gemaakt van de reeds bestaande expeliise bij deze partijen. In de afgelopen periode heeft een marktconsultatie plaatsgevonden die enerzijds bestond uit regionale bijeenkomsten voor de bestaande en nieuwe aanbieders van de verschillende sectoren en anderzijds uit individuele gesprekken met de huidige aanbieders. Ook zijn tijdens een regionale bijeenkomst cliëntemaden en c1iëntorganisaties geraadpleegd. Het inkoopteam heeft een inkoopdocument opgesteld waarin, naast de uitgangspunten en de procedure/planning van het inkooptraject, het programma van eisen is geformuleerd. Er wordt een zogenaamde 2B-procedure gevolgd. Dit is een aanbestedingsvorm op basis van een licht regime. Het gekozen proces heeft raakvlakken met het Zeeuws model, sociaal contracteren en bestuurlijk aanbesteden. Het inkoopdocument wordt op 15 juli 2014 openbaar gemaakt zodat aanbieders hierop hun offelie kunnen indienen. Partijen hebben vervolgens tot uiterlijk 9 september de tijd om hun offelies in te dienen. De voorgenomen gunning zal eind september bekend zijn, waarna de contractbesprekingen zullen plaatsvinden en uiteindelijk medio oktober de contracten kunnen worden 111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111 getekend. Zodoende kunnen in november en december de voorbereidingen getroffen worden om per 1 januari gesteld te staan voor de uitvoering van de Wmo 2015. Uitgangspunten De MVS-gemeenten hebben de volgende doelstellingen en uitgangspunten bij de Inkoop Wmo 2015 geformuleerd: Versterken van het eigen oplossend vermogen van kwetsbare burgers met een hulpvraag: actief burgerschap, vergroten van talenten en capaciteiten; Terugdringen van het beroep op maatwerkvoorzieningen (individueel/ professioneel) en deze waar mogelijk vervangen door inzet van (nieuwe) algemene en collectieve voorzieningen; Ruimte voor professionals en voor de ontwikkeling van professionaliteit; de gemeente neemt een rol als regisseur; Uitvoeren van taken binnen de door het Rijk opgelegde taakstellingen; Innovatie. Daa1'11aast is er nog een aantal doelstellingen en uitgangspunten geformuleerd voor de gewenste transformatie naar de toekomst toe. Dit zijn onder andere: Streven naar één gezin - één plan - een regisseur; Integrale en ontschotte aanpak over de verschillende domeinen; integrale toegang; werken vanuit één plan per huishouden dat past bij de 'vraag achter de vraag'. De ontschotting heeft in dit plan betrekking op de schotten tussen de sectoren, de schotten tussen de verschillende financieringsstromen kunnen uit praktisch oogpunt nog niet geheel worden weggenomen; Gebiedsgerichte benadering, onderscheid wijk/gemeente/regio Naast bovenstaande algemene beleidsuitgangspunten is een aantal specifieke uitgangspunten voor de inkoop 2015 gehanteerd bij het opstellen van het inkoopdocument: Keuzevrijheid van cliënten: Het streven is om cliënten bij hun bestaande zorgaanbieder te laten blijven, maar de keuze hiervoor ligt bij de cliënt. Daarom wordt gekozen voor contracten zonder afnameverplichting of budgetgarantie (raamcontracten). Contracten voor 1 jaar: Omdat 2015 als het jaar van de transitie wordt gezien, wordt ingezet op contracten voor I jaar en pas daa1'11a (vanaf 20 16) kan de echte transformatie zoals hierboven geschetst plaatsvinden. Daarom zal in 2015 direct gestati worden met het inkoopproces voor 2016 en (eventueel) verder. Eind 2015 lopen ook de huidige contracten voor Hulp bij het Huishouden af, zodat vanaf 20 16 ook gecontracteerd kan worden op de brede inzet van ondersteuning. Besparing van 15% ten opzichte van 2013: De gemeenten ontvangen het budget van het Rijk voor de nieuwe Wmo-taken met een kOliing die de komende jaren oploopt tot 25%. De besparing die wij in 2015 willen realiseren is 15% ten opzichte van het budget 2013 en daarom worden de tarieven verlaagd met 15%. De verwachting is dat organisaties deze korting door interne doelmatigheidsmaatregelen kunnen opvangen. Samenwerking en betere logistieke afstemming tussen patiijen kunnen leiden tot betere benutting van locaties en het beperken van vervoersbewegingen. Hiermee kan een belangrijke bijdrage in de noodzakelijke besparing geleverd worden. Contracten met bestaande zorgaanbieders en nieuwe zorgaanbieders: De huidige cliënten die AWBZ begeleiding ontvangen, krijgen dat van aanbieders die door het zorgkantoor zijn gecontracteerd, dan wel van aanbieders die zij zelf contracteren via een PGB. Vanwege het overgangsrecht in 2015 zijn deze bestaande aanbieders naar verwachting de voornaamste kandidaten voor contractering van Zorg in Natura vanaf2015. Toch willen we nadrukkelijk ook 14UIT15529 Pagina 2 van 4 nieuwe partijen uitnodigen en stimuleren om met innovatief aanbod te komen passend bij onze beleidsuitgangspunten en bij de wensen en behoeften van de burgers. Ruimte voor innovatie: Naast het continueren van de huidige zorg, wordt er ook al vooruitgeblikt naar de transformatie die wordt ingezet. Als aanbieders door innovatie, samenwerking of clustering voordelen kunnen behalen voor cliënt en / of opdrachtgever, kan hiervoor een voorstel worden ingediend. Het innovatieve concept is in lijn met de beleidsdoelstellingen Wmo en kan bestaan uit het behoud van de kwaliteit tegen een lagere prijs, of een hogere kwaliteit bij gelijkblijvend tarief. Het eerste heeft, gezien de bezuinigingsopdracht de voorkeur. Kwaliteit van zorg: Belangrijke vereiste aan de kwaliteit is dat de aanbieder systematisch werkt aan het verbeteren van de kwaliteit en borgt dit door een werkend kwaliteitssysteem dat landelijk en/of internationaal erkend is en gepaard gaat met onafhankelijke toetsing (externe audit). Gedurende de looptijd van de te sluiten overeenkomst dient een geldig certificaat van een erkend kwaliteitssysteem te kunnen worden overlegd. Zo wordt van aanbieders bijvoorbeeld verwacht dat zij jaarlijks (extern) de cliënttevredenheid toetsen. Aan de hand van de verbeteracties die voortkomen uit dit onderzoek maken ROGplus en aanbieder concrete afspraken over de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van de zorgverlening. Daatnaast verplicht de aanbieder zich om kwalitatief verantwoorde zorg te leveren: zorg die cliëntgericht, doeltreffend en doelmatig wordt verleend zoals gebruikelijk in de kring van beroepsgenoten, die naar maatstaven van redelijkheid is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt. De zorg is bovendien proportioneel, gebaseerd op de laatste stand van de wetenschap en praktijk en onder- en overgebruik van Wmo-maatwerkvoorzieningen wordt vermeden. Teneinde aan deze verplichtingen te kunnen voldoen, beschikt de zorgaanbieder over voldoende gekwalificeerd personeel. Het personeel kan cliënten en ROGplus in de Nederlandse taal te woord staan. Vermindering administratieve lasten: De werkwijze bij de aanbesteding is zodanig dat naar verwachting een papierreductie van 80% optreedt t.o.v. de aanbesteding WMO 2008. Daarnaast zal in het kader van vermindering van administratieve lasten ook op het gebied van verantwoordingsinformatie zoveel mogelijk aansluiting worden gezocht bij bestaande structuren/ standaarden. Social Return Gemeenten hechten grote waarde aan het creëren van stage-, werkervaringsplaatsen en/ofbanen voor werkzoekenden. Het opnemen van sociale voorwaarden, eisen en wensen in een inkoop- of aanbestedingstraject wordt Social Return genoemd. Contractpartners op het gebied van de Wmo 2015 dienen een bijdrage te leveren aan Social Return. Voldoen aan wettelijke eisen Het inkoop document vereist dat aanbieders voldoen aan wettelijke eisen. Hierbij wordt expliciet ook de Wet Normering Topinkomens (WNT) genoemd. Op deze wet is een overgangsregeling van toepassing die ook geldt voor de aanbieders van de Wmo 2015. Zij zullen binnen de gestelde overgangstermijn moeten voldoen aan de norm. Beoordeling inschrijvingen/ contractering De aanbesteding gaat uit van vaste tarieven. De tarieven zijn tot stand gekomen door vergelijkbare tarieven van vergelijkbare producten/voorzieningen te middelen en hierop een korting van 15% toe te passen. Aanbieders gaan hiermee met hun inschrijving akkoord. Daarnaast dienen de aanbieders aan te tonen dat zij aan de geformuleerde kwaliteitseisen voldoen. Wanneer dat niet het geval is wordt een aanbieder niet gecontracteerd. Iedere aanbieder die wel voldoet aan de eisen wordt gecontracteerd. Er worden contracten afgesloten voor één jaar. In 2015 wordt dus wederom aanbesteed. Hiermee heeft de Schiedammer keuzevrijheid voor een aanbieder naar voorkeur. Voor cliënten met overgangsrechten zijn de gevolgen hiermee beperkt. Daarnaast zijn huidige aanbieders van betreffende l4UIT15529 Pagina 3 van 4 ondersteuning gewend aan contracttermijnen van één jaar: dit zijn de huidige contraettermijnen van het Zorgkantoor DSW. Hoogachtend, burgemeester en wethouders van Schiedam, de secretaris, de burgemeester, ir. GinkelMCM 14UIT15529 c/ C.H.J.Lam~ Pagina 4 van 4 Inkoopdocument Wmo 2015 Maassluis – Vlaardingen – Schiedam (Nieuwe Waterweg Noord) 15 juli 2014 1 Inhoud Deel 1 – Algemeen................................................................................................................................... 4 1. 2. Definities en afkortingen ............................................................................................................. 4 1.1. Definities .............................................................................................................................. 4 1.2. Afkortingen .......................................................................................................................... 6 Inleiding ....................................................................................................................................... 7 2.1. Aanleiding ............................................................................................................................ 7 2.2. Uitgangspunten ................................................................................................................... 7 2.3. Reikwijdte ............................................................................................................................ 8 2.4. Voorbehoud ......................................................................................................................... 9 2.5. Geconsulteerde partijen ...................................................................................................... 9 2.6. Indeling inkoopdocument / leeswijzer ................................................................................ 9 Deel 2 – Procedure en planning ............................................................................................................ 10 3. Algemeen................................................................................................................................... 10 3.1. Planning aanbestedingstraject .......................................................................................... 10 3.2. Vragen ................................................................................................................................ 10 3.3. Indienen inschrijvingen ..................................................................................................... 11 3.4. Contactpersoon namens ROGplus..................................................................................... 12 3.5. Beoordeling ....................................................................................................................... 12 3.6. Overeenkomst en van toepassing zijnde voorwaarden..................................................... 12 3.7. Gestanddoeningstermijn ................................................................................................... 12 3.8. Prijsonderhandelingen ...................................................................................................... 12 3.9. Kosten inschrijving ............................................................................................................. 12 3.10. Gunning onder opschortende voorwaarde ................................................................... 13 3.11. Tegenstrijdigheden ........................................................................................................ 13 3.12. Vertrouwelijkheid .......................................................................................................... 13 3.13. Onderaanneming ........................................................................................................... 13 3.14. Combinatie .................................................................................................................... 14 Deel 3 – Programma van Eisen .............................................................................................................. 15 4. Uitsluitingsgronden ................................................................................................................... 15 4.1. 5. Eigen verklaring ................................................................................................................. 15 Geschiktheidseisen .................................................................................................................... 16 5.1. Beroepsbevoegdheid ......................................................................................................... 16 5.2. Financiële en economische draagkracht ........................................................................... 16 5.3. Technische bekwaamheid.................................................................................................. 16 5.4. Kwaliteitssysteem .............................................................................................................. 17 5.5. Wettelijke eisen ................................................................................................................. 17 5.6. Cliëntenvertegenwoordiging ............................................................................................. 17 2 6. 5.7. Governancecode................................................................................................................ 17 5.8. Bedrijfsadministratie ......................................................................................................... 17 5.9. Deskundigheid personeel en vrijwilligers .......................................................................... 17 5.10. Privacybeleid ................................................................................................................. 