ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland Versie September 2014

ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
Inleiding
Sinds de fusie van de basisscholen Willibrord en Miland wordt op basisschool Willibrord/Miland samengewerkt vanuit de visie: “samen waar het kan, apart
waar het moet”. In dit zorgmodel beschrijven wij de uitgangspunten van de leerlingenzorg voor alle leerlingen op de Willibrord/Miland. Verschillen per
locatie worden toegelicht.
Het zorgmodel wordt besproken in het team en met het MT (managementteam) en vervolgens vastgesteld in de vergaderingen van het MT en de MR in
oktober.
De beleidsdocumenten en de afspraken binnen de Willibrord/Miland staan in dit document schuin gedrukt.
Voor alle medewerkers zijn de volgende documenten terug te vinden op de computer: Leerkrachtendocs/ Beleid en Afspraken.:
- Protocol lezen/ spellen/ dyslexie,
- Protocol Hoogbegaafden,
- Protocol doublure en versnellen,
- Afspraken Opbrengstgericht werken,
- Afspraken Klassenmanagement
- Afspraken rondom gedrag
- De documenten van het samenwerkingsverband rondom zorg
Actie
MT en MR
team
Preventie:
Vanaf schooljaar 2012-2013 wordt er gewerkt met Opbrengstgericht en Handelingsgericht werken. (OHGW).
Dit houdt in dat we volgens een vaststaande cyclus de opbrengsten van ons onderwijs beoordelen en daar nieuwe streefdoelen aan koppelen die we in
samenwerking met de kinderen, ouders en team willen bereiken.
Handelingsgericht werken houdt in dat we ons handelen afstemmen op de doelen die we binnen de cognitieve- en de sociaal-emotionele ontwikkeling gesteld
hebben.
Binnen OHGW staat de rol van de groepsleerkracht centraal. De leerkracht houdt dagelijks goed in de gaten hoe het met de leerlingen in haar/zijn groep
gaat. Er wordt gelet op het speel- en werkgedrag, op de sociaal-emotionele ontwikkeling, op de motorische ontwikkeling en op de leervorderingen die het
kind maakt. Met deze informatie voert de groepsleerkracht opbrengstgerichte gesprekken met de leerlingen, de ouders, de collega’s en de IB-er.
De directie is verantwoordelijk om de zwakke punten in het onderwijsaanbod te bekijken en stappen voor verbetering te ondernemen.
De IB-er geeft de directie hiervoor de benodigde informatie.
team
IB-ers en
directie
.
Er zijn twee IB-ers op school werkzaam, één voor de groepen 1 t/m 4 van locatie Willibrord en voor de gehele locatie Miland en één voor de groepen 5 t/m 8
van locatie Willibrord. De werkzaamheden van de IB-ers vinden plaats op de verschillende locaties. Er is op elke locatie een werkplek beschikbaar.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
1
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
Sociaal-emotionele ontwikkeling
In de afgelopen schooljaren volgden alle teamleden de opleiding tot Kanjertrainer. De Kanjertraining wordt sindsdien in alle groepen gegeven.
Dit schooljaar worden er ouderlessen verzorgd.
Het team volgt jaarlijks nascholing. Dit schooljaar in het teken van de groepssfeer en het pedagogisch klimaat.




Er is een Werkgroep Gedrag. Deze werkgroep heeft een Plan van aanpak gedrag gemaakt. In dit plan zijn de volgende items opgenomen:
de regelgeving, naleving van afspraken door leerkrachten/ leerlingen / ouders, sfeerverbetering, ouderbetrokkenheid, preventieve en individuele
aanpak bij pestgedrag.
De schoolregels hangen in de hele school en er staat iedere 21 dagen 1 regel centraal. De kinderen krijgen suggesties en adviezen bij het naleven
van deze regel en de ouders krijgen tips hoe ook zij kunnen helpen.
Er is voor ieder leerjaar voldoende lesmateriaal voor de Kanjerlessen aanwezig.
Op verzoek van de leerkracht kan de IB-er voor observatie in de groep komen.
team
team en
Werkgroep
gedrag
Signalering:
Om alle leerlingen optimaal te volgen in hun ontwikkeling, hanteren we de volgende signaleringsinstrumenten:
Groep 1 en 2:

Kijk groep 1 en 2.: We werken met het LVS “Kijk”. Hi erin wordt de ontwikkeling van de kinderen in kaart gebracht. De signaleringslijsten worden
2x per jaar door de eigen leerkracht ingevuld.

