Reisraadpleging bij het UZ Gent: ook voor post

Z
REISRAADPLEGING UZ GENT:
OOK VOOR ‘POST-TRAVEL’
Alert blijven voor risico’s
Steeds meer mensen
gaan steeds verder op
reis. Daar speelt de poli
Reisraadpleging van
het UZ Gent op in. De
capaciteit is vergroot en
ook terugkerende reizigers
met gezondheidsklachten
kunnen snel worden
gescreend en behandeld.
D
e Reisraadpleging –
ook wel bekend als
de Reiskliniek of de
Travel Clinic – heeft
in het UZ Gent een
lange traditie’, zegt prof. dr. Steven
Callens (Dienst Algemene Inwendige
Ziekten, Infectieziekten & Psychosomatiek). ‘Mensen die op reis willen,
kunnen in ons erkend centrum
medisch reisadvies en inentingen
krijgen. Steeds meer mensen willen
verder weg of wagen zich aan een
primitieve of extreme vakantie, ook
in gebieden waar meer risico bestaat op tropische aandoeningen.’
Hoe speelt de Reisraadpleging
daar op in?
‘Sinds september is onze capaciteit
met zowat 20 procent uitgebreid.
Voortaan kunnen we per jaar 6500
ZORG 25
De poli Reisraad­
pleging kan per jaar
tot 8000 patiënten aan,
terwijl de wachttijden
heel kort blijven.
tot 8000 patiënten aan, terwijl de
wachttijden heel kort blijven. Daarnaast willen we onze adviezen ook
wat meer stroomlijnen, zodat onze
artsen in gelijkaardige situaties
dezelfde vaccinaties voorschrijven.
Daarvoor werken we met heldere,
eenvormige procedures.’
Waar moeten huisartsen
die doorverwijzen rekening
mee houden?
‘Meestal duurt het twee tot vier
weken voordat vaccins je echt
beschermen. Patiënten moeten hun
vaccinaties dus tijdig komen halen.
Dat geldt zeker voor mensen die
verre en complexe reizen maken:
vaak hebben ze verschillende vaccinaties nodig die bovendien meer
dan één keer toegediend moeten
worden. Tegen Japanse encefalitis
bijvoorbeeld heb je twee injecties
nodig, met vier weken interval.’
‘Ook patiënten die aan psoriasis
of de ziekte van Crohn lijden en
immunosuppressieve medicatie
moeten nemen, winnen het best
zo vroeg mogelijk reisadvies in –
zeker een viertal maanden voor ze
afreizen. Om ze te kunnen vaccineren, moet hun medicatie immers
worden stopgezet.’
Een bijzondere risicogroep
zijn ook de ‘visiting friends
and relatives’?
‘Inderdaad. In die groep zitten onder
meer migranten die naar hun land
van herkomst reizen. Omdat ze daar
zijn opgegroeid, denken ze vaak dat
ze al genoeg natuurlijke immuniteit
hebben opgebouwd. Dat is lang niet
altijd het geval: zo loopt de verworven afweer tegen malaria snel terug
als je uit het risicogebied wegtrekt.
Mensen die naar hun herkomstland
terugkeren, beseffen dat onvoldoende. Daarom moeten huisartsen extra
alert zijn voor die groep reizigers.
Ze moeten hen waarschuwen om
niet zonder medisch reisadvies,
vaccinaties of malariaprofylaxe te
reizen. Ook Europeanen die in een
tropisch gebied familie of vrienden
gaan bezoeken, zijn een risicogroep. Omdat logeren bij bekenden
vertrouwd en veilig lijkt, nemen
ze soms gezondheidsrisico’s die ze
anders niet zouden nemen.’
Zodat ze wel eens met een
infectie terugkeren. K
­ unnen
ze in dat geval ook op de
­Reisraadpleging terecht?
‘Zeker. We hebben drie ervaren artsen die gespecialiseerd zijn in reisgeneeskunde en we werken nauw sa-
Koorts na terugkeer
wijst op malaria,
tot bewijs van het
tegendeel.
men met het Instituut voor Tropische
Geneeskunde in Antwerpen. Als een
huisarts ons belt voor iemand die
pakweg met huiduitslag uit Senegal
is teruggekeerd, kan die patiënt de
volgende dag al langskomen.’
Hebben huisartsen oog voor
mogelijke aandoeningen bij
terugkerende patiënten?
‘Het kan geen kwaad er nog eens
op te hameren dat malaria de
enige dodelijke importziekte is. De
vuistregel blijft: koorts na terugkeer wijst op malaria, tot bewijs
van het tegendeel. Ook als je de
epidemiologie niet goed kent, kan
het nooit kwaad om de patiënt op
malaria te testen. Wat vaak niet
wordt opgemerkt, is schistosomiase, een aandoening veroorzaakt
door parasieten in zoet water die
de intacte huid van een mens
kunnen penetreren en zich via de
bloedbaan in de lever tot wormpjes kunnen ontwikkelen. Als ze
zich in de blaas of de dikke darm
nestelen, ontstaat daar gaandeweg
littekenweefsel, wat kanker kan
veroorzaken. Symptomen zijn onder meer koorts, astma-aanvallen
of allergische reacties, hoesten
en spierpijn. Als een patiënt met
zulke symptomen vertelt dat
hij in tropisch zoet water heeft
­gezwommen, verwijs je hem het
best door naar de Reisraadpleging.
Daar kunnen we hem op schistosomiase testen.’