17 5.11. Klachtenregeling ............................................................................................................ 17 5.12. Meldingsregeling calamiteiten en geweld ..................................................................... 17 5.13. SROI ............................................................................................................................... 17 Gevraagde dienstverlening ........................................................................................................ 19 6.1. Producten .......................................................................................................................... 19 6.2. Innovatie in Dagbesteding en Begeleiding ........................................................................ 23 6.3. Levering van ondersteuning .............................................................................................. 25 6.4. Continuïteit van de ondersteuning .................................................................................... 25 6.5. Wachttijden ....................................................................................................................... 25 6.6. Zorgweigering en -beëindiging .......................................................................................... 26 6.7. Indicatiestelling en toeleiding............................................................................................ 26 6.8. Informatievoorziening aan ROGplus.................................................................................. 26 6.9. Declaratie, Registratie en Verantwoording ........................................................................ 27 6.10. Controles en monitoring................................................................................................ 27 7. Producten en tarieven ............................................................................................................... 28 . Bijlage 1 Formulier voor het stellen van vragen ........................................................................ 29 . Bijlage 2 Eigen verklaring ........................................................................................................... 30 . Bijlage 3 Algemene inkoopvoorwaarden 2014 .......................................................................... 31 . Bijlage 4 Conceptovereenkomst ................................................................................................ 32 . Bijlage 5 Social return ................................................................................................................ 39 . Bijlage 6 Inschrijfblad perceel 1 – opgave capaciteiten en realisatie ........................................ 44 . Bijlage 7 Opgave referenties ...................................................................................................... 45 3 Deel 1 – Algemeen 1. Definities en afkortingen 1.1. Definities 0de lijn voorziening: Versterken eigen kracht, sociaal netwerk door inzet van mantelzorg, familie, buren, vrijwilligers etc. 1e lijn voorziening: Ondersteuning door professionals die algemeen toegankelijk zijn in de wijken Daarnaast gaat het ook om wijkverpleging, huisartsen etc. 2e lijn voorziening: Gespecialiseerde zorg die door de professional in de wijk wordt ingeschakeld. Ambulante zorg: Zorg die de zorgvrager op afspraak in de praktijk van de hulpverlener krijgt, of die de hulpverlener bij de cliënt aan huis levert. Algemene voorziening: Aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruiker, toegankelijk is en dat is gericht op het versterken van de zelfredzaamheid en participatie of op opvang. Algemene wet bestuursrecht (Awb): Een Nederlandse wet die de algemene regels bevat voor de verhouding tussen de overheid en de individuele burgers, bedrijven en dergelijke. Dit gebied heet het bestuursrecht; een onderdeel daarvan is het bestuursprocesrecht. Berichtenverkeer: De in de AWBZ bekende en veelgebruikte berichtenstandaard AZR is geschikt gemaakt voor de Wmo in de vorm van het iWmo bericht. Deze berichtenstandaard regelt de opdrachtverlening, melding aanvang en mutatie van geleverde ondersteuning en definieert een declaratieprotocol. Cliёntondersteuning: Ondersteuning met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, jeugdzorg, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. Dagbesteding: Groepsbegeleiding die momenteel wordt gefinancierd vanuit de AWBZ. Met ingang van 2015 worden de MVS-gemeenten verantwoordelijk voor dagbesteding voor mensen die zelfstandig wonen (extramuraal). Dagbesteding kent een brede waaier aan verschijningsvormen. Het is een voorziening voor mensen met een somatische, psychiatrische, psychogeriatrische, verstandelijke of zintuiglijke1 beperking waarbij sprake is van matige of ernstige beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid. Eigen kracht: Een burger die in staat is om zelfstandig, met of zonder lichte ondersteuning, in zijn of haar hulpvraag te voorziening. Individuele begeleiding: Richt zich vooral op het ondersteunen van zelfredzaamheid in het dagelijks leven. Inkoopteam: De projectsamenwerking tussen ROGplus, Bureau inkoop MVS en zorgkantoor DSW. 1 Inkoop van ondersteuning voor cliënten met een zintuiglijke beperking is geen onderdeel van dit inkooptraject 4 Intramuraal: Gezondheidszorg die gedurende een onafgebroken verblijf van meer dan 24 uur geboden wordt in een zorginstelling. De geboden zorg kan bestaan uit begeleiding, verpleging, verzorging en/of behandeling. Maatwerkvoorziening: Een op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen. Opdrachtgever: De uiteindelijke opdrachtgevers in dit inkoopdocument zijn de MVS-gemeenten. De MVS-gemeenten hebben de inkoop en contractbeheer gemandateerd aan uitvoeringsorganisatie ROGplus. ROGplus wordt in dit proces aangemerkt als ‘aanbestedende dienst’ Professional-regisseur: Het eerste aanspreekpunt voor de burger in de wijkgerichte aanpak. De professional voert het keukentafelgesprek en brengt de hulpvraag in kaart, ondersteunt de burger bij eigen kracht ontwikkeling, inzet van het sociaal netwerk en als deze ondersteuning niet voldoende is dan zorgt de professional voor professionele ondersteuning vanuit de 1e of 2e lijn. Bij inschakeling van specialisten blijft de professional – regisseur het eerste aanspreekpunt voor de burger en voor de ingezette specialisten. De professional – regisseur blijft gedurende de uitvoering van het arrangement samen met de burger de regisseur over het traject dat hieraan is gekoppeld. Regionaal: Maassluis, Vlaardingen, Schiedam. Sociaal netwerk: Een kring van mensen waarmee de burger regelmatig contact heeft. Bijvoorbeeld vrienden, familie of kennissen. Sociale Verzekeringsbank (SVB): De SVB is verantwoordelijk voor de uitvoering van het AOW-pensioen, de nabestaandenuitkering ANW, de kinderbijslag en enkele andere regelingen. Daarnaast verzorgt de SVB desgewenst de gratis salarisadministratie voor PGB-budgethouders. Dat doet zij voor ruim 4,8 miljoen klanten in Nederland en rechthebbenden in het buitenland. Daarnaast verzorgt de SVB vanaf 1 januari 2015 de uitbetaling van PGB’s op basis van het in te voeren trekkingsrecht. Trekkingsrecht: Als antwoord op de fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik die met het PGB gepleegd is de afgelopen jaren, heeft de overheid besloten om de Sociale Verzekeringsbank aanvullende verantwoordelijkheden te geven met betrekking tot besteding van het PGB. Door middel van het trekkingsrecht wordt het voor de cliënt verplicht om het budget te laten beheren door het SVB. Zij innen het budget op een rekening en betalen er rechtstreeks de zorgverleners van. Normaal gesproken is het de cliënt zelf die het budget int, uitgeeft en verantwoording afdraagt, maar dat wordt met het trekkingsrecht dus anders. Alhoewel de SVB int en betaalt blijft de eindverantwoording van de inzet van ondersteuning bij de PGB-houder liggen. Het is dus met name een borging van de administratie. Verordening maatschappelijke ondersteuning MVS 2015: De regionale voorwaarden (regionaal beleid) waarin is vastgelegd op welke wijze de gemeenten de toegang en verstrekking van maatwerkvoorzieningen regelen.2 Wijkteam: Een team van professionals dat wijkgericht werkt en waarbij wordt uitgegaan van een eenduidig gezamenlijk model voor intake, waarvan de vorm nader wordt bepaald (wijkteams en/of bestaande loketten met een zelfde werkmethodiek). 2 De conceptverordening is op het moment van publiceren van dit document door de 3 colleges vrijgegeven voor bespreking met het veld. In de verordening zijn de kaders geformuleerd. Naar verwachting wordt de definitieve verordening uiterlijk in oktober 2014 vastgesteld. 5 Zelfredzaamheidsmatrix: De Zelfredzaamheid-Matrix (ZRM) heeft elf domeinen waarop de mate van zelfredzaamheid wordt beoordeeld. De domeinen van de ZRM zijn: Financiën, Dagbesteding, Huisvesting, Huiselijke relaties, Geestelijke gezondheid, Lichamelijke gezondheid, Verslaving, Activiteiten Dagelijks Leven, Sociaal netwerk, Maatschappelijke participatie, en Justitie (zie ook www.zelfredzaamheidsmatrix.nl). Jeugd en senioren worden nog ingepast in de matrix. De matrix wordt door de gemeenten als instrument ingezet bij de meting van zelfredzaamheid. 1.2. Afkortingen AWBZ AZR CIZ DSW HLZ iWMO MVS-gemeenten NWN ROGplus Vog WLZ WNT Wmo Zvw Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AWBZ brede ZorgRegistratie (berichtenverkeer) Centrum Indicatiestelling Zorg Zorgverzekeraar en zorgkantoor DSW Herziening Langdurige Zorg informatievoorziening Wmo (berichtenverkeer) De gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam Nieuwe Waterweg Noord (synoniem voor MVS-gemeenten) Uitvoeringsorganisatie Wmo voor de MVS-gemeenten Verklaring omtrent het gedrag Wet op de Langdurige Zorg Wet Normering Topinkomens Wet maatschappelijke ondersteuning Zorgverzekeringswet 6 2. Inleiding 2.1. Aanleiding Op 1 januari 2015 treedt de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in werking. Voor gemeenten betekent dit een uitbreiding van taken. Immers, in het kader van de Herziening van de Langdurige Zorg worden onderdelen uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) overgeheveld naar de Wmo. Gemeenten krijgen de opdracht om de gedecentraliseerde functies begeleiding en persoonlijke verzorging3 op lokaal niveau dichter bij de burger te organiseren waarbij zelfredzaamheid en participatie worden benadrukt. Dit gaat gepaard met bezuinigingen op de huidige financiële middelen. Tevens vindt er een korting plaats op het budget van het reeds tot de Wmo behorende hulp bij het huishouden. In dit inkoopdocument gaan de MVS-gemeenten – Maassluis, Vlaardingen en Schiedam – in op de uitvoering van de nieuwe Wmo in 2015, waarbij gemeenten integraal verantwoordelijk zijn voor de brede ondersteuning, over alle domeinen van het leven, van kwetsbare inwoners die door wat voor redenen dan ook, verminderd zelfredzaam zijn. Naast de veranderingen in de Wmo zijn er nog andere ontwikkelingen die ervoor zorgen dat inwoners langer een beroep doen op ondersteuning via de Wmo. Het scheiden van wonen en zorg, het afschaffen van de lagere zorgzwaartepakketten en het sluiten van verzorgingshuizen dragen er toe bij dat inwoners langer thuis blijven wonen. Ook de vergrijzing en de dubbele vergrijzing zorgen ervoor dat de doelgroep die ondersteuning nodig heeft om zelfstandig te kunnen blijven wonen toeneemt. Tegelijkertijd is binnen de klinische GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg) een beweging ingezet om minder mensen in klinieken op te vangen en meer mensen thuis te laten wonen met ambulante behandeling, zorg en ondersteuning. Een deel van deze hulp valt onder de verantwoordelijkheid van de gemeente (bijvoorbeeld huishoudelijke hulp, woonbegeleiding of dagbesteding). De groep inwoners waaraan de gemeente ondersteuning moet bieden neemt dus door de verschillende ontwikkelingen toe. Ook de veranderingen die ontstaan door invoering van de Participatiewet kunnen er toe leiden dat er een groter beroep gedaan wordt op de dagbesteding in het kader van de Wmo. De MVS-gemeenten hebben in april 2014 uitvoeringsorganisatie ROGplus opdracht gegeven voor de inkoop van Wmo-voorzieningen en contractering van aanbieders voor het jaar 2015. ROGplus laat zich hierbij ondersteunen door Bureau Inkoop MVS en Zorgkantoor DSW. Gezamenlijk vormen zij het inkoopteam Wmo 2015. 2.2. Uitgangspunten De MVS-gemeenten hebben de volgende doelstellingen en uitgangspunten bij de Inkoop Wmo 2015 geformuleerd: - Versterken van het eigen oplossend vermogen van kwetsbare burgers met een hulpvraag: actief burgerschap, vergroten van talenten en capaciteiten; - Terugdringen van het beroep op maatwerkvoorzieningen (individueel/ professioneel) en deze waar mogelijk vervangen door inzet van (nieuwe) algemene en collectieve voorzieningen; - Ruimte voor professionals en voor de ontwikkeling van professionaliteit; de gemeente neemt een rol als regisseur; - Uitvoeren van taken binnen de door het Rijk opgelegde taakstellingen; - Innovatie. 3 Het gaat bij deze verzorging om mensen die een beroep op de Wmo doen voor begeleiding, maar daarnaast behoefte hebben aan ondersteuning bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL). Dit komt met name voor bij mensen met een verstandelijke of zintuiglijke beperking of mensen met psychiatrische problematiek. De verzorging houdt geen verband met behoefte aan geneeskundige zorg of een hoog risico daarop. 7 Bovenstaande uitgangspunten en doelstellingen worden al ingezet voor 2015. Daarnaast zijn er nog een aantal doelstellingen en uitgangspunten geformuleerd die mogelijk niet in 2015 gerealiseerd kunnen worden, maar een doelstelling vormen voor toekomstig beleid. Dit zijn onder andere: - - Streven naar eén gezin - één plan - een regisseur; Integrale en ontschotte aanpak over de verschillende domeinen; integrale toegang; werken vanuit één plan per huishouden dat past bij de ‘vraag achter de vraag’. De ontschotting heeft in dit plan betrekking op de schotten tussen de sectoren, de schotten tussen de verschillende financieringsstromen kunnen uit praktisch oogpunt nog niet geheel worden weggenomen; Gebiedsgerichte benadering, onderscheid wijk/gemeente/regio. 