gemeente Rheden ONTVANGE3 0 APR 2014

 ..
gemeente
Wethouder
R.C. König
Rheden
ONTVANGE3 0 APR 2014
"0
"'
l'1l
R. Weener
:J
:::J"
l'1l
a..
l'1l
....
- Vl
,....
l'1l
l'1l
O'Q
l'1l
l'1l
:J
0
iil
datum
ons kenmerk
25 april 2014
MZ14uit14154-
doorkiesnummer
bijlage(n)
J.S. Philipsen (mw.)
-
0
Het Onderwijshuis, Koningstraat 27,
6811 DG Arnhem
behandeld door
-
"0
iil 0
"'
026 49 76 566
uw brief/kenmerk
2
onderwerp
:J
Vl
0"?Vl
9.
l'1l
iil
Reactie op Ondersteuningsplannen Passend Onderwijs regio
25.06.
Geachte heer Weener,
Op 22 januari 2014 heeft u de colleges van de gemeenten in de regio 25.06 Passend
Onderwijs (dit zijn de gemeenten Arnhem, Lingewaard, Overbetuwe, Rheden, Renkum en
Rozendaal) de ondersteuningsplannen 2014-2018 aangeboden. In deze
ondersteuningsplannen hebben het Samenwerkingsverband PassendWijs (primair
onderwijs) en het Samenwerkingsverband V(S)O 25.06 (voortgezet onderwijs)
geformuleerd hoe zij passend onderwijs vorm en inhoud gaan geven.
Volgens de eerder vastgestelde procedure is over deze ondersteuningsplannen op 26
februari 2014 een Op overeenstemming gericht overleg (Oogo) gevoerd door de
wethouders onderwijs van deze zes gemeenten met een bestuurlijke vertegenwoordiging
van het Samenwerkingsverband PassendWijs gezamenlijk met het Samenwerkingsverband
V(S)O. Al eerder, op 16 januari 2014, hebben deze partijen met elkaar een verdiepend
overleg gevoerd. De verslagen van beide overleggen zijn als bijlagen bij deze brief
gevoegd.
Op de eerste plaats is in het gevoerde Oogo waardering uitgesproken voor de inzet van de
Samenwerkingsverbanden om de ondersteuningsplannen op een zo korte termijn tot stand
te brengen.
In de voorbereiding naar het Oogo werd duidelijk dat de ondersteuningsplannen vooralsnog
op hoofdlijnen zijn geformuleerd en dat deze de komende tijd nader ingevuld moeten gaan
worden. In uw begeleidende brief bij de ondersteuningsplannen heeft u aangegeven op
basis van jaarlijkse activiteitenplannen nadere concretisering van deze
ondersteuningsplannen vorm te gaan geven. De gevolgen van de invoering van Passend
Onderwijs voor andere beleidsterreinen van de gemeenten zijn op dit moment moeilijk aan
te geven. O.a. op het terrein van de aansluiting met de transitie jeugdzorg zullen nog
nadere afspraken gemaakt moeten worden. Ook de gevolgen voor het leerlingenvervoer en
onderwijshuisvesting is op dit moment nog niet concreet aan te geven.
In het Oogo is afgesproken dat de Samenwerkingsverbanden en de gemeenten twee
keer per jaar een bestuurlijk overleg voeren. Daarnaast is afgesproken dat
gemeenten en SWV-en een gezamenlijke uitvoeringsagenda opstellen waarin in ieder geval
de volgende punten worden opgenomen:
aansluiting Passend onderwijs en transitie jeugdzorg;
overgang AWBZ naar WMO en participatiewet;
monitoren van de doorgaande leerlijnen van voorschool naar PO, van PO naar VO
en van VO naar MBO;
n
3
gemeente Rheden
({_J
monitoren en aanpak van thuiszitters en schoolverzuim;
monitoren van de gevolgen van passend onderwijs voor leerlingenvervoer en
onderwijshuisvesting.
