Ondersteuningsplan SWV Passend Onderwijs PO 31

Ondersteuningsplan
SWV Passend Onderwijs
PO 31-02 Midden Limburg
Periode 2014-2018
Administratienummer 21587
Versie: 12 februari 2014
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
1
Inhoudsopgave Ondersteuningsplan
1.
SWV Passend Onderwijs PO 31-02 Midden Limburg ..................................................... 4
1.1 Inleiding .............................................................................................................................. 4
1.2 Feiten en cijfers ................................................................................................................... 4
1.3 Het ondersteuningsplan ........................................................................................................ 4
1.4 Samenhang met andere documenten .................................................................................... 5
2.
Missie en Visie ............................................................................................................... 6
2.1 Missie van het SWV .............................................................................................................. 6
2.2 Visie .................................................................................................................................... 6
3.
Beoogde resultaten passend onderwijs ........................................................................ 7
3.1 Startsituatie ......................................................................................................................... 7
3.2 Kwalitatieve resultaten ......................................................................................................... 7
3.3 Kwantitatieve resultaten ....................................................................................................... 8
4.
Inrichting passend onderwijs ........................................................................................ 9
4.1 Vormgeving zorgplicht .......................................................................................................... 9
4.2 Basisondersteuning .............................................................................................................. 9
4.3 Taken van het ondersteuningsteam ......................................................................................10
4.4 Inrichting extra ondersteuning .............................................................................................11
4.5 Toeleiding naar extra ondersteuning vanuit scholen uit het verband .......................................12
4.6 Onder en zij-instroom in het SO ...........................................................................................13
4.7 Doorgaande lijn ..................................................................................................................13
5.
Samenwerking met ouders.......................................................................................... 15
5.1 Ouders als educatief partner ................................................................................................15
5.2 Afstemming rondom individuele leerlingen ............................................................................15
5.3 Ouders en medezeggenschap ..............................................................................................15
6.
Organisatie van het SWV ............................................................................................. 16
6.1 Bestuurlijke uitgangspunten .................................................................................................16
6.2 Inrichting en organisatie ......................................................................................................16
6.3 Ondersteuningsplanraad ......................................................................................................17
6.4 Personeel ...........................................................................................................................17
6.5 Geschillenregeling ...............................................................................................................17
6.6 Ketenpartners .....................................................................................................................17
7.
Passend onderwijs in relatie tot gemeentelijk beleid ................................................. 19
7.1 Uitgangspunten voor samenwerking .....................................................................................19
7.2 Beleidsontwikkelingen bij gemeenten ...................................................................................19
7.3 Leerlingenvervoer in relatie tot passend onderwijs ................................................................20
7.4 Onderwijshuisvesting in relatie tot passend onderwijs ...........................................................21
7.5 Leerplicht in relatie tot passend onderwijs ............................................................................21
8.
Kwaliteitsontwikkeling ................................................................................................ 22
8.1 Monitoring en evaluatie .......................................................................................................22
8.2 Planning & controlcyclus ......................................................................................................22
8.3 Verantwoording ..................................................................................................................23
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
2
9.
Financiën ..................................................................................................................... 24
9.1 Allocatiemodel ....................................................................................................................24
9.2 Voorlopige begroting en Meerjarenraming ............................................................................26
9.3 Toelichting bij de voorlopige begroting 2014-2015 en de meerjarenraming vanaf 2015-2016
tot en met 2020-2022 .........................................................................................................27
9.4 Uitgangspunten bekostiging SWV en de bekostiging SBO resp. SO .........................................27
9.5 Voorlopige begroting 2014-2015 ..........................................................................................28
10. Diverse bijlagen ........................................................................................................... 30
Bijlage 10.1 Overzicht deelnemende schoolbesturen en scholen .................................................30
Bijlage 10.2 Leerlingaantallen SWV ............................................................................................33
Bijlage 10.3 Verklarende woordenlijst.........................................................................................34
Bijlage 10.4 Schoolondersteuningsprofielen Bao en SBO..............................................................35
Bijlage 10.5 IJkpunten brede basisondersteuning........................................................................40
Bijlage 10.6 Contactgegevens SWV ............................................................................................50
Bijlage 10.7 Communicatieplan ..................................................................................................50
Bijlage 10.8 Van Indiceren naar arrangeren ................................................................................50
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
3
1. SWV Passend Onderwijs PO 31-02 Midden Limburg
1.1 Inleiding
Op 1 augustus 2014 treedt de wetswijziging passend onderwijs in werking. Schoolbesturen krijgen
zorgplicht en de middelen en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van passend onderwijs. Zij
werken samen in het nieuwe samenwerkingsverband (SWV) passend onderwijs Midden Limburg. De
invoering van de gewijzigde wet betekent:
1. Zorgplicht voor schoolbesturen is van kracht.
2. Bekostiging van de nieuwe SWV-en is van start.
3. Het SWV is verantwoordelijk voor de toekenning van extra onderwijsondersteuning.
4. Leerlinggebonden financiering (het rugzakje) verdwijnt, de huidige SWV-en en de REC's worden
opgeheven en de verplichte indicatiestelling door de Commissie van Indicatiestelling (CVI) stopt.
5. Middelen voor lichte ondersteuning, zoals preventieve ambulante begeleiding (PAB), gaan direct
naar het SWV passend onderwijs.
6. Middelen voor ambulante begeleiding gaan in overleg met de REC’s twee jaar later naar het SWV.
Alle scholen voor primair onderwijs uit de regio Midden Limburg en SO scholen buiten de regio, die
leerlingen uit de regio van het SWV opvangen, maken deel uit van het nieuwe SWV (behoudens
scholen voor cluster 1 en 2). De regiogrens van het nieuw op te richten SWV is via een ministeriële
regeling vastgesteld en loopt in beginsel gelijk met de grenzen van de gemeenten: Leudal, Maasgouw,
Roermond, Roerdalen en Echt-Susteren Het SWV met nummer 31-02 krijgt de volledige naam
Samenwerkingsverband passend onderwijs PO 31-02 Midden Limburg (hierna: SWV).
Het SWV krijgt geleidelijk de beschikking over middelen voor de lichte ondersteuning (voorheen
WSNS) en middelen voor de zware ondersteuning (voorheen SO-bekostiging en LGF). Het algemene
doel van het SWV is om passend onderwijs te organiseren.
“ Passend onderwijs betekent voor ons SWV dat wij onderwijs aanbieden voor iedere leerling passend
bij zijn of haar onderwijsbehoefte en mogelijkheden. Het is onze ambitie om al binnen het regulier
basisonderwijs, en waar nodig in het speciaal (basis) onderwijs, een zodanig gedifferentieerd
onderwijsaanbod te creëren dat ieder kind zich optimaal kan ontwikkelen”
Het SWV krijgt een grote mate van beleidsvrijheid om het onderwijs aan leerlingen in te richten. Het
ondersteuningsplan beschrijft de wijze waarop het SWV mede zorgt voor een inhoudelijk sterk
onderwijsaanbod, voor een snelle schakeling tussen voorzieningen, weinig bureaucratie (deregulering)
en een transparante verdeling van middelen in een organisatorisch en financieel systeem dat het
geven van passend onderwijs voor scholen beloont.
1.2 Feiten en cijfers
Het SWV Passend Onderwijs PO 31-02 Midden Limburg betreft alle leerlingen in het ( speciaal)
basisonderwijs en speciaal onderwijs uit de gemeenten Leudal, Roerdalen, Roermond, Maasgouw en
Echt-Susteren.
In het SWV werken 14 schoolbesturen samen die het bevoegde gezag zijn van 64 Bao scholen, 3 SBO
scholen en 9 scholen voor SO (cluster 3 en 4).
In bijlage 10.2 wordt een overzicht gegeven van de recente leerlingaantallen ( conform opgave van
het ministerie) en de deelname percentages van het S(B)O.
1.3 Het ondersteuningsplan
In het ondersteuningsplan staan de afspraken die de scholen in onze regio hebben gemaakt in
afstemming met de gemeente en het voortgezet onderwijs. Het ondersteuningsplan wordt minimaal
om de vier jaar herzien. Voor het schooljaar 2015-2016 zal het ondersteuningsplan met eventuele
wijzigingen opnieuw officieel vastgesteld worden, zodat het SWV het ondersteuningsplan laat
meelopen met de schoolplan cyclus en het tevens dichter aan kan sluiten bij de transitie jeugdzorg.
Het ondersteuningsplan beschrijft volgens de wet:
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
4
a.
de wijze waarop een samenhangend geheel van voorzieningen voor extra ondersteuning
wordt georganiseerd met als doel dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces
kunnen doormaken en leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een zo passend
mogelijke plaats in het onderwijs krijgen;
b.
De procedure en de criteria voor de verdeling, besteding en toewijzing van
ondersteuningsmiddelen en ondersteuningsvoorzieningen aan de scholen, inclusief een
meerjarenbegroting;
c.
De procedure en criteria voor de toelaatbaarheid en plaatsing van leerlingen op speciale
scholen voor basisonderwijs in het SWV en op scholen voor speciaal onderwijs, met inbegrip
van de advisering daaromtrent;
d.
De procedure en het beleid met betrekking tot de terugplaatsing en overplaatsing naar het
basisonderwijs van leerlingen van scholen voor speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs;
e.
De beoogde basiskwaliteit waaraan alle scholen dienen te voldoen.
f.
De beoogde en bereikte kwalitatieve en kwantitatieve resultaten van het onderwijs aan
leerlingen die extra ondersteuning behoeven en de daarmee samenhangende bekostiging;
g.
De wijze waarop is voorzien in informatieverstrekking aan ouders, met inbegrip van
informatie over ondersteuningsvoorzieningen, de wijze waarop persoonsgegevens mogen
worden gebruikt en worden verwerkt en beschermd;
h.
De wijze van bekostiging van het speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs;
i.
De wijze waarop het SWV OOGO (op overeenstemming gericht overleg) voert met de
betrokken gemeenten t.b.v. de afstemming met jeugdzorg en voorschoolse educatie;
j.
De wijze waarop afstemmingsoverleg wordt gevoerd met het SWV VO.
Het ondersteuningsplan wordt uitgewerkt in activiteitenplannen per schooljaar waarin de
doelstellingen worden geconcretiseerd en in de benodigde activiteiten wordt uitgeschreven. De
uitkomsten uit het activiteitenplan worden direct verwerkt in het ondersteuningsplan, waardoor de
informatie altijd actueel is. De doelstellingen voor vier jaar schuiven ook mee, waardoor er altijd
sprake is van een lange termijn beleid met een concreet uitgewerkt eerste jaar.
Iedere vier jaar wordt het ondersteuningsplan vastgesteld volgens het wettelijke kader.
In het voor u liggende ondersteuningsplan staat eerst de visie van het SWV beschreven. De visie geeft
sturing aan de organisatie en inrichting van zowel de inhoudelijke als financiële kant van passend
onderwijs.
1.4 Samenhang met andere documenten
De basis voor dit ondersteuningsplan vormen de afzonderlijke ondersteuningsprofielen van alle
betrokken scholen. In deze profielen hebben de BaO scholen hun huidige expertise beschreven, die zij
inzetten t.b.v. het realiseren van passend onderwijs. Tevens bevatten de afzonderlijke profielen de
ontwikkelpunten die de scholen hebben geformuleerd om in 2019 te voldoen aan de IJkpunten voor
een brede zorgschool.
De afzonderlijke schoolbesturen hebben samen met hun scholen gemeenschappelijke ontwikkelpunten
per bestuur geformuleerd. Deze zijn samen met de afzonderlijke schoolprofielen de basis voor dit
ondersteuningsplan.
De ondersteuningsprofielen van de S(B)O scholen beschrijven daarnaast ook de extra expertise, die
kan worden ingezet indien de beschikbare ondersteuning van de basisscholen ontoereikend zou zijn,
om te voldoen aan de ondersteuningsbehoefte van de leerling.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
5
2. Missie en Visie
2.1 Missie van het SWV
Het mission statement van het verband is:
“Samen verantwoordelijk kwalitatief goed en waar mogelijk thuisnabij onderwijs voor alle leerlingen”.
De missie van het SWV wordt in belangrijke mate bepaald door de wettelijke regelgeving en
financiering.
Als missie heeft het SWV het realiseren van ononderbroken thuisnabij onderwijs voor alle leerlingen in
het SWV, waarbij geen leerlingen thuiszitten omdat er geen passend onderwijsaanbod kan worden
geboden. Zorgplicht voor alle leerlingen vinden wij onze gezamenlijke verantwoordelijkheid. De basis
hiervoor is het realiseren van kwalitatief goed onderwijs, waardoor alle talenten van de leerlingen
optimaal worden ontwikkeld om in de toekomst als zelfstandig en volwaardig burger in de
maatschappij te kunnen functioneren.
Onze scholen dragen daartoe bij door hoge verwachtingen te hebben van alle leerlingen en
leerkrachten. Goed onderwijs vormt voor onze scholen de basis om preventief te handelen.
Een integrale afstemming m.b.t. jeugdzorg is hierbij een voorwaarde. In onze missie hebben
onderwijs en gemeenten een gezamenlijke taak om volwaardig burgerschap bij de leerlingen te
realiseren.
Daarbij heeft het SWV de ambitie om in relatie met de vereveningsopdracht het deelname percentage
aan het SBO en het SO in 2019-2020 terug te brengen tot het landelijk gemiddelde van resp. 2,7%
en 1.7%. Om deze doelstelling te bereiken zullen alle basisscholen in 2019 brede zorgscholen zijn
conform de standaarden vastgesteld in de notitie “IJkpunten voor de kwaliteit van de
basisondersteuning van de basisscholen van het SWV Passend Onderwijs 31-02”, zodat meer
leerlingen in het reguliere basisonderwijs kunnen worden opgevangen.
2.2 Visie
Iedere jeugdige en jong volwassene moet de kans krijgen gezond en veilig op te groeien en zijn of
haar talenten te ontwikkelen, afgestemd op de behoeften en mogelijkheden. Kinderen en jeugdigen
moeten de kans krijgen zich goed/ optimaal voor te bereiden op hun toekomst, waarbij van de
jeugdige of jong volwassene een positieve participatie aan de maatschappij wordt verwacht en zo
volwaardig mogelijk burgerschap kan worden ingevuld.
Kwaliteit van onderwijs is een voorwaarde en de belangrijkste pijler onder passend onderwijs.
Kwalitatief sterke scholen en een goed functionerend systeem van jeugdhulp vormen de belangrijkste
pijlers van passend onderwijs.
Goed onderwijs is voor alle leerlingen noodzakelijk maar in het bijzonder geldt dit voor leerlingen met
extra / specifieke ondersteuningsbehoeften. Er worden hogere eisen gesteld aan het onderwijs voor
deze groep leerlingen.
Met extra inzet en deskundigheid moeten we proberen de doelstelling van passend onderwijs waar te
maken.
Dit betekent investeren in pedagogische en didactische kwaliteiten van leerkrachten, een pedagogisch
klimaat van hoge verwachtingen en in een opbrengstgerichte schoolcultuur.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
6
3. Beoogde resultaten passend onderwijs
3.1 Startsituatie
Om de huidige beginsituatie goed in kaart te brengen hebben alle basisscholen m.b.v. een digitale
scan een eerste nulmeting uitgevoerd wat betreft de huidige stand van zaken betreffende de
ijkpunten brede basisondersteuning.