2.3. Reikwijdte Aan de huidige vormen van Wmo-ondersteuning (hulp bij het huishouden, rol- en vervoersvoorzieningen en woningaanpassingen), worden per 1 januari 2015 de thans tot de AWBZ behorende functies begeleiding (individueel en groep, inclusief bijbehorend vervoer), kortdurend verblijf en een klein deel (5%) van de persoonlijke verzorging toegevoegd. Gemeenten worden verantwoordelijk voor de toeleiding (instroom) en inkoop van deze voorzieningen. De organisatie en toeleiding naar algemene / collectieve voorzieningen is per afzonderlijke gemeente geregeld in de beleidsdocumenten per gemeente. Startpunt voor de levering van 2e-lijns maatwerkvoorzieningen is de beschikking welke wordt afgegeven door uitvoeringsorganisatie ROGplus. Dit Inkoopdocument 2015 heeft uitsluitend betrekking op de maatwerkvoorzieningen van de nieuwe Wmo. De MVS-gemeenten verstaan hieronder: - Individuele begeleiding; - Groepsbegeleiding (dagbesteding); - Persoonlijke verzorging;4 - Kortdurend verblijf (logeren); - Vervoer van en naar de dagbestedingslocatie. De volgende onderdelen zijn wél maatwerkvoorzieningen in de nieuwe Wmo, maar vormen géén onderdeel van dit inkooptraject: - Begeleiding voor cliënten met een zintuiglijke handicap (landelijk inkooptraject); - Beschermd wonen voor mensen met een psychiatrische achtergrond (Regionale Instellingen voor Beschermd Wonen). Dit betreft ALLE cliënten met een ZZP GGZ-C indicatie, ook wanneer deze op dit moment extramuraal is verzilverd. De contractering voor deze groep loopt via de centrumgemeente (Vlaardingen); - Hulp bij het Huishouden; - Rolvoorzieningen; - Woonvoorzieningen; - Vervoersvoorzieningen (individuele en collectieve vervoersvoorzieningen, zoals Regiotaxi Waterweg en individuele taxikostenvergoedingen). Verder zijn er ook nog voorzieningen die wél een onderdeel vormen van de Wmo 2015, maar niet als maatwerkvoorziening, maar bijvoorbeeld als algemene voorzieningen. Deze vormen ook geen onderdeel van dit inkooptraject. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de inloop GGZ. 4 Persoonlijke verzorging die geen verband houdt met (een hoog risico op) behoefte aan geneeskundige zorg 8 De thans provinciaal gefinancierde jeugdzorg, gesloten jeugdzorg, jeugdbescherming, en reclassering, de jeugd-GGZ (Zvw) en jeugd-LVG (AWBZ) worden per 1 januari 2015 ondergebracht in de nieuwe Jeugdwet. De inkoop van deze voorzieningen voor jeugdigen valt ook buiten de scope van dit Inkoopdocument. 2.4. Voorbehoud ROGplus behoudt zich het recht voor, zonder opgaaf van reden, deze procedure tijdelijk of definitief te staken. Aanbieder kan op geen enkele wijze hieraan rechten ontlenen, noch is ROGplus op wat voor wijze dan ook in dit geval schadeplichtig. Aanbieder is zich hiervan bewust en aanvaardt het feit dat hij aan deze aanbesteding meedoet voor eigen rekening en risico. 2.5. Geconsulteerde partijen De uitgangspunten in dit inkoopdocument zijn besproken met aanbieders tijdens regionale bijeenkomsten op 3 en 10 juni 2014. Daarnaast hebben er in juni 2014 diverse individuele gesprekken plaatsgevonden met aanbieders en het Wmo-inkoopteam MVS. Geanonimiseerde verslagen van deze bijeenkomsten zijn gepubliceerd op de website van ROGplus (www.rogplus.nl). Cliëntenraden en cliëntorganisaties zijn tijdens een regionale bijeenkomst op 30 april 2014 geraadpleegd. Het inkoopdocument 2015 is ter kennisname gezonden aan de Colleges van Burgemeester en Wethouders van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam. 2.6. Indeling inkoopdocument / leeswijzer Deel 2 van het Inkoopdocument bevat de procedure en planning. Deel 3 van het Inkoopdocument bevat het programma van eisen. In de bijlagen wordt nadere informatie gegeven of formulieren verstrekt, benodigd voor de inschrijving. 9 Deel 2 – Procedure en planning Deel 2 van dit inkoopdocument gaat in op de procedure die gehanteerd wordt voor de inkoop en contractering van Wmo 2015. Aanbieders die voldoen aan de gestelde minimale eisen komen in principe in aanmerking voor een overeenkomst. De in te dienen documenten en bewijsstukken staan opgesomd in paragraaf 3.3. In perceel 1 worden de prestaties genoemd welke gelden voor cliënten waarop het overgangsrecht geldt. De bijbehorende tarieven staan genoemd in hoofdstuk 7. ROGplus geeft geen afnamegaranties, maar volgt de cliëntvoorkeur in de toewijzing van ondersteuning aan aanbieders. In dit deel staan de algemene uitgangspunten beschreven. Het volgende deel bevat het programma van eisen. 3. Algemeen - - - De aanbestedingsprocedure heeft als doel, conform Nationale Richtlijnen, op transparante wijze een overeenkomst tussen ROGplus en een aanbieder te sluiten. Daarnaast streeft ROGplus naar een transparant en eenduidig werkproces in zijn geheel. De opdracht is aangemerkt als IIB- dienst conform de aanbestedingswet 2012 artikel 2.38. Op deze aanbesteding zijn de artikelen 2.38, 2.39, 2.75 en 2.132 tot en met 2.138 van de aanbestedingswet 2012 van toepassing. Op dit aanbestedingsdocument, de uit te brengen inschrijving en het uit dit aanbestedingsdocument voortvloeiende overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing. In dit aanbestedingsdocument wordt vertrouwelijke informatie gegeven, die op geen enkele andere wijze dan voor het tot stand komen van de inschrijving gebruikt mag worden. 3.1. Planning aanbestedingstraject Het tijdpad dat is uitgezet rond dit aanbestedingstraject is als volgt: Activiteit Datum/periode Beschikbaar stellen inkoopdocument Dinsdag 15 juli 2014 Sluitingsdatum indienen vragen Vrijdag 15 augustus 2014, 16:00 uur Versturen nota van toelichting vragen Dinsdag 26 augustus 2014 Sluitingsdatum indienen inschrijvingen Dinsdag 9 september 2014, 12:00 uur Verificatiefase Woensdag 10 t/m vrijdag 19 september 2014 Gunning (voorgenomen gunning) Maandag 22 september 2014 Ondertekening overeenkomsten Dinsdag 14 oktober 2014 Start werkzaamheden aanbieder Donderdag 1 januari 2015 ROGplus behoudt zich het recht voor deze planning te wijzigen. 3.2. Vragen Aanbieders worden in de gelegenheid gesteld vragen te stellen en/of onduidelijkheden en/of vermeende onjuistheden op te merken over het aanbestedingsdocument, de inschrijving- en beoordelingsprocedure. Ten behoeve hiervan zal een schriftelijke vragenronde worden gehouden. Verzoeken om nadere informatie met betrekking tot de inhoud en aspecten rond deze aanbesteding dienen te allen tijde per e-mail te worden gesteld aan [email protected]. De vragen dienen te worden ingevuld op het formulier in Bijlage 1 Formulier voor het stellen van vragen. Let erop dat de vragen uiterlijk op 15 augustus 2014, 16:00 uur, bij ROGplus binnen zijn. Vragen die na dit tijdstip binnenkomen, worden niet beantwoord. Het risico van vertraging in de e-mail berust volledig bij de verzender. 10 Alle vragen, inclusief de bijbehorende antwoorden, worden uiterlijk 26 augustus 2014 op Tenderned gepubliceerd. De vragen en antwoorden maken hierna integraal onderdeel uit van dit aanbestedingsdocument. Het is niet toegestaan om op een andere dan de in paragraaf 3.4 aangegeven wijze contact te zoeken met medewerkers van ROGplus of vertegenwoordigers van de MVS-gemeenten ter verkrijging van welke informatie dan ook. 3.3. Indienen inschrijvingen Aanbieder dient bij de inschrijving de volgorde aan te houden zoals deze hieronder is opgenomen. In te dienen documenten bij inschrijving Eigen Verklaring (zie Bijlage 2 Eigen verklaring) Bewijs van inschrijving beroeps- of handelsregister Invulstaat doelgroepen, capaciteit en tarieven (zie Bijlage 6 Inschrijfblad perceel 1 – opgave capaciteiten en realisatie) Opgaveformulier referenties (zie Bijlage 7 Opgave referenties) Eventuele voorstellen voor perceel 2 (innovatieperceel) De inschrijving dient digitaal te worden ingediend op www.tenderned.nl. Met nadruk wordt erop gewezen dat alleen digitale inschrijvingen via het aanbestedingsplatform door ROGplus in behandeling worden genomen. Aanbieder is zelf verantwoordelijk voor het juist en tijdig up- en downloaden van de documenten. Digitaal inschrijven betekent dat alle aan te leveren documenten voor de inschrijving digitaal en online via TenderNed worden ingediend. Aanbieders kunnen via TenderNed lezen hoe het volledig digitaal aanbesteden werkt. (http://www.tenderned.nl/voor-ondernemingen/zo-werkt-TenderNed). De inschrijving, inclusief bijlagen, dient uiterlijk dinsdag 9 september om 12:00 uur ingeleverd te zijn via Tenderned.nl. Na het openen van de kluis op bovengenoemd tijdstip kunnen geen inschrijvingen meer worden ingediend. Te laat ingediende inschrijvingen worden van beoordeling uitgesloten. Zowel de aanbieding als alle correspondentie dienen in de Nederlandse taal aangeleverd te worden. Indien de inschrijving niet aan deze voorwaarden voldoet heeft ROGplus het recht de inschrijving niet in behandeling te nemen (uitsluitingcriterium). De inschrijving dient volledig te zijn, dat wil zeggen dat alle gevraagde documenten en bijlagen aan de inschrijving zijn toegevoegd. Als er volgens aanbieder nog andere zaken van belang zijn, kunnen deze zaken in een afzonderlijke bijlage worden toegevoegd. Ondertekening documenten: De documenten en bijlagen die rechtsgeldig ondertekend dienen te worden, dienen door aanbieder uitgeprint, ingevuld en rechtsgeldig ondertekend te worden. Vervolgens worden betreffende documenten gescand en toegevoegd aan de digitale inschrijving op TenderNed. Ondertekening digitale inschrijving: De digitale inschrijving, aangeleverd via TenderNed, wordt voorzien van een elektronische handtekening. Aanbieder heeft een gebruikersnaam en wachtwoord nodig om in te loggen op TenderNed. Bij het indienen van de inschrijving wordt een elektronische handtekening geplaatst door middel van een transactiecode (TAN) via een sms naar een mobiele telefoon. Door het invoeren van de transactiecode vindt eerst authenticatie plaats en vervolgens wordt de elektronische handtekening geplaatst. 11 ROGplus opent de kluis op TenderNed aansluitend op het tijdstip van de sluitingstermijn van de inschrijvingen zoals vermeld. De opening van de inschrijvingen is niet openbaar. Van de opening wordt een proces verbaal van aanbesteding opgemaakt dat naar alle aanbieders wordt verzonden. 3.4. Contactpersoon namens ROGplus Als enige contactpersoon namens aanbestedende dienst treedt op: Marco Kranenburg ([email protected]) 3.5. Beoordeling Het inkoopteam controleert de offertes op vormvereisten en volledigheid. Vervolgens worden de inschrijvingen door het inkoopteam beoordeeld op de geschiktheidseisen en uitsluitingsgronden. Wanneer een aanbieder niet voldoet aan de geschiktheidseisen of wanneer een van de uitsluitingsgronden op hem van toepassing is, wordt deze uitgesloten van de verdere procedure. 3.6. Overeenkomst en van toepassing zijnde voorwaarden Het inschrijven op deze aanbesteding houdt in dat de aanbieder onvoorwaardelijk akkoord gaat met de conceptovereenkomst, zie Bijlage 4 Conceptovereenkomst en de van toepassing zijnde voorwaarden zoals vermeld in Bijlage 3 Algemene inkoopvoorwaarden 2014. ROGplus maakt bij de uitvoering van de opdracht van deze overeenkomst en de inkoopvoorwaarden gebruik. De navolgende documenten zijn van toepassing op de te sluiten raamovereenkomst, waaraan aanbieder zich conformeert door het uitbrengen van een inschrijving: 1. Overeenkomst; 2. Verslag van eventuele communicatie in de verificatiefase; 3. Nota van Inlichtingen; 4. De door ROGplus uitgebrachte aanbestedingsstukken; 5. De inkoopvoorwaarden van de MVS-gemeenten; 6. De door aanbieder ingediende inschrijving. Bepalingen uit de te sluiten overeenkomst prevaleren boven achtereenvolgens de bepalingen van de genoemde aanbestedingsstukken, de hiervoor genoemde inkoopvoorwaarden en de genoemde inschrijving. Op de te sluiten overeenkomst zijn de algemene inkoopvoorwaarden 2014 van de gemeenten Maassluis, Vlaardingen en Schiedam van toepassing. ‘Verkoopvoorwaarden’ en ‘algemene voorwaarden’ van de aanbieder zijn niet van toepassing en worden uitdrukkelijk van de hand gewezen. 3.7. Gestanddoeningstermijn De ingediende inschrijving heeft een gestanddoeningstermijn van 90 dagen. 3.8. Prijsonderhandelingen Er worden in deze aanbesteding geen prijsonderhandelingen gevoerd. Dit houdt in dat de prijs volledig wordt bepaald doordat aanbieder zich conformeert aan de gestelde tarieven. (zie hoofdstuk 7 Producten en tarieven) De door aanbieder te accorderen tarieven staan vast gedurende de contractperiode. 3.9. Kosten inschrijving Eventuele kosten en/of schades, welke (kunnen) ontstaan door het niet gunnen van deze aanbesteding (aan u), zijn voor risico van de aanbieder. 12 ROGplus is op geen enkele wijze verplicht welke kostenvergoeding dan ook te betalen, noch kan zij een dergelijke kostenvergoeding schuldig zijn gedurende de totale looptijd van deze aanbestedingsprocedure. In een situatie waarin ROGplus besluit om de aanbesteding tijdelijk of definitief te stoppen heeft aanbieder geen recht op vergoeding van enigerlei kosten, gemaakt in het kader van deze aanbesteding. ROGplus is niet aansprakelijk voor fouten die een gevolg zouden zijn van eventuele fouten of tegenstrijdigheden in dit aanbestedingsdocument, ondanks het feit dat de aanbestedingsstukken met de grootst mogelijke zorg zijn samengesteld. 3.10. Gunning onder opschortende voorwaarde Nadat de beslissing is genomen aan welke aanbieders de opdracht voorlopig wordt gegund, wordt door ROGplus een voorgenomen gunningbeslissing opgesteld, onder de opschortende voorwaarde dat binnen een termijn van 20 kalenderdagen na bekendmaking van de voorgenomen gunning, door andere belanghebbenden geen rechtsmiddelen tegen de voorgenomen gunningbeslissing worden ingesteld. Gelijktijdig met het bekendmaken van de voorgenomen gunningbeslissing, worden de afgewezen aanbieders van die beslissing in kennis gesteld. Zij ontvangen daarover een brief met een korte motivering over de redenen van de afwijzing en de naam van de begunstigden. Door iedere belanghebbende kan voorts nadere informatie worden ingewonnen bij ROGplus. ROGplus hanteert een vervaltermijn van 20 dagen aan het einde van de gunningfase van de aanbestedingsprocedure. Indien niet tijdig voor ommekomst van deze vervaltermijn, te rekenen vanaf de dag na de datum van verzending van de mededeling van ROGplus ter zake het einde van de gunningfase, een kort geding aanhangig wordt gemaakt, is de desbetreffende deelnemer niet ontvankelijk in zijn vorderingen ter zake van de afgesloten aanbestedingsprocedure. 3.11. Tegenstrijdigheden Deze aanvraag tot inschrijving, met alle bijbehorende bijlagen, is met zorg samengesteld. Mochten er desondanks tegenstrijdigheden en/of onvolkomenheden bestaan, dan dient aanbieder de genoemde contactpersoon in paragraaf 3.4 hiervan schriftelijk op de hoogte te stellen. Indien naderhand blijkt dat dit aanbestedingsdocument tegenstrijdigheden en/of onvolkomenheden bevat en deze niet door aanbieder zijn opgemerkt, zijn deze voor risico van de aanbieder. In alle gevallen van onduidelijkheid gedurende de aanbestedingsprocedure prevaleert dit document. 