Het politieke principe van vrijheid

Het politieke principe van vrijheid
Door Alexander McCobin,
Nederlandse vertaling door Nick Vollebergh (www.lijp.org)
Een politieke theorie of ideologie heeft drie componenten:
rechtvaardiging, principes en dagelijks beleid. Het liberalisme
bevindt zich op het niveau van het principe, waardoor liberalen
uit een grote variëteit aan filosofische tradities, religies en
leefstijlen kunnen putten. Alexander McCobin, oprichter en
voorzitter van Students For Liberty en promovendus in de
filosofie aan de Universiteit van Georgetown, laat zien hoe en
waarom liberalisme een universele aantrekkingskracht heeft.
Wat is liberalisme? En wat is het niet? Is het een omvattend
filosofisch systeem dat ons de betekenis van het bestaan,
waarheid, kunst en het leven uitlegt? Is het een morele
filosofie die ons vertelt hoe we betere levens kunnen leiden?
Of is het een politieke filosofie die het mogelijk maa kt voor
vele verschillende vreedzame filosofieën over het leven en de
moraliteit om naast elkaar te bestaan, een soort kader voor
vrijwillige sociale interactie? Zowel degenen die het liber alisme omarmen als degenen die dit niet doen hebben een
voordeel bij een duidelijke beschrijving van de term.
Kort gezegd is liberalisme een politieke filosofie die het
principe van vrijheid als leidend beschouwt.
In gewone mensentaal houdt dit in dat je een liberaal en
een hindoe kunt zijn, of een christen, jood, moslim, boeddhist,
deïst, agnost, atheïst, of een volger van elke andere religie,
zolang je de gelijke rechten van anderen respecteert. Je kunt
van hiphop of reggae houden, van Rachmaninoff's concerten,
Brahms, Chinese opera, van elke soort muziek of juist van
geen enkele. Men kan doorgaan met voorbeelden, maar deze
1
voldoen. Liberalisme is geen filosofie over het leven, meta fysica, religie, kunst of waarden, hoewel het zeker verenigbaar
is met een zeker deel van die filosofieën.
Wat is een politieke filosofie dan? Een politieke filosofie
heeft drie componenten: rechtvaardiging, principes en
dagelijks beleid. De rechtvaardiging van een politieke filosofie
is de standaard waarmee men zijn overtuigingen rechtvaardigt; het kan het behalen van zo veel mogelijk geluk voor
zo veel mogelijk mensen betekenen, respect voor de
autonomie van onze medemens als moreel wezen, een
eerlijke verdeling van lusten en lasten, of iets anders. Principes
zijn abstracte verklaringen die omschrijven hoe de gerechtvaardigde overtuigingen bereikt gaan worden. Dagelijks
beleid is de praktische toepassing van de principes op
specifieke problemen in onze maatschappij. In de praktijk is
beleid het middelpunt van onze zorgen en de politieke
discussie, het gaat om vragen als "moeten we de belastingen
verhogen (of verlagen)?", "moeten we meedoen met een
militaire interventie?" en "moet de handel in wiet verboden
blijven?".
De principes die ten grondslag liggen aan iemands
beleidsvoorkeuren worden soms duidelijk als iemand vraagt,
"moeten de rijken meer belasting betalen dan armen?". Zulke
vragen maken dan duidelijk welke principes voor iemand
zwaar wegen en waarop zij hun beleids voorkeuren baseren.
De uitleg over de rechtvaardiging van die principes blijft
meestal beperkt tot filosofische discussies, als mensen
bijvoorbeeld vragen stellen als "moet vrijheid boven gelijkheid
gesteld worden?".
Het liberalisme is geen uitgebreide politieke filosofie dat
voor rechtvaardiging en beleidsvoorkeuren een beslissende
richting geeft. Liberalisme wordt gedefinieerd door een
committering aan het vrijheidsprincipe. Dit principe wordt
door verschillende mensen op verschillende manieren ge2
rechtvaardigd (het vrijheidsprincipe kan bijvoorbeeld gerechtvaardigd worden op basis van respect voor individuele
autonomie en op basis van maximalisering van wel vaart. Er is
geen noodzaak om een "ware rechtvaardiging" te kiezen als
meerdere rechtvaardigingen naar hetzelfde vrijheidsprincipe
leiden). Bovendien kan de toepassing van het vrijheidsprincipe
op dagelijks beleid, afhankelijk van iemands beoordeling van
de feiten, leiden tot discussie en meningsverschillen over die
feiten.
Het moet benadrukt worden dat committering aan het
politieke principe van vrijheid niet inhoudt dat liberalen het
gedrag van anderen moeten veroordelen. Men kan iemands
gedrag als schandelijk, immoreel, onbeschoft of onredelijk
veroordelen, en ondertussen het recht van die persoon ver dedigen om zich zo te gedragen, zolang dat gedrag niet de
rechten van anderen schendt.
Het Politieke Principe van Vrijheid
De committering van liberalen beperkt zich tot het
principeniveau. Specifieker zijn liberalen gecommitteerd aan
het principe van de veronderstelling van vrijheid: alle
personen zijn vrij om te doen met hun leven en rechten zoals
zij wensen, tenzij er voldoende reden is (namelijk de
schending van de gelijke rechten van anderen) om hen te
beperken. Elk mens heeft het recht op vrijheid. Aanhangers
van andere politieke filosofieën baseren hun beleids voorkeuren op andere principes, zoals:


Broederschap - Het principe dat mensen verantwoordelijk zijn voor het leven van anderen.
Gelijkheid - Het principe dat mensen dat mensen
gelijk aan elkaar moeten zijn, met soortgelijke bezittingen, soortgelijke welvaart en andere wens elijke
1
uitkomsten.
3
Iemand kan zich afvragen: is er een betere manier om het
vrijheidsprincipe te verwoorden? Misschien. Het motto van
het Cato Instituut is "individuele vrijheid, vrije markten en
2
vrede". Is dat de beste manier om het vrijheidsprincipe te
duiden, of is het misleidend om het principe op te delen,
omdat bijvoorbeeld "vrije markten" en "vrede" als diverse
facetten van het vrijheidsprincipe gezien kunnen worden? De
beste of handigste formulering verschilt per situatie. De
formulering van het Cato Instituut, dat vooral een onder zoeksinstituut voor overheidsbeleid is, lijkt goed voor ze te werken.
Rechtvaardigingen voor Vrijheid
Een filosofie die een of meerdere principes aanneemt en
andere principes verwerpt, moet onderbouwen waarom de
ene gekozen wordt en de anderen niet. De keuze van
principes vereist rechtvaardiging. Sommigen beargumenteren
dat "elk persoon zichzelf bezit en zodoende alle beslissingen
betreffende zijn lijf en eigendommen mag maken", maar ook
dat argument zou verdere uitleg (e.g. wat is "eigendom"?
welke "beslissingen"?) en een diepere rechtvaardiging behoeven. Zonder een rechtvaardiging is het slechts een claim.
Er bestaan diverse rechtvaardigingen voor het vrijheids principe. Door de jaren heen zijn velen ontwikkeld, verdedigd,
besproken en bekritiseerd door liberalen, zij worden tot op de
dag van vandaag bediscus sieerd. Hier zijn er een paar, gevolgd
door een denker die zijn vrijheidsprincipe (grotendeels) op die
grond baseert:

Utilitarisme - Vrijheid als principe van het politieke
systeem creëert het grootste nut voor de grootste
hoeveelheid mensen (Jeremy Bentham);

Autonomie - Een kleine overheid en respect voor
gelijkwaardigheid is het juiste kader om de auto4
nomie van morele actoren te respecteren (Robert
Nozick);

Het Rationele Streven naar Geluk - Vrijheid is een
noodzakelijkheid voor de menselijke natuur om geluk
na te streven (Ayn Rand);

Natuurrecht - Vrijheid is een natuurlijk kenmerk van
de mens die zowel zelfsturend als sociaal is (John
Locke);
Goddelijke Openbaring - Vrijheid is een gift van God,
zodoende heeft niemand het recht om deze gift van
zichzelf of een ander weg te nemen (John Locke,
Thomas Jefferson);


Sympathie - Vrijheid komt tevoorschijn als "simpel
systeem" dat overeenstemt met het menselijke vermogen om zichzelf in de plaats van een ander te zien
(Adam Smith);

