Osteoporose - St. Elisabeth Ziekenhuis

Osteoporose
Inhoudsopgave
Klik op het onderwerp om verder te lezen.
Inhoudsopgave
Wat is osteoporose?
Oorzaken van osteoporose
Risicogroepen
Heb ik osteoporose?
Betekenis hoogte T- score
Voorkomen
Behandeling van osteoporose
Bisfosfonaten
Bisfosfonaten in de vorm van tabletten
Bisfosfonaten in de vorm van een infuus
Denosumab injectie
Leefstijladviezen
Voeding
Calcium
Geadviseerde hoeveelheden calcium (in milligram per dag)
Vitamine D
Gebruiksadvies extra vitamine D
Beweging
Vallen
Meer informatie
Belangrijke telefoonnummers
1
1
1
2
2
2
2
3
3
3
3
3
3
3
4
4
4
4
4
5
5
5
Wat is osteoporose?
Osteoporose, oftewel botontkalking, is een aandoening waarbij de botten minder sterk en
broos worden. Mensen met osteoporose hebben een verhoogde kans op botbreuken, met
name van de heup, pols en de wervels.
Botbreuken kunnen gepaard gaan met pijn, invaliditeit en verlies van zelfstandigheid en
kwaliteit van leven. Osteoporose komt met name op oudere leeftijd voor, maar ook jonge
mensen kunnen osteoporose krijgen
Oorzaken van osteoporose
Het lichaam is onophoudelijk bezig met het afbreken en opbouwen van bot. Tot ongeveer
het vijfentwintigste levensjaar bouwt het daarbij meer op dan het afbreekt. Na ongeveer
het veertigste levensjaar is het omgekeerde het geval. Mannen verliezen vanaf dat
moment in totaal 20 tot 30% van hun botmassa, vrouwen soms tot aan 50%. Botten
worden daardoor kwetsbaarder.
Niet iedereen krijgt osteoporose op latere leeftijd. Een aantal factoren vergroot de kans
daarop aanzienlijk. U loopt een hoger risico om osteoporose te ontwikkelen als u:



eerder iets gebroken hebt, na het vijftigste levensjaar;
langdurig bepaalde medicijnen gebruikt, bijvoorbeeld corticosteroïden of middelen
tegen epilepsie;
ondergewicht hebt;
 terug naar de inhoudsopgave
1







erg weinig beweegt, bijvoorbeeld vanwege langdurige bedrust of rolstoel afhankelijk
bent;
een tekort aan vitamine D hebt;
minder dan 500 mg calcium per dag eet en/of drinkt;
rookt;
vroeg in de overgang komt (voor het vijfenveertigste jaar);
meer dan drie glazen alcohol per dag drinkt;
familieleden met een historie aan botbreuken hebt.

Een aantal ziekten vergroot de kans op osteoporose ook. Voorbeelden daarvan zijn
reumatoïde artritis, chronische darmziekten, anorexia en een te snel werkende
schildklier.
Risicogroepen
Naar schatting hebben ongeveer 850.000 mensen in Nederland osteoporose. Daarvan is
90% vrouw en 10% man. Vrouwen krijgen vaker osteoporose doordat hun botafbraak
sneller gaat dan die bij mannen. Vanaf de overgang maken vrouwen namelijk minder
oestrogeen aan, een hormoon dat onder meer beschermt tegen osteoporose. Daarnaast
spelen erfelijke factoren een rol.
Osteoporose is een ziekte die vooral voorkomt bij mensen boven de vijftig. Als jongeren
het krijgen, komt dit vaak door een (aangeboren) afwijking of het langdurig gebruik van
medicijnen die de botdichtheid verminderen.
Heb ik osteoporose?
Osteoporose komt vaak pas aan het licht na een botbreuk. Een lichte belasting is dan
soms al genoeg voor een botbreuk. Denk aan een pols die breekt tijdens het verzetten
van een stoel of een misstap tijdens een wandeling.
In Nederland geldt het advies om iedereen boven de leeftijd van vijftig jaar met een
botbreuk te screenen op osteoporose.
De enige manier om osteoporose aan te tonen, is door middel van een onderzoek naar
uw botdichtheid, een zogenaamde DEXA-meting. Hierbij wordt de botdichtheid van uw
heup en wervels gemeten. U voelt hier niets van. De botdichtheid wordt uitgedrukt in een
T-score.
Betekenis hoogte T- score
Op basis van de T-score bestaan er drie categorieën van botdichtheid:



een T-score tussen +1 en -1 betekent een normale botdichtheid;
een T-score tussen -1 en -2,5 betekent osteopenie;
een T-score van -2,5 of lager betekent osteoporose.
Hierbij geldt; hoe lager de botdichtheid, hoe hoger de kans op een botbreuk.
Voorkomen
Osteoporose is in sommige gevallen te voorkomen, afhankelijk van de oorzaak van de
ziekte. Voor gezonde mensen helpt het om consequent voeding met voldoende calcium
en vitamine D te nemen, voldoende te bewegen, niet te roken en weinig alcohol te
drinken. Voor mensen met een aangeboren aandoening die osteoporose veroorzaakt, is
het moeilijk het risico de ziekte te krijgen, kleiner te maken.
Voor patiënten die osteoporose hebben, bestaan, naast leefstijladviezen, goede
 terug naar de inhoudsopgave
2
medicijnen. Deze maken het mogelijk osteoporose – dus verdere botafbraak – te
vertragen of stoppen.
Behandeling van osteoporose
Bisfosfonaten
Bisfosfonaten zijn wereldwijd de meest voorgeschreven medicijnen tegen osteoporose.
Ze zijn goed en uitgebreid onderzocht. Deze medicijnen hechten zich aan het
botoppervlak en maken cellen die het bot afbreken minder actief. Cellen die het bot
opbouwen krijgen daardoor meer kans. Bisfosfonaten gaan hierdoor het botverlies tegen.
Uit onderzoeken is gebleken dat de kans op fracturen op alle plaatsen aanzienlijk
afneemt en het is aan te bevelen dat bisfosfonaten gedurende vijf jaar gebruikt worden.
Bisfosfonaten in de vorm van tabletten
Het bisfosfonaat wordt éénmaal per week op een nuchter maag ingenomen met een glas
water. Het is belangrijk dat u de medicijnen rechtop inneemt en dat u hierna minimaal
dertig minuten niet gaat liggen. Mogelijke bijwerkingen kunnen maag/darm bezwaren en
spierpijn zijn op de dag van inname, de laatste bijwerking zal geleidelijk verdwijnen.
Soms komt irritatie van de slokdarm voor. Dit is een reden om in overleg met uw arts te
kiezen voor andere medicatie.
Bisfosfonaten in de vorm van een infuus
Een infuus met een bisfosfonaat in combinatie met calcium/vitamine D3 tabletten kan op
twee manieren gegeven worden. In de vorm van zoledronaat (eenmaal per jaar) en in de
vorm van pamidronaat (APD) dat een keer per drie maanden gegeven wordt.
De behandeling met zoledronaat duurt gemiddeld 45 minuten per keer. Het inlopen van
een APD-infuus (pamidronaat) varieert van één tot vier uur.
Uw behandelend arts bespreekt met u de keuze van het infuus.
Als u een uitgebreide ingreep aan uw gebit moet ondergaan, bespreek dit dan voor
toediening met uw behandelend arts, zodat het infuus na de ingreep pas gepland wordt.
Uw tandarts kan bezwaren hebben tegen een toediening vooraf.
Mogelijke bijwerkingen treden meestal met name na de eerste toediening op. Spierpijn
en of hoofdpijn op de dag van het infuus en koorts en een algeheel onwelbevinden enkele
dagen erna, kunnen optreden. U kunt hiervoor paracetamol (4x daags 1000 mg). U kunt
hiermee al voor het infuus starten.
Denosumab injectie
Een ander medicijn is denosumab, een injectie welke één maal per half jaar in combinatie
met calcium/vitamine D3 tabletten gegeven wordt. Prolia® is de merknaam. Het wordt
eens per elke zes maanden onderhuids toegediend. Denosumab is een antistof die de
belangrijke stimulator van de botafbraak (RANKLigand) remt waardoor de vorming,
werking en overleving van cellen die bot afbreken wordt tegengegaan. Het geeft dus
remming van de botafbraak en doet de botdichtheid stijgen. De meest voorkomende
bijwerkingen van denosumab zijn huiduitslag,eczeem en winderigheid (minder dan 3%).
Een zeldzame bijwerking is cellulitis, een huidontsteking (minder dan 0,3%).
Leefstijladviezen
Voeding
Voeding speelt een belangrijke rol bij zowel het voorkómen als bestrijden van
osteoporose. Calcium en vitamine D staan hierbij centraal.
 terug naar de inhoudsopgave
3
Calcium
Calcium zorgt voor sterke botten. Als u hier te weinig van binnenkrijgt, dan haalt uw
lichaam calcium uit uw beenderen. U botdichtheid neemt dan sneller af. Voldoe daarom
aan de calciumbehoefte van uw lichaam. Dit doet u door vier keer per dag iets te eten of
drinken dat voldoende calcium bevat. Voorbeelden hiervan zijn een glas melk, een plak
kaas (20 gram), een bakje yoghurt, peulvruchten, groente en noten. Het maakt hierbij
niet uit of u magere, halfvolle of volle zuivelproducten gebruikt. Voor wie het een te grote
opgave is dagelijks voldoende calciumrijk te eten en drinken, bestaat de mogelijkheid
extra calcium te nemen in tabletvorm. Overleg hierover met een arts.
Geadviseerde hoeveelheden calcium (in milligram per dag)
Voor de geadviseerde minimumhoeveelheid calciuminname per dag, onderscheiden we
acht categorieën mensen, waarvan zes op basis van leeftijd.