Op basis van deze gegevens hebben de scholen hun eerste ondersteuningsprofiel opgesteld. Het
schoolondersteuningsprofiel beschrijft enerzijds de ondersteuning die de school nu al kan bieden,
anderzijds beschrijft het ook de verdere ontwikkeling van de school zich en hoe men in de periode
2015-2019 toewerkt naar het realiseren van het afgesproken niveau van brede basisondersteuning.
Voordat het ondersteuningsprofiel definitief is vastgesteld hebben de betrokken schoolbesturen samen
met hun scholen een bestuursrapportage opgesteld. In deze bestuursrapportages is aangegeven
welke ontwikkelpunten gezamenlijk op bestuursniveau worden uitgewerkt.
In bijlage 10.4 zijn de resultaten van deze nulmeting van alle scholen weergegeven.
De S(B)O scholen hebben d.m.v. hun schoolondersteuningsprofiel aangegeven wat hun huidige
expertise is m.b.t. de ondersteuning van leerlingen met een specifieke ondersteuningsbehoefte, die nu
in hun scholen onderwijs ontvangen. Daarbij is ook aangegeven welke expertise deze scholen kunnen
inzetten t.b.v. de basisscholen. In paragraaf 3.3.2. worden de SBO en SO scholen geduid. In bijlage
10.8 wordt deze expertise beschreven.
3.2 Kwalitatieve resultaten
3.2.1. Basisondersteuning op alle scholen
Ten behoeve van het realiseren van haar missie heeft het SWV een kwaliteitsstandaard afgesproken.
Deze standaard is geoperationaliseerd in 13 ijkpunten. Elk ijkpunt is verder uitgewerkt in een aantal
indicatoren. De doelstelling van het SWV is dat alle basisscholen in het schooljaar 2019-2020 aan deze
ijkpunten voldoen en zodoende krachtige scholen zullen zijn, die voor al hun leerlingen op de niveaus
1 t/m 4 van ondersteuning (cascademodel) adequaat tegemoet kunnen komen aan de
onderwijsbehoeften. Dit betekent dat het hele spectrum van ondersteuning van de niveaus 1 t/m 4
wordt gerekend tot de basisondersteuning van elke school. Het realiseren van dit niveau van
basisondersteuning is verantwoordelijkheid van de individuele schoolbesturen. (Voor een overzicht van
de ijkpunten zie bijlage 10.5)
Extra ondersteuning en arrangementen betreffen enkel (tijdelijke) S(B)O plaatsingen.
3.2.2.
Alle leerlingen naar school
De wetswijziging verplicht het SWV om per 1 augustus 2014 voor alle leerlingen een passende
onderwijsplek te organiseren. Deze plicht is verankerd in de wet, waarin staat dat het bevoegd gezag
van de school verantwoordelijk is voor de uitvoering van de zorgplicht. Zorgplicht betekent dat een
school de aangemelde leerling zelf een passend onderwijsaanbod biedt of een onderwijsaanbod
organiseert op een andere school. De school heeft de zorgplicht voor alle leerlingen die zich
aanmelden. Dit betekent dat de zorgplicht al in werking treedt voor de inschrijving op de school.
Het SWV heeft een onderwijskaart van alle onderwijsplekken in Midden Limburg. De scholen
beschrijven hun ondersteuningsprofiel, zodat er zicht is op de mogelijkheden van andere basisscholen
dan wel van scholen voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs (S(B)O). De specifieke
onderwijsvoorzieningen in Midden Limburg zullen apart in kaart worden gebracht, zodat iedereen snel
zicht heeft op alle mogelijkheden. Daarnaast is afgesproken om de expertise vanuit het SO en SBO in
te zetten om de basisscholen te ondersteunen.
Het belangrijkste doel is het ondersteunen van basisscholen op een zodanige wijze dat leerlingen
maximaal profiteren van onderwijs op maat. Het onderwijs op maat is bij voorkeur thuisnabij op de
basisschool, maar niet uitsluitend. Voor een aantal leerlingen zal het onderwijs dat, met ondersteuning
van het SWV of anderen, wordt geboden in de basisschool niet voldoende blijken. Het speciaal
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
7
basisonderwijs en het speciaal onderwijs spelen een belangrijke rol om voor deze leerlingen onderwijs
op maat te realiseren. Maar ook (tijdelijke) plaatsing van leerlingen op een andere basisschool behoort
tot de mogelijkheden.
Door een hoog niveau van basisondersteuning te realiseren en een dekkend netwerk van speciaal
(basis)onderwijs wil het SWV haar doelstelling realiseren, dat geen enkele leerling verstoken blijft van
passend onderwijs
3.3 Kwantitatieve resultaten
3.3.1.
Deelname SBO en SO
Het SWV kent bij de start op 1 augustus 2014 een hoger deelname percentage voor zowel het SBO als
het SO t.o.v. het landelijk gemiddelde. Hierdoor dient het SWV gedurende de vereveningsperiode voor
ruim € 1,1 miljoen te bezuinigen op het budget zware zorgmiddelen. Het streven van het SWV is om
in het schooljaar 2019-2020 deze doelstelling te realiseren.
Gekoppeld aan bovenstaande opdracht heeft het SWV de doelstelling om in het schooljaar 201920120 de deelnamepercentages aan het SBO en het SO terug te brengen tot resp. 2,7% en 1,7%.
3.3.2.
Thuiszitters
Het SWV heeft als ambitie geformuleerd om voor alle leerlingen in haar regio een passende
onderwijsplek te realiseren. Om deze ambitie te kunnen realiseren streeft het SWV ernaar om voor
alle thuiszitters een passende onderwijsplek te vinden.
Hiervoor zullen o.a. met de gemeenten en jeugdzorginstellingen afspraken over worden gemaakt hoe
in deze gevallen onderwijs en zorg effectief op elkaar af te stemmen
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
8
4. Inrichting passend onderwijs
4.1 Vormgeving zorgplicht
In de WPO is bepaald dat indien de toelating van een leerling die extra ondersteuning behoeft, wordt
geweigerd, vindt de weigering niet plaats dan nadat het bevoegd gezag er, na overleg met de ouders
en met inachtneming van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de schoolondersteuningsprofielen van de betrokken scholen, voor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is de
leerling toe te laten. Onder andere school kan ook worden verstaan een school voor speciaal
onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling voor speciaal en
voortgezet speciaal onderwijs.
In de ijkpunten brede basisondersteuning zijn de afspraken opgenomen betreffende het
aannamebeleid van alle scholen in het SWV. (Zie ijkpunt 11)
4.2 Basisondersteuning
Het SWV ziet als basis voor passend onderwijs een goede basisondersteuning, die alle scholen in het
verband kunnen aanbieden. Deze basisondersteuning heeft het SWV ambitieus geformuleerd, opdat
alle leerlingen thuisnabij excellent onderwijs wordt aangeboden. Deze basisondersteuning is in een
kwaliteitsstandaard vastgesteld. Deze standaard is geoperationaliseerd in 13 ijkpunten. Elk ijkpunt is
verder uitgewerkt in een aantal indicatoren. In het ondersteuningsprofiel van elke school is
aangegeven hoe op dit moment de kwaliteit van de basisondersteuning is en wat scholen tot 20192020 ondernemen om aan de gemeenschappelijke tandaard te voldoen.
In het SWV 31-02 is een zodanig breed niveau van basisondersteuning bepaald, dat daarin opgesloten
zit de ondersteuning die op niveau 4 van het zogenaamde cascademodel geboden wordt. Dit betekent
dat alle scholen of clusters van scholen uiterlijk in 2019 zich tot brede ondersteuningsscholen/ clusters hebben ontwikkeld.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
9
Het cyclisch proces van handelingsgericht werken / handelingsgerichte begeleiding versterkt de
afstemming en kwaliteit van onderwijs, waar het gaat om het omgaan met verschillen tussen
leerlingen.
Daar waar de ondersteuningsbehoeften van de leerling door de complexiteit van problematiek en/of
door een combinatie van problemen op school en thuisproblemen een specifieke en/of onevenredige
inzet vergen, wordt gebruik gemaakt van extra, specifieke ondersteuning.
Deze kan gevonden worden bij scholen met een specifiek ondersteuningsprofiel, bij instellingen voor
de behandeling of begeleiding van een beperking of stoornis, of er volgt een verwijzing naar het
speciaal (basis)onderwijs (niveau 5, al dan niet in combinatie met residentiële opname). Echter: in al
deze gevallen staat het principe van het perspectief op terugplaatsing centraal in het
ondersteuningstraject.
Ook hier geldt: primair kindnabije en secundair schoolnabije voorzieningen. Het SWV zet in op
voorzieningen binnen of tussen reguliere scholen en wil institutionalisering van voorzieningen zoveel
mogelijk vermijden. Zowel de lichte ondersteuning (SBO) als de zware ondersteuning (SO) zullen een
rol blijven vervullen.
Bij het arrangeren van ondersteuning wordt niet alleen gekeken naar de onderwijs- en
ondersteuningsbehoeften die door de school geconstateerd worden en die uitstijgen boven de
basisondersteuning, maar ook naar horizontale samenwerking (met jeugdgerelateerde zorgtaken
waarvoor de gemeente de eerste partner is) en verticale samenwerking met het VO.
Kleine teams, te noemen ondersteuningsteams, en bestaande uit een (ervaren) schoolbegeleider (op
het niveau orthopedagoog of psycholoog), een voormalige AB-er en/of SO-SBO-teamlid, aangevuld
met een jeugd- en gezins-werker (vanuit CJG/AMW/JGZ/BJZ), zouden aan scholen en/ of clusters van
scholen kunnen worden gekoppeld. Ook wordt hieraan toegevoegd de specifieke expertise die
sommige basisscholen hebben ontwikkeld. Bij dit laatste moet men oa. denken aan de inzet van
expertise op het gebied van meerbegaafde leerlingen en de “Taalschool” verbonden aan de AZC
afdelingen ( Echt en Baexem), die verbonden zijn aan de basisscholen in de regio
De basisscholen kopen deze ondersteuning zelf in vanuit het ondersteuningsbudget.
Het SWV speelt alleen een rol in het bekend maken van deze mogelijkheden en het coördineren van
de inzet van deze expertise voor de basisscholen.
Het SWV organiseert tevens de inzet van jeugdzorg binnen deze ondersteuningsteams. ( CJG,
maatschappelijke werk, JGZ etc.)
4.3 Taken van het ondersteuningsteam
Het ondersteuningsteam begeleidt en ondersteunt de school om het vastgestelde en gewenste
niveau van basisondersteuning te realiseren en zet daarbij vooral in op begeleiding inzake de
leerlingenzorg, op de niveaus 1 t/m 4.
Hier ligt de belangrijkste taak voor het ondersteuningsteam, omdat er een directe relatie is tussen
het niveau van de basisondersteuning en het “uitvallen” van leerlingen. De ondersteuning van het
team is zowel curatief als preventief van aard.
De ondersteuner begeleidt de IB-ers en leerkrachten vooral t.b.v. het versterken van de kwaliteit
van het onderwijs en de leerlingenzorg in het bijzonder (o.a. het omgaan met verschillen,
HGW/HGPD-aanpak, werken met leerlijnen en OPP).
De AB-er/SBO-SO teamlid ondersteunt de school bij de uitvoering van individuele specifieke
ondersteuningsbehoeften, zoals bijv. bij het opzetten en uitvoeren van een eigen leerlijn en de
begeleiding van leerlingen met een OPP.
De orthopedagoog / psycholoog komt in actie bij verzoeken om de ondersteuningsbehoeften van
leerlingen in kaart te brengen en hij/zij geeft adviezen m.b.t. de gewenste arrangementen.
De jeugd- en gezinswerker wordt ingezet in consultaties en op afroep wanneer sprake is van
problemen van leerlingen waar gezins- en systeemaspecten een rol spelen.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
10
Een team bestaat dus in de regel uit 3 of 4 specialisten die de school kennen, dicht bij de school
staan, een praktische en professionele ondersteuning kunnen bieden. (school = ook cluster)
Gestreefd wordt naar allround teams, die vrijwel alle ondersteuningsvragen op zowel leerling-,
leerkracht- als schoolniveau kunnen beantwoorden. Realistisch is echter ook, dat bij zeer specifieke
vragen of speciale begeleidingstrajecten andere specialismen ingeschakeld kunnen worden.
Wanneer op basis van een specifieke ondersteuningsvraag van een leerling een arrangement mede
moet worden opgesteld en uitgevoerd door een specialist, kan ondersteuning worden “ingevlogen”.
Hierbij geldt wel het uitgangspunt: de aanwezige specifieke expertise dient te zijn benut.
Voorbeelden van ondersteuning door specialisten: SVIB, sovatrainingen, begeleiding bij ernstige
taalspraak-problemen, ondersteuning bij auti-aanpak, analyse opbrengsten met advisering t.b.v.
opbrengstgericht werken.
T.b.v. consultatie, intervisie en deskundigheidsbevordering wordt voor de verschillende
ondersteuningsteams op niveau van het SWV een leernetwerk ingericht.
4.4 Inrichting extra ondersteuning
In het SWV wordt de extra ondersteuning gerealiseerd op niveau 5 van het cascademodel. In de
praktijk betekent dit een ( tijdelijke) plaatsing van de leerling op een SBO of SO school. In het SWV
zijn negen scholen voor speciaal onderwijs (SO) en drie scholen voor speciaal basisonderwijs (SBO).
Deze scholen werken dagelijks met leerlingen met een grote diversiteit aan specifieke
onderwijsbehoeftes. (In de aparte bijlage van Indiceren naar arrangeren wordt deze expertise
beschreven)
4.4.1. Scholen voor speciaal basisonderwijs
In het SWV Passend onderwijs 31-02 Midden-Limburg functioneren 3 SBO-scholen: SBO de Balans in
Roermond, SBO de Horst in Echt, en SBO Op de Tump in Heel.
De meerwaarde van het SBO t.o.v. het basisonderwijs zit basaal al in de opdracht die het SBO heeft,
in de mogelijkheden en in de extra competenties van de teamleden van het SBO. De SBO scholen
begeleiden leerlingen middels een orthodidactische en –pedagogische aanpak. Ze streven hierbij naar
het optimaal benutten van de ontwikkelingsmogelijkheden van de leerlingen.
4.4.2. Scholen voor speciaal onderwijs
In ons SWV participeren 9 scholen voor SO. Deze scholen kunnen de volgende expertise inbrengen in
het realiseren van een dekkend netwerk van extra ondersteuning voor de leerlingen die dat nodig
hebben.
Adelante (Mytyl) (Bestuur Adelante Zorggroep)
Stichting Adelante Onderwijs maakt deel uit van organisatieonderdeel Kinderrevalidatie, Speciaal
Onderwijs en Wonen en Verblijf.
De school is een mytylschool voor 4 tot 20 jarigen, waar leerlingen met een indicatie voor cluster 3
LG, LZ of MG onderwijs volgen.
De Maaskei
De Maaskei verzorgt speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerende(
SO/VSO/ZMLK ) en kinderen met een meervoudige handicap. ( MG)
Herman Broerenschool
De Herman Broerenschool is een school voor speciaal onderwijs voor zeer moeilijk lerende kinderen
en kinderen met een meervoudige handicap.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
11
De Maasgouw (Tyltyl) (Bestuur De Maasgouw)
De Maasgouw in Maastricht is een school voor meervoudig gehandicapte kinderen in de leeftijd van 4
tot 20 jaar. Alle leerlingen die onderwijs volgen op Tyltylschool de Maasgouw hebben een indicatie
voor categorie 2 of 3.
