COLUMN Keuze-architectuur De tandarts haalde de laatste cementresten weg. Na het uitspoelen stelde de patiënt nog één vraag: ‘Kunt u mij zeggen wat ik vergoed krijg van mijn verzekering?’ De assistente logde in op de zorgverzekeringssite. ‘Ik zie dat u bent aangesloten op het online-programma Preventie Monitor. Maar die geeft aan dat de grafiek van uw poetsfrequentie lagere waarden laat zien dan gewenst, en dat die van uw suikergebruik en aantallen gerookte sigaretten per dag erboven liggen. U krijgt daarom in uw geval geen vergoeding voor uw kroon.’ Fictie of werkelijkheid? Een recent krantenbericht van soortgelijke strekking betreffende autoverzekeraars is in ieder geval wél realiteit. Die hebben een plan ontwikkeld om autobezitters premiereductie te geven als ze bereid zijn een kastje in de auto te plaatsen waarmee hun rijgedrag kan worden gemonitord. Beheersbaarheid van de kosten is voor onze beleidsmakers in tijden van economische teruggang welhaast een maatschappelijk sine qua non. De overheid, verzekeraars, maar ook bedrijven proberen daarom kostenverhogend gedrag van mensen met behulp van psychologische en marketingtechnieken te beïnvloeden door hun een duwtje in de gewenste richting te geven. Dit verschijnsel, ook wel nudging (‘een duwtje geven’), of met een bedekte Nederlandse term keuze-architectuur genoemd, werd beschreven door de wetenschappers Richard Thaler en Cass Sunstein. Hun boek ‘Nudge: Improving decisions about health, wealth, and happiness’, verscheen vijf jaar geleden en is vooral in Engeland een handvat voor het overheidsbeleid. Nudging varieert van het inbakken van een vlieg in urinoirs om het plasgedrag van mannen letterlijk in banen te leiden met als doel schoonmaakkosten te besparen, tot het vermelden van de energiekosten van geanonimiseerde buurtgenoten op de energierekening om energiezuinig gedrag te stimuleren. Maar ook een bepaalde manier van vragen stellen of antwoorden geven behoort ertoe. Als een patiënt bijvoorbeeld informeert naar de kansen van een voorgestelde operatieve ingreep, maakt het voor diens keuze veel uit als de dokter antwoordt: ‘De slagingskans is 80%’ in plaats van ‘Het gaat in 20% van de gevallen mis’. Op het eerste gezicht een onschuldige vorm van gedragsmanipulatie waar niets op tegen is. Maar een klein stapje verder en we zitten in de surveillancemaatschappij waarin burgers zich laten monitoren op hun leefstijl en zonodig door de gezondheids- en milieupolitie tot de orde worden geroepen. Dat alles ‘voor hun eigen bestwil’. Een dergelijke wereld begint trekken te vertonen van ‘Brave New World’, de wereld in de utopische roman die Aldous Huxley in 1931 beschreef. Daarin houdt wereldleider Mustapha Mond voortdurend in de gaten of het de burgers goed gaat. Geluk voor iedereen is immers het doel van zijn perfecte dictatuur. Gaat er onverhoopt toch iets mis, dan is er het geluksmiddel soma dat gratis wordt verstrekt door de Staat. Totale transparantie is daarvoor wel een voorwaarde. Mustapha Mond ziet alles, maar blijft zelf onzichtbaar. Huxley kan met recht een visionair worden genoemd, want de opvattingen van zijn fictieve hoofdpersoon vertonen opvallend veel gelijkenis met die van Larry Page (Google) en Mark Zuckerberg (Facebook). In hun gedachtengoed is ‘privacy’ een leugen. Immers, als het leven volkomen transparant is, laten mensen het wel uit hun hoofd om dingen te doen die niet door de beugel kunnen. Zo zouden we een betere wereld krijgen waarin criminaliteit en ongewenst gedrag niet meer voorkomen. Veel internetgebruikers zijn bereid een deel van hun privacy in te leveren als ze er maar wat voor terugkrijgen. Onder het mom van ‘Ik heb niets te verbergen’ outsourcen miljoenen mensen hun persoonlijke leven aan de Cloud, het panopticum van de Silicon Valley-elite, in ruil voor hun gratis diensten. We zijn natuurlijk volledig vrij om onze gordijnen open of gesloten te houden, maar we zijn ons daarbij meestal niet bewust van de invloed die technocratische krachten op ons uitoefenen. De publieke zaak van schaarse middelen inzake gezondheid, veiligheid en leefbaarheid mag van de burgers offers vragen, maar zij mogen zich die niet laten afdwingen door hen te monitoren en te manipuleren. Die houdt alleen stand als mensen in volledige vrijheid bewuste keuzes kunnen maken met verantwoordelijkheid voor de wereld om hen heen. De basis daarvoor ligt in de opvoeding, het onderwijs, gemeenschapszin en het goede voorbeeld. Kortom: in de ontwikkeling van het individu. En niet in een alwetende technocratie die alle problemen in de samenleving via regelgeving gladstrijkt. Arthur van Winsen, tandarts Arthur van Winsen studeerde filosofie en tandheelkunde. Hij voert een algemene praktijk in Leiden. SEPTEMBER 2014 | TANDARTSPRAKTIJK 27
© Copyright 2024 ExpyDoc