Overeenstemming - Het vrijheidsprincipe is gerechtvaardigd als het resultaat van wederzijdse overeenstemming tussen rationele actoren (Jan Narveson);
Bescheidenheid - Vrijheid is gerechtvaardigd als
principe van politieke organisatie omdat niemand de
kennis bezit om de levens van anderen te besturen
(Friedrich Hayek);


Eerlijkheid - Vrijheid is gerechtvaardigd omdat het
het meest effectieve instrument is om de zwakkeren
in de samenleving te helpen (John Tomasi).
Merk op dat dit geen uitgebreide opsomming is. Bovendien
kan men een politiek principe met meer dan één rec htvaardiging beargumenteren. Het belangrijkste punt is dat,
hoewel het niet op één bepaalde rechtvaardiging hoeft te
vertrouwen, het liberalisme niet stand kan houden zonder
rechtvaardiging. Het liberalisme is ook niet afhankelijk van één
bepaalde rechtvaardiging voor het vrijheidsprincipe.
5
Het vrijheidsprincipe zorgt voor een leidraad van gedrag,
maar is geen zelfrechtvaardigend principe. Ondanks dat
liberalisme geen omvangrijke politieke filosofie is omarmen
individuen het liberalisme vanwege hun committering aan
diepere rechtvaardigende waarden, zoals menselijke ontwikkeling, autonomie, ratio, geluk, sympathie, religieuze voorschriften of eerlijkheid.
Een Principe, Verschillend Beleid
Zoals er variaties in rechtvaardiging van een principe kunnen
zijn, zijn er variaties in de toepassing van het vrijheidsprincipe
door liberalen. Er zijn open discussies over vele onderwerpen,
zoals patenten en copyright (een eigendomsrecht gebaseerd
op creativiteit of een door de overheid gegeven monopolie?),
de doodstraf voor veroordeelde moordenaars (vergelding of
gevaarlijke macht?), abortus (een omstreden kwestie die
afhangt van de vraag of er twee morele wezens zijn of slechts
één), belasting (is belasting diefstal of zijn sommige
belastingen legitieme kosten voor collectieve diensten zoals
defensie?), buitenlands en militair beleid (alle liberalen gaan
uit van een veronderstelling tegen oorlog, maar er heerst
onenigheid over wat voldoende tegenargumenten zijn die
militair ingrijpen rechtvaardigen) en zelfs over het homohuwelijk (moet de overheid de discriminatie van homostellen
stoppen of moet de overheid zich helemaal niet bemoeien
met het huwelijk?). Redelijke mensen kunnen zeker verschillen over de toepassing van een principe.
Dit betekent niet dat er geen libera le beleidsvoorkeuren
bestaan. Wetten tegen moord, verkrachting, slavernij en diefstal zijn grondbeginselen van elk beschaafd rechts stelsel; ze
moeten zelfs gelden voor de overheid zelf. Desalniettemin is
het vaak onduidelijk welk beleid nodig is om zulke a lgemene
wetten te handhaven. Ook hier kunnen redelijke mensen ver schillen van opvatting. Over de gepaste stappen die overheid
6
en individuen mogen nemen om bijvoorbeeld burgers en hun
familie tegen geweld te beschermen kan gedebatteerd
worden.
Halve maatregelen staan ook open voor discussie. Moeten
liberalen bijvoorbeeld de decriminalisering van xtc toejuichen,
hoewel consequente toepassing van het vrij heidsprincipe
inhoudt dat xtc zonder beperkingen gelegali seerd moet
worden? Is het "verraad" van het vrijheidsprincipe of een stap
naar meer vrijheid? Redelijke mensen kunnen van mening
verschillen.
Het Verschil Tussen Politiek en Ethiek
Liberalisme is een politieke filosofie, geen ethische filosofie.
Ethiek houdt zich bezig met het juiste en het onjuiste
handelen omdat het juist of onjuist is. Het probeert de criteria
vast te stellen om te kunnen beoordelen of een handeling op
zichzelf goed of fout is. Politieke filosofie is gerelateerd maar
zich bezig met een ander gebied van menselijk handelen: wat
de beste relaties zijn die burgers onderling kunnen hebben. Er
is vaak een significante overlapping tussen de twee
filosofische gebieden omdat ze beiden gedragscodes voor schrijven en bespreken hoe mensen zich individueel of in