3.12. Vertrouwelijkheid De inhoud van dit aanbestedingsdocument is openbaar. De door aanbieder verstrekte specifieke gegevens worden door ROGplus als commercieel vertrouwelijk aangemerkt. Correspondentie en de inschrijving(en) zullen na afloop van de aanbestedingsprocedure niet worden geretourneerd. 3.13. Onderaanneming ROGplus hanteert de volgende definitie van onderaanneming: een situatie waarbij er sprake is van een aannemer die voor een hoofdaannemer (een deel van) diens opdracht uitvoert. Het is de aanbieder toegestaan met onderaannemers te werken. Wel dient vooraf aan ROGplus bekend gemaakt te worden: - wie de onderaannemer is; 13 - welk deel van de regionale productie de onderaannemer naar verwachting gaat leveren; op welke wijze de kwaliteit en continuïteit van de zorgverlening zijn gewaarborgd. Dit geldt ook voor de inzet van ZZP’ers (Zelfstandigen Zonder Personeel). De hoofdaannemer aanvaardt volledige verantwoordelijkheid en hoofdelijke aansprakelijkheid voor de uitvoering van de overeenkomst. Het is de aanbieder tevens toegestaan zelf als onderaannemer op te treden voor een andere partij. In dit geval dient de aanbieder vooraf aan ROGplus bekend te maken: - voor welke partij hij als onderaannnemer optreedt; - welk volume hij naar verwachting voor deze partij gaat leveren. In beide gevallen van onderaanneming dient de aanbieder dit in te vullen op de Eigen verklaring. Als gedurende het jaar nieuwe onderaannemingsafspraken worden gemaakt, dan dient de aanbieder ROGplus hier onverwijld van op de hoogte te stellen. ROGplus behoudt zich het recht voor niet akkoord te gaan met de onderaanneming. 3.14. Combinatie Indien een offerte wordt ingezonden door een combinatie van aanbieders, dient ieder lid van de combinatie een individuele Eigen verklaring te ondertekenen, ingevolge welke alle tot die combinatie behorende aanbieders gezamenlijke en hoofdelijke aansprakelijkheid aanvaarden voor de juiste uitvoering van de overeenkomst. 14 Deel 3 – Programma van Eisen 4. Uitsluitingsgronden De inschrijvingen worden door het inkoopteam eerst getoetst op de uitsluitingsgronden, en vervolgens op de geschiktheidseisen, tenslotte op de inschrijvingsvereisten en de technische specificaties, eisen en normen. Alle hier genoemde uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen hebben een ‘uitsluitend karakter’. Het niet voldoen hieraan betekent dat de inschrijving niet voor gunning in aanmerking komt. Door ondertekening van de Eigen verklaring verklaart de aanbieder te voldoen aan de in de hoofdstuk 5 gestelde geschiktheidseisen. In paragraaf 3.3 is aangegeven welke documenten direct bij inschrijving ingediend moeten worden. 4.1. Eigen verklaring ROGplus werkt met de uniforme eigen verklaring aanbestedingen. De ‘Uniforme eigen verklaring aanbestedingen’ is als digitale bijlage (Bijlage 2 Eigen verklaring) toegevoegd aan de aanbestedingsstukken. De rechtsgeldig ondertekende verklaring vormt een onderdeel van de inschrijving en dient aanbieder toe te voegen aan de inschrijving. ROGplus kan aanbieder(s) op een later moment verzoeken officiële bewijsstukken te overleggen. Indien de inhoud van deze bewijsstukken niet overeenkomt met hetgeen in de Eigen verklaring wordt gesteld, worden de (betreffende) aanbieders uitgesloten van verdere deelname aan de aanbestedingsprocedure. Aanbieder is gehouden gevraagde bewijsstukken binnen 7 kalenderdagen na een dergelijk verzoek te overleggen. ROGplus wijst er uitdrukkelijk op dat de ‘Eigen verklaring aanbestedingen’ bij inschrijving meegestuurd dient te worden. Het ontbreken van de Eigen verklaring kan leiden tot ongeldigheid van de inschrijving. 15 5. Geschiktheidseisen 5.1. Beroepsbevoegdheid De aanbieder dient (indien wettelijk voorgeschreven) ingeschreven te zijn in het beroeps- of handelsregister volgens de eisen van de wetgeving van het land waar hij is gevestigd, waarin is aangegeven wie namens de onderneming vertegenwoordigingsbevoegd is de inschrijving te ondertekenen. Het uittreksel mag op het tijdstip van indienen van de inschrijving niet ouder zijn dan 6 maanden. Indien de ondertekening geschiedt door een ander dan vermeld in het register dient tevens (een kopie van) de daartoe vereiste volmacht te worden gevoegd. 5.2. Financiële en economische draagkracht 5.2.1. Verzekering Door het ondertekenen van de ‘Uniforme eigen verklaring aanbestedingen’ verklaart aanbieder dat hij adequaat verzekerd is (beroeps- en/ of wettelijke aansprakelijkheidsverzekering), voor de uitvoering van de opdracht en dat hij zich, indien de overeenkomst met hem wordt gesloten, gedurende de duur van de uitvoering van de opdracht(en) adequaat verzekerd houdt. Onder adequaat wordt verstaan een aansprakelijkheidsverzekering van € 2.500.000 per gebeurtenis. 5.3. Technische bekwaamheid 5.3.1. Referenties De aard en het onderwerp van de referentieopdracht dienen vergelijkbaar te zijn met onderhavige aanbesteding. Aanbieder dient referentie(s) aan te leveren waaruit blijkt dat aanbieder ervaring heeft met de gevraagde dienstverlening. Op het opgaveformulier (Bijlage 7 Opgave referenties) dient te worden aangegeven van welke referenties gebruik wordt gemaakt. Het is bij de inschrijving niet noodzakelijk deze referenties schriftelijk te overleggen, maar op eerste aanvraag van ROGplus dient dit binnen 7 dagen te gebeuren. Als leidraad voor de referentie wordt tenminste uitgegaan van de volgende kernwaarden: Aantoonbare ervaring hebben met het werken met een lokaal of regionaal netwerk van minimaal 3 ketenpartners en/of ervaring hebben met het opzetten van een lokaal of regionaal netwerk van ketenpartners; Aantoonbare ervaring hebben met het leveren van de gevraagde zorg met cliënttevredenheid aan de doelgroep waarop ingeschreven wordt. Met cliënttevredenheid wordt bedoeld dat de aanbieder bij de meest recente onafhankelijke cliënttevredenheidsmeting die is uitgevoerd volgens de voor de sector geldende normen, een voldoende heeft behaald De referentieopdrachten moet uitgevoerd of afgerond zijn in de afgelopen drie jaar voorafgaand aan de sluitingsdatum voor het indienen van de inschrijving. Indien gebruik wordt gemaakt van een nog niet (geheel) afgeronde opdracht mogen alleen de werkelijk behaalde resultaten van de lopende overeenkomst worden opgegeven en kan niet worden volstaan met een prognose van de resultaten. Het gebruikmaken bij de referenties van ervaring van een of meer onderaannemers is alleen toegestaan indien die onderaannemer(s) bij de uitvoering van de onderhavige overeenkomst wordt/worden ingezet en aanbieder ook daadwerkelijk over de kennis en ervaring van betreffende onderaannemer(s) kan beschikken en hiervan ook feitelijk gebruik zal maken bij de uitvoering van de opdracht. 16 5.4. Kwaliteitssysteem De aanbieder werkt systematisch aan het verbeteren van de kwaliteit en borgt dit door een werkend kwaliteitssysteem dat landelijk en/of internationaal erkend is en gepaard gaat met onafhankelijke toetsing (externe audit). Gedurende de looptijd van de te sluiten overeenkomst dient een geldig certificaat van een erkend kwaliteitssysteem te kunnen worden overlegd. 5.5. Wettelijke eisen De aanbieder verklaart te voldoen en zich te houden aan alle wettelijke eisen, waaronder de WNT en de eisen zoals genoemd in de artikelen 12 (kwaliteitseisen), 13 (melding calamiteiten en geweld), 18 (klachtenregeling) en 19 (medezeggenschap) van de Verordening maatschappelijke ondersteuning MVS 2015. 5.6. Cliëntenvertegenwoordiging De aanbieder heeft geborgd dat inspraak in het te voeren beleid door of namens cliënten in haar bedrijfsvoering is opgenomen. 5.7. Governancecode De aanbieder heeft aantoonbaar de Zorgbrede Governancecode ingevoerd. 5.8. Bedrijfsadministratie De aanbieder beschikt over een gedegen bedrijfsadministratie die strekt tot de tijdige levering van gegevens aan ROGplus en CAK binnen de door ROGplus aangegeven termijn. In paragraaf 6.9 wordt weergegeven welke eisen aan de administratie worden gesteld. In de na contractering te maken werkafspraken tussen aanbieder en ROGplus kunnen ook afspraken worden gemaakt over vierwekelijkse bevoorschotting. 5.9. Deskundigheid personeel en vrijwilligers Aanbieder draagt zorg voor de inzet van voldoende gekwalificeerd personeel. Dit personeel dient uiteraard te worden beloond volgens de geldende CAO. De Wmo legt een vog-verplichting (Verklaring Omtrent het Gedrag) op aan de aanbieder voor wat betreft de beroepskrachten en andere personen die beroepsmatig in contact komen met diens cliënten. Het verdient aanbeveling ook een vog voor alle betrokken vrijwilligers te bezitten. 5.10. Privacybeleid De aanbieder beschikt over een vastgelegd privacybeleid. Dit beleid is door de aanbieder geborgd in de werkprocessen en werknemers zijn hiermee bekend. Elk incident op het gebied van privacy of beveiliging dient te worden gemeld bij ROGplus. 5.11. Klachtenregeling De aanbieder beschikt over een vastgelegde klachtenregeling. 5.12. Meldingsregeling calamiteiten en geweld In de verordening is opgenomen dat de MVS gemeenten een meldingsregeling calamiteiten en geweld instellen. Aanbieders zijn verplicht van elk voorval op het gebied van calamiteiten of geweld melding te maken. 5.13. SROI ROGplus hecht grote waarde aan het creëren van stage-, werkervaringsplaatsen en/of banen voor werkzoekenden, hiervoor is een Besteksbepaling Social Return ontwikkeld. 17 Social Return is het opnemen van sociale voorwaarden, eisen en wensen in een inkoop- of aanbestedingstraject. Het doel van social return is om bij investeringen extra maatschappelijk rendement te creëren door mensen die een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben te laten participeren om zo hun mogelijkheden te vergroten. Met de doelgroep wordt bedoeld: personen die als werkzoekende bij het UWV staan ingeschreven en een uitkering op grond de Wet Werk en Bijstand (WWB), Werkloosheidswet (WW), Wajong of Algemene nabestaandenwet (Anw) hebben. Ook WSW-geïndiceerden die in afwachting zijn van een WSW-dienstbetrekking of reeds werkzaam zijn in een WSW-dienstbetrekking alsmede personen die een BBL- of BOL-traject volgen vallen onder de doelgroep. De zorgaanbieder dient een bijdrage te leveren aan social return; Zie hiervoor de besteksbepalingen die als Bijlage 5 Social return is opgenomen. Door inschrijving gaat aanbieder hiermee akkoord. Na gunning zal in samenspraak met de afdeling sociale zaken van de gemeenten met de aanbieders afgestemd worden hoe social return ingevuld zal worden. 18 6. Gevraagde dienstverlening In het transitiejaar 2015 staat in eerste instantie de continuïteit van zorg in de vorm van overgangsrechten centraal. Perceel 1 is met name daarop gericht. Voor perceel 1 zijn de prestaties ook genormeerd en vastgelegd in de tarieftabel. Elke aanbieder die een overeenkomst aangaat moet conform deze tarieven zijn aanbod aanbieden. De prestaties komen overeen of sluiten aan op de AWBZ-prestaties zoals deze in de jaren 2013 en 2014 zijn geleverd. Het tweede perceel, het innovatieperceel, blikt al vooruit naar de transformatie die wordt ingezet. Als aanbieders door innovatie, samenwerking of clustering voordelen kunnen behalen voor cliënt en / of opdrachtgever, kan hiervoor een voorstel worden ingediend. Deze voorstellen mogen tegelijk met de inschrijving voor perceel 1 worden gedaan, maar indienen op een later tijdstip behoort ook tot de mogelijkheden. Perceel 1: Levering op basis van klassieke prestatiecodes (overgangsrecht, continuïteit) 6.1. Producten Hieronder worden de producten beschreven waar de dienstverlening op is gericht. Ook wordt er per product een ontwikkelrichting aangegeven met het oog op de transformatie vanaf 2016. In Bijlage 6 Inschrijfblad perceel 1 – opgave capaciteiten en realisatie moet worden opgegeven voor welke doelgroepen of gemeente(n) de aanbieder in aanmerking wil komen. In het onderste gedeelte moet worden ingevuld hoeveel eenheden (uren/dagdelen/enz.) in 2013 zijn gerealiseerd en in 2014 en 2015 zijn geprognotiseerd. De maximale capaciteit in de laatste kolom bepaalt of aanbieder nieuwe instroom van cliënten mag weigeren. Wanneer de maximale capaciteit nog niet is bereikt, kan de aanbieder geen cliëntenstop afkondigen. 6.1.1. Dagbesteding Dagbesteding in de huidige situatie: Wat is dagbesteding? Dagbesteding is groepsbegeleiding die momenteel wordt gefinancierd vanuit de AWBZ. Met ingang van 2015 worden de MVS-gemeenten verantwoordelijk voor dagbesteding voor mensen die zelfstandig wonen (extramuraal). Dagbesteding kent een brede waaier aan verschijningsvormen. Het is een voorziening voor mensen met een somatische, psychiatrische, psychogeriatrische, verstandelijke of zintuiglijke5 beperking waarbij sprake is van matige of ernstige beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid. Waarom dagbesteding inzetten? Het algemene uitgangspunt is dat dagbesteding activiteiten bevat die de zelfredzaamheid van cliënten bevorderen, behouden of compenseren. Naast het bevorderen van de zelfredzaamheid is het belangrijk dat iedereen gestimuleerd wordt om naar vermogen mee te doen in de samenleving. Dit aspect heeft ook een belangrijke rol in het voorkomen van meer specialistische zorg alsmede overige sociale kosten. Daarvoor is nodig dat competenties van kwetsbare inwoners ofwel mensen met een beperking centraal staan, zo wordt vastgesteld wat mensen nog wel en niet meer kunnen en kan samen met hen de randvoorwaarden worden gecreëerd op basis waarvan zij een bijdrage kunnen leveren. Dagbesteding kan daar – vaak in samenhang met andere vormen van ondersteuning – vorm aan geven. Uit diverse onderzoeken blijkt dat het hebben van een zinvolle dagbesteding (of werk) een 5 Begeleiding aan cliënten met zintuiglijke beperkingen is geen onderdeel van dit inkoopdocument. 