Ten behoeve van de aansluiting van passend onderwijs en de transitie jeugdzorg is het
vooral voor het voortgezet onderwijs relevant om de verbinding tot stand te brengen met
het SWV 25.04 (regio de Liemers). Beide regio's vormen met elkaar de
samenwerkingsregio van het sociale domein van de gemeenten in de regio Arnhem.
In het gevoerde Oogo is uitgesproken dat we, zowel op het terrein van het Passend
Onderwijs als op het terrein van de transities in het sociale domein, een spannende
periode tegemoet gaan. Hierin zullen ongetwijfeld zaken soms niet goed (genoeg) gaan.
De afspraak is gemaakt dat we elkaar dan geen verwijten maken, maar in overleg gaan en
gaan zoeken naar een 'passende' oplossing.
We hebben er vertrouwen in dat de gemeenten in de regio 25.06 in gezamenlijkheid met
de samenwerkingsverbanden in deze regio komen tot goede afstemming en samenwerking
ten aanzien van de zorg voor jeugdigen in en rondom het onderwijs.
c
_ J'l_aro \ e en teRheden, Renkum_ Rozendaal, Lingewaard, Overbetuwe en Arnhem,
Wethouder onderwijs, voorzitter OOGO, Ron Konig
Gemeente Rheden
2 8 APR 20
Datum van verzending:
Bijlage 1: verslag verdiepend overleg 16 januari 2014
Bijlage 2: verslag Op overeenstemming gericht overleg 26 februari 2014
pagina
datum
ons kenmerk
2
25 april 2014
MZ14uit14154
GEMEENTE
ener
r he
VERSLAG
Notulen van
Verslagnummer
Gehouden op
Plaats
Voorzitter
Genotuleerd door
In afschrift aan
Verdiepend Op overeenstemming gericht
overleg (Oogo) SWV VO en PO 25.06
16 januari 2014
Stadhuis Arnhem
de heer R. Konig
Verder aanwezig
Fractie/Afdeling
Afwezig
Fractie/Afdeling
de heer F. Hoving
de heer P. van Lent
Gemeente Rozendaal
Gemeente Renkum
de heer A. de Graaff
SWV 25.06 VO
de heer K. Telder
de heer P. Borgers
de heer R. Hilhorst
gemeente Lingewaard
SWV25.06 PO
SWV25.06 PO
de heer L. van Geffen
mevoruw G. Koopmans
de heer W. Ludeke
de heer W. Habets
de heer T. van den Hoven
mevrouw J. Philipsen
de heer M. van Doorn
gemeente Arnhem
gemeente Overbetuwe
SWV25.06VO
SWV25.06VO
gemeente Arnhem
gemeente Rheden
gemeente Overbetuwe
mevrouw J. de Graaff
gemeente Renkum
de heer F. Koeman
mevrouw B. Soetens
gemeente Lingewaard
gemeente Arnhem
Verslag tekst:
1 Opening en vaststelling agenda.
Overbetuwe: Frank van Rooijen wordt vervangen door Gera Koopmans-Jacobs.
Voor de inhoudelijke bespreking van de ondersteuningsplannen wordt de volgorde van het memo van de
ambtelijke werkgroep aangehouden.
Het verzoek is de ondertekening van de procedure OOGO zo veel als mogelijk na afloop van deze bijeenkomst
te doen. Verdere afhandeling vindt per post plaats.
2. Formele status en looptijd ondersteuningsplannen.
Formeel hebben de ondersteuningsplannen een looptijd van 4 jaar. De SWV-en doen het voorstel te werken
met jaarplannen en een werkagenda met een jaarlijkse evaluatie. Het voorstel wordt gedaan om twee keer per
jaar een OOGO te voeren waarvan een keer per jaar een formeel overleg met jaarrapportage etc.
ledereen is akkoord. Afgesproken wordt deze afspraak vast te leggen in de ondersteuningsplannen en te
bekrachtigen in het formele OOGO.