relatie tot anderen moeten gedragen. Ze verschillen echter in
de rechtvaardiging die zij bieden waarom een individu die
gedragscode zou moeten volgen.
Ethisch handelen is gerechtvaardigd omdat de persoon iets
doet omdat hij een moreel wezen is. Zijn moraal leidt zijn
juiste gedrag. Ethiek begint met het individu en vraagt "hoe
moet een individu handelen omdat hij een moreel wezen is?"
De gedragscode van een politieke filosofie is echter gerechtvaardigd op de grond dat de persoon andere individuen als
aparte morele wezens moet respecteren. Het is een sociale
filosofie die probeert te verwoorden hoe mensen elkaar
zouden moeten behandelen vanuit het perspectief van inter 7
actie. Het vraagt "hoe zou een individu moeten handelen
omdat hij met andere individuen omgaat?".
In andere woorden: de oorsprong van moraliteit is het zijn;
hoe mensen zouden moeten handelen omdat zij menselijke
wezens zijn. De politieke filosofie vindt zijn oorsprong in
anderen: het vereist een juiste behandeling van anderen
omdat zij menselijke wezens zijn.
Dit betekent niet dat een ethische benadering de belangen
van anderen in de gedragscode buiten beschouwing laat. Om
te bepalen wat in veel situaties ethisch handelen is moeten we
nagaan hoe ons handelen anderen beïnvloedt of ons inleven
in de belangen en doelen van de ander. De nadruk blijft echter
op het morele kompas van het individu zelf. Door anderen als
onderdeel van ons morele kompas te zien, geven we op een
ethische manier om individuen. Contrasterend, de manier
waarop we in overeenstemming met de politieke filosofie om
individuen geven is door ze als individuele morele wezens te
zien die respect verdienen, en zodoende ons moreel kompas
beperken op een manier die hen respecteert.
Aangezien de meeste menselijke activiteit interactie met
anderen behelst, kunnen zowel ethische als politieke regels op
dezelfde situaties toegepast worden, waardoor mensen ethiek
en politieke filosofie soms verwarren. Sommige mensen
proberen hun eigen moraal tot wet te maken, omdat zij
vinden dat als iets immoreel is het overduidelijk ook illegaal
zou moeten zijn. Als mensen iets niet zouden moeten doen,
mogen anderen ze tegenhouden het te doen. Een veelvoor komend argument hiertegen is dat "mensen verschillende
morele kompassen hebben" en dat ze "hun moraal" niet aan
anderen mogen opleggen. Men hoeft echter geen moreel
relativisme ("mijn moraal" is net zo goed of valide als "jouw
moraal") te omarmen om vrijheid te omarmen. Zulk relati visme zou een zeer zwakke basis voor vrijheid zijn, immers, als
8
alle claims zo goed zijn als die van een ander, waarom zou
vrijheid dan zo veel beter zijn dan dwang?
Een variant van dat argument is dat, hoewel er mogelijk
een universele moraal is die voor iedereen geldt, niemand
weet welk moraal dat precies is, dus zouden we vanuit onze
onwetendheid geen enkele moraal tot wet mogen maken. Het
is weliswaar een sterker argument dan het moreel
relativistische argument, maar ook dit argument aanvaardt
het idee dat moraliteit tot legitieme wet gemaakt kan worden
indien we zouden weten wat de correcte moraal was. Zelfs als
we aanvaarden dat er één universele moraal zou zijn en
aannemen dat dit moraal overal bekend en geaccepteerd zou
zijn, zou het tot wet maken van de moraal via politieke
instituten illegitiem zijn omdat de moraal zich met een ander
gedeelte van de menselijke ervaring bezighoudt dan de
politieke filosofie. Moraal helpt ons (hopelijk) een beter leven
te leiden. De wet helpt ons rechtvaardig met elkaar te leven.
Sommige mensen beargumenteren dat een politieke
filosofie zonder basis in een bepaalde ethiek geen
rechtvaardiging heeft. Maar bedenk nu nogmaals dat een
politieke filosofie gebaseerd is op een principe. Het heeft nog
steeds een rechtvaardiging (of wellicht meerdere rechtvaardigingen), maar niet een die strikt voorbehouden is aan de