Risicoscreening dyslexie: De leerkrachten nemen deze screening in februari bij alle leerlingen van groep 2 af. Leerlingen die onder de norm
scoren, krijgen begeleiding middels de Voorschotbenadering. De screening wordt bij deze leerlingen in juni herhaald. In groep 3 krijgen zij vanaf
dag 1 extra ondersteuning bij het leesonderwijs.

CITO Taal en Rekenen: Bij de kleuters wordt minimaal 1 Cito-toets Taal en 1 Cito-toets Rekenen afgenomen. Afhankelijk van de leerling of de
groep worden meerdere toetsen afgenomen.
Conform het Toetsingsbeleid van De Groeiling worden de Cito-toetsen volgens de regels afgenomen in de weken 20 en 21 en de weken 37 en 38.
Groep 3 t/m 8

Groepssignalering ontwikkelingsvoorsprong (gr. 1 t/m 6) Eenmaal per jaar wordt deze signalering ingevuld door de groepsleerkracht (zie verder
het protocol Hoogbegaafdheid voor diagnose en doortoetsen).

team
team
team
M ethodegebonden toetsen in de groepen 3 t/m 8.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
2
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
De groepsleerkracht houdt per vak- en vormingsgebied de resultaten van de leerlingen bij. De methodegebonden toetsen worden afgenomen na
het behandelen van een bepaald gedeelte van de leerstof. Met deze toetsen volgt de leerkracht de ontwikkeling van de leerling binnen de
dagelijkse lesstof. De toetsresultaten maken directe hulp/ aanpassingen (individueel/ groepsgericht) mogelijk. De resultaten worden bijgehouden
in Parnassys of in het LVS van de methodes zelf.
Er wordt een voorstel geformuleerd over het meegeven van gemaakte methodegebonden toetsen en de schriften die vol zijn.