1
l!''
Verslag
3. Inhoudelijk bespreking/ aandachtspunten Ondersteuningsplannen.
Naam
Op verzoek van Renkum wordt toegevoegd: het grensverkeer bij gemeenten die op de grens SWV zitten, in het
bijzonder bij speciaal onderwijs
Positie van ouders
Wat is de rol van ouders bij de individuele trajecten?
Toelichting WH: na vaststelling ondersteuningsbehoefte, ontwikkelingsperspectief, moet OOGO gevoerd
worden met ouders. Instemming van de ouders nodig. Veel is al wettelijk geregeld, scholen of SWV moeten dit
goed regelen in procedures.
LvGmist de primaire verantwoordelijkheid van ouders voor de zorg van hun kind, hun rol als opvoeder, eigen
kracht. In de Jeugdzorg is het perspectief juist de ouders te zien als eerst verantwoordelijke. Dus meer dan
alleen instemming vragen. Zou sterke gemeenschappelijke deler in relatie onderwijs -jeugdzorg moeten zijn.
De formele structuur is een tweede.
RH geeft aan dat dit in de praktijk al wel zo werkt. Bv. betrokkenheid ouders bij zorgteams en zats.
PB Ontwikkelingsperspectief is niet iets van alleen het onderwijs maar ook van ouders. Dit gaat om inspanning
die ouders niet alleen kunnen bieden, medewerking van ouders is wel noodzakelijk.
Ontwikkelingsperspectief wisseling school
Begeleiding kan per school verschillen. Nieuwe school is dan leidend, dossiers moeten worden overgedragen.
Er wordt dan nieuw ontwikkelingsperspectief opgesteld waarmee ouders opnieuw moeten instemmen.
De geboden ondersteuning is namelijk ook afhankelijk van de mogelijkheden van de school.
Dekkend aanbod
Sommige leerproblemen zitten in basisondersteuning, zoals bv. dyslexie en dyscalculi.
Alle schoolprofielen door scholen gemaakt levert dit nu ook geografisch een dekkend aanbod op?
RH: voor PO komt er op basis van de geactualiseerde ondersteuningsprofielen van de scholen een kaart. Dit is
opgenomen in de werkagenda voor dit jaar. In dit huidige Ondersteuningsplan dus hierop nog geen antwoord.
WL: VO heeft dekkend aanbod, dit is door nieuw SWV niet gewijzigd. Er wordt in VO onderzoek uitgevoerd naar
eventuele gaten in het aanbod of overlap.
Aansluiting andere SWV-en lastig i.v.m. autonomie en financiering. Maar ouders zijn ook autonoom. Dit is
manco van de wetgeving. Verschillen tussen SWV-en kunnen ertoe leiden dat ouders de grens van SWV
overgaan. Ook afstand speelt een rol, voornamelijk bij speciaal onderwijs.
Leerlingen op scholen van SWV Arnhem die toelaatbaarheidverklaring krijgen hoeven niet per se naar SO te
gaan binnen SWV.
Woonplaatsprincipe, dus SWV waar de leerling woont, betaalt de extra kosten voor ondersteuning aan ander
SWV indien leerling daar naar toe gaat. Dit heeft ook consequenties voor leerling-vervoer. Kun je dan de ouders
laten opdraaien voor de consequenties?
Ontstaat er dan druk op gebied van huisvesting bij die betreffende scholen in grensgebied. Mag die school
leerlingen weigeren? Op basis van denominatie of wanneer geen plaats dan kan dit.
KT: In Ondersteuningsplan van VO is opgenomen dat er een dekkend aanbod is gerealiseerd. Gemeente
stellen in juni begrotingen vast en willen dit dus tijdig weten i.v.m. kosten leerling-vervoer. SWV verwacht juist
op termijn lagere kosten (thuisnabij onderwijs).