19 positieve invloed heeft op zowel het fysieke als psychische welbevinden van mensen. Het verbreedt de horizon en zorgt voor sociale contacten. Daarnaast blijkt dat sociale prestatie (en werk) het herstel bevordert. Het biedt de mogelijkheid voor tijdstructurering, zingeving, sociale contacten (en eventueel de mogelijkheid om zelf in inkomen te voorzien). Waarbij het feit dat mensen geactiveerd worden tevens een bijdrage levert aan een betere stemming en meer concentratie, waardoor bepaalde gedragsproblemen kunnen afnemen. Daarnaast kan dagbesteding als respijtzorg ook ondersteuning bieden aan de mantelzorgers, waardoor zij beter in staat blijven hun zorgtaken uit te voeren. Dagbesteding in 2015 Dagbesteding moet zoveel mogelijk aansluiten bij normale (algemene) voorzieningen, bij voorkeur in de wijk. Het accent komt hierbij meer te liggen bij dienstverlening en minder bij zorg. Gespecialiseerde vormen van dagbesteding moeten daarentegen onder de tweedelijns zorg (maatwerkvoorziening) vallen en is daarmee alleen toegankelijk met een beschikking (‘indicatiebesluit’). Voor alle duidelijkheid: algemene voorzieningen worden in dit inkooptraject niet gevraagd, dit traject bestaat uitsluitend uit de maatwerkvoorzieningen in de tweede lijn. Zowel de algemene dagactiviteiten als de gespecialiseerde dagbesteding moeten doeltreffend en doelmatig zijn. Ook moet het aansluiten bij de behoeften en mogelijkheden van kwetsbare burgers die langer thuis blijven wonen. Indien arbeidsparticipatie mogelijk is, dient hieraan de voorkeur gegeven te worden in plaats van de toegang tot dagbesteding. Waar dit mogelijk is wordt geen onderscheid gemaakt tussen doelgroepen bij toekenning van de dagbesteding (combinatie van doelgroepen). Het voordeel hiervan is dat de dagbesteding meer in de wijk gecentreerd kan worden, waardoor geen/minder vervoer van en naar de dagbesteding noodzakelijk is. Dagbesteding in de toekomst Het is niet reëel om voor de inwerkingtreding van de Wmo per 1 januari 2015 de transitie van het huidige aanbod aan dagbesteding naar een geheel of gedeeltelijk geïnnoveerd aanbod gerealiseerd te hebben. Een termijn van drie of vier jaar gerekend vanaf 2015 lijkt hiervoor realistisch (2017-2018). 6.1.2. Individuele begeleiding Individuele begeleiding in de huidige situatie Wat is Individuele begeleiding? In de AWBZ wordt begeleiding geïndiceerd als groepsbegeleiding (zie daarover paragraaf 6.1.1) of als individuele (thuis-)begeleiding. Individuele begeleiding richt zich vooral op het ondersteunen van zelfredzaamheid in het dagelijks leven. Denk aan ondersteuning bij praktische zaken als administratie, regie op het eigen leven en zelfstandig wonen. Maar ook het aanleren van sociale vaardigheden en terugvalpreventie valt onder individuele begeleiding. Individuele Begeleiding wordt meestal langdurig en frequent aangeboden en is bedoeld om de situatie van mensen stabiel te houden of te verbeteren. Hierbij kan gedacht worden aan ambulante, woon- en thuisbegeleiding. Soms is ook sprake van kortdurende, intensieve individuele begeleiding. Dit is bijvoorbeeld het geval in de beginfase van een begeleidingstraject, bij crisissituaties en ‘life events ’, of als zich een traumatische gebeurtenis heeft voorgedaan. Individuele begeleiding wordt tot 2014 gefinancierd vanuit de AWBZ. Met ingang van 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor de individuele begeleiding van mensen die zelfstandig wonen (extramuraal). Individuele begeleiding is voor mensen met een somatische, psychiatrische, 20 psychogeriatrische , verstandelijke of zintuiglijke beperking waarbij sprake is van matige of ernstige beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid. Waarom individuele begeleiding inzetten? Het doel van individuele begeleiding is het compenseren van het gebrek aan regie bij de cliënt over zijn / haar dagelijkse leven. Het algemene uitgangspunt is dat begeleiding (individueel of in een groep) de zelfredzaamheid van cliënten bevordert, behoudt of compenseert. Naast het zelfredzaam zijn is ook het naar vermogen meedoen in de samenleving belangrijk. Daarvoor is nodig dat competenties van kwetsbare inwoners - ofwel mensen met een beperking - centraal staan en dat samen met hen de randvoorwaarden worden gecreëerd zodat zij een bijdrage kunnen leveren. In de AWBZ is geregeld dat begeleiding in groepsverband voorliggend is op begeleiding individueel als de doelstelling van de begeleiding hetzelfde is. Deze afweging komt enerzijds voort uit een kostenafweging, maar is anderzijds in veel gevallen ook een keuze die gemaakt wordt vanwege de voordelen voor de cliënt. Zo is begeleiding in een groep vaak effectiever en heeft het positieve neveneffecten, zoals het opdoen van sociale contacten. Waar begeleiding in een groep voordelen biedt, willen we dit benutten. Tegelijkertijd kiezen we voor maatwerk: begeleiding in groepsverband is niet automatisch voorliggend op individuele begeleiding. We kijken naar wat nodig is in het brede arrangement van eigen netwerk, mantelzorg en professionele ondersteuning. Individuele begeleiding in 2015 Individuele begeleiding zorgt ervoor dat mensen zelfredzaam blijven/worden en zelfstandig kunnen wonen zonder dat de woning verloedert, het beheer van het huishouden niet verslechtert, de mobiliteit verbetert en arbeidsparticipatie bevordert. Individuele begeleiding in de toekomst De MVS-gemeenten streven naar reductie van de toekenningen voor individuele ondersteuning. Dit kan worden gerealiseerd door het opstarten van innovatieve concepten en producten, of door het openstellen van bestaande producten voor een bredere doelgroep of langere tijd (structureel). 6.1.3. Kort Verblijf Kort Verblijf in relatie tot mantelzorg en respijtzorg De ABWZ kent geen geoormerkte financiering voor mantelzorgondersteuning. Ondersteuning van mantelzorgers maakt nu geen expliciet onderdeel uit van de budgetten voor dagbesteding, individuele begeleiding en kort verblijf, hoewel de meeste professionele aanbieders de mantelzorgondersteuning wel in meer of mindere mate in hun takenpakket hebben opgenomen. Het is als het ware één van de doelen van de AWBZ-ondersteuningsvormen: ontlasten van mantelzorgers. Het (tijdelijk) ontlasten van mantelzorgers zorgt ervoor dat mantelzorgers hun taak langer vol kunnen houden. Aansluitend op het bestaande beleid voor mantelzorgers willen we een deel van de AWBZ-middelen behorend bij dagbesteding, individuele begeleiding en kort verblijf aanwenden voor maatwerkvoorzieningen voor mantelzorgondersteuning. Hiertoe behoort respijtzorg en het ontwikkelen van mogelijkheden om mantelzorgers te erkennen en waarderen. Het is noodzakelijk dat aanbieders contacten leggen en onderhouden met de mantelzorger(s) om afstemming in de te verlenen zorg te bereiken of te verbeteren. Ook de signaleringsfunctie bij (dreigende) overbelasting van de mantelzorger berust bij de aanbieder. De hieronder genoemde vormen van ondersteuning worden geboden aan de zorgvrager zodat de mantelzorger enige tijd de gelegenheid heeft om te herstellen of te ontspannen. 21 Respijtzorg Respijtzorg is de tijdelijke overname van de zorg van een mantelzorger met het doel om de mantelzorger vrijaf te geven. De mantelzorger kan zich dan even onttrekken aan de zorgtaken. Respijtzorg kan aan huis en/of buitenshuis geboden worden door professionals (beroepskrachten) en/of vrijwilligers. Dus zowel de vrijwilliger die een paar uur langs komt om de mantelzorger te vervangen, als dagbesteding met als doel de mantelzorger te ontlasten, zijn vormen van respijtzorg. In de hele waaier aan activiteiten van respijtzorg is de vorm van (AWBZ )-kort verblijf (buitenshuis, 1 of meer etmalen, meestal met professionele ondersteuning) de duurste vorm. Net als bij de overige functies willen we respijtzorg vanuit de 0e en 1e lijn stimuleren: vaker thuis dan buitenshuis, vaker met vrijwilligers dan met professionals om het gebruik van kort verblijf waar mogelijk te reduceren. Ook voor respijtzorg geldt dat eerst met de cliënt en de mantelzorger wordt bekeken wat de mogelijkheden in het eigen netwerk, met vrijwilligers en in de buurt zijn. Ontlasten van mantelzorgers door inzet van dagbesteding Dagbesteding is een goede manier om mantelzorgers te ontlasten. Door de zorgvrager dagdelen naar dagbesteding te laten gaan, heeft een mantelzorger weer even ruimte om andere dingen te doen. Dagbesteding ter ontlasting van mantelzorg willen we vooral inzetten als de zorgvrager veel toezicht of fysieke hulp nodig heeft en geholpen is met een zinvolle daginvulling. De vorm van de dagbesteding laten we zo veel mogelijk aansluiten bij de behoefte van de zorgvrager. Als het vooral gaat om toezicht, dan kan een vorm van dagbesteding met behulp van vrijwilligers heel geschikt zijn. Ontlasten van mantelzorgers door inzet van individuele begeleiding. Met de inzet van individuele begeleiding willen we mantelzorgers vooral ontlasten in de thuissituatie. De begeleider kan de mantelzorger ondersteunen bij praktische vragen en kan zicht houden op de ontwikkelingen van de zorgvrager. Bij complexe zorgvragers kan een begeleider tijdelijk het toezicht even overnemen, zodat de mantelzorger even uit zijn zorgtaak ontheven kan worden, bijvoorbeeld voor een boodschap, bezoek aan de kapper of wat ontspanning buiten de deur. Deze vorm van toezicht houden door een professional bieden we echter alleen in uitzonderlijke gevallen. Deze functie is een belangrijke manier om mantelzorgers te ontlasten, maar kan in veel gevallen ook door een vrijwilliger worden geleverd. Kort verblijf Kort verblijf zien we als een manier om een mantelzorger (tijdelijk) te ontlasten, passend in de hele brede waaier die denkbaar is vanuit het perspectief van de respijtzorg. Meestal zal een cliënt die voor kort verblijf in aanmerking wil komen, aangewezen zijn op zorg met permanent toezicht zodat bijvoorbeeld tijdig kan worden ingegrepen bij bijvoorbeeld valgevaar of omdat de zorgvrager zelf niet (meer) in staat is om hulp in te roepen, of bij het preventief ingrijpen bij gedragsproblemen (voorkomen van escalatie en gevaar). Ook voor kort verblijf kan – in mindere mate – gezocht worden naar oplossingen in de informele zorg, bijvoorbeeld door een demente oudere af en toe een weekend bij zijn kinderen te laten verblijven, zodat de partner even rust heeft. Maar de mogelijkheden zijn niet altijd zo vanzelfsprekend. Kort verblijf in 2015 en in de toekomst Ten aanzien van kortdurend verblijf wordt voorgesteld om geen grote wijzigingen ten opzichte van het huidige AWBZ-beleid door te voeren. Kortdurend verblijf kan net als nu slechts toegekend worden indien de cliënt is aangewezen op permanent (24-uurs) toezicht en er een noodzaak is voor het ontlasten van de mantelzorger. Hierbij wordt wel eerst beoordeeld of ontlasten van de mantelzorger niet binnen de eigen sociale omgeving of via een algemene voorziening (vrijwilligers/oproepcentrale) 22 kan worden bereikt. Andere vormen van mantelzorgondersteuning worden niet via dit inkooptraject ingekocht. 6.1.4. Vervoer Vervoer in de huidige situatie Vervoer is binnen de AWBZ een belangrijk onderdeel van dagbesteding. Vervoer is een middel, geen doel op zich. Het levert geen inhoudelijk toegevoegde waarde voor mensen met een beperking, maar stelt ze in staat om bij hun dagbesteding te komen. In 2013 is fors bezuinigd op AWBZ vervoer. Deze maatregelen hebben aanbieders gestimuleerd om de kosten voor vervoer drastisch te beperken. De AWBZ-instellingen hebben besparingen op het vervoer doorgevoerd o.a. door te kiezen voor dagbesteding dicht bij huis en bloktijden. Nu door de verschillende transities de verantwoordelijkheid voor meerdere vervoersstromen bij de gemeente terecht komen, biedt dit kansen voor nog meer besparingen. Vervoer in 2015 Uitgangspunt is dat dagbesteding zo dicht mogelijk bij de cliënt plaatsvindt, zodat de vervoersbewegingen kunnen worden beperkt. Indien dagbesteding dicht bij huis niet mogelijk is, wordt het gebruik van taxivoorzieningen zo veel mogelijk ontmoedigd. Het gebruik van openbaar vervoer of algemene vervoersvoorzieningen verdient de voorkeur. Vervoer in de toekomst Gemeentelijk gefinancierde vervoersstromen worden indien mogelijk samengevoegd. Streven is om regulier (en toegankelijk) openbaar vervoer te realiseren voor alle inwoners om de druk op maatwerkvoorzieningen zo veel mogelijk te beperken. Hierin kunnen ook particuliere initiatieven of algemene vervoersvoorzieningen een rol spelen. 6.1.5. Persoonlijke verzorging Persoonlijke verzorging in de huidige situatie Onder persoonlijke verzorging valt hulp bij het aankleden, eten, drinken, wassen, toiletgebruik e.d. en eenvoudige verpleegkundige handelingen. Het grootste deel van deze verzorging wordt overgeheveld van de AWBZ naar de Zvw. De gedachte hierachter is, dat persoonlijke verzorging voor de meeste mensen samenhangt met de verpleging die zij ontvangen. 5% van de mensen krijgt persoonlijke verzorging vanwege cognitieve problemen. De verzorging van deze groep gaat wel over naar gemeenten en valt daarmee binnen de scope van dit inkoopdocument. De verzorging houdt geen verband met behoefte aan geneeskundige zorg of een hoog risico daarop. Persoonlijke verzorging in 2015 en in de toekomst Op het vlak van persoonlijke verzorging zijn geen grote wijzigingen voorzien. Deze moeten ook gezien worden in het licht van de integrale toeleiding en de nieuwe toetsing / indicatiestelling in de loop van 2015. Perceel 2: Innovatieperceel 6.2. Innovatie in Dagbesteding en Begeleiding Als er geen sprake is van overgangsrecht, bijvoorbeeld door nieuwe instroom, een herindicatie of op verzoek van de cliënt, kan dagbesteding of begeleiding ook door innovatieve zorgconcepten worden 23 ingezet. Innovatieve zorgconcepten zijn specifiek bedoeld als alternatief voor de omschreven producten en prestaties uit perceel 1. Innovatie wordt gedefinieerd als een prestatie die niet onder de AWBZ prestaties valt zoals beschreven in perceel 1. Het innovatieve concept is in lijn met de beleidsdoelstellingen Wmo en kan bestaan uit het behoud van de kwaliteit tegen een lagere prijs, of een hogere kwaliteit bij gelijkblijvend tarief. Het eerste heeft, gezien de bezuinigingsopdracht de voorkeur. Plannen of concepten kunnen samen met de inschrijving voor perceel 1 worden ingediend, maar ook later in het contractjaar. Een overeenkomst in perceel 1 is een voorwaarde om te kunnen leveren op het innovatieperceel. In de in te dienen plannen dienen de volgende zaken te worden benoemd: - Welke maatwerkvoorziening kan worden verminderd of beëindigd als gevolg van deze innovatie; - In hoeverre het concept kan bijdragen aan het bevorderen van zelfredzaamheid, participatie en informele ondersteuning; - Wat de verschillen zijn ten opzichte van het huidige ondersteuningsaanbod; - Welke voordelen er zijn voor de cliënt, aanbieder en gemeente; - Of het concept bijdraagt aan uitstroom, preventie of andere voordelen biedt; - Wat de samenhang van deze voorziening is met de arrangementen uit de nulde en eerste lijn; - Of de maatwerkvoorziening is gericht op specifieke doelgroepen, een