Cito-toetsen voor groep 1 t/m 8 Deze methodeonafhankelijke toetsen voor spelling, begrijpend lezen, technisch lezen en rekenen worden op de
vaste afnamemomenten bij alle leerlingen afgenomen. Conform het Toetsingsbeleid van De Groeiling worden de toetsen volgens de regels
afgenomen in de weken 20 en 21 en de weken 35 t/m 37( Zie Toetskalender)
Dit schooljaar wordt voor groep 3 de nieuwe CITO rekentoets aangeschaft.
De intern begeleiders stellen De Toetskalender op.
De leerkracht neemt zo veel mogelijk zelf de toetsen af en verwerkt de gegevens op een groepsoverzicht in Parnassys. Bij uitzondering wordt de
toets afgenomen door een andere leerkracht of de IB-er.
Na de Cito- M7 toetsen bespreken de leerkrachten met de leerling en de ouders een voorlopig uitstroomadvies. Dit advies wordt onderbouwd door
het LOVS, de resultaten methodetoetsen en observaties.
Eind groep 7 wordt met het oog op het VO de toets Studievaardigheden afgenomen.
In het kader van de overstap naar het Voortgezet Onderwijs wordt in groep 8 de NIO-toets afgenomen. Incidenteel kan ook een ander
onderzoeksinstrument worden gebruikt, bijvoorbeeld de WISC. Bij een leerachterstand van een jaar wordt altijd de WISC afgenomen.
Er is per groep een toetsmap samengesteld, met daarin de afname-instructies, normtabellen, groepsoverzichten en individuele volgkaarten van de
LOVS toetsen opgenomen. De benodigde materialen voor de afname zi jn voor alle groepen op tijd beschikbaar.
Indien gewenst kan in overleg met de leerkracht en IB-er worden besloten dat een leerling een aangepaste versie of een andere toets (toets
ander leerjaar/ cito-toets voor speciale leerlingen) maakt, die beter aansluit bij zijn/haar ontwikkeling. In dit geval dient er een
ontwikkelingsperspectief opgesteld te worden over het verwachte eindniveau betreffende dat vak.
Signaleringslijst sociaal-emotionele ontwikkeling
De sociaal-emotionele ontwikkeling wordt gevolgd d.m.v. LVS “Zien” in Parnassys. De signaleringslijst wordt in de groepen 3 t/m 8 één maal per jaar in
de weken 8 en 9 afgenomen. Bij bijzonderheden of een handelingsplan gedrag wordt de signaleringslijst in mei nogmaals afgenomen .
“Zien” voorziet in het maken van handelingsplannen gedrag. Voor een kind dat opvallend uit de signalering komt wordt een handelingsplan gedrag
opgesteld.
Om het groepsklimaat goed in beeld te brengen observeert de leerkracht de kinderen tijdens groepsactiviteiten, maakt de leerkracht een sociogram
en analyseert de leerkracht het groepsoverzicht uit Zien. Indien nodig wordt er een plan van aanpak gemaakt.
De Groeiacademie kan bij zowel analysering en aanpak hulp bieden; ‘De positieve groep’.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
IB-ers
voorstel
team
IB-ers:
voorstel
team en IB-er
team
3
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
De ouders worden betrokken en op de hoogte gehouden bij de individuele- en groepsplannen.
Overlegmomenten:
Er zijn verschillende overlegmomenten waarin de zorg, onderwijs en kinderen besproken worden:
 Kindgespreken:
De leerkrachten van de groepen hebben minimaal 3 keer per jaar een individueel gesprek met hun leerlingen. Onderwerpen die aan de orde komen
zijn o.a. welbevinden, leerdoelen, Kanjerdoelen, onderwijsbehoeften, prestaties en wensen.



Het Bouwoverleg:
In het Bouwoverleg wordt:
- inhoudelijk gesproken over: de resultaten van de Cito-toetsen, leerlingvolgsysteem ZIEN/ KIJK en over de genomen
interventies, de doelen en de acties voor de komende periode.
- volgens de incidentenmethode gesproken over een leerling/een groep als de leerkracht een hulpvraag heeft. De collega’s geven advies.
Groepsbesprekingen:
De leerkrachten voeren twee keer per jaar met de IB- er een groepsbespreking.
De IB-er bezoekt twee keer per jaar voorafgaand aan de groepsbespreking de groep. De leerkracht geeft vooraf aan wat de punten/onderwerpen
zijn die besproken moeten worden in de groepsbespreking. Hiervoor wordt een speciaal formulier gebruikt. We volgen de procedure die bij OHGW
hoort. Er komen zaken als sfeer in de groep, klassenmanagement, zelfstandig werken, coöperatief leren en MI aan de orde. Daarnaast bespreken
we aan de hand van een Analysemodel OHGW de resultaten van de groepen 3 t/m 8, de behaalde doelen en de plannen voor de komende periode.
Voor de groepen 1 en 2 worden de rapportages uit KIJK, de groepsplannen en de overzichten gemaakte toetsen en screenings gebruikt. Als er een
hulpvraag is voor de groep of een individueel kind wordt er vastgesteld of meer gegevens nodig zijn om tot een juiste hulpvraag te komen. Deze
gegevens kunnen verkregen worden door een foutenanalyse, nadere observatie door de leerkracht of door een uitgebreider onderzoek door de IBer.of een externe hulpverlener. De IB-er geeft handelingsadviezen en indien nodig wordt door de leerkracht een handelingsplan opgesteld, al dan
niet samen met de IB-er.
Voortgangsgesprekken met ouders en leerlingen:
De ouders worden 2x per jaar voor een gesprek uitgenodigd. Vanaf groep 5 zijn de leerlingen ook aanwezig bij dit gesprek. We willen dat het kind
eigenaar wordt van zijn eigen leerproces en dat de ouders en de leerkrachten gelijkwaardige partners zijn vanuit hun eigen verantwoordelijkheid.
In november staan de sociaal- en emotionele ontwikkeling en de leerlijnen centraal. Het overzicht uit Zien, de leer- en Kanjerdoelen, de
bevindingen van leerling en leerkracht zijn leidraad in dit gesprek. Tevens worden handelingsplannen met de ouders besproken en wordt hen
gevraagd naar hun visie.
In februari staan de leerresultaten en gedrag centraal. Ook nu worden ouders geïnformeerd over de resultaten , de geboden hulp en de doelen
voor de komende tijd.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team
bouwcoördinator
en team
IB-er en team
team
4
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
Op initiatief van kind, leerkracht of ouder kunnen meerdere gesprekken plaats vinden.
Willen we naar een situatie toe dat ouders de handelingsplannen na overleg ondertekenen?