RH: de afspraak wordt gemaakt dat het SWV in mei/juni het overzicht van dekkend aanbod in kaart heeft
gebracht en aan kan geven wat de mogelijke gevolgen hiervan zijn voor het leerlingenvervoeL
{t(t
Verslag
Aanpak thuiszitters
Naam
Is continuering van huidige aanpak voldoende?
WH ligt toe. VO heeft weinig thuiszitters en SWV denkt dat er al goede arrangementen zijn. Er zijn nog geen
overzichten wie deze leerlingen zijn. Hier is RBL belangrijke partner. Afstemming met gezondheidszorg is er nu
nog te weinig (i.v.m. ziekteverzuim).
Ook het faciliteren van zieke kinderen is nog niet goed geregeld.
Winst valt te halen door samenwerking met gemeenten op gebied van leerplicht en RBLI Aanvullend hierop zijn
de jeugdartsen nodig, leerplicht krijgt geen informatie over gezondheid.
Soms weigeren ouders een passende plek, dan zitten kinderen thuis. Wat kan dan de rol van gemeente zijn
(doorzettingsmacht)?
Relatie jeugdzorg en andere transities, AWBZ en participatiewet
WL en RH melden dat Onderwijs ervaart dat het lastig is de aansluiting op de ontwikkelingen jeugdzorg te
vinden, bv. bij de proeftuinen. Het gevoel wordt door de aanwezigen gedeeld dat we wel willen samenwerken
maar te veel op elkaar zitten te wachten.
Onderwijs en gemeenten zijn nog geen natuurlijke partners. Het zijn gescheiden werelden.
PO ervaart dat het beter gaat in Arnhem en Rheden. Vanuit gemeenten zijn er erg veel poppetjes.
Er is behoefte aan een breed platform van waaruit gewerkt wordt aan een gezamenlijke werkagenda. De
afstemming onderwijs en transitie jeugdzorg vraagt een duidelijke samenwerkingsstructuur.
Op bestuurlijk niveau is er behoefte aan één aanspreekpunt vanuit gemeenten voor aansluiting passend
onderwijs en de jeugdzorgportefeuilles en overige transities sociaal domein.
Op uitvoerend niveau is afstemming er al wel. Soms gaat uitvoering van schooldirecteuren en bv. IB-ers dwars
door bestuurlijk traject. In de ambtelijke voorbereiding voor de Oogo is tussen SWV-en en gemeenten afspraak
gemaakt om te gaan werken met een gezamenlijke uitvoeringsagenda.
WH: School is niet alleen vindplaats maar er werken ook professionals die kinderen kennen en kunnen
begeleiden.
RK: de insteek van wijkgericht werken is voor VO lastiger dan voor PO.
Jongeren gaan ook de grens van de wijk over. Dit vraagt van gemeenten en onderwijs een gezamenlijke
inspanning.
Afgesproken wordt in het Bresdo een voorstel te doen voor een breed afstemming passend onderwijs en
jeugdzorg. GK neemt dit mee naar het Bresdo.
Pvl: aansluiting arbeidsmarkt en participatiewet Bv. verlengen tijdsduur op VO, dan halen er meer een diploma
betere uitstroom op de arbeidsmarkt.
Afstemming andere SWV
Dit moet nog georganiseerd worden. Wel overleg tussen SWV-directeuren. Is nog niet bestuurlijk belegd. Op
inhoudelijk en uitvoerend niveau wel contacten.
Heeft nog geen prioriteit. Monitoren is belangrijk mede vanwege financieringsstromen
Doorgaande leerlijnen
Hier is nog winst te behalen.
PO - VO, warme overdracht bij leerlingen met arrangement.
VO- MBO, nog nauwelijks verbindingen. MBO valt buiten de wet passend onderwijs.
Dit zijn thema's om in LRA te beleggen. Dat is het (bestuurlijke) platform.
VSO heeft wel goede contacten met MBO. Afspraken over warme overdracht op het MBO en terugkoppeling.