specifieke gemeente of andere kenmerken heeft die algemeen gebruik beperken; - Welke ketensamenwerking wordt opgestart of versterkt; - Of de maatwerkvoorziening samenhang heeft met andere sectoren of andere stromingen binnen het gemeentelijk sociaal domein; - Of de aanpak zich al elders heeft bewezen; - Wat de minimale schaalgrootte is om succesvol te kunnen worden; - Hoeveel cliënten naar verwachting in aanmerking komen voor de pilot en welke omvang de pilot heeft; - Welke looptijd wenselijk is; - Welke prijs wordt gehanteerd of welke kostenfactoren kunnen worden onderscheiden; - Of er naast de Wmo-financiering nog andere financieringsbronnen worden aangevraagd of aangesproken. U kunt in eerste instantie maximaal 2 producten of concepten indienen. Elk concept moet beantwoorden aan de bovenstaande vragen in maximaal 3 pagina’s A4. Op basis van bovenstaande criteria zal het inkoopteam aan de gemeenten adviseren welke voorstellen het meest kansrijk worden geacht. Met de goedgekeurde voorstellen zullen enkele pilots worden gestart. Deze pilots worden vastgelegd in een aparte pilotovereenkomst. Onderdeel van deze overeenkomst is een evaluatieformat waarin de aanbieder de pilot moet evalueren. De voorstellen zullen worden beoordeeld op de volgende kenmerken (gewenste effecten): - Uitstroompotentieel; 24 - Mate van bevordering van zelfredzaamheid, participatie en informele ondersteuning; Meetbare efficiencyvoordelen (overheadreductie); Kwantificeerbaarheid van het voorstel; Inzet van (bewezen) innovatieve technologie. Randvoorwaarden en uitgangspunten bij de gevraagde dienstverlening 6.3. Levering van ondersteuning De aanbieder verbindt zich om Wmo-maatwerkvoorzieningen te leveren aan de cliënt die zich daartoe tot hem wendt en die, volgens het daartoe opgestelde ondersteuningsplan en/of beschikking, op die Wmo-maatwerkvoorziening aanspraak kan maken. De aanbieder houdt zich aan de verwijzing of het geldige Indicatiebesluit cq. de zorgtoewijzing en de daarin vastgelegde aard en omvang van de zorg. De aanbieder verplicht zich om kwalitatief verantwoorde zorg te leveren. Hieronder wordt verstaan: zorg die cliëntgericht, doeltreffend en doelmatig wordt verleend zoals gebruikelijk in de kring van beroepsgenoten, die naar maatstaven van redelijkheid is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt. De zorg is bovendien proportioneel, gebaseerd op de laatste stand van de wetenschap en praktijk en onder- en overgebruik van Wmo-maatwerkvoorzieningen wordt vermeden. Ten einde aan deze verplichtingen te kunnen voldoen, beschikt de aanbieder over voldoende gekwalificeerd personeel. Het personeel van de aanbieder kan cliënten en ROGplus in de Nederlandse taal te woord staan. De aanbieder neemt uiterlijk binnen twee werkdagen, maar bij voorkeur dezelfde dag, na ontvangst van de beschikking contact op met de cliënt en maakt op basis van de beschikking met de cliënt afspraken om te komen tot zorgverlening. Bij dit gesprek kan een derde, zoals een familielid of mantelzorger, aanwezig zijn. Deze afspraken worden vastgelegd in een zorgplan op basis waarvan de zorg wordt verleend. De aanbieder informeert bij de cliënt (en/of bij het wijkteam) of er meerdere aanbieders Wmomaatwerkvoorzieningen leveren en de aanbieders stemmen – als dat het geval is - vanuit een gezamenlijke verantwoordelijkheid en in overleg met de cliënt de geleverde zorg inhoudelijk op elkaar af. 6.4. Continuïteit van de ondersteuning De aanbieder garandeert de continuïteit van de ondersteuning. Hierbij geldt het volgende: - voor algemeen erkende feestdagen, dient de aanbieder na overleg met de cliënt tijdig aan de cliënt kenbaar te maken of de dagbesteding wordt gesloten, of dat er alternatieve dagactiviteiten beschikbaar zijn waarvan de cliënt gebruik kan maken; - voor vakantieperiodes geldt als uitgangspunt dat de regulier gevolgde dagactiviteit beschikbaar moet zijn; indien dit in uitzonderingsgevallen niet mogelijk is, moet de cliënt tijdig een aanvaardbaar alternatief worden geboden. 6.5. Wachttijden De aanbieder zal in beginsel binnen 2 werkdagen na individuele opdrachtverlening contact opnemen met de cliënt of zijn vertegenwoordiger. In dit contact worden individuele afspraken gemaakt over de inzet. Aanbieder moet in principe binnen 14 dagen na opdrachtverlening een begin maken met 25 zorgverlening aan de cliënt. Indien deze termijn niet kan worden gerealiseerd moet hiervan melding aan ROGplus worden gemaakt, waarna deze termijn in onderling overleg kan worden bijgesteld. 6.6. Zorgweigering en -beëindiging De aanbieder kan zorg aan een individuele cliënt uitsluitend weigeren of beëindigen indien er gewichtige redenen bestaan, verband houdende met omstandigheden die de persoon van de individuele cliënt betreffen en op grond waarvan (voortzetting van) de zorgverlening in redelijkheid niet van de aanbieder kan worden verlangd. Van de voorgenomen weigering of beëindiging doet de aanbieder tijdig schriftelijk en met redenen omkleed melding aan de cliënt en een verzoek aan ROGplus. De aanbieder kan de aangevangen zorg slechts beëindigen na voorafgaande toestemming van ROGplus. De aanbieder draagt er zorg voor dat de reeds aangevangen zorgverlening wordt voortgezet of overgedragen totdat er een definitieve oplossing gevonden is. 6.7. Indicatiestelling en toeleiding De wijze waarop de toeleiding geschiedt verschilt per gemeente. De algemene lijn is als volgt: Het wijkteam voert een intakegesprek (“keukentafelgesprek”) waarin eigen en netwerkmogelijkheden en ondersteuningsbehoefte worden besproken. Dit kan leiden tot een advies voor het inzetten van een maatwerkvoorziening. ROGplus geeft een beschikking af voor deze maatwerkvoorziening en stelt de cliënt en aanbieder op de hoogte van deze beschikking. Eventueel kan de cliënt in bezwaar gaan tegen de afgegeven beschikking. Bezwaar (en beroep) worden afgehandeld door ROGplus. 6.8. Informatievoorziening aan ROGplus Op verzoek van ROGplus legt de aanbieder de individuele zorgverleningsovereenkomst (zorgplan) over aan ROGplus. De aanbieder voorziet ROGplus jaarlijks (uiterlijk 1 juli van het opvolgende jaar) van de volgende documenten: Jaarverslag; Uitkomsten cliënt- en medewerkertevredenheidsonderzoek (extern getoetst); Eventueel andere evaluatie- of visitatierapporten welke betrekking hebben op de kwaliteit van de zorgverlening. De verbeteracties die voortkomen uit de documenten beschreven onder bovenstaand punt maken onderdeel uit van één of meer van de reguliere beleidsoverleggen. Tijdens deze overleggen maken ROGplus en aanbieder concrete afspraken over de verdere ontwikkeling van de kwaliteit van de zorgverlening. De aanbieder laat zich door een onafhankelijke partij toetsen op kwaliteit vanuit de optiek van de consument c.q. de cliënt en stelt de rapportages hierover beschikbaar aan ROGplus. Een rapport op dit gebied is ten hoogste twee jaar oud. Partijen maken afspraken over concrete verbeterdoelstellingen aan de hand van de resultaten van deze raadpleging. De aanbieder dient de verbeterdoelstellingen tevens af te stemmen met de (centrale) cliëntenraad. De aanbieder respecteert de cliëntenrechten en draagt zorg voor een correcte bejegening van de cliënten. De aanbieder draagt zorg voor het behoorlijk functioneren van een cliëntenraad en een adequate behandeling van klachten van cliënten over de zorgverlening. De aanbieder beschikt over een vastgelegde klachtenregeling. 26 De aanbieder stemt het aanbod af op de behoefte aan ondersteuning. Daarnaast bespreken de aanbieder en ROGplus de invloed van demografische en beleidsontwikkelingen om gezamenlijk het adequate aanbod vast te stellen. 6.9. Declaratie, Registratie en Verantwoording Op het gebied van facturatie en declaratie wordt zo veel mogelijk aangesloten bij bestaande (AZR) structuren. De declaratieperiodes lopen synchroon met de vierwekelijkse perioden die het CAK hanteert. Declaraties moeten herleidbaar zijn op cliëntniveau (op basis van BSN) en dienen uiterlijk 4 weken na afloop van de vierwekelijkse CAK-periode te zijn ingediend bij ROGplus. Aanbieder levert uiterlijk binnen 4 weken na afloop van elke 4 wekelijkse periode, de door het CAK vereiste gegevens van de cliënten aan bij het CAK (conform CAK format en interface). Voor elke Cliëntgerelateerde opgave op regelniveau waaraan het CAK geen goedkeuring verleent en Opdrachtgever daarvoor kosten in rekening brengt is aanbieder aan ROGplus een bedrag verschuldigd van € 30,00. De huidige declaratiestandaard in AZR (AW319) wordt gebruikt als basis voor het iWmo-bericht. De implementatie van deze standaard is onderdeel van de te maken werkafspraken. Indien een aanbieder niet kan aanleveren conform de iWmo-standaard kunnen hierover met ROGplus nadere werkafspraken worden gemaakt. Binnen 3 maanden na het verstrijken van het kalenderjaar overlegt de aanbieder in de vorm van een rapportage de realisatiecijfers van de in opdracht van ROGplus uitgevoerde dienstverlening. De rapportage bevat eveneens een rechtsgeldig ondertekende verklaring van de aanbieder dat de door hem geregistreerde uren een correcte weergave is van de daadwerkelijk geleverde uren en arrangementen. De rapportage is voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring. Zo mogelijk wordt aangesloten bij bestaande (landelijke) controleprotocollen, maar op het moment van publiceren zijn deze protocollen niet bekend bij ROGplus. 6.10. Controles en monitoring ROGplus zal in het kader van nazorg materiële controles kunnen uitvoeren. Deze controles kunnen bestaan uit dossieronderzoek, gesprekken met cliënten, cliëntenvertegenwoordigers, mantelzorgers, vrijwilligers en personeel, enquêtes of andere onderzoeksmethoden. Het doel van deze controles is om te beoordelen in hoeverre de ingezette ondersteuning doelmatig en rechtmatig is ingezet. Ook de bijdrage aan de doelstellingen en het te behalen resultaat kan een onderdeel zijn van deze controles. 27 7. Producten en tarieven Op basis van de prestatiecodes zoals bekend vanuit de AWBZ zijn voor overgangscliënten negen prestatiecodes te onderscheiden. Deze prestatiecodes (producten) komen grotendeels (maar niet geheel) overeen met de prestaties en producten zoals deze in de AWBZ werden gehanteerd. ROGplus heeft ervoor gekozen enkele prestatiecodes samen te voegen om het administratieve afhandelproces te vereenvoudigen. Functie Specificatie 1.Persoonlijke verzorging Niet gespecificeerd Tarief (eenheid) 43,56 (uur) 2.Begeleiding individueel 3. Basis (V&V en GZ) Speciaal (GGZ) Licht 46,56 (uur) 67,56 (uur) 34,25 (dagdeel) Midden Zwaar Niet rolstoelgebonden Rolstoelgebonden Logeren 41,82 (dagdeel) 56,40 (dagdeel) 7,10 (dag) 19,40 (dag) 31,10 (etmaal) 4. Begeleiding groep 5. 6. 7. Vervoer 8. 9. Kortdurend verblijf NZa-prestaties H126, H127, H120, H136, H137 H300, H150, H305 H152, H153 H531, H811, H831, F125 H812, H832, H833 H800, H533, H813 H803, H990, H894 H895 Z902 De tarieven zijn vastgesteld door de genoemde NZa prestatiecodes te clusteren. Het gemiddelde tarief uit deze clustering is gekort met 15% (bezuinigingsopgave). Deze korting is niet toegepast op onderdelen 7 en 8. Op de tarieven van overige functies die in 2014 ten opzichte van 2013 zijn verlaagd is een gedempte correctie toegepast. De netto bezuinigingsopgave varieert daardoor tussen de 14,4% en de 14,9% Hierna zijn de tarieven gecorrigeerd met de prijscorrectie index van 3,57% 28 . Bijlage 1 Formulier voor het stellen van vragen Bijlage in excel: De weergave hieronder is ter illustratie. Aanbestedingsnaam: Email: Aanbesteding Zorginkoop Wmo 2015 [email protected] Naam aanbieder: Contactpersoon: Email: Telefoon: Toelichting: bij iedere vraag dient aanbieder aan te geven op welke pagina en paragraaf uit het aanbestedingsdocument deze vraag betrekking heeft (in te vullen bij de XX) Vraag 1 Pagina uit aanbestedingsdocument: XX Paragraaf uit aanbestedingsdocument: XX Vraag 2 Pagina uit aanbestedingsdocument: XX Paragraaf uit aanbestedingsdocument: XX Vraag 3 Pagina uit aanbestedingsdocument: XX Paragraaf uit aanbestedingsdocument: XX Vraag 4 Pagina uit aanbestedingsdocument: XX Paragraaf uit aanbestedingsdocument: XX Vraag 5 Pagina uit aanbestedingsdocument: XX Paragraaf uit aanbestedingsdocument: XX ENZ. 29 Bijlage 2 Eigen verklaring Zie PDF-bijlage. 30 . Bijlage 3 Algemene inkoopvoorwaarden 2014 De van toepassing zijnde voorwaarden zijn gepubliceerd op deze locatie: Inkoopvoorwaarden MVS 2014 (bron: www.vlaardingen.nl) 31 . Bijlage 4 Conceptovereenkomst De ondergetekenden De Stichting ROGplus Nieuwe Waterweg Noord, gevestigd aan Uiverlaan 20-B, 3145 XN te Maassluis, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer R.W. van de Water in zijn hoedanigheid van Directeur van de Stichting ROGplus Nieuwe Waterweg Noord; hierna te noemen Opdrachtgever. en [NAAM], gevestigd [ADRES, POSTCODE] te [PLAATS], ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door [NAAM RECHTSGELDIGE VERTEGENWOORDIGER]; hierna te noemen: Opdrachtnemer; Gelet op: De verordening Maatschappelijke Ondersteuning MVS 2015 Gezien: De aanbesteding van de Stichting ROGplus, gepubliceerd conform de vigerende regelgeving, 15 juli 2014 alsmede de daarop volgende gunning; Overwegende: Dat Opdrachtgever, in het kader van de uitvoering van de Wet Maatschappelijk Ondersteuning, de burgers van de gemeenten Maassluis, Schiedam en Vlaardingen dient te voorzien van de diensten met betrekking tot begeleiding en dagbesteding, met het oogmerk die burgers zo lang mogelijk zelfstandig te doen zijn en hen zo veel als mogelijk aan het sociaal en maatschappelijk leven te laten deelnemen; Dat Opdrachtnemer bereid is de door Opdrachtgever gewenste diensten te verlenen; Dat ter wille van de wettelijk vastgelegde keuzevrijheid van de cliënten Opdrachtgever ook met derden een soortgelijke raamovereenkomst aangaat, met als gevolg dat uit deze raamovereenkomst geen exclusief recht voor Opdrachtnemer voortvloeit; Dat partijen de tussen hen overeengekomen voorwaarden waaronder de bedoelde prestaties zullen worden geleverd, schriftelijk wensen vast te leggen. Verklaren te zijn overeengekomen: Artikel 1. Onderwerp van de Raamovereenkomst Opdrachtnemer verbindt zich door middel van deze Raamovereenkomst tot het na opdracht aanvaarden dienstverlening zoals omschreven in het inkoopdocument Wmo 2015, onder de in deze Raamovereenkomst gestelde voorwaarden en omschreven werkwijzen. Dienstverleningsopdrachten worden slechts verstrekt indien de burger zijn aanspraken ingevolge de verordening Wmo tot gelding brengt. Artikel 2. Duur van de Raamovereenkomst Deze Raamovereenkomst vangt aan op 1 januari 2015 en eindigt op 31 december 2015 Artikel 3. Totstandkoming en beëindiging van Dienstverleningsopdrachten 3.1. De Opdrachtnemer ontvangt een, door Opdrachtgever verstrekte Dienstverleningsopdracht 3.2. De Dienstverleningsopdracht wordt geacht te zijn verzonden op de dag van de dagtekening welke staat vermeld op de Dienstverleningsopdracht. 