Het Zorgoverleg:
De directeur en de IB-ers bespreken alle zaken die met leerlingenzorg in de school te maken hebben. Er wordt gesproken over de leerlingen die
extra onderwijs/ondersteuningsbehoeften hebben, over het groeps-schoolklimaat en over de voorbereiding van studiemiddagen.
Tijdens bovengenoemde overlegmomenten worden ook kinderen die altijd hoog scoren besproken. Zij krijgen extra verrijkingsstof aangeboden of
hoeven niet het gehele klassikale programma te volgen als uit voortoetsing blijkt dat alles al beheerst wordt. In de afgelopen schooljaren is
gewerkt aan de totstandkoming en bijstellen van het protocol Hoogbegaafdheid, waarin afspraken over compacten, verbreden en extra uitdagen
zijn vastgelegd. Ook werken we met de “Verrekijker”, een project voor leerlijn-2-leerlingen (zie protocol hoogbegaafdheid).
IB’ers voorstel
MT?
Directie en
IB-ers
Speciale begeleiding:
De leerkracht heeft oog voor de onderwijsbehoeften van de leerlingen. In de lessen, bij de verwerking en bij de inrichting van het lokaal past de leerkracht
zich aan deze onderwijsbehoeften.
Aanpassingen kunnen tijdelijk of structureel zijn:
 het kind krijgt extra instructie,
 het kind werkt met andere materialen en/of hulpmiddelen ( daisyspeler- computer)
 het kind verwerkt de leerstof op een andere manier ( meervoudige intelligentie)
 het kind krijgt meer tijd of werkt samen met een ‘maatje’.
 de leerstof wordt aangepast
 het kind werkt op een andere plek, of aan aangepast meubilai r
 het kind krijgt regelmatig een time-out, speel- en werksituaties worden aangepast
 het kind krijgt extra begeleiding van een IB-er
 het kind werkt op een ander niveau, met het minimumpakket, met een extra pakket, of met een meer orthodidactische methode volgens een eigen
leerlijn.
De aanpassingen staan in:
de Analysemodellen Opbrengsten en planning
in het groepsplan,
in een individueel handelingsplan
in een Ontwikkelingsperspectief
Als er structurele aanpassingen nodig zijn worden die genomen volgens de stappen in het Stroomschema Zorgplicht van Het Samenwerkingsverband.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team en IB-er
team
bouwcoördinator
en IB-er
5
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
De beslissing om een leerlijn los te laten, wordt altijd voorafgegaan door een nader onderzoek. Ouders, kind, leerkracht, bouwcoördinator en IB-er zijn
betrokken bij deze beslissing. De orthopedagoge of preventief ambulant begeleider w ordt om advies gevraagd.
Ontwikkelingsperspectief per leerling
Voor alle leerlingen van groep 4 t/m 8 van de Milandlocatie wordt dit schooljaar een ontwikkelingsperspectief opgesteld. De resultaten van de te kleine
groepen zijn niet in een groepsplan te analyseren en daardoor kunnen er ook geen groepsdoelen gesteld worden.
De doelen staan per leerling in een ontwikkelingsperspectief.
Op de Analysemodellen Opbrengsten en planning noteren de leerkrachten het didactisch en pedagogisch handelen en de organisatie/ differentiatie per
leerstof.
Schoolprotocol lees- en spellingproblemen en dyslexie.
Leerlingen met hardnekkige problemen op het gebied van lezen en/ of spelling krijgen binnen de groep extra hulp en begeleiding. Soms ontstaat het
vermoeden van dyslexie en is verder onderzoek nodig. In het protocol staat beschreven wat de stappen zijn en hoe we hier mee omgaan.
Bij minder ernstige uitval maar als er wel een vermoeden van dyslexie is kan eind groep 7 het dossier van de leerling ter beoordeling naar Onderwijs Advies
gestuurd worden. Zij kunnen een dyslexieverklaring afgeven wat van belang is voor het VO. Hieraan zijn kosten voor de ouders verbonden.
Handelingsplan
Bij stagnatie, voorsprong of achteruitgang wordt de structurele begeleiding schriftelijk vastgelegd in een groepsplan en in bijzondere gevallen in een
individueel handelingsplan.
 bij ernstige achterstanden: bij een D/E-scores op LOVS-toets, bij een vermoeden van dyslexie, bij ernstige zorg sociaal/emotioneel (Kijk/ Zien)
wordt altijd een handelingsplan opgesteld en uitgevoerd.
 als een leerling structureel extra hulp krijgt of werkt volgens een eigen leerlijn (OOP)
 bij de inzet van LGF (zie verderop in dit document)
Een handelingsplan bestrijkt een periode van 12 tot 16 weken. Er wordt een duidelijk omschreven meetbaar doel nagestreefd. De groepsplannen worden
gemaakt voor de periodes tussen de Cito-toetsen.
Een ontwikkelingsperspectief wordt opgesteld als een leerling werkt volgens een aangepaste leerweg. In het ontwikkelingsperspectief is vastgelegd welke
afstemmingen zijn gedaan op het gebied van leerstofaanbod en didactiek. Het bestrijkt een periode van een half jaar.
.
Opstellen:
De leerkracht stelt het plan digitaal op. Hierbij bieden de IB-ers zo nodig ondersteuning. De ouders en de leerlingen die een aangepaste aanpak of
onderwijsaanbod krijgen of met wie wordt gewerkt volgens een handelingsplan, worden betrokken bij het proces en de evaluatie. Zij worden uitgenodigd
om mee te denken over de doelen, de middelen en de begeleiding.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team
team en IB-er
team
team en IB-er
6
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
Uitvoering:
De uitvoering van het groeps- handelingsplan geschiedt bij voorkeur door de eigen leerkracht binnen de groep.
Teamleden kunnen voor de speciale begeleiding gebruik maken van de orthotheek. De extra hulpmiddelen om kinderen te helpen zijn verdeeld over de twee
locaties.
Evaluatie:
Aan het eind van de looptijd van een handelings- en groepsplan wordt het plan geëvalueerd. De leerkracht evalueert de resultaten van het handelingsplan
met leerling en ouders. De opbrengsten van het groepsplan worden besproken in het Bouwoverleg en met de IB-er tijdens de groepsbesprekingen. Er zijn
verschillende vervolgacties mogelijk:




de speciale begeleiding heeft effect gehad en wordt voortgezet
de speciale begeleiding heeft nog niet voldoende effect gehad, het plan geanalyseerd en aangepast , eventueel in overleg met de IB’er.
de speciale begeleiding heeft geen of onvoldoende effect gehad, de IB-er schakelt het Schoolondersteuningsteam (SOT) van het
Samenwerkingsverband Primair onderwijs Miden Holland in. Zie stroomschema
Handelings- groepsplannen worden in Parnassys geschreven en opgeslagen.
Doublure of versnellen.
Voor een beperkte groep kinderen kan het in bepaalde wenselijk of noodzakelijk zijn om voor versnelling, kleuterverlenging of een doublure in aanmerking te
komen. Bij de overwegingen is het van essentieel belang dat het een meerwaarde moet hebben voor het betreffende kind. Zie Protocol Overgang,
versnelling en doublure.
Dit schooljaar gaan de IB’ers onderzoeken wat het effect is van een doublure of een versnelling.op de schooloopbaan van het kind.
Rugzakleerlingen:
Er zijn bij aanvang van het schooljaar twee leerlingen met leerling-gebonden financiering (LGF, ook wel rugzakje genoemd).
De rugzakleerlingen worden begeleid door een onderwijsassistent. De coördinatie is in handen van de leerkracht in samenwerking met de IB’er en de
ambulant begeleiders . In de overgang naar Passend onderwijs is voor een leerling met een indicatie nog niet duidelijk hoe de begeleiding en financiering
vorm gaat krijgen.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team
bouwcoördinator
en IB-er
team
bouwcoördinator
en IB-er
IB-er
7
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
Klassenmanagement
De gemaakte afspraken worden opnieuw besproken en door alle leerkrachten uitgevoerd.
 Werken met de werkwinkel en dag/weektaken.
 Het houden van kindgesprekken.
 Aandacht voor eigen leerstijlen (MI)
 Gebruik van stoplichten en vragenkaartjes
team
Externe hulpverleners:
Schoolarts GGD Hollands M idden:
De schoolarts voert in de eerste maanden van groep 2 een algeheel onderzoek uit. In groep 7 krijgen de kinderen een Preventief Gezondheidsonderzoek
door de schoolarts.
De schoolarts is gesprekspartner in het SOT en wordt incidenteel om advies gevraagd.
Logopedist GGD Hollands M idden:
De logopedist screent alle kinderen van 4 jaar en 9 maanden tot 5 jaar en 9 maanden op taalgebruik en taalbezit, verstaanbaarheid, a dem en stem,
vloeiendheid en mondgedrag.
De Groeiacademie:
De leerkrachten en de IB-ers kunnen bij het signaleren, diagnosticeren en begeleiden van leerlingen ondersteuning krijgen in de vorm van
caochingsgesprekken, observaties en het afnemen van onderzoeken. Afhankelijk van de hulpvraag komt er een preventief ambulante begeleider of een
orthopedagoog. De ouders moeten altijd toestemming geven. De kinderen kunnen bij de Groeiacademie speltherapie volgen.
Schoolondersteuningsteam ( SOT)
Er zijn drie overleggen per jaar met het SOT gepland.
Buiten die overlegmomenten kan de IB’er het SOT ook uitnodigen. Zie documenten Samen maken we het Passend, Handleiding HGW, Stroomschema
Zorgplicht:
In het SOT worden kinderen besproken die extra ondersteuningsbehoeften hebben op sociaal en/ of cognitief gebied .
Bij het SOT zijn deskundigen vanuit de onderwijskant en deskundigen vanuit de gezinskant betrokken:
 Jeugdarts (GGD)
 Preventief Ambulant Begeleider van De Groeiacademie
 Medewerker Bureau Jeugdzorg
 Orthopedagoog van De Groeiacademie
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team en IB-er
team en IB-er
8
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
IB-ers van de Willibrord/Miland
de groepsleerkracht van betreffende leerling, de vakleerkracht bewegingsonderwijs of externe deskundige zoals een logopedist, spel- of
fysiotherapeut, de wijkagent of leerplichtambtenaar.
 De ouders van het kind zijn ook aanwezig bij het overleg met het SOT .
Het advies van het SOT wordt overgenomen door school en ouders.


