HKH Prinses Astrid Vertegenwoordigster van Z.M. de Koning Lima, 15 oktober 2014 Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Astrid, Als vertegenwoordigers en vertegenwoordigsters van de Belgische NGOs werkzaam in Peru, heten wij U van harte welkom in dit land, en hopen wij dat de economische zending die U voorzit aan uw verwachtingen zal voldoen. Het lijkt ons belangrijk dat de relaties tussen de twee landen versterkt worden, in de zoektocht naar een duurzame ontwikkeling. In dat opzicht willen we enkele bezorgdheden over de Peruaanse realiteit met U delen. De voorbije tien jaar heeft Peru een belangrijk proces van macroeconomische ontwikkeling gekend, zoals aangegeven in de studie die uitgevoerd werd in het kader van de economische zending. Wat niet zo veel aan bod kwam, is dat deze groei niet genoeg vertaald werd in een verbetering van de levensomstandigheden van grote sectoren van de Peruaanse bevolking, noch in een duurzame ontwikkeling. De mogelijkheden om zaken te doen zijn enorm verbeterd, maar dit is niet het geval wat betreft de arbeidsvoorwaarden, noch de aandacht voor het milieu. Wat de arbeid aangaat, houdt men vast aan speciale regimes voor grote sectoren van werknemers, regimes die de arbeidsrechten sterk uithollen. Wat het milieu aangaat, moeten het beheer, de regulering en de controle snel versterkt worden, zeker aangezien een groot aantal economische activiteiten zich ontwikkelen in sectoren met een een grote milieu-impact. In deze context baren de contradictorische maatregelen die de peruaanse overheid recent heeft getroffen ons grote zorgen omdat ze nog meer flexibilisering en deregulering in de werk- en milieusector beogen. Dat is het geval van wet Nº30230, uitgevaardigd op 12 juli 2014, die «belastingsmaatregelen vastlegt, evenals een vereenvoudiging van procedures en vergunningen voor de bevordering en dinamisering van de investeringen in Peru». Deze wet bevordert substantiële hervormingen in verschillende sectoren en stelt ze voor als maatregelen ten voordele van de stimulering van publieke en/of privé investeringen zonder rekening te houden met de sociale en milieuimpacten die ze in Peru kunnen teweeg brengen. Deze wet vermindert onder andere de bevoegdheid van de staat om toezicht en controle uit te voeren op bedrijven die werken in mijnbouw, olie- en gasexploitatie, electriciteit en visserij en hun verplichtingen niet nakomen. Daarenboven verlamt deze wet de participatieve processen rond ruimtelijke ordening en economische en ecologische zonificatie die stilaan op gang begonnen te komen. Er worden maatregelen voorzien die het recht op eigendom en bezit van grond van inheemse en boerengemeenschappen in de landelijke gebieden in het gedrang brengen. Tenslotte wijzigt de wet bepalingen m.b.t. de veiligheid en de gezondheid van werknemers met als doel de vermindering van arbeidskosten voor de bedrijven. Colectivo de las ONG Belgas en el Perú – av. Bolognesi 321 – Miraflores – Lima 33 - Perú Deze maatregelen zijn niet bemoedigend, noch zijn ze geschikt voor de implementering van het artikel 267 1 van het Handelsakkoord tussen Peru, Colombia en de Europese Unie. Dit artikel beoogt verschillende doelstellingen, waaronder «het versterken van de naleving van de arbeids- en milieuwetgeving van alle Partijen, alsook van de verbintenissen aangegaan in internationale conventies en akkoorden die alluderen op artikel 269 (Multilaterale normen en akkoorden rond arbeid) en artikel 270 (Multilaterale normen en akkoorden rond milieu), als een belangrijk element voor het verbeteren van de bijdrage van handel aan duurzame ontwikkeling». Terwijl de mondiale milieucrisis meer regulering vereist op sociaal en milieuvlak, stellen we vast dat de Peruaanse autoriteiten de milieu-eisen en bijbehorende controle verzwakken. In een land waar grote bedrijven reeds veel faciliteiten hebben, worden hun privileges uitgebreid ten koste van de rechten van personen en gemeenschappen wiens omgeving aangetast wordt door de gevolgen van de activiteiten van deze bedrijven. Bovendien staan de recente maatregelen haaks op het discours van de vertegenwoordigers van de Peruaanse Staat in het kader van de COP20 die in december in Lima doorgaat. Dit gebrek aan consistentie wordt sterk in vraag gesteld door organisaties van Peruaanse en internationale civiele maatschappij. Tot slot betekenen deze maatregelen een aanzienlijke achteruitgang in het proces van de opbouw van een institutioneel kader, van een goede milieuregelgeving en praktijken, in dewelke Belgische ontwikkelingsactoren, ONG, bilaterale samenwerking en andere organisaties veel inspanningen en middelen investeren. Wij delen onze bezorgdheden over dit thema, in de hoop dat U die kan delen in Uw dialoog met de Peruaanse en Belgische autoriteiten en bedrijven die deelnemen aan deze economische zending. Wij danken U bij voorbaat voor Uw aandacht, Uwe Koninklijke Hoogheid. De vertegenwoordigers en vertegenwoordigsters van de organisaties die lid zijn van het “Platform van Belgische NGOs in Peru” 1 Artikel 267 van het handelsakkoord tussen Peru, Colombia en de Europese Unie werd op 26 juni 2012 dat werd ondertekend in de stad Brussel, België en op 1 maart 2013 in werking is getreden. "Gezien Agenda 21 van de VN van 14 juni 1992, de Rio Verklaring over milieu en ontwikkeling van de VN van 14 juni 1992, de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling van september 2000, de Verklaring van Johannesburg over duurzame ontwikkeling van 4 september 2002 en de Ministeriële verklaring over volledige werkgelegenheid en fatsoenlijk werk van de Economische en Sociale Raad van de VN van september 2006 herbevestigen de partijen hun verbintenis om zich in te zetten voor duurzame ontwikkeling en voor het welzijn van huidige en toekomstige generaties. De partijen komen in dit verband overeen om de internationale handel zodanig te bevorderen dat een bijdrage wordt geleverd aan het doel van duurzame ontwikkeling en om ernaar te streven dit in hun handelsbetrekkingen te integreren en tot uiting te laten komen". Colectivo de las ONG Belgas en el Perú – av. Bolognesi 321 – Miraflores – Lima 33 - Perú
© Copyright 2024 ExpyDoc