De Widdonk (ZMOK) (Bestuur Aloysiusstichting)
De Widdonk is een school voor speciaal onderwijs categorie 3 (ZMOK) voor leerlingen van 6 tot 12/13
jaar.
De Latasteschool (ZMOK) (Bestuur Aloysiusstichting)
De Latasteschool is een school voor speciaal onderwijs categorie 3 (ZMOK) voor leerlingen van 6 tot
12/13 jaar.
De Spoorzoeker (ZMOK) (Bestuur Aloysiusstichting)
De Spoorzoeker is een school voor speciaal onderwijs categorie 3 (ZMOK) voor leerlingen van 6 tot
12/13 jaar.
De Ullingshof ( Mytyl, Tyltyl) (Bestuur Stichting SONML)
De Ullingshof is een expertisecentrum te Venlo voor leerlingen van 4 tot 12 jaar met lichamelijke en/of
meervoudige beperkingen als ook voor langdurig zieke leerlingen.
Onderwijs en revalidatie zijn in school geïntegreerd.
De Wijnberg (ZMOK/LZ) (Bestuur De Wijnberg)
De Wijnberg is een behandel en verblijfschool voor SO en VSO. De school geeft onderwijs aan
kinderen van 4 tot 18 jaar die in behandeling zijn bij de Mutsaersstichting.
4.5 Toeleiding naar extra ondersteuning vanuit scholen uit het verband
De leerlinggebonden financiering (het rugzakje) verdwijnt, de huidige SWV-en en de REC's worden
opgeheven en de verplichte indicatiestelling door de Permanente Commissie Leerlingbegeleiding (PCL)
en de Commissie van Indicatiestelling (CVI) stopt.
Het SWV bepaalt of een leerling in aanmerking komt voor extra ondersteuning en organiseert deze
indicatie voor het afgeven van toelaatbaarheidsverklaringen.
Er komen vier verschillende toelaatbaarheidsverklaringen (TLV).
SBO
Categorie I (zml, lzk, epilepsie, cluster 4)
Categorie II (lg)
Categorie III (mg)
Het bovenschools toetsingsorgaan (BTO) heeft als taak aanvragen voor speciale ondersteuningsarrangementen (niveau 5) te toetsen en toelaatbaarheidsverklaringen af te geven.
Indien een leerling in aanmerking komt voor plaatsing in een gespecialiseerde setting met lichte of
zware ondersteuning, geeft het BTO een toelaatbaarheidbeschikking af. Deze beschikkingen zijn altijd
van tijdelijke aard. Dit vanuit de gedachte dat bij iedere leerling het perspectief moet zijn, dat een
terugplaatsing in het reguliere onderwijs altijd tot de mogelijkheden blijft behoren.
De beoordeling van het BTO is procedureel op basis van inhoudelijke informatie die door het
ondersteuningsteam wordt aangeleverd. Het BTO voert haar taak uit op basis van het wettelijk kader
en is klein van bezetting.
Het BTO is een geleding van het SWV, onafhankelijk van de deelnemende schoolbesturen en/of
subregio’s.
Het BTO wordt pas ingeschakeld als beredeneerd kan worden aangetoond dat de leerling extra
ondersteuning nodig heeft, m.a.w. als de basisondersteuning zoals deze door het SWV is vastgesteld
niet toereikend is.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
12
De school levert een vraag voor een arrangement volledig onderbouwd bij het BTO aan. Het BTO
hoeft alleen maar te toetsen of de vastgestelde procedures zijn gevolgd en de vraag voldoende
inhoudelijk is beargumenteerd.
Wanneer een school vindt dat zij niet tegemoet kan komen aan de ondersteuningsbehoeften van een
leerling en er ook op bestuursniveau geen mogelijkheden zijn om de leerling te plaatsen, moet dit
gemotiveerd aan het BTO worden voorgelegd.
Bij jonge kinderen zal dit vooral op basis van voorinformatie van derden gebeuren.
Bij leerlingen die al onderwijs volgen is de informatie van school belangrijk. Duidelijk moet zijn dat de
school al inspanningen heeft geleverd, bijv. door gewerkt te hebben met groepsplannen en individuele
plannen (HGPD).
De school heeft de mogelijkheden van (externe) ondersteuning benut en/of afgewogen: zoals
consultatie, ambulante begeleiding, JHV, verder onderzoek.
Het BTO vervult daarnaast een adviserende rol. Daar waar school/ouders/derden twijfelen over de
match tussen onderwijsbehoeften van het kind en de ondersteuningsmogelijkheden van de school,
kan deze commissie gevraagd worden mee te denken in dit proces. Het BTO kan eventueel
aanvullende informatie verzamelen (onderzoek, observatie, kort begeleidingstraject uitvoeren) voordat
een advies wordt gegeven.
Het BTO gaat indien nodig t.b.v. de beoordeling in gesprek met de (verwijzende) school en met de
ouders over de ondersteuningsbehoeften van de leerling en toetst of aan deze binnen één van de
besturen van het SWV kan worden tegemoet gekomen.
Het BTO adviseert de ouders dan over de vervolgstappen en neemt eventueel namens de ouders
contact op met (een) externe partner(s), die specifieke ondersteuningsarrangementen kan/kunnen
bieden.
Door alle betrokkenen vanaf het begin te betrekken bij het opstellen van een specifiek plan (OPP)
voor de leerling streeft het SWV naar gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle betrokken voor de
uitvoering van dit plan. Daarbij zijn ouders en de school waarop de leerling verblijft eigenaar van dit
plan.
In voorkomende gevallen heeft het BTO uiteindelijk doorzettingsmacht.
4.6 Onder en zij-instroom in het SO
Niet alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben worden vanuit het basisonderwijs toegeleid
naar het S(B)O. Met name leerlingen met een meervoudige en complexe ondersteuningsvraag worden
rechtstreeks door externe hulpverleners aangemeld bij het S(B)O. Het betreft dan o.a. kinder- en
jeugdartsen, consultatiebureaus van het JGZ, MKD’s, KDCs, zorginstellingen/plaatsbekostigde
leerlingen, dagverblijven en voorschoolse voorzieningen. T.b.v. deze specifieke groep leerlingen zal
het SWV een specifieke procedure opstellen. Uitvoerder van deze procedure is het BTO, waarbij het
uitgangspunt is om de toelaatbaarheidsverklaring voor deze leerlingen op een effectieve en efficiënte
wijze te regelen.
In het schooljaar 2014-2015 wil het SWV in samenspraak met de andere SWV-en in de regio een
gemeenschappelijke procedure ontwikkelen en met de betrokken externe hulpverleners deze
procedure vaststellen.
De bekostiging van deze S(B)O plaatsen gebeurt vanuit de gemeenschappelijke begroting van het
SWV.
4.7 Doorgaande lijn
Passend onderwijs voor alle leerlingen is voor het SWV ook het realiseren van een doorgaande lijn
met voorschoolse voorzieningen daar waar het de toeleiding tot onze scholen betreft. Tevens heeft
het SWV eenzelfde opdracht m.b.t. tot het afstemmen van doorgaande lijnen met het VO.
In de ijkpunten basisondersteuning is expliciet opgenomen aan welke indicatoren onze scholen dienen
te voldoen t.a.v. het realiseren van deze doorgaande lijn.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
13
M.b.t. de instroom en aanname van 4-jarige leerlingen die geen voorschoolse voorziening hebben
bezocht zal het SWV een gemeenschappelijk protocol opstellen, dat door alle scholen kan worden
gebruikt.
De wijze van overdracht van leerlingen van voorschoolse voorzieningen naar de scholen is in de
ijkpunt 10 vastgelegd.
T.b.v. de doorgaande lijn en overdracht van leerlingen tussen SO en VSO zal het SWV
gemeenschappelijke afspraken maken met het SWV VO in de regio.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
14
5. Samenwerking met ouders
5.1 Ouders als educatief partner
De scholen zien ouders/verzorgers als partners bij de opvoeding en opleiding van hun leerlingen.
Ouders zijn de primair verantwoordelijken voor de opvoeding van hun kinderen. Daar dient school bij
aan te sluiten. School en ouders erkennen in die samenwerking elkaars professionaliteit. Dat geldt des
te meer voor leerlingen die zich in een kwetsbare positie bevinden. Een goede afstemming van de
begeleiding op school en het gezin heeft een versterkende werking op de ontwikkeling van de leerling.
Voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte worden de afspraken tussen school en ouders
vastgelegd in een contract.
5.2 Afstemming rondom individuele leerlingen
In de ijkpunten brede basisondersteuning is vastgelegd hoe elke school voor elke leerling het
onderwijs afstemt en hoe de communicatie met ouders verloopt. Bij leerlingen met een extra
ondersteuningsbehoefte worden de ouders als educatief partner betrokken bij de extra
ondersteuningsarrangement. Het gewenste arrangement wordt in samenspraak en met toestemming
van de ouders opgesteld en uitgevoerd. ( zie ijkpunt 11).
Alle scholen hanteren daarbij de wettelijke voorschriften zoals opgesteld door het College bescherming
persoonsgegevens.
5.3 Ouders en medezeggenschap
De medezeggenschap van ouders is op twee manieren vormgegeven:
1. Op het niveau van de individuele school heeft de medezeggenschapsraad adviesrecht m.b.t.
het schoolondersteuningsprofiel.
2. Daarnaast zijn ouders formeel vertegenwoordigd in de ondersteuningsplanraad.
In de ondersteuningsplanraad hebben tien personen zitting paritair verdeeld over de ouders
en het personeel van de aangesloten scholen. Hierbij zijn twee zetels toegewezen aan het
S(B)O. De ondersteuningsplanraad heeft instemmingsrecht inzake het ondersteuningsplan van
het SWV.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
15
6. Organisatie van het SWV
6.1 Bestuurlijke uitgangspunten
In de hoofdlijnennotitie hebben de aangesloten schoolbesturen een aantal uitgangspunten
geformuleerd t.a.v. de bestuurlijke samenwerking en inrichting van het SWV.
Het nieuwe SWV dient gericht te zijn op duurzaamheid van voorzieningen (continuümprincipe)
en niet op behoud van bestaande structuren en instituten.
Het subsidiariteitsbeginsel is leidend bestuurlijk principe en daarom wordt het eigenaarschap
van bevoegdheden belegd bij het daarvoor in aanmerking komende niveau en orgaan.
De betrokken besturen zien elkaar als partners en niet als partijen. Er is een
gemeenschappelijke verantwoordelijkheid voor het in stand houden van onderwijskundige
diversiteit.
Zij handelen op basis van gelijkwaardigheid, zonder onderscheid naar werksoort.
Zij voelen zich gezamenlijk verantwoordelijk voor het oplossen van budgettaire knelpunten.
Zij achten zich gemeenschappelijk verantwoordelijk voor alle leerlingen in hun regio.
Zij beschouwen de rol van ouders als cruciaal bij het realiseren van de opdracht van het
nieuwe SWV.
Zij zien het als hun opdracht voor leerlingen optimale onderwijskansen te creëren en streven
er naar risicomijdend gedrag te voorkomen door het gezamenlijk delen van de
verantwoordelijkheid daarvoor.
Betrokken besturen achten het van wezenlijk belang de school te plaatsen in een brede
pedagogische context, waarvan ook partijen buiten de school deel uitmaken en waarbij
beschikbare niet-schoolgebonden expertise integraal wordt ingezet.
Keuzes en besluitvorming zullen zowel individueel als collectief aan de morele vraag ‘Deugt
het? ’ worden getoetst.
6.2 Inrichting en organisatie
Als bestuursvorm heeft het SWV de verenigingsvorm. Alle aangesloten schoolbesturen zijn lid van de
vereniging. De algemene ledenvergadering is het toezichthoudend orgaan van het SWV.
Het bestuur van het SWV bestaat momenteel uit drie personen. Per 1 augustus 2014 zal het dagelijks
bestuur bestaan uit twee bezoldigde bestuurders (0,1 fte). De dagelijkse leiding zal worden uitgevoerd
door een directeur (0,4 fte). De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheid van de algemene
ledenvergadering, dagelijks bestuur en directeur zijn vastgelegd in de statuten, het huishoudelijk
reglement en het managementstatuut.
Verder kent het SWV een ondersteuningsplanraad die bestaat uit tien leden.
Ook kent het SWV een bovenschools toetsingsorgaan. Dit orgaan geeft de formele beschikkingen af
voor het S(B)O. In dit toetsingsorgaan heeft in ieder geval de wettelijk verplichte orthopedagoog
zitting.
Indien noodzakelijk kan het bestuur van het SWV besluiten om tijdelijke commissie en/of werkgroepen
in te stellen. Deze zullen altijd een tijdelijk karakter hebben en worden bemenst met personeelsleden
uit de aangesloten scholen.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
16
6.3 Ondersteuningsplanraad
De medezeggenschap wordt uitgeoefend door de Ondersteuningsplanraad.
In deze raad hebben 10 leden zitting (partiair verdeeld over een ouder- en personeelsgeleding).
Acht zetels worden ingevuld door vertegenwoordigers uit het Bao en twee zetels door vertegenwoordigers uit het S(B)O.
De leden worden voorgedragen door de (G)Mr-en van de aangesloten schoolbesturen. Elke stichting
kan 2 kandidaten voordragen ( 1 ouder en 1 personeelslid). Vervolgens stemmen de (G)MR-en van de
betrokken schoolbesturen op de kandidaten die zijn voorgedragen. Voor de eerste termijn wordt de
ondersteuningsplanraad voor een periode van twee jaar gekozen, daarna zijn er om de vier jaar
nieuwe verkiezingen.
6.4 Personeel
Het SWV heeft naast een directeur ook een administratieve kracht in parttime dienst. Alle
ondersteunende werkzaamheden worden uitgevoerd door personeelsleden die in dienst zijn bij de
betrokken schoolbesturen.
De aangesloten schoolbesturen hebben afgesproken om zoveel mogelijk personeel (met geschikte en
gewenste expertise)in te zetten t.b.v. de ondersteuning op de niveaus 3 en 4 van het cascademodel.
Het SWV zal dit personeel niet in dienst nemen maar op detacheringsbasis inhuren van de
schoolbesturen, die dit personeel in dienst hebben.
6.5 Geschillenregeling
Ook als ouders vroegtijdig en volledig over de ondersteuning voor hun kind zijn geïnformeerd en de
communicatie tussen school en ouders met respect voor beider rollen is verlopen, kan het zijn dat
ouders zich niet in het besluit van de school kunnen vinden. Zij kunnen dan een beroep doen op
ondersteuning van een onderwijs…………..(naam), die door het bestuur is aangesteld met onder meer
een mediërende taak.
Indien deze interventie voor partijen niet tot een bevredigende oplossing leidt, is er sprake van een
geschil en kunnen ouders gebruik maken van hun formele rechten. Een geschil of klacht kan worden
voorgelegd aan:
de klachtencommissie van de school het schoolbestuur;
de landelijke geschillencommissie, voor klachten die betrekking hebben op aanmelding en
verwijzing van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben en over het
ontwikkelingsperspectief;
het college voor mensenrechten en gelijke behandeling (voorheen de Commissie Gelijke
Behandeling); de rechter middels een beroepsprocedure.