principes van liberalisme. Zoals eerder uitgelegd kunnen
mensen met diverse rechtvaardigingen het eens zijn over een
gemeenschappelijk principe. In dit geval is tolerantie van die
diversiteit een toepassing van het vrijheidsprincipe, dat een
variëteit van ethische inzichten en gedrag toestaat, zolang
dezelfde rechten gelijkwaardig voor iedereen gelden. Voor de
meeste situaties zullen ethiek en politieke filosofie hetzelfde
gedrag voorschrijven: moord, verkrachting en diefstal zijn
immoreel en ze worden ook passend bestraft door de wet. Er
zijn ook situaties waar de moraal een handeling gebiedt of
verbiedt, maar waar de politieke filosofie niets over zegt. Het
9
kan zijn dat de moraal je gebiedt je buurman als je broer (of
zus) lief te hebben, maar politieke filosofie - in ieder geval de
liberale politieke filosofie - verlangt dat niet. Zoals Thomas
Aquinas beargumenteerde, zijn "menselijke wetten opgezet
voor een aantal mensen, waarvan de meeste niet perfect
deugdzaam zijn. Daarom verbieden menselijke wetten niet
alle zonden, waarvan de deugdzamen zich afkeren, maar
slechts de ernstigere zonden, waar de meerderheid der
mensen zich van af kan keren; en voornamelijk die zonden die
anderen schaden, waarbij de menselijke maatschappij zonder
die verboden niet zou kunnen voortbestaan; zodoende ver 3
bieden menselijke wetten moord, diefstal en dergelijke". Er
zijn veel dingen die mensen bezwaarlijk, immoreel of zelfs
verdorven vinden vanuit een ethisch perspectief, maar vanuit
een politiek filosofisch perspectief toelaatbaar zijn. De vraag
waarmee we beoordelen of iets daadwerkelijk legitiem bij wet
verboden is, is "schendt deze handeling de rechten van een
ander?".
Conclusie
Onder liberalen bevinden zich mensen van elk religieuze
gezindte, aanhangers van vele verschillende allesomvattende
filosofieën, volgers van een variëteit aan levensstijlen, leden
van vele gevarieerde etnische en taalkundige groepen, maar
zij zijn allemaal verenigd door een gemeenschappelijk vrijheidsprincipe. Ze verschillen van mening over diverse
toepassingen van het principe, zijn het oneens over relevante
feiten en bevinden zich daarom soms aan tegenovergestelde
zijden van een kwestie, hoewel ze hetzelfde vrijheidsprincipe
onderschrijven. Dat principe verenigt hen wanneer zij
campagne voeren om slachtofferloze misdrijven af te
schaffen, tegen agressief geweld en tirannie zijn, de vrijheid
van handel en ondernemerschap verdedigen en gelijkwaardige vrijheid voor iedereen promoten.
10
Ik nodig iedereen die zich kan vinden in het vrijheids principe
uit om zich in liberale ideeën te verdiepen, om daarover te
lezen, om erover te discussiëren en te debatteren, om ze te
vergelijken met andere politieke filosofieën, kortom: om je
hersens te gebruiken. Het steunen van het vrijheidsprincipe is
het zijn van een liberaal. De reden van de ene persoon om dat
principe te steunen kan anders zijn dan de reden van andere
liberalen; dat is een van de manieren waarop het liberalisme
verschilt van de meeste andere politieke filosofieën, het
vereist geen unanimiteit over de basis maar alleen de
instemming dat elk individu een gelijk recht heeft op vrijheid.
Een liberaal kan met een andere liberaal van mening
verschillen over het gepaste dagelijkse beleid terwijl ze
tegelijkertijd hun gemeenschappelijke principe bevestigen.
Het is het politieke principe van vrij heid dat de politieke
filosofie van het liberalisme en de liberalen verbindt. Dat is
alles, maar dat is ook genoeg.
1
Ik schrijf bewust gelijkheid in plaats van gelijkwaardigheid omdat het
principe van vrijheid al een principe van gelijkwaardigheid is.
2
http://www.cato.org, bekeken 14-01-14
3
Thomas Aquinas, "Treatise on Law, Q. 96, art. 2," Summa Theologica
(Westminster, Maryland: Christian Classics, 1981), p. 1018.
11