%0: 6HUYLFH7UDLQLQJ (5LMG\QDPLVFKHV\VWHPH 6HPLQDU&XUVXVPDWHULDDO OPMERKING De informatie in de cursusbrochure is uitsluitend bestemd voor de deelnemers aan deze cursus van BMW Service Training. Zie voor wijzigingen/aanvullingen op de technische gegevens de respectievelijke informatie van de "Technische Dienst". © 2001 BMW AG München, Germany. Nadruk, ook uittrekselgewijs, alleen met schriftelijke toestemming van BMW AG, München VS-42 MFP-HGK-BRK-E85_0500 Inhoud Pagina CD 1 E85 Rijdynamische systemen Inleiding Componenten/montageplaatsen Systeemoverzicht - In-/uitgangssignalen - DSC blokschema Systeemfuncties Bediening 1 1 2 4 4 6 8 8 E85 Rijdynamische systemen E85 Rijdynamische systemen Inleiding De dynamische stabiliteitscontrole (DSC) bevat behalve de reeds bekende functies ABS, ASC en CBC bij de Z4 nog een andere functie - de DTC (Dynamic Traction Control). In de E85 wordt de uit de E46 bekende DSC-moduul MK 60 gemonteerd. De DTC-functie kan met de DSC-toets worden geactiveerd en stelt twee deelfuncties ter beschikking: - Een sportieve afstemming voor de automatische stabiliteitscontrole (ASC) + dynamische stabiliteitscontrole (DSC) - Een duidelijk verbeterde aandrijfregeling, speciaal op een ondergrond met een lage wrijvingswaarde De overige functies zijn gelijk gebleven. Als de DTC-functie wordt geactiveerd, verschijnt in het instrumentenpaneel de aanduiding (controlelamp) "DTC". Bij een actieve regelingreep van het systeem knippert de DSCwaarschuwingslamp in het instrumentenpaneel. -1- E85 Rijdynamische systemen Componenten/montageplaatsen Het systeem bestaat uit de volgende componenten: - DSC-moduul MK60 - Wieltoerentalsensoren - DSC-sensor - DSC-toets De DSC-moduul MK 60 is in de motorruimte linksvoor op de schokdempertoren gemonteerd. De regeleenheid en het kleppenhuis vormen één unit. De DSC-sensor bevindt zich onder de rechter stoel en is via een afzonderlijke CAN met de DSC-moduul verbonden. Hij registreert de dwarsversnelling en de gierbeweging. KT-10300 Afb. 1: DSC-sensor E85 Index 1 Verklaring DSC-sensor -2- E85 Rijdynamische systemen De DSC-toets bevindt zich in het schakelcentrum in de middenconsole naast de RPA-toets. KT-10287 Afb. 2: E85 montageplaats DSC-toets Index Verklaring Index Verklaring 1 DSC-toets 2 RPA-toets -3- E85 Rijdynamische systemen Systeemoverzicht - In-/uitgangssignalen KT-10054 Afb. 3: DSC systeemoverzicht met in-/uitgangssignalen -4- E85 Rijdynamische systemen Index Verklaring Index Verklaring 1 Wieltoerentalsensoren 9 DSC-toets 2 Zekering-/relaishouder met klem 30 (dubbel) en klem 15 10 Stuurhoeksensor 3 Motorregeleenheid MS 45.0 11 Remlichtschakelaar 4 Instrumentenpaneel 12 DSC-sensor 5 Navigatiecomputer 13 Handremschakelaar 6 Afzonderlijke CAN (DSC-CANHigh en DSC-CAN-Low) tussen DSC-sensor en DSC-moduul 14 Sensoren: 2 druksensoren in hoofdremcilinder en remvloeistofsensor 7 Group tester 1 resp. DISplus 8 RPA-toets PT-CAN Power-Train-CAN D-Bus Diagnose-bus -5- E85 Rijdynamische systemen - DSC blokschema KT-10705 Afb. 4: DSC blokschema -6- E85 Rijdynamische systemen Index Verklaring Index Verklaring 1 Druksensor hoofdremcilinder 13 Handremschakelaar 2 Druksensor hoofdremcilinder 14 Remvloeistofsensor 3 Wieltoerentalsensor rechtsvoor 15 Wieltoerentalsensor linksvoor 4 Navigatiecomputer Kl. 15 Klem 15 5 Motorregeleenheid Kl. 30 Klem 30 6 Zekering-/relaishouder Kl. 31 Klem 31 7 DSC- en RPA-toets Kl. R Klem radio 8 Wieltoerentalsensor rechtsachter 58g Contourverlichting 9 Wieltoerentalsensor linksachter 10 Stuurhoeksensor DSCCan Afzonderlijke CAN tussen DSC-sensor en DSC-moduul 11 Remlichtschakelaar D-Bus Diagnose-bus 12 DSC-sensor PT-CAN CAN-bus Powertrain -7- E85 Rijdynamische systemen Systeemfuncties Bij de bestaande ASC-functie wordt onder bepaalde omstandigheden (bijv. accelereren op een helling op een besneeuwd wegdek), naast een remingreep bij het doordraaiende wiel, het motorvermogen zo ver verminderd, dat de auto wel extreem richtingsstabiel blijft, maar nog slechts weinig aandrijfkracht ter beschikking heeft. Met DTC wordt de maximaal mogelijke tractie vooral verkregen door de verruimde regelgrenzen van de ASC en de DSC. In de DTC-modus wordt in vergelijking tot de ASC/DSC-functie bij lage snelheden en dwarsversnellingen wat meer "drift" toegestaan. Bij hogere snelheden en dwarsversnellingen komt de DTCfunctie dichter bij de "normale" ASC- en DSC-functie. Bediening Door het kort indrukken van de DSC-toets wordt de DTC-modus geactiveerd. De bestuurder krijgt door een DTC-symbool in het instrumentenpaneel een optische bevestiging. Door de DSC-toets langer (> 3 s) ingedrukt te houden, wordt de ASC/DSC-functie volledig uitgeschakeld en gaat het DSCsymbool in het instrumentenpaneel branden. De ABS-functie blijft echter steeds ongewijzigd behouden. De ASC/DSC-functie wordt weer geactiveerd door het opnieuw kort indrukken van de DSC-toets. Het optische symbool dooft. Het knipperen van het DSC-symbool betekent dat een actieve ASC/DSC-regelingreep plaatsvindt. -8-
© Copyright 2024 ExpyDoc