.
Particuliere hulpverleners:
Als ouders zich zorgen maken, wordt door hen soms particuliere hulpverlening ingeschakeld. Dit kan gebeuren op aanraden van de school, de huisarts of op
eigen initiatief van de ouders.
Soms wordt hierbij een beroep gedaan op de school, bijvoorbeeld voor het verstrekken van informatie aan de hulpverlener (mondeling of via vragenlijsten),
het gezamenlijk voeren van een gesprek met ouders, hulpverlener, leerkracht en IB-er, het observeren van de leerling in de groep, toestemming geven om
een deel van de lesdag te verzuimen om naar de hulpverlener te gaan onder schooltijd of het onder schooltijd beschikbaar stellen van een ruimte voor
hulpverlening op school. Of en in hoeverre de school hieraan medewerking kan verlenen, hangt sterk af van de individuele situ atie. In principe wordt
particuliere hulpverlening bij voorkeur buiten de schooltijden bezocht. Bi j ieder verzoek om hier vanaf te wijken, maakt de directie een afweging of de
school toestemming verleent. Uitgangspunt hierbij is, dat de school het gevraagde wenselijk vindt voor de ontwikkeling van de leerling en voldoende
mogelijkheden ziet om aan het gevraagde tegemoet te komen.
Bij (ouder)gesprekken met de particuliere hulpverlener op school is in principe naast de leerkracht de IB-er aanwezig.
Resultaten
Resultaten van methode- en Cito-toetsen worden in Parnassys in de Groepsoverzichten ingevoerd. De resultaten van de Methodetoetsen die niet in
Parnassys staan worden in de Groeps- Klassenmap vastgelegd.
Als een kind externe hulp (orthopedagoog, spel- of fysiotherapie, dyslexiebehandeling, kinderarts, logopedie) krijgt wordt dit vastgelegd op de
leerlingenkaart in Parnassys onder tabblad; Personalia/medisch.
Na de Cito-toetsen van juni worden de resultaten van de leerlingen in het Bouwoverleg locatie Willibrord en teamoverleg locatie Miland met eventueel de
IB-er bekeken en nagelopen.
De aandachtspunten uit de groepsbespreking worden door de leerkrachten onderling overgedragen , in het Analysemodel en de groepsplannen verwerkt
Evaluatiepunten zijn:
- Wat hebben we gedaan
- Wat was de doelstelling
- Wat is daarvan behaald
Zorgmodel Willibrord/Miland,
team
IB-er
team
team
bouwcoördinator
en team
9
ZORGMODEL 2014-2015 Willibrord/Miland
Versie September 2014
- Welke successen worden overgedragen
- Wat is voor verbetering vatbaar
- Het informeren van de ouders
De leerkracht van groep 8 maakt een overzicht van de uitstromende leerlingen, met daarop het VO-advies en de school waarnaar zij uitstromen. De
gegevens die vanuit het VO komen over deze leerlingen worden door de IB-er samen met dit overzicht bewaard.
Individuele dossiers:
Alle handelingsplannen, notities en gespreksverslagen worden digitaal aangemaakt en opgeslagen in Parnassys. Officiële onderzoeksverslagen en andere
externe documenten met privacygevoelige informatie worden gescand en opgeslagen in Parnassys. De leerkrachten zijn verantwoordelijk voor het bijhouden
van de dossiers. De inhoud is in te zien door de betreffende leerkrachten, IB-ers en de directie.
Handelingsplannen die zijn uitgevoerd worden voorzien van evaluatie en bewaard in het digitale dossier.
De groepsleerkracht is verantwoordelijk voor de overdracht naar de volgende leerkracht. We gebruiken hierbij het analysemodel en LVS waarin alle
ontwikkelingsgebieden op groeps- en individueel niveau worden bijgehouden.

Alle in dit document genoemde onderdelen van het LVS die direct gaan over een leerling, zijn te allen tijde in te zien door de ouders van de
betreffende leerling.

Het Zorgmodel, of onderdelen ervan, wordt jaarlijks geëvalueerd aan de hand van de dagelijkse praktijk. De resultaten worden opgenomen in het
jaarverslag van de school.
leerkracht groep
8
team
Het zorgmodel dient voor oktober van elk nieuw schooljaar herschreven te zijn.
Zorgmodel Willibrord/Miland,
10