Vaak gaat ambulant begeleider mee.
TvdH: Nieuwe wetgeving belemmert dit, o.a. entree-opleidingen. VO (en MBO) zou budget kunnen reserveren
3
eee
Verslag
Naam
om begeleiding door te laten lopen. Knelpunt is vaak de uitval in eerste jaar MBO. Past studie wel bij
competenties? Hier ligt ook een verantwoordelijkheid voor VONSO.
WL vindt juist dat het MBO dit moet regelen dan wel financieren. Volgens TvdH is dit per 1 augustus 2014 ook
de praktijk.
KT: de insteek zou vanuit de inhoud moeten gaan en niet vanuit financiën. Het overleg niet uit de weg gaan.
Overgang naar werk
Er ligt ook hier stevige opdracht, zie ook vorige punt, is OOGO het juiste platform?
VSO is tot 20, dan goede overgang naar werk of dagbesteding voor kwetsbare doelgroep.
Dit komt bestuurlijk en ambtelijk nog niet bij elkaar, straks misschien bij de participatiewet
Dit vraagt bredere insteek dan hier aan tafel zit . En ook breder dan bresdo. Naast sociaal domein ook
participatie en onderwijs. Een conferentiesetting zou meer de vorm zijn. Bespreken met bv. Ron van der Linden.
GK neemt dit ook mee.
Onderwijshuisvesting en Leerling-vervoer
RH: mogelijk wijzigingen in leerling-stromen die gevolgen kunnen hebben voor huisvesting en vervoer. Ook al
zijn geen grote veranderingen te verwachten.
Hoe gaan we om met bv. leegstand en aanpassing aan voorzieningsniveau.
Moet aansluiten aan gemeentelijke verordening. Meenemen in de jaarplannen en minimaal een keer per jaar
afstemmen met de gemeenten, dan inpassen in integraal huisvestingsplan.
De lijn wordt steeds meer om bij nieuwbouw flexibel te bouwen zodat gebouwen ook anders ingezet kunnen
worden.
VO verwacht op korte termijn geen wijzigingen.
Vooralsnog geen extra middelen nodig voor huisvesting en/of leerlingenvervoer.
Inhoudelijke rondvraag
RK: het woord indicering wordt nog steeds gebruikt. RH haalt dit eruit.
Initiatief voor afstemming jaarplannen ligt bij het onderwijs.
4. Procedures
Overleg op 19 feb. vervalt. Het formele OOGO wordt verplaatst naar 26 februari 2014.
BS maakt nieuwe afspraak (van 9.00 tot 10.00 uur).
Er wordt vooralsnog niet veel in de media gecommuniceerd. Het ondersteuningsplan moet eerst nog ter
instemming naar de OPR (Ondersteuningsplanraad).
Wel wordt ambtelijk gewerkt aan een uniforme communicatie richting de raad.
Dinsdag 21-1-2014 wordt ondersteuningsplan van PO aangeboden en eind januari van VO. Dit wordt ambtelijk
aangeboden zodat doorgeleiden naar college van B&W kan plaatsvinden.
Gemeenten krijgen versie die naar de schoolbesturen gaat.
5. rondvraag en sluiting
WL wil aanwezigen meegeven dat hij, ondanks veel negatieve berichtgevingen, per 1 augustus 2014 geen grote
verschuivingen ziet door invoering van passend onderwijs. Hij heeft vertrouwen in positieve uitwerking van de
wet.