32 3.3. Opdrachtnemer heeft de Dienstverleningsopdracht aanvaard, tenzij hij binnen 7 dagen na dagtekening van de Dienstverleningsopdracht, met zwaarwegende redenen heeft aangegeven de Dienstverleningsopdracht niet te kunnen aanvaarden. 3.4. Opdrachtnemer bevestigt aan Opdrachtgever de Dienstverleningsopdracht. 3.5. Een Dienstverleningsopdracht eindigt op navolgende wijze: 3.5.1. Door het bereiken van de in de Dienstverleningsopdracht bepaalde einddatum; 3.5.2. Opname van Cliënt in een zorginstelling of het overlijden van de Cliënt. 3.5.3. Eenzijdig door middel van schriftelijke opzegging door Opdrachtgever, om hem moverende redenen. Artikel 4. Weigering van Dienstverleningsopdrachten en beëindiging van dienstverlening 4.1. Opdrachtnemer kan een Dienstverleningsopdracht weigeren of beëindigen op grond van voor haar zwaarwegende redenen. 4.2. De in het eerste lid bedoelde weigering onderscheidenlijk beëindiging kan slechts plaatsvinden in overeenstemming met een door Opdrachtgever goedgekeurd protocol, welke in nadere werkafspraken met de Opdrachtnemer wordt vastgesteld. 4.3. Van een weigering of beëindiging van dienstverlening als bedoeld in lid 1 doet de Opdrachtnemer binnen 7 dagen schriftelijk en met redenen omkleed mededeling aan Opdrachtgever en de Cliënt, of in voorkomend geval aan diens vertegenwoordiger. 4.4. Opdrachtnemer treedt direct in overleg met de Opdrachtgever over de continuïteit van de dienstverlening aan Cliënt na de mededeling van de in lid 1 bedoelde weigering dan wel beëindiging. Opdrachtnemer zal zorg dragen voor de continuïteit van de dienstverlening, totdat er in overleg met Opdrachtgever een oplossing is gevonden of totdat partijen gezamenlijk vaststellen dat dit niet mogelijk is. Artikel 5. Tarieven 5.1. De tarieven zoals vermeld in het inkoopdocument onder hoofdstuk 7. 5.2. In de tarieven zijn vergoedingen voor alle onkosten en schade begrepen. 5.3. Alle in deze Raamovereenkomst vermelde tarieven zijn uurtarieven gebaseerd op “klokuren, zijnde 60 minuten” en in Euro’s en exclusief BTW, tenzij anders vermeld. Artikel 6. Facturatie en betaling 6.1. De Opdrachtnemer verleent dienstverlening zonder enige betaling of enige aanvullende betaling door de Cliënt. Eventuele anders luidende bepalingen in het zorgplan of in elders vastgelegde afspraken zijn nietig. Het bepaalde in Burgerlijk Wetboek art. 7: 405 is niet van toepassing op het werkplan of elders vastgelegde afspraken. 6.2. Opdrachtnemer factureert binnen 4 weken na afloop van elke vierwekelijkse periode, door middel van een digitaal aan te leveren verzamelfactuur, de kosten van de verleende diensten van de betreffende vierwekelijkse periode. 6.3. De onder art. 6.2 bedoelde verzamelfactuur is opgebouwd conform nader te maken werkafspraken. 6.4. Opdrachtnemer verzendt de vierwekelijkse verzamelfactuur aan het nader met de Opdrachtgever af te stemmen factuuradres en de te adresseren functionaris van de Opdrachtgever. 6.5. De door Opdrachtnemer overlegde factuur wordt door Opdrachtgever op Cliënt- en regelniveau getoetst en onverlet het bepaalde in 6.6. en 6.7. betaalt Opdrachtgever binnen 30 dagen na ontvangst van de factuur de geaccordeerde regels op cliëntniveau aan de hand van door haar uitgevoerde verificatie. 6.6. Opdrachtgever is gerechtigd betalingen geheel of gedeeltelijk op te schorten, indien Opdrachtnemer tekortschiet in nakoming van één of meer uit deze Raamovereenkomst voortvloeiende verplichtingen. 6.7. Indien Opdrachtgever toerekenbaar tekortschiet in zijn verplichting tot betaling, is hij eerst na schriftelijke ingebrekestelling, inhoudende een redelijke termijn van tenminste veertien dagen om 33 alsnog na te komen, in verzuim en is hij eerst daarna de wettelijke rente verschuldigd over het achterstallige bedrag over de tijd dat het verzuim vervolgens voortduurt. 6.8. Indien Opdrachtgever bij controle en verificatie vaststelt dat ten onrechte bedragen zijn gefactureerd onderscheidenlijk betaald, behoudt hij zich het recht voor deze terug te vorderen, dan wel te verrekenen met opvolgende facturen. Artikel 7. Jaarlijks aan te leveren realisatiecijfers 7.1. Binnen 3 maanden na het verstrijken van het kalenderjaar overlegt de Opdrachtnemer in de vorm van een rapportage de realisatiecijfers van de in opdracht van de Opdrachtgever uitgevoerde dienstverlening. 7.2. De rapportage bevat eveneens een rechtsgeldig ondertekende verklaring van de Opdrachtnemer dat de door hem geregistreerde uren een correcte weergave is van de daadwerkelijk geleverde uren HH. 7.3. De rapportage is voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring. Artikel 8. Niet toerekenbare tekortkoming 8.1. Indien -ongeacht of het een niet-toerekenbare dan wel toerekenbare tekortkoming betreftOpdrachtnemer een of meerdere van zijn verplichtingen niet nakomt, stelt Opdrachtnemer onmiddellijk Opdrachtgever schriftelijk in kennis met vermelding van oorzaak en consequenties daarvan. Tevens stelt Opdrachtnemer maatregelen voor om op kortst mogelijke termijn blijvend aan zijn verplichtingen te voldoen. Binnen 10 werkdagen na ontvangst van schriftelijke kennisgeving, bericht Opdrachtgever of hij al dan niet instemt met de voorgestelde maatregelen en de genoemde consequenties. Instemming houdt niet in dat Opdrachtgever het niet nakomen van verplichtingen erkent en laat alle andere rechten of vorderingen die Opdrachtgever op grond van de Raamovereenkomst toekomen, onverlet. 8.2. Onder een toerekenbare tekortkoming wordt in ieder geval verstaan: 8.2.1. Gebrek aan personeel; 8.2.2. Stakingen; 8.2.3. Ziekte van personeel; 8.2.4. Wanprestatie van door Opdrachtnemer ingeschakelde derden 8.2.5. Door liquiditeits- c.q. solvabiliteitsproblemen aan de zijde van Opdrachtnemer. Artikel 9. Social Return 9.1. Opdrachtnemer is verplicht Social Return in de gemeente X (nader in te vullen na gunning) uit te voeren conform het Protocol Social Return MVS (zie bijlage 5) Artikel 10. Ontbinding 10.1. Deze Raamovereenkomst kan met onmiddellijke ingang, zonder enige ingebrekestelling of gerechtelijke tussenkomst, geheel of gedeeltelijk, worden beëindigd: 10.1.1. indien de wederpartij (voorlopige) surseance van betaling verkrijgt; 10.1.2. indien de wederpartij zich in staat van kennelijk onvermogen bevindt of onderwerp uitmaakt van een procedure tot faillissement, gerechtelijk akkoord, vereffening, beslaglegging of van elke andere soortgelijke procedure; 10.1.3. door de Opdrachtgever indien de onderneming van de Opdrachtnemer wordt beëindigd; 10.1.4. indien de wederpartij één of meer van haar verplichtingen uit deze Raamovereenkomst niet, niet behoorlijk of niet tijdig nakomt, al dan niet blijkend uit de uitkomsten van (materiële) controle; 10.1.5. indien de wederpartij in een situatie van niet toerekenbare tekortkoming verkeert en is aan te nemen dat deze langer zou kunnen duren dan dertig kalenderdagen; 10.1.6. Indien de Opdrachtgever ingevolge de wet of lokale besluiten/lokale verordeningen gehouden is tot het al dan niet aanmerkelijke aanpassing van de toekenning van voorzieningen aan Cliënten. Alvorens tot ontbinding van deze raamovereenkomst over te gaan, zal Opdrachtgever steeds in overleg treden met Opdrachtnemer. 34 10.2. Indien één der partijen op grond van het vorige lid tot beëindiging met onmiddellijke ingang overgaat, is de wederpartij jegens de beëindigende partij verplicht tot vergoeding van de schade die door tekortschieten of andere grond voor beëindiging mocht zijn ontstaan. 10.3. Opdrachtgever mag ook buiten de in de wet of in 10.1 geregelde gevallen de uitvoering van de raamovereenkomst geheel of gedeeltelijk opschorten. Artikel 11. Aansprakelijkheid 11.1. Opdrachtnemer, die toerekenbaar tekort schiet in de nakoming van enige verplichting, is zonder enige ingebrekestelling in verzuim en is tegenover Opdrachtgever, alsmede zijn personeel, door Opdrachtgever ingeschakelde hulppersonen en rechtspersonen, aansprakelijk voor vergoeding van alle geleden en/of te lijden schade en de ten gevolge van het tekortschieten te maken en/of gemaakte kosten. 11.2. Opdrachtnemer vrijwaart Opdrachtgever tegen alle financiële gevolgen van aanspraken van derden in enig verband staande met de uitvoering van zijn verplichtingen die voortvloeien uit deze Raamovereenkomst en/of daaruit voortvloeiende opdrachten. 11.3. Opdrachtnemer verzekert zich tegen mogelijke risico’s. Opdrachtnemer verleent Opdrachtgever op eerste verzoek inzage in de daartoe strekkende polis. 11.4. Opdrachtgever is verantwoordelijk voor de informatie, die door hem aan Opdrachtnemer ter beschikking wordt gesteld. Opdrachtnemer is verplicht Opdrachtgever onverwijld schriftelijk te waarschuwen indien de van Opdrachtgever verkregen informatie klaarblijkelijk zodanige fouten bevat of gebreken vertoont dat hij in strijd met de zorgplicht van een goed Opdrachtnemer als bedoeld in BW art. 7: 401 zou handelen als hij zonder waarschuwing bij het verrichten van werkzaamheden daarop zou voortbouwen. Indien Opdrachtnemer zijn in de voorgaande volzin vermelde verplichting verzuimt, is hij aansprakelijk voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim. 11.5. Indien ingevolge deze raamovereenkomst aanspraak wordt gemaakt op enige boete of geldsom anders dan vergoeding van schade of kosten, laat dit het recht om daarnaast volledige vergoeding van schade, kosten en/of nakoming te vorderen onverlet. 11.6. Indien Opdrachtgever een publiekrechtelijke rechtshandeling verricht, die niet in het belang is van deze raamovereenkomst, geldt dit niet als tekortkoming in nakoming van deze raamovereenkomst door Opdrachtgever en vormt dit geen grond voor ontbinding als bedoeld in Artikel 10.1.4. van deze raamovereenkomst en de wet. 11.7. Indien en zodra een derde partij in of buiten rechte de rechtmatigheid van de totstandkoming van deze raamovereenkomst betwist, is Opdrachtgever bevoegd de uitvoering van de overeenkomst met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk op te schorten. Terstond nadat Opdrachtnemer daartoe enig bericht heeft ontvangen, is deze verplicht de uitvoering van de overeenkomst met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk op te schorten. Partijen zijn niet verplicht elkaar schade en kosten ten gevolge van dergelijk uitstel, opschorting en onderbreking te vergoeden. Artikel 12. Geheimhouding 12.1. Opdrachtnemer zal alle wettelijke bepalingen met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en privacy van de Cliënt in acht nemen. Bovendien verbindt hij zich voldoende maatregelen te treffen om geheimhouding te verzekeren met betrekking tot alle gegevens waarvan Opdrachtnemer of personen, waarvan zij zich bij de uitvoering van deze Raamovereenkomst bedient, kennis neemt onderscheidenlijk nemen bij werkzaamheden ten behoeve van Opdrachtgever en/of Cliënt. 12.2. Opdrachtnemer is gehouden alle van Opdrachtgever afkomstige informatie en bedrijfsgegevens en de in het kader van de uitvoering van door Opdrachtgever verstrekte opdracht(en) te zijner kennis gekomen of ontwikkelde informatie, geheim te houden. Het is Opdrachtnemer verboden bedoelde informatie aan te wenden voor eigen gebruik of gebruik door derden. 12.3. De ten aanzien van Opdrachtnemer geformuleerde geheimhouding geldt evenzeer voor Opdrachtgever. 35 12.4. Het is Opdrachtnemer bekend dat Opdrachtgever gebonden is aan de Wet openbaarheid van bestuur. Nakoming van één of meer van deze verplichtingen houdt in geen geval schending van geheimhouding of vertrouwelijkheid in en geeft evenmin enige grond tot schadevergoeding. Artikel 13. Publiciteit en communicatie met Cliënten 13.1. Opdrachtnemer conformeert zich aan de werkwijze van Opdrachtgever ten aanzien van het informeren van Cliënten en de publiciteitsmedia. Dit houdt in dat Opdrachtnemer geen informatie mag verstrekken aan Cliënten en/of de publiciteitsmedia die verband houdt met de aan Opdrachtnemer verleende opdracht door Opdrachtgever, zonder instemming van Opdrachtgever. 13.2. Wanneer de publiciteitsmedia Opdrachtnemer benaderen, dient Opdrachtnemer voor beantwoording allereerst contact op te nemen met de woordvoerder van Opdrachtgever. Vervolgens maakt Opdrachtnemer met hem afspraken over verdere afhandeling van het verzoek van de publiciteitsmedia. Mocht Opdrachtnemer de woordvoerder of zijn achtervang niet kunnen bereiken dan dient Opdrachtnemer het verzoek te bespreken met de contactpersoon van de betrokken dienst van Opdrachtgever 13.3. Opdrachtnemer staat er voor in, dat zijn personeel en de personen van wie hij zich in verband met deze Raamovereenkomst en de uitvoering daarvan bedient, zich onderwerpen aan door Opdrachtgever vastgestelde voorwaarden, regelingen en instructies. Artikel 14. Overdracht van verplichtingen aan derden 14.1. Opdrachtnemer kan de uit hoofde van deze Raamovereenkomst met Opdrachtgever overeengekomen verplichtingen of zijn rechtsverhouding tot Opdrachtgever alleen met voorafgaande schriftelijke toestemming van Opdrachtgever overdragen aan een derde, waaronder begrepen het van deze derde (terug) verkrijgen van de eerder aan deze derde overgedragen verplichtingen. Opdrachtgever is te allen tijde gerechtigd toestemming te weigeren, ook indien er slechts een summiere weigeringsgrond is. 14.2. Aan de in het eerste lid bedoelde toestemming kunnen voorwaarden worden verbonden. Ten behoeve van Opdrachtgever zal Opdrachtnemer de relevante voorwaarden met bedoelde derden overeenkomen. Indien Opdrachtnemer de in de voorgaande volzin voornoemde verplichting niet of slechts gedeeltelijk nakomt, is Opdrachtnemer van rechtswege in verzuim. 14.3. De in het eerste lid bedoelde toestemming laat de verantwoordelijkheid van Opdrachtnemer voor de uitvoering van de Raamovereenkomst onverlet. Artikel 15. Cessie verbod en verrekening 15.1. Het is de Opdrachtnemer behoudens schriftelijke toestemming van de Opdrachtgever verboden om zijn vorderingen over te dragen aan derden. 