Hulp van ouders Als ouder kunt u uw kind soms financieel helpen bij het kopen van een woning. Die hulp is niet altijd zonder gevolgen. Is uw kind niet meer in staat om de hypotheeklasten op te brengen, dan kunt u in het geval van borgstelling aangesproken worden. Ook kan de lening of schenking een rol spelen als u zelf wilt verhuizen naar een andere (duurdere) koopwoning en hiervoor een lening moet aangaan. Hieronder bespreken wij kort op welke verschillende manieren u uw kind kunt helpen en wat daarvan de (fiscale) consequenties zijn. 1. U schenkt geld aan uw kind 2. Eenmalige verhoogde schenkvrijstelling 3. U leent geld aan uw kind 4. Het kasrondje 5. Mede-eigenaarschap 6. Uw kind huurt van u 7. U staat borg 1. U schenkt geld aan uw kind De meest simpele vorm van hulp aan uw kind is geld schenken binnen de schenkingsvrijstelling. U mag uw kind jaarlijks € 5.277 belastingvrij schenken (alle onder punt 1 genoemde bedragen betreffen 2015). Als uw kind tussen de 18 en 40 jaar is, mag u nog eens eenmalig € 25.322 geven zonder dat uw kind hierover belasting hoeft te betalen. Deze beide schenkingsvrijstellingen kunnen in 1 kalenderjaar NIET naast elkaar worden toegepast. Als uw kind uw schenking gebruikt voor: de aankoop van de eigen woning de verbouwing of verbetering van de eigen woning binnen dat jaar of de twee daaropvolgende kalenderjaren de afkoop van erfpacht, opstal of beklemming de aflossing van een reeds bestaande eigenwoningschuld de aflossing van een restschuld die op of na 29 oktober 2012 is ontstaan dan mag deze eenmalige vrijstelling worden verhoogd tot € 52.752. Onder voorwaarden: o uw kind moet met stukken aantonen dat het bedrag echt voor het genoemde doel is gebruikt; en o in de aangifte schenkbelasting moet uw kind een beroep doen op de eenmalige vrijstelling. Heeft u voor 1 januari 2010 al gebruikgemaakt van de verhoogde vrijstelling, dan kunt u onder voorwaarden via een overgangsregeling tot uiterlijk 1 januari 2027 alsnog gebruikmaken van de extra vrijstellingsruimte tot € 52.752. Schenkt u meer dan de vrijstelling, dan is uw kind hierover schenkbelasting verschuldigd. 2. Eenmalige vrijstelling tijdelijk verhoogd naar € 100.000 (2014) De eenmalig verhoogde vrijstelling was tot 1 januari 2015 tijdelijk verhoogd van € 52.281 naar € 100.000. Deze verhoging was in elk geval van toepassing als is geschonken tussen 1 oktober 2013 en 1 januari 2015. Deze vrijstelling is per 1 januari 2015 vervallen. Ten opzichte van de schenkingsvrijstelling van € 52.281 zijn de hierboven genoemde bestedingsdoelen hetzelfde, maar daarnaast: 1 januari 2015 Er mocht ook een woning geschonken worden. Op de waarde van de woning komt de schenkingsvrijstelling dan in mindering. Er mocht ook worden geschonken ter aflossing van een restschuld, zelfs als de restschuld is ontstaan voor 29 oktober 2012. Ook golden enkele versoepelingen: Er mocht worden geschonken aan een willekeurige derde. Het hoefde dus geen schenking aan een (eigen) kind te zijn. De leeftijdsgrens van 18 tot 40 jaar was op deze vrijstelling niet van toepassing. Het vrijgestelde bedrag van € 100.000 werd wel verminderd met verhoogde vrijstellingen waarop degene die de schenking in het verleden als kind heeft ontvangen al een beroep heeft gedaan. Dit gold echter alleen als ouders aan kinderen hebben geschonken. Na 1 januari 2015 gaat het bedrag van de schenkingsvrijstelling weer omlaag en zijn de versoepelingen vervallen. Maar tot 1 januari 2018 blijft het mogelijk op die vrijstelling ook een beroep te doen ter aflossing van een restschuld die is ontstaan door verkoop van een woning na 29 oktober 2012 3. U leent geld aan uw kind U kunt uw kind ook geld lenen voor de aanschaf of verbouwing van een woning. Dit is een onderhandse lening die niet notarieel vastgelegd hoeft te worden. Wel moet uw kind rente aan u betalen over de lening. Deze rente is onder voorwaarden fiscaal aftrekbaar voor uw kind als de schuld (de lening) is aangegaan voor de aankoop, verbetering of het onderhoud van een eigen woning. Sinds 2013 gelden er strengere voorwaarden voor de renteaftrek. Zie hier voor de aanvullende voorwaarden. Leent u geld aan uw kind, dan ziet de fiscus dit als vordering van u op uw kind. U geeft deze vordering als bezitting op in de aangifte inkomstenbelasting in box 3. De daadwerkelijk ontvangen rente is onbelast in box 3. Voor meer informatie over de Eigen Huis Familiehypotheek gaat u naar eigenhuis.nl/familiehypotheek. 