r
VERSLAG
Notulen van
GEMEENTE
e
Op Overeenstemming Gericht Overleg
(Oogo) SWV 25.06 PO en V(S)O
Verslagnummer
Gehouden op
Plaats
Voorzitter
Genotuleerd door
In afschrift aan
26 februari 2014
Stadskantoor Arnhem de
heer R. Konig ambtelijke
ondersteuning
Verder aanwezig
Fractie/Afdeling
Afwezig
Fractie/Afdeling
Dhr. L. van Geffen
Dhr. K. Telder
Dhr. F. van Rooijen
Dhr. R.Konig
Dhr. F. Hoving
Dhr. W. Habets
Dhr. W. Ludeke
Dhr. A. de Graaff
Dhr. P. Borgers
Dhr. R. Hilhorst
Dhr. M. Mittelmeijer
Dhr. M. van Doorn
Mw. B. Soetens
Mw. J. de Graaff
Dhr. F. Koeman
wethouder
wethouder
wethouder
wethouder
wethouder
Dhr. P. van Lent
wethouder Renkum
swvvo
swvvo
swvvo
Arnhem
Lingewaard
Overbetuwe
Rheden
Rozendaal
SWVPO
SWVPO
swvvo
beleidsmw
beleidsmw
beleidsmw
beleidsmw
Overbetuwe
Arnhem
Renkum
Lingewaard
Verslag tekst:
Naam
De heer R.Konig zit voor. Hij heet allen welkom en deelt mee dat de heer P. van Lent
afwezig is.
Hij stelt voor de agenda voor dit formele Oogo vast te stellen aan de hand van de
onderwerpen die laatstelijk tijdens het tweede informele Oogo (16 januari 2014) aan de
orde zijn geweest, te weten:
- Ouderbetrokkenheid in Primair Onderwijs (PO) en Voortgezet Onderwijs (VO)
- Dekkend onderwijsaanbod
-Thuiszitters en Voortijdige Schoolverlaters (VSV-ers)
-Aansluiting Passend Onderwijs en Jeugdzorg
- Doorgaande leerlijnen
-Aansluiting onderwijs arbeidsmarkt
- Leerlingen vervoer
-Onderwijs huisvesting
Ten behoeve hiervan wordt het verslag van het verdiepend Oogo op 16 januari 2014
vastgesteld.
Tot slot kan dan de verdere procedure worden beschouwd, volgt een rondvraag en wordt
het Oogo gesloten.
De aanwezigen stemmen in met dit agendavoorstel.
Ouderbetrokkenheid in PO en VO
Namens het primair onderwijs wordt opgemerkt dat de opmerkingen uit het vorige overleg
zijn verwerkt in het concept ondersteuningsplan. Datzelfde geldt voor de opmerkingen uit
de Ondersteuningsplanraad (OPR). Het betreft niet zozeer inhoudelijke dan wel
1
...
l!'fèfJ
Verslag
verhelderende wijzigingen. Opgemerkt wordt dat uiteindelijk de werkagenda essentieel is
voor de voorgenomen halfjaarlijkse Oogo's, daarin komen alle 'open eindjes' aan de orde.
De stukken staan allemaal op de website van het samenwerkingsverband. Tussentijds
wordt gewerkt aan een 'opgeschoonde versie' die te zijner tijd aan alle gemeenten zal
worden gezonden. De stukken liggen ter instemming voor bij de OPR op donderdag 27
februari 2014.
Voor wat betreft het voortgezet onderwijs volgen de ontwikkelingen een vrijwel identiek
pad. Met de OPR moet nog wel een aantal punten nader worden verhelderd, maar dat is
een 'interne'(des schools) aangelegenheid.
Algemeen is van belang dat de positie van de ouders qua betrokkenheid bij de
schoolloopbaan van hun kind zo goed mogelijk is geborgd. Dat wordt door alle partijen
onderschreven en zo goed mogelijk verwoord. Via de OPRen de
Medezeggenschapraden (MR-en) zijn ouders eveneens betrokken als het gaat om
kaderstelling van het Samenwerkingsverband (SWV) en van de individuele scholen.
Ouders worden nu al direct betrokken en uitgenodigd bij de zorgteams in het onderwijs.
