februari 2014

From:
Sent:
To:
Subject:
Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen (LPZ) <[email protected]> on behalf of Landelijke
Prevalentiemeting Zorgproblemen (LPZ) <[email protected]>
maandag 10 februari 2014 12:28
Wolters Saskia (HSR)
nieuwsbrief februari 2014
Webversie
| Afmelden nieuwsbrief
februari 2014
Inhoud:
• LPZ Meting
A pril 2014
• Data-import
• Module
Chronische
wond
LPZ Meting April 2014
De meting van de Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen vindt
plaats op dinsdag 8 april a.s. Aanmelden voor de meting kan via
de pagina "Aanmelden" op onze website, of door het
aanmeldingsfomulier in onze wervingsfolder in te vullen en te
retourneren. Aanmelden voor de aprilmeting is mogelijk tot 14
februari 2014.
• Nurses on the
Move
• Promoties
• NOS Nieuws
• Baby Nieuws
Data-import
Tot nu toe moesten alle gegevens van cliënten via het
invoerprogramma ingevoerd worden. Een aantal gegevens is echter
al digitaal beschikbaar in instellingen. Vandaar dat we het mogelijk
gemaakt hebben om deze digitale gegevens direct in te lezen. U
kunt deze cliëntgegevens (cliëntcode, geboortedatum, geslacht,
opnamedatum) nu voor alle cliënten van een ID/locatie in één keer in
het invoerprogramma importeren door het uploaden van een XMLbestand. Op de LPZ-website is hiervoor de pagina Data Import, met
daarop een link naar alle benodigde documentatie, beschikbaar.
Deze pagina is toegankelijk voor alle ID-verantwoordelijken.
Module Chronische wond
De module C hronische wond, oorspronkelijk alleen bedoeld voor
verpleeghuizen, is vanaf april 2014 ook beschikbaar voor
ziekenhuizen en de thuiszorg.
Nurses on the Move
De jaarlijkse LPZ metingen laten zien dat de kwaliteit van zorg tussen
verpleeghuizen vaak sterk verschilt. In april 2014 vindt in het kader
van de LPZ een extra onderzoek plaats dat gericht is op het in kaart
brengen van factoren, die bijdragen aan de kwaliteit van zorg in
verpleeghuizen. Het onderzoek wordt uitgevoerd door onderzoekers
van het project “Nurses on the Move”, dat gericht is op het
verbeteren van kwaliteit van zorg in verpleeghuizen. Meer informatie
over dit project is te vinden op: www.nursesonthemove.nl
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is het in kaart brengen van factoren die
bijdragen aan de kwaliteit van zorg in verpleeghuizen. Uit eerder
onderzoek blijkt dat meerdere factoren een rol spelen:
Afdelingskenmerken zoals cultuur, teamklimaat, communicatie,
samenwerking of de inzet van tijdelijk personeel kunnen de kwaliteit
van zorg beïnvloeden. Ook is bekend dat de verhouding tussen het
aantal verzorgenden en verpleegkundigen op een afdeling van
invloed kan zijn op de kwaliteit van zorg.
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is het in kaart brengen van factoren die
bijdragen aan de kwaliteit van zorg in verpleeghuizen. Uit eerder
onderzoek blijkt dat meerdere factoren een rol spelen:
Afdelingskenmerken zoals cultuur, teamklimaat, communicatie,
samenwerking of de inzet van tijdelijk personeel kunnen de kwaliteit
van zorg beïnvloeden. Ook is bekend dat de verhouding tussen het
aantal verzorgenden en verpleegkundigen op een afdeling van
invloed kan zijn op de kwaliteit van zorg.
Wat houdt het in?