4. Het kasrondje Een andere optie om uw kind te helpen, is het zogenoemde kasrondje. U leent dan geld aan uw kind voor de aankoop van een huis. Uw kind betaalt jaarlijks rente aan u en kan hierdoor in aanmerking voor hypotheekrenteaftrek. Vanaf 2013 geldt voor starters dat er minstens annuïtair moet worden afgelost. Hierop moet de lening ook zijn aangepast. Zie hier voor meer informatie. U schenkt in hetzelfde kalenderjaar een bedrag aan uw kind binnen de schenkingsvrijstelling. Met het kasrondje profiteert uw kind van zowel de fiscale aftrekbaarheid van de rente als van de vrijgestelde schenking. De rentebetaling en de schenking moeten losstaande rechtshandelingen zijn. Ze mogen niet met elkaar worden verrekend, want anders stelt de fiscus dat de rentelast niet op uw kind drukt en vervalt het fiscale voordeel van renteaftrek. Het kasrondje is overigens wel volkomen legaal. 5. Mede-eigenaarschap U kunt de woning, waarin alleen uw kind gaat wonen, ook samen met uw kind kopen. U wordt dan ieder voor de helft eigenaar van de woning. Hier zit wel een aantal fiscale haken en ogen aan. De hypotheekrente die uw kind betaalt over zijn aandeel in de hypotheek (die 2 januari 2015 is aangegaan voor de verkrijging van zijn eigendomsdeel in de woning) mag hij in aftrek brengen in de aangifte inkomstenbelasting (box 1). Voor u is ‘uw helft’ van de woning geen eigen woning omdat u er niet daadwerkelijk woont. Over uw aandeel in de hypotheek (dat u bent aangegaan voor de verkrijging van uw eigendomsdeel in de woning), heeft u daarom geen recht op hypotheekrenteaftrek. U geeft de waarde van uw deel van de woning als bezitting op in box 3. Uw aandeel in de hypotheek brengt u hierop in mindering als schuld in box 3. Het saldo telt mee voor de vermogensrendementsheffing. 6. Uw kind huurt van u U kunt uw kind ook helpen door een woning voor hem/haar te kopen. Uw kind huurt de woning vervolgens van u. U heeft geen recht op hypotheekrenteaftrek over de geldlening aangegaan voor deze ‘tweede’ woning, omdat u die u niet daadwerkelijk zelf bewoont. De woning en de eventuele hypotheek die hierop rust vallen in box 3. Over het saldo hiervan betaalt u vermogensrendementsheffing (box 3). De huurinkomsten zelf hoeven niet te worden opgegeven voor de belasting in box 3. Voor een permanent verhuurde woning gelden overigens speciale waarderingsregels.. 7. U staat borg Bij een enkele geldverstrekker kunt u als ouder borg staan voor de aflossingsverplichting van uw kind. U wordt dan mede hoofdelijk aansprakelijk en dat geeft de bank extra zekerheid. Kan uw kind niet meer voldoen aan zijn/haar betalingsverplichtingen, dan doet de geldverstrekker een beroep op u, mogelijk zelfs voor het hele schuldbedrag. Uw kind kan daardoor iets meer lenen en draagt zelf de lasten (rente en aflossing) van de hypotheek. Uw kind houdt bij deze constructie gewoon recht op hypotheekrenteaftrek. U hoeft niets op te geven bij de inkomstenbelasting. Ook ontstaat er geen recht op renteaftrek bij u als deze kosten vanwege de borgstelling voor uw rekening neemt. De geldverstrekker stelt als voorwaarde dat uw kind op termijn de lening zelf kan dragen. Tegen die tijd hoeft u geen borg meer te staan. De geldverstrekker toetst of u uw aansprakelijkheid financieel kunt dragen. Doordat u borg staat, kunt u zelf mogelijk minder lenen, mocht u later uw hypotheek willen verhogen of een andere lening wil aangaan. 3 januari 2015
© Copyright 2024 ExpyDoc