Dekkend onderwijsaanbod
Voor wat betreft het dekkend aanbod zal de toekomst er zo uitzien dat meer
zorgleerlingen worden opgevangen binnen het regulier aanbod. Dat betekent voor het
onderwijs dat de basiszorg van de individuele scholen een verbeterslag zal moeten
doormaken. De zogenaamde rugzak voor leerlingen verdwijnt. Daarvoor in de plaats
komen (zorg)arrangementen. In de structuur van zorg verandert voor leerlingen (en hun
ouders) niet veel.
Indien een leerling wordt aangemeld bij een school, dan wordt die school verantwoordelijk
voor de plaatsing van de leerling (zorgplicht). Ouders hoeven dus niet langer met hun kind
eindeloos te zoeken. In dit proces is het van belang dat er transparantie is over de
eventuele zorg die een leerling nodig heeft. Bij voorkeur wordt hier een lijn gelegd naar de
peuterspeelzalen en kinderdagverblijven via overdrachtsformulier en warme overdracht.
Het is essentieel dat ouders hieraan meewerken, hoe eerder gepaste zorg kan worden
gegeven, des te beter dat is. Nu schiet het hierin wel eens tekort. Wat hierin een rol speelt
is het vertrouwen dat men over en weer moet opbouwen, waar men in principe vanuit
moet gaan.
Vanuit gemeenten wordt gevraagd om zo snel mogelijk een overzicht te hebben van alle
individuele schoolprofielen, zodat het totale palet van aanbod zichtbaar wordt. Diezelfde
wens leeft bij de SWV en zij doen er alles aan om dit zo spoedig mogelijk te realiseren. De
SWV koersen op mei/juni 2014, voor de zomervakantie, om de presentatie van het totale
aanbod gereed te hebben.
Het VO geeft aan dat het niet onmogelijk is dat bij het Speciaal Onderwijs scholen zich
gaan profileren. Daardoor zou een bepaald aanbod binnen een ander SWV kunnen
worden gezocht.
Vanuit gemeenten is dan de vraag hoe die beweging zich verhoudt tot de wettelijke
opdracht van een dekkend aanbod? Moet dit plaatsvinden binnen de SWV-regio of kan
ook samenwerking tussen regio's ontstaan. Wat betekent dit dan voor het
leerlingenvervoer?
Thuiszitters en VSV-ers
Vanuit de gedachte dat elke thuiszitter er één te veel is, ligt hier nog een onderwerp dat
specifieke aandacht behoeft. Dat zal zo blijven.
Vanuit het VO wordt opgemerkt dat de bestanden die onder de rapportage liggen ook
Naam
...
·"
Verslag
vervuild zijn. Zo worden bijvoorbeeld leerlingen benoemd die wel degelijk een diploma
hebben. Daardoor is sprake van een vertekend beeld. In de praktijk is het aantal VSV'ers
dus lager dan uit de cijfers naar voren komt. Neemt niet weg dat het onderwerp aandacht
blijft houden van zowel het onderwijs alsook de gemeenten.
Vanuit het VO wordt ook als risicopunt aangegeven dat het MBO steeds vaker leerlingen
weigert als zij de verwachting hebben dat de leerweg niet zal worden voltooid. Daarmee
worden deze leerlingen dan het probleem van het VO. De ontwikkeling van passend
onderwijs en deze selectie aan de poort van het MBO staan op gespannen voet met
elkaar en zijn niet in het belang van de leerling.
Dit punt blijft voor betrokken partijen eveneens een punt van zorg en aandacht.
Inmiddels zijn goede afspraken over registratie e.d. gemaakt met het RBL (regionaal
bureau leerplicht}, ook met de gemeenten die niet zijn aangesloten bij het RBL.
Aansluiting Passend Onderwijs en Jeugdzorg
De gemeenten zijn aan de slag met het inrichten van gebiedsteams in het kader van de
decentralisaties sociaal domein. Onderdeel daarvan is de aansluiting van de jeugdzorg op
het onderwijs. Waar stopt de leerlingzorg en is jeugdzorg aan de orde? Wanneer is er
sprake van zorg rondom het hele gezin.