Alle verpleeghuisafdelingen die meedoen aan de LPZ in april 2014
ontvangen twee verschillende vragenlijsten:
• een korte vragenlijst voor de teamleider/afdelingsmanager
• een korte vragenlijst voor verpleegkundigen/verzorgenden op de
afdeling
De vragenlijst voor de teamleider/afdelingsmanager omvat vragen
over de personeelsbezetting, personeelsverloop en de inzet van
tijdelijk personeel en vrijwilligers. De vragenlijst voor
verpleegkundigen/verzorgenden bevat vragen over de cultuur, het
teamklimaat en de communicatie, samenwerking en coördinatie op
de afdeling.
De gegevens uit deze vragenlijsten worden gekoppeld aan de door
de LPZ gemeten kwaliteit van zorg. Op deze manier kan inzicht
worden verkregen in factoren die de kwaliteit van zorg kunnen
beïnvloeden. Uiteraard worden antwoorden vertrouwelijk behandeld
en de rapportage van de resultaten wordt geanonimiseerd, zodat de
resultaten niet herleidbaar zijn tot personen, afdelingen of
verpleeghuizen.
Wat levert het op?
Om de kwaliteit van zorg nog verder te verbeteren is het van belang
inzicht te krijgen in bovengenoemde factoren. Vragen als: “Moeten
we meer verpleegkundigen niveau 5 aanstellen in verpleeghuizen?
Wat is de invloed van samenwerking op het team functioneren?”
staan hierbij centraal.
Beantwoording van deze vragen is in ieders belang, niet in de laatste
plaats voor de cliënten. Vandaar dat we hopen dat u aan dit
onderzoek wilt meewerken. Na afloop van het onderzoek ontvangt u
uiteraard een samenvatting van de resultaten van het onderzoek.
Het LPZ team rekent op uw medewerking aan het onderzoek. Voor
eventuele vragen of aanvullende informatie kunt u contact opnemen
met:
Ramona Backhaus, onderzoeker Nurses on the Move
[email protected]
043-3882456
Promoties
Op 19 december jl. is Esther Meesterberends, onderzoekster bij
LPZ, gepromoveerd aan de Universiteit Maastricht. De titel van haar
proefschrift: "Pressure Ulcer Care in the Netherlands versus Germany
0-1. What makes the difference?"
Esther deed tussen september 2009 en september 2011 onderzoek in
10 Nederlandse en 11 Duitse verpleeghuizen. Ze volgde 240
patiënten die in die periode in Nederlandse verpleeghuizen werden
opgenomen en 307 nieuwe Duitse patiënten. Ze controleerde al die
patiënten 12 weken lang op decubitus. Haar proefschrift laat zien dat
decubitus in Nederlandse verpleeghuizen ruim twee keer vaker
voorkomt dan in Duitse. In Nederland krijgt één op de drie nieuwe
patiënten in verpleeghuizen binnen 12 weken te maken met
decubitus. In Duitsland is dat één op zeven.
Meesterberends vond zes factoren die van invloed zijn op het aantal
gevallen van decubitus: dementie, het gebruik van pijnstillers, het
gebruik van hulpmiddelen zoals tilliften, het toepassen van
wisselligging, het regelmatig uitvoeren van interne kwaliteitscontroles
en de aanwezigheid van gespecialiseerde
decubitusverpleegkundigen. Drie van de zes factoren - het gebruik
van pijnstillers en hulpmiddelen én de aanwezigheid van
gespecialiseerde decubitusverpleegkundigen - komen meer voor in
Nederlandse verpleeghuizen dan in de Duitse. Deze factoren leiden
ertoe dat decubitus in Nederland vaker voorkomt. De drie andere
factoren - het voorkomen van dementie, het toepassen van
wisselligging en regelmatige interne kwaliteitscontroles - komen
vaker voor in Duitse verpleeghuizen. Deze drie factoren leiden ertoe
dat er daar minder decubitus is.
decubitusverpleegkundigen. Drie van de zes factoren - het gebruik
van pijnstillers en hulpmiddelen én de aanwezigheid van
gespecialiseerde decubitusverpleegkundigen - komen meer voor in
Nederlandse verpleeghuizen dan in de Duitse. Deze factoren leiden
ertoe dat decubitus in Nederland vaker voorkomt. De drie andere
factoren - het voorkomen van dementie, het toepassen van
wisselligging en regelmatige interne kwaliteitscontroles - komen
vaker voor in Duitse verpleeghuizen. Deze drie factoren leiden ertoe
dat er daar minder decubitus is.