6.6 Ketenpartners
Lokale welzijn- en zorginstellingen zijn een belangrijke en onmisbare partner voor het SWV.
Ontwikkelingen met betrekking tot integratie van jeugdbeleid op gemeentelijk niveau, de WMO en de
Wet Passend Onderwijs verlopen in elkaars verlengde en beïnvloeden elkaar. Vanuit het oogpunt van
het belang van de leerling is er sprake van een gemeenschappelijke opdracht. Partners hierin zijn
centra voor jeugd en gezin, maatschappelijk werk, jeugdgezondheidsdiensten, jeugdzorginstellingen
Het SWV zal daarom actief zoeken naar samenwerking en ook de rol van deze instanties in de
bestuurlijke inrichting van het SWV borgen in het licht van de maatschappelijke verankering van het
passend onderwijs.
Leerlingen hebben recht op een ononderbroken traject van onderwijs en ondersteuning. Het is
daarom noodzakelijk de inrichting van de ondersteuning in zowel primair als voortgezet onderwijs op
elkaar af te stemmen. Het gaat dan tenminste om het optimaliseren van de zogenaamde ‘warme
overdracht’, maar het streven naar een doorlopend en ononderbroken pakket van ondersteuning en
stimulering is richtsnoer. Daarom is ook de continuïteit van deskundigheid en ondersteuning op
individueel leerlingniveau een belangrijke succesfactor voor het SWV. Het principe van reciprociteit
geldt hier. Het SWV zal het gesprek aangaan met het betrokken voortgezet onderwijs om de verticale
afstemming van ondersteuning en begeleiding voor de gehele regio te realiseren.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
17
De diverse SWV-en die in een gemeenschappelijk territoriaal gebied opereren, hebben de plicht
onnodig grote verschillen in aanpak en beleid te vermijden, dit met het oog op het voorkomen van
ongewenste rechtsongelijkheid tussen leerlingen. Daarnaast kunnen zij door samenwerking
effectiever en efficiënter werken.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
18
7. Passend onderwijs in relatie tot gemeentelijk beleid
7.1 Uitgangspunten voor samenwerking
In het overleg met de gemeenten zal worden gewezen op het grote belang van intergemeentelijke
samenwerking op de belangrijkste dossiers die samenhangen met de uitvoering van Passend
Onderwijs en het aanpalend jeugdbeleid. Dat betekent dat het SWV een belangrijke rol dient te spelen
bij het vaststellen van de lokale ‘agenda jeugd’.
Samen met het SWV Weert en het SWV VO wordt met de gemeenten uit de regio OOGO gevoerd. Dit
overleg betreft de afstemming van opdracht passend onderwijs van het SWV en de gemeentelijke
taken betreffende jeugdhulp, leerlingenvervoer en onderwijshuisvesting.
De invoering van het nieuwe stelsel van jeugdzorg maakt gemeenten in de toekomst verantwoordelijk
voor het totale afgestemde aanbod van onderwijs en zorg. Schoolbesturen en het SWV hebben
daarin de verantwoordelijkheid voor het bieden van een passend onderwijsaanbod aan alle leerlingen.
Dit passend onderwijsaanbod zal voor een bepaalde groep van leerlingen met specifieke
ondersteuningsbehoeften alleen kunnen worden gerealiseerd m.b.v. de specifieke inzet van jeugdzorg.
Het SWV heeft hierbij het uitgangspunt dat aanvullende specifieke jeugdzorg ondersteunend dient te
worden ingezet t.b.v. het succesvol realiseren van een onderwijsondersteuningsplan voor de
betreffende leerling. Hierbij is het principe 1 kind 1 plan leidend. De overlegprocedure van het OOGO
is ingericht conform het model van de PO-raad en de VNG.
7.2 Beleidsontwikkelingen bij gemeenten
De gemeenten worden samen met de schoolbesturen gezamenlijk verantwoordelijk voor alle
ondersteuning en zorg aan kinderen en hun gezinnen. De gezamenlijke opgave van de gemeenten en
het SWV is om zo veel mogelijk leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden zodat ze later zo veel
mogelijk zelfstandig kunnen participeren in de samenleving.
Naast de preventieve zorg voor jeugd worden gemeenten met de decentralisatie van de jeugdzorg
verantwoordelijk voor:
De jeugd- en opvoedhulp
De jeugdbescherming en jeugdreclassering
De gesloten jeugdzorg
De crisisdienst
De pleegzorg
De zorg voor kinderen met een psychische of psychiatrische stoornis
De zorg voor jeugdigen met een lichtverstandelijke beperking (LVB)
Dit betekent voor gemeenten een groot aantal nieuwe taken en verantwoordelijkheden en nieuwe
mogelijkheden voor verbindingen tussen de zorg voor jeugd en het onderwijs. De gemeenten moeten
de taken met minder middelen gaan uitvoeren. Er moet dus op een andere manier gewerkt worden en
er moeten creatieve verbindingen gelegd worden. Bij het inrichten van de nieuwe zorg voor jeugd
hebben de gemeenten in de regio Midden Limburg een gemeenschappelijke visienota opgesteld.
Hierin heeft men de volgende visie op opgroeien en opvoeden geformuleerd:
“Ouders zijn als eerste verantwoordelijk voor de opvoeding van de kinderen, zij bieden kinderen een
goede basis om gezond en veilig op te groeien. Gezinnen worden daarin ondersteun door een
pedagogische civil society. We streven naar een samenleving waarin gezamenlijk opvoeden en zorg
voor elkaar centraal staat.”
De basisprincipes voor een toekomstbestendige jeugdhulpstelsel zijn voor de gemeenten:
Hulp met passend zijn bij de vraag, licht en kort waar het kan, zwaar waar nodig.
1Gezin1Plan is de basishouding
Keuzevrijheid voor jeugdhulp in evenwicht met betaalbaarheid
Ingrijpen als de veiligheid van het kind in geding is
Bij ingewikkelde situaties zijn jeugdhulppartners gezamenlijk verantwoordelijk
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
19
Uniform aanbod in Midden Limburg
Betaalbaar jeugdhulpstelsel met betekenis voor ouders en jeugd.
Een goede samenwerking tussen gemeenten en het onderwijs draagt bij aan het bereiken van de
uitgangspunten die zowel het onderwijs als de gemeenten en de instellingen onderschrijven en kan
leiden tot een meer preventieve en integrale aanpak van hulp dichtbij de leefomgeving.
In onderstaand schema is deze samenhang verder uitgewerkt.
7.3 Leerlingenvervoer in relatie tot passend onderwijs
Het aantal leerlingen dat een beroep doet op leerlingenvervoer zal door de daling van de deelname aan
het speciaal (basis) onderwijs afnemen. Er blijft echter ook een noodzaak om leerlingen begeleid van
en naar de school te laten reizen. De hoge kosten die gemoeid zijn met het vervoer van leerlingen
vraagt om slimme oplossingen. Niet alle leerlingen van en naar het speciaal (basis) onderwijs zijn even
kwetsbaar. Voor de meest kwetsbare leerlingen is het huidige voorzieningenniveau ook in de toekomst
de maat. Voor minder kwetsbare leerlingen kunnen andere oplossingen gekozen worden, variërend van
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
20
oplossingen uit de eigen kring, via begeleid deelnemen aan het openbaar vervoer tot handhaving van
de huidige situatie. Het SWV en de zullen samen met gemeentes hier nieuwe wegen (moeten) gaan
bewandelen.
7.4 Onderwijshuisvesting in relatie tot passend onderwijs
De verdere implementatie van Passend onderwijs (lees: minder leerlingen in het S(B)O) en de
voortzettende krimp in de regio zullen ook hun weerslag hebben op de onderwijshuisvesting. Het SWV
zal samen met de gemeenten beleid hierover moeten ontwikkelen. De verwachting is dat een aantal
SO voorzieningen zullen worden samengevoegd, dan wel worden ondergebracht op andere plekken in
de regio. In het te voeren OOGO zal e.e.a. moeten worden uitgewerkt. Daarbij is voor het SWV het
uitgangspunt dat elke leerling passend onderwijs wordt aangeboden, dat zo thuisnabij mogelijk wordt
verzorgd.
7.5 Leerplicht in relatie tot passend onderwijs
Alle scholen moeten samen met elkaar een dekkend netwerk vormen. Het is de taak van alle
professionals om thuiszittende leerlingen, of waar thuis zitten dreigt, direct te melden. Dit moet bij
zowel het bestuur, het SWV als bij leerplicht. Het SWV kan ofwel door bemiddeling ofwel door
tijdelijke extra ondersteuning het thuiszitten voorkomen. Het SWV organiseert direct de benodigde
samenwerking met specifieke onderwijsvoorzieningen, leerplicht en de eventuele zorgpartners. Het
SWV primair onderwijs heeft momenteel, voor de invoering van passend onderwijs, slechts incidenteel
en voor een korte periode te maken met thuiszittende leerlingen. Dit illustreert dat er in de regio
Midden Limburg al een dekkend onderwijscontinuüm is voor onze huidige leerling-populatie. De
grootste uitdaging in het dekkende netwerk is niet het creëren van nieuwe voorzieningen, maar het
sneller kunnen schakelen tussen voorzieningen.
Samenwerking met leerplicht
Het SWV heeft direct contact met de betreffende leerplichtambtenaar bij thuiszitten of bij een situatie
waarin thuiszitten een reële situatie kan worden. In overleg worden de benodigde acties in werking
gezet. Het SWV sluit drie keer per jaar aan bij het regionale overleg van leerplichtambtenaren. Het
gaat niet om casussen te overleggen, maar om de samenwerking in de afgelopen periode te
bespreken en te verbeteren. Leerplicht hanteert de landelijke definitie van thuiszitters, namelijk: "een
leerplichtige jongere van 5 tot 18 jaar, die ingeschreven staat op een school of instellingen en die
zonder geldige reden meer dan 4 weken verzuimt en hierbij niet beschikt over een vrijstelling van
leerplicht". De afspraak met leerplicht is dat er direct contact is na een melding van een thuiszitter.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
21
8. Kwaliteitsontwikkeling
8.1 Monitoring en evaluatie
Richtinggevend voor de monitoring en evaluatie zijn de uitgangspunten die het ECPO heeft
geformuleerd.
Het gaat hierbij om drie aspecten die hierin centraal staan:
Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, hebben een plaats in het onderwijs (geen
thuiszitters), voelen zich in het onderwijs veilig en gerespecteerd en komen met optimale
prestaties uit het onderwijs, passend bij hun mogelijkheden.
Ouders van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben hoeven niet meer te shoppen om
een plaats te vinden voor hun kind, zijn tevreden over de kwaliteit van het onderwijs over het
algemeen en zijn tevreden over de ondersteuning en/of plaatsing van hun kind in het
bijzonder. Ouders van ‘gewone’ leerlingen ervaren geen nadelen van de aanwezigheid van
leerlingen met extra ondersteuning.
Passend onderwijs moet er toe leiden dat het onderwijs aan leerlingen met extra
ondersteuningsbehoeften wint aan kwaliteit, dat er voor deze leerlingen minder vaak beroep
wordt gedaan op aparte onderwijsvoorzieningen en dat minder labeling van leerlingen
plaatsvindt. Verder moeten bureaucratie en administratieve lasten rond deze leerlingen
afnemen en moet het budget voor extra onderwijsondersteuning beheersbaar blijven.
8.1.1. Ondersteuningsplan
Het ondersteuningsplan wordt ieder jaar geëvalueerd. Nieuwe ontwikkelingen worden direct
meegenomen in het ondersteuningsplan, wardoor de informatie altijd actueel is. De doelstellingen
voor vier jaar schuiven ook mee, waardoor er altijd sprake is van een lange termijn beleid met een
concreet uitgewerkt eerste jaar. Iedere vier jaar wordt het ondersteuningsplan vastgesteld volgens
het wettelijk kader.
8.1.2. Activiteitenplan en evaluatie
Naast het ondersteuningsplan maakt het SWV voor ieder schooljaar een activiteitenplan. Dit
activiteitenplan is in juni beschikbaar. Het activiteitenplan en de evaluatie vormen een vast
agendapunt op de algemene ledenvergadering einde schooljaar. De plannen en de resultaten zijn voor
iedere betrokkene in het SWV zichtbaar.
8.1.3. Bestuursverslag
De directeur van het SWV maakt voor het bestuur een bestuursverslag met daarin de belangrijkste
inhoudelijke en financiële ontwikkelingen. De inhoudelijke en financiële kengetallen van het SWV
maken een vast onderdeel uit van het bestuursverslag.
8.2 Planning & controlcyclus
In de bestuurlijke vormgeving zijn verantwoordelijkheden m.b.t. toezicht en uitvoering vastgelegd.
In de vereniging is de algemene ledenvergadering het toezichthoudende orgaan. Het bestuur is
verantwoordelijk voor de strategische beleidscyclus. Uitvoering en voorbereiding van het beleid is
verantwoordelijkheid van de directeur.
Het bestuur legt verantwoording af door het ondersteuningsplan ter goedkeuring voor te leggen aan
de algemene ledenvergadering. Door middel van een jaarplan en een jaarverslag verantwoordt het
bestuur het gevoerde beleid en de resultaten.
8.2.1. Kengetallen
Het SWV houdt de volgende kengetallen per jaar bij om de doelstellingen en het beleid op af te
stemmen:
Financiële kengetallen
Rentabiliteit; resultaat gedeeld door de totale baten
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
22
Kapitalisatiefactor; activa zijde gedeeld door de totale baten (omzet)
Eigen vermogen
Weerstandsvermogen; het eigen vermogen minus de materiële vaste activa uitgedrukt in een
percentage van de rijksbijdrage OCW
Solvabiliteit; Eigen vermogen en voorzieningen gedeeld door het totale vermogen
Minimale en maximale ondersteuningsbudget per leerling en de spreiding
Inhoudelijke kengetallen
Aantal leerlingen in het regulier onderwijs
Aantal leerlingen in het speciaal basisonderwijs
Aantal leerlingen in het speciaal onderwijs per school
Overzicht van de gerealiseerde ijkpunten brede basisondersteuning op de BaO scholen.
Aantal scholen met aangepast toezicht binnen het SWV
Aantal TLV’s afgegeven vanuit het onderwijs
Aantal TLV’s afgegeven vanuit de zorg
Aantal verwijzingen en terugplaatsingen, uitgesplitst per school
Ingezette individuele ondersteuning vanuit het SWV; periode, hoeveelheid ondersteuning,
school en uitstroom
Aantal thuiszitters; meldingen van scholen en thuiszitters volgens de landelijke definitie
Aantal mediationtrajecten; aantal meldingen bij de landelijke geschillencommissie
8.3 Verantwoording
Jaarlijks voert de inspectie een risicoanalyse uit op basis van de aanwezige kennis. Voor deze
risicodetectie hanteert de inspectie een risicomodel dat is gebaseerd op zes parameters. De inspectie
ontwikkelt en ijkt voor elke parameter normen. De parameters dienen alleen om te bepalen of er
aanleiding is om in gesprek te gaan met het SWV. Na dit gesprek kan blijken dat er geen aanleiding is
om nader onderzoek te doen.