Voorlopig nemen in deze gebiedsteams in ieder geval de bekende expertise plaats, waar
mogelijk ook uit de bekende aanbieders. Vooral wat dat laatste betreft wordt door het
onderwijs uitdrukkelijk gevraagd om het bestaande goede te bewaren en te voorkomen
dat er dubbelingen et cetera gaan ontstaan. De aansluiting van de onderwijszorg op de
jeugdzorg zou bijvoorbeeld goed kunnen verlopen via het schoolmaatschappelijk werk
vanuit onder andere het CJG, zodat voor de leerling een continuüm van zorg ontstaat en
sprake is van een natuurlijke overgang tussen en samenwerking met het onderwijs. De
aansluiting kan echter per gemeente verschillen doordat de lokale zorgstructuur per
gemeente anders ingericht kan zijn.
Vanuit de gemeente is het verzoek om eerder aandacht te vragen bij sociaalmaatschappelijke problematiek rondom een kind (incl. gezin) zodat het ook voor
gemeenten mogelijk wordt om zo spoedig mogelijk passende zorg te regelen.
Het onderwerp van de aansluiting zal zich voor een groot deel afspelen op het lokale
terrein van gemeenten dus ook daar moet de dialoog tussen gemeenten en onderwijs (op
de uitvoering gericht) plaatsvinden.
Het VO vraagt extra aandacht voor de groep leerlingen in de leeftijd 11-15 jaar waarbij
zich problemen voordoen. Vaak hebben de ouders hierop geen grip meer. Naar
waarschijnlijkheid is dit een gedeelde doelgroep voor gemeenten en onderwijs, dus een
gedeeld belang.
Een ander aandachtspunt waar het SWV VO om vraagt, juist met het oog op 11- tot 15jarigen, is om snel te kunnen doorverwijzen naar vormen van zorg en ondersteuning.
Soms is de problematiek zo groot dat snel handelen noodzakelijk is. Er moet daarom een
eenvoudige verbinding tot stand gebracht worden in de zorg binnen school en de zorg
buiten de school. Er moeten duidelijke afspraken gemaakt worden over de vraag wie in
welke situatie mag doorverwijzen naar zorg en ondersteuning. Met ingang van 1 januari
2015 worden de gemeenten immers verantwoordelijk voor de inzet en financiering van alle
vormen van zorg.
Leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting
Het is op dit moment nog te vroeg om uitspraken te doen over de consequenties voor
Naam
•••
·"
Verslag
leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting.
Doordat de basisondersteuning wordt versterkt, zal thuisnabij onderwijs steeds
belangrijker worden. Voor het overgrote deel van de leerlingen zal het (V)SO straks niet
meer een optie zijn. Daarmee is leerlingenvervoer naar het VSO dan ook niet meer van
toepassing.
Over de gevolgen van passend onderwijs voor vervoer en huisvesting is overleg per
gemeente nog wel belangrijk. Het is goed om hier vervolgafspraken over te maken,
bijvoorbeeld in de uitwerkingsdocumenten.
Verdere procedure
De voorzitter sluit de vergadering met het uitspreken van waardering richting onderwijs
voor de inzet om de ondersteuningsplannen in korte tijd tot stand te brengen. Tegelijkertijd
wordt waardering uitgesproken voor de gemeenten voor de constructieve wijze waarop de
gemeenten hun rol hebben vervuld in het tot stand brengen van dit overleg.
De afspraken uit het verdiepend overleg om twee keer per jaar het Oogo te voeren en de
samenwerking tussen samenwerkingsverbanden en gemeenten in de vorm van een
uitvoeringsagenda te gieten, worden bevestigd.
Deelnemers spreken af dat er een verslag van dit Oogo komt. Dit verlag zal samen met
het verslag van het verdiepend Oogoverstuurd worden, vergezeld van een officiële
reactie van de gemeenten in de vorm van een brief.
Naam