Het feit dat de aanwezigheid van gespecialiseerde
decubitusverpleegkundigen leidt tot meer decubitus wil niet zeggen
dat deze functie afgeschaft moet worden, integendeel. Een verklaring
zou kunnen zijn dat de alertheid van het andere personeel op het
signaleren van decubitus verminderd. Geadviseerd wordt om goed
vast te leggen wat de verantwoordelijkheden van zowel de
decubitusverpleegkundige als de andere zorgmedewerkers zijn.
Klik hier voor meer informatie over haar
proefschrift:http://nld.lpzum.eu/nld/publicaties/proefschriften
Anna Barbara Schlüer is op 6 december 2013 bij Jos Schols en
Ruud Halfens gepromoveerd aan de Universiteit Maastricht, op het
proefschrift “Pressure Ulcers in Pediatric Patients: a Challenge”.
Voor haar onderzoek heeft ze in alle 14 kinderziekenhuizen in
Zwitserland de prevalentie, risicofactoren en preventieve
maatregelen m.b.t. decubitus bij pasgeborenen, zuigelingen en
kinderen gemeten met behulp van de LPZ methode en een enigszins
aangepaste LPZ module decubitus. Uit haar onderzoek blijkt dat 35%
van de pediatrische patiënten decubitus heeft, voornamelijk categorie
1. Kinderen met een langere verblijfsduur, zeer vroeg geborenen
(24-32 weken zwangerschap), kinderen van 31 tot 90 dagen oud en
kinderen van 7 tot 12 maanden hebben het vaakst decubitus. De
meest voorkomende plaatsen zijn de voetjes, de neus en plaatsen
waar medische hulpmiddelen (zoals sondes en infuuslijnen) de huid
raken.
Met dit proefschrift wordt duidelijk gemaakt dat ook pediatrische
patiënten een risico lopen decubitus te ontwikkelen. Goede en
leeftijdsspecifieke richtlijnen voor effectieve decubituspreventie en
behandeling voor pediatrische patiënten zijn nodig, gezien hun unieke
behoeften. Met name bij het gebruik van externe medische
hulpmiddelen dient men zich bewust te zijn van het risico op
decubitus.
Naar aanleiding van haar proefschrift is op verzoek van het Zwitserse
Kwaliteitsinstituut voor de Zorg (ANQ) door Anna-Barbara een
decubitusmodule ontwikkeld voor kinderen, die vanaf 2013 jaarlijks
in Zwitserland wordt afgenomen.
NOS Nieuws
Op 14 december jl. was Esther Meesterberends live te horen bij het
NOS journaal op Radio 1 en te zien bij het NOS journaal.
De beelden van het NOS journaal zijn te zien via de volgende link
http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1384416
(item start na 6.20 minuten)
Hier kunt u het bericht op Radio 1 beluisteren:
http://www.radio1.nl/item/170666
Baby Nieuws
Judith Meijers, senior
onderzoekster bij de LPZ, is
moeder geworden: Zoon
Félipe Nelson werd geboren
op 8 december 2013. Moeder
en zoon maken het goed!
Contact
Universite it Maa stricht | He alth Services Re search
Suzanne R ijck e n / Saskia W olte rs
Tel. 043 - 38 81 559
www.LPZ-UM.e u
Postbus 616 | 6200 MD Maastricht
LPZ@m aastrichtunive rsity.nl
Contact
Universite it Maa stricht | He alth Services Re search
Suzanne R ijck e n / Saskia W olte rs
Tel. 043 - 38 81 559
www.LPZ-UM.e u
Postbus 616 | 6200 MD Maastricht
LPZ@m aastrichtunive rsity.nl