De parameters zijn:
1. Thuiszitters, niet deelnemers aan onderwijs
2. Spreiding en doorstroom in het onderwijs
3. (Eerder gegeven) inspectieoordelen op scholen en instellingen
4. Signalen
5. Het ondersteuningsplan, de jaarverslagen en de verdeling van de ondersteuningsmiddelen
6. De deskundigheid op het gebied van ondersteuning door de leraar
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
23
9. Financiën
9.1 Allocatiemodel
9.1.1. Het ondersteuningsbudget
Het SWV krijgt geleidelijk de beschikking over de middelen voor de lichte ondersteuning (voorheen
WSNS) exclusief de 2% rechtstreekse bekostiging en middelen voor de zware ondersteuning
(voorheen SO-bekostiging en LGF). Het aantal leerlingen bepaalt de hoogte van het
ondersteuningsbedrag (lumpsum financiering) van het SWV. De lichte ondersteuning wordt bepaald
door het aantal leerlingen op het regulier onderwijs en bedraagt € 157,- per leerling. De zware
ondersteuning wordt bepaald door het aantal leerlingen op het regulier en het speciaal basisonderwijs
en bedraagt € 325,- per leerling. Het bedrag staat los van de ondersteuningsbehoeften van individuele
leerlingen en is voor ieder SWV gelijk. Dit betekent dat er bij minder verwijzingen naar het SO en het
SBO direct meer geld beschikbaar is voor de reguliere basisscholen en andersom. De
financieringssystematiek is een waterbedconstructie, waarbij de verdeling van middelen verandert,
maar de hoeveelheid middelen altijd gelijk blijft. Er moet wel rekening gehouden worden met het feit
dat het SWV niet altijd een directe invloed kan uitoefenen op de leerlingstromen. Denk aan de
leerlingen die in het speciaal onderwijs worden geplaatst via een zorgindicatie of bijvoorbeeld de
populatie leerlingen met een ernstige meervoudige beperking.
9.1.2. Passend indiceren
Passend indiceren is een verdeelmodel voor de ondersteuningsmiddelen van SWVen.
Het Passend Indiceren ondersteunt de inhoudelijke wens van ons SWV om scholen te stimuleren
leerlingen thuisnabij een passend onderwijsaanbod te doen. Passend Indiceren gaat er vanuit dat het
totale beschikbare ondersteuningsbudget van het SWV wordt verdeeld onder de besturen. Deze
verdelen de middelen vervolgens over hun basisscholen. De basisscholen krijgen daarmee
zeggenschap over alle ondersteuningsmiddelen. Parallel aan het landelijk beleid krijgt ieder
basisschool een ondersteuningsbedrag per leerling. De basisschool moet vervolgens alle extra
ondersteuning ( w.o. de hulp vanuit de ondersteuningsteams) vanuit het eigen budget organiseren.
De basisschool is vrij in de besteding van haar budget en legt na ieder schooljaar verantwoording af
aan haar bestuur volgens het principe ‘past toe en leg uit’. De school kan de extra ondersteuning
binnen de school zelf mogelijk maken of ondersteuning inkopen. De extra ondersteuningskosten van
een onderwijsplaats in het SO of het SBO koopt de basisschool ook in vanuit het eigen
ondersteuningsbudget. Het legt de prikkel voor het creëren van een breder onderwijsaanbod bij de
school zelf. De basisschool die passend onderwijs kan creëren voor al hun leerlingen hoeft minder
externe ondersteuning in te kopen. Het inkopen van de extra ondersteuning maakt tevens alle kosten
direct transparant voor de scholen. Omdat het geld vast ligt, zullen verdere afspraken en procedures
in het SWV uitsluitend over de inhoud van het onderwijs gaan. Verder is dit verdeelmodel geen open
einde regeling middels een indicatiecommissie, waardoor de budgettaire beheersbaarheid op het
niveau van het SWV is geregeld. Het SWV hoeft op deze wijze weinig reserves op te bouwen en de
middelen kunnen zoveel mogelijk op het niveau van de school ingezet worden. Passend Indiceren
geeft veel ruimte om aan bovenstaande financieringssystematiek een eigen invulling te geven. Met
betrekking tot het totale budget is afgesproken, dat de organisatiekosten van het SWV in mindering
worden gebracht op het totale budget.
Verder is een gemeenschappelijke budget gereserveerd om op basis van solidariteit de rechtstreekse
instroom van leerlingen in het SO te bekostigen.
9.1.3. Verevening
De mate waarin op dit moment in ons land van speciale onderwijszorg gebruik gemaakt wordt,
verschilt per regio. Het ministerie van onderwijs heeft de verevening toegepast op het aantal
leerlingen dat gebruik maakt van de speciale onderwijszorg. De SWV-en die relatief veel gebruik
maken van de speciale zorg krijgen in de eerste periode extra middelen om deze zorg te kunnen
continueren. De SWV-en die weinig gebruik maken van de speciale zorg krijgen bij de start van
passend onderwijs minder middelen volgens de stappengrootte (100%, 90%, 75%, 60%, 30%,0%).
In schooljaar 2020-2021 krijgen alle SWV-en de ondersteuningsmiddelen op basis van hun
leerlingaantallen en is de verevening afgelopen.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
24
Voor ons SWV betekent dit dat het SWV in schooljaar 2020-2021 €1.166.208 minder
ondersteuningsmiddelen zal ontvangen dan bij de start van passend onderwijs.
In het SWV is afgesproken dat de verevening in stappen van 20% zal worden gerealiseerd. Dit
betekent dat het SWV een jaar eerder de vereveningsdoelstelling wil bereiken.
Twee mogelijkheden:
A. De kosten voor de leerlingen die op 1 augustus 2014 zijn ingeschreven in de scholen voor speciaal
(basis) onderwijs worden rechtstreeks door DUO gekort op het ondersteuningsbudget van het SWV.
De ondersteuningskosten voor deze leerlingen worden niet teruggerekend naar de school van
herkomst. We betalen die kosten in solidariteit zolang deze leerlingen zijn geplaatst in het speciaal
onderwijs.
T.b.v. het realiseren van verminderde deelname percentages in het SBO en SO stelt elk schoolbestuur
een plan op waarin staat aangegeven hoe het betreffende bestuur de deelname percentages
gedurende de vereveningsperiode vermindert.
B. De kosten voor de leerlingen die op 1 8-2014 zijn ingeschreven op het SBO en waarvoor het SWV
boven het deelname percentage van 2% het SBO dient te bekostigen worden door de individuele
besturen betaald na rato van het bestuurlijk deelnamepercentage. Met ingang van 1-8-2018 zal deze
procedure ook worden gevolgd voor de leerlingen in het SO.
In de voorlopige begroting en meerjarenraming van het SWV is deze vermindering opgenomen voor
het totale SWV.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
25
9.2 Voorlopige begroting en Meerjarenraming
Voorlopige begroting 2014-2015 en m eerjarenram ing SWV 31-02 12-02-2014(keng. 01-10-2013)
Aantal lln. PO; excl. SBO (prognoses vanaf 2015-2016)
Aantal lln. incl. SBO (prognoses vanaf 2015-2016)
Aantal lln. PO (BaO/SBO/SO prognoses vanaf 2015-2016)
INKOMSTEN
Baten - Inkom sten
Lichte ondersteuning per ll. € 157,00 (excl. SBO)
Zw are ondersteuning per ll. € 325,00 (incl. SBO)
LGF / Rugz. PO-SBO, incl. materieel (naar SO € 454.045,00)
Grensverkeer SBO: aanname evenw icht
Eenm. bijdr. €16,65 per ll. (incl. € 4,00 p. ll. AWBZ)(normbek.)
Vereveningssubsidie
Totaal inkom sten
UITGAVEN
Overdracht aan SBO (>2% ondersteun. bekost. DUO)
Overdracht aan SO-school (onderst. bekost. DUO)
LGF / rugzakken PO-SBO, incl. materieel (01-10-2013)
Rugzakken SO-deel, incl. PAB (€125.000,00)
Grensverkeer SBO: aanname evenw icht
Flexibele instroom SBO(peildatum 01-02-2015): 12 lln.
Flexibele instroom SO (peildatum 01-02-2015): 12 lln.
Overdrachtsverplichting materieel SBO
Overdrachtsverplichting materieel SO
AWBZ-overdracht 4 euro per ll.
Subtotaal
Overige inzet
Bestuur en beheer
Directeur SWV (0,4 fte)
Bestuursleden (2 x 0,1 fte)
Secretariële ondersteuning (SPOLT; 6u.)
Huisvesting, inrichting
Financiele adm., accountant, jaarverslag (Vizyr)
Vergaderkosten
Ondersteuning bestuur
OPR
Subtotaal
BTO
Inzet leden 0,4fte
Secretariaat (6u.)
2014-2015
12424
12876
13262
€ 1.950.568,00
€ 639.595,00
€ 0,00
€ 214.385,00
€ 2.804.548,00
€ 781.878,00
2015-2016
12040
12466
12833
2016-2017
11774
12180
12504
2017-2018
11551
11928
12208
€ 1.890.280,00 € 1.848.518,00 € 1.813.507,00
€ 4.051.450,00 € 3.958.500,00 € 3.876.600,00
€ 0,00
€ 0,00
2018-2019
11364
11712
11948
€ 1.784.148,00
€ 3.806.400,00
€ 0,00
€ 0,00
2019-2020
11226
11546
11737
2020-2021
11117
11437
11628
€ 1.762.482,00 € 1.745.369,00
€ 3.752.450,00 € 3.717.025,00
€ 0,00
€ 0,00
€ 1.166.208,00 € 1.049.587,00 € 874.656,00
€ 7.107.938,00 € 6.856.605,00 € 6.564.763,00
€ 699.725,00
€ 6.290.273,00
€ 349.862,00
€ 0,00
€ 5.864.794,00 € 5.462.394,00
€ 713.008,00
€ 652.240,00
€ 555.011,00
€ 3.250.000,00 € 2.876.000,00 € 2.490.000,00
€ 453.732,00
€ 2.216.000,00
€ 352.453,00
€ 360.555,00
€ 1.700.000,00 € 1.700.000,00
€ 639.595,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 45.000,00
€ 51.572,00
€ 1.716.045,00
€ 520.000,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 39.000,00
€ 229.000,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 35.700,00
€ 203.000,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 30.300,00
€ 176.000,00
€ 4.949.008,00 € 3.964.940,00 € 3.449.311,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 24.900,00
€ 149.000,00
€ 3.041.632,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 19.300,00
€ 119.000,00
€ 0,00
€ 78.000,00
€ 120.000,00
€ 19.800,00
€ 119.000,00
€ 2.388.753,00 € 2.397.355,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 10.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 110.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 20.000,00
€ 8.000,00
€ 5.000,00
€ 17.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 105.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 40.000,00
€ 7.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
€ 47.000,00
Studiekosten
Reiskosten, representatie
Onvoorzien
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
€ 5.000,00
€ 3.000,00
€ 5.000,00
Subtotaal
Overdracht naar besturen m iddels bedrag per leerling
Overdracht opbouw 35, 40, 45, 50, 60, 70, 80 euro
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 13.000,00
€ 435.470,00
€ 482.800,00
€ 532.080,00
€ 581.050,00
€ 687.240,00
€ 792.820,00
€ 898.960,00
Evt. activiteiten Ondersteuningsplan
Onderst.teams (6fte); vanaf 2015-2016 9fte basisteams
Ondersteuning deskundigheidsbevordering
Subtotaal
€ 468.000,00
€ 10.000,00
€ 913.470,00
€ 702.000,00
€ 702.000,00
€ 702.000,00
€ 50.000,00
€ 100.000,00
€ 100.000,00
€ 1.234.800,00 € 1.334.080,00 € 1.383.050,00
€ 702.000,00
€ 100.000,00
€ 1.489.240,00
€ 702.000,00
€ 702.000,00
€ 100.000,00
€ 100.000,00
€ 1.594.820,00 € 1.700.960,00
€ 2.799.515,00
€ 5.033,00
€ 6.348.808,00 € 5.464.020,00 € 4.997.361,00
€ 759.130,00 € 1.392.585,00 € 1.567.402,00
€ 4.695.872,00
€ 1.594.401,00
€ 4.148.573,00 € 4.263.315,00
€ 1.716.221,00 € 1.199.079,00
Subtotaal
Overige kosten
Totaal uitgaven
SALDO
Expertise partners: van PO tot SO
Expertise (SO, SBO, PO, AD) zit in middelen zware zorg;
vrijkomend personeel; opbouw 4-8-10-12-12-12 fte
SALDO
Reservering 5% max. € 150.000,00
€ 0,00
€ 5.033,00
€ 251,65
€ 320.000,00
€ 439.130,00
€ 21.956,50
€ 640.000,00
€ 752.585,00
€ 37.629,25
€ 800.000,00
€ 767.402,00
€ 38.370,10
€ 960.000,00
€ 634.401,00
€ 960.000,00
€ 756.221,00
€ 960.000,00
€ 239.079,00
SALDO
€ 4.781,35
€ 417.173,50
€ 714.955,75
€ 729.031,90
€ 634.401,00
€ 756.221,00
€ 239.079,00
<resultaat>
Opm. 1: In 2014-2015 bedragen de inkomsten zware ondersteuning € 4.182.125 euro; dit gaat rechtstreeks naar SO-totaal
Opm. 2: In 2014-2015 bedragen de uitgaven overdracht aan SO-scholen € 3.571.251,00
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
26
9.3 Toelichting bij de voorlopige begroting 2014-2015 en de meerjarenraming vanaf
2015-2016 tot en met 2020-2022
Inleiding
De startpositie van het SWV Passend Onderwijs PO 31-02 Midden-Limburg wordt op “nul” gesteld.
De SWV-en WSNS hebben afgesproken de middelen in de eigen regio te besteden en geen kapitaal in
het nieuwe SWV in te brengen.
De verwachting is dat de middelen die het SWV 31-02 heeft ontvangen om het SWV op te richten en
voorbereidende activiteiten te verrichten (2 schooljaren € 10,00 per leerling) niet volledig besteed zijn.
Het saldo zal gestort worden op de rekening van het SWV 31-02. Dit zou dan het startkapitaal
genoemd kunnen worden. Dit bedrag zal niet op voorhand ingezet worden, maar indien nodig benut
worden voor het oplossen van knelpunten, als frictiebudget.
De grondslagen van de bekostiging van het SWV PO zijn neergelegd in de Wet Passend Onderwijs.
9.4 Uitgangspunten bekostiging SWV en de bekostiging SBO resp. SO
Er wordt eerst ingegaan op de systematiek van de bekostiging op hoofdlijnen, de bekostiging in het
schooljaar 2014-2015, de meerjarenraming en tot slot een enkele toelichting op de voorlopige
begroting 2014-2015.
9.4.1 Systematiek bekostiging
De kern van de nieuwe bekostigingssystematiek wordt gevormd door vijf elementen:
1. Basisbekostiging
alle scholen, ook de scholen voor speciaal onderwijs (so), krijgen basisbekostiging. Dit is de
bekostiging die scholen rechtstreeks ontvangen van de rijksoverheid voor het onderwijs.
2. Budget voor lichte ondersteuning
elk SWV krijgt een budget voor lichte ondersteuning. Dat zijn de middelen die tot nu toe onder de
noemer weer samen naar school (wsns) werden verstrekt.
