Mendinghem British Cemetery

BEZIENSWAARDIGHEDEN
Mendinghem British Cemetery
Roesbruggestraat, bij huisnummer 10-12, Proven-Roebrugge
In voorbereiding van de Derde Slag bij Ieper, een grootscheeps geallieerd offensief, besliste het Britse Vijfde Leger om het aantal C.C.S.’s
of veldhospitalen op te voeren van 11 tot 15. Dit voor de snelle opvang en verzorging van de vele duizenden gewonden de eerste dag
van het offensief, en op 5 verschillende locaties: Brandhoek, Lijssenthoek, Dozinghem, Mendinghem (eerst ‘Endighem’) en Bandaghem.
De namen van ‘Dozinghem’, ‘Mendinghem’ en ‘Bandaghem’ zijn ontsproten aan de fantasie van militairen. ‘to mend’ betekent ‘helen’.
Aanvankelijk circuleerden ook minder fraaie doch veelbetekenende
namen, nl. ‘Endinghem’ in plaats van ‘Mendinghem’ (‘to end’: ‘er een
einde aan maken’). Een C.C.S. lag op ca. 15 km van het front. Deze
veldhospitalen waren grote barakken- en tentenkampen. Men voerde er de eerste lichte heelkunde uit, zoals het verwijderen van kogels en granaatsplinters en het opnaaien van vleeswonden, maar elk
C.C.S. kreeg zijn eigen specialisatie. Rond Mendinghem kwamen er
zodoende in juli 1917 nog nieuwe C.C.S.’s bij. Aan het 64ste was een
speciale afdeling verbonden, waar militairen onder bewaking verzorgd werden, omdat zij zichzelf een wonde toegebracht hadden, in
de hoop zo van het front te kunnen afkomen. Na hun herstel wachtte
hen de krijgsraad en een strenge straf. Het 46ste was gespecialiseerd
in ernstige hoofdwonden. De meeste wonden kwamen van granaatscherven of kogels die tot diep in het hoofd doorgedrongen waren,
of delen van het gezicht hadden weggeslagen. Een te groot deel
van de doden kwam gewoon te laat aan in het veldhospitaal. Voor
de schedeloperaties trok het Britse Vijfde Leger de vermaarde Amerikaanse Harvard neurochirurg Harvey Cushing aan. Die paste een
revolutionaire techniek toe voor de extractie van kogels en granaatscherven. In het 46ste was er een kern van 8 chirurgen, anesthesisten, radioloog, evacuatieofficier en bevelhebber, Colonel Ellis.
Soms vonden er wel 20 operaties op 1 dag plaats, en opereerde men
van 8u30 ‘s morgens tot 2u ‘s avonds, ook als de lichten gedoofd werden omwille van een vijandelijke raid. Het tempo waarin de gewonden na het begin van de Derde Slag bij Ieper werden aangevoerd,
legt Cushing en zijn collega’s een hels werkritme op. Op dagen als
22 juli 1917, na één van de eerste aanvallen met mosterdgas (Yperiet), stroomden soms tot 1.000 gewonden toe. Van mei tot juli 1918,
tijdens het hoogtepunt van het Duitse lente-offensief werden Field
Ambulances in en rond Proven gestationeerd. Enkele Fransen werden hier toen begraven, die later werden ontgraven. De begraafplaats werd in september 1918 gesloten, met uitzondering van nog
1 bijzetting. Vandaag liggen er nog 8 Chinezen begraven, die deel
uitmaken van het Chinese Labour Corps. Er liggen ook 4 Amerikanen
die tot het Britse leger behoorden. Er zouden ook 2 of 3 geëxecuteerden liggen. Op verzoek van het stadsbestuur van Poperinge werd
de PoP-route in Mendinghem, met het gelijknamige lament van de
Britse doedelzakspeler Lester Simpson geopend
‘Mendinghem British Cemetery’ werd ontworpen door Sir Reginald
Blomfield, met hulp van Captain W.C. Von Berg. Het grondplan heeft
een onregelmatige vorm. Het terrein is ca. 6340m² groot en helt lichtjes af. Volgens het huidige register liggen er 2442 doden uit de Eerste Wereldoorlog begraven: 2300 doden uit het Verenigd Koninkrijk
(waarvan 8 ongeïdentificeerd), 15 doden uit Australië, 31 uit Canada,
12 uit Nieuw-Zeeland, 33 uit Zuid-Afrika en 51 uit Duitsland (waarvan 1 ongeïdentificeerd). De 51 Duitsers liggen achteraan, rechts op
de begraafplaats, in 2 groepen. Achteraan rechts liggen eveneens 8
Chinezen.
Bron: http://inventaris.vioe.be
Toerisme Poperinge | Grote Markt 1 | 8970 Poperinge | Tel: 057/34 66 76 | [email protected]