Lesbrief voor de groepen 3 en 4 Groep 3 en 4, cultuur: In Finland wordt veel met textiel - tekstiili gewerkt. © Nederlandse versie, oktober 2013 1 Iedere doelgroep start – op niveau – met dezelfde soort opdrachten waarbij verschillen tussen Finland en Nederland onderzocht worden. Omdat de expositie van half december tot half januari in de Willem II te zien is lijkt het ons voor de hand liggend dat de opdrachten vaak het thema ‘Kerstmis’ zullen hebben. (zie de algemene informatie) Opdracht voor uitwisseling met Finland: De leerlingen van de groepen 3 en 4 maken kerstkaarten van/met textiel ( tekstiili in het Fins) die in de decembermaand naar groepen 5 en 6 in de stad Rovaniemi in Fins Lapland worden verstuurd. Met stukjes stof op karton of stevig papier ( 300 gr) de leerlingen ansichtkaarten laten maken die verstuurd kunnen worden naar kinderen in Finland en omgekeerd komen er kaarten naar Nederland . Het is de bedoeling dat de afbeeldingen op de kaarten iets verbeelden van het thema Kerstmis in Nederland. Liefst niet de meest voor de hand liggende symbolen (kerstboom, ster, kaars, e.d.) maar meer de sfeer of emotie die kerst en de kersttijd of wellicht de wintertijd bij de leerlingen oproept. Vilten: Een workshop vilten met een kunstenaar-docent die vilten als specialisatie heeft is uiteraard aan te bevelen. Het zelf maken van vilt is voor de leerlingen een prettige tactiele ervaring: de groene zeep, het warme water en de zachte wol. Het maken van lappenpopjes, bloemen, armbandjes, kettingen van viltbolletjes, is eenvoudig en kan in 20 a 35 minuten. Een vossenkop of een rendierkop op een fles met de fles als lijf van vilt ( zie foto) is moeilijker maar wel een leuke opdracht. Benodigdheden: - Lege (wijn)flessen - Diverse kleuren ongesponnen wol - Groene zeep - Verpakkingsplastic - Bakjes warm water 1. Lesbrief voor de groepen 3 en 4 Borduren: © Nederlandse versie, oktober 2013 1 Boekenlegger borduren op stevig borduurgaas. In de kleuren rood, groen, wit (Kerstkleuren) of de kleuren die in Finland veel gebruikt worden. De leerlingen kunnen al doende verschillende steken oefenen: kruissteek, rijgsteek, vestonsteek, stiksteek. Benodigdheden: - Lapjes/stukjes stevig borduurgaas - Verschillende kleuren woldraad - Grote stompe stopnaalden Extra verdieping: De verschillende soorten stoffen die veel gebruikt worden in Finland: bont, wol en vilt: hoe worden deze bewerkt? De stoffen in Nederland zijn anders, dunner (katoen, linnen, zijde), meer kunstvezels. Laat de leerlingen voelplaten met verschillende soorten textiel maken, zodat ze tactiel kunnen ervaren wat de verschillen zijn. Waarvan is de kleding gemaakt die de leerlingen zelf dragen? (Labels vergelijken.) Via het digibord kunnen filmpjes opgezocht en bekeken worden over het vervaardigen van de verschillende stofsoorten. Breng een bezoek met de klas aan het Textielmuseum in Tilburg. http://www.textiellab.nl/nl/tentoonstelling/highlights-textiellab-kustaa-saksi-hypnopompic 3.
© Copyright 2024 ExpyDoc