HIPIC - Prodiagnostiek

Hiërarchische
Persoonlijkheidsvragenlijst voor
Kinderen (HIPIC)
Doel
Beschrijving
Doelgroep
Afname
Normen
Andere
psychometrische
kenmerken
Beoordeling/ervaring
Andere informatie
Mervilde I., de Fruyt F., Hogrefe, Amsterdam, 2009
De normale variatie aan persoonlijkheidsverschillen beschrijven
Een dimensionale vragenlijst in de traditie van vijf-factorenmodel
van de persoonlijkheid:
• Emotionele stabiliteit (angst, zelfvertrouwen)
• Extraversie (energie, expressiviteit, optimisme, verlegenheid)
• Vindingrijkheid (creativiteit, intellect, nieuwsgierigheid)
• Welwillendheid (altruïsme, dominantie, egocentrisme,
gehoorzaamheid, irriteerbaarheid)
• Consciëntieusheid (concentratie, doorzettingsvermogen,
ordelijkheid, prestatiemotivatie)
Kinderen tussen 6 en 13 jaar
De HIPIC bestaat uit 144 korte gedragsbeschrijvende items. De
ouders of leerkracht worden gevraagd op een 5-puntschaal aan te
geven hoe kenmerkend bepaald gedrag voor het kind is.
De vragenlijst invullen duurt ongeveer 30 minuten, de scoring
ongeveer 10 minuten.
De afname kan op papier of digitaal.
Representatieve Vlaamse (1155 kinderen) en Nederlandse (1413
kinderen) populatie-normen uitgesplitst naar beoordelaar, leeftijd
en geslacht. In de Vlaamse versie zijn informanten: moeders,
vaders en leerkrachten. Informanten Nederlandse versie: moeders.
CAP-Vademecum beoordeling in 2011
Betrouwbaarheid
Interne consistentie is goed. Cronbach’s alpha .81 tot .92
Test-hertestbetrouwbaarheid voor zowel de domeinen als de
facetten: .72 tot .83
Correlaties ouderbeoordelingen: .60 tot .70
Correlaties ouder-leerkrachtbeoordelingen: .16 tot .56
Validiteit
De convergente en predictieve validiteit werd nagegaan.
COTAN-beoordeling in 2010:
Betrouwbaarheid: voldoende
Begripsvaliditeit: voldoende
Criteriumvaliditeit: onvoldoende, geen onderzoek
PRODIA-beoordeling: 1ste keuze
Op dit ogenblik (2012) is de HIPIC de enige wetenschappelijk
onderbouwde persoonlijkheidsvragenlijst voor leerlingen van het
lager onderwijs in Vlaanderen. De vragenlijst is ruim inzetbaar in de
diagnostische praktijk, maar niet geschikt om psychopathologische
gedragingen te beschrijven.