19-50 jaar: minimaal 1000 mg per dag;
51-70 jaar: minimaal 1100 mg per dag;
71 jaar en ouder: minimaal 1200 mg per dag.
Vitamine D
Het lichaam heeft voldoende vitamine D nodig om calcium goed op te nemen uit de
voeding. Het grootste deel daarvan maakt het zelf aan, onder invloed van zonlicht. Breng
daarvoor elke dag minimaal vijftien minuten met een onbedekt gezicht en blote handen
door in de buitenlucht. Wanneer het lichaam ouder wordt, neemt het vermogen om zelf
vitamine D aan te maken wel af. Bij mensen met een donkere huidskleur is dit vermogen
altijd kleiner dan bij mensen met een lichte huidskleur.
Een aantal voedingsmiddelen bevat ook vitamine D. In bijvoorbeeld een aantal soorten
halvarine, margarine en bak- en braadproducten zit een toegevoegde hoeveelheid.
Daarnaast zit er van nature vitamine D in vette vis, zoals zalm, paling, haring, sardines
en makreel. Vlees en eieren bevatten het ook, maar minder.
Een groot aantal mensen haalt de minimale hoeveelheid vitamine D niet. In dat geval is
extra inname door middel van medicatie mogelijk én noodzakelijk. Dit gebeurt op
voorschrift van een arts. In het volgende lijstje staat of u misschien extra vitamine D
nodig hebt en hoeveel.
Gebruiksadvies extra vitamine D
Gebruik 20 microgram extra vitamine D per dag wanneer u behoort tot één van de
volgende categorieën:





man of vrouw met osteoporose;
man of vrouw die in een verpleeg- of verzorgingstehuis woont;
vrouw van 50 jaar of ouder met een donkere huidskleur die onvoldoende
buitenkomt;
vrouw van 50 jaar of ouder die een sluier draagt;
man van 70 jaar of ouder met een donkere huidskleur die onvoldoende
buitenkomt.
Beweging
Voor mensen met osteoporose is het erg belangrijk voldoende te bewegen. Activiteiten
met bewegingen die de botten gelijkmatig belasten en de kans op blessures zoveel
mogelijk uitsluiten, zijn het best. Voorkom te zware belasting! Fietsen en zwemmen zijn
erg geschikte activiteiten, maar ook wandelen of tuinieren. Regelmatig bewegen, is het
best: liever iedere dag een half uur, dan twee keer per week twee uur achter elkaar. De
 terug naar de inhoudsopgave
4
bewegingen maken uw botten sterker en door regelmatig te bewegen, blijven ze ook
langer sterk.
Er bestaan aparte sportgroepen voor mensen met osteoporose en andere bot- en
gewrichtsaandoeningen. Deze staan vaak onder toezicht van een deskundige, zoals een
fysiotherapeut. Als er in uw buurt zo’n sportgroep is, weet uw huisarts hier waarschijnlijk
van.
Vallen
Als u osteoporose hebt, is het extra belangrijk om niet te vallen. Uw loopt daarbij
namelijk groot risico iets te breken. Als u medicijnen gebruikt die u evenwicht
beïnvloeden, als u minder ziet of al vaker viel, bespreek dit dan met een huisarts of
verpleegkundige. Misschien is het mogelijk uw medicatie bij te stellen, of u krijgt een
verwijzing voor balanstraining. Zorg thuis voor goede verlichting en vaste ondergrond.
Vermijd bijvoorbeeld gladde vloeren, losliggende tapijten en uitstekende hoeken.
Meer informatie
Osteoporose Stichting
Postbus 245
3620 AE Breukelen
www.osteoporosestichting.nl [email protected]
Stichting Voedingscentrum Nederland
Postbus 85700
2508 CK Den Haag
Speciale telefoonlijn voor vragen over voeding: 070-306 88 88 (op werkdagen van 0917 uur)
www.voedingscentrum.nl
Valpreventie voor ouderen
Stichting Consument en Veiligheid
Postbus 75169
1070 AD Amsterdam
Servicedesk: 020-511 4567 (op werkdagen van 09-13 uur)
www.veiligheid.nl (kies kopje 'ouderen') [email protected]
Belangrijke telefoonnummers
St. Elisabeth Ziekenhuis
(algemeen):
(013) 539 13 13
Route 25
Interne Geneeskunde
(013) 539 25 10
Voor meer medische
www.elisabeth.nl.
informatie
en
informatie
over
het
ziekenhuis,
kijk
op
Interne Geneeskunde 1.548 06-14
 terug naar de inhoudsopgave
Copyright© St. Elisabeth Ziekenhuis Tilburg
Afdeling Communicatie
Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.
5