3. Normbudget voor zware ondersteuning
daar bovenop krijgt elk SWV een normbudget voor leerlingen met een zware
ondersteuningsvraag. Dit budget wordt gebaseerd op een bedrag per leerling voor het totaal
aantal leerlingen dat ingeschreven staat op scholen in het SWV (exclusief de leerlingen
ingeschreven op het so). Het SWV beschrijft in het ondersteuningsplan hoe zij de extra
ondersteuning voor de leerlingen in haar regio realiseert en hoe de middelen worden verdeeld.
4. Ondersteuningsbekostiging
uit het normbudget wordt per leerling die door het SWV wordt verwezen naar het so, een bedrag
overgeheveld naar de betreffende so-school: de ondersteuningsbekostiging. Dit bedrag is
gebaseerd op drie categorieën met elk hun eigen prijs. DUO voert deze verplichte overdracht uit
op basis van het aantal leerlingen op de teldatum 1 oktober in het voorafgaande schooljaar.
Indien de ondersteuningsbekostiging het normbudget overschrijdt, wordt dit verrekend met de
lumpsum van de scholen binnen het SWV. Het budget voor lichte ondersteuning valt buiten deze
verrekening en blijft dus altijd ter beschikking van het SWV.
5. Verevening
in de uiteindelijke situatie krijgt elk SWV eenzelfde normbudget per leerling voor zware
ondersteuning. Deze verevening wordt via een overgangsregeling stapsgewijs doorgevoerd. In
schooljaar 2015/2016 worden SWV-en via de overgangsregeling nog voor 100% (dat wil zeggen:
o.b.v. 1-10-2011) gecompenseerd voor de verevening. In 2019/2020 worden de SWV-en voor het
laatst gecompenseerd voor een deel van het vereveningsbedrag. In 2020/2021 is de verevening
volledig en is er geen sprake meer van een overgangsregeling. Het vereveningsbedrag wordt
bepaald door het verschil tussen de ondersteuningskosten per SWV (inclusief rugzakken) per 110-2011 en het normbudget, ook berekend op basis van de leerlingenaantallen per 1-10-2011.
Het SWV 31-02 heeft op 01-10-2011 een bovengemiddeld aantal geïndiceerde leerlingen. In de
overgangssituatie zal via de vereveningsregeling stapsgewijs een deel van de bekostiging worden
afgebouwd tot het landelijk gemiddelde. De stappen voor de verevening zijn opgenomen in de
concept AMvB die in maart voorlag voor de internetconsultatie. Voorgestelde stappen voor
afbouw/oploop: 100 %, 90 %, 75 %, 60 % en 30 %.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
27
9.4.2. Schooljaar 2014-2015: overgangsjaar
Per 1 augustus 2014 wordt de zorgplicht ingevoerd en wordt het SWV verantwoordelijk voor onder
meer de toewijzing van extra ondersteuning aan leerlingen en de beoordeling van de toelaatbaarheid
tot het speciaal (basis)onderwijs.
Budget voor lichte ondersteuning: elk SWV krijgt een budget voor lichte ondersteuning. Dat zijn de
middelen die tot nu toe onder de noemer weer samen naar school (wsns) werden verstrekt.
Het SWV ontvangt het reguliere deel van de leerlinggebonden financiering (lgf), op basis van het
aantal leerlingen met lgf binnen het SWV op 1 oktober 2013. De middelen voor de ambulante
begeleiding worden dan nog toegekend aan de scholen voor speciaal onderwijs. Het SWV maakt
afspraken met het speciaal onderwijs over de inzet van expertise/ ambulante begeleiding, eveneens
op basis van het aantal leerlingen op 1 oktober 2013.
Binnen het SWV zijn afspraken gemaakt hoe met de LGF-middelen omgegaan wordt : de
schoolbesturen ontvangen in 2014-2015 de middelen die gekoppeld zijn aan het aantal LGF-leerlingen
per 01-10-2013.
In het schooljaar 2015-2016 worden de resterende LGF-middelen toegevoegd aan het bedrag per
leerling. In de meerjarenraming is dit nog niet verwerkt en willen we definitieve toewijzing van
middelen koppelen aan de feitelijke situatie.
Tot slot ontvangt het SWV de middelen die samenhangen met het afschaffen van de rec ’s en het
groeibudget. Vanaf 2014-2015 is de bekostiging van het vso gebaseerd op 01-10 van het voorgaande
schooljaar en is er geen sprake meer van landelijke groeiregelingen. Op basis van de wetgeving
passend onderwijs dienen de SWVen zelf zorg te dragen voor een adequate overdracht van middelen
indien er sprake is van groei na de teldatum.
9.5 Meerjarenraming
Het SWV heeft uitgesproken te streven naar deelname aan SBO en SO analoog aan de landelijke
verwijzingspercentages:
SBO: 2,7%
SO:
1.7%
In de berekeningen is uitgegaan van een daling in 5 jaar naar het landelijk gemiddelde. Hierin is de
autonome krimp ook verwerkt.
Het SWV is zich zeer bewust van het feit dat dit een erg grote uitdaging is, temeer daar de
basisscholen slechts voor ongeveer 30% verantwoordelijk zijn voor de leerlingen die in het SO zitten
en voor ongeveer 70% voor de leerlingen die in het SBO zitten. De andere leerlingen stromen
rechtstreeks in.
Dit betekent dat de raming nauwgezet wordt gevolgd en dat er evt. bijgesteld wordt op basis van de
actuele praktijk.
De inzet van ondersteuningsteams (incl. inzet van expertise uit SBO, SO, AB en jeugdhulp) is gericht
op het realiseren van krachtige basisondersteuning in de basisscholen. Insteek is en blijft: waar
mogelijk gaan leerlingen thuisnabij naar een reguliere school (zie voor meer info de bijlage “Van
indiceren naar arrangeren”).
9.5 Voorlopige begroting 2014-2015
Er is nog een enkele onzekerheid over de kengetallen. De vraag of alle leerlingen terecht bekostigd
moeten worden door het SWV 31-02 is hierbij de centrale vraag.
Een enkele toelichting:
1. De eerste regels laten de gebruikte kengetallen zien. Hierin is de autonome krimp verwerkt en
is op basis van de kengetallen SBO en SO de bekostiging van SBO en SO gestoeld op het
behalen van de vereveningsdoelstelling
2. De inkomsten in 2014-2015 betreffen met name de lichte ondersteuning, LGF en een
éénmalige bijdrage. Het SO ontvangt de ondersteuningsmiddelen in 2014-2015 nog
rechtstreeks.
3. De uitgaven laten enerzijds verplichte afdracht zien aan SBO en de LGF-middelen conform de
gemaakte afspraak in deze. De aanname is dat er geen grensverkeer is: evenwicht inkomende
en uitgaande leerlingen.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
28
4. De AWBZ-middelen die nu aangewend worden, zijn opgenomen in de uitgaven (gemiddeld
€ 4,00 per leerling).
5. De uitgaven onder bestuur en beheer, BTO en overige kosten spreken waarschijnlijk voor
zich.
6. De overdracht per leerling groeit per jaar. Of dit ook werkelijkheid kan worden is afhankelijk
van de feitelijke situatie.
7. De inrichting van de ondersteuningsteams wordt gestart met 6 fte.
Dit is een voortzetting van vormen van ondersteuningsteams op dit moment in de regio EchtSusteren (2,5) en Leudal en Thornerkwartier (2,5 fte).
Ten behoeve van de start van ondersteuningsteams in Swalm & Roer wordt hiervan per
genoemde regio 0,5 fte ingezet in de regio van Swalm & Roer en wordt aan de regio Swalm &
Roer nog 1 fte toegevoegd.
In totaal in 2014-2015 dus 6 fte (2 fte regio Echt-Susteren, 2 fte Leudal en Thornerkwartier, 2
fte Swalm & Roer) met een groei naar 9 fte in 2015-2016.
8. Zoals eerder aangegeven: de praktijk gaat haalbaarheidsgrenzen stellen. Dat geldt ook voor
het voornemen om vanaf 2015-2016 expertise PO, SBO, SO en AB te verbinden met de
ondersteuningsteams.
9. Tot slot wordt gestreefd naar een reservering van 5%, met een maximum van € 150.000,00
(conform advies Commissie Don).
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
29
10. Diverse bijlagen
Bijlage 10.1 Overzicht deelnemende schoolbesturen en scholen
In het SWV PO 31-02 Midden Limburg participeren de volgende besturen:
Schoolbesturen verplichte deelname
1
Bestuurs. No: 23961
3
Stichting Primair Onderwijs Leudal Thornerkwartier gevestigd
gemeenten Leudal
Stichting Protestants Christelijk Onderwijs Maasbracht, gevestigd te
Maasbracht
Stichting Herman Broeren, gevestigd te Roermond
4
Aloysiusstichting Onderwijs Jeugdzorg, gevestigd te Voorhout
Bestuurs. No: 41008
5
Stichting Pallas, gevestigd te Uden
Bestuurs. No: 41246
6
Innovo, Stichting voor Katholiek Onderwijs, gevestigd te Heerlen
Bestuurs. No: 41506
7
Bestuurs. No: 41692
8
Stichting Swalm &Roer voor Onderwijs en Opvoeding, gevestigd te
Roermond
Stichting Katholiek Onderwijs Echt-Maasbracht, gevestigd te Echt.
9
Stichting Katholiek Onderwijs Maasdal, gevestigd te Maasgouw.
Bestuurs. No: 42577
10
Stichting Speciaal Onderwijs Noord- en Midden Limburg, gevestigd te
Venlo.
Stichting Kindante, leren leren, leren leven, gevestigd te Sittard –
Geleen.
Bestuurs. No: 44813
2
11
Bestuurs. No: 25170
Bestuurs. No: 26132
Bestuurs. No: 41797
Bestuurs. No: 83280
Vrijwillig aangesloten schoolbesturen
12
Stichting Adelante Onderwijs, gevestigd te Heerlen
Bestuurs. No: 74803
13
Stichting Tytylschool de Maasgouw Maastricht, gevestigd te
Maastricht.
Bestuurs. No: 27445
14
Stichting de Wijnberg, gevestigd te Venlo.
Bestuurs. No: 85581
In het SWV participeren 73 scholen
BRIN
00AR00
00KX00
00TN00
00UT00
01GE00
01RB00
03HF00
03HL00
03ID00
Sty
bao
so
sbao
so
sbao
so
bao
bao
bao
Naam
BS "De Maasparel"
Herman Broerenschool
SSBO Op de Tump
BLO School Lataste
SSBO De Horst
ZMLK De Maaskei
Bs De Draaiende Wieken
BS De Zjwiek
Chr Basisschool De Vlinder
Adres
Kerkstraat 5
Keulsebaan 508
Panheelderweg 29
Bergerweg 37
Kerkveldsweg Oost 7
Wessemerweg 3
Streekelsweg 6
Pastoor Hanraetsstraat 9
Echterstraat 5
Postcode
6109AM
6045GL
6097AH
6085AT
6101NM
6097NA
6061EL
6088EH
6051EW
Gemeentenaam
Maasgouw
Roermond
Maasgouw
Leudal
Echt-Susteren
Maasgouw
Roerdalen
Leudal
Maasgouw
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
1-10-2011
151
68
124
137
128
37
332
365
63
30
BRIN
03JQ00
03LD00
Sty
bao
bao
Naam
Basisschool Harlekijn
Basisschool Neel
03LE00
03OM00
03PD00
03PV00
03QK00
03QZ00
03RP00
03RS00
03SR00
03XN00
03XT00
03YI00
03YQ00
04BT00
04FE00
04ZI00
05BT00
05CC00
05CT00
05DF00
05YC00
06CQ00
06JO00
06JZ00
06KT00
06LO00
06VS00
07BO00
07BV00
07CF00
07EG00
07RO00
07SE00
08JJ00
08KQ00
08MB00
08MD00
08MH00
08OS00
08QS00
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
bao
Basissch De Steenen Brug
RK Bs De Berensprong
Basisschool De Octopus
Basisschool 't Kempke
Basisschool St Liduina
Basisschool De Sleye
Basisschool Antonius
Basisschool de Violier
Sint Alfonsusschool
Basisschool De Kwir
Basissch de Wegwijzer
Basisschool St Martinus
Basisschool St Isidorus
Christophorus
BS De Verrekijker
Basissch Keuningshofke
St. Hubertusschool
Basisschool St Lambertus
De Achtbaan
De Zonnewijzer
Basisschool De Brink
Basisschool De Driepas
Basisschool St Theresia
Bs t Mozaiek
Basisschool St Medardus
Basissch Maria Goretti
Basisschool Jan Peters
Willem De Zwijgerschool
Basisschool De Bolleberg
Basisschool De Schakel
De leerlingst
OBS De Stapsteen
Basisschool De Hovenier
Basissch De Heihorst
Basisschool Leeve
Rk Basisschool St Jozef
Basisschool Lambertus
Basisschool De Bloesem
Basissch De Mussenberg
Basisschool Burg Willeme
09LJ00
09OF00
09WD00
10GL00
14ZP00
15IY00
bao
bao
bao
bao
bao
bao
Basissch Ankertje Kompas
Angelaschool
Basisschool Triangel
Bs Vincent van Gogh
Basisschool de Klink
Montessori BS Roermond
17IP00
17JP00
17KB00
so
bao
bao
S.O. De Spoorzoeker
Basissch op De Slek
Basissch De Neerakker
Adres
Dorpstraat 51
Dominicushof 5
Bisschop Lindanussingel
41
Bronneberg 31
Abdissenstraat 1
Pastoor Ceyssensstraat 5
Prins Bernhardstraat 5
Sportparklaan 58
Berikstraat 13
Julianastraat 33
Herkenbosscherweg 22
Kloosterpad 14
Marculphusstraat 2
Schoolstraat 1
Pinxtenstraat 4
Schouwberg 27
Scheijvenstraat 12
Karel V Straat 45
Louis Beelstraat 12
Op den Heuvel 25
John F. Kennedysingel 27
Hendriklaan 86
Smedenerf 2
Mispelstraat 1
Kerkweg 7
Surinamestraat 2
Het Schoor 1A
Kantstraat 1
Eyckholtstraat 7
Minister Beversstraat 7
Annendaalderweg 14
Begoniastraat 11
Ringoven 5
Putkamp 2
Sportlaan 7
Pater van Donstraat 2A
Jan Amentstraat 24
Oude Trambaan 19
Meestersweg 5
Ambachtsingel 40
Voogdenstraat 2
Schoolstraat 9
Kasteel
Wassenbergstraat 2-4
Harlindestraat 10
Linnerhof 36
Donderbergweg 43
Schoolstraat 1
Achilleslaan 4
Dominee
Hoogendijkstraat 2
Rutsekovenstraat 8
In de Neerakker 2
Postcode Gemeentenaam
6095AG Leudal
6042NG Roermond
1-10-2011
217
332
6041LV
6075CW
6071VP
6077AS
6037RW
6097CW
6082AM
6101HH
6045AR
6086AK
6013RJ
6063BW
6012RJ
6041AG
6011RL
6104BR
6049HS
6015BK
6074AG
6043BT
6043SG
6101MJ
6071AL
6045VA
6019EC
6111AH
6116BR
6042BL
6105AT
6014BH
6081GR
6049AK
6065AJ
6089NP
6041BE
6017BK
6071BN
6043RV
6085CH
6118AT
Roermond
Roerdalen
Roermond
Roerdalen
Leudal
Maasgouw
Leudal
Echt-Susteren
Roermond
Leudal
Leudal
Roerdalen
Leudal
Roermond
Leudal
Echt-Susteren
Roermond
Leudal
Roerdalen
Roermond
Roermond
Echt-Susteren
Roermond
Roermond
Maasgouw
Echt-Susteren
Echt-Susteren
Roermond
Echt-Susteren
Leudal
Leudal
Roermond
Roerdalen
Leudal
Roermond
Maasgouw
Roermond
Roermond
Leudal
Echt-Susteren
175
336
289
244
108
316
72
195
216
320
88
137
23
87
158
138
412
79
293
276
309
243
93
132
164
104
80
135
101
139
381
360
279
78
197
153
263
109
281
273
6043XM
6101DS
6067EJ
6044SX
6096AS
6042JV
Roermond
Echt-Susteren
Maasgouw
Roermond
Leudal
Roermond
220
222
270
242
134
250
6043AS
6102VM
6093JE
Roermond
Echt-Susteren
Leudal
56
94
526
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
31
BRIN
17KH00
17KU00
Sty
bao
bao
Naam
Basisschool St Cornelius
Basissch Patricius
17LH00
17WZ00
17XX00
18CZ00
23AD00
23CJ00
23CN00
23HG00
23HG02
25DE00
bao
bao
bao
so
bao
bao
bao
sbao
sbao
bao
Basisschool In 't Park
Basisschool 't Breerke
Basissch De Tweesprong
Sch V ZMOK De Widdonck
OBS Basissch Het Palet
OBS De Springdonk
OBS aan de Roer
SSBO De Balans
SSBO De Balans
Basisschool St Martinus
Adres
Vleutstraat 12
Hubertusstraat 1
Reinoud van Gelderstraat
63
Ankerstraat 1
Europlein 10
Meijelseweg 2B
Suikerdoossingel 17
Schoutlaan 2
Hammerveldlaan 2
Kasteel Hillenraedtstr 36
Lief-Vrouweveld 1
Leukenstraat 4
Postcode Gemeentenaam
6114KN Echt-Susteren
6102AS Echt-Susteren
6114EA
6051GG
6051HM
6089ND
6051HN
6114MC
6041VV
6043HK
6045AM
6099AR
1-10-2011
51
237
Echt-Susteren
Maasgouw
Maasgouw
Leudal
Maasgouw
Echt-Susteren
Roermond
Roermond
Roermond
Maasgouw
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
319
168
262
147
74
314
347
130
127
111
32
Bijlage 10.2 Leerlingaantallen SWV
Naam SWV
1. leerlingen
PO_Roermond e.o.