15.2. Opdrachtgever is steeds bevoegd, al hetgeen Opdrachtgever schuldig is aan de Opdrachtnemer, te verrekenen met hetgeen de Opdrachtnemer of de aan de Opdrachtnemer gelieerde vennootschappen, al dan niet opeisbaar, onder voorwaarde of tijdsbepaling aan de Opdrachtgever schuldig is/zijn. De Opdrachtnemer is tot enige verrekening slechts bevoegd na schriftelijke toestemming van de Opdrachtgever. Artikel 16. Wijzigingen en aanvullingen 16.1. Wijzigingen van deze Raamovereenkomst of aanvullingen daarop kunnen uitsluitend tussen Opdrachtgever en Opdrachtnemer worden overeengekomen. 16.2. Wanneer binnen de looptijd van deze Raamovereenkomst door oorzaken, welke zich buiten de invloedssfeer van Opdrachtgever afspelen (bijvoorbeeld maatregelen van de rijksoverheid) -ook al behoren deze oorzaken tot het risico van Opdrachtgever– er maatregelen moeten worden genomen, welke van invloed zijn op deze Raamovereenkomst en de daarbij behorende Bijlagen, dan zal deze Raamovereenkomst hierop worden aangepast. Opdrachtnemer zal hieraan zijn medewerking verlenen. 16.3. Opdrachtgever behoudt zich het recht voor bij wijzigingen van de door de Opdrachtgever gebruikte automatiseringstoepassingen, de formats en instructies voor het aanleveren van de door 36 Opdrachtnemer aan te leveren gegevens en facturen, te herzien. Opdrachtnemer zal hieraan zijn medewerking verlenen. 16.4. Indien Opdrachtnemer afwijkende voorwaarden wil bedingen, dan zullen dergelijke voorwaarden door Opdrachtgever niet worden toegestaan dan na voorafgaand overleg en overeenstemming. 16.5. Wijzigingen van deze Raamovereenkomst of aanvullingen daarop worden eerst rechtsgeldig en bindend voor Opdrachtgever en Opdrachtnemer nadat zij in de vorm van een, aan deze Raamovereenkomst te hechten addendum, door beide ondertekend, tussen Opdrachtnemer en Opdrachtgever zijn overeengekomen. Artikel 17. Onvoorziene omstandigheden 17.1. Indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen, welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de raamovereenkomst niet mag verwachten, zullen partijen overleg voeren over de uitvoering van de raamovereenkomst. Indien overleg niet binnen zestig dagen na aanvang tot overeenstemming over de uitvoering leidt, is het gestelde in Artikel 21.2. van toepassing. Artikel 18. Geschillen 18.1. Een geschil wordt geacht aanwezig te zijn indien Opdrachtgever of Opdrachtnemer zulks in een brief aan de andere partij kenbaar maakt. Desondanks zijn Opdrachtgever en Opdrachtnemer gehouden te voorkomen dat ten gevolge van een dergelijk geschil de voortgang van de dienstverlening aan Cliënten wordt belemmerd. 18.2. Indien zich een geschil mocht voordoen betreffende totstandkoming, de uitleg of de uitvoering van deze Raamovereenkomst, alsmede elk ander geschil ter zake of in verband met deze Raamovereenkomst, hetzij juridisch hetzij feitelijk, zullen Opdrachtgever en Opdrachtnemer verplicht zijn te trachten dit geschil in onderling overleg te beslechten, onverlet de bevoegdheid van de daarbij belang hebbende partij zich in spoedeisende gevallen tot de voorzieningenrechter te wenden. Mochten zij tijdens een bespreking hierin niet slagen dan kan het geschil door elke partij aan de bevoegde rechter te Rotterdam worden voorgelegd. Artikel 19. Overige voorwaarden 19.1. Op elke Dienstverleningsopdracht voortvloeiende uit deze Raamovereenkomst zijn de voorwaarden van toepassing zoals vastgelegd in deze Raamovereenkomst en de daarbij behorende Bijlagen. 19.2. De Algemene Leverings- Verkoopvoorwaarden en overige voorwaarden van Opdrachtnemer zijn op deze Raamovereenkomst niet van toepassing en worden uitdrukkelijk van de hand gewezen. 19.3. Op deze Raamovereenkomst en de daarbij behorende Bijlagen is het Nederlands recht van toepassing. Artikel 20. Bijlagen 20.1. Deze Raamovereenkomst gaat bij strijdigheid met één van de bepalingen van de Bijlagen, vóór op de Bijlagen. 20.2. De navolgende Bijlagen maken met inachtname van Artikel 19 in volgorde integraal deel uit van deze Raamovereenkomst. In geval van strijdigheid tussen de verschillende bijlagen van deze Raamovereenkomst geldt navolgende prevalentie; 20.2.1. Verslag van eventuele communicatie in de verificatiefase; 20.2.2. Nota van Inlichtingen; 20.2.3. De door ROGplus uitgebrachte aanbestedingsstukken; 20.2.4. De inkoopvoorwaarden van de MVS-gemeenten; 20.2.5. De door aanbieder ingediende inschrijving Aldus opgemaakt en rechtsgeldig ondertekend in 2-voud. Namens Opdrachtgever Namens Opdrachtnemer 37 Maassluis, 2014 [PLAATS], 2014 (handtekening) Naam: De heer R.W. van de Water Functie: Directeur (handtekening) Naam: Functie: 38 . Bijlage 5 Social return Bestekbepalingen Social Return Maassluis, Schiedam en Vlaardingen. Deze bestekbepalingen maken zowel in algemene zin en als eis onderdeel uit van het bestek bij diensten, werken en leveringen conform besluit van het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen d.d 27-11-2012 (kenmerk: 472218), van Maassluis d.d 30-10-2012 (kenmerk ADV-1201157), van Schiedam d.d 30-10-2012 De inschrijver gaat door inschrijving akkoord met de eisen en bestekbepalingen in het kader van social return. 1. Definities 1.1 Doelgroep: personen die als werkzoekende bij het UWV staan ingeschreven en een uitkering op grond de Wet Werk en Bijstand(WWB), Werkloosheidswet(WW), Wajong of Algemene nabestaandenwet(Anw) hebben. Ook WSW-geïndiceerden die in afwachting zijn van een WSW-dienstbetrekking of reeds werkzaam zijn in een WSW-dienstbetrekking alsmede personen die een BBL of BOL-traject volgen vallen onder de doelgroep. 1.2 Dienstverband: een arbeidsovereenkomst die opdrachtnemer aangaat met een persoon uit de doelgroep in het kader van social return. 1.3 Werkstage: het gedurende een bepaalde periode opdoen van werkervaring of (werknemers)vaardigheden op een bepaald vakgebied door iemand behorende tot de doelgroep. 1.4 Leerwerkbaan(BBL) een baan waarbij de opdrachtnemer/werkgever een betaald dienstverband aanbiedt voor vier werkdagen per week, en de kandidaat op de vijfde dag een opleiding volgt. 1.5 BOL-traject: een leer-/stage traject waarbij opdrachtnemer een student praktijkervaring bijbrengt. Dit traject is een traject waarbij er meer van school dan van praktijk sprake is. 1.6 Aanneemsom: totaal overeengekomen bedrag voor de af te sluiten opdracht exclusief BTW. 1.7 Loonkosten: de brutoloonkosten plus de directe werkgeverslasten van de werkzoekende vallende onder de doelgroep die in het kader van social return deelneemt. 1.8 Opdrachtnemer: de onderneming, de organisatie of de persoon waaraan een opdracht is gegund. 2. Bepalingen 1. De opdrachtnemer is verplicht 5% van de aanneemsom(exclusief BTW) te besteden aan personen uit de doelgroep genoemd onder 1.1 van deze bestekbepalingen. 2. In principe dienen personen uit de doelgroep bij de uitvoering van de opdracht te worden ingezet. De opdrachtnemer kan in overleg met de opdrachtgever een voorstel doen voor het plaatsen van een dergelijk persoon of personen op andere werkzaamheden in het bedrijf van de opdrachtnemer of bij een andere ondernemer, wanneer de opdrachtnemer geen mogelijkheden ziet binnen de opdracht. 39 3. De gemeente kent aan de inspanningen om verschillende werkzoekenden aan werk te helpen de in de hierbij gevoegde bijlage vermelde waarde/wegingsfactoren toe, waarmee opdrachtnemer aan zijn (financiële) verplichtingen kan voldoen: 4. De (externe) plaatsingen dienen binnen de periode van de opdracht van de gemeente plaats te vinden. 5. De opdrachtnemer is te allen tijde verantwoordelijk voor het nakomen van zijn social return verplichtingen, ook als bij het realiseren van de opdracht derden worden ingezet. 6. De gemeente kan in het bestek de eis opnemen dat de door opdrachtnemer uit te voeren opdracht tussen de 5 en 50% uitgevoerd dient te worden door personen uit de doelgroep. Het bepaalde in 2.1, 2.2 en 2.3 is hierbij niet van toepassing. De overige bestekbepalingen social return zijn onverkort van toepassing. 7. De opdrachtnemer aan wie de opdracht gegund is, treedt binnen 7 dagen, nadat definitieve gunning heeft plaatsgevonden, in overleg met de contactpersoon van SZW over de invulling van de social return verplichting. 8. De opdrachtnemer dient binnen 14 dagen na definitieve gunning met een plan van aanpak over de wijze van invulling van social return te komen en aan de contactpersoon van SZW, ter goedkeuring voor te leggen. Werving, selectie en plaatsing kandidaten 9. De opdrachtnemer is zelf verantwoordelijk voor het aantrekken van kandidaten uit de doelgroep voor inzet ten behoeve van de social return verplichtingen. 10. De afdeling SZW spant zich in om de aanlevering van kandidaten uit de doelgroep te bevorderen, zowel bij aanvang van de opdracht als tussentijds bij eventuele uitval. Afdeling SZW schakelt diverse partijen in voor de werving van kandidaten uit de doelgroep en heeft strakke levertijden met deze organisaties afgesproken, zodat snel duidelijk is of de afdeling geschikte kandidaten kan selecteren. Indien dit niet mogelijk is dan treedt de afdeling wederom met opdrachtnemer in overleg om te bezien of de vacatures anders ingevuld kunnen worden. Verantwoording 11. De opdrachtnemer aan wie de opdracht is gegund, zal vierwekelijks via e-mail een overzicht verstrekken aan genoemd contactpersoon m.b.t. de stand van de inzet van (financiële) middelen in het kader van de social return. 12. De opdrachtnemer verstrekt aan contactpersoon kopieën/afschriften van arbeidsovereenkomsten, leer/werk overeenkomsten(met daarin de looptijd, het aantal arbeidsuren, de salarisbetalingen), nota’s. rekeningen en andere documentatie waaruit de inzet van opdrachtnemer opgemaakt en bewezen kan worden t.a.v. zijn verplichtingen in het kader van social return. 13. Indien de opdrachtnemer zijn verplichtingen in het kader van social return niet, niet geheel of niet tijdig nakomt, vindt van dat deel dat ten onrechte niet is ingezet, inhouding plaats op de betalingen verband houdend met de opdracht. 14. De inhouding vindt niet plaats indien de opdrachtnemer aannemelijk kan maken, dat hem geen verwijt treft voor het niet (volledig) realiseren van zijn verplichtingen in het kader van 40 social return, zulks ter beoordeling van de gemeente. De bewijslast berust bij opdrachtnemer. 15. Opdrachtnemer verstrekt aan de gemeente een op schrift gestelde verklaring waarin opdrachtnemer verklaart dat hem geen verwijt treft voor het niet(volledig) realiseren van zijn verplichtingen en de reden waarom dit hem niet verweten kan worden. 16. De gemeente zal schriftelijk en beargumenteerd aan opdrachtnemer meedelen of opdrachtnemer wel of niet verwijtbaar is. 41 Bijlage behorende bij bestekbepalingen Social Return Maassluis, Schiedam en Vlaardingen. Waarden/wegingsfactoren (uitgaande van een fulltime contract van 40 uur met een berekeningswaarde van € 35.000,-- per jaar):Afbakengr Wegingsfactor soort uitkering Weging <2 jaar WWB//IOAW/IOAZ 0,8 ≥2 jaar WWB//IOAW/IOAZ 1 WAO/WIA/WAZ/Wajong 1 SW-geïndiceerd 1 <1 jaar WW 0,6 ≥1 jaar WW 0,7 BBL/BOL niveau 1 0,5 BBL/BOL niveau 2 0,25 Wegingsfactor soort arbeidsovk. Reguliere arbeidsovereenkomst met bedrijf 1 In dienst via regeling begeleid werken 1 Detachering via WSW of anders 0,8 Stage of re-integratietraject Proefplaatsing 0,75 0,5 Wegingsfactor duur Duur arbeidsovk, detachering c.a.. <1 jaar 0,5 Duur arbeidsovk, detachering c.a. .≥1 jaar 1 Ter verduidelijking zijn hierna enkele rekenvoorbeelden opgenomen. 42 Voorbeeld berekeningen 5%-regeling: Voorbeeld 1 Loonkosten € 400.000,-Materialen € 2.600.000,-Aanneemsom excl BTW € 3.000.000,-BTW X% € 600.000,-Totale aanneemsom incl. BTW € 3.600.000,-Berekening 5%-regeling: 5% over Aanneemsom excl. BTW, i.c. 5% van € 3.000.000,-- =€ 150.000,-De opdrachtnemer dient € 150.000,-- te besteden aan de doelgroep: Neemt opdrachtnemer: 2 WWB-er, met ≥2 jaar deze uitkering op arbeidsovereenkomst in dienst voor 1 jaar, en 2 SW-geïndiceerden via begeleid werken voor 1 jaar, dan bedraagt de gerealiseerde besteding: Wegingsfactor soort uitkering X wegingsfactor soort arbeidsovereenkomst X wegingsfactor duur X berekenwaarde per jaar(€ 35.000,--)= 1 X 1 X 1 X € 35.000,-- = € 35.000,-- X 2(aantal) = € 70.000,-1 X 1 X 1 X € 35.000,-- = € 35.000,-- X 2(aantal) = € 70.000,-Totale besteding € 140.000,-€ 10.000,-- kan aan reserve worden toegevoegd voor werkgelegenheidsprojecten of bijvoorbeeld aan opdracht voor WSW organisatie om groen te onderhouden van het bedrijfsterrein van opdrachtnemer. Voorbeeld 2 Loonkosten € 2.000.000,-Materialen € 2.000.000,-Aanneemsom excl BTW € 4.000.000,-BTW X% € 800.000,-Totale aanneemsom incl BTW € 4.800.000,-5% over aanneemsom excl BTW, i.c. 5% van € 4.000.000,-- = € 200.000,-De opdrachtnemer dient € 200.000,-- te besteden aan de doelgroep. Neemt opdrachtnemer: 5 WW-ers, , <1 jaar uitkering in reguliere dienst voor 1 jaar en 1 WWB-er, < 2 jaar uitkering via detachering voor 1 jaar en 2 WWB-ers, > 2 jaar uitkering via begeleidwerken voor 1 jaar = 0,6 X 1 X 1 X € 35.000,-- X 5( aantal) = € 105.000,-0,8 X 0,8X 1 X € 35.000,-- X 1(aantal) = € 22.400,-1 X 1 X 1 X € 35.000,-- X 2(aantal) = € 70.000,-Totaal besteding € 197.400,-€ 2.600,-- kan aan reserve worden toegevoegd, zodat opdrachtnemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Deze berekening is een voorbeeldberekening. Aan deze berekening kunnen door de inschrijver geen rechten worden ontleend. 43 . Bijlage 6 Inschrijfblad perceel 1 – opgave capaciteiten en realisatie Bijlage in excel: De weergave hieronder is ter illustratie. Inschrijfmatrix Wmo2015 (dagbesteding, begeleiding en kortdurend verblijf) Naam Aanbieder Contactpersoon Contactpersoon telefoon Contactpersoon emailadres Doelgroepen(leeftijdsgroep) 18-23 jaar 23-55 jaar 55-65 jaar 65-75 jaar 75 jaar en ouder Doelgroepen (grondslag) Somatisch Psychogeriatrisch Psychiatrisch Lichamelijk gehandicapt Verstandelijk gehandicapt Psychosociale problemen Werkgebied Maassluis Schiedam Vlaardingen Capaciteit en realisatie Product 1. Persoonlijke VZ 2. Begeleiding ind. Basis 3. Begeleiding ind. Speciaal 4. Dagbesteding licht 5. Dagbesteding middel 6. Dagbesteding zwaar 7. Vervoer 8. Vervoer rolstoelgebonden 9. Kortdurend verblijf eenheid uur uur uur dagdeel dagdeel dagdeel dag dag etmaal Realisatie 2013 Prognose 2014 Prognose 2015 Max. Capaciteit 2015 44 . Bijlage 7 Opgave referenties Naam aanbieder Aanbieder contactpersoon Contactpersoon telefoonnummer Contactpersoon emailadres Naam referentie Referentie contactpersoon Referentie telefoonnummer Referentie emailadres Aantoonbare ervaring keten / regionaal lokaal netwerk Resultaat cliënttevredenheidsonderzoek Alleen dit formulier dient ingevuld met de inschrijvingsstukken te worden meegestuurd. Referenties worden op eerste verzoek van ROGplus binnen 7 dagen door aanbieder beschikbaar gesteld aan ROGplus. 45
© Copyright 2024 ExpyDoc