bao
13.137
jonger dan 8 jaar
8 jaar en ouder
so cat 1
87
279
CLUSTER
4
naar
onderwijsoort
sbao
509
so cat 2
4
13
LG
284
bao
13.053
totaal (s)bao
13.646
MG
17
so cat 3
3
15
LZ
18
ZMLK
8
so totaal
94
307
401
so
totaal
74
woonachtig in gebied swv
sbao
494
401
totaal
13.547
3. deelname %
PO3102
Landelijk
sbao
3,73%
2,68%
so cat 1
2,68%
1,35%
so cat 2
0,12%
0,09%
so cat 3
0,13%
0,21%
so totaal
2,94%
1,65%
rugzakken
0,84%
1,00%
4. cluster 1 en 2 leerlingen
schoolgaand in het
(s)bao in het SWV
cluster 1
5
woonachtig in SWV en
schoolgaand in het so
cluster
cluster 2
1
cluster 2
26
5
49
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
33
Bijlage 10.3 Verklarende woordenlijst
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
34
Bijlage 10.4 Schoolondersteuningsprofielen Bao en SBO
In de onderstaande tabel zijn de resultaten van de nul meting op het niveau van de ijkpunten weergegeven.
IJkpunt 0
IJkpunt 1
IJkpunt 2
IJkpunt 3
IJkpunt 4
IJkpunt 5
IJkpunt 6
IJkpunt 7
IJkpunt 8
IJkpunt 9
IJkpunt 10
IJkpunt 11
IJkpunt 12
IJkpunt 13
Rood = Het ijkpunt voldoet nog niet aan de inspectie-indicatoren
Geel = Het ijkpunt voldoet aan de inspectie-indicatoren, maar nog niet aan alle indicatoren van de PO raad en/of het SWV
Groen = het ijkpunt voldoet aan alle indicatoren.
Bs. Triangel
11
1
10
11
11
10
11
10
11
10
10
11
11
11
Bs. Keuningshöfke
10
1
10
1
10
10
11
0
10
10
10
11
11
10
Bs. De Draaiende Wieken
0
11
10
11
11
10
11
10
10
11
10
10
11
10
Bs.De Maasparel
0
10
10
11
0
10
11
10
10
0
10
10
10
10
Bs. Maria Goretti
11
10
10
10
0
10
0
0
10
10
10
10
10
10
Breerke
11
10
10
10
10
10
10
0
10
10
10
10
10
10
Bs. Patricius
11
1
10
1
10
10
11
10
10
10
10
10
10
10
Bs. Op de Slek
11
10
10
0
10
10
10
10
10
10
10
10
10
10
R.K. Bs. De Violier
11
10
10
10
10
10
11
0
10
10
10
10
10
10
Bs. De Tweesprong
1
10
10
0
0
0
11
0
10
0
10
10
10
10
Innovo
SKOEM
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
35
IJkpunt 0
IJkpunt 1
IJkpunt 2
IJkpunt 3
IJkpunt 4
IJkpunt 5
IJkpunt 6
IJkpunt 7
IJkpunt 8
IJkpunt 9
IJkpunt 10
IJkpunt 11
IJkpunt 12
IJkpunt 13
Bs. St. Martinus
10
10
10
11
11
11
11
10
0
10
10
10
10
10
Bs. De Sleye
11
10
11
11
11
11
11
10
10
10
10
10
10
10
Bs. St. Medardus
11
10
10
11
10
10
11
10
10
10
10
11
10
11
Bs. St. Jozef
11
10
10
11
10
10
11
10
10
10
10
11
10
11
Bs. Jan Peters
11
10
10
0
11
10
0
10
0
0
10
10
10
11
Bs. Angela
10
11
10
0
1
0
1
0
11
10
10
11
11
11
Obs. Het Palet
0
0
10
0
11
10
10
10
0
10
10
10
10
10
Bs. Burgemeester Willeme
11
10
10
0
11
10
1
0
0
10
10
10
11
11
Obs. De Springdonk
10
1
10
1
10
10
11
10
0
0
10
10
10
10
Bs. In `t Park
11
11
11
11
11
10
11
10
10
10
10
10
11
11
SBO De Horst
10
10
10
0
10
11
1
10
10
10
10
10
10
11
Bs. De Bolleberg
11
1
10
1
1
10
1
1
10
11
10
11
11
11
Obs. De Driepas
11
1
10
11
11
10
11
10
10
10
10
11
11
10
1
10
10
11
11
10
11
10
10
10
10
10
10
11
SKOM
Kindante
Stichting Pallas
Vrije school Christophorus
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
36
IJkpunt 0
IJkpunt 1
IJkpunt 2
IJkpunt 3
IJkpunt 4
IJkpunt 5
IJkpunt 6
IJkpunt 7
IJkpunt 8
IJkpunt 9
IJkpunt 10
IJkpunt 11
IJkpunt 12
IJkpunt 13
Basisschool De Neerakker
1
11
10
10
11
11
11
10
10
10
10
10
10
10
BS St. Lambertus
11
10
10
10
11
10
11
10
11
10
10
10
10
10
Bs. Antonius
10
11
10
11
11
11
11
10
10
10
10
10
11
10
Bs. De Heihorst
11
11
10
11
11
11
11
10
10
10
10
10
10
10
Bs. De Klink
1
10
10
10
11
10
11
10
0
0
10
10
10
10
Bs. de Kwir
11
11
10
1
11
11
11
10
10
10
10
10
11
10
Bs. De Leerlingst
10
1
10
10
0
0
1
0
10
0
10
10
10
0
Bs. De Mussenberg
0
10
10
11
0
10
11
0
0
0
10
10
10
0
Bs. De Schakel
11
10
10
10
11
10
11
10
11
10
10
10
10
11
Bs. De Verrekijker
11
11
10
10
10
10
11
10
10
10
10
10
10
10
Bs. De Wegwijzer
10
11
10
11
11
10
11
10
10
1
10
10
10
10
Bs. De Zjwiek
0
10
10
10
11
10
11
0
10
10
10
11
10
10
Bs. Harlekijn
1
1
10
0
1
10
11
0
0
0
10
10
11
1
Bs. St. Liduina
1
11
10
11
11
10
11
10
11
0
10
11
10
0
SBO Op de tump
10
11
10
10
10
11
11
10
10
10
10
10
11
10
SPOLT
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
37
IJkpunt 0
IJkpunt 1
IJkpunt 2
IJkpunt 3
IJkpunt 4
IJkpunt 5
IJkpunt 6
IJkpunt 7
IJkpunt 8
IJkpunt 9
IJkpunt 10
IJkpunt 11
IJkpunt 12
IJkpunt 13
Christelijke Basisschool de
Vlinder
10
10
10
10
0
10
10
0
10
10
10
10
10
10
OBS Aan de Roer
10
10
10
10
11
10
11
10
0
10
10
10
10
10
Obs. De Brink
11
10
10
0
1
10
0
10
10
10
10
10
10
11
Brede School de Achtbaan
10
10
10
10
10
10
11
10
0
10
10
10
10
11
Bs. `t Kempke
10
10
10
10
10
10
11
10
0
0
10
10
10
10
Bs. De Zonnewijzer
11
10
10
10
11
10
11
10
10
10
10
10
10
11
Bs. Neel
11
10
10
10
10
10
11
0
0
10
10
10
10
10
Bs. St. Martinus
1
0
10
10
10
10
1
0
0
0
10
10
10
11
Hubertusschool
0
0
10
1
1
10
0
10
0
0
10
10
10
11
Prot. Chris. Willem De
Zwijgerschool
10
10
10
11
11
10
11
10
0
10
10
11
11
11
OBS De Stapsteen
1
0
10
1
1
10
1
10
0
11
10
11
11
11
Bs.Ankertje Kompas / De
Bloesem
11
10
10
10
0
10
11
0
0
10
10
10
10
10
Bs. Leeve
11
10
10
11
10
10
11
10
0
10
10
11
10
11
SBO De Balans
11
11
10
1
11
1
1
0
0
10
10
10
11
11
Stichting
PCOM
Swalm en
Roer
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
38
IJkpunt 0
IJkpunt 1
IJkpunt 2
IJkpunt 3
IJkpunt 4
IJkpunt 5
IJkpunt 6
IJkpunt 7
IJkpunt 8
IJkpunt 9
IJkpunt 10
IJkpunt 11
IJkpunt 12
IJkpunt 13
Bs. De Octopus
1
0
10
10
11
10
11
0
10
11
10
10
10
11
Bs. De Berensprong
1
10
10
0
0
0
0
10
0
0
10
10
10
10
Basisschool St. Theresia
11
0
10
11
11
10
11
0
10
10
10
11
11
10
Bs. St. Alfonsus
11
10
11
11
11
10
11
11
0
10
10
11
10
11
Bs. De Steenen Brug
0
0
10
0
0
10
0
0
0
0
10
10
10
11
Montessori Basisschool
Roermond
11
11
10
11
10
10
10
10
10
10
10
11
10
11
BS De Hovenier
0
0
10
0
10
10
0
10
0
0
10
10
10
11
Bs. Vincent van Gogh
11
0
10
0
0
10
11
0
0
10
10
10
10
11
Bs. `t Mozaïek
1
11
10
0
11
11
1
10
10
10
10
10
10
10
Bs. Lambertus
0
0
10
10
11
10
1
0
0
10
10
10
11
11
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
39
Bijlage 10.5 IJkpunten brede basisondersteuning
Domein Opbrengsten:
IJkpunt
0
De school draagt door haar opbrengsten voldoende bij
aan het realiseren van meer inclusief onderwijs in de
wijk/kern conform ambitie swv.
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
De school hanteert een systeem om schaalvaardigheidsgroei bij alle
leerlingen conform hun mogelijkheden op technisch lezen, begrijpend
lezen, spelling, rekenen en seo conform CITO te volgen
Schaalvaardigheidsgroei van de leerlingen over langere termijn is zichtbaar
(over 1,5 jaar en drie meetmomenten)
Schaalvaardigheidsgroei is conform verwachte schaalvaardigheidsgroei op
CITO
Verwijzingspercentages SBO meerjarig gemiddeld <2 % ( dit is jaarlijks
ongeveer 0,5% SBO
Verwijzingspercentage SO< 1% (dit is jaarlijks ongeveer 0,25% SO
verwijzing).
De school rapporteert hier jaarlijks over deze opbrengsten conform
afspraak binnen swv
…
De school realiseert over de afgelopen drie jaar eindopbrengsten, die
verwacht mogen worden (1.1, 1.1.1 en 1.1.2)
De school realiseert tussentijdse opbrengsten die verwacht mogen worden
(1.2)
Leerlingen met een OPP ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden (1.4)
De sociale competenties liggen op een niveau dat verwacht mag worden
(1.5)
Toelichting:
De nummers bij de basiskwaliteit verwijzen naar de nummers van de indicatoren uit het
waarderingskader van de onderwijsinspectie.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
40
Domein Beleid:
IJkpunt
1
De school voert een helder beleid op het terrein
van leerlingenondersteuning
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
De school hanteert aantoonbaar een digitaal toegankelijk
kwaliteitshandboek (actueel zorgdocument) dat in ieder geval bevat
protocollen en afspraken die op swv niveau gemaakt zijn en worden.
De school heeft een in het licht van passend onderwijs adequate
visie op leerlingenondersteuning.
Deze visie wordt gedragen door het hele team.
De school heeft vlg het cascademodel voor de niveaus 1 t/m 4
geconcretiseerd hoe men opschaalt in de (extra) ondersteuning aan
de hand van gesignaleerde (extra) onderwijsbehoeften; de
procedures en afspraken zijn duidelijk.
De procedures en afspraken over plaatsing zijn duidelijk en conform
afspraken in het swv zoals schriftelijk aanmelding, plaatsings - en
toeleidingbeleid, beroepsmogelijkheden.
De inzet van ondersteuningsmiddelen is duidelijk.
De school heeft vastgelegd wat van leerkrachten precies verwacht
wordt ten behoeve van afgestemde leerlingondersteuning
De school weet wat onderwijsbehoeften van haar leerlingen zijn en
kent de ontwikkeling daarin (9.1)
De school heeft een daarop beredeneerd en afgestemd aanbod dat
voorbereid op het vervolgonderwijs en de samenleving (2.1, 2.4, 2.5
en 2.6)
IJkpunt
2
De school heeft haar schoolondersteuningsprofiel
vastgesteld
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Het schoolondersteuningsprofiel is beschreven vlg de afgesproken
inhoudsopgave, waarbij de school zich de maat genomen heeft op
de ijkpunten van de brede basisondersteuning.
Het schoolondersteuningsprofiel is na overleg met het team
vastgelegd
De MR adviseert positief over het schoolondersteuningsprofiel.
De beschrijving van het schoolondersteuningsprofiel is actueel.
Het schoolondersteuningsprofiel biedt aanknopingspunten voor het
ontwikkel- en professionaliseringsbeleid
Het schoolondersteuningsprofiel is onderdeel van de schoolgids.
Het schoolondersteuningsprofiel is onderdeel van het schoolplan
Basiskwaliteit
(inspectie)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
41
IJkpunt
3
De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de
leerlingenondersteuning en past het beleid zo
nodig aan.
Indicatoren
Swv specifieke
De school (BAO en SBO en SO) rapporteert jaarlijks over de
effectiviteit conform nog te maken monitor afspraken.
eisen
Referentiekader
De school evalueert jaarlijks de leerlingenondersteuning.
De school bepaalt jaarlijks de effectiviteit van de ingezette
ondersteuningsmiddelen.
Basiskwaliteit
De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen (9.2).
De school evalueert jaarlijks het onderwijsleerproces (9.3).
De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten (9.4).
De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces (9.5)
De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de
gerealiseerde onderwijskwaliteit (9.6).
(inspectie)
Domein Onderwijs
IJkpunt
4
Leerlingen ontwikkelen zich in een veilige
omgeving
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
De school werkt in haar veiligheidsbeleid samen met ketenpartners
eventueel in de vorm van een veiligheidsconvenant.
De school rapporteert conform afspraken
Referentiekader
De school hanteert regels voor veiligheid en omgangsvormen.
Het personeel gaat vertrouwelijk om met informatie over leerlingen.
Basiskwaliteit
De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school (4.2).
De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en in
de incidenten die zich voordoen (4.4).
De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen en
afhandelen van incidenten (4.5/4.6).
Het personeel zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle
manier met elkaar en anderen omgaan (4.7).
(inspectie)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
42
IJkpunt
5
De school heeft continu zicht op de ontwikkeling
van leerlingen
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
De school heeft een uitstroomperspectief voor alle leerlingen uiterlijk
op het eind van groep 6 geformuleerd
De school heeft normen vastgesteld voor de resultaten die zij met
de leerlingen nastreeft.
De normen bevatten in elk geval de referentieniveaus taal en
rekenen.
Ten minste 2 maal per jaar worden de resultaten van de leerlingen
geanalyseerd op school-, groeps- en individueel niveau.
De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde
instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de
ontwikkeling van leerlingen (7.1).
Het personeel volgt en analyseert systematisch de voortgang in de
ontwikkeling van de leerlingen (7.2).
De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben
(8.1).
IJkpunt
6
De school werkt opbrengst- en handelingsgericht
aan het realiseren van de extra ondersteuning
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
Leidraad van werken wordt gevormd door HGW-HGPD en de niveaus
van zorg (cascademodel).
De school past op grond van verzamelde toetsgegevens twee maal
per jaar de groepsplannen aan.
De school past op grond van verzamelde toetsgegevens ten minste
twee maal per jaar de plannen voor individuele leerlingen aan.
Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de
school de aard van de noodzakelijke extra ondersteuning (8.2).
Daarbij wordt ook met de jeugdzorg afgestemd.
De school voert de extra ondersteuning planmatig uit (8.3).
De school evalueert regelmatig de effecten van extra ondersteuning
(8.4).
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
43
IJkpunt
7
Het personeel werkt met effectieve methoden en
aanpakken
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Aansluitend bij onderwijsbehoeften en mogelijkheden van leerlingen
realiseert de school op drie niveaus aanbod, instructie en
verwerking; dit blijkt uit de gehanteerde groepsplannen bij lezen,
spelling, begrijpend lezen, rekenen
Groepsplan sociaal pedagogische aanpak
De school heeft een beredeneerd en effectief ondersteuningsaanbod
voor leerlingen met extra onderwijsbehoeften te gevolge van:
-
Sociaal economische en sociaal culturele factoren
Leerlingen met lagere intellectuele vermogens
Leerlingen met hoge intellectuele vermogens
Leerlingen met gedragsproblemen
Leerlingen met dyslexie, dyscalculie, etc.
Leerlingen met fysieke beperkingen
De school heeft een beschrijving van de huidige stand van zaken
m.b.t. bovengenoemde ondersteuningsclusters opgenomen in het
schoolondersteuningsprofiel
Basiskwaliteit
(inspectie)
De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij
de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand (2.4).
(niet van toepassing bij SBO en SO)
Het personeel stemt de aangeboden leerinhouden af op verschillen
in ontwikkeling tussen de leerlingen (6.1).
Het personeel stemt de instructie af op verschillen in ontwikkeling
tussen de leerlingen (6.2).
Het personeel stemt de verwerking af op verschillen in ontwikkeling
tussen de leerlingen (6.3).
Het personeel stemt de onderwijstijd af op verschillen in
ontwikkeling tussen de leerlingen (6.4).
Leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd (3.1)
Leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof (5.1)
Leraren realiseren een taakgerichte werksfeer (5.2)
De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten (5.3)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
44
IJkpunt
8
Het personeel werkt resultaatgericht aan
vergroting van handelingsbekwaamheid en
competenties. (professionalisering)
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
De school werkt naast een IB-er met aandachtsfunctionarissen die
gespecialiseerde kennis inzetten op de volgende onderdelen
- meer – en hoogbegaafdheid
- omgaan met gedrag
- taal en
- rekenen
De school rapporteert over behaalde resultaten
Het personeel beschikt over didactische competenties voor de
begeleiding van leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
Het personeel beschikt over organisatorische competenties voor de
begeleiding van leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
Het personeel beschikt over pedagogische competenties voor de
begeleiding van leerlingen met extra onderwijsbehoeften.
Het personeel staat open voor reflectie en voor ondersteuning bij
hun handelen.
Het personeel werkt continu aan hun handelingsgerichte
vaardigheden.
Het personeel krijgt de mogelijkheid in teamverband te leren en te
werken.
Het personeel wordt gestimuleerd en gefaciliteerd voor deelname
aan lerende netwerken over de leerlingenondersteuning.
Basiskwaliteit
De school heeft de aanwezige kwaliteit in beeld (actueel
beroepsbekwaamheidsdossier)*
(inspectie)
De leerkrachten voldoen aan de eisen van bevoegdheid en
bekwaamheid*,
Het personeelsbeleid is gericht op de duurzame borging van de
kwaliteit van het onderwijspersoneel*.
*Deze criteria worden sinds kort gehanteerd maar hebben nog geen nummer.
Referentiekader
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
45
Basiszorg / begeleiding
IJkpunt
9
Voor alle leerlingen is een ambitieus
ontwikkelingsperspectief (OPP) vastgesteld.
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
Naast het verplichte OPP werkt de school met een beredeneerd
uitstroomperspectief voor alle leerlingen vanaf groep 6
De school rapporteert aan het swv of de lln met een verplicht OPP
zich naar vermogen ontwikkelen.
Het OPP bevat de verwachte onderbouwde uitstroombestemming
van de leerling naar het VO
De onderbouwing bevat ten minste een weergave van de
belemmerende en bevorderende factoren die van invloed zijn op het
onderwijs aan de leerling.
Het OPP bevat in elk geval tussen- en einddoelen.
Het OPP bevat in elk geval een leerlijn die gekoppeld is aan de
referentieniveaus taal (technisch, begrijpend lezen en spelling) en
rekenen.
Het OPP bevat de inzet van middelen en extra menskracht.
Het OPP is handelingsgericht opgesteld.
Het OPP bevat minimaal 3 evaluatiemomenten per jaar met de
ouders.
Het OPP maakt deel uit van het leerlingdossier.
Het OPP heeft een integraal karakter (één-kind-één-plan).
Het OPP is leidend voor het personeel en eventuele externe
begeleiders.
De BAO school stelt een OPP (eigen leerlijn) op voor leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften die daarvoor in aanmerking komen
volgens criteria van de inspectie
De SBO en SO school stelt bij plaatsing voor iedere leerling die een
ontwikkelingsperspectief (OPP) vast (S7.3).
De leerling ontvangt onderwijs zoals beschreven in het
OPP. (8.3)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
46
IJkpunt
10
De school draagt leerlingen zorgvuldig over.
Indicatoren
Swv specifieke
Het schoolondersteuningsprofiel beschrijft de afspraken inzake
overdracht met de voorschoolse instellingen en het VO.
eisen
Referentiekader
De school hanteert tbv een meer afgestemde overgang PO-VO:
- digitale instrument tbv overdracht van leerlinggegevens (in
onze regio is LDOS het instrument dat alle scholen (gaan)
gebruiken).
- leerling-portfolio om eigenaarschap en zelfsturing bij leerlingen
en ouders te ontwikkelen
- andere nog te bepalen afstemmingsafspraken
VVE scholen* rapporteren conform afspraken in de gemeentelijke
monitor en voldoen aan de prestatie-afspraken in de LEA.
Bij leerlingen met extra onderwijsbehoeften vindt warme overdracht
plaats met de voorschoolse voorziening of de vorige school.
Het onderwijsondersteuningsarrangement van een leerling sluit aan
bij het onderwijszorgarrangement van de voorschoolse voorziening
of de vorige school van de leerling.
Het onderwijsondersteuningsarrangement van leerlingen wordt
binnen de school warm overgedragen bij de overgang naar een
volgende groep of een volgende leraar.
Het onderwijsondersteuningsarrangement van leerlingen wordt
warm overgedragen bij de overgang naar een andere school.
De school koppelt in het eerste jaar de ontwikkeling van leerlingen
met extra onderwijsbehoeften terug aan de voorschoolse
voorziening of de vorige school.
De school volgt de leerlingen die de school hebben verlaten ten
minste gedurende drie jaar (1.6) en
het schooladvies klopt na 3 jaar voor minimaal 75 % van de
jaargroep. (1.7)
Basiskwaliteit
(inspectie)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
47
IJkpunt
11
De school realiseert op overeenstemming gericht
overleg met de ouders als educatief partner.
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
De school realiseert en rapporteert over de gerealiseerde termijnen
inzake toewijzing en plaatsing; daarbij moeten de wettelijke
termijnen gehaald worden en zichtbaar worden de mate van
overeenstemming met de ouders.
De school voert met ouders een intakegesprek bij aanmelding.
De school informeert ouders tijdig en minimaal 2 maal per jaar over
de voortgang in de ontwikkeling hun kind(eren).
De school betrekt ouders bij het opstellen en evalueren van het
ondersteuningsarrangement minimaal 3 maal per jaar.
De school maakt samen met de leerling en de ouders afspraken over
de begeleiding en wie waarvoor verantwoordelijk is en legt deze vast
in het OPP.
Als een leerling de school verlaat, stelt de school samen met de
ouders en de leerling een (onderwijskundig) rapport op. Ouders
ontvangen een kopie.
De school ondersteunt ouders en leerlingen bij de overgang naar
een andere school.
De school heeft een helder beslismodel over opschaling van de
ondersteuning van leerlingen in overleg met de ouders
De school hanteert het vastgestelde aanname- en plaatsingsbeleid.
De school bevraagt ouders minimaal 4 jaarlijks over hun ervaringen,
wensen en verwachtingen bij de begeleiding van hun kind(eren)
mbv een genormeerd instrument.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
48
Domein Organisatie:
IJkpunt
12
De school heeft een effectieve
ondersteuningsstructuur
Indicatoren
Swv specifieke
eisen
Referentiekader
Alle scholen hebben een Ib-er op HBO master niveau
Iedere school maakt gebruik van een diagnose van
psychodiagnostisch geschoolde expertise bij beslissingen inzake
het aanbieden van extra ondersteuning in de vorm van een OPP of
deze nu op de eigen school uitgevoerd worden of binnen een SBO of
SO voorziening
Het swv zorgt voor aanwezigheid van in te huren expertise die
gebruikt mag worden voor intern uit te voeren OPP en gebruikt
moet worden bij toeleiding naar een SBO of SO.
De school heeft het werkproces inzake leerlingondersteuning
geconcretiseerd aan de hand van de niveaus van het cascademodel
Taken en verantwoordelijkheden van IB-ers , leraren en directie op
het terrein van de leerlingenondersteuning zijn duidelijk vastgelegd,
worden uitgevoerd en jaarlijks geëvalueerd.
Coaching en begeleiding van leraren inzake leerlingenondersteuning
is onderdeel van de taak van de interne begeleiding.
Leraren worden ondersteund bij het opstellen en uitvoeren van de
extra ondersteuningsarrangementen.
De leraren zorgen voor de inpassing van de extra arrangementen in
het groepsplan.
De interne begeleiding beschikt over minimaal 1 dag per 100
leerlingen.
De school kan snel voldoende interne en externe deskundigheid
inschakelen ten behoeve van het nakomen van de zorgplicht en het
realiseren van de leerlingenondersteuning.
De school heeft volgens het afgesproken format de mogelijke inzet
van externe deskundigen in kaart gebracht
De school grijpt bij ernstige problemen snel in.
Leraren weten waar zij terecht kunnen in de regio voor leerlingen
met extra onderwijsbehoeften.
De interne ondersteuning is afgestemd op de ondersteuningsstructuur van het swv.
Basiskwaliteit
(inspectie)
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
49
IJkpunt
13
De school heeft een effectieve samenwerking
met partners in de jeugdzorg
Indicatoren
Swv specifieke
De school heeft de samenwerkingsafspraken met de
jeugdzorgpartners vastgelegd conform het ondersteuningsplan van
het swv en voert deze uit.
De school rapporteert jaarlijks op afgesproken wijze op ervaringen
en resultaten
eisen
Referentiekader
Basiskwaliteit
(inspectie)
in het geval dat naast onderwijsondersteuning ook extra
ondersteuning vanuit de jeugdzorg nodig worden er steeds heldere
afspraken gemaakt over wie coördineert (casemanagement)
de interne begeleiding coördineert vanuit de school de
samenwerking met de externe jeugdzorgdeskundigen
De school zoekt structurele samenwerking met ketenpartners waar
noodzakelijke interventies op leerling-niveau haar eigen kerntaak
overschrijden (8.5).
Bijlage 10.6 Contactgegevens SWV
Algemene gegevens
Naam: SWV Passend Onderwijs PO 31-02 Midden Limburg
Bezoekadres:
Vlasstraat 1
6093 EE Heythuysen
T: 0475 550449
E: [email protected]
Postadres:
Postbus 3043
6093 ZG Heythuysen
Bijlage 10.7 Communicatieplan
De huidige communicatie in het SWV wordt als volgt gerealiseerd.
Deelnemende besturen worden betrokken en geïnformeerd over het SWV door middel van de algemene
ledenvergadering (ALV). Uitgangspunt hierbij is dat de individuele besturen primair verantwoordelijk zijn
voor de communicatie met hun achterban (scholen en ouders).
Daarnaast is de afspraak gemaakt dat de huidige SWV-en WSNS een belangrijke rol spelen in het
informeren van de scholen. Hiervoor worden de bestaande overlegorganen (directieberaad en IBnetwerken) gebruikt om scholen tussentijds te informeren over de voortgang en het beleid van het
SWV.
Op dit moment verzorgd het SWV ook een nieuwsbrief voor alle betrokkenen van het SWV. Deze wordt
om de twee maanden verspreid onder alle betrokken scholen en besturen en ketenpartners.
In het nog op te stellen actieplan zal het opstellen van een volledig communicatieplan een van de
aandachtpunten zijn.
Bijlage 10.8 Van Indiceren naar arrangeren
Deze notitie is als een aparte bijlage bijgevoegd.
Ondersteuningsplan SWV PO 3102 ML / Goedgekeurd ALV 11-02-2014 / voorgelegd GMR 13-02-2014
50